BenQ Corporation is niet aansprakelijk en geeft geen garanties, expliciet noch impliciet,ten aanzien van de inhoud van deze publicatie enwijst allegaranties van verkoopbaarheid ofgeschiktheid voor een bepaald doelaf. Verder behoudt BenQ Corporation zich het recht voor deze publicatie te herzien ende inhoud ervan van tijd tottijd te wijzigen zonder verplicht te zijn aanenige persoon mededelingvan die herzieningen of wijzigingen te doen.
*DLP, Digital Micromirror Deviceen DMD zijn handelsmerken van Texas Instruments. Anderemerk- enproductnamen zijn eigendom vande respectieve bedrijven of organisaties.
2Copyright
Inhoudsopgave
Veiligheidsvoorschriften en juridische informatie ............................................5
FCC-verklaring(voor gebruikersin de VS)..............................................................5
EU-verklaring (voor gebruikers in Europa)..............................................................5
Gefeliciteerd met de aankoop van deze fantastische BenQ-videoprojector! Metdeze projector creëert u thuiseenbioscoopsfeer. Lees deze handleidingzorgvuldig door zodat u helemaalwegwijs bent in de menu's en hunopties en optimaal kunt genieten van deprojector.
FCC-verklaring (voor gebruikers in de VS)
Deze apparatuur is getest en voldoet aan de limietenvoor een klasse Bdigitaal apparaat, volgens deel 15 vanhetFCC-reglement. Deze limieten zijn ingesteld om eenredelijke beschermingte biedentegen schadelijke interferentie in een woonomgeving.
KLASSE B
niet geïnstalleerdengebruikt volgens de instructies, schadelijkeinterferentievanradiocommunicatie veroorzaken. Er is echter geen garantie dater geen interferentie zal optreden in specifieke installaties. Als deze apparatuur schadelijke interferentie aan radio-of televisieontvangst veroorzaakt, wat kan worden vastgestelddoor deapparatuur in en uit teschakelen,kan de gebruikerproberen de interferentie met behulp van een of meer van de volgende maatregelen te corrigeren:
EU-verklaring (voor gebruikers in Europa)
Dit apparaat is getestop conformiteit met richtlijn 89/336/EEG voorEMC (elektromagnetische compatibiliteit) en voldoet aan de eisen die deze richtlijn stelt.
MIC-verklaring
Klasse B-apparatuur (apparatuur voor privé-informatie/telecommunicatie)
Omdat dit apparaat de EMC-registratie voor privé-doeleinden heeft doorlopen, kan dit product overal worden gebruikt, ook in woonwijken.
: deze apparatuur genereerten gebruiktradiofrequentie-energie en kan deze uitstralen en kan, indien
-Richt de ontvangstantenne anders of verplaatsdeze.
-Vergroot deafstand tussen het apparaat en de ontvanger.
-Sluit de apparatuur aan op een stopcontactdat toteen ander circuitbehoort dan dat van de ontvanger.
-Raadpleeg de leverancier of een ervaren radio-/televisiemonteur.
Veiligheidsinstructies
De BenQ-projector is ontwikkeld en getest volgensdenieuwste veiligheidsnormen voorIT-apparatuur.Vooreen veilig gebruik van dit product dient u echter de instructies in deze handleiding en op de verpakking van hetproduct nauwkeurig opte volgen.
1.Het wordt aanbevolen dit app araat niet zelf te demonteren, om het risico van een elektrische
schok te vermijden. In het station bevinden zich geen onderdelen die door de gebruik er kunnen
worden onderhouden. Wanneer er onder houds- of reparati ewerkzaamheden aan het apparaat
nodig zijn, di ent u een bev oegd t echnic us in te schak elen. W a nneer het app araat na demont age
verkeerd in elkaar wordt gezet en vervolgens wordt gebrui kt, kunnen zich storingen of
elektrische schokken voordoen.
2.Lees deze gebruikershandleiding aandachtig door voor dat u de projector gaat gebruiken.
Bewaar deze gebruik ershandleiding voor toekomstig gebruik.
3.Voor reparatie- of onderhoudswerkzaamheden wendt u zich tot een bevoegd technicus.
4.Zorg er altijd voor dat de lenssluiter is geopend of de lensdop is verwij derd wanneer de
projectorlamp brandt.
5.Kijk tijdens het projecteren niet rechtstreeks in de lens van de projector. De sterke lichtstraal
kan uw ogen beschadigen.
6.In sommige landen is de netspanning ongelijkmatig. Hoewe l d e ze pro je ct o r no r m a a l wer kt bij
een netsp anni ng van 10 0 t ot 240 V ( wi sselst room), kan het app araat ui tvallen wanneer zich een
stroomstoring of een spanningspiek van ± 10 V voordoet. I n gebieden waar dit risico hoog is, is
het raadzaam de projector aan te sluiten op een spanningsstabilisator, piekbeveiliging of UPSsysteem (Uninterruptible Power Suppl y).
7.De lamp wordt erg heet tijdens het gebruik. Laat de projector ongeveer 45 minuten afkoelen
voordat u de lamp verv angt.
Veiligheidsvoorschriften en juridisc he informatie
5
8.Gebruik de lamp niet langer dan de voorgeschreven levensduur. Als u de lamp langer gebruikt,
kan deze in zeldzame gevallen ontploff en.
9.Zorg dat de stekker van de projector uit het stopcontact is verwijderd voordat u de lamp of
elektronische onderdelen vervangt.
10. Plaats dit product nooit op een onstabi ele ondergrond. Het product kan dan vallen en ernstig
worden beschadigd.
1 1. Dit product kan beelden omgekeerd weergeven, zodat plafondmontage mogelijk is. Gebruik de
plafondmontageset van BenQ en zorg dat de projector stevig wordt vastgezet.
12. Blokkeer het ventilatierooster niet.
- Plaats de projector niet op een laken, beddengoed of andere zachte materi alen.
- Bedek de projector niet met een doek of andere voorwerpen.
- Plaats geen ontvlambare stoffen in de buurt van de projector.
Als het ventilatierooster niet vrij wor dt gehouden, kan oververhitting in de projector leiden tot schade aan
de lamp, storingen van de projector of zelfs brand.
13. Plaats de projec tor niet in de volgende ruimtes.
- Slecht geventil eerde of gesloten ruimt es. Zorg dat de projector ten minste 50 cm van de muur
staat en laat voldoende ruimte vrij rondom de projector.
- Plaatsen waar de tempera tuur ext reem hoog kan oplopen, zoals in een aut o met geslote n ramen.
- Erg vochtige, stoffige of rokerige plaatsen die opt ische componenten mogelijk aantast en. Dit
verkort de l evensduur van de projector en verdonkert het scherm.
- Plaatsen in de buurt van een brandalarm .
- Plaatsen met een omgevingstemperatuur van meer dan 35 °C.
- Plaatsen die hoger gelegen zijn dan 3000 m.
14. Plaats de projector tijdens gebruik altijd op een stabiel en niet hellend oppervlak.
- Maak geen gebruik van de projector als deze geka ntel d staat in een hoek van meer dan
10 graden (links naar rechts) of in een hoe k van meer dan 15 graden (v oor naar achter). Als u de
projector gebrui kt wanneer dez e niet vol ledi g horizo ntaal staat , werkt deze mogel ijk niet optimaal
of kan de lamp of een ander onderdee l beschadigd raken.
15. Plaats de projec tor niet verticaal. De projector kan vallen en let sel veroorzaken of beschadigd
raken.
16. Trap niet op de pro jector of leg er geen voorwerpen op. Dit kan niet alleen scha de aan de
projector veroorzaken, maar kan ook leiden tot ongevallen en mogelijk let sel.
17. Plaats geen vloei stoffen in de buurt van of op de projector. Als er vloeistof in de project or wordt
gemorst, werkt deze mogel ijk niet meer. Haal in dit geval de stekker uit het stopcontact en laat
een BenQ-onderhoudstechnicus de projector controleren.
Condensvorming
Gebruikde projector niet onmiddellijk nadat u deze hebt verplaatst van een koude naar een warme plaats. Alsdeprojector wordtblootgesteld aan grote temperatuurschommelingen, kan er zich condensvormen op cruciale onderdelen van het apparaat. Gebruikde projector nietgedurende tenminste twee uur nadat het apparaat is blootgesteld aaneen plotselinge temperatuursverandering en voorkom zo mogelijke schade.
Vermijd het gebruik van vluchtigevloeistoffen
Gebruikgeen vluchtige vloeistoffen in de buurtvan de projector, bijvoorbeeld insecticide ofsommigereinigingsproducten. Producten in rubberof plastic mogen niet te lang in contact komenmet de projector.Dezelaten sporen naop de afwerkingslaag. Volg nauwkeurig deveiligheidsinstructies van het product als udeprojector reinigt.
Wegwerpen
Dit product bevat devolgende producten die schadelijkzijnvoor de mensen het milieu.
• Lood (in het soldeersel).
• Kwik(in de lamp).
Neem contact op metdeplaatselijke overheid voormeerinformatie over demilieuvoorschriften inzakehet wegwerpenvan het product en de gebruikte lampen.
6 Veiligheidsvoorschriften en juridische informatie
Overzicht
Kenmerken
De projector combineert krachtige optische projectiemogelijkheden meteen gebruikersvriendelijk ontwerp datbetrouwbaarheid en gebruiksgemak garandeert.
De projector heeft de volgende kenmerken:
•Compact en draagbaar
•Automatisch de beste beeldkwaliteit met één drukop een toets
•Geluidsniveauvan 26 dB in de Economic Mode (Energiemodus)
•Native beeldverhouding 16:9
•Compatibel met HDTV
Opmerking: de schijnbare helderheid van het geprojecteerde beeld is afhankelijk van omgevingslicht en
instellingen voor contrast en helderheid.
Accessoires
U vindt de bijde projector geleverde standaardaccessoires in de meegeleverde snelgids. Optionele accessoires vindt u hieronder. U kunt deze accessoires kopenvia uw leverancier. Zie pagina24voor de volledigelijstonderdeelnummersvan de accessoires. Dit maakt de bestelling van het juiste onderdeel bijuw leveranciergemakkelijker.
1.Plafondmontageset
2.Reservelamp
3.DVI-kabel
Buitenkant van de projector
Voorkant/bovenkant
1
23
1.Ventilatierooster
2.Snelversteller voorkant
4
3.Voorste verstelvoetje
5
4.Extern bedieningspaneel
6
7
(Zie pagina 9 voor meer informatie.)
5.Focusring en zoomring
6.IR-sensor afstandsbediening voorkant
7.Projectielens
8.Lensdop
8
Overzicht
7
Achterkant
9
9.Aansluitingen (Hieronder vindt u meerinformatie.)
10.Verstelvoetjes achterkant
11.Sleuf voor Kensington-vergrendeling
10
11
Onderkant
12
13
14
12.Voorste verstelvoetje
13.Toegangsklep lamp
14.Verstelvoetjes achterkant
14
Aansluitingen achteraan
Zie pagina14voor meerinformatie over het aansluiten van andere apparatuur.
15.IR-sensor afstandsbediening achterkant
15
16
17
1819
20
21
16.Digitale DVI-I-video-ingang
17.USB-poort (voor reparatie of onderhoud)
18.Analoge composietvideo-ingang
19.S-video-ingang
20.Componentvideo-ingang
21.Voedingskabelaansluiting
8 Overzicht
Bedieningselementen en functies
Projector
1312
10
95
312
6
1.Power (Aan/uit) (Zie pagina's15 en 18voor meer informatie.)
Hiermee kunt u de projector aan-of uitzetten.
2.Source (Bron)(Zie pagina 15 voor meer informatie.)
Hiermee selecteertu achtereenvolgens hetinvoersignaal Componentvideo, DVI-D, Video, S-Video of DVI-A.
3.
3
Left (Links)
4.Right (Rechts) 4
Als het schermmenuniet is geactiveerd, functioneren de toetsen #3 en #4 alssneltoetsenvoor
Keystone-/+
5.
5
Exit (Afsluiten)
Hiermee slaat u de menu-instellingen op ensluitu het menu.
6.
6
Menu
Hiermee schakeltu het schermmenu in.Als hetschermmenu is geactiveerd, functioneren deknoppen 3 t/m 6 als richtingsknoppen omdegewenste items te selecterenen de instellingen te wijzigen.
Zie pagina19 voormeerinformatie.
(Trapeziumcorrectie -/+).
11
4
87
7.Automatisch (Zie pagina16 voor meerinformatie.)
Hiermee worden automatisch de beste beeldtiminginstellingen bepaald voor hetweergegeven beeld.
8.Preset (Voorkeur) (Zie pagina17 voor meerinformatie.)
Hiermee wordt de standaardmodusgeselecteerd die het bestbij het type programma past.
9.Power-lampje(Zie pagina24 voor meerinformatie.)
Brandt of knippertals deprojectorwordtgebruikt.
10.Waarschuwingslampje temperatuur (Ziepagina24 voor meerinformatie.)
Brandt als de temperatuurvan deprojectorte hoog wordt.
11.LAMP-indicatielampje(Zie pagina24 voor meerinformatie.)
Geeft de lampstatusaan. Brandtals er eenprobleemis met de lamp.
12.Zoomring(Zie pagina16 voor meerinformatie.)
Hiermee past u de groottevan het beeld aan.
13.Focusring (Zie pagina16 voor meerinformatie.)
Hiermee past u de scherpstelling van hetgeprojecteerde beeld aan.
Afstandsbediening
Opmerkingenbij het gebruik van de afstandsbediening
I
Zorg datniets de infraroodstraal tussen de afstandsbediening en de IR-sensor op de projector blokkeert.
I
De afstandsbediening heeft eenbereik van maximaal 8 meter aan de voorkant en8 meter aande achterkant van de projector. Houd de afstandsbediening onder een hoek van maximaal 22,5 graden tenopzichte van de IR-sensor op de projector.
8 m
Overzicht
9
1.
Power
(Aan/uit) (Zie pagina's15 en18voor meer informatie.)Houd deze knop een seconde ingedrukt omdeprojector in te schakelen. Druk deze knop twee keer inom de projector uit te
1
23
45
9
6
C
78
T
10
schakelen.
2.
Bronknoppen
Hiermee selecteert u eeningangsbron die wordt weergegeven op de projector.
3.Beeldverhoudingsknoppen
Hiermeeselecteert u de beeldverhouding zodatdezeovereenstemt met het ingangssignaal.
4.Auto(Automatisch) (Zie pagina16 voor meerinformatie.)
Hiermee worden automatisch de beste beeldtiminginstellingenbepaald voor het weergegeven beeld.
5.Preset (Voorkeur) (Zie pagina17voor meer informatie.)
Hiermee wordt destandaardmodus geselecteerd die het bestbij hettype programmapast.
6.
Menu en richtingsknoppen
meer informatie.)
Druk op de knop Druk op de richtingsknoppen om de gewenste itemste selecteren en
instellingen tewijzigen.Druk opnieuwop
7.
Knoppen vooraanpassing beeldkwaliteit
informatie.)
8.Keystone (Trapezium) (Zie 16 voor meer informatie.)
Druk op omhet trapeziumeffect aan de bovenkant van het beeld te corrigeren. Druk op omhettrapeziumeffect aan de
onderkantvan het beeldte corrigeren.
9.Default (Standaard)
Zetalle instellingen terug naar de fabrieksinstellingen.
(Zie pagina15 voormeer informatie.)
10.Light (Licht)
Hiermee schakelt u de achtergrondverlichting van de afstandsbediening in of uit.
De batterij in de afstandsbedieningvervangen
(///) (Ziepagina 19 voor
Menu
om het schermmenuinte schakelen.
Menu
om de instelling op te slaanen af te sluiten.
(Zie 20 voor meer
1.Druk op het deksel van het batterijvakjeen open het in de getoonde richting.
Voorzichtig met batterijen
I
Leg de afstandsbedieningen de batterijen niet in extreem warme of vochtige omgevingen, zoalsineen keuken, badkamer,sauna, solarium of geslotenauto.
I
Zorg dat u de batterijenmetde polen in de juiste richting plaatst. Wanneer de batterijen niet correctworden geplaatst, ontstaat ontploffingsgevaar.
I
Vervang batterijen alleen door hetzelfde typeof een soortgelijk type batterijen, zoals door defabrikantaanbevolen.
I
Gooi legebatterijen weg overeenkomstig deinstructies van de fabrikant en deplaatselijkeoverheid.
I
Gebruikt u de afstandsbediening gedurende lange tijd niet, verwijder dan de batterijen om te voorkomen dat deze gaan lekken enschade veroorzaken.
10 Overzicht
2.Plaats de batterijenzoalsaangegeven op de tekeningbinnen inhet batterijvakje.
3.Plaats het deksel ophet batterijvakje en sluit het.
De projector plaatsen
Een locatie kiezen
Deprojector kan op de volgende vier manierenworden geïnstalleerd:
1.Opdevloer en voor het scherm;
2.Op het plafond envoor het scherm;
3.Op de vloer en achter het scherm;of
4.Op het plafond en achter het scherm.
Welke installatie u het beste kunt gebruiken,isafhankelijk vande indeling vande ruimte en uwpersoonlijke voorkeur. Houd rekeningmet de grootte en depositie van het scherm, denabijheid van een stopcontacten de afstand tussen de projector en de andereapparatuur.
I. Floor front (Vloer voorkant):
Selecteer deze instellingals u deprojector op de vloeren voor hetscherm installeert. Als u een snelle opstelling en draagbaarheid wenst, is ditde meestgebruikte opstelling.
III. Floor rear (Vloer achterkant)
Selecteer deze instellingals u deprojector op de vloeren achter het scherm installeert.
Voor deze opstelling is eenspeciaal schermvoor achterwaartse projectie vereist.
Nadat u de projector hebt ingeschakeld, kiest u inhet menu
Setting (Instelling)
>
Mirror (Spiegelen)
.
II. Ceiling front (Plafond voorkant):
Selecteer deze instelling als u de projector tegen het plafond en voor het scherminstalleert.
Alsu de projector tegen het plafond wiltbevestigen, kunt u het beste de plafondmontagesetvan BenQbij uw leverancier kopen.
Nadat u de projectorhebt ingeschakeld, kiest u inhet menu
IV. Ceiling rear (Plafondachterkant)
Selecteer deze instelling als u de projector tegen het plafond en achter het scherm installeert.
Voor deze opstellingzijneen speciaal scherm voor achterwaartse projectie vereist en deplafondmontageset van BenQ.
Nadat u de projectorhebt ingeschakeld, kiest u inhet menu
Setting (Instelling)
Setting (Instelling)
>
Mirror (Spiegelen)
>
Mirror (Spiegelen)
.
.
Zie pagina21 voor menuopties enbeschrijvingen vanSetting (Instelling).
De projector plaatsen
11
De gewenste beeldgrootte vande projectie instellen
De afstandvan de lensvan de projector tot het scherm, dezoominstellingen en het videoformaat zijnallemaalfactoren die de grootte van hetgeprojecteerdebeeld bepalen. BenQ heeft aparte tabellen meegeleverddiedeafmetingen voor de beeldverhoudingen 16:9 en 4:3 bevatten. Deze tabellen helpen u de ideale positie vande projector bepalen.
1. Hoe kuntu de beeldverhouding (16:9 of 4:3) van het schermbepalen?
2. Selecteerhieronder in de tabel met afmetingen voor debeeldverhouding 16:9 of 4:3 degewenste
schermgrootte
afstand tussen de waarden
3. Beslis op welke hoogte u de projector wilt plaatsen.Als u bijvoorbeeldeen 16:9-schermgebruikt met 80 inch diagonaal, raden wiju aan de projector op2,76 m tot 3,39 m van het scherm te plaatsen. De precieze hoogte van de projector bedraagt 33 tot 34 cm boven of onder het
scherm, temeten vanaf het midden van delens.
Plafondmontage voor een beeldverhouding 16:9
, overeenkomstig het schermtype. Deideale afstand tussen deprojectoren het scherm is een
Min
. en
Max.
in de kolom
Projectieafstand
Projectieafstand
.
Plafond
Schermgrootte
Hoek
Hoogte
Midden van de le ns
Scherm
Vloermontage voor een beeldverhouding16:9
Schermgrootte
Hoogte
Hoek
Projectieafstand
Scherm
Midden van de le ns
Vloer
Tabel metafmetingenvoor de beeldverhouding16:9 (breedbeeld)
SchermgrootteProjectieafstandHoek
Type (inch)Hoogte (cm) Breedte (cm)Min. ( cm)Max. (cm)Tele (cm)Breed (cm)
Als u detabel bekijkt, ziet u dat u de lensvan de projector op een afstand van 1,73 tot 8,47 m van het scherm kuntplaatsen. Ditgeeft u een geprojecteerd beeldvan1,11 x 0,62 m tot 4,43 x 2,49 mop het scherm.
De bovenstaande waarden zijn slechts een indicatie en kunnen licht verschillen van de werkelijke
metingen.
Als u de tabel bekijkt, ziet u dat u de lensvan de projector opeen afstandvan 1,73 tot 8,47 mvan het schermkuntplaatsen. Dit geeft u een geprojecteerd beeld van 1,02 x 0,62 m tot4,43 x 2,49 m.
Hoogte
(cm)
Breedte
(cm)
Min.
(cm)
Max.
(cm)
Tele
(cm)
Hoek
Breed
(cm)
Beeld-
hoogte
(cm)
De projector plaatsen
13
Verschillende apparatuur aansluiten
Volgdeze instructies als u een signaalbron aansluit op de projector:
1.Schakel deapparatuur uit voordatu de verbindingen maakt.
2.Gebruik dejuiste signaalkabel voor elke bron.
3.Zorg dat de kabels goed zijn geplaatst.
4.Voor geluid dient u een beroep tedoen op externeluidsprekers. Deze projector heeft geen luidsprekers.
Niet alle kabels die in de onderstaande verbindingen worden weergegeven, zijn opgenomen in het
standaardpakket. Neem contact op met de leverancier of met een elektronicawinkel als u andere kabels
nodig hebt.
Videobronnen aansluiten
Componentvideo-apparaten aansluiten
Componentvideokabel
AV-apparatuur
Game player
Van audiouitgangen
Componentvideokabel
Naar audioingangen
S-Video of videocamera aansluiten
S-Vi deo of videocamera
Van audiouitgangen
Composietvideo-kabel
Als het geselecteerde videobeeld niet wordt weergegeven nadat u de projector hebt ingeschakeld en de
juiste videobron hebt geselecteerd, controleer dan o f de videobr on is ingeschakeld en goed werkt.
Controleer ook of de signaal ka bel s op de jui ste mani er zijn aange slo ten .
S-video-kabel
Naar au di oingangen
Een computer aansluiten
VGA-DVI-kabel
14 V e rsc h ill ende appar a tu ur aa ns lu iten
Van audiouitgangen
Naar audioingangen
De projector en de afstandsbediening gebruiken
Wat u vooraf moet doen
1.Schakeldeaangesloten apparatuur in.
2.Verwijder de lensdop..
De projector inschakelen
1.Controleer of het Power-lampje oranje oplichtnadat destroom isingeschakeld.
2.Houd de toets ingedrukt omdeprojector in teschakelen. Tijdens het opwarmenknippert het power-lampje gedurende 30 seconden enzodra de projector klaar is, brandt het lampje onafgebroken (enprojecteertde projector).
3.Druk op de toets bronknoppen op de afstandsbediening om het gewenste invoersignaal te selecteren. Een bericht op hetscherm geeft aanwanneer de poort wordtgezocht.Hieronderwordt uitgelegd hoe u het ingangssignaal kunt wijzigen.
Power
(Aan/uit) opdeafstandsbediening of de projector
Source
(Bron) op deprojectorof op één vande
3.Plaats het bijgeleverde netsnoer in de netsnoeraansluiting aande achterkant van deprojector
4.Stop het netsnoer in eenstopcontacten schakel hetstopcontact vervolgens in.
Schakelen tussen ingangssignalen
Als u achtereenvolgens ingangssignalen wilt selecteren, drukt u op één van de bronknoppenop de afstandsbedieningof op de knopprojector.
De geselecteerde bron wordt3 seconden lang rechts onderaan het schermweergegeven.
Als u wilt dat de projector automatisch naar ingangssignalen zoekt, activeert
u in het menu Advanced (Geavanceerd) Source Scan (Bronscan). Het zoeken
van de projector naar ingangssignalen kan enkele seconden duren.
Source
(Bron)op de
Het beeld aanpassen
De hoogte van de hoek aanpassen
De projector heeft vooraaneen handige snelversteller entweeverstelvoetjes aan de achterkant. Metdeze verstelvoetjes kunt u de hoogte van het beeld en deprojectiehoek wijzigen. De projector aanpassen:
1.Til de projector op en druk de knop van de versteller inom deze los te maken. De snelverstellerglijdtomlaag en wordt vergrendeld zodra u de knop loslaat. De projectorkan zo tot15 graden hoger worden gezet. Als u de hoogte nauwkeuriger wiltinstellen, dient u deverstellerhandmatig omhoog of omlaag te draaien.
2.Draai aan het achterste verstelvoetje omde horizontale hoek zo in te stellen dat de projector stabielstaaten de projectie recht is.
De projector en de afstandsbediening gebruiken
15
Het beeld automatisch aanpassen
C
T
Met een drukop de knop Auto (Automatisch) op deprojector of op deafstandsbediening past de ingebouwde intelligente automatischebijstellingsfunctie de waardenvan Frequency (Frequentie) en Clock(Klok) aan, zodat er een optimale beeldkwaliteit wordt geproduceerd.
De huidige brongegevensworden gedurende3 seconden rechts onderaanhet schermweergegeven.
Tijdens het gebruik van de automatische bijstellingsfunctie is het
scherm leeg.
Trapeziumvervormingvan het beeld corrigeren
Trapeziumfouten doen zich voorwanneerde projector niet loodrecht op hetscherm staat. Als gevolg hiervan wordthetgeprojecteerdebeeld aan de onderkant of bovenkant duidelijkbreder weergegeven, (in de vorm vaneen
trapezium ).Als u de locatie vande projector niet kuntwijzigen, kunt u deze handmatig
aanpassen door een van devolgende stappen uit te voeren:
•Druk op de sneltoets 3om de statusbalk Keystone(Trapezium) weer te geven.Druk op 3(Links) om het trapeziumeffect aande bovenkant van het beeld te corrigeren. Druk op
•Druk opof op de afstandsbedieningomde statusbalk Keystone (Trapezium) weerte gevenen
druk vervolgensopom het trapeziumeffectaande bovenkant van het beeld te corrigeren of druk op
om het trapeziumeffectaan de onderkantvan het beeld te corrigeren.
Left
(Links) of
Right
(Rechts) 4 opde projector
Left
Right
(Rechts)4om het trapeziumeffect aande onderkant van het beeld te corrigeren.
Het beeldformaat en de helderheidfijnafstemmen
1. Wijzig de grootte van het geprojecteerde beeld met behulp vande zoomring.
16 De projector en de afstandsbediening gebruiken
2. Stel vervolgens het beeld scherp door aan defocusring te draaien.
Het beeld optimaliseren
Gebruik de afstandsbediening of deschermmenu's om het beeldte optimaliseren. Zie pagina19 voor meerinformatie over de werking van schermmenu's.
De volgende stappenzijn optioneel. U hoeft nietelke stap uitte voeren. Het isafhankelijk van de gewenste beeldkwaliteit.
1.Selecteer een standaardmodus op de projector, de afstandsbedieningof in
Mode
(Beeld > Standaardmodus).
Er zijn vier modi beschikbaar voor elke ingang.
DVI-A / DVI-D Video-ingang
•
Presentation Mode (Presentatiemodus):
geschikt voorpresentatiesIn dezemodus wordt de
Picture
>
Preset
helderheid benadrukt.
•
Vivid Mode (Levendige modus):
perfect voorhet spelenvan games. De kleurintensiteit en
helderheid zijngoed verdeeld.
•
Video Mode (Videomodus):
•
Economic Mode (Energiemodus):
geschikt voor het bekijken vanfilms inhun natuurlijkekleur.
wordt gebruikt omhet systeemgeluid te verminderen enhet stroomverbruikmet 20% te verlagen.Door een lagere lichtuitvoer wordt delevensduur van de lamp ook langer.
Componentvideo/ Analoge RCA-video/ S-Video-ingang
•
Gaming Mode (Spelmodus):
geschikt voor het spelen van videospellen in een kamer met veel
licht.
•
Video Mode (Videomodus):
geschikt voor het bekijken vantv-films, dankzij een hogere
kleurtemperatuur.
•
Cinema Mode (Bioscoopmodus):
geschiktvoor het bekijkenvan bioscoopfilms, dankzij een
lagere kleurtemperatuur.
•
Economic Mode (Energiemodus):
wordt gebruikt omhet systeemgeluid te verminderen enhet stroomverbruikmet 20% te verlagen.Door een lagere lichtuitvoer wordt delevensduur van de lamp ook langer.
2.Wijzig de beeldverhouding met de afstandsbediening of in (Pro-beeld > Beeldverhouding).
3.U kunt deBrightness (Helderheid) en Contrastvan een DVI-A- of DVI-D-beeldaanpassen in het menu
Picture
(Beeld) of met de afstandsbediening. U kunt ook deBrightness(Helderheid),
Contrast, Color (Kleur) en Tint aanpassen tijdens het bekijken van componentvideo-, composietvideo- of S-Video-invoer.
Sommige beeldaanpassingen zijn alleen mogelijk wanneer bepaalde ingangen in gebruik zijn.
Aanpassingen die niet beschikbaar zijn, worden niet weergegeven op het scherm. Zie pagina 19 voor de
beschik b a re f uncties voo r elk signaaltype.
Pro-Picture
>
Aspect Ratio
Het menu Display (Weergave) van de projector personaliseren
U kunt de schermmenu's volgens uw voorkeur instellen. Deze instellingen hebben geen invloed op de projectie-instellingen, de bediening of de prestaties.
•
OSD Time
wordt weergegeven nadatu op de knop hebtgedrukt.
•
Language
schermmenu's.
•
User Logo
weergegeven tijdens het opstarten van de projector.
(OSD-tijd) inhet menu
(Taal) in het menu
(Logo gebruiker) in het menu
Setting
Setting
(Instellingen) bepaalt hoe lang het schermmenu
(Instellingen) stelt de gewenste taal in voor de
Advance
De projector en de afstandsbediening gebruiken
(Geavanceerd) bepaaltlogoscherm dat wordt
17
De projector uitschakelen
1.Druk opscherm weergegeven.Druk vervolgens nogmaals op
Power
2.Hetuitgeschakeld. De ventilatorenblijven nog ongeveer 110 secondendraaienzodat de projector kan afkoelen.
Ter bescherming van de lamp reageert de projector niet
op opdrachten tijdens het afkoelen.
3.Trek de stekker van het netsnoerpas uit hetstopcontact ende projector nadat de ventilatorenzijngestopt.
T rek het netsnoer niet uit het st opcontact als de
projector nog niet is uitgeschakeld en ook niet tijdens
het afkoelpro ces van 110 seconden.
Als de projector niet op de juiste manier is afgesloten en u wilt deze onmiddellijk weer starten, draaien de
ventilatoren enkele minuten om af te koelen. U moet even wachten voordat u de projector opnieuw kunt
starten. Druk nogmaals op Power (Aan/uit) om de projector te starten nadat de ventilatoren zijn gestopt.
Power
(Aan/uit). Erwordt een bericht op het
(Aan/uit) omdeprojector uitte schakelen.
Power-lampje
knippert en de lamp wordt
18 De projector en de afstandsbediening gebruiken
De schermmenu's gebruiken
Menustructuur
De OSD-menu's kunnenafwijken, afhankelijkvan het geselecteerde signaalingangstype.
Beschikbarefuncties bij de ontvangst vanverschillendesignaaltypen
SubmenuDVI-ADVI-D
Preset Mode (Standaardmodus)
Color Temp (Kleurtemperatuur)
Brightness (Helderheid)
Picture (Beeld)
Pro-Picture
(Pro-beeld)
Setting
(Instellinge)
Advance
Contrast
Aspect Ratio
(Beeldverhoudi ng)
H Position (Horiz.
positie)
V Position (Vert. positie)
Phase (Fase)
H. Size (H or iz . Gro o tte)
Language (Taal)
Mirror (S piegelen)
Keystone (Trapezium)
OSD Time (OSD-tijd)
Reset (Opnieuw inst ellen)
Source Scan (Bronscan)
User Logo (Logo gebrui ker)
Compone
nt Video
(Compone
ntvideo)
Preset Mode (Standaardmodus)
Color Temp (Kleurtemperatuur)
Brightness ( Helderheid)
Contrast
Color (Kle u r)
Tint*
Sharpness (Scherpte)
*Bij verbindingen met een composietvideo- of S-videosignaal is defunctie alleen beschikbaar als hetNTSC-systeem is geselecteerd.
Lamp Hour (Gebruiksduur lamp)
Color Temp (Kleurtemperatuur)
System (Systeem)
Preset Mode
(Standaardmodus)
Lamp Hour
(Gebruiksduur lamp)
Color Temp (Kleur-
temperatuur)
De schermmenu's gebruiken
De projector beschikt over schermmenu's inmeerdere talen waarinu deinstellingen kunt aanpassen.Selecteer
(Instellingen > Taal) om de taal van het OSD-menu in te stellenvoordatu door de menu's bladert.
Inhetvolgende voorbeeld passen we de waarde voor Keystone (Trapezium) aan.
Setting > Language
De schermm enu's gebruiken
19
1.Druk op
Menu
op de projector of de
afstandsbedieningom het schermmenute openen.
4.Wijzig de trapezium-waarden met detoetsen 3
4
afstandsbediening.
Left
(Links) of
Right
(Rechts)
op de projector of met3of4 opde
2.Druk op3
projector of op 3 of 4op de afstandsbediening
om het menu selecteren.
3.Druk op5 Exit
Left
(Links) of 4
(Afsluiten) of6
Right
Setti n g
(Rechts) op de
(Instellingen)te
Menu
op de
5.Druk tweemaal* op 5Exitde projector of druk op
(Afsluiten) op
Menu
op de afstandsbediening omde instellingen af te sluiten en op teslaan.
*Wanneer u één keer drukt , gaat u terug naar het
submenu, wanneer u tweemaal drukt, wordt het
schermmenu gesloten.
projector of op 6of5 op de afstandsbediening om
Keystone
(Trapezium) te selecteren.
Menu Picture (Beeld)
Sommige beeldaanpassingen zijn alleen mogelijk wanneer bepaalde ingangen in gebruik zijn.
Aanpassingen die niet beschikbaar zijn, worden niet weerge geven op het scherm. Zie pagina 19 voor de
beschikbare functies voor elk signa altype.
1.
Preset mode(Standaardmodus):
projectorbeeld aanpassen aanhet type programma. Zie pagina17 voor meer informatie.
2.
Color Temp(Kleurtemperatuur):
•Standard (Standaard): de wittekleur behoudt denormaleschakering.
•High (Hoog): hiermeekrijgen beelden een blauwe schijn.
van het beeld aan. Hoe hoger de waarde, hoe helderder de afbeelding. Hoe lager de waarde, hoe donkerder de afbeelding. Stel dit zo in datde zwarte gedeelten van het beeld echtzwartworden weergegeven en er nog details zichtbaarzijn in de donkere gedeelten.
4.
Contrast:
donker en licht in het beeld in. Hoe hoger dewaarde, hoe groter het contrast.
5.
Color (Kleur):
kleurintensiteit van hetbeeld.
6.
Sharpness (Scherpte):
scherper of waziger.
7.
Tint:
waarde, hoe groener de afbeelding. Bij verbindingen meteen video- of S-videosignaalisde functie alleen beschikbaar als het NTSC-systeem is geselecteerd.
stelt de matevan verschil tussen
verhoogt of verlaagt de
maakt het beeld
stelt de kleurtonenvan het beeld in. Hoe hoger de waarde, hoe roder de afbeelding. Hoe lager de
met verschillende standaardmodi kunt u de instellingen van het
erzijn drie instellingen voorkleurtemperatuur beschikbaar.
-30
-30
50
50
+70
+70
20 De schermmenu's gebruiken
*Meer informatie over de kleurtemperatuur:
Er bestaan vele kleurschakeringen die om verschillende redenen als “wit” worden beschouwd. Het
begrip “kleurtemperatuur” is een van de meest gebruikte methoden om de kleur wit uit te drukken. Een
witte kleur met een lage kleurtemperatuur vertoont een rode schijn. Een witte kleur met een hoge
kleurtemperatuur vertoont eerder een blauwe schijn.
Menu Pro-Picture (Pro-beeld)
Sommige beeldaanpassingen zijn alleen mogelijk wanneer bepaalde ingangen in gebruik zijn.
Aanpassingen die nie t be s chi kb aa r zijn, w o r den nie t we er ge geve n o p he t sche r m. Zie pagin a 19 voor de
beschik b a re f uncties voo r elk signaaltype
1.
Aspect Ratio(Beeldverhouding):
2.
H Position(Horiz. positie):
geprojecteerde beeld in.
3.
V Position(Vert. positie):
geprojecteerde beeld in.
4.
Phase (Fase):
beeldvervorming te verminderen.
5.
H. Size (Horiz. grootte):
metdeze functie kunt u de klokfase aanpassen om
stelt de horizontalepositie van het
stelt de verticale positie van het
steltde horizontale breedte van het beeld in.
.
er zijn drie beeldverhoudingen16:9, 4:3 enReal (Reëel).
-30+30
-30
+30
Menu Setting (Instellingen)
1.
Language (Taal):steltdetaal van de bedieningsmenu's op het scherm in.
2.
Mirror (Spiegel):
meerdere spiegels.U hebteen houder (optioneel accessoire) nodig als u de projector tegen het plafond wiltmonteren. Neemhiervoor contact op met uw leverancier. Zie pagina11 voor meer informatie.
3.
Keystone (Trapezium):
informatie.
4.
OSD Time(OSD-tijd):
gedrukt. U kunt een waarde tussen 5 en100 seconden kiezen.
5.
Reset (Opnieuwinstellen):
u kunt de projector tegen het plafond of achtereen scherminstalleren, of met een of
corrigeerteventueletrapeziumfouten in het beeld. Zie pagina 16 voor meer
bepaalt hoelang het schermmenu wordt weergegeven nadat u op deknop hebt
zetalle instellingen terug naar de fabrieksinstellingen.
Menu Advance (Geavanceerd)
1.
Source scan(Bronscan):
is ingeschakeld, zoekt de projector naar ingangssignalen totdat eensignaalisgevonden. Alsde functie nietis geactiveerd, selecteert de projector het laatste ingangssignaal.
2.
UserLogo (Logo gebruiker):
weergegeven tijdens het opstartenvan de projector. De volgende drie modi zijn beschikbaar: standaard (het BenQ-logo), zwart scherm en blauw scherm.
stelt in of de projector automatisch naar ingangssignalen zoekt. Als de bronscan
stelt de gebruiker in staat het logoscherm te selecteren datwordt
Menu Information (Informatie)
Ditmenu geeft de huidige status van de projector aan.
1.
Source (Bron):
2.
Resolution (Resolutie):
3.
System (Systeem):
4.
Preset Mode (Standaardmodus):
weer.
5.
Lamp hour (Gebruiksduur lamp):
6.
Color Temp (Kleurtemperatuur):
geeft de huidige signaalbron weer.
geeft de native resolutie vanhetingangssignaalweer.
geeft de indeling van het video-ingangssysteem weer NTSC, SECAMofPAL.
Geeft de geselecteerde modus in het menu
geeft het aantal uur weer dat de lamp is gebruikt.
geeft de geselecteerdekleurtemperatuurweer.
Picture
(Beeld)
De schermm enu's gebruiken
21
Extra informatie
Onderhoud van de projector
De projector heeft maar weinig onderhoudnodig. Het enigedat u regelmatig dient te doen, is de lensschoonhouden.Verwijder nooit onderdelenvan de projector,met uitzondering van de lamp. Neemcontactop met uwleverancier als er andere onderdelenvervangen dienente worden.
De lens reinigen
Reinig de lens als u vuil of stof op het oppervlak ziet. Voordat u de lens reinigt, schakelt u de projector uit, trekt u de stekker uithetstopcontact enwacht u enkele minuten totdat de lamp is afgekoeld.
Verwijder stofmet een fles met gecomprimeerde lucht. (Verkrijgbaarbij leveranciers van
I
bouwmaterialen en fotografen.)
I
Bij vuil of hardnekkige vlekken gebruikt u een speciaal borsteltje voor cameralenzen of bevochtigt u een zachte doek met reinigingsvloeistof voor cameralenzenen veegt u het oppervlak van de lensvoorzichtig schoon.
Raak de lens nooit aan met uw vingers en wrijf nooit met ruw materiaal over de lens. Zelfs papieren
doekjes kunnen de behuizing van de lens beschadigen. Gebruik alleen een speciaal borsteltje voor
cameralenzen, een doek en een reinigingsvloeistof. Reinig de lens nooit wanneer de projector is
ingeschakeld of wanneer de lens nog warm is.
De projectorbehuizing reinigen
Voordat u de behuizingreinigt, schakelt u de projector uit,trekt u de stekker uithetstopcontact enwacht u enkele minuten totdat de lamp is afgekoeld.
Verwijder vuil of stofmet een zachte, droge, pluisvrijedoek.
II
Voor het verwijderenvan hardnekkige vlekken gebruikt u een zachtedoekdieuhebtbevochtigd met water en een neutraal schoonmaakmiddel.Veeghiermeedebehuizing schoon.
Gebruik nooit was, alcohol, benzine, verdunner of andere chemische schoonmaakmiddelen. Hierdoor kan
de behuizing beschadigd raken.
De projector opbergen
Volg de aanwijzingen hieronder als u de projector langeretijd wilt opbergen:
Zorg dat de temperatuuren de luchtvochtigheid vandeopslagruimte binnenhet aanbevolen
I
bereik voor de projector vallen. Raadpleeg de pagina met specificaties ofneemcontact op met uw leverancier voor het bereik.
I
Schuif de verstelvoetjes in.
I
Haaldebatterijen uit de afstandsbediening.
I
Verpak de projector in de oorspronkelijke ofeengelijkwaardigeverpakking.
De projector vervoeren
Het verdient aanbeveling de projector inde oorspronkelijke of een gelijkwaardige verpakking te vervoeren.Als u de projector zelf draagt, dient u de meegeleverde zachte draagtas te gebruiken.
De lampvervangen (Neem contact op met uw BenQ-dealer voor hulp)
De lamp kan heet zijn. Laat de projector gedurende ten minste 45 minuten afkoelen voordat u de lamp
vervangt.
Deze lamp bevat kwik. Gooi deze lamp bij het klein chemisch afval overeenkomstig de toepasselijke lokale
regelgeving.
22 Extra informatie
1.Zet destroom uit en trek de stekker van deprojector uithetstopcontact. Schakel alle aangeslotenapparatuur uiten maakalleandere kabels los.
2.Als de projector isafgekoeld, draait u deze om. Draai vervolgensde schroeven los enverwijder hetdeksel van de lamp zoals weergegeven in de afbeelding.
3.Verschuif het klepje zoalsweergegeven in de afbeelding.
4.Draai de schroef los waarmee delampaan de projector is bevestigd. Als de schroef niet vollediglos is gedraaid, kunt u uwhanden eraan verwonden.Hetwordt ten zeerste aanbevolenomeen schroevendraaier met een magnetische kop tegebruikenzodat u de schroef niet verliestwanneer deze loskomt.
5.Trek aan de handgreep zodat dezerechtop staat. Trek metdehandgreep de lamp langzaam uit de projector.
Als u te snel trekt, kan de lamp breken waardoor gl asscherven in
de projector terecht kunnen komen. Om de kans op verwondingen
aan vingers of schade aan onderdelen binnen in de projector te
verkleinen, dient u voorzichtig te werk te gaan wanneer u lampglas
verwijdert dat uit elkaar is gespat.
Plaats de lamp niet binnen het bereik van kinderen of in de buurt
van vloeistoffen, warmtebronnen en ontvlambare materialen.
Steek uw handen niet in de projector nadat de lamp is verwijderd. Wanneer u de optische onderdelen
binnenin de kast aanraakt, kan dat de kleurweergave van de geprojecteerde beelden negatief
beïnvloede n en ka n beeldv er v orm ing ontstaan.
6.Plaats een nieuwe lamp. Zorg dat de handgreep goed is vergrendeld, schuif het klepje op zijn plaats en draai de schroef stevig vast.
Een losse schroef kan tot een slechte verbinding leiden, met
storingen tot gevolg.
Draai de sc hr oef niet te va st.
7.Plaats het deksel vande lampterug en draai de schroef aan.
Schakel de stroomniet inals het deksel vande lamp is verwijderd.
Als de lamp is vervangen, dient u de totalegebruiksduur van de lamp weer op nul in te stellen.
Reset de
teller niet wanneer de lamp nietisvervangen -als u datweldoet, kan dat tot schade ofstoringen leiden.
8.
De teller vande lamp resetten
i.Houd de knop Exit (Afsluiten)5op de projector gedurende 5 seconden
ingedrukt om de totale gebruiksduur van de lamp op hetscherm weer te geven.
ii.Druk op
Auto
(Automatisch) op de projector of op de afstandsbedieningom
de timer voor de gebruiksduur van de lamp op nul te zetten.
iii.Wacht ongeveer 5 seconden totdat het schermmenusluit.
Extra informatie
23
Lampjes
Drie lampjes gevende status van de projector aan. In de onderstaande tabel wordtde werking van het indicatielampje beschreven. Als het lampje aangeeft dat er ietsverkeerd is, noteert u de status van het lampje, schakelt u de projector uiten neemt u contactop met uw dealer.
De projector werktnormaal...
POWER
(AAN/UIT)
Oranje
Knippert
groen
GroenDe projector werkt nor ma al.
Knippert
oranje
TEMPLAMPSTATUSOPMERKING
Standby-modus.
De projector wordt ingeschakeld.
UitUit
(1) De projector die nt 110 seconden
af te koelen omdat deze zonder
het afkoelproces is afgesloten.
Of
(2) De projector die nt 110 seconden
af te koelen nadat de stroom is
uitgeschakeld.
De projector werktnietnormaal...
POWER
(AAN/UIT)
UitUitRood
UitRoodUit
UitRoodGroen
UitRoodOranje
TEMP LAMPSTATUSOPMERKING
(1) De projector dien t 110 seconden
af te koelen.
Of
(2) Neem contact op met uw
leverancier voor hulp.
De projector is automat isch
afgesloten.
De projector is automat isch
afgesloten.
De projector is automat isch
afgesloten.
U kunt de projector niet
uitschakelen.
U kunt de projector niet
inschakelen.
Als u de projector opnieuw
probeert te start en, wordt
deze opnieuw afgesloten.
Neem contact op met uw
leverancier voor hulp.
Als u de projector opnieuw
probeert te start en, wordt
deze opnieuw afgesloten.
Neem contact op met uw
leverancier voor hulp.
Als u de projector opnieuw
probeert te start en, wordt
deze opnieuw afgesloten.
Neem contact op met uw
leverancier voor hulp.
Reserveonderdelen bestellen of informatie aanvragen
Wanneer u productinformatie, ondersteuning of service-informatie wenst of accessoires wiltbestellen, kunt u de website van BenQbezoeken op http://www.BenQ.com
.
Probleemoplossing
ProbleemOorzaakOplossing
Het netsnoer lev ert geen stroom.Stop het ene uiteinde van het netsnoer in
de netsnoeraansl uiting aan de achterkan t
van de projector en het andere in het
U kunt de
projector ni e t
inschakelen.
Geen beeld.
Het beeld is niet
stabiel.
Het beeld is
vaag.
De
afstandsbedieni
ng werkt niet.
De projector werd aangezet
tijdens het afkoel en.
Het deksel van de lamp zit niet
goed vast.
De videobron i s niet ingeschakeld
of niet correct aangesloten.
De projector is niet correct
aangesloten op de invoerbron.
Het ingangssignaa l i s verkeerd
geselecteerd.
De lensdop zit nog op de lens.Verwijder de lensdop.
De kabels zij n niet goed
aangesloten op de projector of de
signaalbron.
De projectielens is niet correct
scherpgesteld.
De projector en het scherm staan
scheef.
De lensdop zit nog op de lens.Verwijder de lensdop.
De batterijen zijn leeg.Verv ang beide batterijen.
Er bevindt zich een voorwerp
tussen de afstand sbediening en
de projector.
U bevindt zich te ver van de
projector.
stopcontact. Zorg dat het stopcontact is
ingeschakeld (i ndien van toepassing).
Wacht tot de projector volledig is
afgekoeld.
Plaats het deksel van de lamp correct.
Schakel de videobron in en controleer of
de signaalkabel cor rect is aangesloten.
Controleer de aansluiting.
Selecteer het correcte ingangsknoppen
op de afstandsbedi ening of met de toets
Source (Bron) op de projector.
Sluit de kabels correc t aan op de
geschikte stekkers.
Pas de focus van de lens aan met de
focusring.
Pas de projectiehoek, -richting en hoogte van de proj ector aan indien nodig.
Verwijder het voorwerp.
Ga niet verder dan 8 meter van de
projector staan.
Extra informatie
25
Specificaties
Alle specif icaties kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
Optische kenmerken
ProjectiesysteemDMD-chip
LensProjectiegrootteLamp
Elektrische kenmerken
KleurensysteemResolutie
Max. aantalkleuren
Ingangen
DVI-I (DVI-A / DVI-D) X 1ComponentS-VideoComposietvideo
DLPTM-systeem met enkelvoudige chip0,53-inch DMD 480P (854 x 480)Zoomverhouding van 1,22, F/# 2,4 - 2,6, f= 24,0 - 29,1 mm
31 tot300 inchLamp 200 W
NTSC / PAL-M / PAL-N / PAL 60 / SECAMSXGA, XGA, SVGA, VGA, Macintosh
HDTV (1080i, 720p, 576p, 576i, 480p, 480i)
16.770.000 kleuren (volledige kleurweergave)
x
RCA-aansluiting Mini DIN 4-pins poortRCA-aansluiting
262 mmx 99 mmx 216 mm(Bx H x D)
6.4lbs/2,9 kgVAC100 -240 V, 3,2 A, 50 / 60 Hz(Automatisch)285 W (Max.)0 °C - 40 °C op zeeniveau10% - 90% (zonder condens)6000 m bij 30 °C, 3000 - 10000 m bijmax. 23 °C
-10 °C tot 60 °C/14 °F -140 °F10% -90%
3
x
1
x
1
®
,
Afmetingen
Eenheid: mm
26 Extra informatie
99
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.