Benq LK990, L6000 User Manual [nl]

Digitale projector
Gebruikershandleiding
Installatie van projector I LK990/L6000
V 1.00

Informatie over garantie en auteursrechten

Beperkte garantie
De garantie van BenQ voor dit product heeft betrekking op productie- en materiaalfouten die zich bij normaal gebruik van het apparaat voordoen.
Wanneer u een beroep wilt doen op de garantie, dient u een geldig aankoopbewijs te overleggen. Wanneer dit product tijdens de garantieperiode defect raakt, is BenQ alleen verplicht de defecte onderdelen te vervangen (inclusief arbeidsloon). Om in geval van een defect reparatie- of servicewerkzaamheden te laten uitvoeren die onder de garantie vallen, dient u zich zo snel mogelijk te wenden tot de leverancier bij wie u het product hebt gekocht.
Belangrijk: De bovenstaande garantie vervalt indien de klant heeft nagelaten het product te gebruiken volgens de schriftelijke instructies van BenQ, in het bijzonder de instructies inzake de gebruiksomstandigheden. De vochtigheidsgraad moet tussen 10% en 90% liggen, de temperatuur tussen 0°C en 40°C en de projector mag niet worden gebruikt op stoffige plaatsen of op plaatsen hoger dan 3000 m (gebruikt in de Hoogtemodus). Deze garantie verleent de koper van het apparaat bepaalde rechten, evenals het zogenaamde consumentenrecht, dat echter per land kan verschillen.
Ga voor meer informatie naar www.BenQ.com.
Copyright
Copyright © 2018, by BenQ Corporation. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden gereproduceerd, verzonden, opgeslagen in een zoeksysteem of vertaald in een andere taal of computertaal, onder geen enkele vorm en op geen enkele wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, magnetisch, optisch, chemisch, handmatig of op andere wijze, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van BenQ Corporation.
Aansprakelijkheid
BenQ Corporation is niet aansprakelijk en geeft geen garanties, uitdrukkelijk noch stilzwijgend, ten aanzien van de inhoud van deze publicatie en wijst alle garanties van verkoopbaarheid of geschiktheid voor een bepaald doel af. BenQ Corporation behoudt zich het recht voor deze publicatie te herzien en de inhoud ervan van tijd tot tijd te wijzigen zonder verplicht te zijn aan enige persoon mededeling van die herzieningen of wijzigingen te doen.
*DLP, Digital Micromirror Device en DMD zijn handelsmerken van Texas Instruments. Andere merk- en productnamen zijn eigendom van de respectieve bedrijven of organisaties.
Patenten
Ga naar http://patmarking.benq.com/ voor details over gedekte patenten van de BenQ-projector.
2 Informatie over garantie en auteursrechten
Inhoud
Informatie over garantie en auteursrechten ..................................................................... 2
Belangrijke veiligheidsinstructies ........................................................................................ 4
Inleiding ................................................................................................................................. 6
Inhoud van de verpakking ......................................................................................................................... 6
Buitenkant van de projector .................................................................................................................... 7
Besturingspaneel ......................................................................................................................................... 8
Besturingsaansluitingen ............................................................................................................................. 9
Afstandsbediening .....................................................................................................................................10
Installatie ............................................................................................................................. 13
Een plek kiezen .........................................................................................................................................13
Waarschuwing over afkoelen ................................................................................................................13
De gewenste beeldgrootte van de projectie instellen..................................................................... 14
De projector bevestigen .........................................................................................................................15
De projectorpositie aanpassen.............................................................................................................. 16
Het geprojecteerde beeld aanpassen................................................................................................... 17
Aansluitingen ...................................................................................................................... 18
Bediening ............................................................................................................................. 21
De projector opstarten ..........................................................................................................................21
De menu's gebruiken ............................................................................................................................... 22
De projector beveiligen .......................................................................................................................... 23
Schakelen tussen ingangssignalen .......................................................................................................... 24
De projector uitschakelen .....................................................................................................................25
Menubewerkingen .............................................................................................................. 26
Menusysteem .............................................................................................................................................26
Menu BEELD ...........................................................................................................................................29
Menu WEERGAVE............................................................................................................................... 34
Menu INSTALLATIE ..........................................................................................................................35
Menu SYSTEEMINSTLL: BASIS ...................................................................................................37
Menu SYSTEEMINSTLL: GEAVANCEERD ............................................................................38
Menu INFORMATIE ............................................................................................................................39
Onderhoud .......................................................................................................................... 40
Onderhoud van de projector ................................................................................................................40
Informatie over de lichtbron.................................................................................................................. 41
LED-indicatoren........................................................................................................................................ 43
Problemen oplossen ........................................................................................................... 45
Specificaties ......................................................................................................................... 46
Projectorspecificaties ..............................................................................................................................46
Afmetingen .................................................................................................................................................47
Timingdiagram ........................................................................................................................................... 49
RS232-opdracht ........................................................................................................................................ 54
3 Inhoud

Belangrijke veiligheidsinstructies

De projector is ontwikkeld en getest volgens de nieuwste veiligheidsstandaards voor ict-apparatuur. Voor een veilig gebruik van dit product dient u de instructies in de gebruikershandleiding / installatiegids en op de verpakking van het product nauwkeurig op te volgen.
1. Lees de gebruikershandleiding / installatiegids aandachtig door voordat u de projector gaat gebruiken. Bewaar de handleiding voor toekomstig gebruik.
2. Kijk tijdens het projecteren niet rechtstreeks in de lens van de projector. De sterke lichtstraal kan uw ogen beschadigen.
3. Laat reparatie- of onderhoudswerkzaamheden over aan een bevoegd technicus.
4. Zorg er altijd voor dat de lenssluiter (indien aanwezig) is geopend of de lensdop (indien aanwezig) is verwijderd wanneer de lichtbron van de projector brandt.
5. De lichtbron wordt erg heet tijdens het gebruik.
6. In sommige landen is de netspanning NIET stabiel. Hoewel deze projector normaal werkt bij een netspanning van 100 tot 240 V (wisselstroom), kan het apparaat uitvallen wanneer zich een stroomstoring of een spanningspiek van ±10 V voordoet. In gebieden waar dit risico hoog is,
is het raadzaam de projector aan te sluiten op een spanningsstabilisator, piekbeveiliging of UPS-systeem (Uninterruptible Power Supply).
7. Plaats geen voorwerpen voor de projectielens als de projector wordt gebruikt. De voorwerpen kunnen heet worden en daardoor vervormd raken of vlam vatten. Om de lichtbron tijdelijk uit te schakelen, gebruikt u de functie leeg.
8. Gebruik de lichtbronnen niet langer dan de voorgeschreven levensduur.
9. Plaats dit product nooit op een onstabiele ondergrond. Het product kan dan vallen en ernstig worden beschadigd.
10. Open deze projector niet zelf. De onderdelen van het apparaat staan onder hoge, levensgevaarlijke spanning.
U mag nooit andere onderdelen losmaken of verwijderen. Laat reparaties uitsluitend over aan gekwalificeerde professionele reparateurs.
11. Blokkeer het ventilatierooster niet.
- Plaats deze projector niet op een deken, beddengoed of op een ander zacht oppervlak.
- Bedek deze projector niet met een doek of met andere voorwerpen.
- Plaats geen ontvlambare stoffen in de buurt van de projector.
Als het ventilatierooster niet vrij wordt gehouden, kan er door oververhitting in de projector brand ontstaan.
12. Plaats de projector niet verticaal. De projector kan dan vallen en letsel veroorzaken of beschadigd raken.
13. Trap niet op de projector of leg er geen voorwerpen op. Dit kan niet alleen schade aan de projector veroorzaken, maar ook leiden tot ongevallen en mogelijk letsel.
14. Wanneer u de projector gebruikt, neemt u mogelijk warme lucht en een bepaalde geur waar bij het ventilatierooster. Dit is een normaal verschijnsel.
15. Plaats geen vloeistoffen in de buurt van of op de projector. Als er vloeistof in de projector wordt gemorst, werkt deze mogelijk niet meer. Als de projector nat wordt, trekt u de stekker uit het stopcontact en belt u BenQ voor reparaties.
16. Dit apparaat moet worden geaard.
4 Belangrijke veiligheidsinstructies
17. Plaats de projector niet in de volgende ruimtes.
- Slecht geventileerde of gesloten ruimtes. Zorg dat de projector ten minste 50 cm van de muur staat en laat voldoende ruimte vrij rondom de projector.
- Plekken waar de temperatuur extreem hoog kan oplopen, zoals in een auto met gesloten ramen.
- Plekken met veel vocht, stof of rook die optische componenten mogelijk aantasten. Dit verkort de levensduur van de projector en verdonkert het beeld.
- Plekken in de buurt van een brandalarm.
- Plekken met een omgevingstemperatuur hoger dan 40°C / 104°F.
- Plekken die hoger liggen dan 3000 m (10000 voet).
5 Belangrijke veiligheidsinstructies

Inleiding

Inhoud van de verpakking

Pak alles voorzichtig uit en controleer of u alle onderstaande items aanwezig zijn. Wanneer een of meerdere van deze items ontbreken, dient u contact op te nemen met de leverancier.
Standaardaccessoires
Projector
Kabelbinderset x 2 Rubberen afdekking
De meegeleverde accessoires zijn geschikt voor uw regio, maar verschillen mogelijk van die in de afbeeldingen.
Afstandsbediening en
batterijen
Optionele accessoires
1. Plafondmontage CMG5
2. RS232-kabel
Installatiegids Netsnoer
6 Inleiding

Buitenkant van de projector

6
6
14
16
16
5
3
2
4
7
1
14
16
15
16
13
12
2
9
8
10
11
1. Knoppen voor aanpassen van de lensverschuiving (LINKS/RECHTS, OMHOOG/OMLAAG)
2. Ventilatie (warme lucht uit)
3. Focusring
4. Zoomring
5. Projectielens
6. IR-sensor voor afstandsbediening
7. Lensklep
8. POWER (Power-lampje)/TEMP (Waarschuwingslampje
9. Ventilatie (koele lucht in)
10. Besturingsaansluitingen (Zie
Besturingsaansluitingen op pagina 9.)
11. Stroomaansluiting
12. Extern besturingspaneel (Zie Besturingspaneel op pagina 8.)
13. Beveiligingsbalk
14. Verstelvoetjes
15. Anamorfische lensopeningen
16. Gaten voor plafondmontage
temperatuur)/LIGHT (Licht-lampje) (Zie LED-indicatoren op pagina 43.)
7 Inleiding

Besturingspaneel

6
4
3
7
2
1
5
1. SOURCE
Opent de ingangselectiebalk.
2. Pijltoetsen ( , , , )
Als het On-Screen Display (OSD)-menu is geactiveerd, gebruikt u deze toetsen als pijltoetsen om de gewenste menu-items te selecteren en om aanpassingen uit te voeren.
3. BACK
Keert terug naar het vorige OSD-menu, sluit en bewaart de menu-instellingen.
4. MODE
Kies een beschikbare beeldinstellingsmodus.
5. OK
Hiermee bevestigt u het geselecteerde menu-item in het On-Screen Display (OSD)-menu.
6. MENU
Activeert het schermmenu (OSD).
7. AAN/UIT
Dit zet de projector aan of op stand-by.
Alle toetsindrukken die in dit document zijn beschreven, zijn beschikbaar op de afstandsbediening of op de projector.
8 Inleiding

Besturingsaansluitingen

1
3
5 6
7 8
10
2 9
4
11
12 14
13
1. LAN
Hierop kunt u een RJ45 Cat5/Cat6-Ethernetkabel aansluiten om de projector via een netwerk te besturen.
2. WIRED REMOTE
Voor het aansluiten van een afstandsbedieningen met een kabel.
3. AUDIO OUT
Aansluiting voor een luidspreker of headset.
4. HDBaseT
Hierop kunt u een RJ45 Cat5/Cat6-kabel aansluiten voor ongecomprimeerde high-definition video (HD).
5. MONITOR OUT
Verbinding voor andere weergaveapparatuur voor gecombineerde weergave. (gebruikt met een PC-poort.)
6. PC
15-pin VGA-poort om een RGB-bron of pc aan te sluiten.
7. HDMI 3
Verbinding voor HDMI-bron. (Ondersteuning voor maximaal 1080p en 3D.)
8. HDMI OUT
Verbinding voor andere weergaveapparatuur voor gecombineerde weergave. (gebruikt met een HDMI 3-poort.)
9. HDMI 1 (HDCP2.2)
Ondersteuning voor verbinding met HDMI-bron (4K) met HDR.
10. HDMI 2
Verbinding voor HDMI-bron. (Ondersteuning voor maximaal 1080p en 3D.)
11. 12V TRIGGER
Activeert externe apparatuur, zoals een elektrisch scherm of lichtbesturing, enz.
12. USB MINI-B
Alleen voor firmware-upgrade.
13. USB TYPE A
Deze poort ondersteunt 5 V / 2 A-uitvoer.
14. RS232
Standaard 9-pin D-sub-interface om een pc-besturingssysteem aan te sluiten en voor projectoronderhoud.
9 Inleiding

Afstandsbediening

14 15
17 18
20 21 22
16
13
19
23
2
1
5
6
3
8
4
9
12
11
7
10
5. Pijltoetsen ( , , , )
Als het On-Screen Display (OSD)-menu is geactiveerd, gebruikt u deze toetsen als pijltoetsen om de gewenste menu-items te selecteren en om aanpassingen uit te voeren.
Keystonetoetsen ( , )
Geen functie.
Vol um etoe tsen (-, +)
Zet het volume van de projector lager of hoger. Niet beschikbaar als de ingang PC is.
6. OK
Hiermee bevestigt u het geselecteerde menu-item in het On-Screen Display (OSD)-menu.
7. BACK
Keert terug naar het vorige OSD-menu, sluit en bewaart de menu-instellingen.
1. ON/ OFF
Dit zet de projector aan of op stand-by.
2. SOURCE
Opent de ingangselectiebalk.
3. ASPECT
Hiermee selecteert u de beeldverhouding.
4. PICTURE
Kies een beschikbare beeldinstellingsmodus.
8. MENU
Activeert het schermmenu (OSD).
9. MUTE
Schakelt het projectorgeluid in of uit.
10. Numerieke toetsen
Voor het invoeren van cijfers om de ID van de afstandsbediening in te stellen. Numerieke toetsen 1, 2, 3, 4 kunnen niet worden ingedrukt om een wachtwoord in te voeren.
11. ALL
Houd ID SET ingedrukt totdat de ID-instellingsindicator gaat branden. Druk op ALL om de huidige ID-instelling van de afstandsbediening te wissen. De ID wordt gewist als u ziet dat de ID-instellingsindicator gaat knipperen en vervolgens uit gaat.
12. ZOOM+/ZOOM-
Geen functie.
13. ID-instellingsindicator
10 Inleiding
14. QUICK INSTALL
O
n
g
e
v
e
e
r
+
3
0
º
O
nge
v
eer
+
3
20. ID SET
Geen functie.
15. INFO
Toont informatie over de projector.
16. LIGHT SOURCE
Selecteert een geschikt lichtbronvermogen uit de beschikbare modi.
17. AUTO
Bepaalt automatisch de beste timings voor het beeld.
18. BLANK
Hiermee kunt u de schermafbeelding verbergen.
Plaats geen voorwerpen voor de projectielens als de projector wordt gebruikt. De voorwerpen kunnen heet worden en daardoor vervormd raken of vlam vatten.
19. LIGHT
Zet de verlichting van de afstandsbediening een aantal seconden aan. Druk, terwijl de verlichting aan is, op een andere toets om de verlichting aan te houden. Druk nogmaals op de toets om de verlichting uit te schakelen.
Stelt de code in voor deze afstandsbediening. Houd ID SET ingedrukt totdat de ID-instellingsindicator gaat branden. Voer de ID in voor de afstandsbediening (tussen 01~99). De afstandsbediening-ID moet dezelfde zijn als de corresponderende projector-ID. De ID is opgeslagen als u ziet dat de ID-instellingsindicator knippert en vervolgens uit gaat.
21. 3D
Geeft het 3D-menu weer.
22. FREEZE
Geen functie.
23. PAG E+/PAG E-
Geen functie.
Effectief bereik van de afstandsbediening
De afstandsbediening moet in een hoek van 30 graden ten opzichte van de IR-sensor van de projector worden gehouden om correct te functioneren. De afstand tussen de afstandsbediening en de sensor(en) mag niet meer dan 8 meter (~ 26 voet) bedragen.
Zorg dat tussen de afstandsbediening en de IR-sensor(en) van de projector geen obstakels liggen die de infraroodstraal kunnen blokkeren.
• De projector bedienen via de voorkant • De projector bedienen via de achterkant
11 Inleiding
De batterijen van de afstandsbediening vervangen
1. Druk en schuif de batterijklep weg zoals in de afbeelding is weergegeven.
2. Verwijder de oude batterijen (indien van toepassing) en plaats twee AAA-batterijen. Zorg dat de positieve en negatieve zijdes correct zijn gepositioneerd zoals in de afbeelding is weergegeven.
3. Schuif de batterijklep terug zodat deze op z'n plek klikt.
• Laat de afstandsbediening en batterijen niet liggen op plaatsen die extreem warm of vochtig zijn, zoals de keuken, badkamer, sauna, solarium of in een gesloten auto.
• Gebruik alleen dezelfde batterijen of batterijen van hetzelfde type dat door de fabrikant van de batterij wordt aanbevolen.
• Gooi batterijen weg volgens de instructies van de fabrikant en volgens de plaatselijke milieuregelgeving.
• Werp batterijen nooit in vuur. Dit kan een explosie veroorzaken.
• Als de batterijen leeg zijn of als u de afstandsbediening gedurende langere tijd niet gebruikt, verwijdert u de batterijen om beschadiging van de afstandsbediening door lekkende batterijen te voorkomen.
12 Inleiding

Installatie

Luchtinlaat
Luchtinlaat
Luchtuitlaat
Luchtuitlaat
50 cm ruimte
70 cm ruimte
50 cm ruimte
50 cm ruimte
30 cm ruimte
50 cm ruimte
Minimaal 100 mm

Een plek kiezen

Voordat u een plek voor de projector kiest, houdt u rekening met de volgende zaken:
• Formaat en positie van het scherm
• Plek van het stopcontact
• Locatie en afstand tussen de projctor en de rest van de apparatuur
U kunt de projector op de volgende manieren installeren: Tafel voor, Plafond voor, Plafond achter, Tafel achter. (Zie Projectorpositie op pagina 35.)
De projector kan in de volgende hoeken worden geïnstalleerd:
1. 360-graden projectie 2. Portretprojectie (2 richtingen)
De installatie van de projector moet voorzichtig worden uitgevoerd. Door een onvolledige of onjuiste installatie kan de projector vallen, wat kan resulteren in persoonlijk letsel of beschadiging van eigendom.

Waarschuwing over afkoelen

Zorg dat rond de projector voldoende ruimte is voor de ventilatie van de projector. Zie onderstaande afbeelding:
• Taf e l • Taf e l
• Plafond • Gestapeld
• Gebruik de projector niet in een slecht geventileerde of gesloten ruimte.
• De levensduur van de lichtbron kan negatief worden beïnvloed als de projector gekanteld wordt gebruikt op een hoek van meer dan +
15 graden.
13 Installatie

De gewenste beeldgrootte van de projectie instellen

H
B
Projectieafstand
Midden van de lens
Scherm
16:9 schermdiagonaal
De afstand van de lens van de projector tot het scherm, de zoominstellingen en het videoformaat zijn allemaal factoren die de grootte van het geprojecteerde beeld bepalen.
Projectieafmetingen
De beeldverhouding van het scherm is 16:9 en van het geprojecteerde beeld 16:9
Schermgrootte Afstand tot scherm (mm)
Diagonaal
Inch mm (max. zoom) (min. zoom)
30 762 664 374 917 112 9 1342
40 1016 886 498 1222 1505 1789
50 1270 110 7 623 1528 1882 2236
60 1524 1328 747 1833 2258 2683
70 1778 1550 872 2139 2634 3130
80 2032 1771 996 2444 3011 3578
90 2286 1992 1121 2750 3387 4025
100 2540 2214 1245 3055 3763 4472
110 2794 2435 1370 3361 4140 4919
120 3048 2657 1494 3666 4516 5366
130 3302 2878 1619 3972 4893 5813
140 3556 3099 1743 4277 5269 6261
150 3810 3321 1868 4583 5645 6708
160 4064 3542 1992 4888 6022 7155
170 4318 3763 2117 5194 6398 7602
180 4572 3985 2241 5499 6774 8049
190 4826 4206 2366 5805 7151 8497
200 5080 4428 2491 6110 7527 8944
210 5334 4649 2615 6416 7903 9391
220 5588 4870 2740 6721 8280 9838
230 5842 5092 2864 7027 8656 10285
240 6096 5313 2989 7332 9032 10733
250 6350 5535 3113 7638 9409 11180
260 6604 5756 3238 7943 9785 11627
270 6858 5977 3362 8249 10161 12074
280 7112 6199 3487 8554 10538 12521
290 7366 6420 3611 8860 10914 12968
300 7620 6641 3736 9165 11290 13416
B (mm) H (mm)
Min lengte
Gemiddeld
Max lengte
14 Installatie
Voor een optimale beeldkwaliteit raden we aan dat u projecteert op een gebied dat niet grijs is.
• Alle maten zijn benaderingen en kunnen afwijken van de daadwerkelijke formaten. BenQ beveelt aan, dat bij een permanente plaatsing van de projector de projectiegrootte en -afstand eerst ter plaatse met de projector fysiek te testen, zodat u rekening kunt houden met de optische eigenschappen van deze projector. Hierdoor kunt u de precieze bevestigingspositie bepalen die het beste past in uw specifieke locatie.
• De plafondmontage moet worden uitgevoerd door een gekwalificeerde monteur. Neem contact op met de dealer voor meer informatie. Het wordt niet aangeraden de projector zelf te installeren.
• Gebruik de projector uitsluitend op een stevig, recht oppervlak. Als de projector valt kan dit resulteren in ernstig letsel en beschadiging.
• Gebruik de projector niet in een omgeving met extreme temperaturen. De projector moet worden gebruikt op een temperatuur tussen 0 graden Celsius (32 graden Fahrenheit) en 104 degrees Fahrenheit (40 graden Celsius).
• Het scherm kan beschadigd raken als de projector wordt blootgesteld aan vocht, stof of rook.
• Dek de ventilatie-openingen van de projector niet af. Er is voldoende ventilatie nodig om de warmte af te laten vloeien. De projector kan beschadigd raken als de ventilatie-openingen worden afgedekt.

De projector bevestigen

Als u de projector wilt bevestigen, is het raadzaam een gepaste montageset voor BenQ-projectoren te gebruiken voor een veilige en stevige montage.
Als u een montageset van een ander merk dan BenQ gebruikt, bestaat het gevaar dat de projector naar beneden valt omdat het apparaat met de verkeerde schroeven is bevestigd.
Voordat u de projector bevestigt
• U kunt een projectormontageset voor BenQ-projectoren kopen bij de leverancier van uw BenQ-projector.
• BenQ raadt u aan een aparte veiligheidskabel aan te schaffen. Maak deze kabel vast aan de veligheidsbalk op de projector en aan de houder. Wanneer de projector loskomt van de houder, blijft het apparaat toch veilig zitten.
• Vraag de leverancier om de projector voor u te monteren. Als u de projector zelf monteert, kan de projector vallen en letsel opleveren.
• Neem de benodigde maatregelen om te voorkomen dat de projector naar beneden valt tijdens bijvoorbeeld een aardbeving.
• De garantie dekt geen beschadiging van het product als gevolg van het monteren van de projector met een projectormontageset die niet van BenQ is.
• Let op de omgevingstemperatuur van de plek waar de projector aan het plafond wordt bevestigd. Als een verwarming wordt gebruikt, kan de temperatuur bij het plafond hoger zijn dan verwacht.
• Lees de gebruikershandleiding van de montageset voor informatie over de kracht van het draaimoment. Als u de montageset te stevig vastschroeft, kan dit de projector beschadigen waardoor deze uiteindelijk naar beneden kan vallen.
• Zorg dat het stopcontact op een toegankelijke hoogte is, zodat u de projector makkelijk kunt uitschakelen.
15 Installatie

De projectorpositie aanpassen

Voorwaartse tafelprojectie
Voorwaartse plafondprojectie
Verticale verschuiving
Verticale verschuiving
Ver ti cale verschuiving
Hoogte van
geprojecteerd
beeld
Max. 0,6 V
Max. 0,6 V
Max. 0,6 V
Max. 0,6 V
1 V
1 V
Normale
projectiepositie
Max 0,25 H
Max 0,25 H
Hoogte van
geprojecteerd
beeld
Breedte van geprojecteerd beeld
1 H
Naar links verschuiven
Naar rechts verschuiven
De projectielens verschuiven
De lensverschuiving zorgt voor flexibiliteit bij de montage van de projector. Hiermee kan de projector afwijkend gepositioneerd worden ten opzichte van de middenas.
De lensverschuiving wordt uitgedrukt als een percentage van de geprojecteerde beeldhoogte of
-breedte. U kunt de knoppen op de projector gebruiken om de projectielens in een richting binnen het toegestane bereik te verschuiven, afhankelijk van de gewenste beeldpositie.
• Het aanpassen van de lensverschuiving heeft geen invloed op de beeldkwaliteit.
• Stop met draaien aan de aanpassingsknop als u een klik hoort. Dit geeft namelijk aan dat de knop niet meer verder kan. Als u de knop doordraait kan deze beschadigen.
16 Installatie

Het geprojecteerde beeld aanpassen

De projectiehoek aanpassen
Wanneer de projector niet op een horizontaal oppervlak wordt geplaatst of het scherm en de projector niet loodrecht op elkaar staan, wordt het geprojecteerde beeld trapeziumvormig weergegeven. U kunt aan het verstelvoetje draaien om de horizontale hoek nauwkeuriger in te stellen.
Trek de voet terug door het verstelvoetje in de andere richting te draaien.
Kijk niet in de lens wanneer de lichtbron brandt. Het felle licht kan schade toebrengen aan uw ogen.
Het beeldformaat en de helderheid fijn afstellen
1. Wijzig de grootte van het geprojecteerde beeld met behulp van de zoomring.
2. Stel het beeld scherp door aan de focusring te draaien.
Gebruik de rubberen lensafdekking
Als de projector in een andere positie dan de horizontale positie wordt geïnstalleerd of gemonteerd, gebruikt u de rubberen afdekking om te voorkomen dat de zoomring door zijn eigen gewicht gaat draaien. Zodra de focus- en zoomringen zijn afgesteld, volgt u de illustraties om de rubberen afdekking te plaatsen en de ringen op hun plek te houden.
17 Installatie
Loading...
+ 39 hidden pages