Bartscher Induction cooker IK 20 Operating instructions [nl]

IK 20
105820
Bartscher GmbH Franz-Kleine-Str. 28 D-33154 Salzkotten Duitsland
tel. +49 5258 971-0 fax.: +49 5258 971-120 Infolinia service: +49 5258 971-197 www.bartscher.com
Versie: 5.0 Datum van opmaak: 2023-04-18
NL 2
Originele gebruiksaanwijzing
1 Veiligheid ....................................................................................................... 2
1.1 Symboolverklaring ................................................................................... 2
1.2 Veiligheidsaanwijzingen ........................................................................... 3
1.3 Gebruik volgens bestemming .................................................................. 7
1.4 Oneigenlijk gebruik .................................................................................. 7
2 Algemeen ...................................................................................................... 8
2.1 Aansprakelijkheid en vrijwaring ................................................................ 8
2.2 Auteursrecht ............................................................................................ 8
2.3 Conformiteitsverklaring ............................................................................ 8
3 Transport, verpakking en opslag ................................................................... 9
3.1 Transportinspectie ................................................................................... 9
3.2 Verpakking ............................................................................................... 9
3.3 Opslag ..................................................................................................... 9
4 Technische Gegevens ................................................................................. 10
4.1 Technische Gegevens ........................................................................... 10
4.2 Onderdelenoverzicht .............................................................................. 12
4.3 Functies van het apparaat ..................................................................... 12
5 Installatie en bediening ................................................................................ 13
5.1 Installatie ................................................................................................ 13
5.2 Bediening ............................................................................................... 14
6 Reiniging ..................................................................................................... 20
6.1 Aanwijzingen betreffende de veiligheid tijdens het reinigen ................... 20
6.2 Reiniging ................................................................................................ 20
7 Mogelijke storingen ...................................................................................... 21
8 Verwijdering ................................................................................................. 22
105820 1 / 22
Veiligheid
NL
Lees voor het gebruik de gebruiksaanwijzing door en bewaar hem op een goed bereikbare plaats!
GEVAAR!
Het signaalwoord GEVAAR waarschuwt voor gevaren die leiden tot ernstige verwondingen of overlijden als ze niet worden vermeden.
Diese Bedienungsanleitung beschreibt di e Installation, Bedienung und Wartung des Geräts und gilt als wichtige Informationsqu elle und Nachschlagewerk. Die Ke nntnis aller enthaltenen Sicherheitshinw eise und Handlungsanweisungen schafft die Voraussetzung für das sichere und sachgerechte Arbeiten mit de m Gerät. Darüber hinaus müssen die für de n Einsatzbereich des Geräts geltende n örtlichen Unfallverhütungsvorschriften u nd allgemeinen Sicherheitsbestimmunge n eingehalten werden. Diese Bedien ungsanleitung ist Bestandteil des Produ kts und muss in unmittelbarer Nähe d es Geräts für das In¬stallations-, Bedi enungs-, Wartungs- und Reinigungspers onal jederzeit zugänglich auf¬bewahrt werd en. Wenn das Gerät an eine dritte Pers on weitergegeben wird, muss die Bedienung sanleitung mit ausgehändigt werden.
Deze handleiding bevat de beschrijving van de installatie, de bediening en het onderhoud van het apparaat en dient als belangrijke informatiebron en naslagwerk. De kennis en het in acht nemen van alle hier beschreven veiligheidsvoorschriften en instructies is een voorwaarde voor veilig en juist gebruik van het apparaat. Bovendien zijn de bepalingen inzake ongevallenpreventie, gezondheids- en veiligheidsvoorschriften en wettelijke voorschriften die van kracht zijn op het toepassingsgebied van het apparaat van toepassing.
Lees deze gebruikershandleiding voordat u met het apparaat gaat werken, en vóór de inbedrijfsstelling, om schade aan personen en zaken te voorkomen. Onjuist gebruik kan beschadigingen veroorzaken.
Deze handleiding is een integraal onderdeel van het product en moet in de directe nabijheid van het apparaat worden bewaard en te allen tijde beschikbaar zijn. Wanneer het apparaat wordt overgedragen, is het ook noodzakelijk deze gebruiksaanwijzing erbij te leveren.

1 Veiligheid

Het apparaat is gemaakt volgens de laatste stand van de techniek. Het kan echter een bron van gevaar vormen als het apparaat niet in overeenstemming met zijn bestemming gebruikt wordt. Alle personen die het apparaat gebruiken, moeten zich houden aan de aanbevelingen en veiligheidsaanwijzingen in deze handleiding.

1.1 Symboolverklaring

Belangrijke veiligheids- en technische instructies zijn in deze gebruiksaanwijzing aangeduid door symbolen. Deze instructies moeten bij het gebruik van dit apparaat absoluut in acht worden genomen om letsel, ongelukken, of materiële schade te vermijden.
2 / 22 105820
Veiligheid
NL
WAARSCHUWING!
Het signaalwoord WAARSCHUWING waarschuwt voor gevaren die gematigd tot zwaar letsel of overlijden kunnen veroorzaken, als ze niet worden vermeden.
VOORZICHTIG!
Het signaalwoord VOORZICHTIG waarschuwt voor gevaren die licht of matig letsel kunnen veroorzaken, als ze niet worden vermeden.
ATTENTIE!
Het signaalwoord ATTENTIE geeft mogelijke materiële schade aan die kan optreden als u de veiligheidsinstructies niet volgt.
OPMERKING!
Het icoon OPMERKING informeert de gebruiker over aanvullende informatie en tips voor het gebruik van het apparaat.
, die

1.2 Veiligheidsaanwijzingen

Elektrische stroom
Een te hoge netspanning of onjuiste installatie kan leiden tot elektrische
schokken.
Sluit het apparaat alleen aan als de specificaties op het typeplaatje
overeenkomen met de netspanning.
Om elektrische kortsluiting te voorkomen, moet het apparaat droog worden
gehouden.
Koppel het apparaat onmiddellijk los van het elektriciteitsnet als er tijdens het
gebruik storingen optreden.
Raak de stekker van het apparaat niet aan met natte handen.
Raak het apparaat nooit aan nadat het in het water is gevallen. Onmiddellijk het
apparaat van het elektriciteitsnet koppelen.
Het herstellen en openen van de behuizing uitsluitend door specialisten en
gespecialiseerde werkplaatsen laten uitvoeren.
Draag het apparaat niet aan de verbindingskabel.
105820 3 / 22
Veiligheid
NL
Stel de verbindingskabel niet bloot aan warmte of scherpe randen.
Knik, plet of knoop de verbindingskabel niet.
Altijd de verbindingskabel volledig uitrollen.
Plaats het apparaat of andere voorwerpen nooit op de verbindingskabel.
Om het apparaat uit te schakelen van de elektrische voeding, altijd de stekker
vastpakken.
Controleer de voedingskabel regelmatig op beschadigingen. Het apparaat niet
gebruiken wanneer de voedingskabel beschadigd is. Laat een beschadigde voedingskabel vervangen door de servicedienst of een gekwalificeerde elektricien om gevaar te voorkomen.
Brandbare materialen
Stel het apparaat nooit bloot aan hoge temperaturen, zoals een fornuis, een
kachel, open vuur, apparaten voor het behouden van warmte, enz.
Het apparaat moet regelmatig worden schoongemaakt om het risico van brand
te voorkomen.
Het apparaat niet bedekken met bijv. aluminiumfolie of doeken.
Gebruik het apparaat alleen met de hiervoor bestemde materialen en met de
juiste temperatuurinstellingen. Materialen, voedselproducten en etensresten in het apparaat kunnen ontbranden.
Het apparaat nooit gebruiken in de buurt van brandbare, licht ontvlambare
materialen, bijv. benzine, spiritus, alcohol. Hoge temperaturen veroorzaken verdamping van deze materialen en als gevolg van contact met ontstekingsbronnen kan een explosie plaatsvinden.
In geval van brand, vóór het blussen het apparaat ontkoppelen van de voeding.
Blus het vuur nooit met water als het apparaat op het elektriciteitsnet is aangesloten. Na het blussen zorgen voor genoeg frisse lucht.
Veiligheid tijdens de bediening van de inductiewarmhoudplaat
Tijdens het werk wordt de warmhoudplaat erg heet.
Opmerking: Het inductiekooktoestel als zodanig genereert geen warmte tijdens het kookproces. De temperatuur van het kookgerei warmt de kookplaat echter op en het oppervlak blijft heet na gebruik. Geen enkel heet oppervlakken van het apparaat aanraken.
Het apparaat pas na volledig afkoelen verplaatsen en reinigen.
Het is verboden hete oppervlakken met koud water of brandbare vloeistoffen te
begieten.
4 / 22 105820
Veiligheid
NL
Leg geen metalen keukengerei, deksels, messen of andere metalen voorwerpen
op de kookzone. Na het inschakelen van het apparaat kunnen deze items heet worden.
Denk eraan aan dat voorwerpen die worden gedragen, zoals ringen, horloges
etc. warm kunnen worden als ze zich dicht bij de kookplaat bevinden.
Plaats geen aluminiumfolie of metalen platen op het verwarmingsoppervlak om
oververhitting te voorkomen.
Verwarm gesloten containers, zoals ingeblikt voedsel, niet op de kookzone van
een inductiekookplaat. De resulterende overdruk kan ervoor zorgen dat de container of het blik kan exploderen (barsten). Ingeblikt blikvoedsel kan het beste worden verwarmd door het te openen en in een pot te plaatsen die is gevuld met een kleine hoeveelheid water, die op het verwarmingsveld moet worden geplaatst om te verwarmen.
Het oppervlak van de kookplaat is gemaakt van hittebestendig glas. In geval van
schade, zelfs als het slechts een kleine scheur is, moet het apparaat onmiddellijk worden losgekoppeld van de voeding en moet contact worden opgenomen met de service.
Elektromagnetisch veld
Gemagnetiseerde items zoals creditcards, gegevensdragers en rekenmachines
mogen zich niet in de onmiddellijke nabijheid bevinden van het apparaat dat is ingeschakeld. Een magnetisch veld kan ze beschadigen.
Het onderste scherm mag niet worden geopend!
Plaats kookgerei altijd in het midden van het kookveld zodat de bodem van de
pannen zoveel mogelijk het elektromagnetische veld bedekt.
Wetenschappelijk onderzoek heeft uitgewezen dat de inductiekookplaat geen
gevaar vormt. Niettemin moeten mensen met een pacemaker minstens 60 cm afstand houden van het werkende apparaat.
105820 5 / 22
Veiligheid
NL
Exploitatie alleen onder toezicht
Het apparaat mag alleen onder toezicht worden geëxploiteerd.
Blijf altijd in de directe nabijheid van het apparaat.
Bedienend personeel
Dit apparaat mag niet worden bediend door personen (inclusief kinderen) met
beperkte fysieke, sensorische of mentale vaardigheden, evenals door personen met beperkte ervaring en / of beperkte kennis.
Kinderen moeten onder toezicht staan om ervoor te zorgen dat ze niet met het
apparaat spelen of het starten.
Onjuist gebruik
Onjuist gebruik of verboden gebruik kan het apparaat beschadigen.
Het apparaat mag alleen worden gebruikt als het zich in goede staat bevindt en
veilig werken mogelijk maakt.
Het apparaat mag alleen worden gebruikt als alle aansluitingen zijn uitgevoerd
volgens de voorschriften.
Het apparaat mag alleen worden gebruikt als het schoon is.
Gebruik alleen originele reserveonderdelen. Nooit zelf het apparaat repareren.
Verboden om veranderingen of modificaties aan het apparaat aan te brengen.
6 / 22 105820
Veiligheid
NL

1.3 Gebruik volgens bestemming

Elk gebruik van het apparaat voor andere doeleinden en / of afwijkend van het normale bedoelde gebruik zoals hieronder beschreven, is verboden en wordt beschouwd als onbedoeld gebruik.
Het volgende gebruik is in overeenstemming met het beoogde gebruik:
– Het koken en verwarmen van gerechten met gebruik van geschikt
kookgerei.
Het apparaat is niet bestemd voor continu industrieel gebruik!
Het apparaat kan worden gebruikt in het huishouden en op vergelijkbare plaatsen zoals:
– in keukens voor werknemers in winkels, kantoren of soortgelijke
werkgebieden;
landbouwbedrijven; door klanten van hotels, motels en andere huisvestingsvoorzieningen; in pensions.

1.4 Oneigenlijk gebruik

Onjuist gebruik kan leiden tot schade aan personen en zaken veroorzaakt door gevaarlijke elektrische spanning, brand en hoge temperaturen. Met behulp van het apparaat kan alleen werk worden uitgevoerd dat in deze handleiding wordt beschreven.
Het volgende gebruik is niet in overeenstemming met het beoogde gebruik:
Het verwarmen van ruimtes Verwarmen van brandbare, schadelijk voor de gezondheid, gemakkelijk
verdampende of soortgelijke vloeistoffen en materialen.
105820 7 / 22
Algemeen
NL

2 Algemeen

2.1 Aansprakelijkheid en vrijwaring

Alle gegevens en aanwijzingen die zijn opgenomen in deze gebruiksaanwijzing zijn samengesteld rekening houdend met de geldende voorschriften, de actuele technische stand van zaken en onze langdurige inzichten en ervaring. In het geval van het bestellen van speciale modellen of extra opties, en in het geval van het gebruik van de nieuwste technische kennis, kan het geleverde apparaat onder bepaalde omstandigheden verschillen van de uitleg en de talrijke tekeningen in deze handleiding.
De producent is niet aansprakelijk voor de schade en storingen die zijn ontstaan als gevolg van:
het niet in acht nemen van de aanwijzingen, oneigenlijk gebruik, het aanbrengen van technische wijzigingen door de gebruiker, de toepassing van ongeoorloofde reserveonderdelen.
Wij behouden ons het recht voor om technische veranderingen in het product aan te brengen die leiden tot verbetering van de gebruikseigenschappen en de verdere ontwikkeling van het apparaat.

2.2 Auteursrecht

De gebruiksaanwijzing en de erin opgenomen teksten, tekeningen, foto’s en andere
afbeeldingen zijn auteursrechtelijk beschermd. Niets (ook gedeeltelijk) uit deze uitgave mag in ongeacht welke vorm worden verveelvoudigd, verwerkt en/of gepubliceerd zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de fabrikant. Overtreding van het bovenstaande verplicht tot schadevergoeding. Wij behouden ons het recht voor tot verdere vorderingen.

2.3 Conformiteitsverklaring

Het apparaat beantwoordt aan de actuele EU-normen en richtlijnen. Dit bevestigen we in de EG-verklaring van Conformiteit. Indien gewenst, sturen we u graag de betreffende Verklaring van Conformiteit toe.
8 / 22 105820
Transport, verpakking en opslag
NL

3 Transport, verpakking en opslag

3.1 Transportinspectie

Als het apparaat afgeleverd is, onmiddellijk controleren of het compleet en zonder transportschade is. Als er duidelijk zichtbare transportschade is, het geleverde apparaat niet of alleen onder voorbehoud aannemen. De schade opschrijven op de transportdocumenten/ het leveringsdocument van de leverancier. Vervolgens reclameren. Verborgen gebreken onmiddellijk nadat ze zijn geconstateerd, reclameren, omdat eisen tot schadevergoeding alleen binnen de reclamatieperiode mogelijk zijn.
Neem contact op met onze klantenservice als er onderdelen of accessoires ontbreken.

3.2 Verpakking

Gooi de buitenste doos van uw apparaat niet weg. U kunt het nodig hebben tijdens een verhuizing, of als u het apparaat naar ons servicecentrum wilt sturen bij schade.
De verpakking en de afzonderlijke componenten zijn gemaakt van recyclebare materialen. In het bijzonder: kunststof folie en zakken, kartonnen verpakking.
Als u de verpakking wilt weggooien, dient u de geldende voorschriften in uw land in acht te nemen. Verpakkingsmateriaal dat hergebruikt kan worden, recyclen.

3.3 Opslag

Zorg ervoor dat de verpakkingen verzegeld zijn tot de installatie en houd ze in overeenstemming met de op de buitenkant aangebrachte plaatsingmarkering en opslagmarkering. Bewaar de pakketten alleen onder de volgende voorwaarden:
in een afgesloten ruimte droog en stofvrij verwijderd houden van corrosief materiaal op een plaats beschermd tegen zonlicht beschermd tegen mechanische schokken.
Bij langere bewaring (> 3 maanden) regelmatig de algemene toestand van alle bestanddelen en van de verpakking controleren. Als het nodig is de verpakking vervangen voor een nieuwe.
105820 9 / 22
Technische Gegevens
NL
Naam:
Inductiekookplaat IK 20
Artikelnummer:
105820
Materiaal:
kunststof
Materiaal warmhoudplaats:
glas
Aantal kookvlakken:
1
Afmetingen glasveld (b x d) in mm:
275 x 285
Diameter kookvlak in mm:
210
Aantal vermogensniveaus:
10
Max. vermogen kookpit:
2,0 kW
Temperatuurbereik van – tot °C:
60 - 240
Aantal temperatuurniveaus:
10
Interval temperatuurinstelling °C:
20
Tijdsinstelling van – tot in min.:
0 - 180
Interval tijdsinstelling in min.:
5
Aansluitingswaarde:
2,0 kW | 230 V | 50/60 Hz
Afmetingen (b x d x h) in mm:
285 x 340 x 60
Gewicht in kg:
2,5

4 Technische Gegevens

4.1 Technische Gegevens

Recht op technische veranderingen voorbehouden!
10 / 22 105820
Technische Gegevens
NL
Versie / eigenschappen
Apparaataansluiting: stekkerklaar
Soort kookpit: inductie
Besturing:
elektronisch drukknop
Regulatie:
vermogen temperatuur tijd
Panherkenning
Oververhittingsbeveiliging
Digitaal display
Aan/uit-schakelaar
Controlelampjes:
vermogen temperatuur tijd
105820 11 / 22
Technische Gegevens
NL
Afb.1
1. Kookpit
2. Glazen kookplaat
3. Poten (4x)
4. Bedieningspaneel
5. Behuizing

4.2 Onderdelenoverzicht

4.3 Functies van het apparaat

De inductiekookplaat is bestemd voor het koken en verwarmen van gerechten met gebruik van geschikt kookgerei.
Aanpassing van vermogen, temperatuur en tijd is eenvoudig - met behulp van de aanraaktoetsen op het bedieningspaneel.
12 / 22 105820
Installatie en bediening
NL
VOORZICHTIG!
Gevaar voor verstikking!
Houdt verpakkingsmateriaal zoals plasticfolie en piepschuim uit handen van kinderen.

5 Installatie en bediening

5.1 Installatie

Uitpakken / plaatsing
Pak het apparaat uit en verwijder alle externe en interne verpakkingselementen
en transportbeveiliging.
Als er beschermfolie op het apparaat zit, verwijdert u deze. De folie dient
langzaam van het apparaat te worden getrokken zodat er geen lijmresten achterblijven. Eventuele lijmresten verwijderen met een geschikt oplosmiddel.
Pas op dat u het typeplaatje en de waarschuwingsinstructies op het apparaat
niet beschadigt.
Het apparaat nooit in een vochtige of natte omgeving neerzetten.
Het apparaat moet zo worden ingesteld dat de verbindingen gemakkelijk
toegankelijk zijn om snel uit te schakelen als dat nodig is.
Plaats het apparaat op een oppervlak met de volgende eigenschappen:
recht, met voldoende draagkracht, bestand tegen water, droog en
bestand tegen hoge temperaturen
groot genoeg om probleemloos met het apparaat te werken goed bereikbaar goede ventilatie.
Houd voldoende afstand tot de randen van de tafel. Het apparaat kan kantelen
en vallen.
Het is verboden het apparaat te monteren in de buurt van apparaten of
voorwerpen die gevoelig zijn voor magnetische velden (bijv.: radio, televisie enz.).
Behoud een minimale. afstand van brandbare muren of andere voorwerpen van
5 -10 cm.
105820 13 / 22
Installatie en bediening
NL
Aansluiting op het lichtnet
Controleer of de technische specificaties van het apparaat (zie naamplaatje)
overeenstemmen met de gegevens van de lokale stroomvoorziening.
Sluit het apparaat aan op een enkele, voldoende beschermde aansluiting met
een beveiligd contact. Sluit het apparaat niet aan op een meervoudige aansluiting.
Leg de verbindingskabel zo dat niemand erop kan lopen of erover kan struikelen.
Gebruik het toestel niet met een externe timer of afstandsbediening.

5.2 Bediening

De werking van de inductie-kookplaat
In inductiekookplaten wordt elektrische spanning aangelegd op een geleidende spoel onder glas. Dit creëert een magnetisch veld dat, als een fysiek effect, de bodem van de schotel direct verwarmt.
Dit bespaart tijd en energie, omdat hier - zoals in het geval van traditionele kookzones - de verwarming en de verwarming van de glasverwarmingszone niet plaatsvindt.
Een ander voordeel - dankzij de hierboven beschreven technische kenmerken - is een zeer korte kooktijd.
Bovendien verandert de warmtetoevoer onmiddellijk bij elke verandering van instelling en kan deze nauwkeurig worden aangepast. De inductieverwarming reageert zo snel op veranderingen in instellingen als een gasfornuis, omdat de energie onmiddellijk de pot bereikt, zonder eerst andere materialen te moeten verwarmen.
Inductietechnologie combineert deze reactiesnelheid met het fundamentele voordeel van stroom, waardoor een nauwkeurige regeling van de warmte-invoer mogelijk is.
14 / 22 105820
Installatie en bediening
NL
Kookgerei van ijzer
• Pannen van geëmailleerd ijzer
• Potten / pannen van staal of
geëmailleerd gietijzer
• Gietijzeren potten / pannen
Kookgerei van 18/0 roestvrij staal en
aluminium, indien gemarkeerd als geschikt voor inductie (let op de beschrijving van het kookgerei)
Vanwege de speciale werking van de inductieplaat is alleen kookgerei met een magnetiserende bodem geschikt.
Voor betere resultaten mogen alleen pannen / potten met een diameter van 12 tot 24 cm worden gebruikt.
4 pannen met deksel
2,0 liter, diameter 16 cm, hoogte 10,0 cm
2,7 liter, diameter 18 cm, hoogte 11,0 cm
5,1 liter, diameter 24 cm, hoogte 11,5 cm
6,1 liter, diameter 20 cm, hoogte 20,0 cm
1 koekenpan
2,8 liter, diameter 24 cm, hoogte 6,5 cm
Het juiste kookgerei
Bijvoorbeeld Inductiekookpotten, 9-delige Bartscher pottenset
chroomnikkelstaal, anti-druiprand, niet-verwarmende handgrepen
Art. nr.: A130442
105820 15 / 22
Installatie en bediening
NL
Containers met een uitpuilende bodem
• Kookgerei van aluminium, brons of
koper, tenzij ze duidelijk gemarkeerd zijn als geschikt voor inductie
• Potten / pannen met een diameter van
minder dan 12 cm
• Kookgerei met poten
• Keramisch kookgerei
• Glazen kookgerei
Ongeschikt kookgerei
Vóór gebruik
1. Vóór het eerste gebruik van het apparaat, dient het apparaat te worden
gereinigd volgens de aanwijzingen in punt 6 “Reiniging“.
2. Droog het toestel grondig.
3. Een geschikte pan met inhoud centraal op het kookvlak zetten.
OPGELET! Als er ongeschikt kookgerei of als er geen kookgerei op de kookplaat
staat, klinkt er een akoestisch signaal als het apparaat wordt ingeschakeld en vervolgens wordt het apparaat uitgeschakeld.
Gebruik alleen pannen die voor inductie geschikt zijn. Gebruik het apparaat niet zonder pannen of met lege pannen.
16 / 22 105820
Installatie en bediening
NL
Afb. 2
1. LED-lampje voor stroom, temperatuur en tijd
2. Digitale display
3. LED controlelampje Aan/Uit
4. Aan/Uit toets
5. Knop voor het verhogen van de ingestelde waarden (vermogen, temperatuur of tijd)
6. Knop voor het verlagen van ingestelde waarden (vermogen, temperatuur of tijd)
7. Knop voor functieselectie (vermogen, temperatuur of tijd)
Bedieningselementen / getoonde berichten
Inbedrijfstelling van het toestel
1. Sluit het apparaat aan op een geschikt enkelvoudig stopcontact. LED controlelampje Aan/Uit knippert. Er klinkt een akoestisch signaal. Het apparaat bevindt zich in de Standby modus.
2. Druk op de Aan / Uitknop , om het apparaat in te schakelen. LED-indicatielampjes Aan / Uit en vermogen branden nu constant.
Het digitale display toont het in de fabriek ingestelde vermogensniveau "5".
3. Voer de gewenste instellingen in zoals hieronder beschreven.
105820 17 / 22
Installatie en bediening
NL
Instellingen
Vermogen
1. Het in de fabriek ingestelde vermogensniveau kan indien nodig worden gewijzigd.
De volgende vermogensinstellingen zijn mogelijk:
Vermogensniveaus: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9 i 10.
Met behulp van de keuzeknoppen of kunt u de instelling tussen 1 en 10 op elk moment wijzigen. Niveau 1 komt hier overeen met 1100 W en niveau 10 met 2000 W stroomverbruik.
Het digitale display toont het geselecteerde vermogensniveau.
Temperatuur
1. Druk 2 keer op de functiekeuzeknop om naar de temperatuurmodus te gaan.
De temperatuur-LED-indicator licht op. De digitale display toont het in de fabriek ingestelde temperatuurniveau “120
°C“. De volgende temperatuursinstellingen zijn mogelijk:
60, 80, 100, 120, 140, 160, 180, 200, 220 en 240 °C.
Met behulp van de keuzeknoppen of kan de instelling op elk moment worden gewijzigd tussen 60 en 240 °C in stappen van 20 °C.
Het digitale display toont de geselecteerde temperatuur.
Het apparaat begint met het verwarmen van het gerecht en behoudt tot slot de ingestelde temperatuur. De vermogensregulatie volgt daarbij automatisch.
Tijd
1. Na het selecteren van het bedrijfstype (vermogensmodus of temperatuurmodus) drukt u nogmaals op de toets . Het cijfer "0" verschijnt op het digitale display en de LED-indicator voor de tijd
gaat branden. Gebruik de keuzetoetsen of om de werkingstijd in intervallen van 5
minuten te selecteren (tot maximaal 180 minuten). De tijd wordt hier afgeteld in stappen van 1 minuut, waarbij de digitale display na enkele seconden terugkeert naar de vorige waarden.
18 / 22 105820
Installatie en bediening
NL
2. Om de resterende tijd te controleren, drukt u nogmaals op de functiekeuzetoets
, waarna de tijd op het digitale display verschijnt.
Als de opgegeven tijd verstreken is, klinkt er een geluidssignaal en schakelt het apparaat automatisch over op de standby-stand.
Tijdens de werking kan de tijd te allen tijde worden gewijzigd met de keuzetoetsen of . Dankzij de geheugenfunctie van het apparaat blijft het
ingestelde vermogen of temperatuurniveau ongewijzigd.
Alle wijzigingen kunnen te allen tijde worden aangebracht. Het apparaat werkt dan met de laatst ingevoerde gegevens.
AANWIJZING! Als het apparaat zonder kookgerei wordt ingeschakeld of tijdens de
werking van het apparaat wordt verwijderd, hoort u een terugkerend geluidssignaal en schakelt het apparaat na ongeveer 30 seconden uit.
AANWIJZING! De inductiekookplaat gaat automatisch uit, als er geen instelling wordt
gekozen gedurende 2 uur, of als de tijd is ingesteld op meer dan 120 minuten.
Uitschakelen van het apparaat
1. Nadat het kook- of opwarmproces is voltooid, schakelt u het apparaat uit met de Aan / Uit-knop.
2. Trek de stekker uit het stopcontact.
WAARSCHUWING! Het buitenste oppervlak is heet! Verbrandingsgevaar! De temperatuur van het kookgerei zal de kookplaat opwarmen en het
oppervlak blijft na gebruik heet.
Geen enkel heet oppervlak van het apparaat aanraken.
105820 19 / 22
Reiniging
NL

6 Reiniging

6.1 Aanwijzingen betreffende de veiligheid tijdens het
reinigen
Voordat het apparaat kan worden gereinigd, dient het apparaat van het lichtnet te worden gehaald.
Het apparaat geheel laten afkoelen.
Zorg ervoor dat er geen water in het apparaat komt. Dompel het apparaat niet in
water of andere vloeistoffen om het te reinigen. Gebruik geen waterstraal onder druk om het apparaat te reinigen.
Gebruik geen scherpe of metalen voorwerpen (mes, vork, enz.) om het apparaat schoon te maken. Scherpe voorwerpen kunnen het apparaat beschadigen en leiden tot elektrische schokken wanneer ze in contact komen met geleidende componenten.
Gebruik geen schuurmiddelen, oplosmiddelen of bijtende schoonmaakmiddelen. Dit kan het oppervlak beschadigen.

6.2 Reiniging

1. Het apparaat dient regelmatig te worden gereinigd na iedere werk dag, en wanneer nodig, vaker.
2. Veeg het glas, het bedieningspaneel en de behuizing van het apparaat schoon met een zachte, vochtige doek. Als het nodig is een mild niet-schurend reinigingsmiddel gebruiken.
3. Droog tenslotte de gewassen oppervlakken af met een zachte doek.
4. De ventilatieopeningen aan de onderkant van het apparaat mogen niet verstopt zijn met vuil of stof. Regelmatig reinigen met een penseel of een blazer.
20 / 22 105820
Mogelijke storingen
NL
Fout code
Oorzaken
Oplossing
E0
Er is geen kookgerei op het kookvlak of het kookgerei is niet geschikt
Gebruik alleen geschikte pannen
E1
Het apparaat wordt te heet (bijv. door verstopte ventilatieopeningen)
Maak de ventilatieopeningen schoon. Laat het apparaat afkoelen en start opnieuw op
Als de foutcode nog steeds op de digitale display verschijnt, neem dan contact op met de service.
Beschadigd onderdeel (bijv. transistor).
Neem contact op met de service
E2
De oververhittings­beveiliging is geactiveerd, het apparaat schakelt uit
Het apparaat van het lichtnet halen. De pan van het kookveld halen.
Laat het apparaat afkoelen en herstarten
E3
Korte stroomonderbreking
Het apparaat van het lichtnet halen. Na enige minuten het apparaat opnieuw aansluiten.
Laat de elektricien de elektrische aansluiting controleren

7 Mogelijke storingen

Mögliche
De onderstaande tabel beschrijft mogelijke oorzaken en methoden voor het verwijderen van storingen of fouten die optreden tijdens de werking van het apparaat. Neem contact op met het servicecentrum als storingen niet kunnen worden verholpen.
Vermeld aub het artikelnummer, modelnaam en serienummer. Deze gegevens staan op het typeplaatje van het apparaat.
105820 21 / 22
Verwijdering
NL
Elektrische apparaten zijn gemarkeerd met dit symbool. Elektrische apparatuur moet op een correcte en milieuvriendelijke manier worden verwijderd en gerecycled. Niet-gevaarlijke apparaten mogen niet bij het huishoudelijk afval worden gegooid. Koppel het apparaat los van de voeding en verwijder de verbindingskabel van het apparaat.

8 Verwijdering

Elektrische apparaten
Elektrische apparaten moeten naar aangewezen inzamelpunten worden gebracht.
22 / 22 105820
Loading...