Bartscher IKIW 70 Operating instructions [nl]

IKIW 70
105800
tel. +49 5258 971-0 fax.: +49 5258 971-120 Infolinia service: +49 5258 971-197 www.bartscher.com
Versie: 2.0 Datum van opmaak: 2024-02-22
NL 2
105800 1 / 24
Originele gebruiksaanwijzing
1 Veiligheid ....................................................................................................... 2
1.1 Symboolverklaring ................................................................................... 2
1.2 Veiligheidsaanwijzingen ........................................................................... 3
1.3 Gebruik volgens bestemming .................................................................. 7
1.4 Oneigenlijk gebruik .................................................................................. 7
2 Algemeen ...................................................................................................... 8
2.1 Aansprakelijkheid en vrijwaring ................................................................ 8
2.2 Auteursrecht ............................................................................................ 8
2.3 Conformiteitsverklaring ............................................................................ 8
3 Transport, verpakking en opslag ................................................................... 9
3.1 Transportinspectie ................................................................................... 9
3.2 Verpakking ............................................................................................... 9
3.3 Opslag ..................................................................................................... 9
4 Technische Gegevens ................................................................................. 10
4.1 Technische Gegevens ........................................................................... 10
4.2 Functies van het apparaat ..................................................................... 11
4.3 Onderdelenoverzicht .............................................................................. 12
5 Installatie en bediening ................................................................................ 13
5.1 Installatie ................................................................................................ 13
5.2 Bediening ............................................................................................... 14
6 Reiniging ..................................................................................................... 22
6.1 Aanwijzingen betreffende de veiligheid tijdens het reinigen ................... 22
6.2 Reiniging ................................................................................................ 22
7 Mogelijke storingen ...................................................................................... 23
8 Verwijdering ................................................................................................. 24
Veiligheid
2 / 24 105800
NL
Diese Bedienungsanleitung beschreibt di e Installation, Bedienung und Wartung des Geräts und gilt als wichtige Informationsqu elle und Nachschlagewerk. Die Ke nntnis aller enthaltenen Sicherheitshinw eise und Handlungsanweisungen schafft die Voraussetzung für das sichere und sachgerechte Arbeiten mit dem G erät. Darüber hinaus müssen die für de n Einsatzbereich des Geräts geltenden ör tlichen Unfallverhütungsvorschriften u nd allgemeinen Sicherheitsbestimmunge n eingehalten werden. Diese Bedienungs anleitung ist Bestandteil des Prod ukts und muss in unmittelbarer Nähe d es Geräts für das In¬stallations-, Bedi enungs-, Wartungs- und Reinigungspers onal jederzeit zugänglich auf¬bewahrt werd en. Wenn das Gerät an eine dritte Pers on weitergegeben wird, muss die Bedienungsa nleitung mit ausgehändigt werden.
Lees voor het gebruik de gebruiksaanwijzing door en bewaar hem op een goed bereikbare plaats!
Deze handleiding bevat de beschrijving van de installatie, de bediening en het onderhoud van het apparaat en dient als belangrijke informatiebron en naslagwerk. De kennis en het in acht nemen van alle hier beschreven veiligheidsvoorschriften en instructies is een voorwaarde voor veilig en juist gebruik van het apparaat. Bovendien zijn de bepalingen inzake ongevallenpreventie, gezondheids- en veiligheidsvoorschriften en wettelijke voorschriften die van kracht zijn op het toepassingsgebied van het apparaat van toepassing.
Lees deze gebruikershandleiding voordat u met het apparaat gaat werken, en vóór de inbedrijfsstelling, om schade aan personen en zaken te voorkomen. Onjuist gebruik kan beschadigingen veroorzaken.
Deze handleiding is een integraal onderdeel van het product en moet in de directe nabijheid van het apparaat worden bewaard en te allen tijde beschikbaar zijn. Wanneer het apparaat wordt overgedragen, is het ook noodzakelijk deze gebruiksaanwijzing erbij te leveren.

1 Veiligheid

Het apparaat is gemaakt volgens de laatste stand van de techniek. Het kan echter een bron van gevaar vormen als het apparaat niet in overeenstemming met zijn bestemming gebruikt wordt. Alle personen die het apparaat gebruiken, moeten zich houden aan de aanbevelingen en veiligheidsaanwijzingen in deze handleiding.

1.1 Symboolverklaring

Belangrijke veiligheids- en technische instructies zijn in deze gebruiksaanwijzing aangeduid door symbolen. Deze instructies moeten bij het gebruik van dit apparaat absoluut in acht worden genomen om letsel, ongelukken, of materiële schade te vermijden.
GEVAAR!
Het signaalwoord GEVAAR waarschuwt voor gevaren die leiden tot ernstige verwondingen of overlijden als ze niet worden vermeden.
Veiligheid
105800 3 / 24
NL
WAARSCHUWING!
Het signaalwoord WAARSCHUWING waarschuwt voor gevaren die gematigd tot zwaar letsel of overlijden kunnen veroorzaken, als ze niet worden vermeden.
VOORZICHTIG!
Het signaalwoord VOORZICHTIG waarschuwt voor gevaren die licht of matig letsel kunnen veroorzaken, als ze niet worden vermeden.
, die
ATTENTIE!
Het signaalwoord ATTENTIE geeft mogelijke materiële schade aan die kan optreden als u de veiligheidsinstructies niet volgt.
OPMERKING!
Het icoon OPMERKING informeert de gebruiker over aanvullende informatie en tips voor het gebruik van het apparaat.

1.2 Veiligheidsaanwijzingen

Elektrische stroom
Een te hoge netspanning of onjuiste installatie kan leiden tot elektrische
schokken.
Sluit het apparaat alleen aan als de specificaties op het typeplaatje
overeenkomen met de netspanning.
Om elektrische kortsluiting te voorkomen, moet het apparaat droog worden
gehouden.
Koppel het apparaat onmiddellijk los van het elektriciteitsnet als er tijdens het
gebruik storingen optreden.
Raak de stekker van het apparaat niet aan met natte handen.
Raak het apparaat nooit aan nadat het in het water is gevallen. Onmiddellijk het
apparaat van het elektriciteitsnet koppelen.
Het herstellen en openen van de behuizing uitsluitend door specialisten en
gespecialiseerde werkplaatsen laten uitvoeren.
Draag het apparaat niet aan de verbindingskabel.
Veiligheid
4 / 24 105800
NL
Stel de verbindingskabel niet bloot aan warmte of scherpe randen.
Knik, plet of knoop de verbindingskabel niet.
Altijd de verbindingskabel volledig uitrollen.
Plaats het apparaat of andere voorwerpen nooit op de verbindingskabel.
Om het apparaat uit te schakelen van de elektrische voeding, altijd de stekker
vastpakken.
Controleer de voedingskabel regelmatig op beschadigingen. Het apparaat niet
gebruiken wanneer de voedingskabel beschadigd is. Laat een beschadigde voedingskabel vervangen door de servicedienst of een gekwalificeerde elektricien om gevaar te voorkomen.
Brandbare materialen
Stel het apparaat nooit bloot aan hoge temperaturen, zoals een fornuis, een
kachel, open vuur, apparaten voor het behouden van warmte, enz.
Het apparaat moet regelmatig worden schoongemaakt om het risico van brand
te voorkomen.
Het apparaat niet bedekken met bijv. aluminiumfolie of doeken.
Gebruik het apparaat alleen met de hiervoor bestemde materialen en met de
juiste temperatuurinstellingen. Materialen, voedselproducten en etensresten in het apparaat kunnen ontbranden.
Het apparaat nooit gebruiken in de buurt van brandbare, licht ontvlambare
materialen, bijv. benzine, spiritus, alcohol. Hoge temperaturen veroorzaken verdamping van deze materialen en als gevolg van contact met ontstekingsbronnen kan een explosie plaatsvinden.
In geval van brand, vóór het blussen het apparaat ontkoppelen van de voeding.
Blus het vuur nooit met water als het apparaat op het elektriciteitsnet is aangesloten. Na het blussen zorgen voor genoeg frisse lucht.
Veiligheid tijdens de bediening van de inductiekooktoestel
Tijdens het werk wordt de kookplaat erg heet.
Opmerking: Het inductiekooktoestel als zodanig genereert geen warmte tijdens het kookproces. De temperatuur van het kookgerei warmt de kookplaat echter op en het oppervlak blijft heet na gebruik. Geen enkel heet oppervlakken van het apparaat aanraken.
Het apparaat pas na volledig afkoelen verplaatsen en reinigen.
Het is verboden hete oppervlakken met koud water of brandbare vloeistoffen te
begieten.
Veiligheid
105800 5 / 24
NL
Leg geen metalen keukengerei, deksels, messen of andere metalen voorwerpen
op de kookzone. Na het inschakelen van het apparaat kunnen deze items heet worden.
Denk eraan aan dat voorwerpen die worden gedragen, zoals ringen, horloges
etc. warm kunnen worden als ze zich dicht bij de kookplaat bevinden.
Plaats geen aluminiumfolie of metalen platen op het verwarmingsoppervlak om
oververhitting te voorkomen.
Verwarm gesloten containers, zoals ingeblikt voedsel, niet op de kookzone van
een inductiekookplaat. De resulterende overdruk kan ervoor zorgen dat de container of het blik kan exploderen (barsten). Ingeblikt blikvoedsel kan het beste worden verwarmd door het te openen en in een pot te plaatsen die is gevuld met een kleine hoeveelheid water, die op het verwarmingsveld moet worden geplaatst om te verwarmen.
Het oppervlak van de kookplaat is gemaakt van hittebestendig glas. In geval van
schade, zelfs als het slechts een kleine scheur is, moet het apparaat onmiddellijk worden losgekoppeld van de voeding en moet contact worden opgenomen met de service.
Elektromagnetisch veld
Gemagnetiseerde items zoals creditcards, gegevensdragers en rekenmachines
mogen zich niet in de onmiddellijke nabijheid bevinden van het apparaat dat is ingeschakeld. Een magnetisch veld kan ze beschadigen.
Het onderste scherm mag niet worden geopend!
Plaats kookgerei altijd in het midden van het kookveld zodat de bodem van de
pannen zoveel mogelijk het elektromagnetische veld bedekt.
Wetenschappelijk onderzoek heeft uitgewezen dat de inductiekookplaat geen
gevaar vormt. Niettemin moeten mensen met een pacemaker minstens 60 cm afstand houden van het werkende apparaat.
Veiligheid
6 / 24 105800
NL
Exploitatie alleen onder toezicht
Het apparaat mag alleen onder toezicht worden geëxploiteerd.
Blijf altijd in de directe nabijheid van het apparaat.
Bedienend personeel
Dit apparaat mag niet worden bediend door personen (inclusief kinderen) met
beperkte fysieke, sensorische of mentale vaardigheden, evenals door personen met beperkte ervaring en / of beperkte kennis.
Kinderen moeten onder toezicht staan om ervoor te zorgen dat ze niet met het
apparaat spelen of het starten.
Onjuist gebruik
Onjuist gebruik of verboden gebruik kan het apparaat beschadigen.
Het apparaat mag alleen worden gebruikt als het zich in goede staat bevindt en
veilig werken mogelijk maakt.
Het apparaat mag alleen worden gebruikt als alle aansluitingen zijn uitgevoerd
volgens de voorschriften.
Het apparaat mag alleen worden gebruikt als het schoon is.
Gebruik alleen originele reserveonderdelen. Nooit zelf het apparaat repareren.
Verboden om veranderingen of modificaties aan het apparaat aan te brengen.
Potten of pannen moeten altijd uit de inductiezone worden getild en niet worden
verschoven, anders kan de bodem het glas beschadigen.
Veiligheid
105800 7 / 24
NL

1.3 Gebruik volgens bestemming

Elk gebruik van het apparaat voor andere doeleinden en / of afwijkend van het normale bedoelde gebruik zoals hieronder beschreven, is verboden en wordt beschouwd als onbedoeld gebruik.
Het volgende gebruik is in overeenstemming met het beoogde gebruik:
– Het koken en verwarmen van gerechten met gebruik van geschikt
kookgerei.

1.4 Oneigenlijk gebruik

Onjuist gebruik kan leiden tot schade aan personen en zaken veroorzaakt door gevaarlijke elektrische spanning, brand en hoge temperaturen. Met behulp van het apparaat kan alleen werk worden uitgevoerd dat in deze handleiding wordt beschreven.
Het volgende gebruik is niet in overeenstemming met het beoogde gebruik:
Het verwarmen van ruimtes Verwarmen van brandbare, schadelijk voor de gezondheid, gemakkelijk
verdampende of soortgelijke vloeistoffen en materialen.
Algemeen
8 / 24 105800
NL

2 Algemeen

2.1 Aansprakelijkheid en vrijwaring

Alle gegevens en aanwijzingen die zijn opgenomen in deze gebruiksaanwijzing zijn samengesteld rekening houdend met de geldende voorschriften, de actuele technische stand van zaken en onze langdurige inzichten en ervaring. In het geval van het bestellen van speciale modellen of extra opties, en in het geval van het gebruik van de nieuwste technische kennis, kan het geleverde apparaat onder bepaalde omstandigheden verschillen van de uitleg en de talrijke tekeningen in deze handleiding. De producent is niet aansprakelijk voor de schade en storingen die zijn ontstaan als gevolg van:
het niet in acht nemen van de aanwijzingen, oneigenlijk gebruik, het aanbrengen van technische wijzigingen door de gebruiker, de toepassing van ongeoorloofde reserveonderdelen.
Wij behouden ons het recht voor om technische veranderingen in het product aan te brengen die leiden tot verbetering van de gebruikseigenschappen en de verdere ontwikkeling van het apparaat.

2.2 Auteursrecht

De gebruiksaanwijzing en de erin opgenomen teksten, tekeningen, foto’s en andere
afbeeldingen zijn auteursrechtelijk beschermd. Niets (ook gedeeltelijk) uit deze uitgave mag in ongeacht welke vorm worden verveelvoudigd, verwerkt en/of gepubliceerd zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de fabrikant. Overtreding van het bovenstaande verplicht tot schadevergoeding. Wij behouden ons het recht voor tot verdere vorderingen.

2.3 Conformiteitsverklaring

Het apparaat beantwoordt aan de actuele EU-normen en richtlijnen. Dit bevestigen we in de EG-verklaring van Conformiteit. Indien gewenst, sturen we u graag de betreffende Verklaring van Conformiteit toe.
Transport, verpakking en opslag
105800 9 / 24
NL

3 Transport, verpakking en opslag

3.1 Transportinspectie

Als het apparaat afgeleverd is, onmiddellijk controleren of het compleet en zonder transportschade is. Als er duidelijk zichtbare transportschade is, het geleverde apparaat niet of alleen onder voorbehoud aannemen. De schade opschrijven op de transportdocumenten/ het leveringsdocument van de leverancier. Vervolgens reclameren. Verborgen gebreken onmiddellijk nadat ze zijn geconstateerd, reclameren, omdat eisen tot schadevergoeding alleen binnen de reclamatieperiode mogelijk zijn.
Neem contact op met onze klantenservice als er onderdelen of accessoires ontbreken.

3.2 Verpakking

Gooi de buitenste doos van uw apparaat niet weg. U kunt het nodig hebben tijdens een verhuizing, of als u het apparaat naar ons servicecentrum wilt sturen bij schade.
De verpakking en de afzonderlijke componenten zijn gemaakt van recyclebare materialen. In het bijzonder: kunststof folie en zakken, kartonnen verpakking.
Als u de verpakking wilt weggooien, dient u de geldende voorschriften in uw land in acht te nemen. Verpakkingsmateriaal dat hergebruikt kan worden, recyclen.

3.3 Opslag

Zorg ervoor dat de verpakkingen verzegeld zijn tot de installatie en houd ze in overeenstemming met de op de buitenkant aangebrachte plaatsingmarkering en opslagmarkering. Bewaar de pakketten alleen onder de volgende voorwaarden:
in een afgesloten ruimte droog en stofvrij verwijderd houden van corrosief materiaal op een plaats beschermd tegen zonlicht beschermd tegen mechanische schokken.
Bij langere bewaring (> 3 maanden) regelmatig de algemene toestand van alle bestanddelen en van de verpakking controleren. Als het nodig is de verpakking vervangen voor een nieuwe.
Technische Gegevens
10 / 24 105800
NL

4 Technische Gegevens

4.1 Technische Gegevens

Naam:
Inductiekookplaat-wokcombinatie IKIW 70
Artikelnummer:
105800
Materiaal:
roestvast staal
Materiaal kookoppervlak:
glas
Materiaal wokplaat:
glas
Aantal kookplaatsen:
1 x inductiekookplaat | 1 x inductiewok
Afmetingen glasveld (b x d) in mm:
285 x 285
Diameter kookpit in mm:
240
Diameter wokplaat: in mm:
270
Aantal vermogensniveaus:
17
Vermogen inductiekookplaat in kW:
3,5
Vermogen inductiewok in kW:
3,5
Temperatuurbereik van – tot in °C:
35 - 240
Aantal temperatuurniveaus:
205
Interval temperatuurinstelling °C:
1
Tijdsinstelling van – tot in min.:
1 - 180
Interval tijdsinstelling in min.:
1
Aansluitingswaarde:
3,5 kW+3,5 kW | 220-240 V | 50/60 Hz
Afmetingen (b x d x h) in mm:
680 x 435 x 145
Gewicht in kg:
11,9
Recht op technische veranderingen voorbehouden!
Technische Gegevens
105800 11 / 24
NL
Versie / eigenschappen
Kleur: zwart/ zilver
Apparaataansluitingen: 2 x 1 NAC
Soort kookplaatsen: inductie
Indeling kookvlakken: naast elkaar
Besturing: elektronisch, touch
Regulatie: vermogen, temperatuur, tijd
Panherkenning
Oververhittingsbeveiliging
Digitaal display
Aan/uit-schakelaar: 1 schakelaar / apparaat
Belangrijke aanwijzing: er zijn twee aparte stopcontacten nodig

4.2 Functies van het apparaat

Een inductiekookplaat in combinatie met een wok is ontworpen om voedsel te bereiden en te verwarmen met behulp van geschikt kookgerei.
Beide kookvelden kunnen onafhankelijk van elkaar gebruikt en ingesteld worden ­dit geldt voor het vermogen van elk veld, dat 3.500 watt bedraagt, de temperatuur en de timer.
Technische Gegevens
12 / 24 105800
NL

4.3 Onderdelenoverzicht

Afb. 1
Aanzicht van achteren
Afb. 2
1. Verwarmingsoppervlak van de inductiekookplaat
2. Inductiewokbak
3. Behuizing
4. Poten (4x)
5. Bedieningsveld van inductiewok
6. Bedieningsveld van inductiekookplaat
7. Ventilator van inductiekookplaat (2x)
8. Aansluitkabel voor inductiekookplaten
9. Ventilator van inductiewok (2x)
10. Aansluitkabel voor inductiewok
Installatie en bediening
105800 13 / 24
NL

5 Installatie en bediening

5.1 Installatie

Uitpakken / plaatsing
Pak het apparaat uit en verwijder alle externe en interne verpakkingselementen en transportbeveiliging.
VOORZICHTIG!
Gevaar voor verstikking!
Houdt verpakkingsmateriaal zoals plasticfolie en piepschuim uit handen van kinderen.
Als er beschermfolie op het apparaat zit, verwijdert u deze. De folie dient langzaam van het apparaat te worden getrokken zodat er geen lijmresten achterblijven. Eventuele lijmresten verwijderen met een geschikt oplosmiddel.
Pas op dat u het typeplaatje en de waarschuwingsinstructies op het apparaat niet beschadigt.
Het apparaat nooit in een vochtige of natte omgeving neerzetten.
Het apparaat moet zo worden ingesteld dat de verbindingen gemakkelijk
toegankelijk zijn om snel uit te schakelen als dat nodig is.
Plaats het apparaat op een oppervlak met de volgende eigenschappen:
recht, met voldoende draagkracht, bestand tegen water, droog en
bestand tegen hoge temperaturen
groot genoeg om probleemloos met het apparaat te werken goed bereikbaar goede ventilatie.
Houd voldoende afstand tot de randen van de tafel. Het apparaat kan kantelen
en vallen.
Het is verboden het apparaat te monteren in de buurt van apparaten of voorwerpen die gevoelig zijn voor magnetische velden (bijv.: radio, televisie enz.).
Behoud een minimale. afstand van brandbare muren of andere voorwerpen van 5 -10 cm.
Installatie en bediening
14 / 24 105800
NL
Aansluiting op het lichtnet
Controleer of de technische specificaties van het apparaat (zie naamplaatje) overeenstemmen met de gegevens van de lokale stroomvoorziening.
Sluit het apparaat aan op een enkele, voldoende beschermde aansluiting met een beveiligd contact. Sluit het apparaat niet aan op een meervoudige aansluiting.
Leg de verbindingskabel zo dat niemand erop kan lopen of erover kan struikelen.
Gebruik het toestel niet met een externe timer of afstandsbediening.
TIP! Er zijn twee afzonderlijke stopcontacten nodig voor de werking van beide
kookvelden (inductiekookplaat en inductiewok).

5.2 Bediening

De werking van de inductie-kookplaat
In inductiekookplaten wordt elektrische spanning aangelegd op een geleidende spoel onder glas. Dit creëert een magnetisch veld dat, als een fysiek effect, de bodem van de schotel direct verwarmt.
Dit bespaart tijd en energie, omdat hier - zoals in het geval van traditionele kookzones - de verwarming en de verwarming van de glasverwarmingszone niet plaatsvindt.
Een ander voordeel - dankzij de hierboven beschreven technische kenmerken - is een zeer korte kooktijd.
Bovendien verandert de warmtetoevoer onmiddellijk bij elke verandering van instelling en kan deze nauwkeurig worden aangepast. De inductieverwarming reageert zo snel op veranderingen in instellingen als een gasfornuis, omdat de energie onmiddellijk de pot bereikt, zonder eerst andere materialen te moeten verwarmen.
Inductietechnologie combineert deze reactiesnelheid met het fundamentele voordeel van stroom, waardoor een nauwkeurige regeling van de warmte-invoer mogelijk is.
Installatie en bediening
105800 15 / 24
NL
Het juiste kookgerei
Kookgerei van ijzer
• Pannen van geëmailleerd ijzer
• Potten / pannen van staal of
geëmailleerd gietijzer
• Gietijzeren potten / pannen
• Kookgerei van 18/0 roestvrij staal en
aluminium, indien gemarkeerd als geschikt voor inductie (let op de beschrijving van het kookgerei)
Vanwege de speciale werking van de inductieplaat is alleen kookgerei met een magnetiserende bodem geschikt.
Voor betere resultaten mogen alleen pannen / potten met een diameter van 12 tot 26 cm worden gebruikt.
Bijvoorbeeld Inductiekookpotten, 9-delige Bartscher pottenset
chroomnikkelstaal, anti-druiprand, niet-verwarmende handgrepen
4 pannen met deksel
2,0 liter, diameter 16 cm, hoogte 10,0 cm
2,7 liter, diameter 18 cm, hoogte 11,0 cm
5,1 liter, diameter 24 cm, hoogte 11,5 cm
6,1 liter, diameter 20 cm, hoogte 20,0 cm
1 koekenpan
2,8 liter, diameter 24 cm, hoogte 6,5 cm
Art. nr.: A130442
Installatie en bediening
16 / 24 105800
NL
Ongeschikt kookgerei
Containers met een uitpuilende bodem
• Kookgerei van aluminium, brons of
koper, tenzij ze duidelijk gemarkeerd zijn als geschikt voor inductie
• Potten / pannen met een diameter van
minder dan 12 cm
• Kookgerei met poten
• Keramisch kookgerei
• Glazen kookgerei
Geschikt kookgerei voor de inductiewok
Gebruik voor de inductiewok alleen ronde wokpannen van staal, roestvrij staal of ander materiaal als deze zijn gemarkeerd als geschikt voor inductie (let op de pannenbeschrijving).
TIP! Om goed te functioneren moet de wokpan een magnetische bodem
hebben: een magneet moet eraan blijven plakken.
Als de inductiewok een te grote afwijking heeft ten opzichte van de magnetiseringscontainer, resulteert dit in een vermogensdaling en kan de oververhittingsbeveiliging ook buiten werking zijn. Om deze reden mogen geen aluminium, koperen of niet-metalen kookgerei worden gebruikt.
Voor de inductiewok raden wij de volgende pannen van Bartscher aan:
Wokpan A105960 Wokpan A105971
Installatie en bediening
105800 17 / 24
NL
Vóór gebruik
1. Vóór het eerste gebruik van het apparaat, dient het apparaat te worden gereinigd volgens de aanwijzingen in het punt 6 “Reiniging“.
2. Droog het apparaat grondig.
3. Plaats een geschikt vat met inhoud centraal op het gekozen kookveld of in de kookbak.
Afb. 3
TIP! Om gerechten te stomen of traditioneel te koken (maximale temperatuur
170 °C), dient in de vermogensmodus één van de niveaus van 1 - 17 te worden gekozen.
Voor het bakken of braden (max. temperatuur 240 °C), dient de temperatuurmodus te worden gekozen en de temperatuur te worden ingesteld binnen een bereik van 35 °C tot 240 °C.
Installatie en bediening
18 / 24 105800
NL
Besturingselementen/ indicatielampje
Afb. 4
1. LED controlelampje tijd
2. LED controlelampje temperatuur
3. LED controlelampje reductie
4. LED controlelampje verhoging
5. LED controlelampje vermogen
6. LED controlelampje Aan/Uit
7. Aan/Uit toets
8. Knop vermogensinstelling
9. Knop voor het verhogen van de ingestelde waarden
10. Digitale display
11. Knop voor het verlagen van de instellingswaarden
12. Knop temperatuursinstelling
13. Knop voor de tijdinstelling
Inbedrijfstelling van het apparaat
TIP! De volgende instellingen zijn van toepassing op beide kookvlakken!
1. Sluit het apparaat aan op een geschikt enkelvoudig stopcontact. Zodra aangesloten, gaat de Aan/Uit LED-indicator branden.
2. Druk op de Aan / Uittoets , om het apparaat in te schakelen. LED controlelampje Aan/Uit gaat uit. De LED voor het instellen van het vermogen knippert en het in de fabriek ingestelde
vermogen “2000 W”.verschijnt op de digitale display.
Installatie en bediening
105800 19 / 24
NL
Instellingen
Vermogen
1. Met één druk op de toets , warmt het apparaat op met 2000 watt vermogen.
2. Druk op de toetsen of om het gewenste wattage tussen 100 W en 3500 W te selecteren.
De volgende instellingen zijn mogelijk:
100 W, 200 W, 300 W, 400 W, 500 W, 800 W, 1000 W, 1300 W,1500 W, 1800 W, 2000 W, 2300 W, 2500 W, 2700 W, 2900 W, 3100 W, 3500 W
De digitale display toont de geselecteerde vermogensinstelling. Het LED-lampje voor de stroominstelling gaat branden. De vermogensinstelling kan op elk moment tijdens het gebruik worden gewijzigd
met de toetsen of .
Temperatuur
1. Druk op de toets , om naar de temperatuurmodus te gaan.
De vooraf ingestelde temperatuurwaarde “100 °C”verschijnt op het digitale display. De LED-indicator voor de temperatuurinstelling gaat branden.
2. Druk op de toetsen of om de gewenste temperatuur te selecteren tussen 35 °C en 240 °C in stappen van 1 °C.
De digitale display toont de geselecteerde temperatuurinstelling. De temperatuurinstelling kan op elk moment tijdens het gebruik worden gewijzigd
met de toetsen of .
Tijd
1. Druk op de toets om de tijd in te stellen.
De overeenkomstige LED licht op.
2. Druk op de toetsen of om de gewenste tijdsinstelling te selecteren van 0 tot 180 minuten in stappen van één minuut.
TIP! Door kort op de toetsen of te drukken, kunnen instellingen in
intervallen van 1 minuut worden gemaakt.
Installatie en bediening
20 / 24 105800
NL
Door langer op de toetsen of te drukken, kunnen instellingen in intervallen van 10 minuten worden gemaakt.
3. Als de ingestelde tijd verstreken is, klinkt er een geluidssignaal en schakelt het apparaat uit.
4. Om de timerfunctie vooraf te onderbreken, drukt u gewoon op de toets .
5. Druk nogmaals op de Aan/Uit-toets , om het apparaat te starten en het warmtebehandelingsproces voort te zetten in de vermogens- of temperatuurmodus, zonder de tijd in te voeren.
Uitschakelen van het apparaat
1. Nadat het kook- of opwarmproces is voltooid, schakelt u het apparaat uit met de Aan / Uit-toets. .
Alle LED-controlelampjes gaan uit. De ventilatoren voor het koelen van de elektronica blijven nog enkele minuten
draaien.
Op het digitale display verschijnt de melding HOt (heet) en deze wordt weergegeven zolang het kookveld heet is.
VOORZICHTIG! De toegankelijke buitenoppervlakken en ook de verwarmingsoppervlakken
van het apparaat kunnen tijdens het gebruik heet worden!
Nooit de hete oppervlakken van het apparaat aanraken. Wacht tot het apparaat afgekoeld is.
Installatie en bediening
105800 21 / 24
NL
Oververhittingsbeveiliging
Het apparaat heeft een oververhittingsbeveiliging. In het geval van het overschrijden van de kritieke temperatuurgrens, schakelt het apparaat voor de veiligheid automatisch uit.
OPGELET! Het verwarmen van een lege pan of lege koekenpan activeert de
oververhittingsbeveiliging, een geluidssignaal klinkt en het apparaat schakelt uit.
De foutmelding "E1" verschijnt op het digitale display.
Plaats nooit lege pannen op de kookplaat. Als de oververhittingsbeveiliging werkt, verwijder dan de pan van de kookplaat
en laat het apparaat een paar minuten afkoelen. Na afkoeling kan het apparaat opnieuw worden gebruikt.
Reiniging
22 / 24 105800
NL

6 Reiniging

6.1 Aanwijzingen betreffende de veiligheid tijdens het
reinigen
Voordat het apparaat kan worden gereinigd, dient het apparaat van het lichtnet te worden gehaald.
Het apparaat geheel laten afkoelen.
Zorg ervoor dat er geen water in het apparaat komt. Dompel het apparaat niet in
water of andere vloeistoffen om het te reinigen. Gebruik geen waterstraal onder druk om het apparaat te reinigen.
Gebruik geen scherpe of metalen voorwerpen (mes, vork, enz.) om het apparaat schoon te maken. Scherpe voorwerpen kunnen het apparaat beschadigen en leiden tot elektrische schokken wanneer ze in contact komen met geleidende componenten.
Gebruik geen schuurmiddelen, oplosmiddelen of bijtende schoonmaakmiddelen. Dit kan het oppervlak beschadigen.

6.2 Reiniging

1. Het apparaat moet regelmatig aan het einde van de werkdag gereinigd worden, en vaker indien nodig.
2. Reinig de kookplaat of kookbak, het bedieningspaneel en de behuizing van het apparaat met warm water, een zachte doek en een mild, niet-schurend schoonmaakmiddel.
3. Droog het gereinigde oppervlak met een zachte doek af.
4. De ventilatieopeningen aan de achterkant en onderkant van het apparaat mogen niet verstopt zijn met vuil of stof. Ze moeten worden schoongemaakt met een borstel of stofzuiger.
Mogelijke storingen
105800 23 / 24
NL

7 Mogelijke storingen

Mögliche
De onderstaande tabel beschrijft mogelijke oorzaken en methoden voor het verwijderen van storingen of fouten die optreden tijdens de werking van het apparaat. Neem contact op met het servicecentrum als storingen niet kunnen worden verholpen.
Vermeld aub het artikelnummer, modelnaam en serienummer. Deze gegevens staan op het typeplaatje van het apparaat.
Fout code
Oorzaken
Verwijdering
E0
Storing in elektrisch circuit
Check de voeding Neem contact op met de
serviceafdeling
E1
Er staat geen pan op het kookvlak of de gebruikte pan is ongeschikt.
Gebruik alleen geschikte pannen
E2
Te lage / te hoge spanning
Controleer of de spanning en frequentie overeenkomen met de gegevens op het typeplaatje van het apparaat.
E3
E4
Wanneer een leeg kookgerei wordt opgewarmd, wordt het kookoppervlak erg heet en schakelt het apparaat zichzelf uit.
Oververhittingsbeveiliging is geactiveerd
De pan van de kookplaats halen. Laat het apparaat afkoelen en herstarten
E9
Het apparaat wordt te heet (bijv. door verstopte ventilatieopeningen)
De ventilatieopeningen vrij maken.
Laat het apparaat afkoelen en herstarten
Verwijdering
24 / 24 105800
NL

8 Verwijdering

Elektrische apparaten
Elektrische apparaten zijn gemarkeerd met dit symbool. Elektrische apparatuur moet op een correcte en milieuvriendelijke manier worden verwijderd en gerecycled. Niet-gevaarlijke apparaten mogen niet bij het huishoudelijk afval worden gegooid. Koppel het apparaat los van de voeding en verwijder de verbindingskabel van het apparaat.
Elektrische apparaten moeten naar aangewezen inzamelpunten worden gebracht.
Loading...