Benq LX710, LX710D, LU710, LU710D, LH710 User Manual [nl]

...
Digitale projector
Gebruikershandleiding
LX710 / LX710D / LU710 / LU710D / LH710 / LH710D LX730 / LX730D / LU930 / LU930D / LH930 / LH930D
V 1.00

Informatie over garantie en auteursrechten

Beperkte garantie
De garantie van BenQ voor dit product heeft betrekking op productie- en materiaalfouten die zich bij normaal gebruik van het apparaat voordoen.
Wanneer u een beroep wilt doen op de garantie, dient u een geldig aankoopbewijs te overleggen. Wanneer dit product tijdens de garantieperiode defect raakt, is BenQ alleen verplicht de defecte onderdelen te vervangen (inclusief arbeidsloon). Om in geval van een defect reparatie- of servicewerkzaamheden te laten uitvoeren die onder de garantie vallen, dient u zich zo snel mogelijk te wenden tot de leverancier bij wie u het product hebt gekocht.
Belangrijk: De bovenstaande garantie vervalt indien de klant heeft nagelaten het product te gebruiken volgens de schriftelijke instructies van BenQ, in het bijzonder de instructies inzake de gebruiksomstandigheden. De vochtigheidsgraad moet tussen 10% en 90% liggen, de temperatuur tussen 0°C en 35°C en de projector mag niet worden gebruikt op stoffige plaatsen of op plaatsen hoger dan 4920 voet. Deze garantie verleent de koper van het apparaat bepaalde rechten, evenals het zogenaamde consumentenrecht, dat echter per land kan verschillen.
Ga voor meer informatie naar www.BenQ.com.
Copyright
Copyright © 2019, by BenQ Corporation. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden gereproduceerd, verzonden, opgeslagen in een zoeksysteem of vertaald in een andere taal of computertaal, onder geen enkele vorm en op geen enkele wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, magnetisch, optisch, chemisch, handmatig of op andere wijze, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van BenQ Corporation.
Aansprakelijkheid
BenQ Corporation is niet aansprakelijk en geeft geen garanties, uitdrukkelijk noch stilzwijgend, ten aanzien van de inhoud van deze publicatie en wijst alle garanties van verkoopbaarheid of geschiktheid voor een bepaald doel af. BenQ Corporation behoudt zich het recht voor deze publicatie te herzien en de inhoud ervan van tijd tot tijd te wijzigen zonder verplicht te zijn aan enige persoon mededeling van die herzieningen of wijzigingen te doen.
*DLP, Digital Micromirror Device en DMD zijn handelsmerken van Texas Instruments. Andere merk- en productnamen zijn eigendom van de respectieve bedrijven of organisaties.
Patenten
Ga naar http://patmarking.benq.com/ voor details over patenten die de BenQ-projector gebruikt.
2 Informatie over garantie en auteursrechten
Inhoud
Informatie over garantie en auteursrechten ..................................................................... 2
Belangrijke veiligheidsinstructies ........................................................................................ 4
Inleiding ................................................................................................................................. 6
Inhoud van de verpakking ......................................................................................................................... 6
Buitenkant van de projector .................................................................................................................... 8
Bedieningselementen en functies............................................................................................................ 9
De projector positioneren ................................................................................................. 11
Een plek kiezen .........................................................................................................................................11
De gewenste beeldgrootte van de projectie instellen..................................................................... 12
De projector bevestigen .........................................................................................................................16
De projectorpositie aanpassen (LU930/LU930D/LH930/LH930D) ............................................. 18
Het geprojecteerde beeld aanpassen ..................................................................................................19
Aansluitingen ...................................................................................................................... 21
Bediening ............................................................................................................................. 23
De projector opstarten ..........................................................................................................................23
De menu's gebruiken............................................................................................................................... 24
De projector beveiligen ..........................................................................................................................25
Schakelen tussen ingangssignalen .......................................................................................................... 27
De projector besturen in een kabel-lanomgeving ............................................................................27
De projector uitschakelen .....................................................................................................................30
Direct uitschakelen .................................................................................................................................. 31
Menubewerkingen .............................................................................................................. 32
Menu Basis ................................................................................................................................................37
Menu Geavanceerd .............................................................................................................................. 39
Onderhoud .......................................................................................................................... 49
Onderhoud van de projector ................................................................................................................49
Informatie over de lichtbron.................................................................................................................. 50
Problemen oplossen ........................................................................................................... 52
Specificaties ......................................................................................................................... 53
Projectorspecificaties ..............................................................................................................................53
Afmetingen .................................................................................................................................................54
Timingdiagram ........................................................................................................................................... 55
3 Inhoud

Belangrijke veiligheidsinstructies

De projector is ontwikkeld en getest volgens de nieuwste veiligheidsstandaards voor ict-apparatuur. Voor een veilig gebruik van dit product dient u de instructies in de gebruikershandleiding / installatiegids en op de verpakking van het product nauwkeurig op te volgen.
1. Lees de gebruikershandleiding / installatiegids aandachtig door voordat u de projector gaat gebruiken. Bewaar de handleiding voor toekomstig gebruik.
2. Kijk tijdens het projecteren niet rechtstreeks in de lens van de projector. De sterke lichtstraal kan uw ogen beschadigen.
3. Laat reparatie- of onderhoudswerkzaamheden over aan een bevoegd technicus.
4. Zorg er altijd voor dat de lenssluiter (indien aanwezig) is geopend of de lensdop (indien aanwezig) is verwijderd wanneer de lichtbron van de projector brandt.
5. De lichtbron wordt erg heet tijdens het gebruik.
6. In sommige landen is de netspanning NIET stabiel. Hoewel deze projector normaal werkt bij een netspanning van 100 tot 240 V (wisselstroom), kan het apparaat uitvallen wanneer zich een stroomstoring of een spanningspiek van ±10 V voordoet. In gebieden waar dit risico hoog is,
is het raadzaam de projector aan te sluiten op een spanningsstabilisator, piekbeveiliging of UPS-systeem (Uninterruptible Power Supply).
7. Plaats geen voorwerpen voor de projectielens als de projector wordt gebruikt. De voorwerpen kunnen heet worden en daardoor vervormd raken of vlam vatten. Om de lichtbron tijdelijk uit te schakelen, gebruikt u de functie leeg.
8. Gebruik de lichtbronnen niet langer dan de voorgeschreven levensduur.
9. Plaats dit product nooit op een onstabiele ondergrond. Het product kan dan vallen en ernstig worden beschadigd.
10. Open deze projector niet zelf. De onderdelen van het apparaat staan onder hoge, levensgevaarlijke spanning.
U mag nooit andere onderdelen losmaken of verwijderen. Laat reparaties uitsluitend over aan gekwalificeerde professionele reparateurs.
11. Blokkeer het ventilatierooster niet.
- Plaats deze projector niet op een deken, beddengoed of op een ander zacht oppervlak.
- Bedek deze projector niet met een doek of met andere voorwerpen.
- Plaats geen ontvlambare stoffen in de buurt van de projector.
Als het ventilatierooster niet vrij wordt gehouden, kan er door oververhitting in de projector brand ontstaan.
12. Plaats de projector niet verticaal. De projector kan dan vallen en letsel veroorzaken of beschadigd raken.
13. Trap niet op de projector of leg er geen voorwerpen op. Dit kan niet alleen schade aan de projector veroorzaken, maar ook leiden tot ongevallen en mogelijk letsel.
14. Wanneer u de projector gebruikt, neemt u mogelijk warme lucht en een bepaalde geur waar bij het ventilatierooster. Dit is een normaal verschijnsel.
15. Plaats geen vloeistoffen in de buurt van of op de projector. Als er vloeistof in de projector wordt gemorst, werkt deze mogelijk niet meer. Als de projector nat wordt, trekt u de stekker uit het stopcontact en belt u BenQ voor reparaties.
16. Dit apparaat moet worden geaard.
4 Belangrijke veiligheidsinstructies
17. Plaats de projector niet in de volgende ruimtes.
- Slecht geventileerde of gesloten ruimtes. Zorg dat de projector ten minste 50 cm van de muur staat en laat voldoende ruimte vrij rondom de projector.
- Plekken waar de temperatuur extreem hoog kan oplopen, zoals in een auto met gesloten ramen.
- Plekken met veel vocht, stof of rook die optische componenten mogelijk aantasten. Dit verkort de levensduur van de projector en verdonkert het beeld.
- Plekken in de buurt van een brandalarm.
- Plekken met een omgevingstemperatuur hoger dan 40°C / 104°F.
- Plekken die hoger liggen dan 3000 m (10000 voet).
18. Richt nooit een krachtige laserstraal op de projectielens om beschadiging van de DLP-chips te vermijden.
Risicogroep 2
1. Volgens de classificatie van fotobiologische veiligheid van lichtbronnen en lichtbronsystemen valt dit product onder Risicogroep 2, IEC 62471-5:2015.
2. Dit product straalt mogelijk gevaarlijke optische straling uit.
3. Kijk niet direct in de functionerende lichtbron. Dit kan uw ogen beschadigen.
4. Net als bij elke andere felle lichtbron, is het niet raadzaam direct in de straal te kijken.
De lichtbroneenheid van de projector gebruikt een laser.
Waarschuwing over lasers
Dit product is een laserproduct van KLASSE 1 en voldoet aan IEC 60825-1:2014.
LASERSTRAAL, KIJK NIET IN DE STRAAL, LASERPRODUCT VAN KLASSE 1.
Bovenstaande waarschuwingen over de laser staat aan de onderzijde van dit apparaat.
Pas op – Het gebruik van besturingselementen of aanpassingen of prestaties van procedures die afwijken van de hier genoemde, kan resulteren in blootstelling aan gevaarlijke straling.
• Let op dat iemand toezicht houdt op kinderen
en dat kinderen nooit direct in de straal van de projector mogen kijken, ongeacht de afstand tot de projector.
• Let op dat u voorzichtig bent als u voor de
projectielens staat en de projector start met de afstandsbediening.
• Let op dat u geen optische hulpmiddelen
gebruikt in de straal, zoals een verrekijker of telescoop.
5 Belangrijke veiligheidsinstructies

Inleiding

Inhoud van de verpakking

Pak alles voorzichtig uit en controleer of u alle onderstaande items aanwezig zijn. Wanneer een of meerdere van deze items ontbreken, dient u contact op te nemen met de leverancier.
Standaardaccessoires
LX710/LX710D/LU710/ LU710D/LH710/LH710D
Snelgids Garantiekaart* Netsnoer
LX730/LX730D LU930/LU930D/LH930/
LH930D
Projector
Afstandsbediening met
batterijen
Hdmi-kabel
• De meegeleverde accessoires zijn geschikt voor uw regio, maar verschillen mogelijk van die in de afbeeldingen.
• *De garantiekaart wordt slechts in bepaalde regio’s geleverd. Vraag uw verkoper voor gedetailleerde informatie.
Optionele accessoires
1. 3D-bril
2. InstaShow™ (WDC10/WDC20)
3. Draadloze dongles (QCast Mirror)
De batterijen van de afstandsbediening vervangen
1. Druk en schuif de batterijklep weg zoals in de afbeelding is weergegeven.
2. Verwijder de oude batterijen (indien van toepassing) en plaats twee AAA-batterijen. Zorg dat de positieve en negatieve zijdes correct zijn gepositioneerd zoals in de afbeelding is weergegeven.
3. Schuif de batterijklep terug zodat deze op z'n plek klikt.
6 Inleiding
• Laat de afstandsbediening en batterijen niet liggen op plaatsen die extreem warm of vochtig zijn, zoals de keuken, badkamer, sauna, solarium of in een gesloten auto.
• Gebruik alleen dezelfde batterijen of batterijen van hetzelfde type dat door de fabrikant van de batterij wordt aanbevolen.
• Gooi batterijen weg volgens de instructies van de fabrikant en volgens de plaatselijke milieuregelgeving.
• Werp batterijen nooit in vuur. Dit kan een explosie veroorzaken.
• Als de batterijen leeg zijn of als u de afstandsbediening gedurende langere tijd niet gebruikt, verwijdert u de batterijen om beschadiging van de afstandsbediening door lekkende batterijen te voorkomen.
7 Inleiding

Buitenkant van de projector

LX710/LX710D/LU710/ LU710D/LH710/LH710D
LX730/LX730D LU930/LU930D/LH930/
LH930D
1
3
2
4
4
5
6
9
7
7
7
1
3
2
4
4
6
9
7
1
23 24
26
26
26
25 25
26
27
3
2
4
4
9
7
10 12 16
20
14
11 13 15 17 19
18
22
21
8 8 8
28
1. Ventilatie (luchtuitlaat)
2. Focus- en zoomring
3. Projectielens
4. IR-sensor voor afstandsbediening
5. Knoppen voor aanpassen van de lensverschuiving (LINKS/RECHTS, OMHOOG/OMLAAG)
6. Omgevingslichtsensor (ALS)
7. Ventilatie (luchtinlaat)
8. POWER (Aan/uit-indicator)/TEMP
(waarschuwingslampje temperatuur)/LIGHT (Licht-lampje)
(Zie Indicatoren op pagina 51.)
9. Extern besturingspaneel (Zie Bedieningselementen en functies op
pagina 9.)
10. HDMI 1-ingang
11. HDMI 2-ingang
12. USB Type A-poort (5 V/1,5 A energie voor WDC10/QCast Mirror)
13. Component RCA RGB-ingangen
14. Video-ingang
15. Audio-ingangen (L/R)
16. RGB (pc)-signaalingang
17. RGB (pc)-signaaluitgang
18. RS-232-besturingspoort
19. RJ-45 lan-ingang
20. Audio-ingang
21. Audio-uit-aansluiting
22. 12V-trigger
23. Sleuf voor antidiefstalslot
24. Stroomaansluiting
25. Verstelvoetjes
26. Gaten voor wandmontage
27. Beveiligingsbalk
28. InstaShow-openingen
8 Inleiding
*Energie voor WDC20 moet afkomstig zijn van een externe energiebron.

Bedieningselementen en functies

1
3
4
2
6
5
7
Alle toetsindrukken die in dit document zijn beschreven, zijn beschikbaar op de afstandsbediening of op de projector.
10
16 17
18
19 20
11 12 13 14 15
4
8
7
5
6
3 1
9
2
Projector en afstandsbediening
1. MENU
Activeert het schermmenu (OSD).
2. Pijltoetsen ( , , , )
Als het On-Screen Display (OSD)-menu is geactiveerd, gebruikt u deze toetsen als pijltoetsen om de gewenste menu-items te selecteren en om aanpassingen uit te voeren.
Keystonetoetsen ( , )
Opent de pagina voor keystonecorrectie.
Volumetoetsen /
Zet het volume van de projector lager of hoger.
3. BACK
Keert terug naar het vorige OSD-menu, sluit en bewaart de menu-instellingen.
4. AAN/UIT
Dit zet de projector aan of op stand-by.
ON/ Off
Dit zet de projector aan of op stand-by.
5. AUTO
Bepaalt automatisch de beste beeldtimings voor het weergegeven beeld als pc-signaal (analoog RGB) is geselecteerd.
9 Inleiding
6. OK
O
n
g
e
v
e
e
r
+
3
0
º
O
n
g
e
v
e
e
r
+
3
0
º
13. NETWORK
Hiermee bevestigt u het geselecteerde menu-item in het On-Screen Display (OSD)-menu.
7. SOURCE
Opent de ingangselectiebalk.
8. KEYSTONE
Opent de pagina voor keystonecorrectie.
9. PIC MODE
Kies een beschikbare beeldinstellingsmodus.
10.
Schakelt het projectorgeluid in of uit.
11. LIGHT MODE
Kies een beschikbare lichtmodus.
12. ECO BLANK
Hiermee kunt u de schermafbeelding verbergen.
Plaats geen voorwerpen voor de projectielens als de projector wordt gebruikt. De voorwerpen kunnen heet worden en daardoor vervormd raken of vlam vatten.
Geeft het netwerkinstellingenmenu weer.
14. INFO
Toont informatie over de projector.
15. FREEZE
Zet het geprojecteerde beeld stil.
16.
Zet het volume van de projector lager.
17.
Zet het volume van de projector hoger.
18. ZOOM+/ZOOM-
Vergroot of verkleint het geprojecteerde beeld.
19. QUICK INSTALL
Selecteert snel diverse functies om het geprojecteerde beeld aan te passen en toont het testpatroon.
20. ASPECT
Hiermee selecteert u de beeldverhouding.
Effectief bereik van de afstandsbediening
De afstandsbediening moet in een hoek van 30 graden ten opzichte van de IR-sensor van de projector worden gehouden om correct te functioneren. De afstand tussen de afstandsbediening en de sensor(en) mag niet meer dan 8 meter (~ 26 voet) bedragen.
Zorg dat tussen de afstandsbediening en de IR-sensor(en) van de projector geen obstakels liggen die de infraroodstraal kunnen blokkeren.
• De projector bedienen via de voorkant • De projector bedienen via de bovenkant
10 Inleiding

De projector positioneren

Een plek kiezen

Voordat u een plek voor de projector kiest, houdt u rekening met de volgende zaken:
• Formaat en positie van het scherm
• Plek van het stopcontact
• Locatie en afstand tussen de projctor en de rest van de apparatuur
U kunt de projector op de volgende manieren installeren.
1. Tafel voor
Selecteer deze instelling als u de projector op de tafel en voor het scherm installeert. Als u een snelle opstelling en draagbaarheid wenst, is dit de meest gebruikte opstelling.
3. Plafond voor
Selecteer deze instelling als u de projector tegen het plafond en voor het scherm installeert. Als u de projector aan het plafond wilt bevestigen, kunt u het beste de plafondmontageset voor een BenQ Projector bij uw leverancier kopen.
2. Tafel achter
Selecteer deze instelling als u de projector op de tafel en achter het scherm installeert. Voor deze opstelling is een speciaal scherm voor achterwaartse projectie vereist.
4. Plafond achter
Selecteer deze instelling als u de projector tegen het plafond en achter het scherm installeert. Voor deze opstelling zijn een speciaal scherm voor achterwaartse projectie en de plafondmontageset voor een BenQ Projector vereist.
Na het inschakelen van de projector gaat u naar het menu Geavanceerd - Instellingen > Projectorinstallatie > Projectorinstallatie en drukt u op / om een instelling te selecteren.
U kunt dit menu ook openen met QUICK INSTALL op de afstandsbediening.
11 De projector positioneren

De gewenste beeldgrootte van de projectie instellen

H
B
Projectieafstand
Midden van de lens
Scherm
4:3 schermdiagonaal
De afstand van de lens van de projector tot het scherm, de zoominstellingen (indien beschikbaar) en het videoformaat zijn allemaal factoren die de grootte van het geprojecteerde beeld bepalen.
Projectieafmetingen
LX710/LX710D/LX730/LX730D
• De beeldverhouding van het scherm is 4:3 en van het geprojecteerde beeld 4:3
LX710/LX710D
Schermgrootte Projectieafstand (mm)
Diagonaal
Inch mm (max. zoom) (min. zoom)
30 762 457 610 920 1061 1201 34
50 1270 762 1016 1534 1768 2002 57
60 1524 914 1219 1841 2121 2402 69
70 1778 1067 1422 2148 2475 2802 80
80 2032 1219 1626 2455 2829 3202 91
90 2286 1372 1829 2761 3182 3603 103
100 2540 1524 2032 3068 3536 4003 114
110 2794 1676 2235 3375 3889 4403 126
120 3048 1829 2438 3682 4243 4804 137
130 3302 1981 2642 3989 4596 5204 149
140 3556 2134 2845 4296 4950 5604 160
150 3810 2286 3048 4602 5304 6005 171
160 4064 2438 3251 4909 5657 6405 183
170 4318 2591 3454 5216 6011 6805 194
180 4572 2743 3658 5523 6364 7205 206
200 5080 3048 4064 6137 7071 8006 229
250 6350 3810 5080 7671 8839 10008 286
300 7620 4572 6096 9205 10607 12009 343
H (mm) B (mm)
Min. afstand
Gemiddeld
Max. afstand
Verschuiving
(mm)
Als u bijvoorbeeld een scherm van 120 inch gebruikt, is de aanbevolen projectieafstand 4243 mm.
Voor een projectieafstand van 6000 mm is 6005 mm de dichtstbijzijnde waarde in de kolom
"Projectieafstand (mm)". Als u in deze rij kijkt, ziet u dat u hiervoor een scherm van 150'' (ongeveer
3,8 m) nodig hebt.
12 De projector positioneren
LX730/LX730D
H
B
Projectieafstand
Midden van de lens
Scherm
16:10 schermdiagonaal
Schermgrootte Projectieafstand (mm)
Diagonaal
Inch mm (max. zoom) (min. zoom)
30 762 457 610 860 1116 1372 46
50 1270 762 1016 1433 1859 2286 76
60 1524 914 1219 1719 2231 2743 91
70 1778 1067 1422 2006 2603 3200 107
80 2032 1219 1626 2292 2975 3658 122
90 2286 1372 1829 2579 3347 4115 137
100 2540 1524 2032 2865 3719 4572 152
110 2794 1676 2235 3152 4090 5029 168
120 3048 1829 2438 3438 4462 5486 183
130 3302 1981 2642 3725 4834 5944 198
140 3556 2134 2845 4011 5206 6401 213
150 3810 2286 3048 4298 5578 6858 229
200 5080 3048 4064 5730 7437 9144 305
250 6350 3810 5080 7163 9296 11430 381
300 7620 4572 6096 8595 11156 13716 457
H (mm) B (mm)
Min. afstand
Gemiddeld
Max. afstand
Verschuiving
(mm)
Als u bijvoorbeeld een scherm van 120 inch gebruikt, is de aanbevolen projectieafstand 4462 mm.
Voor een projectieafstand van 5000 mm is 4834 mm de dichtstbijzijnde waarde in de kolom
"Projectieafstand (mm)". Als u in deze rij kijkt, ziet u dat u hiervoor een scherm van 130" (ongeveer
3,3 m) nodig hebt.
• Voor een optimale beeldkwaliteit raden we aan dat u projecteert op een gebied dat niet grijs is.
• Alle maten zijn benaderingen en kunnen afwijken van de daadwerkelijke formaten. BenQ beveelt aan, dat bij een permanente plaatsing van de projector de projectiegrootte en -afstand eerst ter plaatse met de projector fysiek te testen, zodat u rekening kunt houden met de optische eigenschappen van deze projector. Hierdoor kunt u de precieze bevestigingspositie bepalen die het beste past in uw specifieke locatie.
LU710/LU710D/LU930/LU930D
13 De projector positioneren
• De beeldverhouding van het scherm is 16:10 en die van het geprojecteerde beeld is 16:10
LU710/LU710D
Schermgrootte Projectieafstand (mm)
Diagonaal
Inch mm (max. zoom) (min. zoom)
30 762 404 646 730 837 943 0
50 1270 673 1077 1217 1395 1572 0
60 1524 808 1292 1460 1674 1887 0
70 1778 942 1508 1704 1953 2201 0
80 2032 1077 1723 1947 2231 2516 0
90 2286 1212 1939 2191 2510 2830 0
100 2540 1346 2154 2434 2789 3145 0
110 2794 1481 2369 2677 3068 3459 0
120 3048 1615 2585 2921 3347 3774 0
130 3302 1750 2800 3164 3626 4088 0
140 3556 1885 3015 3407 3905 4403 0
150 3810 2019 3231 3651 4184 4717 0
200 5080 2692 4308 4868 5579 6289 0
250 6350 3365 5385 6085 6973 7862 0
300 7620 4039 6462 7302 8368 9434 0
H (mm) B (mm)
Min. afstand
Gemiddeld
Max. afstand
Verschuiving
(mm)
Als u bijvoorbeeld een scherm van 120 inch gebruikt, is de aanbevolen projectieafstand 3347 mm.
Voor een projectieafstand van 4000 mm is 3905 mm de dichtstbijzijnde waarde in de kolom
"Projectieafstand (mm)". Als u in deze rij kijkt, ziet u dat u hiervoor een scherm van 140'' (ongeveer
3,6 m) nodig hebt.
LU930/LU930D
Schermgrootte Projectieafstand (mm)
Diagonaal
Inch mm (max. zoom) (min. zoom)
30 762 404 646 879 114 4 1409 0
50 1270 673 1077 1465 1906 2348 0
60 1524 808 1292 1758 2287 2817 0
70 1778 942 1508 2051 2669 3287 0
80 2032 1077 1723 2343 3050 3756 0
90 2286 1212 1939 2636 3431 4226 0
100 2540 1346 2154 2929 3812 4696 0
110 2794 1481 2369 3222 4194 5165 0
120 3048 1615 2585 3515 4575 5635 0
130 3302 1750 2800 3808 4956 6104 0
140 3556 1885 3015 4101 5337 6574 0
150 3810 2019 3231 4394 5719 7043 0
200 5080 2692 4308 5859 7625 9391 0
250 6350 3365 5385 7323 9531 11739 0
300 7620 4039 6462 8788 11437 14087 0
H (mm) B (mm)
Min. afstand
Gemiddeld
Max. afstand
Verschuiving
(mm)
Als u bijvoorbeeld een scherm van 120 inch gebruikt, is de aanbevolen projectieafstand 4575 mm.
Voor een projectieafstand van 4000 mm is 3812 mm de dichtstbijzijnde waarde in de kolom
"Projectieafstand (mm)". Als u in deze rij kijkt, ziet u dat u hiervoor een scherm van 100'' (ongeveer
2,8 m) nodig hebt.
14 De projector positioneren
• Voor een optimale beeldkwaliteit raden we aan dat u projecteert op een gebied dat niet grijs is.
H
B
Projectieafstand
Midden van de lens
Scherm
16:9 schermdiagonaal
Ve rs ch ui v in g
• Alle maten zijn benaderingen en kunnen afwijken van de daadwerkelijke formaten. BenQ beveelt aan, dat bij een permanente plaatsing van de projector de projectiegrootte en -afstand eerst ter plaatse met de projector fysiek te testen, zodat u rekening kunt houden met de optische eigenschappen van deze projector. Hierdoor kunt u de precieze bevestigingspositie bepalen die het beste past in uw specifieke locatie.
LH710/LH710D/LH930/LH930D
• De beeldverhouding van het scherm is 16:9 en van het geprojecteerde beeld 16:9
LH710/LH710D
Schermgrootte Projectieafstand (mm)
Diagonaal
Inch mm (max. zoom) (min. zoom)
30 762 374 664 750 860 970 19
50 1270 623 1107 1251 1433 1616 31
60 1524 747 1328 1501 1720 1939 37
70 1778 872 1550 1751 2007 2263 44
80 2032 996 1771 2001 2293 2586 50
90 2286 1121 1992 2251 2580 2909 56
100 2540 1245 2214 2502 2867 3232 62
110 2794 1370 2435 2752 3154 3555 68
120 3048 1494 2657 3002 3440 3879 75
130 3302 1619 2878 3252 3727 4202 81
140 3556 1743 3099 3502 4014 4525 87
150 3810 1868 3321 3752 4300 4848 93
200 5080 2491 4428 5003 5734 6464 125
250 6350 3113 5535 6254 7167 8080 156
300 7620 3736 6641 7505 8601 9696 187
H (mm) B (mm)
Min. afstand
Gemiddeld
Max. afstand
Verschuiving
(mm)
Als u bijvoorbeeld een scherm van 120 inch gebruikt, is de aanbevolen projectieafstand 3440 mm.
Voor een projectieafstand van 4000 mm is 4014 mm de dichtstbijzijnde waarde in de kolom
"Projectieafstand (mm)". Als u in deze rij kijkt, ziet u dat u hiervoor een scherm van 140'' (ongeveer
3,6 m) nodig hebt.
15 De projector positioneren
LH930/LH930D
Schermgrootte Projectieafstand (mm)
Diagonaal
Inch mm (max. zoom) (min. zoom)
30 762 374 664 903 117 6 1448 0
50 1270 623 1107 1505 1959 2413 0
60 1524 747 1328 1806 2351 2896 0
70 1778 872 1550 2108 2743 3378 0
80 2032 996 1771 2409 3135 3861 0
90 2286 1121 1992 2710 3527 4343 0
100 2540 1245 2214 3011 3918 4826 0
110 2794 1370 2435 3312 4310 5309 0
120 3048 1494 2657 3613 4702 5791 0
130 3302 1619 2878 3914 5094 6274 0
140 3556 1743 3099 4215 5486 6757 0
150 3810 1868 3321 4516 5878 7239 0
200 5080 2491 4428 6022 7837 9652 0
250 6350 3113 5535 7527 9796 12065 0
300 7620 3736 6641 9032 11755 14478 0
H (mm) B (mm)
Min. afstand
Gemiddeld
Max. afstand
Verschuiving
(mm)
Als u bijvoorbeeld een scherm van 120 inch gebruikt, is de aanbevolen projectieafstand 4702 mm.
Voor een projectieafstand van 4000 mm is 3918 mm de dichtstbijzijnde waarde in de kolom
"Projectieafstand (mm)". Als u in deze rij kijkt, ziet u dat u hiervoor een scherm van 100'' (ongeveer
2,5 m) nodig hebt.
• Voor een optimale beeldkwaliteit raden we aan dat u projecteert op een gebied dat niet grijs is.
• Alle maten zijn benaderingen en kunnen afwijken van de daadwerkelijke formaten. BenQ beveelt aan, dat bij een permanente plaatsing van de projector de projectiegrootte en -afstand eerst ter plaatse met de projector fysiek te testen, zodat u rekening kunt houden met de optische eigenschappen van deze projector. Hierdoor kunt u de precieze bevestigingspositie bepalen die het beste past in uw specifieke locatie.

De projector bevestigen

Als u de projector wilt bevestigen, is het raadzaam een gepaste montageset voor BenQ-projectoren te gebruiken voor een veilige en stevige montage.
Als u een montageset van een ander merk dan BenQ gebruikt, bestaat het gevaar dat de projector naar beneden valt omdat het apparaat met de verkeerde schroeven is bevestigd.
Voordat u de projector bevestigt
• U kunt een projectormontageset voor BenQ-projectoren kopen bij de leverancier van uw BenQ-projector.
• BenQ raadt u aan een aparte veiligheidskabel aan te schaffen die compatibel is met het Kensington-slot. Maak deze kabel vast aan de sleuf voor het antidiefstalslot op de projector en aan de houder. Wanneer de projector loskomt van de houder, blijft het apparaat toch veilig zitten.
• Vraag de leverancier om de projector voor u te monteren. Als u de projector zelf monteert, kan de projector vallen en letsel opleveren.
• Neem de benodigde maatregelen om te voorkomen dat de projector naar beneden valt tijdens bijvoorbeeld een aardbeving.
• De garantie dekt geen beschadiging van het product als gevolg van het monteren van de projector met een projectormontageset die niet van BenQ is.
16 De projector positioneren
• Let op de omgevingstemperatuur van de plek waar de projector aan het plafond/wand wordt
Schroef voor plafond/wandmontage: M4 x 8 mm
Eenheid: mm
BenQ plafondmontage CMG3 (5J.JAM10.001) Schroef voor plafondmontage: M4 (max. L = 25 mm; min. L = 20 mm)
Eenheid: mm
bevestigd. Als een verwarming wordt gebruikt, kan de temperatuur bij het plafond hoger zijn dan verwacht.
• Lees de gebruikershandleiding van de montageset voor informatie over de kracht van het draaimoment. Als u de montageset te stevig vastschroeft, kan dit de projector beschadigen waardoor deze uiteindelijk naar beneden kan vallen.
• Zorg dat het stopcontact op een toegankelijke hoogte is, zodat u de projector makkelijk kunt uitschakelen.
Plafond/wandmontage installatiediagram
304
151
576.50
412.3
17 De projector positioneren
De projectorpositie aanpassen
Voo rwa art se tafelprojectie
Voorwaartse plafondprojectie
Verticale verschuiving
Verticale verschuiving
Ver ti cale verschuiving
Hoogte van
geprojecteerd
beeld
Max. 0,6 V
Max. 0,6 V
Max. 0,6 V
Max. 0,6 V
1V
1V
Effectieve projectiepositionering
Max. 0,23 H
Max. 0,23 H
Hoogte van
geprojecteerd
beeld
Breedte van geprojecteerd beeld
1 H
Naar links verschuiven
Naar rechts verschuiven
V: Hoogte van geprojecteerd beeld
H: Breedte van geprojecteerd beeld
(LU930/LU930D/LH930/LH930D)
De projectielens verschuiven
De lensverschuiving zorgt voor flexibiliteit bij de montage van de projector. Hiermee kan de projector afwijkend gepositioneerd worden ten opzichte van de middenas.
De lensverschuiving wordt uitgedrukt als een percentage van de geprojecteerde beeldhoogte of
-breedte. U kunt de knoppen op de projector gebruiken om de projectielens in een richting binnen het toegestane bereik te verschuiven, afhankelijk van de gewenste beeldpositie.
De hoogste of laagste projectiepositie bereiken:
1. Draai (omhoog/omlaag).
2. Als u merkt dat u de limiet bereikt, draait u
u opnieuw aan .
3. Herhaal bovenstaande stappen todat u de gewenste positie bereikt.
(links/rechts) naar links of rechts en draait
• Als u tijdens het aanpassen een "klikgeluid hoort", betekent dit dat u de knop te ver hebt gedraaid. Stop met aanpassen om beschadiging te voorkomen. Draai vervolgens de knop in de andere richting, ten minste één stap voor de klik.
• Als u niet terug kunt draaien, drukt en draait u tegelijkertijd aan de knop.
18 De projector positioneren
Loading...
+ 39 hidden pages