BAUKNECHT KGE KLIFF User Manual [nl]

INDEX
Hoofdstuk 1: INSTALLATIE ...............................................................................................31
1.1. EEN APPARAAT INSTALLEREN .................................................................................................................. 31
Hoofdstuk 2: FUNCTIES ...................................................................................................31
2.1. AAN/STAND-BY* ........................................................................................................................................... 31
2.6. FAST FREEZE* ............................................................................................................................................. 31
2.7. VENTILATOR* ............................................................................................................................................... 32
2.8. TEMPERATUURINSTELLING ...................................................................................................................... 32
2.9. BLACKOUT-ALARM* .................................................................................................................................... 32
2.10. IJSVRIJ KOELKASTCOMPARTIMENT ...................................................................................................... 32
2.12. KOELKASTVERLICHTING ......................................................................................................................... 32
Hoofdstuk 3: GEBRUIK .....................................................................................................32
3.1. DE BEWAARCAPACITEIT VERGROTEN ..................................................................................................... 32
3.2. OPMERKING ................................................................................................................................................ 32
Hoofdstuk 4: TIPS VOOR OPSLAG VAN ETENSWAAR ...................................................32
4.2. VENTILATIE .................................................................................................................................................. 32
4.3. OPSLAAN VAN VERSE ETENSWAAR EN DRANKEN ............................................................................... 32
4.7. TIPS VOOR HET INVRIEZEN EN OPSLAAN VAN VERSE LEVENSMIDDELEN ........................................ 34
4.9. DIEPGEVROREN LEVENSMIDDELEN: WINKELTIPS ................................................................................ 34
Hoofdstuk 5: FUNCTIONELE GELUIDEN ........................................................................35
Hoofdstuk 6: AANBEVELINGEN WANNEER HET APPARAAT NIET WORDT GEBRUIKT .... 36
6.1. AFWEZIGHEID/VAKANTIE .......................................................................................................................... 36
Hoofdstuk 7: ONDERHOUD EN REINIGING ....................................................................36
Hoofdstuk 8: OPSPOREN VAN STORINGEN ...................................................................37
8.1. VOORDAT U CONTACT OPNEEMT MET DE KLANTENSERVICE: ............................................................ 37
Hoofdstuk 9: KLANTENSERVICE .....................................................................................38
OPMERKING: De instructies gelden voor verschillende modellen; er kunnen dus verschillen zijn. Hoofdstukken die alleen gelden voor bepaalde apparaten worden aangegeven met een asterisk (*). Functies die specifiek gelden voor het reeds aangeschafte productmodel vindt u in de BEKNOPTE HANDLEIDING.
30
1. INSTALLATIE
1.1. EEN APPARAAT INSTALLEREN
Om voor voldoende ventilatie te zorgen, dient er aan beide zijkanten en aan de bovenkant van het apparaat ruimte vrijgelaten te worden.
De afstand tussen de achterzijde van het apparaat en de muur achter het apparaat dient minimaal 50 mm te bedragen.
50mm
Bij minder ruimte aan de achterzijde neemt het energieverbruik van het product toe.
50mm
2. FUNCTIES
2.1. AAN/STAND-BY*
Deze functie dient om de koelvakken en de vriesvakken Aan of in Stand-by te zetten. Om het product in Stand-by te zetten, houdt u de knop
On/Stand-by worden uitgeschakeld behalve het controlelampje
Aan/Stand-by in Stand-by staat. Als het apparaat in Stand-by staat, werkt de binnenverlichting van de koelkast niet. Bedenk wel dat het apparaat op deze manier niet van de elektrische voeding wordt afgekoppeld. Om het apparaat weer in te schakelen, drukt u op de
knop Aan/Stand-by
2.2. 6TH SENSE FRESH CONTROL*
INTELLIGENCE PROFRESH*
Met deze functie kunt u snel de optimale conserveringsomstandigheden (voor wat betreft temperatuur en vochtigheid) bereiken binnen het apparaat. Voor een correcte werking moet ook de ventilator ingeschakeld zijn. De functie “6th Sense Fresh Control”/“Green Intelligence ProFresh” is standaard geactiveerd. Zie de meegeleverde Beknopte handleiding voor het inschakelen of uitschakelen van deze functie.
2.3. SLIM DISPLAY*
Deze optionele functie kan gebruikt worden om energie te besparen. Druk voor het activeren van de slimme display tegelijkertijd gedurende 3 seconden op de knop Fridge °C en Freezer °C tot het geluidssignaal klinkt. Twee seconden na activering van het slimme display gaat het display uit, behalve het “6th Sense Fresh Control”/“Green Intelligence ProFresh” lampje. Om de temperatuur aan te passen of andere functies
*Alleen beschikbaar op bepaalde modellen. Controleer in de BEKNOPTE HANDLEIDING of deze functie beschikbaar is voor uw model.
3 seconden ingedrukt. Alle symbolen
, om aan te geven dat het apparaat
.
/GREEN
te gebruiken moet het display weer geactiveerd worden. Druk hiervoor op een willekeurige toets. Na ongeveer 15 seconden zonder enige handeling gaat het display weer uit en blijft alleen het “6th Sense Fresh Control”/“Green Intelligence ProFresh” lampje zichtbaar. Wanneer de functie wordt uitgeschakeld, wordt het normale display getoond. Het Smart Display wordt automatisch uitgeschakeld na een stroomuitval. N.B.: deze functie ontkoppelt het apparaat niet van de netvoeding, maar vermindert alleen het stroomverbruik van het externe display. Zie de meegeleverde Beknopte handleiding voor de activerings- en deactiveringsprocedure.
Opmerking: Het energieverbruik van het apparaat in de verklaring verwijst naar de werking met de functie Slim Display ingeschakeld. Wanneer de functie “6th Sense Fresh Control”/“Green Intelligence ProFresh” is gedeactiveerd en het slimme display wordt geactiveerd: worden alle LED-lampjes op het display uitgeschakeld.
2.4. ALARM DEUR OPEN*
Zie de meegeleverde Beknopte handleiding voor het inschakelen of uitschakelen van deze functie.
2.5. SNEL KOELEN
Het gebruik van deze functie wordt aanbevolen als u zeer veel levensmiddelen in de koelkast plaatst.
Met de functie Snel koelen de koelkast worden verhoogd. Houd de ventilator ingeschakeld voor maximale koelcapaciteit.
2.6. FAST FREEZE
Het gebruik van deze functie wordt aanbevolen als u zeer veel in te vriezen levensmiddelen in het vriesvak plaatst.
kan de koelcapaciteit in
31
2.7. VENTILATOR*
De Ventilator verbetert de temperatuurverdeling in het product, waardoor de levensmiddelen beter geconserveerd worden. De ventilator is standaard ingeschakeld. Zie de meegeleverde Beknopte handleiding voor het inschakelen of uitschakelen van deze functie.
Opmerking: Blokkeer het gebied van de luchtinlaat niet met levensmiddelen.
Schakel de ventilator uit om het energieverbruik tot een minimum te beperken.
Als het apparaat is voorzien van de ventilator kan het ook uitgerust worden met het antibacteriële filter. Haal het filter uit de doos, die zich in de crisper-lade bevindt en plaats het in de afdekking van de ventilator. De vervangingsprocedure is meegeleverd in de filterdoos.
2.8. TEMPERATUURINSTELLING
Het apparaat wordt normaal in de fabriek ingesteld op de aanbevolen medium temperatuur. Zie de meegeleverde Beknopte handleiding voor meer informatie de temperatuurinstelling.
Opmerking: Weergegeven instelpunten komen overeen met de gemiddelde temperatuur in het gehele apparaat.
2.9. BLACKOUT-ALARM*
Uw product is zo ontworpen dat het na een stroomstoring automatisch de temperatuur in de vriezer controleert wanneer de stroom weer wordt ingeschakeld. Als de temperatuur in het vriesvak boven het vriesniveau ligt, gaat het pictogram Blackout branden, knippert het pictogram Alarm en klinkt het geluidssignaal wanneer de stroomtoevoer hersteld is. Druk éénmaal op de knop Reset om het alarm te resetten. In geval van een Blackout-alarm, worden de volgende handelingen aanbevolen:
• Als het voedsel in de vriezer niet bevroren maar nog
wel koud is, moet al het voedsel in de vriezer in het koelvak worden gelegd en binnen 24 uur worden opgegeten.
• Als het voedsel in de vriezer bevroren is, betekent
dit dat het voedsel ontdooid was en weer werd ingevroren toen de stroomtoevoer hersteld werd, de
smaak, kwaliteit en voedingswaarde is verminderd en het voedsel kan zelfs bedorven zijn. Het wordt geadviseerd om dit voedsel niet op te eten en de hele inhoud van het vriesvak weg te gooien.
Het blackout-alarm is ontworpen om informatie te geven over de kwaliteit van de voedingsmiddelen die in het vriesvak aanwezig zijn bij een stroomuitval. Dit systeem garandeert de kwaliteit van het voedsel niet en consumenten wordt geadviseerd hun gezonde verstand te gebruiken bij het controleren van de kwaliteit van het voedsel in de koelvakken.
2.10. IJSVRIJ KOELKASTCOMPARTIMENT
Het ontdooien van het koelkastcompartiment vindt volledig automatisch plaats.
De aanwezigheid van waterdruppels op de achterwand aan de binnenkant van de koelkast geeft aan dat de automatische ontdooifase bezig is. Het dooiwater loopt automatisch weg in een afvoeropening en vervolgens in een bak, waar het verdampt.
2.11. HET VRIESVAK ONTDOOIEN
Het vriesvak moet een of tweemaal per jaar of als de ijslaag te dik geworden is (3 mm dik) ontdooid worden. De vorming van ijs is normaal. De hoeveelheid en de mate waarin het ijs zich ophoopt hangt af van de omstandigheden in de ruimte en hoe vaak de deur geopend wordt.
2.12. KOELKASTVERLICHTING
Het verlichtingssysteem binnenin de vriezer maakt gebruik van LED-lampjes; dit zorgt niet alleen voor een betere verlichting maar ook voor een zeer laag energieverbruik. Neem contact op met het Servicecentrum voor vervanging wanneer het LED-verlichtingssysteem niet werkt.
3. GEBRUIK
3.1. DE BEWAARCAPACITEIT VERGROTEN
• de korven/kleppen* verwijderen zodat u grote
producten kunt bewaren.
• de voedselproducten rechtstreeks op de schappen
van de vriezer leggen.
• het flessenrek verwijderen*.
• In geval van stroomuitval helpt de koudeaccu
om langer de optimale bewaartemperatuur te behouden.
*Alleen beschikbaar op bepaalde modellen. Controleer in de BEKNOPTE HANDLEIDING of deze functie beschikbaar is voor uw model.
3.2. OPMERKING
• Blokkeer de luchtuitlaat (op de achterwand van het
apparaat) niet met levensmiddelen.
• Als de vriezer wordt geleverd met een klep, dan kan
het opslagvolume worden gemaximaliseerd door de klep te verwijderen.
• Alle schappen, kleppen en uitschuifbare korven zijn
uitneembaar.
32
Loading...
+ 6 hidden pages