Benq GP2 User Manual [nl]

Joybee GP2
g
Miniprojector
ebruikershandleidin

Inhoudsopgave

veiligheidsinstructies.... 3
Inleiding......................... 7
Kenmerken van de projector................. 7
Inhoud van de verpakking .......................8
Buitenkant van de projector.................10
Bedieningselementen en functies.........11
De projector
positioneren................ 16
De gewenste beeldgrootte van de
projectie instellen....................................16
Aansluitingen.............. 18
De voeding aansluiten ............................18
Een computer aansluiten .......................23
Videobronapparaten aansluiten ...........25
Een HDMI-bronapparaat aansluiten....26
Een Component video-bronapparaat
aansluiten ..................................................27
Een composiet videoapparaat aansluiten
.....................................................................28
Een iPhone of iPod aansluiten ..............29
Een externe luidspreker aansluiten.....30
Een extern opslagapparaat aansluiten 31
Geluid via de projector weergeven ....33
Het beeld optimaliseren........................ 40
Gebruik op grote hoogte ..................... 42
Het geluid aanpassen ............................. 42
Bestanden afspelen met iPhone/iPod . 44 Afbeeldingen weergeven met pc en
video-bronapparaten ............................. 49
PC/Video pop-upmenu's gebruiken.... 50
Bestanden weergeven vanaf intern
geheugen, USB-stick en SD-kaart ....... 52
USB Streaming gebruiken ..................... 62
Het instellingenmenu gebruiken..........64
De projector uitschakelen.................... 68
Onderhoud ................. 69
Onderhoud van de projector .............. 69
Problemen oplossen .. 71
Specificaties ................ 72
Projectorspecificaties............................. 72
Afmetingen ............................................... 74
Timingtabel............................................... 74
Ondersteunde timing voor HDMI-ingang
.................................................................. 75
Informatie over garantie
en auteursrechten...... 77
Bediening .................... 34
De projector opstarten .........................34
Schakelen tussen ingangssignalen.........34
Het geprojecteerde beeld aanpassen .35
Het beeld verbergen ..............................36
De projector beveiligen.........................37
Firmwareupgrade ....................................39
De beeldverhouding selecteren...........39
Inhoudsopgave2

Belangrijke veiligheidsinstructies

Uw projector is ontwikkeld en getest volgens de nieuwste veiligheidsnormen voor IT­apparatuur. Voor een veilig gebruik van dit product dient u echter de instructies in deze handleiding en op het product nauwkeurig op te volgen.
Veiligheidsinstructies
1. Lees deze handleiding aandachtig door voordat u de projector gebruikt. Bewaar de
handleiding voor toekomstig gebruik.
2. Kijk tijdens het gebruik niet
direct in de lens van de projector. De sterke lichtstraal kan
uw ogen beschadigen.
4. In sommige landen is de lijnspanning NIET stabiel. Deze projector is ontworpen om veilig te werken een voedingsspanning van 19 gelijkstroom, maar het apparaat kan uitvallen wanneer zich een stroomstoring of een spanningspiek van ±10 V voordoet. In gebieden waar de
netspanning kan schommelen of uitvallen, is het raadzaam de projector aan te sluiten op een spanningsstabilisator, piekbeveiliging of UPS-systeem (Uninterruptible Power Supply).
3. Laat reparatie- of onderhoudswerkzaamheden over aan een bevoegd technicus.
5. Plaats geen voorwerpen voor de projectielens als de projector wordt gebruikt. Deze voorwerpen kunnen oververhitten of vervormen of kunnen zelfs brand veroorzaken.
Belangrijke veiligheidsinstructies 3
Veiligheidsinstructies (vervolg)
6. Vervang elektronische onderdelen uitsluitend als de projector niet op het lichtnet is aangesloten.
7. Plaats dit product niet op een onstabiel wagentje, een onstabiele standaard of een wankele tafel. Het product kan vallen en ernstig worden beschadigd.
8. Probeer deze projector niet zelf te demonteren. De onderdelen in het apparaat staan onder hoge spanning die levensgevaarlijk is als u ze aanraakt. Laat reparaties uitsluitend over aan gekwalificeerde professionele reparateurs.
9. Wanneer u de projector gebruikt, is het mogelijk dat u warme lucht en een bepaalde geur opmerkt bij het ventilatierooster. Dit is een normaal verschijnsel en geen defect.
10. Plaats de projector niet in de volgende omgevingen.
- Slecht geventileerde of ingesloten ruimtes. Zorg dat de projector minstens 50 cm van de muur staat en zorg voor voldoende ruimte voor de luchtstroom rondom de projector.
- Plaatsen waar de temperatuur extreem hoog kan oplopen, zoals in een auto met gesloten ramen.
- Erg vochtige, stoffige of rokerige plaatsen die optische componenten mogelijk aantasten. Dit verkort de levensduur van de projector en verdonkert het beeld.
Belangrijke veiligheidsinstructies4
Veiligheidsinstructies (vervolg)
- Plaatsen in de buurt van een brandalarm.
- Plaatsen met een omgevingstemperatuur van meer dan 40°C / 104°F.
- Plaatsen die hoger liggen dan 3000 m (10000 voet).
3,000 m
(10000 voet)
13. Plaats de projector niet verticaal. De projector kan dan vallen en letsel veroorzaken of beschadigd raken.
0 m
(0 voet)
11. Blokkeer de ventilatieopeningen niet.
- Plaats deze projector niet op een deken, beddengoed of op een ander zacht oppervlak.
- Bedek deze projector niet met een doek of met andere voorwerpen.
- Plaats geen ontvlambare stoffen in de buurt van de projector.
Als de ventilatieopeningen ernstig wordt gehinderd, kan er door oververhitting in de projector brand ontstaan.
12. Plaats de projector tijdens gebruik altijd op een vlak, horizontaal oppervlak.
14. Ga niet op projector staan of leg er geen voorwerpen op. Dit kan niet alleen schade aan de projector veroorzaken, maar kan ook leiden tot ongevallen en mogelijk letsel.
Belangrijke veiligheidsinstructies 5
Veiligheidsinstructies (vervolg)
15. Plaats geen vloeistoffen in de buurt van of op de projector. Als er vloeistof in de projector wordt gemorst, werkt deze mogelijk niet meer. Als de projector nat wordt, moet u de stekker uit het stopcontact trekken en de projector laten controleren door een BenQ-onderhoudstechnicus.
16. Voorzorgsmaatregelen bij het behandelen van de batterij.
- Gebruik geen batterij die niet is goedgekeurd. Deze kan ontploffen. Alleen door BenQ goedgekeurde batterijen mogen voor dit product worden gebruikt.
- Pas geen kracht toe op de batterij en probeer niet om een gat in de batterij te maken.
- Verwarm de batterij niet en bewaar hem niet op een plek met een hoge temperatuur, zoals in de zomer in een auto.
- Laat de batterij niet in direct zonlicht achter.
- Laat de batterij niet nat worden.
- Laat uw kind of huisdier niet op de batterij zuigen of deze in de mond houden.
- Raak de oplaadaansluiting van de batterij nooit met een metalen voorwerp aan.
Belangrijke veiligheidsinstructies6

Inleiding

Kenmerken van de projector

De projector combineert krachtige optische projectiemogelijkheden met een gebruikersvriendelijk ontwerp dat betrouwbaarheid en gebruiksgemak garandeert.
De projector heeft de volgende kenmerken.
• Geavanceerde LED-lichtbron
Lang meegaande LEDs zorgen voor een langere levensduur dan traditionele lampen.
Optische engine met DLP technologie WXGA-resolutie en een helder beeld.
• Verschillende nuttige functies
Ondersteunt de iPhone/iPod-speler, multimediaspeler, document viewer, intern geheugen, SD-kaart, USB-stick, USB-scherm, en optioneel een verwisselbare en herlaadbare batterij.
• Eenvoudig draagbaar
De projector is klein en licht waardoor hij geschikt is voor zakenreizen en ontspanning. U kunt overal documenten, video's en foto's bekijken.
• Meerdere ingangen
Meerdere ingangen, waaronder PC, AV, HDMI, USB en SD-kaart maken veelzijdige aansluitingen met randapparatuur mogelijk.
Audio-ingang en uitgang Voorzien van 2 W x 2 luidsprekers met RCA en mini-jack ingangen en telefoonstekker uitgangen.
Handige menu-opties Voor alle soorten ingangen wordt een gebruikersvriendelijk menu gebruikt, waardoor de projector eenvoudig in het gebruik is.
De schijnbare helderheid van het geprojecteerde beeld zal verschillen afhankelijk van de omgevingsbelichting en de contrast-/helderheidsinstellingen van het geselecteerde ingangssignaal, en is in verhouding met de projectie-afstand.
De helderheid van de lamp neemt na verloop van tijd af en kan verschillen volgens de specificaties van de fabrikant. Dit is normaal.
Inleiding
7

Inhoud van de verpakking

U
l
Pak alles voorzichtig uit en controleer of u alle onderstaande items hebt. Wanneer één of meerdere van deze items ontbreken, dient u contact op te nemen met de leverancier.

Standaardaccessoires

De meegeleverde accessoires zijn geschikt voor uw regio, maar verschillen mogelijk van de afbeeldingen.
*De garantiekaart wordt slechts in bepaalde specifieke regio’s geleverd. Raadpleeg uw verkoper voor gedetailleerde informatie.
Projector Voedingskabel Multi-invoerkabel Netstroomadapter
Joybee GP2 Mini Projector
ser Maua
Veiligheidshandleidi
ng
Snelgids CD met
gebruikershandleiding
Trek het kaartje weg voordat u de afstandsbediening gebruikt.
Garantiekaart*
Draagtas Afstandsbediening
met batterij
mini-HDMI-
adapter
8
Inleiding

Optionele accessoires

Batterij
Inleiding
9

Buitenkant van de projector

12
14
16
17
18
Voorkant/bovenkant
1
2
4 3
5
Achter/onderkant
9 118 10
12
1. iPhone/iPod-dockingstation
2. Extern bedieningspaneel (Zie"Projector" op pagina 11 voor details.)
3. Ventilator (warme lucht uit)
4. IR-sensor vooraan voor afstandsbediening
5. Ingebouwde luidsprekers:
6. Focusring
7. Projectielens
6
8. SD-kaartsleuf
7
9. Type A USB-aansluiting
10. mini-B USB-aansluiting
11. Multi-invoerkabel RGB (PC)/Component video (YPbPr/ YCbCr)/composiet video/ audio signaalingang (L/R)
12. HDMI-ingang
13. Statiefmoer
14. Instelvoet
15. Audio-ingang
16. Audio uitgang (voor iPod-dock/ intern geheugen/SD-kaart/USB­stick/multi-invoerkabel RCA audio in)
17. Ingang wisselstroomadapter
18. Batterijvergrendeling
10
131314
Blokkeer de ventilatie-openingen niet. Blokkeren van de ventilatie-openingen kan de projector oververhitten waardoor storingen optreden.
151516
17
18
Inleiding

Bedieningselementen en functies

Projector

3. OK/Blank
Kort indrukken:
- Bevestigt een geselecteerde functie als een menu is weergegeven.
- Speelt video, muziek, diavoorstelling af of pauzeert deze. (Alleen van toepassing op SD-kaart, intern geheugen en USB-stick)
Lang indrukken (3 seconden): Wisselt het lege scherm.
4. Menu
Activeert het Pop-up instellingenmenu.
5. Toets Omlaag/volume verminderen
Als het On-Screen Display (OSD) menu getoond wordt:
- Omlaag navigeren naar de gewenste menu-opties.
- Aanpassingen maken (zoals handmatige keystone...)
Als het On-Screen Display (OSD) menu is uitgeschakeld: (Alleen van toepassing op SD-kaart, intern geheugen en USB­stick)
- Pas het volumeniveau aan.
6. Toets Omhoog/Volume versterken
Als het OSD (On-Screen Display) menu getoond wordt:
- Omhoog navigeren naar de gewenste menu-opties.
- Aanpassingen maken (zoals handmatige keystone...)
Als het On-Screen Display (OSD) menu is uitgeschakeld: (Alleen van toepassing op SD-kaart, intern geheugen en USB­stick)
- Versterkt het volumeniveau.
1
2
3 4 5
I
I
1. Voeding
Hiermee zet u de projector stand-by of schakelt u deze in. Zie "De projector opstarten" op pagina
34en "De projector uitschakelen" op pagina 68 voor details.
2. Linker toets
Als het On-Screen Display (OSD) menu getoond wordt:
- Naar links navigeren naar de gewenste menu-opties.
- Aanpassingen maken (zoals helderheid, contrast...)
Als het On-Screen Display (OSD) menu is uitgeschakeld: (Alleen van toepassing op SD-kaart, intern geheugen en USB-stick)
- Vorig video- of audiobestand afspelen.
- Houd deze knop aangetikt om video of audio terug te spoelen.
6
7
8
9
Inleiding
11
7. Beginpagina
Keert direct terug naar het beginscherm vanaf een lager OSD-niveau.
Sluit toepassing/pop-up-bericht af en keert direct terug naar het beginscherm.
8. Rechter toets
Als het On-Screen Display (OSD) menu getoond wordt:
- Naar rechts navigeren naar de gewenste menu-opties.
- Aanpassingen maken (zoals helderheid, contrast...)
Als het On-Screen Display (OSD) menu is uitgeschakeld: (Alleen van toepassing op SD-kaart, intern geheugen en USB-stick)
- Volgend video- of audiobestand afspelen.
- Houd deze knop aangetikt om video of audio snel vooruit te spoelen.
9. Terug
Hiermee gaat u terug naar het vorige OSD-menu en slaat u de menu-instellingen op.
12
Inleiding

Afstandsbediening

1
2
3 4 5
6
1
2
3
4
1
I
I
1. POWER
Hiermee zet u de projector stand-by of schakelt u deze in. Zie "De projector
opstarten" op pagina 34 en "De projector uitschakelen" op pagina 68 voor details.
2. Keystone
Hiermee corrigeert u handmatig de vervormde beelden die door de projectiehoek worden veroorzaakt. Zie
"Keystone corrigeren" op pagina 36 voor
details.
3. Blank
Leeg scherm in- of uitschakelen. Zie "Het
beeld verbergen" op pagina 36 voor
details.
4. Linker toets
Als het On-Screen Display (OSD) menu getoond wordt:
- Naar links navigeren naar de gewenste menu-opties.
- Aanpassingen maken (zoals helderheid, contrast...) Als het On-Screen Display (OSD) menu is uitgeschakeld: (Alleen van toepassing op SD-kaart, intern geheugen en USB-stick)
- Vorig video- of audiobestand afspelen.
- Houd deze knop aangetikt om video of audio terug te spoelen.
5. Auto
7
8 9
10
11
12
13
14
Hiermee worden automatisch de beste beeldtimings bepaald voor het weergegeven computerbeeld. Zie "Het
beeld automatisch aanpassen" op pagina 35 voor details.
6. Menu
Activeert het Pop-up instellingenmenu.
7. Geluid in-/uitschakelen
Schakelt het geluid in of uit tijdens
5
3
6
7
afspelen van video of muziek. (Alleen van toepassing op SD-kaart, USB-stick, intern geheugen, iPhone en iPod)
8. Mode
Selecteert een beschikbare beeldinstellingsmodus. Zie "Een
beeldmodus selecteren" op pagina 40
voor details.
9. Toets Omhoog/Volume versterken
Als het On-Screen Display (OSD) menu getoond wordt:
- Omhoog navigeren naar de gewenste menu-opties.
- Aanpassingen maken (zoals handmatige keystone...) Als het On-Screen Display (OSD) menu is uitgeschakeld: (Alleen van toepassing op SD-kaart, intern geheugen en USB­stick)
- Versterkt het volumeniveau.
10. Beginpagina
Keert direct terug naar het beginscherm vanaf een lager OSD-niveau. Sluit toepassing/pop-up-bericht af en keert direct terug naar het beginscherm.
Inleiding
13
11. Rechter toets
Als het On-Screen Display (OSD) menu getoond wordt:
- Naar rechts navigeren naar de gewenste
menu-opties.
- Aanpassingen maken (zoals helderheid,
contrast...) Als het On-Screen Display (OSD) menu is
uitgeschakeld: (Alleen van toepassing op SD-kaart, intern geheugen en USB-stick)
- Volgend video- of audiobestand afspelen.
- Houd deze knop aangetikt om video of
audio snel vooruit te spoelen.
12. OK
Bevestigt een geselecteerde functie als een menu is weergegeven.
Speelt video, muziek, diavoorstelling af of pauzeert deze. (Alleen van toepassing op SD-kaart, intern geheugen en USB-stick)
13. Terug
Keert terug naar het hooste OSD-niveau. Sluit het pop-up instellingenmenu van OSD. Verlaat de huidige toepassing van OSD.
14. Toets Omlaag/volume verminderen
Als het On-Screen Display (OSD) menu getoond wordt:
- Omlaag navigeren naar de gewenste
menu-opties.
- Aanpassingen maken (zoals handmatige
keystone...) Als het On-Screen Display (OSD) menu is
uitgeschakeld: (Alleen van toepassing op SD-kaart, intern geheugen en USB-stick)
- Pas het volumeniveau aan.
iPhone/iPod
Afstandsbediening voor iPhone of iPod is niet alleen actief in de ingeschakelde modus maar ook in de stand-by modus waarin GP2 als docking-luidspreker fungeert.
1. Toetsen Volume hoger/lager
Past volume iPhone of iPod aan.
2. Toets omhoog
Blader naar boven om video of muziek te selecteren binnen een lijst met bestanden van het 'iPod'- menu.
3. Toetsen Vorige/Volgende
Ga naar het begin van de huidige of volgende video of muziek. Ingedrukt houden om de huidige video of muziek terug of snel vooruit te spoelen.
4. Menu/terug
Open het iPod-menu Wissel tussen submenu's in 'iPod'-menu.
Ga naar het vorige menu binnen het 'iPod'-menu.
5. Toets Omlaag
Blader naar beneden om video of muziek te selecteren binnen een lijst met bestanden van het 'iPod'- menu.
6. Toets Afspelen/Pauze
Speel muziek of video af of pauzeer deze uit een lijst met bestanden van het 'iPod'­menu in iPhone of iPod.
Als het hoofdmenu van de iPhone of iPod geopend is, speelt de iPhone of iPod na het indrukken van de toets alle muziek af.
7. OK
Selecteer een menu of optie in het iPod­menu. Bevestig het afspelen van muziek of video uit een lijst met bestanden van het 'iPod'­menu in iPhone of iPod.
14
Inleiding
Bereik van de afstandsbediening
De IR-sensor (infrarood) van de afstandsbediening bevindt zich op de voorkant van de projector. Houd de afstandsbediening in een hoek van maximaal 15 graden ten opzichte van de IR-sensor van de afstandsbediening op de projector voor een correcte werking. De afstand tussen de afstandsbediening en de sensor mag niet meer dan 7
O
n
g
e
v
e
e
r
1
5
º
meter (~23 voet) bedragen.
Zorg dat niets de infraroodstraal tussen de afstandsbediening en de IR-sensoren op de projector blokkeert.
De batterij van de afstandsbediening vervangen
1. Verwijder de batterijhouder.
Volg de geïllustreerde instructies. Houd de vergrendelarm ingedrukt terwijl u de batterijhouder verwijdert.
2. Plaats de nieuwe batterij in de houder. De positieve pool van de batterij moet naar buiten wijzen.
3. Duw de houder in de afstandsbediening.
Vermijd hoge temperaturen en vochtigheid.
De batterij kan beschadigd raken als u deze niet
correct vervangt.
Vervang batterijen alleen door hetzelfde type of een soortgelijk type batterijen, zoals door
de fabrikant aanbevolen.
Gooi lege batterijen weg overeenkomstig de instructies van de fabrikant.
Gooi een batterij nooit in vuur. De batterij kan in dat geval ontploffen.
Verwijder de batterij als deze leeg is of als u de afstandsbediening langere tijd niet gebruikt.
Zo voorkomt u dat de afstandsbediening beschadigd raakt door mogelijke lekkage van de batterij.
Inleiding
15

De projector positioneren

De gewenste beeldgrootte van de projectie instellen

De afstand van de lens van de projector tot het scherm, de zoominstelling (indien beschikbaar) en het videoformaat zijn allemaal factoren die de grootte van het geprojecteerde beeld bepalen.
16:10 is the eigen beeldverhouding van de projector.
4:3-beeld in een weergavegebied met de
verhouding 16:10
Plaats de projector altijd op een stabiel, niet hellend oppervlak (bijvoorbeeld op een tafel) en in een loodrechte positie (90°) ten opzichte van het midden van het scherm. Zo voorkomt u beeldvervorming die wordt veroorzaakt door de projectiehoek (of wanneer u op oppervlakken met hoeken projecteert).
De hedendaagse digitale projectoren projecteren niet recht vooruit zoals oudere modellen met spoelen. Ze projecteren het beeld in een hoek net boven het horizontale vlak van de projector. Op deze manier kan de gebruiker de projector gewoon op een tafel plaatsen en worden de beelden zodanig op het scherm geprojecteerd dat de onderste rand van het scherm net boven de tafelrand komt (zodat iedereen in de kamer het scherm goed kan zien).
BenQ heeft een tabel voorzien met beeldschermformaten om u te helpen bij het bepalen van de ideale locatie voor uw projector. Zie "Projectie-afmetingen" op pagina 17 afhankelijk van de projector die u gebruikt. U dient rekening te houden met de loodrechte horizontale afstand tot het midden van het scherm (projectieafstand) en met de verticale verschuivingshoogte van de projector ten opzichte van de horizontale rand van het scherm (verschuiving).
16:10-beeld aangepast aan een 4:3-beeldvlak
16
De projector positioneren

Projectie-afmetingen

Zie "Afmetingen" op pagina 74 voor de lensmiddenafmetingen van deze projector voordat u de geschikte positie berekent.
1280:800 schermdiagonaal
Scherm
Midden van de lens
Projectieafstand
1280:800 schermdiagonaal Aanbevolen projectieafstand tot scherm in mm voet inch mm Gemiddeld
2,00 24 610 621 3,33 40 1016 1034 4,67 56 1422 1448 6,00 72 1829 1862 6,66 80 2032 2069
De projector positioneren
17

Aansluitingen

Niet alle kabels die in de onderstaande aansluitingen zijn weergegeven, zijn bij de projector geleverd (zie "Inhoud van de verpakking" op pagina 8). Deze kabels zijn verkrijgbaar bij elektronicawinkels.

De voeding aansluiten

De meegeleverde wisselstroomadapter of een optionele herlaadbare lithium-ion batterij gebruiken.
De projector moet worden gebruikt met de meegeleverde voedingsadapter. Schade die wordt veroorzaakt door gebruik van een verkeerde voedingsadapter valt niet onder de garantie.

De voedingsadapter gebruiken

1. Steek de stekker van de voedingsadapter in de aansluiting DC IN.
2. Steek het juiste einde van het snoer in de voedingsadapter.

Steek de stekker aan de andere kant van het snoer in een stopcontact. Controleer of de voedings-LED indicator op de projector blauw oplicht bij gebruik van de voedingsadapter.

3
2
1

De optionele batterij gebruiken

De projector moet worden gebruikt met de opgegeven herlaadbare lithium-ion batterij. Laad de batterij voordat de projector voor de eerste keer wordt gebruikt. De projector gebruiken om de batterij op te laden. U kunt de projector ook gebruiken voor het opladen van de batterij. Schakel de projector uit voordat u de batterij aansluit.
De batterij opladen
Als u de batterij gebruikt, moet u de voorzorgsmaatregelen volgen.
1. Schuif de batterijvergrendeling naar de open kant.
18
Aansluitingen
2. Plaats de projector op de batterij. Als de capaciteit van de batterij tussen 10 % en 100 % ligt, schakelt de LED-indicator van de batterij uit. Als de capaciteit lager is dan 10 % knippert de LED-indicator voor de batterij rood en schakelt het systeem zichzelf uit.
3. Plaats de batterij voorzichtig tot hij op zijn plaats klikt.
3
2
1
4. Steek de stekker van de voedingsadapter in de aansluiting DC IN.
5. Steek het juiste einde van het snoer in de voedingsadapter.
6. Steek de stekker aan de andere kant van het snoer in een stopcontact. De LED­indicator voor de batterij knippert blauw als het laden begint en en wordt continu blauw als het laden voltooid is.
De batterij verwijderen
Verschuif de schakelaars van de batterijvergrendeling aan de twee zijkanten om de batterij uit de projector te halen.
Aansluitingen
19
Gedrag LED-indicator batterij
• Batterij + adapter
Status Status Led-kleur
Laden Stroom aan / stand-by modus Blauw knipperen Batterij volledig opgeladen Stroom aan / stand-by modus Blauw continu
We adviseren om de batterij met de projector verbonden te houden, ook als de projector op
een stopcontact is aangesloten.
De batterij moet ongeveer 3,5 uur geladen worden als hij volledig ontladen is.
Als de batterij is aangesloten en de
Economisch, kunt u een video van elke bron afspelen gedurende drie uur op 100AL als de
batterij volledig geladen is. (Als u de de levensduur van de batterij verkort tot ongeveer een uur op 200AL.)
Economisch-modus wordt aangeraden bij langere projectietijden als het apparaat alleen op
de batterij gebruikt wordt.
De laadtijd en capaciteit van de batterij verschilt afhankelijk van de batterijstatus, de
werkomstandigheden en de gebruiksduur. De batterij gebruikt stroom ook als het apparaat niet in gebruik is. Na verloop van tijd loopt de maximale gebruikstijd langzaam terug.
De batterij kan ongeveer 300 maal worden opgeladen. De levensduur van de batterij is
afhankelijk van de persoonlijke gewoonten van de gebruiker.
LED-modus in Instellingen is ingesteld op
LED-modus in Instellingen op Normaal zet, wordt
Aanwijzingen en eisen voor het gebruik van de batterij
Aanbevolen gebruik
Lees de aanwijzingen voor de batterij en het etiket voordat u hem in gebruik neemt.
Gebruik de batterij binnenshuis onder normale omstandigheden, temperatuur: (25±3)°C, absolute vochtigheid: 65±20%
Tijdens het gebruik moet de batterij uit de buurt gehouden worden van warmte, hoge spanningen en kinderen. Laat de batterij niet vallen.
Gebruik de passende lader. Plaats de batterij niet langer dan 24 uur in de lader.
Maak geen kortsluiting tussen de contacten. Beschadig of demonteer de batterij niet zelf. Plaats de batterij niet in een vochtige omgeving om gevaar te vermijden.
Pak hem niet in geleidend materiaal in om schade te vermijden als gevolg van rechtstreeks contact tussen metaal en batterij. Bewaar de batterij op een droge plek.
Werp de gebruikte batterij met zorg weg. Gooi hem niet in vuur of water.
•Gevaar:
Het demonteren van batterijen is niet toegestaan.
De batterij beschikt intern over beveiligde onderdelen en leidingen om gevaar te vermijden. Deze beschermende functie gaat teniet als gevolg van mishandeling, zoals demontage, waardoor hij warm kan worden, rook afgeven, vervormen of verbranden.
Batterijen niet kortsluiten
Raak de plus- en minus-contacten niet met metaal aan. Bewaar de batterij niet samen met metalen delen tijdens opslag of vervoer. Als de batterij wordt kortgesloten, wordt de stroom versterkt wat schade oplevert en waardoor de batterij opwarmt, rook afgeeft, vervormt of verbrandt.
Voorkom dat de batterij opwarmt en verbrandt.
Opwarmen of verbranden van de batterij lost de isolatie binnen de batterij op waardoor de bescherming wordt opgeheven en de elektrode kan verbranden, oververhitten, rook afgeven of vervormen.
Voorkom gebruik van de batterij bij een warmtebron
20
Aansluitingen
Gebruik de batterij niet in de buurt van vuur of kachels, of bij een hogere warmte dan 60°C; oveverhitting veroorzaakt interne kortsluiting, warmte, rook, vervorming of brand.
De batterij niet in water dompelen
Maak de batterij niet nat en dompel hem niet onder, waardoor de interne bescherming opgeheven wordt of wat abnormale chemische reacties oplevert, evenals oververhitting, rook, vervorming of brand.
Niet opladen in de buurt van vuur of in het zonlicht.
Anders beschadigt de interne bescherming of kunnen abnormale chemische reacties ontstaan, evenals oververhitting, rook, vervorming of brand
Gevaar bij het gebruik van niet-opgegeven laders
Bij opladen onder abnormale omstandigheden beschadigt de interne bescherming of kunnen abnormale chemische reacties ontstaan, evenals oververhitting, rook, vervorming of brand
Batterij niet beschadigen
Voorkom dat het metaal van de batterij beschadigt door slagen of vallen, dit kan evenals oververhitting, rook, vervorming of brand veroorzaken.
De batterij niet lassen of solderen
Door oververhitting kan de interne isolatie oplossen en kan oververhitting, rook, vervorming of brand ontstaan.
Niet laden via het stopcontact of de aansluiting voor de aansteker in de auto.
Hoogspanning en versterkte stroom beschadigt de batterij en verkort de levensduur en kan oververhitting, rook, vervorming of brand veroorzaken.
Gebruik deze batterij niet voor andere apparatuur
Onjuist gebruik beschadigt de batterij en verkort de levensduur en kan oververhitting, rook, vervorming of brand veroorzaken.
Raak de batterij niet aan als deze lekt
Lekkende elektrolyt veroorzaakt huidongemak. Als het in de ogen terechtkomt, deze niet uitwrijven maar snel uitwassen en voor behandeling naar een ziekenhuis gaan.
•Waarschuwing
Niet samen met andere batterijen gebruiken
De batterij kan niet worden gecombineerd met wegwerp- of recycled batterijen. Door de abnormale op­en ontlading kan dit oververhitting, vervorming, rook of brand veroorzaken.
Houd de batterij buiten het bereik van kinderen en voorkom dat ze op hem bijten of hem inslikken.
Houd de batterij niet te lang in de lader. Als het opladen te lang duurt, moet u stoppen met laden. Door het abnormale opladen kan de batterij oververhitten, vervormen, roken of branden.
Niet in de magnetron of andere apparaten onder druk plaatsen. Haal de batterij uit het apparaat of de lader als hij opwarmt of lekt (of geur afgeeft) en werp hem weg. De slechte batterij kan oververhitten, vervormen, roken of branden.
Voorzorgsmaatregelen
Melding
Voorkom blootstellen van de batterij aan direct zonlicht ter voorkoming van oververhitting, rook, vervorming of brand en om te voorkomen dat de prestaties en levensduur teruglopen.
Vrij van statische elektriciteit
De batterij bevat een interne bescherming om problemen te voorkomen. Gebruik de batterij niet onder elektrostatische omstandigheden (boven 1000 V) omdat dit de bescherming kan beschadigen waardoor de batterij niet langer werkt en oververhitting, vervorming, rook of brand kunnen ontstaan.
Temperatuurbereik bij ontladen
Aansluitingen
21
Het aanbevolen temperatuurbereik bij ontladen is 0-60°C; daarbiuten lopen de prestaties en levensduur van de batterij terug.
Lees de handleiding voor het gebruik.
Oplaadmethode
Gebruik de speciale laders met de aanbevolen laadmethode om de batterij te laden.
Eerste gebruik
Als u de batterij voor het eerst gebruikt, moet u deze niet in het apparaat plaatsen als hij vuil is of geur afgeeft. In dat geval moet u de batterij terugbrengen naar de verkoper.
Gebruik door kinderen
Als kinderen de batterij gebruiken, dient dit te gebeuren onder toezicht van hun ouders.
Voorkom aanraken door kinderen
Houd de batterij buiten bereik van kinderen. Voorkom dat kinderen de batterij uit de lader of de apparatuur halen om er mee te spelen.
Voorkom dat lekkende vloeistof de huid of kleding aanraakt. Indien aangeraakt met schoon water wassen om ongemak van de huid te voorkomen
Onderzoek
Als u de batterij koopt, moet u informeren hoe u contact met de verkoper kunt opnemen zodat u in noodgevallen om hulp kunt vragen.
Garantie bij veilig gebruik
Als de batterij voor andere apparaten gebruikt wordt, moet u contact opnemen met de fabrikant over het verkrijgen van de beste prestaties; let in elk geval op de maximale stroom, snel opladen en speciale toepassingen.
22
Aansluitingen

Een computer aansluiten

De projector heeft een VGA-ingang waarop u IBM®- en Macintosh®-compatibele computers kunt aansluiten. Als u verbinding maakt met oudere Macintosh-computers, hebt u een Mac-adapter nodig.
De projector aansluiten op een laptop of desktopcomputer:
• Een VGA-kabel gebruiken
1. Sluit het ene uiteinde van de meegeleverde multi-invoerkabel aan op de D-Sub­uitgang van de computer.
2. Sluit het andere uiteinde van de kabel aan op de PC/AV-aansluiting van de projector.
3. Als u de projectorluidspreker wilt gebruiken, neemt u een geschikte audiokabel en sluit u het ene uiteinde van de kabel aan op de audio-uitgang van de computer en het andere uiteinde op de audio-ingang van de multi-invoerkabel.
Laptop of desktopcomputer
Multi-invoerkabel
Audiokabel
of
Bij notebooks worden de externe videopoorten vaak niet ingeschakeld wanneer een projector is aangesloten. Met de toetsencombinatie FN + F3 of FN + CRT/LCD kunt u de externe weergave doorgaans in- of uitschakelen. Zoek op de notebook de functietoets CRT/LCD of de functietoets met een monitorsymbool op de notebook. Druk tegelijk op FN en een van deze toetsen. Raadpleeg de handleiding bij uw notebook voor meer informatie over mogelijke toetsencombinaties.
Aansluitingen
23
• Een HDMI-kabel gebruiken
1. Neem een HDMI-kabel en sluit het ene uiteinde aan op de HDMI-aansluiting van de computer.
2. Sluit het andere uiteinde van de HDMI-kabel aan op de HDMI-aansluiting op de projector.
HDMI
HDMI
• Een USB-kabel gebruiken
1. Sluit het uiteinde type A van een USB-kabel aan op de USB-uitgang van de computer.
2. Sluit de mini-B aansluiting van de USB-kabel aan op de USB-DISPLAY-aansluiting van de projector. Als u de projector op een computer aansluit, kunt u het computerbeeld weergeven of bestanden van de computer overzetten naar het interne geheugen van de projector.
24
USB
USB
3. Als u USB-scherm kiest, moet u de meldingen op het scherm volgen om eerst het USB-stuurprogramma op de computer te installeren.
4. Als u USB-bestandsoverdracht kiest, gaat u naar Mijn computer of naar Windows Verkenner om de bestanden van de projector op te halen. De projector verschijnt als een verwisselbare schijf. Breng de bestanden van de computer over naar de projector door ze te verslepen of te kopiëren en plakken.
Aansluitingen
De projector van de computer ontkoppelen:
i. Klik op in de Windows taakbalk.
ii. Klik op het bericht dat verschijnt.
iii. Maak de USB-kabel pas los als het bericht meldt dat het veilig is om de hardware
te verwijderen.
Maak de USB-kabel niet los tijdens het kopiëren van bestanden, omdat dit gegevensverlies
of schade aan de projector kan opleveren.
De verbinding sluit niet zolang projectorbestanden op de computer geopend zijn. Sluit alle
geopende bestanden en probeer het opnieuw.
Andere versies van Windows werken op dezelfde wijze. Volg de juiste procedure voor het
veilig verwijderen van een USB-apparaat van uw computer voor uw versie van Windows.

Videobronapparaten aansluiten

U hoeft de projector alleen aan te sluiten op een videobronapparaat met een van de bovenstaande aansluitmethoden. Elk apparaat biedt echter een ander niveau van videokwaliteit. De methode die u kiest, zal zeer waarschijnlijk afhangen van de beschikbaarheid van geschikte aansluitingen op de projector en het videobronapparaat zoals hieronder beschreven:
Terminalnaam Uiterlijk terminal Beeldkwaliteit
HDMI HDMI Best
Componentvideo VGA Beter
Video Video Goed
Als het geselecteerde videobeeld niet wordt weergegeven nadat u de projector hebt ingeschakeld en de juiste videobron hebt geselecteerd, controleert u of het videobronapparaat is ingeschakeld en goed werkt. Controleer ook of de signaalkabels op de juiste manier zijn aangesloten.
Aansluitingen
25

Een HDMI-bronapparaat aansluiten

De projector biedt een HDMI-ingang voor het aansluiten op een HDMI-bronapparaat, zoals een Blu-Ray speler, een DTV-tuner of een scherm.
HDMI (High-Definition Multimedia Interface) ondersteunt niet-gecomprimeerde videogegevensoverdracht tussen compatibele apparaten zoals DTV-tuners, Blu-Ray spelers en schermen via één kabel. Dit biedt een zuivere digitale weergave en luisterervaring. Controleer uw videobronapparaat om vast te stellen of er ongebruikte HDMI-uitgangen beschikbaar zijn:
• Indien dat het geval is, kunt u doorgaan met deze procedure.
• Anders dient u een andere uitgang te selecteren waarop u het apparaat kunt aansluiten.
De projector aansluiten op een HDMI-bronapparaat:
1. Neem een HDMI-kabel en sluit het ene uiteinde aan op de HDMI-uitgang van het HDMI-bronapparaat.
2. Sluit het andere uiteinde van de HDMI-kabel aan op de HDMI-aansluiting op de projector.
2
1
26
1
2
De HDMI-kabel (in dit voorbeeld getoond) voor het aansluiten van uw video-apparaat wordt
standaard niet meegeleverd.
De Apple Digital AV Adapter is verkrijgbaar via www.apple.com
Aansluitingen
.

Een Component video-bronapparaat aansluiten

Controleer op het videoapparaat of er ongebruikte componentvideo-uitgangen beschikbaar zijn:
• Indien dat het geval is, kunt u doorgaan met deze procedure.
• Anders dient u een andere uitgang te selecteren waarop u het apparaat kunt aansluiten.
De projector aansluiten op een Component video-bronapparaat aansluiten:
1. Sluit het uiteinde van de component video-naar-VGA-adapterkabel (D-Sub) met de 3 RCA-connectoren op de component video-uitgangen van het videoapparaat aan. Zorg dat de kleuren van de connectoren overeenkomen met die van de uitgangen: groen op groen, blauw op blauw en rood op rood.
2. Sluit het andere uiteinde van de Component Video aan op de VGA-adapterkabel (D­Sub) (met een D-Sub type-verbinding) op de D-Sub-aansluiting van de multi­invoerkabel.
3. Sluit het andere uiteinde van de kabel aan op de PC/AV-aansluiting van de projector.
4. Als u de projectorluidspreker wilt gebruiken, neemt u een geschikte audiokabel en sluit u het ene uiteinde van de kabel aan op de audio-uitgang van de videobron en het andere uiteinde op de audio-ingang van de multi-invoerkabel.
AV -apparaat
Audiokabel
of
Componentvideo-naar-VGA (of D-sub) adapterkabel
Als de audio-uitgang is verbonden met een hoofdtelefoon of externe luidspreker, komt het
geluid niet uit de luidspreker van de projector.
Als geen video-signalen worden ingevoerd, komt geen geluid uit de luidspreker of audio-
uitgang. Het geluid kan ook niet worden ingesteld.
Aansluitingen
27

Een composiet videoapparaat aansluiten

Controleer op het videoapparaat of er ongebruikte composietvideo-uitgangen beschikbaar zijn:
• Indien dat het geval is, kunt u doorgaan met deze procedure.
• Anders dient u een andere uitgang te selecteren waarop u het apparaat kunt aansluiten.
De projector aansluiten op een composiet videoapparaat:
1. Sluit het ene uiteinde van de videokabel aan op de composiet video-uitgang van het videoapparaat.
2. Sluit het andere einde van de videokabel aan op de video-aansluiting van de multi­invoerkabel.
3. Sluit het andere uiteinde van de kabel aan op de PC/AV-aansluiting van de projector.
4. Sluit de multi-invoerkabel aan op de PC/AV-aansluiting van de projector.
5. Als u de projectorluidspreker wilt gebruiken, neemt u een geschikte audiokabel en sluit u het ene uiteinde van de kabel aan op de audio-uitgang van de videobron en het andere uiteinde op de audio-ingang van de multi-invoerkabel.
AV -apparaat
Multi-invoerkabel
28
Audiokabel
Videokabel
Alleen als er geen componentvideo-ingang beschikbaar is, gebruikt u een composietvideo­aansluiting. Zie "Videobronapparaten aansluiten" op pagina 25 voor details.
Aansluitingen

Een iPhone of iPod aansluiten

De projector aansluiten op een iPhone of iPod:
1. Plaats de iPhone of iPod in het dock.
•Zie "Bestanden afspelen met iPhone/iPod" op pagina 44 voor details.
Let op dat als de iPhone in een beschermende hoes
is gevat, dit een slechte aansluiting kan veroorzaken tussen de iPhone en de projector. Als u de iPhone op de projector aansluit en op het scherm van de iPhone verschijnt een foutmelding, moet u de beschermende hoes verwijderen en hem opnieuw aansluiten. (Als gevolg van de slechte aansluiting en pindetectie kunnen opdrachten niet
correct worden doorgegeven.)
De universele Dock Adapter is niet nodig voor het gebruik maar levert wel de beste aansluiting voor uw Apple-product. U kunt dit kopen bij www.apple.com.
Aansluitingen
29

Een externe luidspreker aansluiten

U kunt naar geluid luisteren via een externe luidspreker in plaats van door de in de projector ingebouwde luidsprekers.
De projector aansluiten op een externe geluidsbron:
1. Sluit een passende stereokabel aan op de externe luidspreker en op de audio-uitgang van de projector.
Als de audiokabel is verbonden met de audio-uitgang, wordt de luidspreker gedempt.
30
Aansluitingen

Een extern opslagapparaat aansluiten

Een SD-kaart aansluiten

Zo sluit u de projector aan op de SD-kaart:
1. Steek een SD-kaart in de SD-kaartsleuf van de projector.
SD CARD
De maximale geheugencapactiteit die voor een SD(HC)-kaart wordt ondersteund, is 16 GB.
(De maximale ondersteunde capaciteit voor extern geheugen is gebaseerd op onze fabriekstest. Uw ervaring kan afwijken, afhankelijk van de fabrikant van het geheugenapparaat.)
Mogelijk is de projector niet compatibel met bepaalde SD-kaarten.

Een USB-opslagapparaat aansluiten.

De projector op een USB-opslagapparaat aansluiten:
1. Steek het USB-opslagapparaat in de Type A USB-aansluiting.
USB-stick
Dit product ondersteunt USB-geheugenapparaten en HDD (harde schijven). Slechts een en
alleen de laatste partitie wordt gekoppeld. (De maximale ondersteunde capaciteit voor extern geheugen is gebaseerd op onze fabriekstest. Uw ervaring kan afwijken, afhankelijk van de fabrikant van het geheugenapparaat.)
Dit product ondersteunt geen multi-kaart lezers.
Dit product werkt niet als het USB-opslagapparaat via een USB-hub is aangesloten.
Sommige producten die niet voldoen aan de standaard USB-specificaties werken mogelijk
niet goed.
Een USB-opslagapparaat met een programma voor automatische herkenning of een eigen
stuurprogramma werkt mogelijk niet normaal.
Een USB-opslagapparaat dat alleen een specifiek stuurprogramma gebruikt, wordt mogelijk
niet herkend.
Aansluitingen
31
De herkenningssnelheid voor USB-opslagapparaten kan per apparaat verschillen.
Schakel het apparaat niet uit en verwijder geen aangesloten USB-opslagapparaat terwijl dit
in gebruik is. Dit kan schade aan het USB-opslagapparaat of aan een opgeslagen bestand opleveren.
Gebruik een USB-opslagapparaat dat normale bestanden bevat. Abnormale bestanden
kunnen storingen veroorzaken of de bestanden spelen niet af.
USB-opslag moet worden geformatteerd als FAT16/FAT32/NTFS. FAT32 en NTFS worden
aanbevolen voor HDD (harde schijven).
Omdat de gegevens op het USB-opslagapparaat kunnen beschadigen, moet u een back-up
maken van belangrijke gegevens om verlies te vermijden. De gebruiker is verantwoordelijk voor het gegevensbeheer. BenQ is niet aansprakelijk voor enig verlies van gegevens.
De bestandsboom voor de USB-opslag moet zo eenvoudig mogelijk zijn. Teveel of teveel
lagen met mappen verlagen de toegangstijd.
Als een extern opslagapparaat niet werkt nadat u het met de projector hebt verbonden,
moet u proberen om het op een pc aan te sluiten. Als het nog steeds niet goed werkt, moet u contact opnemen met de onderhoudsdienst of de klantendienst van de fabrikant van het geheugenapparaat.
32
Aansluitingen

Geluid via de projector weergeven

U kunt de luidspreker van de projector gebruiken voor uw presentaties en ook aparte versterkte luidsprekers aansluiten op de audio-uitgang van de projector.
De onderstaande tabel beschrijft de aansluitmethodes voor verschillende apparaten en waar het geluid vandaan komt.
Apparaat PC/Component video Video
Audio-ingang
De projector kan het geluid weergeven van...
Audio-uitgang
Het gekozen ingangssignaal bepaalt welk geluid door de luidspreker van de projector wordt
afgespeeld en welk geluid door de projector wordt afgegeven als de audio-uitgang is aangesloten.
Het is niet nodig om de audio-ingang aan te sluiten, omdat de projector geluid kan
weergeven van een HDMI-, extern geheugen of iPhone/iPod-apparaat. U kunt echter verbinding maken met een extern apparaat voor de geluidsweergave.
Het USB-scherm ondersteunt de audio-functie niet.
Audio-ingang (R/L)
AUDIO IN Audio-ingang (R/L)
AUDIO IN
Audio-ingang (R/L)
Audio-ingang (R/L)
Aansluitingen
33

Bediening

De projector opstarten

1. Sluit de voeding aan met de voedingsadapter of optionele batterij. De indicator-LED Voeding licht blauw op en knippert langzaam.
I
2. Druk op Voeding op de projector of afstandsbediening om de projector te starten. De LED-indicatoren Voeding, OK en Bel lichten blauw op als de projector is ingeschakeld.
Het opstarten duurt een paar seconden. In de latere fase van het opstarten wordt het opstartlogo geprojecteerd.
Draai zo nodig aan de scherpstelring om de helderheid van het beeld aan te passen.
3. Als de projector voor de eerste keer wordt ingeschakeld, selecteert u de OSD-taal volgens de instructies op het scherm.
4. Als u een wachtwoord wordt gevraagd, drukt u op de pijlknoppen om een wachtwoord van zes cijfers in te voeren. Zie "De
wachtwoordfunctie gebruiken" op pagina 37
voor details.
5. Schakel alle aangesloten apparatuur in.
6. De projector vertoont het beginscherm.
Als de frequentie/resolutie van het ingangssignaal buiten het bereik van de projector valt, wordt het bericht 'Buiten bereik' weergegeven op een leeg scherm. Selecteer een ingangssignaal dat compatibel is met de resolutie van de projector of stel het ingangssignaal op een lager niveau in. Zie "Timingtabel" op pagina 74 voor details.
I

Schakelen tussen ingangssignalen

De projector kan tegelijkertijd op verschillende apparaten worden aangesloten. De beelden van deze apparaten kunnen echter niet tegelijkertijd op volledig scherm worden weergegeven. Druk op de
knop / op de projector of afstandsbediening om het gewenste ingangssignaal te selecteren.
De beschikbare opties voor Beeldmodus zijn
afhankelijk van het type ingangssignaal. Zie "De
beeldverhouding selecteren" op pagina 39 voor details.
De eigen resolutie van deze projector heeft een beeldverhouding van 16:10. Voor de beste
beeldresultaten moet u een ingangssignaal dat bij deze resolutie uitvoert, kiezen en gebruiken. Andere resoluties worden door de projector aangepast, afhankelijk van de instelling ‘beeldverhouding’. Dit kan enige beeldvervorming of verlies van beeldhelderheid veroorzaken. Zie "De beeldverhouding selecteren" op pagina 39 voor details.
34
Bediening

Het geprojecteerde beeld aanpassen

De beeldhoogte aanpassen

De projector is voorzien van een instelbare voet. Hiermee stelt u de beeldhoogte in. De projectorhoogte aanpassen:
1. Draai aan de instelvoet om de beeldhoogte aan te passen.
Om de voet in te trekken, draait u de voet in tegengestelde richting.
Wanneer de projector niet op een horizontaal oppervlak is geplaatst of het scherm en de projector niet loodrecht op elkaar staan, wordt het geprojecteerde beeld trapeziumvormig. Raadpleeg "Keystone corrigeren" op pagina 36 voor details om deze situatie te corrigeren.
Kijk niet in de lens wanneer de lamp is ingeschakeld. Het felle licht kan uw ogen
beschadigen.
Let op wanneer u de afstelvoet draait, want deze bevindt zich dicht bij de uitlaat van warme
lucht.

De beeldhelderheid fijn afstemmen

1. Draai de focusring tot het beeld scherp is

Het beeld automatisch aanpassen

In sommige gevallen is het nodig om de beeldkwaliteit te optimaliseren.
• Met de afstandsbediening
Druk op Auto. Binnen 3 seconden past de ingebouwde Functie
Intelligente automatische aanpassing de waarden van Frequentie en Klok aan om de beste beeldkwaliteit te bieden.
De huidige signaalgegevens worden 3 seconden in de linkerbovenhoek van het scherm weergegeven.
Deze functie is alleen beschikbaar als het pc-signaal (analoog RGB) is geselecteerd.
Bediening
35

Keystone corrigeren

.
Keystone verwijst naar de situatie waarbij het geprojecteerde beeld aanzienlijk breder is aan de bovenkant of onderkant. Dit doet zich voor als de projector niet loodrecht ten opzichte van het scherm staat. Keystone aanpassen als een beeld op het scherm geprojecteerd wordt.
Om dit te corrigeren, moet u niet alleen de hoogte van de projector aanpassen, maar zult u ook handmatig correcties moeten aanbrengen met één van de volgende stappen.
• Met de afstandsbediening
Druk op Keystone op de projector of de afstandsbediening om de Keystone-correctiepagina te openen. Druk op / op de projector of afstandsbediening om de keystone te corrigeren.
•Via het OSD-menu
1. Druk op en op om Keystone te markeren. Het Keystone pop-up menu verschijnt.
2. Druk op om de keystone onderaan het beeld te corrigeren of druk op om de keystone bovenaan het beeld te corrigeren.
Druk op /.
Druk op /

Het beeld verbergen

Om de volledige aandacht van het publiek op de presentator te richten, kunt u:
• Met de afstandsbediening
De Blank afstandsbediening gebruiken om het beeld te verbergen. Druk nogmaals op Blank of op een willekeurige toets op de afstandsbediening om het beeld te herstellen.
•Via het OSD-menu
Houd Blank 3 seconden ingedrukt op de projector om het beeld te verbergen. Druk nogmaals op Blank of op een willekeurige toets op de projector om het beeld te herstellen.
Plaats geen voorwerpen voor de projectielens als de projector wordt gebruikt. De voorwerpen kunnen heet worden en daardoor vervormd raken of vlam vatten.
36
Bediening

De projector beveiligen

De wachtwoordfunctie gebruiken

Met het oog op beveiliging en het voorkomen van ongeoorloofd gebruik, is de projector voorzien van een optie voor het instellen van een wachtwoordbeveiliging. Het wachtwoord is instelbaar in het menu Instellingen.
Het is buitengewoon vervelend als u de inschakelingsblokkering inschakelt en vervolgens het wachtwoord vergeet. Druk de handleiding zo nodig af en noteer er uw wachtwoord in. Bewaar de handleiding op een veilige plaats, zodat u het wachtwoord altijd terug kunt vinden.

De inschakelblokkering instellen

Wanneer u een wachtwoord hebt ingesteld, kan de projector alleen worden gebruikt als het
wachtwoord bij elke start van de projector wordt ingevoerd.
Bij het voor de eerste keer instellen van een wachtwoord voor de projector, voert u het
standaardwachtwoord voor de projector in (1, 1, 1, 1, 1, 1) door vijfmaal op de pijltjestoets te drukken als om een wachtwoord gevraagd wordt.
1. Druk op / tot het menu Instellingen gemarkeerd is en druk dan op OK om dit te openen.
2. Ga naar het menu ALGEMEEN > Beveiligingsins Tellingen > Beveiligingsinstellingen wijzigen.
3. Druk op OK. Het bericht "Huidig wachtwoord invoeren" verschijnt.
4. Zoals hier rechts afgebeeld, staan de vier pijlknoppen ( , , , ) respectievelijk
voor vier cijfers (1, 2, 3, 4). Druk op de pijltjestoetsen om zes cijfers in te voeren voor het wachtwoord.
5. Als het wachtwoord is ingesteld, keert het OSD-menu terug naar het menu Beveiligingsinstellingen wijzigen.
6. Markeer Inschakelblokkering en druk op OK. Het pop-up menu verschijnt. Selecteer Aan en druk op OK om de instelling voor de inschakelblokkering te voltooien.
7. Sluit het OSD-menu af door op of te drukken.

Als u het wachtwoord bent vergeten

Als de wachtwoordfunctie is geactiveerd, wordt u gevraagd het wachtwoord van zes cijfers in te voeren als u de projector inschakelt. Als u het verkeerde wachtwoord invoert, verschijnt het foutbericht van het wachtwoord. Dit blijft drie seconden op het scherm staan. Hierna volgt het bericht 'Wachtwoord invoeren'. Wanneer u 5 keer achtereenvolgens een verkeerd wachtwoord invoert, wordt de projector na korte tijd automatisch uitgeschakeld.

De procedure voor het oproepen van het wachtwoord starten

Bediening
37
1. Druk op op de afstandsbediening en houd de knop 3 seconden ingedrukt. De projector zal vervolgens een gecodeerd nummer weergeven op het scherm.
2. Schrijf het nummer op en schakel de projector uit.
3. Raadpleeg het servicecentrum van BenQ om het nummer te decoderen. U kunt worden gevraagd een bewijs van aankoop voor te leggen om te controleren of u een bevoegde gebruiker van de projector bent.

Het wachtwoord wijzigen

1. Ga naar het menu Instellingen > ALGEMEEN > Beveiligingsins Tellingen > Wachtwoord wijzigen.
2. Druk op OK. Het bericht "Huidig wachtwoord invoeren" verschijnt.
3. Voer het oude wachtwoord in.
• Als het wachtwoord juist is, verschijnt het bericht "Nieuw wachtwoord
invoeren".
• Als het wachtwoord niet juist is, verschijnt het foutbericht voor het wachtwoord
drie seconden op het scherm. Daarna verschijnt het bericht 'Huidig wachtwoord invoeren' voor uw nieuwe poging. U kunt op drukken om de
wijziging te annuleren of een ander wachtwoord proberen.
4. Voer een nieuw wachtwoord in.
De ingevoerde cijfers worden als sterretjes op het scherm weergegeven. Schrijf het door u gekozen wachtwoord voor of net nadat u het wachtwoord hebt ingevoerd in deze handleiding, zodat u het bij de hand hebt als u het mocht vergeten.
Wachtwoord: __ __ __ __ __ __
Bewaar deze handleiding op een veilige plaats.
5. Bevestig het nieuwe wachtwoord door dit opnieuw in te voeren.
6. U hebt een nieuw wachtwoord aan de projector toegewezen. Voer het nieuwe wachtwoord in als u de projector weer start.
7. Sluit het OSD-menu af door op of te drukken.

De wachtwoordfunctie uitschakelen

Om de wachtwoordbeveiliging uit te schakelen, gaat u terug naar het menu Instellingen > ALGEMEEN > Beveiligingsins Tellingen > Inschakelblokkering. Kies Uit en druk
op OK. Het bericht
• Als het wachtwoord juist is, verschijnt de pagina Beveiligingsins Tellingen en
staat 'Uit' in de rij van Inschakelblokkering. Wanneer u de projector de volgende keer inschakelt, hoeft u geen wachtwoord meer in te voeren.
• Als het wachtwoord niet juist is, verschijnt het foutbericht voor het wachtwoord
drie seconden op het scherm. Daarna verschijnt het bericht 'Wachtwoord invoeren' en kunt u het opnieuw proberen. U kunt op drukken om de
wijziging te annuleren of een ander wachtwoord proberen.
Hoewel de wachtwoordfunctie is uitgeschakeld, dient u het oude wachtwoord bij de hand te houden voor het geval u de wachtwoordfunctie ooit weer opnieuw moet activeren door het oude wachtwoord in te voeren.
'Wachtwoord invoeren'
verschijnt. Voer het huidige wachtwoord in.
38
Bediening

Firmwareupgrade

Volg de onderstaande procedures om de firmware-versie bij te werken.
Alleen een SD-kaart wordt ondersteund voor het bijwerken van de firmware.
Verwijder de SD-kaart niet tijdens het uitvoeren van de update.
Druk niet op knoppen tijdens het uitvoeren van de update.
Schakel de projector tijdens het bijwerken niet uit.
Ga ter bevestiging van het correct bijwerken van de firmware naar
Informatie > Firmware-versie.

De firmware bijwerken

1. Steek de SD-kaart met de nieuwste firmware in de projector.
2. Selecteer Instellingen > ALGEMEEN > Firmware-upgrade in het hoofdmenu.
3. Selecteer OK om te beginnen.
4. Schakel de projector uit na het bijwerken van de firmware.
5. Schakel de projector weer in en controleer de versie van de firmware.
Instellingen >

De beeldverhouding selecteren

De 'beeldverhouding' is de verhouding tussen de breedte en de hoogte van het beeld. De meeste analoge tv's en computers hebben de beeldverhouding 4:3. Dit is de standaardbeeldverhouding voor deze projector. Digitale tv en dvd's hebben meestal een beeldverhouding van 16:9.
Door de opkomst van digitale signaalverwerking kunnen digitale weergaveapparaten zoals deze projector, het beeld dynamisch uitrekken en de beelduitvoer schalen naar een andere verhouding dan die van het beeldingangssignaal.
De beeldverhouding van de projectie veranderen (ongeacht de beeldverhouding van de bron):
1. Druk op om het pop-upmenu te openen in een van de modi computer, iPhone/ iPod, Composiet video, component of HDMI.
2. Druk op om Beeldverhouding te markeren.
3. Druk op / om een beeldverhouding te selecteren die past bij het formaat van het videosignaal en de vereisten van het scherm.
Bediening
39

Het beeld optimaliseren

Een beeldmodus selecteren

De projector beschikt over verschillende vooraf gedefinieerde beeldmodi zodat u de modus kunt kiezen die het beste past bij uw gebruiksomgeving en het beeldtype van het ingangssignaal.
Volg een van de volgende stappen om een gebruiksmodus te kiezen die voldoet aan uw behoeften:
• Zorg er voor dat de invoerbron computer, iPhone/iPod, Composiet video, component
of HDMI is en dat het projectiescherm wordt weergegeven.
• Druk herhaaldelijk op Modus op de afstandsbediening of projector tot de gewenste
modus is geselecteerd.
• Druk eventueel op om het pop-upmenu te openen. Druk op om
Beeldmodusinstellingen te selecteren en druk op OK om het te openen. Selecteer Beeldmodus en druk op / om de gewenste modus te selecteren.
De beeldmodi worden hieronder weergegeven.
1. Helder modus: Maximaliseert de helderheid van het geprojecteerde beeld. Deze modus is geschikt voor omgevingen waar een uiterst hoge helderheid is vereist, zoals het gebruik van de projector in een goed verlichte kamer.
2. Standaardmodus (standaard): Is ontworpen voor presentaties. In deze modus wordt de helderheid benadrukt.
3. Bioscoopmodus: Is geschikt voor het afspelen van kleurrijke films, videoclips van digitale camera's of DV's via de pc-ingang wanneer de projector in een donkere omgeving wordt gebruikt.
4. Games modus: Is geschikt voor het spelen van games.
5. Gebruikersmodus: Roept de aangepaste instellingen op, gebaseerd op de momenteel beschikbare beeldmodi. Zie "Stelt de gebruikersmodus in" op pagina 40 voor details.
Stelt de gebruikersmodus in
Er is een door de gebruiker te definiëren modus als de momenteel beschikbare beeldkwaliteitstanden niet aan uw wensen voldoen. U kunt een van de beeldmodi als beginpunt gebruiken (behalve Gebruiker) en de instellingen aanpassen.
1. Druk op om het pop-upmenu te openen.
2. Druk op om Beeldmodusinstellingen te selecteren en druk op OK om het te openen.
3. Selecteer Beeldmodus en druk op / om Gebruiker te selecteren.
4. Druk op om Referentiemodus te selecteren.
Deze functie is alleen beschikbaar als de Gebruikermodus is geselecteerd in het submenu-item Beeldmodus.
40
5. Druk op / om een beeldmodus te kiezen die uw eisen het dichtst benadert.
6. Druk op om een submenu-item te selecteren dat kan worden veranderd en pas de waarde aan met / . Zie "De beeldhelderheid fijn afstemmen" hieronder voor
details.
7. Wanneer alle instellingen zijn uitgevoerd, markeert u Instellingen opslaan en drukt u op OK om de instellingen op te slaan.
8. Het bevestigingsbericht 'Instelling opgeslagen' verschijnt.
Bediening

Wandkleur gebruiken

Mocht u willen projecteren op een gekleurd oppervlak, zoals een geverfde muur die niet wit is, dan kan de functie Wandkleur helpen de kleur van het geprojecteerde beeld te corrigeren zodat eventueel kleurverschil tussen het oorspronkelijke en het geprojecteerde beeld zoveel mogelijk wordt beperkt.
Druk om deze functie te gebruiken op om het pop-upmenu te openen in een van de modi computer, iPhone/iPad, Composiet video, component of HDMI. Selecteer
Wandkleur en druk op / om een kleur te kiezen die het dichtste komt bij de kleur van het projectievlak. U kunt uit verschillende vooraf gekalibreerde kleuren kiezen: Lichtgeel, Roze, Lichtgroen, Blauw, en Schoolbord.

De beeldkwaliteit fijn afstemmen in de gebruikersmodus

Afhankelijk van het gedetecteerde signaaltype, zijn er enkele door de gebruiker te definiëren functies beschikbaar wanneer de Gebruikersmodus is geselecteerd. Op basis van uw behoeften kunt u aanpassingen maken aan deze functies door ze te markeren en op de
projector of afstandsbediening op / te drukken.
Aanpassen Helderheid
Hoe hoger de waarde, hoe helderder de afbeelding. Hoe lager de instelling, hoe donkerder het beeld. Stel deze knop zo in, dat de zwarte gedeelten van het beeld gewoon zwart worden weergegeven en dat er nog
+30
details zichtbaar zijn in de donkere gedeelten.
Aanpassen Contrast
Hoe hoger de waarde, hoe groter het contrast. Gebruik deze optie om het maximale witniveau in te stellen nadat u eerder de instelling Helderheid hebt aangepast overeenkomstig de geselecteerde ingang en
+30
de kijkomgeving.
Aanpassen Kleur
Lagere instelling levert minder verzadigde kleuren op. Wanneer de instelling te hoog is, worden de kleuren op het beeld te fel, waardoor het beeld onrealistisch wordt.
Aanpassen Tint
Hoe hoger de waarde, hoe roder het beeld. Hoe lager de waarde, hoe groener het beeld.
Aanpassen Scherpte
Hoe hoger de waarde, hoe scherper het beeld. Hoe lager de waarde, hoe zachter het beeld.
Selecteren van Kleurtemperatuur
De vier beschikbare opties voor de instelling van de kleurtemperatuur* verschillen afhankelijk van het geselecteerde signaaltype.
*Meer informatie over de kleurtemperatuur:
Er bestaan vele kleurschakeringen die om verschillende redenen als “wit” worden beschouwd. Het begrip "kleurtemperatuur" is een van de meest gebruikte methoden om de kleur wit uit te drukken. Een witte kleur met een lage kleurtemperatuur vertoont een rode schijn. Een witte kleur met een hoge kleurtemperatuur vertoont eerder een blauwe schijn.
+50
0
+70
-30
Bediening
41

Gebruik op grote hoogte

We raden u aan Hoogtemodus te gebruiken wanneer uw omgeving tussen 1500 meter tot 3000 meter boven zeeniveau ligt, met een omgevingstemperatuur tussen 0 en 30 °C.
Gebruik Hoogtemodus niet als uw hoogte tussen 0 en 1499 meter is, met een omgevingstemperatuur tussen 0 en 35°C. De projector zal dan te veel afkoelen als u de modus inschakelt in dergelijke omstandigheden.
De Hoogtemodus activeren:
1. Markeer Instellingen en druk op OK om te selecteren.
2. Ga naar ALGEMEEN > Hoogtemodus en druk op OK.
3. Markeer Aan en druk op OK om te bevestigen.
4. Druk om het OSD te verlaten op tot de projector terugkeert naar het beginscherm, of druk op om direct terug te keren naar het beginscherm.
Het gebruik onder "Hoogtemodus" kan een hoger bedrijfsgeluid van meer decibels veroorzaken vanwege de hogere ventilatorsnelheid die nodig is om de algemene koeling en prestaties van het systeem te verbeteren.
Als u deze projector in andere extreme omstandigheden dan de bovenstaande gebruikt, wordt het apparaat mogelijk automatisch uitgeschakeld om te voorkomen dat de projector oververhit geraakt. Selecteer in dergelijke gevallen de hoogtemodus om deze symptomen te verhelpen. Dit betekent echter niet dat de projector in alle ruwe of extreme omstandigheden kan worden gebruikt.

Het geluid aanpassen

De geluidsaanpassingen zoals hieronder weergegeven, hebben invloed op de luidspreker(s) van de projector. Controleer of u een juiste aansluiting hebt gemaakt met de audio-ingang van de projector. Zie "Aansluitingen" op pagina 18 voor uitleg over het aansluiten op de audio-ingang.
Het geluid dempen
Druk op op de afstandsbediening of op om het geluid tijdelijk uit te schakelen.
42
1. Markeer Instellingen en druk op OK om te selecteren.
2. Ga naar ALGEMEEN > Geluidsinstellingen en druk op OK.
3. Markeer Geluid uit en druk op OK om het pop­upmenu te openen.
4. Markeer Aan en druk op OK om te bevestigen.
5. Druk om het OSD te verlaten op tot de projector terugkeert naar het beginscherm, of druk op om direct terug te keren naar het beginscherm.
Bediening
Het volume regelen
Om het volume te regelen, drukt u op +/- op de afstandsbediening, of:
1. Herhaal de bovenstaande stappen 1 en 2.
2. Markeer Volume en druk op OK om het pop­upmenu te openen.
3. Druk op of op om een gewenst geluidsniveau te selecteren.
4. Volg stap 5 hierboven om het OSD te sluiten.
De toetsenbordtoon instellen
Zo stelt u de toetsenbordtoon in:
1. Herhaal stappen 1-2 in de paragraaf Het geluid uitzetten.
2. Markeer Toetsgeluid en druk op OK om het pop- upmenu te openen.
3. Markeer Aan en druk op OK om te bevestigen.
4. Volg om het OSD te verlaten stap 5 in Het geluid uitzetten.
Het geluid stand-by zetten
Zo zet u het geluid stand-by:
1. Herhaal stappen 1-2 in de paragraaf Het geluid uitzetten.
2. Markeer Audio in stand-by modus en druk op OK om het pop-upmenu te openen.
3. Markeer iPhone & iPod en druk op OK om te bevestigen. Na het instellen van de Audio in stand-by modus kan de projector dienen als docking=luidspreker als de muziekwaargave in de modus stand-by staat.
4. Volg om het OSD te verlaten stap 5 in Het geluid uitzetten.
Als Instellingen > ALGEMEEN > Geluidsinstellingen > Audio in stand-by modus is ingesteld op iPhone/iPod, kan de projector fungeren als docking-luidspreker als de muziekweergave in de modus stand-by staat.
Bediening
43

Bestanden afspelen met iPhone/iPod

De projector is voorzien van een alles-in-een iPhone/iPod-dock dat ondersteuning biedt voor videoprojectie en het afspelen van muziek via specifieke toepassingen, niet alleen in de ingeschakelde modus maar ook in de stand-bymodus.
<In de ingeschakelde modus>
Video's projecteren via eigen toepassingen op de iPhone of iPod
1. Dock uw iPhone of iPod op de connector op de projector.
2. Gebruik de afstandsbediening om de projector in te schakelen en in het beginscherm de bron voor iPhone/iPod te kiezen. Druk op OK om deze te openen..
3. Selecteer handmatig het pictogram “iPod” in het hoofdmenu van iPhone of iPod. (Geef hier een voorbeeld van de iPhone 4)
44
4. Druk op Menu op de afstandsbediening om naar het menu Video's te gaan.
5. Gebruik / om een video in de lijst met bestanden te selecteren.
6. Druk op OK om te beginnen met afspelen van de video.
Bediening
7. De video wordt op een groot scherm geprojecteerd.
8. Druk tijdens het weergeven van video op voor pauze/afspelen. Druk op / om de video opnieuw af te spelen of naar de volgende video te gaan. Houd / lang ingedrukt om de actieve video snel terug of vooruit te spoelen. Druk op / om het volume te verhogen.
Een diavoorstelling projecteren via eigen toepassingen op de iPhone of iPod
1. Selecteer handmatig het pictogram “Foto's” in het hoofdmenu van iPhone of iPod. Foto's kunnen uitsluitend als diavoorstelling worden geprojecteerd. (Geef hier een voorbeeld van de iPhone 4)
2. Kies in het fotoalbum de gewenste foto. Druk op Afspelen in het iPhone of iPod albummenu om de diavoorstelling te starten; deze wordt direct op een groot scherm geprojecteerd.
Bediening
45
Een toepassing van derden projecteren
• Download en installeer een toepassing die Apple's TV-out functie ondersteunt. (zoals
Youtube, Netflix, TVOut genie) Voor een lijst van toepassingen die Apple's TV-out functie ondersteunen, zie de TV-Out Enabled Apps for iOS Devices.pdf in het interne geheugen.
• Start de toepassing op uw apparaat, waarna de toepassing automatisch op een groot
scherm wordt geprojecteerd. (Geef hier een voorbeeld van Youtube)
• Voor sommige toepassingen zoals games kunnen extra stappen nodig zijn. Volg de
aanwijzingen op het scherm van deze toepassingen.
Een presentatie projecteren
1. Op uw apparaat moet een presentatietoepassing zijn geïnstalleerd die TV-uit ondersteunt om deze functie te kunnen gebruiken. (zoals Presentation Viewer )
2. Start de toepassing op uw apparaat, waarna de toepassing automatisch op een groot scherm wordt geprojecteerd.
3. Bij sommige presentatietoepassingen kunnen de documenten alleen in de modus diavoorstelling worden getoond.
4. Start de diavoorstelling waarna de presentatie direct op een groot scherm wordt geprojecteerd.
<In stand-bymodus>
U kunt de projector omzetten naar een docking-luidspreker voor uw iPhone of iPod als hij in de stand-bymodus staat. Ga als volgt te werk.
1. Open het menu “Instellingen” in het beginscherm van de projector.
46
Bediening
2. Stel Algemeen/Geluidsinstellingen/Audio in stand-by modus in op iPhone/
iPod.
3. Schakel de projector uit, waarna hij een docking-luidspreker wordt.
4. Dock uw iPhone of iPod op de projector.
5. Selecteer handmatig het pictogram “iPod” in het hoofdmenu van iPhone of iPod.
6. Druk op de afstandsbediening op Menu om naar een muziekmenu te gaan, gebruik
/ om muziek in een lijst met bestanden te selecteren en druk op OK om de
muziek af te spelen.
Als het hoofdmenu van de iPhone of iPod geopend is, speelt de iPhone of iPod na het indrukken van de toets Afspelen/Pauze alle muziek af.
7. Druk tijdens het afspelen van muziek op voor pauze/afspelen. Druk op / om het nummer opnieuw af te spelen of naar het volgende nummer te gaan. Houd /
Bediening
47
lang ingedrukt om de actieve video snel terug of vooruit te spoelen. Druk op / om het volume te verhogen.
Gebruik van de iPhone of iPod tijdens het afspelen van video of muziek.
U kunt de afstandsbediening gebruiken om de iPhone of iPod te bedienen, als de projector in de modus ingeschakeld of stand-by staat.
48
Zie "iPhone/iPod" op pagina 14 voor meer informatie over de iPhone/iPod-toetsen.
Bediening
Afbeeldingen weergeven met pc en video­bronapparaten
U kunt uw projector op een pc en op verschillende videobronnen aansluiten. (zoals HDMI, composiet video, component video) U hoeft de projector echter slechts op één invoerbron aan te sluiten.
Om beelden weer te geven:
1. Sluit de projector aan op een van de bovengenoemde signaalbronnen.
2. Schakel de projector en de signaalbron in. De projector vertoont het beginscherm.
3. Druk op / op de projector of op de afstandsbediening om het invoersignaal te selecteren en druk op OK om dit te openen.
4. Druk op of om terug te keren naar het startscherm.
Bediening
49

PC/Video pop-upmenu's gebruiken

De projector beschikt over een meertalige OSD waarmee u aanpassingen kunt aanbrengen aan het beeld en verschillende instellingen kunt wijzigen. Dit menu is voor instellingen in de modi computer, iPhone/iPod, video, component en HDMI.
Het menu gebruiken
1. Druk om het OSD-menu te openen op op de projector of afstandsbediening als het projectiescherm wordt getoond.
2. Druk als het OSD wordt weergegeven op / om het gewenste onderdeel te selecteren en pas de instellingen aan met / .
3. Sluit het menu af door op te drukken.
Menusysteem
Menuoptie Submenu Opties
Wandkleur
Beeldverhouding
Fase
Horizontale afmeting
Automatische keystone
Keystone
Beeldmodusinst ellingen
Informatie
Beeldmodus
Referentiemodus Helder/Standaard/Bioscoop/Games Helderheid Contrast Kleur Tint Scherpte Kleurtemperatuur T1/T2/T3/T4 Instellingen opslaan
Uit/Lichtgeel/Roze/Lichtgroen/ Blauw/Schoolbord Volledig scherm/4:3/16:9/16:10/ Auto/Werkelijk
Aan/Uit
Helder/Standaard/Bioscoop/Games/ Gebruikersmodus
Ingang Resolutie Kleursysteem
50
Bediening
Beschrijving van elk menu
FUNCTIE BESCHRIJVING
Corrigeert de kleur van het geprojecteerde beeld als het
Wandkleur
Beeldverhouding
projectieoppervlak niet wit is. Zie "Wandkleur gebruiken" op pagina
41 voor details.
Er zijn vier opties voor het instellen van de beeldverhouding, afhankelijk van de bron van het ingangssignaal. Zie "De
beeldverhouding selecteren" op pagina 39 voor details.
Hiermee past u de klokfase aan om vervorming van het beeld te verminderen.
Fase
Deze functie is alleen beschikbaar indien een pc-signaal (analoog RGB) is geselecteerd.
Horizontale afmeting
Automatische
Stelt de horizontale breedte van het beeld in.
Deze functie is alleen beschikbaar indien een pc-signaal (analoog RGB) is geselecteerd.
Corrigeert automatisch eventuele keystone-fouten in het beeld.
keystone
Keystone
Beeldmodusins tellingen
Informatie
Corrigeert eventuele keystone-afwijkingen van het beeld. Zie
"Keystone corrigeren" op pagina 36 voor details.
Beeldmodus
Zie "Een beeldmodus selecteren" op pagina 40 voor details.
Referentiemodus
Zie "Stelt de gebruikersmodus in" op pagina 40 voor details.
Deze functie is alleen beschikbaar als Gebruiker is geselecteerd.
Helderheid
Zie "Aanpassen Helderheid" op pagina 41 voor details.
Contrast
Zie "Aanpassen Contrast" op pagina 41 voor details.
Kleur
Zie "Aanpassen Kleur" op pagina 41 voor details.
Tint
Zie "Aanpassen Tint" op pagina 41 voor details.
Deze functie is uitsluitend beschikbaar als de systeemindeling NTSC is.
Scherpte
Zie "Aanpassen Scherpte" op pagina 41 voor details.
Kleurtemperatuur
Zie "Selecteren van Kleurtemperatuur" op pagina 41 voor details.
Instellingen opslaan
Slaat de instellingen voor de gebruikersmodus op.
Ingang
Toont de huidige signaalbron.
Resolutie
Toont de native resolutie van het ingangssignaal.
Kleursysteem
Toont het formaat van het ingangssysteem: NTSC, PAL, SECAM of RGB.
Bediening
51

Bestanden weergeven vanaf intern geheugen, USB-stick en SD-kaart

De projector kan bestanden weergeven die zijn opgeslagen in het interne geheugen of op externe opslag zoals een SD-kaart of een USB-stick als deze op de projector is aangesloten.
Zo geeft u bestanden weer:
1. Schakel de projector in, waarna deze het beginscherm projecteert.
2. Sluit de projector aan op een van de bovengenoemde externe geheugenapparaten.
3. Druk op / om SD-kaart, USB-stick of intern geheugen te selecteren.
4. De opslag is geclassificeerd als Video's, Foto's, Muziek, Documenten in het beginscherm.. Druk op / om het gewenste onderdeel te selecteren en druk op
OK om naar een andere bestandsbeheerder te gaan.
Venster bestandsbeheerder
52
Video's Foto's
Muziek Documenten
In elke bestandsbeheerder ziet u alleen de relevante en ondersteunde bestanden.
Als u de externe opslag wilt verwijderen, moet u op het pictogram Veilig verwijderen
klikken. Zie "Ondersteunde bestandsindelingen" op pagina 61 voor details.
Bediening
Bij het afspelen van video's
NAAM BESCHRIJVING
OK
/
Afspelen/ pauze
Volu me
Vori ge
Volg en de
Menu
Te r u g
Beginpagina
Speelt een video af of pauzeert deze
Volume hoger/lager
• Speelt de vorige video af.
• Houd deze knop aangetikt om de video terug te spoelen.
- De terugspoelsnelheid neemt toe naar x2, x4, x8 en x16 in intervallen van 2 seconden.
• Speelt de volgende video af.
• Houd deze knop aangetikt om de video vooruit te spoelen.
- De doorspoelsnelheid neemt toe naar x2, x4, x8 en x16 in intervallen van 2 seconden.
Pop-upmenu video-instellingen openen of sluiten.
• Keert terug naar het hoogste OSD-niveau.
• Pop-upmenu video-instellingen sluiten.
• Verlaat de huidige videospeler en keer terug naar de video-bestandbeheerder.
Sluit de videospeler af en ga terug naar het beginscherm.
Pop-upmenu video-instellingen
Het pop-upmenu voor de videospeler biedt een OSD voor aanpassingen tijdens het afspelen van video's.
Het menu gebruiken
1. Druk om het OSD-menu te openen op op de projector of afstandsbediening als het projectiescherm wordt getoond.
2. Druk als het OSD wordt weergegeven op / om het gewenste onderdeel te selecteren en pas de instellingen aan met / .
3. Druk om het OSD te sluiten op op de projector of de afstandsbediening.
Bediening
53
Zie de tabel voor ondersteunde typen ondertitelingsbestanden. Raadpleeg "Ondersteunde
bestandsindelingen" op pagina 61.
Menusysteem
Menuoptie Submenu Opties
Wandkleur
Beeldverhoudin g
Uit/Lichtgeel/Roze/Lichtgroen/ Blauw/Schoolbord
Volledig scherm/4:3/16:9/16:10/ Auto/Werkelijk
Automatische keystone
Keystone
Beeldmodusinst ellingen
Weergave­instellingen
Aan/Uit
Beeldmodus
Referentiemodus Helder/Standaard/Bioscoop/Games Helderheid Contrast Kleur Tint Scherpte Kleurtemperatuur T1/T2/T3/T4 Instellingen opslaan Weergavemodus Alles in map/Eén video Afspeelvolgorde Normaal/Willekeurig Herhalen Aan/Uit
Helder/Standaard/Bioscoop/Games/ Gebruikersmodus
54
Bediening
Beschrijving van elk menu
FUNCTIE BESCHRIJVING
Corrigeert de kleur van het geprojecteerde beeld als het
Wandkleur
Beeldverhouding
Automatische
projectieoppervlak niet wit is. Zie "Wandkleur gebruiken" op
pagina 41 voor details.
Er zijn vier opties voor het instellen van de beeldverhouding, afhankelijk van de bron van het ingangssignaal. Zie "De
beeldverhouding selecteren" op pagina 39 voor details.
Corrigeert automatisch eventuele keystone-fouten in het beeld.
keystone
Keystone
Beeldmodusins tellingen
Corrigeert eventuele keystone-afwijkingen van het beeld. Zie
"Keystone corrigeren" op pagina 36 voor details.
Beeldmodus
Met de vooraf ingestelde beeldmodi kunt u de instellingen van het projectorbeeld aanpassen aan het type programma.
Referentiemodus
Selecteert een beeldmodus die het best overeenkomt op uw behoeften op het vlak van beeldkwaliteit en zorgt voor het verder fijn afstemmen van het beeld op basis van de selecties op deze pagina.
Deze functie is alleen beschikbaar als Gebruiker is geselecteerd.
Helderheid
Past de helderheid van het beeld aan.
Contrast
Stelt de mate van verschil tussen donker en licht in het beeld in.
Kleur
Hiermee past u het verzadigingsniveau van de kleuren aan -- de sterkte van elke kleur in een videobeeld.
Tint
Hiermee past u de rode en groene kleurtonen van het beeld aan.
Deze functie is uitsluitend beschikbaar als de systeemindeling NTSC is.
Weergave­instellingen
Scherpte
Maakt het beeld scherper of zachter.
Kleurtemperatuur
Hiermee kunt u de kleurtemperatuur aanpassen. Bij een hogere kleurtemperatuur ziet het scherm er koeler uit, bij een lagere temperatuur ziet het er warmer uit.
Instellingen opslaan
Slaat de instellingen voor de gebruikersmodus op.
Weergavemodus
Laat u kiezen of u een of alle video's in een map wilt afspelen.
Afspeelvolgorde
Laat u de afspeelvolgorde van videobestanden kiezen.
Herhalen
Laat u kiezen of u de videoweergave wilt herhalen.
Bediening
55
Bij het afspelen van muziek
NAAM BESCHRIJVING
OK
Afspelen/ pauzeren
Volu me
/
Vor
Vlg
Menu
Vori ge
Home
Speelt muziek af of pauzeert deze
Volume hoger/lager
• Speelt het vorige nummer.
• Houd deze knop aangetikt om de muziek terug te spoelen.
• Speelt het volgende nummer.
• Houd deze knop aangetikt om de muziek vooruit te spoelen.
Pop-upmenu muziek-instellingen openen of sluiten.
• Keert terug naar het hoogste OSD-niveau.
• Pop-upmenu video-instellingen sluiten.
• Verlaat de huidige muziekspeler en keer terug naar de muziek-bestandbeheerder.
Sluit de muziekspeler af en ga terug naar het beginscherm.
56
Pop-upmenu instellingen muziekspeler
Het pop-upmenu voor de muziekspeler biedt een OSD voor aanpassingen tijdens het afspelen van muziek.
Het menu gebruiken
1. Druk om het OSD-menu te openen op op de projector of afstandsbediening als het projectiescherm wordt getoond.
2. Druk als het OSD wordt weergegeven op / om het gewenste onderdeel te selecteren en pas de instellingen aan met / .
3. Druk om het OSD te sluiten op op de projector of de afstandsbediening.
Bediening
Menusysteem
Menuoptie Opties
Weergavemodus
Afspeelvolgorde
Herhalen
Beschrijving van elk menu
FUNCTIE BESCHRIJVING
Weergavemodus
Afspeelvolgorde
Herhalen
Laat u kiezen of u een of alle nummers in een map wilt afspelen.
Laat u de afspeelvolgorde van muziekbestanden kiezen.
Laat u kiezen of u de muziekweergave wilt herhalen.
Alles in map/Eén muziekbestand
Normaal / Willekeurig
Aan/Uit
Bediening
57
Bij het bekijken van foto's
NAAM BESCHRIJVING
OK
Afspelen/ pauzeren
Vor Vo r i ge f o to. Vlg Volgende foto. Menu Pop-upmenu foto-instellingen openen of sluiten.
Vori ge
Home Sluit de fotospeler af en ga terug naar het beginscherm.
Geeft een diavoorstelling weer of pauzeert deze
• Keert terug naar het hoogste OSD-niveau.
• Pop-upmenu foto-instellingen sluiten.
• Verlaat de huidige fotospeler en keer terug naar de foto­bestandbeheerder.
Pop-upmenu instellingen foto-viewer .
Het pop-upmenu voor de fotoweergave biedt een OSD voor aanpassingen tijdens het bekijken van foto's.
58
Het menu gebruiken
1. Druk om het OSD-menu te openen op op de projector of afstandsbediening als het projectiescherm wordt getoond.
2. Druk als het OSD wordt weergegeven op / om het gewenste onderdeel te selecteren en pas de instellingen aan met / .
3. Druk om het OSD te sluiten op op de projector of de afstandsbediening.
Bediening
Menusysteem
Menuoptie Opties
Snelheid diavoorstelling
Diavoorstellingsmodus
Volgorde diavoorstelling
Herhalen
Beschrijving van elk menu
FUNCTIE BESCHRIJVING
Snelheid
Kies de snelheid van de diavoorstelling.
diavoorstelling
Diavoorstellings
Laat u kiezen of u een of alle foto's in een map wilt weergeven.
modus
Volgorde
Laat u de afspeelvolgorde van fotobestanden kiezen.
diavoorstelling
Herhalen
Laat u kiezen of u de diavoorstelling wilt herhalen.
Snel/normaal/langzaam
Alles in map/Eén foto
Normaal/Willekeurig
Aan/uit
Bediening
59
Bij het weergeven van documenten
NAAM BESCHRIJVING
Afspelen/
OK
pauze
Vo ri ge
Vo lg en de
Naar links
Naar rechts
Vo ri ge
Home Sluit de documentviewer af en ga terug naar het beginscherm.
Huidige pagina vergroten.
Ga naar de vorige pagina als de pagina niet is ingezoomd. Verplaats de weergave naar de bovenkant van de pagina als is ingezoomd.
Ga naar de volgende pagina als de pagina niet is ingezoomd. Verplaats de weergave naar de onderkant van de pagina als is ingezoomd.
Verplaats de weergave naar de linkerkant van de pagina als is ingezoomd. Verplaats de weergave naar de rechterkant van de pagina als is ingezoomd.
Verlaat de huidige documentviewer en keer terug naar de document-bestandbeheerder.
60
De laadtijd kan langer zijn voor grote bestanden.
De documentviewer werkt mogelijk niet correct als een bestand niet aan de normen
voldoet of beschadigd is.
De documentviewer werkt mogelijk niet als een bestand teveel gegevens bevat om op een
scherm te tonen. (Bijvoorbeeld teveel gegevens op een blad in een Excel-bestand.)
De documentviewer ondersteunt slechts één lettertype. Als een scherm andere lettertypen
gebruikt, kan het beeld dat Media Play weergeeft afwijken van het originele scherm.
Bijvoorbeeld:
1. De positie van regelafbrekingen in een zin kan afwijken.
2. De positie van pagina-einden in een MS Word-document kan veranderd zijn. In dat geval
kan het document onvolledig worden weergegeven volgens de opmaakeigenschappen voor
Afbeelding of Vo rm en of Object in MS Word . (Zie de handleiding van MS Word voor
meer informatie over de opmaakeigenschappen.)
Sommige functies die op uw pc worden ondersteund, worden niet door de projector
ondersteund, zoals deze functies van PowerPoint: Animatie, 3D, Smart Art, Hyperlink, en Transparantie en Gradatie.
Dit product ondersteunt geen versleutelde bestanden (DRM).
Bediening
Ondersteunde bestandsindelingen
Document, foto, muziek
ONDERDEEL BESTANDSEXTENSIE
Adobe PDF 1.0~1.4 (PDF)
Document
Foto JPG, BMP, PNG Muziek MP3, MP2, APE, FLAC, OGG, WAV , M4A
MS PowerPoint 97~2010 (ppt, pptx) MS Excel 95~2010 (xls, xlsx) MS Word 95~2010 (doc, docx)
Video, ondertitels
ONDE RDEEL
Video
Ondertite ls
Bereik Bitsnelheid: Als de piek-bitsnelheid van een videobestand groter is dan 10 MB kan dit vertragen bij het afspelen van de video veroorzaken.
Bezoek BenQ.com als u meer wilt weten over de nieuwste ondersteunde indelingen.
BESTANDSEXTENSIE BESCHRIJVING
AVI (H.263, Xvid, MJPEG), MOV (H.263, Xvid, MJPEG), MP4 (H.263, Xvid), 3gp/3g2 (H.263, Xvid), FLV (Sorenson Spark)
MKV ingebouwd, SRT (.srt)
Max 1920x1080 30 bps
• Bestanden met ondertitels moeten in dezelfde map staan als de videobestanden.
• De naam van bestanden met ondertitels moet dezelfde zijn als de naam van videobestanden.
Bediening
61

USB Streaming gebruiken

De projector ondersteunt USB streaming voor USB-weergave en USB-bestandsoverdracht.
USB-weergave
De projector kan een computerscherm weergeven via een USB-kabel in plaats van een VGA-kabel.
USB-weergave gebruiken:
1. Sluit de projector aan op uw computer met de USB-kabel.
2. Schakel de projector en de signaalbron in. De projector vertoont het beginscherm.
3. Druk op / om USB Streaming te selecteren.
4. Druk op / om USB-weergave te selecteren en druk op OK om het te openen.
5. Als uw computer automatisch USB­stuurprogramma's kan installeren, kunt u het scherm van de computer zien.
6. Als het scherm van de computer niet geprojecteerd wordt, gaat u naar "Mijn computer", zoek naar BenQUSB EZ Display" (hetzelfde als bij gebruik van een USB­stick) en voer het bestand "Autorun.exe" uit.
7. Druk op of om het geprojecteerde computerscherm te verlaten en terug te gaan naar het beginscherm.
Als het op de pc geïnstalleerde Microsoft Windows-systeem Windows 7 of nieuwer is, moet
u het stuurprogramma met de hand installeren. Volg de instructies op het scherm.
Deze functie ondersteunt geen Mac OS-apparaten.
Win
2000
xvxvvvvx
Win
XP SP2
32 Bit
Win
XP 64
Bit
Win
Vista
32 bit
Win
Vista
64 bit
Win7 32 bit
Win7 64 bit
MAC
62
USB bestandsoverdracht
U kunt de projector aansluiten om bestanden over te brengen van uw computer naar de projector. De bestanden worden opgeslagen in het interne geheugen en u kunt beelden vanaf de projector projecteren.
Zo gebruikt u USB-bestandsoverdracht:
1. Sluit de projector aan op uw computer met de USB-kabel.
2. Schakel de projector en de signaalbron in. De projector vertoont het beginscherm.
3. Druk op / om USB Streaming te selecteren.
4. Druk op / om USB-bestandsoverdracht te selecteren en druk op OK om dit te openen.
5. Als de verbinding slaagt, verschijnt het bericht "It is in USB file transfer mode (Bevindt zich in de modus USB-bestandsoverdracht)" op het scherm.
6. Zoek naar een nieuw pictogram "verwisselbare schijf". Deze "verwisselbare schijf" is in werkelijkheid het interne geheugen van de projector.
Bediening
7. Bestanden kopiëren en plakken of slepen vanaf uw computer naar de verwisselbare schijf
8. Als u bestanden wilt weergeven, gebruikt u / om Intern Geheugen te selecteren. Zie "Bestanden weergeven vanaf intern geheugen, USB-stick en SD-kaart"
op pagina 52 voor details.
9. Druk op of om de modus USB-bestandsoverdracht te verlaten en terug te keren naar het beginscherm.
De projector van de computer ontkoppelen:
Zorg er voor dat u de verbinding op de juiste manier beëindigt om schade aan de projector of de gegevens te voorkomen.
1. Klik op de Windows taakbalk.
2. Klik op het bericht dat verschijnt.
3. Maak de USB-kabel pas los als het bericht meldt dat het veilig is om de hardware te verwijderen.
Maak de USB-kabel niet los tijdens het kopiëren van bestanden, omdat dit gegevensverlies
of schade aan de projector kan opleveren.
De verbinding sluit niet zolang projectorbestanden op de computer geopend zijn. Sluit alle
geopende bestanden en probeer het opnieuw.
Andere versies van Windows werken op dezelfde wijze. Volg de juiste procedure voor het
veilig verwijderen van een USB-apparaat van uw computer voor uw versie van Windows.
Deze functie ondersteunt geen Mac OS-apparaten.
Bediening
63

Het instellingenmenu gebruiken

Dit menu is bedoeld om de werkomgeving van de projector in te stellen.
Het menu gebruiken
1. Druk op / om het OSD-menu te openen en klik op het pictogram Instellingen in het beginscherm.
2. Wanneer het OSD wordt weergegeven, kunt u de knoppen / gebruiken om een item in het hoofdmenu te selecteren.
3. Nadat u het gewenste hoofdmenu-item hebt geselecteerd, drukt u op OK om het submenu voor de functie-instelling te openen.
4. Druk op / om de gewenste optie te selecteren en druk op OK om het pop­upmenu te openen.
5. Selecteer de instellingen met / / / en druk op OK ter bevestiging. Nadat de instelling is geselecteerd, gaat het OSD-menu naar de geselecteerde optie.
6. Druk op om terug te keren naar het hoofdmenu. U kunt op drukken om direct terug te keren naar het startscherm.
7. Druk nogmaals op om terug te keren naar het startscherm.
64
Bediening
Menusysteem
Hoofdmenu Submenu Opties
Taal
LED-modus Normaal/Economisch
Uit/Lichtgeel/Roze/Lichtgroen/ Blauw/Schoolbord
Aan/Uit
Uitschakelen/5 min./10 min./15 min./ 20 min./25 min./30 min.
Uit/iPhone & iPod
5 sec./10 sec./15 sec./20 sec./25 sec./30 sec.
1. ALGEMEEN
2. INFORMATIE
Wandkleur
Automatische keystone
Automatisch uitschakelen
Opstartscherm BenQ/Zwart/Blauw Hoogtemodus Aan/Uit
Geluid uit Aan/Uit Vo lu me
Geluidsinstellingen
Weergaveduur menu
Beveiligingsins Tellingen
Te s t p a t r o o n Instellingen herstellen Firmware-upgrade Ingang Beeldmodus Kleursysteem Resolutie Intern geheugen SD-kaart USB-stick Firmware-versie
Toetsgeluid Aan/Uit Audio in stand-by
modus
Wachtwoo rd wijzigen
Wachtwoo rd oproepen
Beveiligingsinstellinge n wijzigen
Inschakelblokkering Aan/Uit
Bediening
65
Beschrijving van elk menu
FUNCTIE BESCHRIJVING
Taal
LED-modus
Wandkleur
Automatische
Stelt de taal in voor de OSD-menu's (On-Screen Display).
Kies Economisch om de projector LED te dimmen zodat er minder energie wordt verbruikt, de levensduur van de LED wordt verlengd en de ruis wordt verminderd. Kies Normaal om terug te keren naar de normale modus.
Corrigeert de kleur van het geprojecteerde beeld als het projectieoppervlak niet wit is.
Corrigeert automatisch eventuele keystone-fouten in het beeld.
keystone
Automatisch uitschakelen
1. Menu ALGEMEEN Opstartscher
m
Hoogtemodu s
Geluidsinstelli
Hiermee kan de projector automatisch worden uitgeschakeld als er na een ingestelde periode geen ingangssignaal is gedetecteerd.
Hiermee selecteert u het logoscherm dat wordt weergegeven bij het opstarten van de projector. U kunt kiezen uit drie opties: BenQ­logo, Zwart scherm of Blauw scherm.
Een modus voor gebruik op grote hoogte. Zie "Gebruik op grote
hoogte" op pagina 42 voor details.
Zie "Het geluid aanpassen" op pagina 42 voor details.
ngen
Weergavedu ur menu
Beveiligingsin
Bepaalt hoe lang het OSD-menu op het scherm blijft nadat u de laatste knop hebt ingedrukt. U kunt een waarde tussen 5 en 30 seconden kiezen, in stappen van 5 seconden.
Zie "De projector beveiligen" op pagina 37 voor details.
s Tellingen
Kies Aan om de functie in te schakelen en de projector een
Testpatroon
Instellingen
rastertestpatroon te laten weergeven. Het helpt u met het aanpassen van de beeldgrootte en de focus zodat het geprojecteerde beeld niet vervormd is.
Zet alle instellingen terug naar de fabrieksinstellingen.
herstellen
Firmware­upgrade
Bijwerken van de nieuwste firmware is alleen toegestaan vanaf een SD-kaart.
66
Bediening
FUNCTIE BESCHRIJVING
Ingang
Beeldmodus
2. Menu INFORMATIE Kleursysteem
Resolutie
intern
Toont de huidige signaalbron.
Toont de geselecteerde modus.
Toont de indeling van het invoersysteem: RGB of YUV.
Toont de native resolutie van het ingangssignaal.
Toont de status van de geheugencapaciteit: intern geheugen.
geheugen
D-kaart
USB-stick
Firmware-
Toont de status van de geheugencapaciteit: SD-kaart.
Toont de status van de geheugencapaciteit: USB-stick.
Toont de firmwareversie.
versie
Bediening
67

De projector uitschakelen

I
1. Druk op Voeding en er verschijnt een melding die u om een bevestiging vraagt. Wanneer u niet binnen enkele seconden reageert, verdwijnt het bericht.
2. Druk nogmaals op Voeding.
3. De indicator-LED Voeding knippert langzaam blauw en de ventilatoren stoppen.
4. Trek de stroomkabel uit het stopcontact als de projector gedurende langere tijd niet gebruikt wordt.
I
I
I
68
Bediening

Onderhoud

Onderhoud van de projector

De projector heeft weinig onderhoud nodig. Het enige dat u regelmatig dient te doen, is de lens schoonhouden.
Verwijder nooit onderdelen uit de projector. Neem contact op met uw leverancier als er andere onderdelen moeten worden vervangen.

De lens reinigen

Reinig de lens als u vuil of stof op het oppervlak opmerkt.
• Verwijder stof met een fles met perslucht.
• Bij vuil of vlekken gebruikt u papier voor het reinigen van cameralenzen of bevochtigt u
een zachte doek met reinigingsvloeistof voor cameralenzen en veegt u het oppervlak van de lens voorzichtig schoon.
Wrijf nooit met schurend materiaal over de lens.

De projectorbehuizing reinigen

Schakel de projector op de correcte manier uit zoals beschreven in "De projector
uitschakelen" op pagina 68 en trek de stekker van het netsnoer uit het stopcontact voordat
u de behuizing reinigt.
• Verwijder vuil of stof met een zachte, vezelvrije doek.
• Voor het verwijderen van hardnekkige vlekken gebruikt u een zachte doek, bevochtigd
met water en een neutraal schoonmaakmiddel. Veeg vervolgens de behuizing schoon.
Gebruik nooit was, alcohol, benzeen, thinner of andere chemische schoonmaakmiddelen. Hierdoor kan de behuizing beschadigd raken.

De projector opbergen

Volg de aanwijzingen hieronder als u de projector langere tijd wilt opbergen:
• Controleer of de temperatuur en de luchtvochtigheid van de opslagruimte binnen het
aanbevolen bereik voor de projector vallen. Zie "Specificaties" op pagina 72 of neem contact op met uw leverancier voor het bereik.
• Schuif de verstelvoetjes in.
• Haal de batterij uit de afstandsbediening.
• Verpak de projector in de oorspronkelijke of een soortgelijke verpakking.

De projector vervoeren

Het is aanbevolen de projector in de oorspronkelijke of een soortgelijke verpakking te verzenden.
Onderhoud
69

LED-Indicatoren

Status /
LED-indicators
Problemen
Stand-by Blauw Uit Uit
Ingeschakeld Blauw Blauw Wit
Afkoelen Blauw Uit Uit
Fout in Ventilator1 Uit Blauw Wit
Tijdelijke fout Uit Blauw Wit
Voedi ng
OK en
Bel
To e t s
Gedrag van LED-lampjes
Langzaam knipperen voedings-
LED
Lampje continu in volgorde:
voeding
->To e t s ->Bel en OK
Langzaam knipperen voedings-
LED
Led Bel en OK knippert eerst en
vervolgens knippert toets-LED
(interval 1,5 sec.)
Bel en OK LED en Toets-LED
knipperen tegelijk (interval 1,5
sec)
70
Onderhoud

Problemen oplossen

U kunt de projector niet inschakelen.
Oorzaak Oplossing
Het netsnoer levert geen stroom.
Poging om projector opnieuw in te schakelen tijdens het afkoelen.
Geen beeld
Oorzaak Oplossing
De bron is niet ingeschakeld of niet correct aangesloten.
De projector is niet correct aangesloten op het apparaat van het ingangssignaal.
Het ingangssignaal is verkeerd geselecteerd.
Onscherp beeld
Oorzaak Oplossing
De projectielens is niet correct scherpgesteld.
De projector en het scherm zijn niet correct uitgelijnd.
Steek de voedingsadapter in de aansluiting DC IN op de projector, steek het snoer in de wisselstroomingang van de voedingsadapter en steek de stekker in een stopcontact. Controleer of het stopcontact is ingeschakeld (indien van toepassing).
Wacht tot de projector volledig is afgekoeld.
Schakel de bron in en controleer of de signaalkabel correct is aangesloten.
Controleer de aansluiting.
Kies het juiste ingangssignaal met de knop op de projector of afstandsbediening.
Pas de scherpstelling van de lens aan met de focusring.
Pas de projectiehoek, -richting en -hoogte van de projector aan indien nodig.
/
De afstandsbediening werkt niet
Oorzaak Oplossing
De batterij is leeg. Vervang de batterij door een nieuwe.
Er bevindt zich een voorwerp tussen de afstandsbediening en de projector.
U bevindt zich te ver van de projector.
Verwijder het voorwerp.
Ga niet verder dan 7 meter (23 voet) van de projector staan.
Het wachtwoord is onjuist
Oorzaak Oplossing
U bent het wachtwoord vergeten.
Zie "De procedure voor het oproepen van het
wachtwoord starten" op pagina 37 voor details.
Problemen oplossen
71

Specificaties

Projectorspecificaties

Alle specificaties kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
Algemeen
Productnaam Mini-projector Modelnaam GP2
Optische specificaties
Resolutie 1280 x 800 WXGA Weergavesysteem 1-CHIP DMD Lens F/waarde F = 1,928
f = 26,95 mm Lamp LED Spreidingsverhouding 1,13 (44" @ 1m)
Elektrische specificaties
Stroomtoevoer AC100–240V, 3,20 A,
50-60 Hz (automatisch) Stroomverbruik 48 W (max); < 1 W (stand-by) Trapeziumcorrectie 1D, verticaal +/- 40 graden
Mechanische specificaties
Afmetingen 140,3 mm (W) x 52,5 mm (H) x 129,8 mm (D) Gewicht 565 g ( batterij : 482g)
Ingangen
Multi-invoer
Computeringang D-Sub 15-pins (vrouwelijk) x 1 Component-ingang Analoog - D-Sub <-> Component RCA-aansluiting x 3 (via
RGB-ingang)
HDMI Digitale Video x1 (mini type)
Video-ingang RCA-stekker x 1 HDMI HDMI (v1.3) : x1 (mini type) Audio-ingang RCA-stekker x 2
3,5 mm stereo mini-aansluiting x 1 USB-A type Voor USB-stick: Ondersteunt video's/foto's/muziek/
mini-B USB type Ondersteunt USB-scherm en USB-bestandsoverdracht SD-kaartsleuf Ondersteunt video's/foto's/muziek/documenten. Ingang iPhone/iPod met ingebouwd dock voor iPhone/iPod Interne geheugen 2 GB (1,3 GB voor gebruik door gebruiker)
Uitgang
Audio-uitgang 3,5 mm stereo mini-aansluiting x 1
Omgevingsvereisten
Bedrijfstemperatuur 0°C-40°C op zeeniveau
documenten.
72
Specificaties
Relatieve vochtigheid in bedrijf
Bedrijfshoogte • 0-1.499 m bij 0°C-35°C
10%-90% (zonder condensatie)
• 1500-3.000 m bij 0°C-30°C (met Hoogtemodus ingeschakeld)
Specificaties
73

Afmetingen

140,3 mm (W) x 52,5 mm (H) x 129,8 mm (D)

Timingtabel

Ondersteunde timing voor PC-signaal
Resolutie Modus
720 x 400 720 x 400_70 70,087 31,469
640 x 480
800 x 600
1024 x 768
1152 x 864 1152 x 864_75 75,00 67,500
1024 x 576
1024 x 600
1280 x 720 1280 x 720_60 60 45,000 1280 x 768 1280 x 768_60 59,870 47,776
1280 x 800
1280 x 1024
1280 x 960 1280 x 960_60 60,000 60,000 1360 x 768 1360 x 768_60 60,015 47,712
1440 x 900 WXGA+_60 59,887 55,935 1400 x 1050 SXGA+_60 59,978 65,317 1680 x 1050 1680 x 1050_60 59,954 65,290
640 x 480@67Hz MAC13 66,667 35,000 832 x 624@75Hz MAC16 74,546 49,722
1024 x
768@75Hz
VGA_60 59,940 31,469 VGA_75 75,000 37,500
VGA_85 85,008 43,269 SVGA_60 60,317 37,879 SVGA_75 75,000 46,875 SVGA_85 85,061 53,674
XGA_60 60,004 48,363 XGA_70 70,069 56,476 XGA_75 75,029 60,023 XGA_85 84,997 68,667
BenQ timing voor
notebook
BenQ timing voor
notebook
WXGA_60 59,810 49,702 WXGA_75 74,934 62,795 WXGA_85 84,880 71,554
SXGA_60 60,020 63,981 SXGA_75 75,025 79,976
MAC19 74,93 60,241
Ve rt i ca le frequentie (Hz)
60,0 35,820
64,995 41,467
33
22,8
Horizontale frequentie (kHz)
74
Specificaties
1152 x
870@75Hz
MAC21 75,06 68,68

Ondersteunde timing voor HDMI-ingang

PC timing:
Resolutie Modus
VGA_60 59,940 31,469
640 x 480
720 x 400 720 x 400_70 70,087 31,469
800 x 600
1024 x 768
1152 x 864 1152 x 864_75 75,00 67,500
1024 x 576
1024 x 600
1280 x 720
1280 x 768 1280 x 768_60 59,870 47,776
1280 x 800
1280 x 1024
1280 x 960
1360 x 768 1360 x 768_60 60,015 47,712
1440 x 900 WXGA+_60 59,887 55,935 1400 x 1050 SXGA+_60 59,978 65,317 1600 x 1200 UXGA 60,000 75,000 1680 x 1050 1680 x 1050_60 59,954 65,290
640 x 480@67Hz MAC13 66,667 35,000 832 x 624@75Hz MAC16 74,546 49,772
1024 x
768@75Hz
1152 x
870@75Hz
VGA_72 72,809 37,861 VGA_75 75,000 37,500 VGA_85 85,008 43,269
SVGA_60 60,317 37,879 SVGA_72 72,188 48,077 SVGA_75 75,000 46,875 SVGA_85 85,061 53,674
XGA_60 60,004 48,363 XGA_70 70,069 56,476 XGA_75 75,029 60,023 XGA_85 84,997 68,667
BenQ timing voor
notebook
BenQ timing voor
notebook
1280 x 720_60 60 45,000
1280 x 720_120 120 90,000
WXGA_60 59,810 49,702 WXGA_75 74,934 62,795 WXGA_85 84,880 71,554
SXGA_60 60,020 63,981
SXGA_75 75,025 79,976 1280 x 960_60 60,000 60,000 1280 x 960_85 85,002 85,938
MAC19 75,020 60,241
MAC21 75,06 68,68
Ve rt i ca le frequentie (Hz)
60,000 35,820
64,995 41,467
Horizontale frequentie (kHz)
Specificaties
75
Video timing:
Timing Resolutie
480i* 720 (1440) x 480 59,94 15,73 480p 720 x 480 59,94 31,47
576i 720 (1440) x 576 50 15,63
576p 720 x 576 50 31,25 720/50p 1280 x 720 50 37,5 720/60p 1280 x 720 60 45,00
1080/24P 1920 x 1080 24 27 1080/25P 1920 x 1080 25 28,13 1080/30P 1920 x 1080 30 33,75
1080/50i 1920 x 1080 50 28,13
1080/60i 1920 x 1080 60 33,75 1080/50P 1920 x 1080 50 56,25 1080/60P 1920 x 1080 60 67,5
Ve rt i ca le frequentie (Hz)
Horizontale frequentie (kHz)
Ondersteunde timing voor Component-YPbPr ingang
Timing Resolutie
480i* 720 x 480 59,94 15,73 480p 720 x 480 59,94 31,47
576i 720 x 576 50 15,63
576p 720 x 576 50 31,25 720/50p 1280 x 720 50 37,5 720/60p 1280 x 720 60 45,00
1080/50i 1920 x 1080 50 28,13
1080/60i 1920 x 1080 60 33,75 1080/24P 1920 x 1080 24 27 1080/25P 1920 x 1080 25 28,13 1080/30P 1920 x 1080 30 33,75 1080/50P 1920 x 1080 50 56,25 1080/60P 1920 x 1080 60 67,5
Ve rt i ca le frequentie (Hz)
Horizontale frequentie (kHz)
Ondersteunde timing voor videosignaal
Verticale frequentie (Hz)
76
Videomodus
NTSC* 60 15,73
PAL 50 15,63
SECAM 50 15,63
PAL-M 60 15,73 PAL-N 50 15,63 PAL-60 60 15,73
NTSC4.43 60 15,73
Specificaties
Horizontale frequentie (kHz)

Informatie over garantie en auteursrechten

Patenten
Deze BenQ-projector wordt gedekt door de volgende patenten:
Amerikaanse octrooien 7,181,318; TW octrooien 202690; 205470; I228635; I259932; Chinese octrooien ( 中国发明专利 ), ZL01143168.7; ZL03119907.0; ZL200510051609.2
Beperkte garantie
BenQ garandeert dat dit product vrij is van defecten in vakmanschap en materialen, bij normaal gebruik en opslag.
Wanneer u aanspraak wilt maken op de garantie, zal een aankoopbewijs worden gevraagd. Wanneer dit product binnen de garantieperiode defect raakt, is de enige verplichting van BenQ en uw enig verhaal de vervanging van defecte onderdelen (inclusief werkuren). Om garantieservice te verkrijgen, moet u de leverancier bij wie u het product hebt gekocht, onmiddellijk op de hoogte brengen van eventuele defecten.
Belangrijk: Belangrijk: de bovenstaande garantie vervalt wanneer de klant heeft nagelaten het product te gebruiken overeenkomstig de schriftelijke instructies van BenQ, in het bijzonder de instructies inzake de gebruiksomstandigheden. De vochtigheid moet tussen 10% en 90% liggen, de temperatuur tussen 0°C en 35°C en de projector mag niet worden gebruikt op stoffige plaatsen of op plaatsen hoger dan 4920 voet. Deze garantie verleent u specifieke wettelijke rechten en u kunt andere rechten hebben die verschillen afhankelijk van het land.
Ga voor meer informatie naar www.BenQ.com.
Copyright
© 2011 BenQ Corp. De specificaties kunnen per regio verschillen, bezoek uw lokale winkel voor details. Ontwerp en specificaties kunnen worden veranderd zonder kennisgeving. Dit materiaal kan bedrijfsnamen en handelsmerken van derden bevatten die het eigendom zijn van de betreffende bedrijven. Apple, het Apple-logo, iPad, iPhone, iPod, iPod classic, iPod nano, iPod shuffle en iPod touch zijn handelsmerken van Apple Inc., geregistreerd in de VS en andere landen.
Afstandsverklaring
BenQ Corporation is niet aansprakelijk en geeft geen garanties, uitdrukkelijk noch stilzwijgend, met betrekking tot de inhoud van deze publicatie en wijst specifiek alle garanties van verkoopbaarheid of geschiktheid voor een bepaald doel af. Verder behoudt BenQ Corporation zich het recht voor deze publicatie te herzien en de inhoud ervan af en toe te wijzigen zonder de verplichting enige persoon op de hoogte te brengen van dergelijke herzieningen of wijzigingen.
*DLP, Digital Micromirror Device en DMD zijn handelsmerken van Texas Instruments. Andere merk- en productnamen zijn eigendom van de respectieve bedrijven of organisaties.
Informatie over garantie en auteursrechten
77
Loading...