Bartscher US E500 LPR, 110500 Operating instructions [nl]

US E500 LPR
110500
Bartscher GmbH Franz-Kleine-Str. 28 D-33154 Salzkotten Duitsland
tel. +49 5258 971-0 fax.: +49 5258 971-120 Infolinia service: +49 5258 971-197 www.bartscher.com
Versie: 1.0 Datum van opmaak: 2023-01-23
Originele handleiding
Beschreibung
Afb. 1
A B C D E F R
Stroom-
aansluiting
Water-
aansluiting
Toevoer
van spoel-
glans-
middel
Wasmid-
delinlaat
Wateraf-
voerslang
Potentieel
uitlijnen
Verbindings
strip
Afb. 2
Afb. 3
Afmetingen / toevoerkabels (mm)
Afb. 4
Afb. 5
NL 4
1 Veiligheid ....................................................................................................... 2
1.1 Symboolverklaring ................................................................................... 2
1.2 Veiligheidsaanwijzingen ........................................................................... 3
1.3 Gebruik volgens bestemming .................................................................. 5
1.4 Oneigenlijk gebruik .................................................................................. 5
2 Algemeen ...................................................................................................... 6
2.1 Aansprakelijkheid en vrijwaring ................................................................ 6
2.2 Auteursrecht ............................................................................................ 6
2.3 Conformiteitsverklaring ............................................................................ 6
3 Transport, verpakking en opslag ................................................................... 7
3.1 Transportinspectie ................................................................................... 7
3.2 Verpakking ............................................................................................... 7
3.3 Opslag ..................................................................................................... 7
4 Technische Gegevens ................................................................................... 8
4.1 Onderdelenoverzicht ................................................................................ 8
4.2 Technische Gegevens ............................................................................. 9
4.3 Functies van het apparaat ..................................................................... 10
5 Installatieinstructie ....................................................................................... 11
5.1 Uitpakken ............................................................................................... 11
5.2 Afstellen ................................................................................................. 12
5.3 Elektrische aansluiting ........................................................................... 12
5.4 Wateraansluiting .................................................................................... 13
5.5 Uitlaatpomp ............................................................................................ 15
5.6 Doseerpomp afwasmiddel ..................................................................... 15
5.7 Doseerpomp glansspoelmiddel .............................................................. 15
6 Gebruiksinstructie en onderhoud ................................................................. 16
6.1 Werkwijze .............................................................................................. 16
6.2 Reiniging en onderhoud ......................................................................... 20
6.3 Adviezen en tips..................................................................................... 22
7 Mogelijke storingen ...................................................................................... 23
8 Verwijdering ................................................................................................. 28
110500 1 / 28
Veiligheid
NL
Lees voor het gebruik de gebruiksaanwijzing door en bewaar hem op een goed bereikbare plaats!
GEVAAR!
Het signaalwoord GEVAAR waarschuwt voor gevaren die leiden tot ernstige verwondingen of overlijden als ze niet worden vermeden.
Diese Bedienungsanleitung beschreibt di e Installation, Bedienung und Wartung des Geräts und gilt als wichtige Informationsqu elle und Nachschlagewerk. Die Kennt nis aller enthaltenen Sicherheitshinweis e und Handlungsanweisungen schafft die Voraussetzung für das sichere und sac hgerechte Arbeiten mit dem Gerät. D arüber hinaus müssen die für den Eins atzbereich des Geräts geltenden örtlichen Un fallverhütungsvorschriften und allgem einen Sicherheitsbestimmungen eingeh alten werden. Diese Bedienungsanleitung is t Bestandteil des Produkts und muss i n unmittelbarer Nähe des Geräts für das In¬stallations-, Bedienungs-, Wartu ngs- und Reinigungspersonal jederzeit z ugänglich auf¬bewahrt werden. Wenn das Gerät an eine dritte Person weitergegeben wird, muss die Bedienungsa nleitung mit ausgehändigt werden.
Deze handleiding bevat de beschrijving van de installatie, de bediening en het onderhoud van het apparaat en dient als belangrijke informatiebron en naslagwerk. De kennis en het in acht nemen van alle hier beschreven veiligheidsvoorschriften en instructies is een voorwaarde voor veilig en juist gebruik van het apparaat. Bovendien zijn de bepalingen inzake ongevallenpreventie, gezondheids- en veiligheidsvoorschriften en wettelijke voorschriften die van kracht zijn op het toepassingsgebied van het apparaat van toepassing.
Lees deze gebruikershandleiding voordat u met het apparaat gaat werken, en vóór de inbedrijfsstelling, om schade aan personen en zaken te voorkomen. Onjuist gebruik kan beschadigingen veroorzaken.
Deze handleiding is een integraal onderdeel van het product en moet in de directe nabijheid van het apparaat worden bewaard en te allen tijde beschikbaar zijn. Wanneer het apparaat wordt overgedragen, is het ook noodzakelijk deze gebruiksaanwijzing erbij te leveren.

1 Veiligheid

Het apparaat is gemaakt volgens de laatste stand van de techniek. Het kan echter een bron van gevaar vormen als het apparaat niet in overeenstemming met zijn bestemming gebruikt wordt. Alle personen die het apparaat gebruiken, moeten zich houden aan de aanbevelingen en veiligheidsaanwijzingen in deze handleiding.

1.1 Symboolverklaring

Belangrijke veiligheids- en technische instructies zijn in deze gebruiksaanwijzing aangeduid door symbolen. Deze instructies moeten bij het gebruik van dit apparaat absoluut in acht worden genomen om letsel, ongelukken, of materiële schade te vermijden.
2 / 28 110500
Veiligheid
NL
WAARSCHUWING!
Het signaalwoord WAARSCHUWING waarschuwt voor gevaren die gematigd tot zwaar letsel of overlijden kunnen veroorzaken, als ze niet worden vermeden.
VOORZICHTIG!
Het signaalwoord VOORZICHTIG waarschuwt voor gevaren die licht of matig letsel kunnen veroorzaken, als ze niet worden vermeden.
ATTENTIE!
Het signaalwoord ATTENTIE geeft mogelijke materiële schade aan die kan optreden als u de veiligheidsinstructies niet volgt.
OPMERKING!
Het icoon OPMERKING informeert de gebruiker over aanvullende informatie en tips voor het gebruik van het apparaat.
, die

1.2 Veiligheidsaanwijzingen

Elektrische stroom
Een te hoge netspanning of onjuiste installatie kan leiden tot elektrische
schokken.
Sluit het apparaat alleen aan als de specificaties op het typeplaatje
overeenkomen met de netspanning.
Om elektrische kortsluiting te voorkomen, moet het apparaat droog worden
gehouden.
Koppel het apparaat onmiddellijk los van het elektriciteitsnet als er tijdens het
gebruik storingen optreden.
Raak de stekker van het apparaat niet aan met natte handen.
Raak het apparaat nooit aan nadat het in het water is gevallen. Onmiddellijk het
apparaat van het elektriciteitsnet koppelen.
Het herstellen en openen van de behuizing uitsluitend door specialisten en
gespecialiseerde werkplaatsen laten uitvoeren.
Draag het apparaat niet aan de verbindingskabel.
110500 3 / 28
Veiligheid
NL
Stel de verbindingskabel niet bloot aan warmte of scherpe randen.
Knik, plet of knoop de verbindingskabel niet.
Altijd de verbindingskabel volledig uitrollen.
Plaats het apparaat of andere voorwerpen nooit op de verbindingskabel.
Om het apparaat uit te schakelen van de elektrische voeding, altijd de stekker
vastpakken.
Controleer de voedingskabel regelmatig op beschadigingen. Het apparaat niet
gebruiken wanneer de voedingskabel beschadigd is. Laat een beschadigde voedingskabel vervangen door de servicedienst of een gekwalificeerde elektricien om gevaar te voorkomen.
Bedienend personeel
Het apparaat mag alleen worden bediend door gekwalificeerd en geschoold
vakpersoneel.
Onjuist gebruik
Onjuist gebruik of verboden gebruik kan het apparaat beschadigen.
Het apparaat mag alleen worden gebruikt als het zich in goede staat bevindt en
veilig werken mogelijk maakt.
Het apparaat mag alleen worden gebruikt als alle aansluitingen zijn uitgevoerd
volgens de voorschriften.
Het apparaat mag alleen worden gebruikt als het schoon is.
Gebruik alleen originele reserveonderdelen. Nooit zelf het apparaat repareren.
Verboden om veranderingen of modificaties aan het apparaat aan te brengen.
4 / 28 110500
Veiligheid
NL

1.3 Gebruik volgens bestemming

Elk gebruik van het apparaat voor andere doeleinden en / of afwijkend van het normale bedoelde gebruik zoals hieronder beschreven, is verboden en wordt beschouwd als onbedoeld gebruik.
Het volgende gebruik is in overeenstemming met het beoogde gebruik:
– Het wassen van borden, glazen, potten, pannen, enz..
Dit apparaat is alleen bestemd voor professioneel gebruik.

1.4 Oneigenlijk gebruik

Onjuist gebruik kan leiden tot schade aan personen en zaken veroorzaakt door gevaarlijke elektrische spanning, brand en hoge temperaturen. Met behulp van het apparaat kan alleen werk worden uitgevoerd dat in deze handleiding wordt beschreven.
Het volgende gebruik is niet in overeenstemming met het beoogde gebruik:
– Het wassen van andere, niet geschikte voorwerpen.
110500 5 / 28
Algemeen
NL

2 Algemeen

2.1 Aansprakelijkheid en vrijwaring

Alle gegevens en aanwijzingen die zijn opgenomen in deze gebruiksaanwijzing zijn samengesteld rekening houdend met de geldende voorschriften, de actuele technische stand van zaken en onze langdurige inzichten en ervaring. In het geval van het bestellen van speciale modellen of extra opties, en in het geval van het gebruik van de nieuwste technische kennis, kan het geleverde apparaat onder bepaalde omstandigheden verschillen van de uitleg en de talrijke tekeningen in deze handleiding.
De producent is niet aansprakelijk voor de schade en storingen die zijn ontstaan als gevolg van:
het niet in acht nemen van de aanwijzingen, oneigenlijk gebruik, het aanbrengen van technische wijzigingen door de gebruiker, de toepassing van ongeoorloofde reserveonderdelen.
Wij behouden ons het recht voor om technische veranderingen in het product aan te brengen die leiden tot verbetering van de gebruikseigenschappen en de verdere ontwikkeling van het apparaat.

2.2 Auteursrecht

De gebruiksaanwijzing en de erin opgenomen teksten, tekeningen, foto’s en andere afbeeldingen zijn auteursrechtelijk beschermd. Niets (ook gedeeltelijk) uit deze uitgave mag in ongeacht welke vorm worden verveelvoudigd, verwerkt en/of gepubliceerd zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de fabrikant. Overtreding van het bovenstaande verplicht tot schadevergoeding. Wij behouden ons het recht voor tot verdere vorderingen.

2.3 Conformiteitsverklaring

Het apparaat beantwoordt aan de actuele EU-normen en richtlijnen. Dit bevestigen we in de EG-verklaring van Conformiteit. Indien gewenst, sturen we u graag de betreffende Verklaring van Conformiteit toe.
6 / 28 110500
Transport, verpakking en opslag
NL

3 Transport, verpakking en opslag

3.1 Transportinspectie

Als het apparaat afgeleverd is, onmiddellijk controleren of het compleet en zonder transportschade is. Als er duidelijk zichtbare transportschade is, het geleverde apparaat niet of alleen onder voorbehoud aannemen. De schade opschrijven op de transportdocumenten/ het leveringsdocument van de leverancier. Vervolgens reclameren. Verborgen gebreken onmiddellijk nadat ze zijn geconstateerd, reclameren, omdat eisen tot schadevergoeding alleen binnen de reclamatieperiode mogelijk zijn.
Neem contact op met onze klantenservice als er onderdelen of accessoires ontbreken.

3.2 Verpakking

Gooi de buitenste doos van uw apparaat niet weg. U kunt het nodig hebben tijdens een verhuizing, of als u het apparaat naar ons servicecentrum wilt sturen bij schade.
De verpakking en de afzonderlijke componenten zijn gemaakt van recyclebare materialen. In het bijzonder: kunststof folie en zakken, kartonnen verpakking.
Als u de verpakking wilt weggooien, dient u de geldende voorschriften in uw land in acht te nemen. Verpakkingsmateriaal dat hergebruikt kan worden, recyclen.

3.3 Opslag

Zorg ervoor dat de verpakkingen verzegeld zijn tot de installatie en houd ze in overeenstemming met de op de buitenkant aangebrachte plaatsingmarkering en opslagmarkering. Bewaar de pakketten alleen onder de volgende voorwaarden:
in een afgesloten ruimte droog en stofvrij verwijderd houden van corrosief materiaal op een plaats beschermd tegen zonlicht beschermd tegen mechanische schokken.
Bij langere bewaring (> 3 maanden) regelmatig de algemene toestand van alle bestanddelen en van de verpakking controleren. Als het nodig is de verpakking vervangen voor een nieuwe.
110500 7 / 28
Technische Gegevens
NL
Afb. 6
1. Bedieningspaneel
2. Spoelruimte
3. Spoelkorf
4. Handgreep
5. Behuizing
6. In hoogte verstelbare poten (4x)
7. Deur
8. Filter/ stop
9. Onderste wasarmen
10. Verwarmingselementen
11. Geleiders voor korven
12. Sifon
13. Terugslagventiel
14. Bovenste wasarmen

4 Technische Gegevens

4.1 Onderdelenoverzicht

8 / 28 110500
Technische Gegevens
NL
Benaming:
Vaatwasser US E500 LPR
Art. nr.:
110500
Materiaal:
roestvast staal
Afmetingen van de korf (b x d x h) in mm:
500 x 500
De hoogte van de glazen max. in mm:
300
Hoogte borden max. in mm:
300
Werktijd per seconde:
120
Effectiviteit / uur max. korf:
30
Aantal wasprogrammaʼs:
1
Inhoud container in liters:
25
Waterverbruik bij 2 bar in liters:
2,7
Waterdruk in bar:
2 - 4
Watertoevoer:
G 3/4
Wateruitlaat ø in mm:
20
Verwarming container in kW:
2,8
Verwarming van de boiler in kW:
2,8
Aansluitingswaarde:
3,4 kW / 230 V / 50 Hz
Afmetingen (b x d x h) in mm:
600 x 655 x 830
Gewicht in kg:
51,6

4.2 Technische Gegevens

US E500 LPR
Recht op technische veranderingen voorbehouden!
110500 9 / 28
Technische Gegevens
NL
Versie / eigenschappen
Aftappomp
Doseerpomp afwasmiddel
Doseerpomp glansspoelmiddel
Deur dubbelwandig
Droogloopbeveiliging
Veiligheidsthermostaat
Deurcontactschakelaar
Inbouwmogelijkheid
Apparaataansluiting: stekkerklaar
Aan/uit-schakelaar
Controlelampje: Aan/uit
Max. watertemperatuur bij ingang 60 °C
Inclusief:
1 glazenkorf 1 bestekkorf 1 bordenkorf 1 afvoerslang Ø 20 mm 1 watertoevoerslang ¾"

4.3 Functies van het apparaat

De vaatwasser is ontworpen voor het wassen van geschikt serviesgoed, kookpotten, pannen, bestek enz.
10 / 28 110500
Installatieinstructie
NL
VOORZICHTIG!
In het geval van onjuiste installatie, bediening, onderhoud of bij het niet juist hanteren van het apparaat kan dat leiden tot letsel en beschadigingen.
De plaatsing en de installatie, alsook reparaties en veranderingen mogen uitsluitend worden uitgevoerd door een geautoriseerde technische service volgens de geldende voorschriften in het land van plaatsing.
VOORZICHTIG!
Gevaar voor verstikking!
Houdt verpakkingsmateriaal zoals plasticfolie en piepschuim uit handen van kinderen.

5 Installatieinstructie

5.1 Uitpakken

Het apparaat kan alleen worden geplaatst met behulp van een vorkheftruck of
een apparaat dat voor dit doel geschikt is, om geen beschadigingen aan de constructie van het apparaat te veroorzaken. Het apparaat plaatsen op de hiervoor voorziene plaats en pas dan uitpakken.
Pak het apparaat uit en verwijder alle externe en interne verpakkingselementen
en transportbeveiliging.
Als er beschermfolie op het apparaat zit, verwijdert u deze. De folie dient
langzaam van het apparaat te worden getrokken zodat er geen lijmresten achterblijven. Eventuele lijmresten verwijderen met een geschikt oplosmiddel.
Pas op dat u het typeplaatje en de waarschuwingsinstructies op het apparaat
niet beschadigt.
110500 11 / 28
Installatieinstructie
NL
OPGELET!
Voor het installeren van het apparaat, zorgvuldig de eigenschappen van de installatielocatie controleren, om latere beschadigen tijdens de exploitatie te voorkomen.
Het apparaat is uitgerust met in hoogte verstelbare poten.
Om het apparaat te nivelleren, dienen de pote worden uitgedraaid tot de benodigde hoogte.
De juiste nivellering is nodig voor het verkrijgen van een optimale functionaliteit van het apparaat.
Afb. 7

5.2 Afstellen

Het apparaat nooit in een vochtige of natte omgeving neerzetten.
Het apparaat moet zo worden ingesteld dat de verbindingen gemakkelijk
toegankelijk zijn om snel uit te schakelen als dat nodig is.
Plaats het apparaat op een oppervlak met de volgende eigenschappen: recht, met voldoende draagkracht, bestand tegen water, droog en
bestand tegen hoge temperaturen
groot genoeg om probleemloos met het apparaat te werken goed bereikbaar goede ventilatie.
Het apparaat mag alleen worden geïnstalleerd in ruimtes met een
omgevingstemperatuur tussen 5 °C en 40 °C.

5.3 Elektrische aansluiting

Controleer of de technische specificaties van het apparaat (zie naamplaatje)
overeenstemmen met de gegevens van de lokale stroomvoorziening.
Sluit het apparaat aan op een enkele, voldoende beschermde aansluiting met
een beveiligd contact. Sluit het apparaat niet aan op een meervoudige aansluiting.
Leg de verbindingskabel zo dat niemand erop kan lopen of erover kan
struikelen.
Het apparaat is fabrieksmatig stekkerklaar, uitgerust met een kabel met stekker
met een lengte van 1,3 m.
12 / 28 110500
Installatieinstructie
NL
Watertemperatuur
(T):
max. 60 °C
Totale
waterhardheid
:
5 °fH (Franse waterhardheidsgraad)
pH waarde:
6,5 – 7,5
7 °eH (Engelse hardheidsgraad)
Fysieke
vervuiling:
Ø < 0,08 mm
9 °dH (Duitse hardheidsgraad)
Chloride:
max. 150 mg/l
Geleidingsver
mogen:
400 μS/cm
CI:
0,2 0,5 mg/l
In de buurt van het apparaat, op een gemakkelijk bereikbare plaats, moet een
onderbrekingsschakelaar worden aangesloten op alle fasen met minimale afstand tussen de contacten van 3 mm. De schakelaar dient voor het uitschakelen van het apparaat in het geval van installatiewerkzaamheden, reparaties, reiniging of onderhoudswerkzaamheden die aan het apparaat worden uitgevoerd. Deze schakelaar moet worden uitgerust met een zekering die geschikt is voor de nominale spanning van het apparaat. Als alternatief kan een goed passende magnetothermische schakelaar worden gebruikt.
Het apparaat moet juist worden aangesloten op het potentiële vereffeningssysteem
F, afb.1.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor mogelijk letsel of materiële schade aan het apparaat als gevolg van het niet volgen van de instructies of onjuiste installatie.

5.4 Wateraansluiting

Gebruik uitsluitend slangen die bij het apparaat geleverd zijn (in geen geval opnieuw gebruikte slangen gebruiken).
Voor het aansluiten van het apparaat op het waterleidingnetwerk, dient de waterkwaliteit te worden gecontroleerd. De producent beveelt de volgende parameters voor de waterkwaliteit aan:
Als de hardheid van het water 9 °dH overschrijdt (Duitse hardheidsgraad), is het vereist waterverzachters te gebruiken.
Bovendien moet bij het controleren van de waterkwaliteit rekening worden gehouden met parameters als de druk in het waterleidingnetwerk. Juist deze parameter is cruciaal in de werking van het apparaat.
110500 13 / 28
Installatieinstructie
NL
Waterdru k
MIN.
MAX.
bar
kPa
kg/cm2
psi
bar
kPa
kg/cm2
psi 2 200
2,03
29 4 400
4,07
58,01
S
Onderbrekingsventiel
H
Waterslang
E
Elektroventiel
B
Hulppomp
F
Filter
Koud water
Warm water
5 °C en 25 °C / 41 °CF en 95 °F
40 °C en 60 °C / 122 °F en 140 °F
De vereiste waterdruk moet overeenkomen met de volgende waarden:
Als de waterdruk boven de aanbevolen waarde ligt, is het vereist een drukreductor te installeren tussen het waterleidingnetwerk en de wateraansluiting van het apparaat (afb. 2 aan het begin van de instructie).
Afb. 2. Directe aansluiting van de slang op de installatie van de watertoevoer.
Als de waterdruk onder de aanbevolen waarde ligt, is het vereist een hulppomp te plaatsen tussen het waterleidingnetwerk en de wateraansluiting van het apparaat (afb. 3).
Afb. 3 Aansluiting van de hulppomp
Dit apparaat is uitgerust met een hulppomp.
Om het apparaat juist te installeren is het noodzakelijk volgens de volgende vereisten te handelen:
– de wateraansluiting moet uitgerust zijn met een onderbrekingsventiel
voor het blokkeren van de watertoevoer;
– de druk van het waterleidingnetwerk moet zich binnen de gegeven
waarden bevinden;
– de aanbevolen inlaatwatertemperatuur moet binnen de waarden in de
onderstaande tabel liggen om de werking te optimaliseren:
– bij gebruik van warm water mag de watertemperatuur niet hoger zijn dan
60 ° C / 140 ° F;
- het apparaat moet voorzien zijn van een draadaansluiting (¾ ").
14 / 28 110500
Installatieinstructie
NL

5.5 Uitlaatpomp

Het apparaat is uitgerust met een uitlaatpomp die ervoor zorgt dat het afwaswater wordt weggepompt bij de juiste instelling.
In dit geval mag de hoogte van 680 mm (afb. 1, afb. 4) niet worden overschreden.
Afb. 4 Het instellen van de hoogte van de afvoer met behulp van de afvoerpomp.

5.6 Doseerpomp afwasmiddel

Het apparaat is uitgerust met een doseerpomp voor het afwasmiddel. De doseerpomp zorgt ervoor dat er in het spoelruim iedere keer genoeg afwasmiddel komt.
De slang met afwasmiddelmarkering (D, afb. 1) aan de achterkant van het apparaat moet in de afwasmiddelreservoir worden gestoken.
Werking: de wasmiddeldoseerpomp wordt geactiveerd zodra de machine tijdens het wassen of tijdens het vulproces water opzuigt.
Instelling: de hoeveelheid afwasmiddel moet worden ingesteld tijdens de installatie op de doseerpomp, zodat de gebruiker alle wasopties vanaf het begin optimaal kan gebruiken.
De slang in de afwasmiddelpomp moet eenmaal per jaar worden vervangen.
OPGELET! Gebruik ALLEEN een vloeibaar afwasmiddel bedoeld voor industrieel
gebruik dat is aangepast aan hoge temperaturen en weinig schuimt.
KlarsKl

5.7 Doseerpomp glansspoelmiddel

Het apparaat is uitgerust met een doseerpomp voor het glansspoelmiddel. Dit apparaat zorgt ervoor dat in de spoelruimte iedere keer een juiste hoeveelheid glansspoelmiddel belandt.
De slang met de glansspoelmiddelmarkering (C, afb. 1) aan de achterkant van het apparaat moet in het glansspoelmiddelreservoir worden gestoken.
De slangen zijn transparant, dus de toegevoegde chemicaliën zijn altijd zichtbaar. Werking: dankzij dit doseerapparaat wordt vloeibaar glansspoelmiddel geleverd
zodra een drukval tijdens het spoelen wordt ontdekt. Dit gebeurt wanneer de vulklep is gesloten. Als gevolg hiervan wordt een vacuüm gecreëerd, waardoor de vloeistof door de glansspoelmiddeldoseerpomp wordt aangezogen
Instelling: de doseerpomp moet tijdens de installatie worden ingesteld, omdat alleen op deze manier van het begin af aan optimaal gebruik kan worden gemaakt van alle wasmogelijkheden. De plaatsing moet precies passend zijn. Afhankelijk van het gekozen glansspoelmiddel en de hardheid van het beschikbare water.
110500 15 / 28
Gebruiksinstructie en onderhoud
NL
VOORZICHTIG!
De afwasmachine mag alleen worden bediend door personen die vertrouwd zijn met de werking van het toestel en met de bijzondere gevaren van het gebruik ervan.
A
Keuzeschakelaar (0, 120, aftappen)
C
Controlelampje temperatuur
B
Controlelampje voor de werking
D
Bedieningsknop start cyclus
AANWIJZING: De keuze van het glansspoelmiddel en de instelling van de doseerpomp
voor het glansspoelmiddel moet worden gedaan door een in deze richting gespecialiseerde technicus, die kennis heeft van chemische producten, om het meest efficiënte reinigingseffect te verkrijgen.

6 Gebruiksinstructie en onderhoud

6.1 Werkwijze

Reinig het apparaat en de uitrusting vóór het eerste gebruik volgens de instructies i n hoofdstuk 6 "Reiniging". Zorg ervoor d at er geen water in de elektrische inst allatie en de verdeelkast komt. Droog ver volgens het apparaat en de accessoires gro ndig af.
Plaats de bodemafdekking in de bak. D e afdekking fungeert als afstandhouder tusse n het verwarmingselement en de ba k voor etensresten enz.
Plaats het bedieningskastje met ver warmingselement voorzichtig op de achterkant van het apparaat. De pen aan de onderka nt van het bedieningskastje moet in het gat in het hoofdapparaat komen. Zo is h et bedieningskastje correct geplaatst.
Het apparaat klaarmaken
1. Vóór het eerste gebruik van het apparaat, dient het apparaat te worden
gereinigd volgens de aanwijzingen in punt 6 “Reiniging“.
2. Droog het toestel grondig.
Functies bedieningselementen / indicatoren (afb. 5)
16 / 28 110500
Gebruiksinstructie en onderhoud
NL
Inschakelen van het apparaat
Voor het inschakelen van het apparaat zich ervan verzekeren dat aan de volgende voorwaarden is voldaan:
de hoofdschakelaar is ingeschakeld het onderbrekingsventiel voor het water is open de watertoevoer is zeker gesteld alle filters zitten op hun plaats de overloop zit op zijn plaats de deur van het apparaat is gesloten zet de keuzeschakelaar (A) in stand 120.
Het vulproces en opwarmproces
Het vulproces begint na het inschakelen van het apparaat. Eerst vult de boiler voor het spoelen en vervolgens de spoelruimte. Het vulproces duurt enige minuten. Als de spoelruimte vol is, begint het opwarmproces van de boiler. Na het verwarmen van de boiler, wordt de waskamer verwarmd. Hoewel het nu mogelijk is om het wasproces te starten, wordt dit door de producent afgeraden, omdat het water in het apparaat nog niet de ideale temperatuur bereikt heeft.
Zodra het apparaat de ideale temperatuur voor een goede vaatwas bereikt, begint het temperatuurcontrolelampje te branden.
Het apparaat moet een boilertemperatuur van 82 °C tot 90 ° bereiken, en de container van 55 °C tot 62 °C.
110500 17 / 28
Gebruiksinstructie en onderhoud
NL
Het wordt aanbevolen het water in het apparaat iedere 40/50 spoelbeurten te vervangen, of twee tot drie keer per dag.
TIP: De deur van het apparaat moet geheel dicht zijn om het vulproces te starten. Vanwege de veiligheid kan het apparaat niet worden gevuld met open deur.
Het apparaat is uitgerust met een veiligheidsthermostaat die geplaatst is in de boiler en nog een veiligheidsthermostaat in de spoelruimte. Als er een storing optreedt in één van de hoofdthermostaten zal het opwarmproces worden onderbroken.
Het voorbereiden van keukengerei
1. Het keukengerei dat moet worden gewassen moet op de volgende manier
worden voorbereid:
Voor het plaatsen in de korf de grootste etensresten verwijderen. Eerst de glazen wassen. Glazen altijd met de opening naar beneden plaatsen. De borden in de bordenkorf plaatsen. Het bestek in de bestekkorf plaatsen met de handgrepen naar beneden.
Het bestek moet gemengd zijn.
– De bestekkorf in de universele korf plaatsen.
2. Tijdens het vullen van de korven zorg dragen dat:
De max. hoogte van de glazen 300 mm, en de borden max. 300 mm
Keuze afwasproces
1. Voor het wasproces de korven in het apparaat plaatsen.
2. Sluit de deur van het toestel.
3. Selecteer de gewenste wascyclus door aan de bedieningsknop (120) te draaien.
4. Druk op de bedieningsknop voor het starten van de cyclus De wascyclus begint.
18 / 28 110500
Gebruiksinstructie en onderhoud
NL
Onderbreken en het einde van het wasproces
Het wasproces kan worden onderbroken door één van de volgende twee methoden:
het uitschakelen van het apparaat → Het wasproces wordt geheel
onderbroken.
het openen van de deur van het apparaat → Daarna wordt de deur
tijdens de cyclus weer gesloten.
Na het eindigen van het wasproces kunnen de korven eruit worden gehaald. Het drogen van het keukengerei gebeurt door verdamping. Het keukengerei alleen uit de korf halen met schone handen. Ervoor zorgen dat uw handen niet verbranden, omdat het keukengerei nog heet is.
Het legen van het apparaat met behulp van de uitlaatpomp
Bij deze methode moet de afvoerslang altijd worden aangesloten op de sifon om terugstroming van onaangename geuren te voorkomen.
Ga als volgt te werk:
Verwijder het overloopventiel. Zet de keuzeschakelaar (A) op Ledigen. Sluit de deur van het apparaat. Druk op de toets voor het starten van de cyclus (D). De ledigingscyclus begint automatisch. Wanneer het proces is voltooid (duur ca. 160 seconden), kan het
apparaat worden uitgeschakeld.
Uitschakelen van het apparaat
Zet de keuzeschakelaar (A) in stand 0 om de vaatwasser uit te schakelen. De fabrikant raadt af om het apparaat uit te schakelen tijdens het wasproces, omdat
het vaatwerk in de vaatwasser dan niet goed wordt gewassen.
110500 19 / 28
Gebruiksinstructie en onderhoud
NL

6.2 Reiniging en onderhoud

Voordat het apparaat kan worden gereinigd, dient het apparaat van het lichtnet
te worden gehaald.
Gebruik geen scherpe of metalen voorwerpen (mes, vork, enz.) om het apparaat
schoon te maken. Scherpe voorwerpen kunnen het apparaat beschadigen en leiden tot elektrische schokken wanneer ze in contact komen met geleidende componenten.
Gebruik geen schuurmiddelen, oplosmiddelen of bijtende schoonmaakmiddelen.
Dit kan het oppervlak beschadigen.
Dagelijkse reiniging en onderhoud
Aan het eind van de werkdag de filters, spoelarmen, glansspoelarmen en andere accessoires zorgvuldig reinigen. Het zorgvuldig reinigen is de belangrijkste voorwaarde voor het behouden van een lange levensduur van het apparaat. Correcte reiniging en desinfectie van het apparaat is een basisvoorwaarde voor effectief afwassen.
TIP: Om het proces van het wegpompen met behulp van de afvoerpomp juist te laten verlopen, moet de afvoerslang zich op de juiste hoogte bevinden (niet hoger dan 680 mm).
De volgende reinigingshandelingen dienen regelmatig te worden uitgevoerd:
– Aan het eind van de dag alle restjes van gerechten uit het apparaat
verwijderen.
– Voor het reinigen geen schuurmiddelen, bijtende middelen gebruiken of
middelen die loog, oplosmiddelen bevatten of middelen op basis van chloor of benzinederivaten.
Maak het apparaat nooit schoon met water onder druk! De spoelarmen/glansspoelarmen iedere dag controleren met het oog op
het juiste bewegen ervan.
– Controleer altijd het vulniveau van spoelglansmiddel en wasmiddel
voordat u met het wasproces begint.
20 / 28 110500
Gebruiksinstructie en onderhoud
NL
Conservatie door een service
Twee keer per jaar dient een service de volgende controles uit te voeren:
reiniging van waterfilters; ontkalking van verwarmingsresistoren; controle van de staat van de pakkingen; controle van de staat van alle andere elementen; instelling van de doseerinrichtingen; controle van de aansluitklemmen van elektrische verbindingen;
- controle van de aansluitkabel.
OPGELET! Om gevaar te voorkomen, kan een beschadigde kabel uitsluitend worden
vervangen door een gekwalificeerde elektricien die alle veiligheidsvoorwaarden in acht neemt.
Ontkalken
Lees de volgende tips en aanwijzingen voor het ontkalken zorgvuldig door en gebruik ze om alle mogelijkheden van de vaatwasser te kunnen benutten:
– in de spoelruimte een geschikte hoeveelheid ontkalkingsmiddel plaatsen
(op 25 liter water) en 1-2 wascycli uitvoeren
het apparaat legen (Hoofdstuk 6.1) opnieuw de spoelruimte vullen en vervolgens 2-3 cycli uitvoeren zonder
keukengerei
– zodat er geen enkele restjes van het ontkalkingsmiddel achterblijven.
110500 21 / 28
Gebruiksinstructie en onderhoud
NL

6.3 Adviezen en tips

Afwasmiddel en glansspoelmiddel voor vaatwassers
OPGELET! Gebruik van het verkeerde afwasmiddel en glansspoelmiddel voor
vaatwassers kan het apparaat beschadigen!
Alleen speciale afwasmiddelen gebruiken voor het wassen in een vaatwasser voor industrieel gebruik.
Gebruik geen schuimende afwasmiddelen. Gebruik geen afwasmiddelen voor vaatwassers die bedoeld zijn voor
huishoudelijk gebruik.
Wij adviseren het wasmiddel voor Bartscher F12kg-vaatwassers (artikelnr. 173070) of het wasmiddel voor F12kgXTRA-vaatwassers (artikelnr. 173071) en het Bartscher F10kg-glansspoelmiddel (artikelnr. 173072).
Bij het veranderen van het type glansspoelmiddel of afwasmiddel moeten nieuwe instellingen worden gemaakt. Deze instellingen mogen alleen door gekwalificeerd technisch personeel worden uitgevoerd.
VOORZICHTIG! Neem de relevante veiligheidsinstructies in acht bij het omgaan met
chemicaliën. Draag altijd beschermende kleding, beschermende handschoenen en een
veiligheidsbril bij het omgaan met chemicaliën. Geen afwasmiddelen met elkaar mengen.
Hygiëne voorschriften
Raak schone vaat niet aan met vuile of vettige handen om vuil worden van de
vaat te voorkomen.
Schone en steriele handdoeken moeten worden gebruikt voor het uiteindelijk
drogen van vaat.
We raden aan het apparaat altijd te gebruiken wanneer de optimale temperatuur
is bereikt, zodat reinigen ook optimale resultaten oplevert.
De spoelruimte tenminste twee keer per dag of iedere 40/50 wascycli legen.
22 / 28 110500
Mogelijke storingen
NL
Storing
Mogelijke oorzaak
Oplossing
Het apparaat kan niet worden ingeschakeld.
Geen stroom
Controleer of de thermomagneetschakelaar is geactiveerd.
De stoppen zijn doorgeslagen.
Neem contact op met de service om de oorzaak te achterhalen.
Het apparaat is niet over de hoofdschakelaar ingeschakeld
De hoofdschakelaar sluiten.
Optimale resultaten
Voor optimale resultaten bij het afwassen adviseren wij de volgende procedure:
De vaat alleen dan wassen, als het apparaat werkbereid is. Het doseerapparaat moet altijd juist zijn ingesteld. De vaatwasser altijd in onberispelijke, schone staat houden.
Onderbreking in de exploitatie
Als het apparaat langere tijd niet zal worden gebruikt (vakantie, werkonderbrekingen etc.), dienen de onderstaande aanwijzingen te worden opgevolgd:
Het apparaat geheel legen, inclusief de boiler. Het apparaat zorgvuldig reinigen. De deur van het apparaat open laten staan. Het invoerventiel voor het water sluiten. De hoofdschakelaar uitschakelen. Laat het apparaat bij vorst door een gekwalificeerde service beschermen
tegen vorst.

7 Mogelijke storingen

Mögliche
De onderstaande tabel beschrijft mogelijke oorzaken en methoden voor het verwijderen van storingen of fouten die optreden tijdens de werking van het apparaat. Neem contact op met het servicecentrum als storingen niet kunnen worden verholpen.
110500 23 / 28
Mogelijke storingen
NL
Storing
Mogelijke oorzaak
Oplossing
Het apparaat neemt geen water op
Gesloten invoerventiel water.
Open invoerventiel water.
Verstopte sproeier spoelarmen.
De sproeier reinigen en de spoelarm controleren met het oog op kalkaanslag.
Verstopte filter van het elektroventiel
Neem contact op met de service om reiniging te laten uitvoeren.
Storing in de spoelpomp.
Neem contact op met de service, om de vervanging ervan te laten uitvoeren.
Fout bij drukschakelaar.
Neem contact op met de service, om de vervanging ervan te laten uitvoeren.
De deur van het apparaat is niet juist gesloten.
Sluit de deur op de juiste manier.
De waseffecten zijn niet bevredigend.
De spoelarmen zijn verstopt.
Reinig zorgvuldig de spoelarmen.
Niet genoeg wasmiddel toegevoegd.
Neem contact op met de service om een nieuwe instelling voor de doseer­pomp voor afwasmiddel aan te vragen.
Filters zijn vervuild.
Het filter zorgvuldig reinigen.
Er ontstaat schuim.
Onjuist afwasmiddel. Contact opnemen met de service voor een juist afwasmiddel.
Te veel glansspoelmiddel. Neem contact op met de service om de instelling van de glansmiddel­doseerpomp te laten veranderen.
24 / 28 110500
Mogelijke storingen
NL
Storing
Mogelijke oorzaak
Oplossing
De waseffecten zijn niet bevredigend.
De temperatuur in de spoelruimte is lager dan 50 °C / 122 °F.
Storing van de thermostaat of de thermostaat is niet juist ingesteld. Neem contact op met de service om de reparatie te laten uitvoeren.
De wascyclus is te kort voor het vervuilingsniveau van de vaat.
Een langere wascyclus uitkiezen.
Het water is sterk vervuild.
Leeg de spoelruimte en vul met schoon water.
De vaat (pannen en koekenpannen etc.) droogt niet goed.
Geen glansspoelmiddel.
Vul de tank met vloeibaar glansspoelmiddel.
Te weinig vloeibaar glansspoelmiddel.
Neem contact op met de service om de doseerpomp te laten instellen.
De vaat (pannen en koekenpannen etc.) droogt niet goed.
De vaat bevond zich te lang in de vaatwasmachine.
De vaat na de wascyclus eruit halen en laten drogen aan de lucht.
De temperatuur van het glansspoelmiddel is lager dan 80 ⁰C / 176 ⁰F
Neem contact op met de service en laat het probleem oplossen.
Vegen en vlekken op de vaat.
Te veel glansspoelmiddel.
Neem contact op met de service, om de doseerpomp voor het glansspoelmiddel te laten instellen.
Het water bevat te veel kalk.
Controleer de waterhardheid.
110500 25 / 28
Mogelijke storingen
NL
Storing
Mogelijke oorzaak
Oplossing
Vegen en vlekken op de vaat.
De zoutcontainer is bijna leeg.
Vul de zoutcontainer (als die beschikbaar is).
In de waskamer bevinden zich zoutresten.
Tijdens het vullen van de zoutcontainer ervoor zorgen dat het zout niet in de waskamer valt.
Het apparaat staat stil en neemt water op tijdens het wasproces.
Verstopte drukschakelaar.
Leeg de spoelruimte en maak hem zorgvuldig schoon.
Storing drukschakelaar.
Leeg de spoelruimte en maak hem zorgvuldig schoon.
De overloop is niet juist geplaatst.
De overloop juist plaatsen.
De wascyclus start niet.
De deur van het apparaat is niet juist gesloten.
Sluit de deur op de juiste manier. Als de deur niet kan worden gesloten, neemt u contact op met de service om de spaninrichtingen in te stellen.
Storing microschakelaar van de deur van het apparaat.
Neem contact op met de service, om de vervanging ervan te laten uitvoeren.
Het legen eindigt niet juist.
Het apparaat is niet juist geplaatst.
Het apparaat juist plaatsen.
Storing drukschakelaar.
Neem contact op met de service, om de vervanging ervan te laten uitvoeren.
26 / 28 110500
Mogelijke storingen
NL
Fout
Bericht
Beschrijving
E1
Het LED controlelampje aan / uit licht 0,5 seconde op en dooft vervolgens 2 seconden. Dit proces wordt vele malen herhaald.
De deur van het apparaat staat open.
E2
Het LED controlelampje aan / uit knop licht tweemaal gedurende 0,5 sec op en dooft vervolgens 2 seconden. Dit proces wordt vele malen herhaald.
Waterniveau is niet goed. De toegestane tijd voor het vullen is overschreden.
E3
Het LED controlelampje aan / uit knop licht driemaal gedurende 0,5 sec op en dooft vervolgens 2 seconden. Dit proces wordt vele malen herhaald.
Het legen van het apparaat verloopt niet goed. De toegestane tijd voor het legen is overschreden.
E4
Het LED controlelampje aan / uit knop licht viermaal gedurende 0,5 sec op en dooft vervolgens 2 seconden. Dit proces wordt vele malen herhaald.
De temperatuur in de boiler is niet goed. De toegestane tijd voor het verwarmen van de boiler is overschreden.
E5
Het LED controlelampje aan / uit knop licht vijfmaal gedurende 0,5 sec op en dooft vervolgens 2 seconden. Dit proces wordt vele malen herhaald.
De temperatuur in de container is niet goed. De toegestane tijd voor het verwarmen van de container is overschreden.
Fout code
110500 27 / 28
Verwijdering
NL
Elektrische apparaten zijn gemarkeerd met dit symbool. Elektrische apparatuur moet op een correcte en milieuvriendelijke manier worden verwijderd en gerecycled. Niet-gevaarlijke apparaten mogen niet bij het huishoudelijk afval worden gegooid. Koppel het apparaat los van de voeding en verwijder de verbindingskabel van het apparaat.

8 Verwijdering

Elektrische apparaten
Elektrische apparaten moeten naar aangewezen inzamelpunten worden gebracht.
28 / 28 110500
Loading...