Uw projector is ontwikkeld en getest volgens de nieuwste veiligheidsnormen voor ITapparatuur. Voor een veilig gebruik van dit product dient u echter de instructies in deze
handleiding en op het product nauwkeurig op te volgen.
Veiligheidsinstructies
1.Lees deze handleiding
aandachtig door voordat u de
projector gebruikt. Bewaar de
handleiding voor toekomstig gebruik.
2.Kijk tijdens het gebruik niet
direct in de lens van de
projector. De sterke lichtstraal kan
uw ogen beschadigen.
4.In sommige landen is de lijnspanning
NIET stabiel. Deze projector is
ontworpen om veilig te werken een
voedingsspanning van 19 gelijkstroom,
maar het apparaat kan uitvallen
wanneer zich een stroomstoring of
een spanningspiek van ±10 V
voordoet. In gebieden waar de
netspanning kan schommelen of
uitvallen, is het raadzaam de
projector aan te sluiten op een
spanningsstabilisator,
piekbeveiliging of UPS-systeem
(Uninterruptible Power Supply).
3.Laat reparatie- of
onderhoudswerkzaamheden
over aan een bevoegd technicus.
5.Plaats geen voorwerpen voor de
projectielens als de projector wordt
gebruikt. Deze voorwerpen kunnen
oververhitten of vervormen of
kunnen zelfs brand veroorzaken.
Belangrijke veiligheidsinstructies3
Veiligheidsinstructies (vervolg)
6.Vervang elektronische onderdelen
uitsluitend als de projector niet op
het lichtnet is aangesloten.
7.Plaats dit product niet op een
onstabiel wagentje, een onstabiele
standaard of een wankele tafel. Het
product kan vallen en ernstig
worden beschadigd.
8.Probeer deze projector niet zelf te
demonteren. De onderdelen in het
apparaat staan onder hoge spanning
die levensgevaarlijk is als u ze
aanraakt. Laat reparaties uitsluitend
over aan gekwalificeerde
professionele reparateurs.
9.Wanneer u de projector gebruikt, is
het mogelijk dat u warme lucht en
een bepaalde geur opmerkt bij het
ventilatierooster. Dit is een normaal
verschijnsel en geen defect.
10. Plaats de projector niet in de
volgende omgevingen.
- Slecht geventileerde of ingesloten
ruimtes. Zorg dat de projector
minstens 50 cm van de muur staat en
zorg voor voldoende ruimte voor de
luchtstroom rondom de projector.
- Plaatsen waar de temperatuur
extreem hoog kan oplopen, zoals in
een auto met gesloten ramen.
- Erg vochtige, stoffige of rokerige
plaatsen die optische componenten
mogelijk aantasten. Dit verkort de
levensduur van de projector en
verdonkert het beeld.
Belangrijke veiligheidsinstructies4
Veiligheidsinstructies (vervolg)
- Plaatsen in de buurt van een brandalarm
- Plaatsen met een omgevingstemperatuur
van meer dan 40°C / 104°F
- Plaatsen die hoger liggen dan 3000 m
(10000 voet).
3.000 m
(10.000
voet)
13. Plaats de projector niet verticaal. De
projector kan dan vallen en letsel
veroorzaken of beschadigd raken.
0 m
(0 voet)
11. Blokkeer de ventilatieopeningen niet.
- Plaats deze projector niet op een deken,
beddengoed of op een ander zacht
oppervlak.
- Bedek deze projector niet met een doek
of met andere voorwerpen.
- Plaats geen ontvlambare stoffen in de
buurt van de projector.
Als de ventilatieopeningen ernstig
wordt gehinderd, kan er door
oververhitting in de projector brand
ontstaan.
12. Plaats de projector tijdens gebruik
altijd op een vlak, horizontaal
oppervlak.
14. Ga niet op projector staan of leg er
geen voorwerpen op. Dit kan niet
alleen schade aan de projector
veroorzaken, maar kan ook leiden tot
ongevallen en mogelijk letsel.
15. Plaats geen vloeistoffen in de buurt van
of op de projector. Als er vloeistof in
de projector wordt gemorst, werkt
deze mogelijk niet meer. Als de
projector nat wordt, moet u de
stekker uit het stopcontact trekken en
de projector laten controleren door
een BenQ-onderhoudstechnicus.
Belangrijke veiligheidsinstructies5
Veiligheidsinstructies (vervolg)
16. Voorzorgsmaatregelen bij het
behandelen van de batterij.
- Gebruik geen batterij die niet is
goedgekeurd. Deze kan ontploffen.
Alleen door BenQ goedgekeurde
batterijen mogen voor dit product
worden gebruikt.
- Pas geen kracht toe op de batterij en
probeer niet om een gat in de batterij te
maken.
- Verwarm de batterij niet en bewaar hem
niet op een plek met een hoge
temperatuur, zoals in de zomer in een
auto.
- Laat de batterij niet in direct zonlicht
achter.
- Laat de batterij niet nat worden.
- Laat uw kind of huisdier niet op de
batterij zuigen of deze in de mond
houden.
- Raak de oplaadaansluiting van de batterij
nooit met een metalen voorwerp aan.
Belangrijke veiligheidsinstructies6
Inleiding
Kenmerken van de projector
De projector combineert krachtige optische projectiemogelijkheden met een
gebruikersvriendelijk ontwerp dat betrouwbaarheid en gebruiksgemak garandeert.
De projector heeft de volgende kenmerken.
• Geavanceerde LED-lichtbron
Lang meegaande LEDs zorgen voor een langere levensduur dan traditionele lampen.
• Optische engine met DLP technologie
WXGA-resolutie en een helder beeld.
• Verschillende nuttige functies
Ondersteunt de iPhone/iPod-speler, multimediaspeler, document viewer, intern
geheugen, SD-kaart, USB-stick, USB-scherm, en optioneel een verwisselbare en
herlaadbare batterij, Pc-scherm en Stream to me.
• Eenvoudig draagbaar
De projector is klein en licht waardoor hij geschikt is voor zakenreizen en ontspanning.
U kunt overal documenten, video's en foto's bekijken.
• Meerdere ingangen
Meerdere ingangen, waaronder PC, AV, HDMI, USB en SD-kaart maken veelzijdige
aansluitingen met randapparatuur mogelijk.
• Audio-ingang en uitgang
Voorzien van 2 W x 2 luidsprekers met RCA en mini-jack ingangen en telefoonstekker
uitgangen.
• Handige menu-opties
Voor alle soorten ingangen wordt een gebruikersvriendelijk menu gebruikt, waardoor
de projector eenvoudig in het gebruik is.
•De schijnbare helderheid van het geprojecteerde beeld zal verschillen afhankelijk van de
omgevingsbelichting en de contrast-/helderheidsinstellingen van het geselecteerde
ingangssignaal, en is in verhouding met de projectie-afstand.
•De helderheid van de lamp neemt na verloop van tijd af en kan verschillen volgens de
specificaties van de fabrikant. Dit is normaal.
Inleiding
7
Inhoud van de verpakking
U
l
Pak alles voorzichtig uit en controleer of u alle onderstaande items hebt. Wanneer één of
meerdere van deze items ontbreken, dient u contact op te nemen met de leverancier.
Standaardaccessoires
De meegeleverde accessoires zijn geschikt voor uw regio, maar verschillen mogelijk van de
afbeeldingen.
*De garantiekaart wordt slechts in bepaalde specifieke regio’s geleverd. Raadpleeg uw verkoper
voor gedetailleerde informatie.
Kap voor projector en
VoedingskabelMulti-invoerkabelNetstroomadapter
dock
Joybee GP3
Mini Projector
ser Maua
VeiligheidshandleidingSnelgidsCD met
gebruikershandleiding
Trek het kaartje weg voordat u de
afstandsbediening gebruikt.
DraagtasAfstandsbedienin
g met batterij
mini HDMI-adapterDraadloze dongle
Garantiekaart*
8
Inleiding
Optionele accessoires
Batterij
Inleiding
9
Buitenkant van de projector
12
14
16
17
18
Voorkant/bovenkant
1
2
43
5
Achter/onderkant
911810
12
1.iPhone/iPod-dockingstation
2.Extern bedieningspaneel
(Zie"Projector" op pagina 11 voor
details.)
3.Ventilator (warme lucht uit)
4.IR-sensor vooraan voor
afstandsbediening
5.Ingebouwde luidsprekers
6.Focusring
7.Projectielens
6
8.SD-kaartsleuf
7
9.Type A USB-aansluiting (voor USBstick/Wi-Fi dongle)
Blokkeer de ventilatie-openingen niet. Blokkeren van de ventilatie-openingen kan de projector
oververhitten waardoor storingen optreden.
151516
17
18
Inleiding
Bedieningselementen en functies
I
I
Projector
3.OK/Blank
Kort indrukken:
- Bevestigt een geselecteerde functie als
een menu is weergegeven.
- Speelt video, muziek, diavoorstelling af
of pauzeert deze. (Alleen van toepassing
op SD-kaart, intern geheugen en USBstick)
Lang indrukken (3 seconden):
Wisselt het lege scherm.
4.Menu
Activeert het Pop-up instellingenmenu.
5.Toets Omlaag/volume verminderen
Als het On-Screen Display (OSD) menu
getoond wordt:
- Omlaag navigeren naar de gewenste
menu-opties.
- Aanpassingen maken (zoals handmatige
keystone...)
Als het On-Screen Display (OSD) menu
is uitgeschakeld: (Alleen van toepassing
op SD-kaart, intern geheugen en USBstick)
- Pas het volumeniveau aan.
6.Toets Omhoog/Volume versterken
Als het OSD (On-Screen Display)
menu getoond wordt:
- Omhoog navigeren naar de gewenste
menu-opties.
- Aanpassingen maken (zoals handmatige
keystone...)
Als het On-Screen Display (OSD) menu
is uitgeschakeld: (Alleen van toepassing
op SD-kaart, intern geheugen en USBstick)
- Versterkt het volumeniveau.
1
2
3
4
5
1.Voeding
Hiermee zet u de projector stand-by of
schakelt u deze in.
Zie "De projector opstarten" op pagina 36
en "De projector uitschakelen" op pagina
91 voor details.
2.Linker toets
Als het On-Screen Display (OSD) menu
getoond wordt:
- Naar links navigeren naar de gewenste
menu-opties.
- Aanpassingen maken (zoals helderheid,
contrast...)
Als het On-Screen Display (OSD) menu is
uitgeschakeld: (Alleen van toepassing op
SD-kaart, intern geheugen en USB-stick)
- Vorig video- of audiobestand afspelen.
- Houd deze knop aangetikt om video of
audio terug te spoelen.
6
7
8
9
Inleiding
11
7.Beginpagina
Keert direct terug naar het beginscherm
vanaf een lager OSD-niveau.
Sluit toepassing/pop-up-bericht af en keert
direct terug naar het beginscherm.
8.Rechter toets
Als het On-Screen Display (OSD) menu
getoond wordt:
- Naar rechts navigeren naar de gewenste
menu-opties.
- Aanpassingen maken (zoals helderheid,
contrast...)
Als het On-Screen Display (OSD) menu is
uitgeschakeld: (Alleen van toepassing op
SD-kaart, intern geheugen en USB-stick)
- Volgend video- of audiobestand afspelen.
- Houd deze knop aangetikt om video of
audio snel vooruit te spoelen.
9.Terug
Hiermee gaat u terug naar het vorige
OSD-menu en slaat u de menu-instellingen
op.
12
Inleiding
Afstandsbediening
I
I
1
2
3
4
5
6
1. VOEDING
Hiermee zet u de projector stand-by of
schakelt u deze in. Zie "De projector
opstarten" op pagina 36 en "De projector
uitschakelen" op pagina 91 voor details.
2.Blank
Leeg scherm in- of uitschakelen. Zie "Het
beeld verbergen" op pagina 39 voor
details.
3.Toets Omhoog/Volume versterken
Als het On-Screen Display (OSD) menu
getoond wordt:
- Omhoog navigeren naar de gewenste
menu-opties.
- Aanpassingen maken (zoals handmatige
keystone...) Zie "Keystone corrigeren" op
pagina 38 voor details.
Als het On-Screen Display (OSD) menu is
uitgeschakeld: (Alleen van toepassing op
SD-kaart, intern geheugen en USB-stick)
- Versterkt het volumeniveau.
7
8
9
10
11
12
4.Linker toets
Als het On-Screen Display (OSD) menu
getoond wordt:
- Naar links navigeren naar de gewenste
menu-opties.
- Aanpassingen maken (zoals helderheid,
contrast...)
Als het On-Screen Display (OSD) menu
is uitgeschakeld: (Alleen van toepassing
op SD-kaart, intern geheugen en USBstick)
- Vorig video- of audiobestand afspelen.
- Houd deze knop aangetikt om video of
audio terug te spoelen.
5.Toets Omlaag/volume verminderen
Als het On-Screen Display (OSD) menu
getoond wordt:
- Omlaag navigeren naar de gewenste
menu-opties.
- Aanpassingen maken (zoals handmatige
keystone...)
Als het On-Screen Display (OSD) menu
is uitgeschakeld: (Alleen van toepassing
op SD-kaart, intern geheugen en USBstick)
- Pas het volumeniveau aan.
6.Menu
Activeert het Pop-up instellingenmenu.
7.Geluid in-/uitschakelen
Schakelt het geluid in of uit tijdens
afspelen van video of muziek. (Alleen van
toepassing op SD-kaart, USB-stick, intern
geheugen, iPhone en iPod)
8.Auto
Hiermee worden automatisch de beste
beeldtimings bepaald voor het
weergegeven computerbeeld. Zie "Het
beeld automatisch aanpassen" op pagina
37 voor details.
Inleiding
13
9.OK
Bevestigt een geselecteerde functie als een
menu is weergegeven.
Speelt video, muziek, diavoorstelling af of
pauzeert deze. (Alleen van toepassing op
SD-kaart, intern geheugen en USB-stick)
10. Rechter toets
Als het On-Screen Display (OSD) menu
getoond wordt:
- Naar rechts navigeren naar de gewenste
menu-opties.
- Aanpassingen maken (zoals helderheid,
contrast...)
Als het On-Screen Display (OSD) menu is
uitgeschakeld: (Alleen van toepassing op
SD-kaart, intern geheugen en USB-stick)
- Volgend video- of audiobestand afspelen.
- Houd deze knop aangetikt om video of
audio snel vooruit te spoelen.
11. Beginpagina
Keert direct terug naar het beginscherm
vanaf een lager OSD-niveau.
Sluit toepassing/pop-up-bericht af en keert
direct terug naar het beginscherm.
12. Terug
Keert terug naar het hooste OSD-niveau.
Sluit het pop-up instellingenmenu van
OSD.
Verlaat de huidige toepassing van OSD.
14
Inleiding
5
1
2
3
4
6
4
7
iPhone/iPod
Afstandsbediening voor iPhone of iPod is niet
alleen actief in de ingeschakelde modus maar
ook in de stand-by modus waarin GP3 als
docking-luidspreker fungeert.
1.Toets Menu/terug
<Projector in inschakelmodus>
Ga terug naar het bovenste niveau van
video's of muziekbrowser.
<Projector in stand-bymodus>
PRJ fungeert als docking-luidspreker:
i. Wisselen tussen submenu binnen het
menu "Muziek" of "Video's" in het
beginscherm van iPhone/iPod.
ii. Terugkeren naar het hoogste niveau
van elk submenu binnen het menu
"Muziek" of "Video's" in het
beginscherm van iPhone/iPod.
2.Knop OK
<Projector in inschakelmodus>
Indrukken om te bevestigen en een video
of muziek af te spelen.
<Projector in stand-bymodus>
Indrukken om te bevestigen en afspelen te
starten van geselecteerd video of muziek
in de bestandenlijst van het menu
"Muziek" of "Video's" in het beginscherm
van iPhone/iPod.
3.Toets Omlaag
<Projector in inschakelmodus>
Indrukken om omlaag te bladeren om
een video of muziek in de filebrowser te
selecteren.
<Projector in stand-bymodus>
PRJ fungeert als docking-luidspreker:
Indrukken om omlaag te bladeren en
video of muziek te selecteren in de
bestandenlijst van het menu "Muziek" of
"Video's" in het beginscherm van iPhone/
iPod.
4.Toetsen Vorige/Volgende
<Projector in inschakelmodus>
i. Tijdens projectie van video
- Indrukken om door te gaan naar
het begin van de huidige/volgende
video.
- Ingedrukt houden om de huidige
video of muziek terug of snel vooruit
te spoelen.
ii. Tijdens afspelen van muziek in
"iPod"-menu:
- Indrukken om door te gaan naar
het begin van het huidige/volgende
nummer.
- Ingedrukt houden om het huidige
nummer terug of snel vooruit te
spoelen.
<Projector in stand-bymodus>
Projector fungeert als docking
luidspreker./Tijdens afspelen muziek:
i. Indrukken om door te gaan naar het
begin van het huidige/volgende
nummer.
ii. Ingedrukt houden om het huidige
nummer terug of snel vooruit te
spoelen.
Tijdens projectie van video of afspelen
van muziek in "iPod"-menu:
i. Indrukken om door te gaan naar het
begin van het huidige/volgende
nummer.
ii. Ingedrukt houden om het huidige
nummer terug of snel vooruit te
spoelen.
Inleiding
15
5.Toets omhoog
<Projector in inschakelmodus>
Indrukken om omhoog te bladeren om een
video of muziek in de filebrowser te
selecteren.
<Projector in stand-bymodus>
PRJ fungeert als docking-luidspreker:
Indrukken om omlaag te bladeren en video
of muziek te selecteren in de bestandenlijst
van het menu "Muziek" of "Video's" in het
beginscherm van iPhone/iPod.
6.Toetsen Volume hoger/lager
Indrukken om het volume van iPhone/iPod
aan te passen.
7.Toets Afspelen/Pauze
<Projector in inschakelmodus>
i. In iPhone/iPod beginscherm of tijdens
afspelen van muziek in menu "Muziek"
indrukken om de muziek direct af te
spelen of te onderbreken.
ii. Tijdens projectie video indrukken om
een "Video" af te spelen/te
onderbreken.
<Projector in stand-bymodus>
Projector fungeert als docking-luidspreker:
In iPhone/iPod beginscherm of tijdens
afspelen van muziek in menu "Muziek"
indrukken om de muziek direct af te spelen
of te onderbreken.
16
Inleiding
Bereik van de afstandsbediening
De IR-sensor (infrarood) van de
afstandsbediening bevindt zich op de voorkant
van de projector. Houd de afstandsbediening in
een hoek van maximaal 15 graden ten opzichte
van de IR-sensor van de afstandsbediening op de
projector voor een correcte werking. De afstand
tussen de afstandsbediening en de sensor mag
niet meer dan 7 meter (~23 voet) bedragen.
O
n
g
e
v
e
e
r
1
5
º
Zorg dat niets de infraroodstraal tussen de
afstandsbediening en de IR-sensoren op de
projector blokkeert.
De batterij van de afstandsbediening vervangen
1.Verwijder de batterijhouder.
Volg de geïllustreerde instructies. Houd de
vergrendelarm ingedrukt terwijl u de
batterijhouder verwijdert.
2.Plaats de nieuwe batterij in de houder. De
positieve pool van de batterij moet naar
buiten wijzen.
3.Duw de houder in de afstandsbediening.
•Vermijd hoge temperaturen en vochtigheid.
•De batterij kan beschadigd raken als u deze niet correct vervangt.
•Vervang batterijen alleen door hetzelfde type of een soortgelijk type batterijen, zoals door
de fabrikant aanbevolen.
•Gooi lege batterijen weg overeenkomstig de instructies van de fabrikant.
•Gooi een batterij nooit in vuur. De batterij kan in dat geval ontploffen.
•Verwijder de batterij als deze leeg is of als u de afstandsbediening langere tijd niet gebruikt.
Zo voorkomt u dat de afstandsbediening beschadigd raakt door mogelijke lekkage van de
batterij.
Inleiding
17
De projector positioneren
De gewenste beeldgrootte van de projectie
instellen
De afstand van de lens van de projector tot het scherm, de zoominstelling (indien
beschikbaar) en het videoformaat zijn allemaal factoren die de grootte van het
geprojecteerde beeld bepalen.
16:10 is the eigen beeldverhouding van de projector.
4:3-beeld in een weergavegebied met de
verhouding 16:10
Plaats de projector altijd op een stabiel, niet hellend oppervlak (bijvoorbeeld op een tafel)
en in een loodrechte positie (90°) ten opzichte van het midden van het scherm. Zo
voorkomt u beeldvervorming die wordt veroorzaakt door de projectiehoek (of wanneer u
op oppervlakken met hoeken projecteert).
De hedendaagse digitale projectoren projecteren niet recht vooruit zoals oudere modellen
met spoelen. Ze projecteren het beeld in een hoek net boven het horizontale vlak van de
projector. Op deze manier kan de gebruiker de projector gewoon op een tafel plaatsen en
worden de beelden zodanig op het scherm geprojecteerd dat de onderste rand van het
scherm net boven de tafelrand komt (zodat iedereen in de kamer het scherm goed kan
zien).
Op het schema op pagina 19 ziet u dat dit type projectie de onderste rand van het
geprojecteerde beeld verticaal verschuift ten opzichte van het horizontale vlak van de
projector.
Als de projector verder van het scherm staat, wordt het geprojecteerde beeld groter. Ook
de verticale verschuiving verhoogt verhoudingsgewijs.
Wanneer u de positie van het scherm en de projector bepaalt, dient u rekening te houden
met de grootte van het geprojecteerde beeld en met de afmeting van de verticale
verschuiving. Deze zijn beide in verhouding met de projectie-afstand.
BenQ heeft een tabel voorzien met beeldschermformaten om u te helpen bij het bepalen
van de ideale locatie voor uw projector. Zie "Projectie-afmetingen" op pagina 19 afhankelijk
van de projector die u gebruikt. U dient rekening te houden met de loodrechte horizontale
afstand tot het midden van het scherm (projectieafstand) en met de verticale
verschuivingshoogte van de projector ten opzichte van de horizontale rand van het scherm
(verschuiving).
16:10-beeld aangepast aan een 4:3-beeldvlak
18
De projector positioneren
Projectie-afmetingen
Zie "Afmetingen" op pagina 97 voor de lensmiddenafmetingen van deze projector voordat
u de geschikte positie berekent.
1280:800 schermdiagonaal
Scherm
Midden van de lens
Projectieafstand
1280:800 schermdiagonaal Aanbevolen projectieafstand tot scherm in mm
voetinchmmGemiddeld
Alle maten zijn bij benadering en kunnen afwijken van de feitelijke grootte. BenQ beveelt bij een
permanente plaatsing van de projector aan om de projectiegrootte en -afstand eerst ter plaatse
met de projector fysiek te testen, zodat u rekening kunt houden met de optische eigenschappen
van deze projector. Hierdoor kunt u de precieze bevestigingspositie bepalen die het meest
geschikt is voor uw specifieke locatie.
De projector positioneren
19
Aansluitingen
Niet alle kabels die in de onderstaande aansluitingen zijn weergegeven, zijn bij de projector
geleverd (zie "Inhoud van de verpakking" op pagina 8). Deze kabels zijn verkrijgbaar bij
elektronicawinkels.
De voeding aansluiten
De meegeleverde wisselstroomadapter of een optionele herlaadbare lithium-ion batterij
gebruiken.
De projector moet worden gebruikt met de meegeleverde voedingsadapter. Schade die wordt
veroorzaakt door gebruik van een verkeerde voedingsadapter valt niet onder de garantie.
De voedingsadapter gebruiken
1.Steek de stekker van de voedingsadapter in de aansluiting DC IN.
2.Steek het juiste einde van het snoer in de voedingsadapter.
3.Steek de stekker aan de andere kant van het snoer in een stopcontact. Controleer of
de voedings-LED indicator op de projector oranje oplicht bij gebruik van de
voedingsadapter.
3
2
1
De optionele batterij gebruiken
De projector moet worden gebruikt met de opgegeven herlaadbare lithium-ion batterij.
Laad de batterij voordat de projector voor de eerste keer wordt gebruikt. De projector
gebruiken om de batterij op te laden. U kunt de projector ook gebruiken voor het opladen
van de batterij. Schakel de projector uit voordat u de batterij aansluit.
De batterij opladen
Als u de batterij gebruikt, moet u de voorzorgsmaatregelen volgen.
1.Schuif de batterijvergrendeling naar de open
kant.
WAARSC HUWI NG:
EXPLOSIEGEVAAR ALS DE BATTERIJ
DOOR EEN VERKEERD TYPE WORDT
VERVANGEN. GOOI DE LEGE BATTERIJEN
WEG VOLGENS DE INSTRUCTIES.
20
Aansluitingen
2.Plaats de projector op de batterij.
Als de capaciteit van de batterij tussen 10 % en
100 % ligt, schakelt de LED-indicator van de
batterij uit. Als de capaciteit lager is dan 10 %
knippert de LED-indicator voor de batterij rood
en schakelt het systeem zichzelf uit.
3.Plaats de batterij voorzichtig tot hij op zijn plaats
klikt.
3
2
1
4.Steek de stekker van de voedingsadapter in de aansluiting DC IN.
5.Steek het juiste einde van het snoer in de voedingsadapter.
6.Steek de stekker aan de andere kant van het snoer in een stopcontact. De LEDindicator voor de batterij knippert oranje als het laden begint en en wordt continu
oranje als het laden voltooid is.
De batterij verwijderen
Verschuif de schakelaars van de batterijvergrendeling aan de twee zijkanten om de batterij
uit de projector te halen.
Aansluitingen
21
Gedrag LED-indicator batterij
• Batterij + adapter
StatusStaatLed-kleur
LadenStroom aan / stand-by modusBlauw knipperen
Batterij volledig opgeladenStroom aan / stand-by modusBlauw continu
•We adviseren om de batterij met de projector verbonden te houden, ook als de projector op
een stopcontact is aangesloten.
•De batterij moet ongeveer 3,5 uur geladen worden als hij volledig ontladen is.
•Als de batterij is aangesloten, wordt LED-modus in Instellingen ingesteld op Economisch, u
kunt een video van elke bron afspelen gedurende ongeveer 2,5 uur op 150AL als de batterij
volledig geladen is. (Als u LED-modus in Instellingen instelt op Normaal, wordt de
levensduur van de batterij verkort tot ongeveer 1 uur op 300AL.)
•ECO-modus wordt aangeraden bij langere projectietijden als het apparaat alleen op de
batterij gebruikt wordt.
•De laadtijd en capaciteit van de batterij verschilt afhankelijk van de batterijstatus, de
werkomstandigheden en de gebruiksduur. De batterij gebruikt stroom ook als het apparaat
niet in gebruik is. Na verloop van tijd loopt de maximale gebruikstijd langzaam terug.
•De batterij kan ongeveer 300 maal worden opgeladen. De levensduur van de batterij is
afhankelijk van de persoonlijke gewoonten van de gebruiker.
Aanwijzingen en eisen voor het gebruik van de batterij
•Aanbevolen gebruik
Lees de aanwijzingen voor de batterij en het etiket voordat u hem in gebruik neemt.
Gebruik de batterij binnenshuis onder normale omstandigheden, temperatuur: (25±3)°C, absolute
vochtigheid: 65±20%
Tijdens het gebruik moet de batterij uit de buurt gehouden worden van warmte, hoge spanningen en
kinderen. Laat de batterij niet vallen.
Gebruik de passende lader. Plaats de batterij niet langer dan 24 uur in de lader.
Maak geen kortsluiting tussen de contacten. Beschadig of demonteer de batterij niet zelf. Plaats de
batterij niet in een vochtige omgeving om gevaar te vermijden.
Pak hem niet in geleidend materiaal in om schade te vermijden als gevolg van rechtstreeks contact tussen
metaal en batterij. Bewaar de batterij op een droge plek.
Werp de gebruikte batterij met zorg weg. Gooi hem niet in vuur of water.
•Gevaar
•Het demonteren van batterijen is niet toegestaan
De batterij beschikt intern over beveiligde onderdelen en leidingen om gevaar te vermijden. Deze
beschermende functie gaat teniet als gevolg van mishandeling, zoals demontage, waardoor hij warm kan
worden, rook afgeven, vervormen of verbranden.
•Batterijen niet kortsluiten
Raak de plus- en minus-contacten niet met metaal aan. Bewaar de batterij niet samen met metalen delen
tijdens opslag of vervoer. Als de batterij wordt kortgesloten, wordt de stroom versterkt wat schade
oplevert en waardoor de batterij opwarmt, rook afgeeft, vervormt of verbrandt.
•Voorkom dat de batterij opwarmt en verbrandt
Opwarmen of verbranden van de batterij lost de isolatie binnen de batterij op waardoor de bescherming
wordt opgeheven en de elektrode kan verbranden, oververhitten, rook afgeven of vervormen.
22
Aansluitingen
•Voorkom gebruik van de batterij bij een warmtebron
Gebruik de batterij niet in de buurt van vuur of kachels, of bij een hogere warmte dan 60°C; oveverhitting
veroorzaakt interne kortsluiting, warmte, rook, vervorming of brand.
•De batterij niet in water dompelen
Maak de batterij niet nat en dompel hem niet onder, waardoor de interne bescherming opgeheven wordt
of wat abnormale chemische reacties oplevert, evenals oververhitting, rook, vervorming of brand.
•Niet opladen in de buurt van vuur of in het zonlicht
Anders beschadigt de interne bescherming of kunnen abnormale chemische reacties ontstaan, evenals
oververhitting, rook, vervorming of brand.
•Gevaar bij het gebruik van niet-opgegeven laders
Bij opladen onder abnormale omstandigheden beschadigt de interne bescherming of kunnen abnormale
chemische reacties ontstaan, evenals oververhitting, rook, vervorming of brand.
•Batterij niet beschadigen
Voorkom dat het metaal van de batterij beschadigt door slagen of vallen, dit kan evenals oververhitting,
rook, vervorming of brand veroorzaken.
•De batterij niet lassen of solderen
Door oververhitting kan de interne isolatie oplossen en kan oververhitting, rook, vervorming of brand
ontstaan.
•Niet laden via het stopcontact of de aansluiting voor de aansteker in de auto.
Hoogspanning en versterkte stroom beschadigt de batterij en verkort de levensduur en kan
oververhitting, rook, vervorming of brand veroorzaken.
•Gebruik deze batterij niet voor andere apparatuur
Onjuist gebruik beschadigt de batterij en verkort de levensduur en kan oververhitting, rook, vervorming
of brand veroorzaken.
•Raak de batterij niet aan als deze lekt
Lekkende elektrolyt veroorzaakt huidongemak. Als het in de ogen terechtkomt, deze niet uitwrijven maar
snel uitwassen en voor behandeling naar een ziekenhuis gaan.
•Waarschuwing
•Niet samen met andere batterijen gebruiken
De batterij kan niet worden gecombineerd met wegwerp- of recycled batterijen. Door de abnormale open ontlading kan dit oververhitting, vervorming, rook of brand veroorzaken.
Houd de batterij buiten het bereik van kinderen en voorkom dat ze op hem bijten of hem inslikken.
Houd de batterij niet te lang in de lader. Als het opladen te lang duurt, moet u stoppen met laden. Door
het abnormale opladen kan de batterij oververhitten, vervormen, roken of branden.
Niet in de magnetron of andere apparaten onder druk plaatsen. Haal de batterij uit het apparaat of de
lader als hij opwarmt of lekt (of geur afgeeft) en werp hem weg. De slechte batterij kan oververhitten,
vervormen, roken of branden.
•Voorzorgsmaatregelen
•Melding
Voorkom blootstellen van de batterij aan direct zonlicht ter voorkoming van oververhitting, rook,
vervorming of brand en om te voorkomen dat de prestaties en levensduur teruglopen.
•Vrij van statische elektriciteit
De batterij bevat een interne bescherming om problemen te voorkomen. Gebruik de batterij niet onder
elektrostatische omstandigheden (boven 1000 V) omdat dit de bescherming kan beschadigen waardoor
de batterij niet langer werkt en oververhitting, vervorming, rook of brand kunnen ontstaan.
Aansluitingen
23
•Temperatuurbereik bij ontladen
Het aanbevolen temperatuurbereik bij ontladen is 0-60°C; daarbiuten lopen de prestaties en levensduur
van de batterij terug.
•Lees de handleiding voor het gebruik.
•Oplaadmethode
Gebruik de speciale laders met de aanbevolen laadmethode om de batterij te laden.
•Eerste gebruik
Als u de batterij voor het eerst gebruikt, moet u deze niet in het apparaat plaatsen als hij vuil is of geur
afgeeft. In dat geval moet u de batterij terugbrengen naar de verkoper.
•Gebruik door kinderen
Als kinderen de batterij gebruiken, dient dit te gebeuren onder toezicht van hun ouders.
•Voorkom aanraken door kinderen
Houd de batterij buiten bereik van kinderen. Voorkom dat kinderen de batterij uit de lader of de
apparatuur halen om er mee te spelen.
Voorkom dat lekkende vloeistof de huid of kleding aanraakt. Indien aangeraakt met schoon water wassen
om ongemak van de huid te voorkomen
•Onderzoek
Als u de batterij koopt, moet u informeren hoe u contact met de verkoper kunt opnemen zodat u in
noodgevallen om hulp kunt vragen.
•Garantie bij veilig gebruik
Als de batterij voor andere apparaten gebruikt wordt, moet u contact opnemen met de fabrikant over
het verkrijgen van de beste prestaties; let in elk geval op de maximale stroom, snel opladen en speciale
toepassingen.
24
Aansluitingen
Een computer aansluiten
De projector heeft een VGA-ingang waarop u IBM®- en Macintosh®-compatibele
computers kunt aansluiten. Als u verbinding maakt met oudere Macintosh-computers, hebt
u een Mac-adapter nodig.
De projector aansluiten op een laptop of desktopcomputer:
• Een VGA-kabel gebruiken
1.Sluit het ene uiteinde van de meegeleverde multi-invoerkabel aan op de D-Subuitgang van de computer.
2.Sluit het andere uiteinde van de kabel aan op de PC/AV-aansluiting van de projector.
3.Als u de projectorluidspreker wilt gebruiken, neemt u een geschikte audiokabel en
sluit u het ene uiteinde van de kabel aan op de audio-uitgang van de computer en het
andere uiteinde op de audio-ingang van de multi-invoerkabel.
Laptop of desktopcomputer
Multi-invoerkabel
Audiokabel
of
Bij notebooks worden de externe videopoorten vaak niet ingeschakeld wanneer een projector is
aangesloten. Met de toetsencombinatie FN + F3 of FN + CRT/LCD kunt u de externe weergave
doorgaans in- of uitschakelen. Zoek op de notebook de functietoets CRT/LCD of de functietoets
met een monitorsymbool op de notebook. Druk tegelijk op FN en een van deze toetsen.
Raadpleeg de handleiding bij uw notebook voor meer informatie over mogelijke
toetsencombinaties.
Aansluitingen
25
• Een HDMI-kabel gebruiken
1.Neem een HDMI-kabel en sluit het ene uiteinde aan op de HDMI-aansluiting van de
computer.
2.Sluit het andere uiteinde van de HDMI-kabel aan op de mini HDMI-aansluiting op de
projector.
HDMI
HDMI
• Een USB-kabel gebruiken
1.Sluit het uiteinde type A van een USB-kabel aan op de USB-uitgang van de computer.
2.Sluit de mini-B aansluiting van de USB-kabel aan op de USB-DISPLAY-aansluiting van
de projector. Als u de projector op een computer aansluit, kunt u het computerbeeld
weergeven of bestanden van de computer overzetten naar het interne geheugen van
de projector.
26
USB
USB
3.Als u USB-scherm kiest, moet u de meldingen op het scherm volgen om eerst het
USB-stuurprogramma op de computer te installeren.
4.Als u Bestandsoverdracht via USB kiest, gaat u naar Mijn computer of naar Windows
Verkenner om de bestanden van de projector op te halen. De projector verschijnt als
een verwisselbare schijf. Breng de bestanden van de computer over naar de
projector door ze te verslepen of te kopiëren en plakken.
Aansluitingen
De projector van de computer ontkoppelen:
i. Klik op in de Windows taakbalk.
ii. Klik op het bericht dat verschijnt.
iii. Maak de USB-kabel pas los als het bericht meldt dat het veilig is om de hardware
te verwijderen.
•Maak de USB-kabel niet los tijdens het kopiëren van bestanden, omdat dit gegevensverlies
of schade aan de projector kan opleveren.
•De verbinding sluit niet zolang projectorbestanden op de computer geopend zijn. Sluit alle
geopende bestanden en probeer het opnieuw.
•Andere versies van Windows werken op dezelfde wijze. Volg de juiste procedure voor het
veilig verwijderen van een USB-apparaat van uw computer voor uw versie van Windows.
Videobronapparaten aansluiten
U hoeft de projector alleen aan te sluiten op een videobronapparaat met een van de
bovenstaande aansluitmethoden. Elk apparaat biedt echter een ander niveau van
videokwaliteit. De methode die u kiest zal zeer waarschijnlijk afhangen van de
beschikbaarheid van geschikte aansluitingen op de projector en het videobronapparaat
zoals hieronder beschreven:
TerminalnaamUiterlijk terminalBeeldkwaliteit
Mini HDMIMini HDMIBest
ComponentvideoVGABeter
VideoVideoGoed
Als het geselecteerde videobeeld niet wordt weergegeven nadat u de projector hebt
ingeschakeld en de juiste videobron hebt geselecteerd, controleert u of het videobronapparaat is
ingeschakeld en goed werkt. Controleer ook of de signaalkabels op de juiste manier zijn
aangesloten.
Aansluitingen
27
Een HDMI-bronapparaat aansluiten
De projector biedt een HDMI-ingang voor het aansluiten op een HDMI-bronapparaat,
zoals een Blu-Ray speler, een DTV-tuner of een scherm.
HDMI (High-Definition Multimedia Interface) ondersteunt niet-gecomprimeerde
videogegevensoverdracht tussen compatibele apparaten zoals DTV-tuners, Blu-Ray spelers
en schermen via één kabel. Dit biedt een zuivere digitale weergave en luisterervaring.
Controleer uw videobronapparaat om vast te stellen of er ongebruikte HDMI-uitgangen
beschikbaar zijn:
• Indien dat het geval is, kunt u doorgaan met deze procedure.
• Anders dient u een andere uitgang te selecteren waarop u het apparaat kunt aansluiten.
De projector aansluiten op een HDMI-bronapparaat:
1.Neem een HDMI-kabel en sluit het ene uiteinde aan op de HDMI-uitgang van het
HDMI-bronapparaat.
2.Sluit het andere uiteinde van de HDMI-kabel aan op de mini HDMI-aansluiting van
de projector.
2
1
28
1
2
•De HDMI-kabel (in dit voorbeeld getoond) voor het aansluiten van uw video-apparaat wordt
standaard niet meegeleverd.
•De Apple Digital AV Adapter is verkrijgbaar via www.apple.com
Aansluitingen
.
Een Component video-bronapparaat
aansluiten
Controleer op het videoapparaat of er ongebruikte componentvideo-uitgangen
beschikbaar zijn:
• Indien dat het geval is, kunt u doorgaan met deze procedure.
• Anders dient u een andere uitgang te selecteren waarop u het apparaat kunt aansluiten.
De projector aansluiten op een Component video-bronapparaat
aansluiten:
1.Sluit het uiteinde van de component video-naar-VGA-adapterkabel (D-Sub) met de 3
RCA-connectoren op de component video-uitgangen van het videoapparaat aan.
Zorg dat de kleuren van de connectoren overeenkomen met die van de uitgangen:
groen op groen, blauw op blauw en rood op rood.
2.Sluit het andere uiteinde van de Component Video aan op de VGA-adapterkabel (DSub) (met een D-Sub type-verbinding) op de D-Sub-aansluiting van de multiinvoerkabel.
3.Sluit het andere uiteinde van de kabel aan op de PC/AV-aansluiting van de projector.
4.Als u de projectorluidspreker wilt gebruiken, neemt u een geschikte audiokabel en
sluit u het ene uiteinde van de kabel aan op de audio-uitgang van de videobron en het
andere uiteinde op de audio-ingang van de multi-invoerkabel.
AV -apparaat
Audiokabel
of
Componentvideo-naar-VGA
(of D-sub) adapterkabel
•Als de audio-uitgang is verbonden met een hoofdtelefoon of externe luidspreker, komt het
geluid niet uit de luidspreker van de projector.
•Als geen video-signalen worden ingevoerd, komt geen geluid uit de luidspreker of audio-
uitgang. Het geluid kan ook niet worden ingesteld.
Aansluitingen
29
Een composiet videoapparaat aansluiten
Controleer op het videoapparaat of er ongebruikte composietvideo-uitgangen beschikbaar
zijn:
• Indien dat het geval is, kunt u doorgaan met deze procedure.
• Anders dient u een andere uitgang te selecteren waarop u het apparaat kunt aansluiten.
De projector aansluiten op een composiet videoapparaat:
1.Sluit het ene uiteinde van de videokabel aan op de composiet video-uitgang van het
videoapparaat.
2.Sluit het andere einde van de videokabel aan op de video-aansluiting van de multiinvoerkabel.
3.Sluit het andere uiteinde van de kabel aan op de PC/AV-aansluiting van de projector.
4.Sluit de multi-invoerkabel aan op de PC/AV-aansluiting van de projector.
5.Als u de projectorluidspreker wilt gebruiken, neemt u een geschikte audiokabel en
sluit u het ene uiteinde van de kabel aan op de audio-uitgang van de videobron en het
andere uiteinde op de audio-ingang van de multi-invoerkabel.
AV -apparaat
Multi-invoerkabel
30
Audiokabel
Videokabel
Alleen als er geen componentvideo-ingang beschikbaar is, gebruikt u een composietvideoaansluiting. Zie "Videobronapparaten aansluiten" op pagina 27 voor details.
Aansluitingen
Loading...
+ 93 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.