Lees voor het gebruik de gebruiksaanwijzing door en bewaar
hem op een goed bereikbare plaats!
GEVAAR!
Het signaalwoord GEVAAR waarschuwt voor gevaren die leiden tot
ernstige verwondingen of overlijden als ze niet worden vermeden.
Diese Bedienungsanleitung beschreibt di e Installation, Bedienung und Wartung des Geräts und gilt als wichtige Inform ationsquelle und Nachschlagewerk. Die Ke nntnis aller enthaltenen Sicherheitshinweis e und Handlungsanweisungen sch afft die Voraussetzung für das sichere und sachgerechte Arbeiten mit de m Gerät. Darüber hinaus müssen die für de n Einsatzbereich des Geräts geltende n örtlichen Unfallverhütungsvorschriften u nd allgemeinen Sicherheitsbestimmunge n eingehalten werden. Diese Bedien ungsanleitung ist Bestandteil des Produ kts und muss in unmittelbarer Nähe des Geräts für das In¬stallations-, Bedi enungs-, Wartungs- und Reinigungspers onal jederzeit zugänglich auf¬bewahrt werd en. Wenn das Gerät an eine dritte Pers on
weitergegeben wird, muss die Bedienungsa nleitung mit ausgehändigt werden.
Deze handleiding bevat de beschrijving van de installatie, de bediening en het
onderhoud van het apparaat en dient als belangrijke informatiebron en naslagwerk.
De kennis en het in acht nemen van alle hier beschreven veiligheidsvoorschriften
en instructies is een voorwaarde voor veilig en juist gebruik van het apparaat.
Bovendien zijn de bepalingen inzake ongevallenpreventie, gezondheids- en
veiligheidsvoorschriften en wettelijke voorschriften die van kracht zijn op het
toepassingsgebied van het apparaat van toepassing.
Lees deze gebruikershandleiding voordat u met het apparaat gaat werken, en vóór
de inbedrijfsstelling, om schade aan personen en zaken te voorkomen. Onjuist
gebruik kan beschadigingen veroorzaken.
Deze handleiding is een integraal onderdeel van het product en moet in de directe
nabijheid van het apparaat worden bewaard en te allen tijde beschikbaar zijn.
Wanneer het apparaat wordt overgedragen, is het ook noodzakelijk deze
gebruiksaanwijzing erbij te leveren.
1 Veiligheid
Het apparaat is gemaakt volgens de laatste stand van de techniek. Het kan echter
een bron van gevaar vormen als het apparaat niet in overeenstemming met zijn
bestemming gebruikt wordt. Alle personen die het apparaat gebruiken, moeten zich
houden aan de aanbevelingen en veiligheidsaanwijzingen in deze handleiding.
1.1 Symboolverklaring
Belangrijke veiligheids- en technische instructies zijn in deze gebruiksaanwijzing
aangeduid door symbolen. Deze instructies moeten bij het gebruik van dit apparaat
absoluut in acht worden genomen om letsel, ongelukken, of materiële schade te
vermijden.
2 / 26 305066
Veiligheid
NL
WAARSCHUWING!
Het signaalwoord WAARSCHUWING waarschuwt voor gevaren die
gematigd tot zwaar letsel of overlijden kunnen veroorzaken, als ze niet
worden vermeden.
VOORZICHTIG!
Het signaalwoord VOORZICHTIG waarschuwt voor gevaren die licht
of matig letsel kunnen veroorzaken, als ze niet worden vermeden.
ATTENTIE!
Het signaalwoord ATTENTIE geeft mogelijke materiële schade aan
die kan optreden als u de veiligheidsinstructies niet volgt.
OPMERKING!
Het icoon OPMERKING informeert de gebruiker over aanvullende
informatie en tips voor het gebruik van het apparaat.
, die
1.2Veiligheidsaanwijzingen
Elektrische stroom
• Een te hoge netspanning of onjuiste installatie kan leiden tot elektrische
schokken.
• Sluit het apparaat alleen aan als de specificaties op het typeplaatje
overeenkomen met de netspanning.
• Om elektrische kortsluiting te voorkomen, moet het apparaat droog worden
gehouden.
• Koppel het apparaat onmiddellijk los van het elektriciteitsnet als er tijdens het
gebruik storingen optreden.
• Raak de stekker van het apparaat niet aan met natte handen.
• Raak het apparaat nooit aan nadat het in het water is gevallen. Onmiddellijk het
apparaat van het elektriciteitsnet koppelen.
• Het herstellen en openen van de behuizing uitsluitend door specialisten en
gespecialiseerde werkplaatsen laten uitvoeren.
• Draag het apparaat niet aan de verbindingskabel.
305066 3 / 26
Veiligheid
NL
• Stel de verbindingskabel niet bloot aan warmte of scherpe randen.
• Knik, plet of knoop de verbindingskabel niet.
• Altijd de verbindingskabel volledig uitrollen.
• Plaats het apparaat of andere voorwerpen nooit op de verbindingskabel.
• Om het apparaat uit te schakelen van de elektrische voeding, altijd de stekker
vastpakken.
• Controleer de voedingskabel regelmatig op beschadigingen. Het apparaat niet
gebruiken wanneer de voedingskabel beschadigd is. Laat een beschadigde
voedingskabel vervangen door de servicedienst of een gekwalificeerde
elektricien om gevaar te voorkomen.
Brandbare materialen
• Stel het apparaat nooit bloot aan hoge temperaturen, zoals een fornuis, een
kachel, open vuur, apparaten voor het behouden van warmte, enz.
• Het apparaat moet regelmatig worden schoongemaakt om het risico van brand
te voorkomen.
• Het apparaat niet bedekken met bijv. aluminiumfolie of doeken.
• Gebruik het apparaat alleen met de hiervoor bestemde materialen en met de
juiste temperatuurinstellingen. Materialen, voedselproducten en etensresten in
het apparaat kunnen ontbranden.
• Het apparaat nooit gebruiken in de buurt van brandbare, licht ontvlambare
materialen, bijv. benzine, spiritus, alcohol. Hoge temperaturen veroorzaken
verdamping van deze materialen en als gevolg van contact met
ontstekingsbronnen kan een explosie plaatsvinden.
• In geval van brand, vóór het blussen het apparaat ontkoppelen van de voeding.
Blus het vuur nooit met water als het apparaat op het elektriciteitsnet is
aangesloten. Na het blussen zorgen voor genoeg frisse lucht.
4 / 26 305066
Veiligheid
NL
Hete oppervlakken
• Het oppervlak van het apparaat wordt tijdens het werk heet. Er bestaat gevaar
voor verbranding. Ook na het uitschakelen blijft het apparaat nog enige tijd heet.
• Geen enkel heet oppervlakken van het apparaat aanraken. Gebruik de daarvoor
voorziene bedieningselementen en handgrepen.
• Het apparaat pas na volledig afkoelen verplaatsen en reinigen.
• Het is verboden hete oppervlakken met koud water of brandbare vloeistoffen te
begieten.
Bedienend personeel
• Het apparaat mag alleen worden bediend door gekwalificeerd en geschoold
vakpersoneel.
• Dit apparaat mag niet worden bediend door personen (inclusief kinderen) met
beperkte fysieke, sensorische of mentale vaardigheden, evenals door personen
met beperkte ervaring en / of beperkte kennis.
• Kinderen moeten onder toezicht staan om ervoor te zorgen dat ze niet met het
apparaat spelen of het starten.
Exploitatie alleen onder toezicht
• Het apparaat mag alleen onder toezicht worden geëxploiteerd.
• Blijf altijd in de directe nabijheid van het apparaat.
Onjuist gebruik
• Onjuist gebruik of verboden gebruik kan het apparaat beschadigen.
• Het apparaat mag alleen worden gebruikt als het zich in goede staat bevindt en
veilig werken mogelijk maakt.
• Het apparaat mag alleen worden gebruikt als alle aansluitingen zijn uitgevoerd
volgens de voorschriften.
• Het apparaat mag alleen worden gebruikt als het schoon is.
• Gebruik alleen originele reserveonderdelen. Nooit zelf het apparaat repareren.
• Verboden om veranderingen of modificaties aan het apparaat aan te brengen.
305066 5 / 26
Veiligheid
NL
Uitgevoerde activiteit
/ positie van de
bediener
Gevaarlijke situatie en gevaren
Mogelijke schade
Gebruik van het
apparaat
direct of indirect contact met
elementen die onder spanning
staan
electrocutie
Verwijderen van
gekookt voedsel uit
het apparaat
contact met hete recipiënten,
vaatwerk
brandwonden
contact met hete oppervlakken
(verwarmingen, schappen,
dwarsbalken)
Activiteit
Voorziene persoonlijke
beschermingsmiddelen (PBM)
Relevante norm
Verwijdering van hete
producten
Hittebestendige handschoenen
EN 407
Mechanische
conservatie
Beschermende handschoenen
tegen mechanische risico's
EN 388
Restrisico's
Restrisico's waaraan bedienend personeel kan worden blootgesteld zijn:
Individuele veiligheidsmaatregelen
Het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen en kleding heeft tot doel een
bepaald lichaamsdeel te beschermen tegen bepaalde risico's die gepaard gaan met
het uitvoeren van werkzaamheden.
Over het algemeen moeten ze alleen worden gebruikt wanneer maatregelen om het
risico bij de bron te elimineren niet voldoende zijn om schadelijke stoffen en delen
te elimineren en daarmee de veiligheid en gezondheid van de werknemer te
waarborgen.
Het gebruik van de apparatuur omvat het gebruik van de volgende persoonlijke
beschermingsmiddelen:
Afhankelijk van de omstandigheden van de werkomgeving waarin de apparatuur
wordt geïnstalleerd, sluit de bovenstaande lijst niet uit dat andere persoonlijke
beschermingsmiddelen nodig zijn.
6 / 26 305066
Veiligheid
NL
GEVAARLIJKE SPANNING
Gevaarlijke spanning binnenin. Aanraking leidt tot elektrische
schokken of brandwonden. Het apparaat moet van het stroomnet
worden losgekoppeld alvorens onderhoud en reparaties uit te
voeren.
HEET OPPERVLAK! VERBRANDINGSGEVAAR!
Dit symbool geeft gebieden aan die tijdens de werking zeer heet
worden. Raak geen hete oppervlakken of onderdelen aan.
RISICO OP INKLEMMING door bewegende delen
Verwijder het deksel van de onderhoudsruimte niet tijdens het
gebruik.
Waarschuwingstekens op het apparaat
WAARSCHUWING!
Het niet opvolgen van deze instructies kan ernstig letsel veroorzaken.
305066 7 / 26
Veiligheid
NL
1.3Gebruik volgens bestemming
Elk gebruik van het apparaat voor andere doeleinden en / of afwijkend van het
normale bedoelde gebruik zoals hieronder beschreven, is verboden en wordt
beschouwd als onbedoeld gebruik.
Het volgende gebruik is in overeenstemming met het beoogde gebruik:
– Het warm houden van gerechten in de juiste containers of borden.
1.4 Oneigenlijk gebruik
Onjuist gebruik kan leiden tot schade aan personen en zaken veroorzaakt door
gevaarlijke elektrische spanning, brand en hoge temperaturen. Met behulp van het
apparaat kan alleen werk worden uitgevoerd dat in deze handleiding wordt
beschreven.
Het volgende gebruik is niet in overeenstemming met het beoogde gebruik:
– Verwarmen van brandbare, schadelijk voor de gezondheid, gemakkelijk
verdampende of soortgelijke vloeistoffen en materialen.
8 / 26 305066
Algemeen
NL
2 Algemeen
2.1Aansprakelijkheid en vrijwaring
Alle gegevens en aanwijzingen die zijn opgenomen in deze gebruiksaanwijzing zijn
samengesteld rekening houdend met de geldende voorschriften, de actuele
technische stand van zaken en onze langdurige inzichten en ervaring. In het geval
van het bestellen van speciale modellen of extra opties, en in het geval van het
gebruik van de nieuwste technische kennis, kan het geleverde apparaat onder
bepaalde omstandigheden verschillen van de uitleg en de talrijke tekeningen in
deze handleiding.
De producent is niet aansprakelijk voor de schade en storingen die zijn ontstaan als
gevolg van:
– het niet in acht nemen van de aanwijzingen,
– oneigenlijk gebruik,
– het aanbrengen van technische wijzigingen door de gebruiker,
– de toepassing van ongeoorloofde reserveonderdelen.
Wij behouden ons het recht voor om technische veranderingen in het product aan
te brengen die leiden tot verbetering van de gebruikseigenschappen en de verdere
ontwikkeling van het apparaat.
2.2 Auteursrecht
De gebruiksaanwijzing en de erin opgenomen teksten, tekeningen, foto’s en andere
afbeeldingen zijn auteursrechtelijk beschermd. Niets (ook gedeeltelijk) uit deze
uitgave mag in ongeacht welke vorm worden verveelvoudigd, verwerkt en/of
gepubliceerd zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de fabrikant.
Overtreding van het bovenstaande verplicht tot schadevergoeding. Wij behouden
ons het recht voor tot verdere vorderingen.
2.3 Conformiteitsverklaring
Het apparaat beantwoordt aan de actuele EU-normen en richtlijnen. Dit bevestigen
we in de EG-verklaring van Conformiteit. Indien gewenst, sturen we u graag de
betreffende Verklaring van Conformiteit toe.
305066 9 / 26
Transport, verpakking en opslag
NL
3 Transport, verpakking en opslag
3.1Transportinspectie
Als het apparaat afgeleverd is, onmiddellijk controleren of het compleet en zonder
transportschade is. Als er duidelijk zichtbare transportschade is, het geleverde
apparaat niet of alleen onder voorbehoud aannemen. De schade opschrijven op de
transportdocumenten/ het leveringsdocument van de leverancier. Vervolgens
reclameren. Verborgen gebreken onmiddellijk nadat ze zijn geconstateerd,
reclameren, omdat eisen tot schadevergoeding alleen binnen de reclamatieperiode
mogelijk zijn.
Neem contact op met onze klantenservice als er onderdelen of accessoires
ontbreken.
3.2 Verpakking
Gooi de buitenste doos van uw apparaat niet weg. U kunt het nodig hebben tijdens
een verhuizing, of als u het apparaat naar ons servicecentrum wilt sturen bij
schade.
De verpakking en de afzonderlijke componenten zijn gemaakt van recyclebare
materialen. In het bijzonder: kunststof folie en zakken, kartonnen verpakking.
Als u de verpakking wilt weggooien, dient u de geldende voorschriften in uw land in
acht te nemen. Verpakkingsmateriaal dat hergebruikt kan worden, recyclen.
3.3 Opslag
Zorg ervoor dat de verpakkingen verzegeld zijn tot de installatie en houd ze in
overeenstemming met de op de buitenkant aangebrachte plaatsingmarkering en
opslagmarkering. Bewaar de pakketten alleen onder de volgende voorwaarden:
– in een afgesloten ruimte
– droog en stofvrij
– verwijderd houden van corrosief materiaal
– op een plaats beschermd tegen zonlicht
– beschermd tegen mechanische schokken.
Bij langere bewaring (> 3 maanden) regelmatig de algemene toestand van alle
bestanddelen en van de verpakking controleren. Als het nodig is de verpakking
vervangen voor een nieuwe.
10 / 26 305066
Technische Gegevens
NL
4 Technische Gegevens
4.1Technische Gegevens
Versie / Eigenschappen 305066 / 305067 / 305068
• Temperatuurregeling: thermostaat
• Waterbak voor luchtbevochtiging: nee
• Soort verwarming: droog verwarmd
• Binnenverlichting
• Verlichting: halogenen
• Voorruit:
– afgerond
– scharnierend
• Soort beglazing:
– enkele beglazing
– beglazing rondom
– veiligheidsglas
• Soorten deuren:
– 305067 – hefdeur
– 305066+305068 – 2 x schuifdeur
• Positie van de deur: achterzijde
• Besturing: draaiknop
• Controlelampjes:
– opwarmen
– in bedrijf
• Eigenschappen:
– condenslade
– thermometer
• Niet bij levering inbegrepen: GN-containers
Recht op technische veranderingen voorbehouden!
305066 11 / 26
Technische Gegevens
NL
Naam:
Warmhoudvitrine GN2110-R
Art. nr.:
305066
Materiaal:
roestvast staal, glas
Gastronorm:
2 x 1/1 GN
Diepte GN-container in mm:
40
Inhoud in l:
95
Temperatuurbereik van – tot °C:
30 - 110
Aantal planchetten:
1
Soort planchetten:
rooster, roestvast staal
Afmetingen planchet (b x h) in mm:
580 x 325
Aansluitingswaarde:
2,1 kW | 230 V | 50/60 Hz
Afmetingen (b x d x h) in mm:
755 x 822 x 558
Gewicht in kg:
59,6
Naam:
Warmhoudvitrine GN1110-R
Art. nr.:
305067
Materiaal:
roestvast staal, glas
Gastronorm:
1 x 1/1 GN
Diepte GN-container in mm:
40
Inhoud in l:
85
Temperatuurbereik van – tot °C:
30 - 110
Aantal planchetten:
1
Soort planchetten:
rooster, roestvast staal
Afmetingen planchet (b x h) in mm:
350 x 325
Aansluitingswaarde:
1,65 kW | 230 V | 50/60 Hz
Afmetingen (b x d x h) in mm:
502 x 810 x 558
Gewicht in kg:
44,8
12 / 26 305066
Technische Gegevens
NL
Naam:
Warmhoudvitrine GN3110-R
Art. nr.:
305068
Materiaal:
roestvast staal, glas
Gastronorm:
1 x 1/1 GN
Diepte GN-container in mm:
40
Inhoud in l:
185
Temperatuurbereik van – tot °C:
30 - 100
Aantal planchetten:
1
Soort planchetten:
rooster, roestvast staal
Afmetingen planchet (b x h) in mm:
920 x 325
Aansluitingswaarde:
3,65 kW | 230 V | 50/60 Hz
Afmetingen (b x d x h) in mm:
1092 x 810 x 558
Gewicht in kg:
84,0
4.2 Functies van het apparaat
De warmhoudvitrine is ontworpen om bereid voedsel gedurende de gewenste
periode warm te houden op de ingestelde temperatuur van 30 °C tot 110 °C.
De individuele voorziening van GN-containers en een schap biedt een gebruik van
de warmhoudvitrine op maat. Het scharnierende frontglas en de uitneembare
condenslade maken een eenvoudige reiniging mogelijk.
305066 13 / 26
Technische Gegevens
NL
Afb.1
4.3Onderdelenoverzicht
305067
14 / 26 305066
Technische Gegevens
NL
1. Binnenverlichting
2. Voorruit: afgerond
3. Openingen voor de luchttoevoer
4. Verwarmingselement (1x)
5. Afdekking van de onderhoudsruimte
6. Behuizing
7. Reclame- en prijzenpaneel met
verlichting
8. Planchet
9. Hefdeur
10. Thermometer
11. Ventilatie-openingen
12. Handgreep hefdeur
13. Poten (4x)
14. Condenslade
15. Bedieningselementen
Beschrijving afb. 1
305066 15 / 26
NL
Afb. 2
305066 / 305068
Technische Gegevens
16 / 26 305066
Installatie en bediening
NL
1. Binnenverlichting (2 lampen)
2. Voorruit: afgerond
3. Ventilatie-openingen
4. Thermometer
5. Verwarmingselement (2x)
6. Dwarsbalkjes voor GN-containers
7. Openingen voor de luchttoevoer
8. Afdekking van de onderhoudsruimte
9. Behuizing
10. Reclame- en prijzenpaneel met
verlichting
11. Planchet
12. Schuifdeuren (2x)
13. Poten (4x)
14. Condenslade
15. Bedieningselementen
VOORZICHTIG!
In het geval van onjuiste installatie, bediening, onderhoud of bij het niet
juist hanteren van het apparaat kan dat leiden tot letsel en
beschadigingen.
De plaatsing en de installatie, alsook reparaties mogen uitsluitend worden
uitgevoerd door een geautoriseerde technische service volgens de
geldende voorschriften in het land van plaatsing.
AANWIJZING!
De fabrikant aanvaardt geen aansprakelijkheid of garantie voor schade
die kan worden toegeschreven aan het niet naleven van de
aanwijzingen of onjuiste installatie.
Beschrijving afb. 2
5 Installatie en bediening
5.1Installatie
305066 17 / 26
Installatie en bediening
NL
VOORZICHTIG!
Gevaar voor verstikking!
Houdt verpakkingsmateriaal zoals plasticfolie en piepschuim uit handen
van kinderen.
Uitpakken / plaatsing
• Pak het apparaat uit en verwijder alle externe en interne verpakkingselementen
en transportbeveiliging.
• Als er beschermfolie op het apparaat zit, verwijdert u deze. De folie dient
langzaam van het apparaat te worden getrokken zodat er geen lijmresten
achterblijven. Eventuele lijmresten verwijderen met een geschikt oplosmiddel.
• Pas op dat u het typeplaatje en de waarschuwingsinstructies op het apparaat
niet beschadigt.
• Het apparaat nooit in een vochtige of natte omgeving neerzetten.
• Het apparaat moet zo worden ingesteld dat de verbindingen gemakkelijk
toegankelijk zijn om snel uit te schakelen als dat nodig is.
• Plaats het apparaat op een oppervlak met de volgende eigenschappen:
– recht, met voldoende draagkracht, bestand tegen water, droog en
bestand tegen hoge temperaturen
– groot genoeg om probleemloos met het apparaat te werken
– goed bereikbaar
– goede ventilatie.
• Houd een afstand van minstens 20 cm tot brandbare wanden en objecten.
18 / 26 305066
Installatie en bediening
NL
Aansluiting op het lichtnet
• Controleer of de technische specificaties van het apparaat (zie naamplaatje)
overeenstemmen met de gegevens van de lokale stroomvoorziening.
• Sluit het apparaat aan op een enkele, voldoende beschermde aansluiting met
een beveiligd contact. Sluit het apparaat niet aan op een meervoudige
aansluiting.
• Leg de verbindingskabel zo dat niemand erop kan lopen of erover kan struikelen.
• Controleer na de elektrische aansluiting of de voedingsspanning tijdens het
gebruik niet ±10% afwijkt van de nominale waarde die op het typeplaatje staat
aangegeven.
• Voor zijn eigen veiligheid moet het apparaat correct worden geaard.
• Volgens de geldende voorschriften is voor de installatie van het apparaat een
meerpolige schakelaar vereist, die zich tussen het apparaat zelf en de
netspanning moet bevinden, met een contactscheiding van ten minste 3 mm per
pool. Deze schakelaar moet gemakkelijk toegankelijk zijn.
• De gebruikte aansluitkabel is van het type H07RN-F 3Gx2,5 mm²
(305066+305068) of 3Gx1,5 mm² (305067), lengte ongeveer 2,8 meter. Als een
aansluitkabel wordt vervangen, moet een kabel met dezelfde of betere
eigenschappen worden gebruikt.
• Vervanging van een beschadigde aansluitkabel moet worden uitgevoerd door
een gekwalificeerde technicus.
• De stekker moet gemakkelijk bereikbaar zijn om het apparaat zo nodig snel van
het stroomnet te kunnen loskoppelen.
305066 19 / 26
Installatie en bediening
NL
VERWITTIGING
Risico op brandwonden!
Tijdens de werking worden de behuizing, de glazen ruiten en de planken
zeer heet en blijven ze nog enige tijd na het uitschakelen heet.
Raak de hete delen van het apparaat tijdens de werking en onmiddellijk
na het uitschakelen niet aan.
Het servies of de containers worden tijdens het gebruik erg heet.
Gebruik vaatdoeken of beschermende handschoenen om hete gerechten
eruit te halen.
5.2 Bediening
• Vóór het gebruik van het apparaat dient deze te worden g ereinigd volg ens de aanwijzi ngen in punt 6 „R einiging“. Zorg ervoor dat er geen water in de ele ktrische installatie en de verdeelkast kom t. Droog het apparaat en de accessoires g rondig af!
• Plaats de bodemafdekking in de bak. D e afdekking fungeert als afstandhouder tusse n het verwarmingselement en de ba k voor etensresten enz.
• Plaats de schakelkast met verwarmingsele ment voorzichtig op de achterkant van h et apparaat. De pen aan de onder kant van de schakelkast moet in het gat i n het hoofdapparaat komen. Dan is de sch akelkast correct geplaatst.
Waarschuwingstips
• Vóór het gebruik van het apparaat dient deze te worden g ereinigd volg ens de aanwijzi ngen in punt 6 „R einiging“. Zorg ervoor dat er geen water in de ele ktrische installatie en de verdeelkast ko mt. Droog het apparaat en de accessoires grondig af!
• Plaats de bodemafdekking in de bak. D e afdekking fungeert als afstandhouder tusse n het verwarmingselement en de ba k voor etensresten enz.
• Plaats de schakelkast met verwarmingsele ment voorzichtig op de achterkant van het apparaat. De pen aan de onder kant van de schakelkast moet in het gat in het hoofdapparaat komen. Dan is de sc hakelkast correct geplaatst.
Vóór gebruik
1. Vóór het eerste gebruik van het apparaat, dient het apparaat te worden
gereinigd volgens de aanwijzingen in punt 6 “Reiniging”.
2. Droog het apparaat grondig.
3. Bevestig de condenslade weer aan het apparaat.
20 / 26 305066
Installatie en bediening
NL
3. Draai de knop (A) naar stand (B).
Het oranje controlelampje (C), de
binnenverlichting en de reclame- en
prijsbordverlichting gaan branden en de
binnenventilatie start.
Afb.3
De temperatuur in de warmtekast kan worden
afgelezen op de thermometer in het toestel.
OPGELET!
Volgens de huidige richtlijnen ligt de
verwachte bewaartemperatuur voor warme
levensmiddelen tussen +60°C en +65°C.
Afb.4
• Plaats de schakelkast met verwarmingsele ment voorzichtig op de achterkant van h et apparaat. De pen aan de onder kant van de schakelkast moet in het gat i n het hoofdapparaat komen. Dan is de sch akelkast correct geplaatst.
Inbedrijfstelling van het apparaat
1. Sluit het apparaat aan op een geschikt enkelvoudig stopcontact.
2. Om de warmhoudvitrine te starten, gebruikt u de knop om de volgende
instellingen in te voeren.
Door de knop (A) verder te draaien naar de gewenste temperatuurinstelling (30 °C 110 °C) start de verwarming, het rode verwarmingslampje (D) gaat branden en blijft
branden totdat de ingestelde temperatuur is bereikt.
Wanneer de knop (A) in stand (E) wordt gedraaid, blijven alleen de verlichtingslampjes branden.
305066 21 / 26
Installatie en bediening
NL
Afb.5
Afb. 6
Het warm houden van gerechten
1. Maak ondertussen het nodige warme eten klaar en vul er de passende GNcontainers of borden (serveerborden, enz.) mee.
2. Plaats het voedsel op een plank of op een oppervlak voor het neerzetten van
GN-containers.
Maaltijden worden gedurende de benodigde tijd warm gehouden op de
geselecteerde temperatuur. Als de temperatuur in de warmhoudvitrine daalt,
schakelt de verwarming weer in en wordt het toestel opnieuw verwarmd tot de
ingestelde temperatuur. Het rode controlelampje voor heropwarming (D) blijft
branden totdat de ingestelde temperatuur is bereikt en gaat dan uit.
3. Verwijder indien nodig vaatwerk via de hef- of schuifdeur aan de gebruikerszijde
van het toestel.
4. Serveer warme gerechten.
5. Sluit de hef- of schuifdeuren om het verlies van warme lucht in de
warmhoudvitrine te beperken.
Uitschakelen van het apparaat
1. Als het apparaat niet meer wordt gebruikt, verwijdert u al het vaatwerk.
2. Draai de knop naar de stand OFF.
3. Haal het apparaat van het lichtnet (trek de stekker uit het stopcontact!).
22 / 26 305066
Reiniging en onderhoud
NL
6 Reiniging en onderhoud
6.1 Aanwijzingen betreffende de veiligheid tijdens het
reinigen
• Voordat het apparaat kan worden gereinigd, dient het apparaat van het lichtnet
te worden gehaald.
• Het apparaat geheel laten afkoelen.
• Zorg ervoor dat er geen water in het apparaat komt. Dompel het apparaat niet in
water of andere vloeistoffen om het te reinigen. Gebruik geen waterstraal onder
druk om het apparaat te reinigen.
• Gebruik geen scherpe of metalen voorwerpen (mes, vork, enz.) om het apparaat
schoon te maken. Scherpe voorwerpen kunnen het apparaat beschadigen en
leiden tot elektrische schokken wanneer ze in contact komen met geleidende
componenten.
• Gebruik geen schuurmiddelen, oplosmiddelen of bijtende schoonmaakmiddelen.
Dit kan het oppervlak beschadigen.
6.2 Reiniging
1. Het apparaat regelmatig reinigen aan het eind van de werkdag of als het nodig
is ook in de tussentijd of als het apparaat langere tijd niet is gebruikt.
2. Verwijder alle voedselcontainers, GN container dwarsbalken en plank uit het
apparaat.
3. Trek de condenslade uit en maak deze leeg.
4. Reinig de verwijderde onderdelen (dwarsbalken van GN-containers, schap,
condenslade) en gebruikte GN-containers met warm water en een mild
afwasmiddel.
5. Spoel gereinigde elementen in schoon water.
6. Droog ten slotte alle gereinigde onderdelen grondig af met een zachte doek.
7. De warmhoudvitrine moet aan de binnenkant grondig worden gereinigd met een
zachte vochtige doek. Als het nodig is, een mild reinigingsmiddel gebruiken.
8. Veeg het af met een schoon, vochtig doekje.
WAARSCHUWING!
Gevaar voor elektrische schokken door delen van het apparaat die onder
spanning staan!
Zorg ervoor dat er geen vloeistoffen op de verwarmingselementen en
ventilatieopeningen in het apparaat terechtkomen.
305066 23 / 26
Reiniging en onderhoud
NL
9. Til indien nodig de voorruit op om deze
te reinigen (afb. hieronder).
OPGELET!
Om mogelijke schade aan het glas
en de handgreep te voorkomen,
moet de voorruit langzaam worden
opgetild en neergelaten!
Afb.7
10. Veeg het glas aan de buitenkant en de behuizing van het apparaat schoon met
een zachte, vochtige doek.
11. Veeg het bedieningspaneel, het aansluitsnoer en de stekker alleen met een licht
vochtige doek schoon.
12. Droog ten slotte alle gereinigde oppervlakken grondig af met een zachte doek.
13. Bevestig de verwijderde onderdelen weer aan het apparaat.
14. Als het apparaat gedurende lange tijd niet wordt gebruikt, reinig het dan zoals
hierboven beschreven, droog het grondig af en laat de hef- of schuifdeur open,
zodat zich geen onaangename geuren of schimmel in het apparaat kunnen
vormen.
6.3 Onderhoud
• Om de functionaliteit van het apparaat voor lange tijd te garanderen, moeten de
volgende handelingen regelmatig (twee keer per jaar) door gekwalificeerd
personeel worden uitgevoerd:
– controleer de elektrische kabels bij de connectors op losse verbindingen;
– controleer de werking van het elektrische systeem. Als de aansluitkabel
beschadigd is, moet hij om veiligheidsredenen worden vervangen,
– controleer de werking van thermostaat en de sondes;
24 / 26 305066
Reiniging en onderhoud
NL
Afb.8
– reinig het lampdeksel (T) (fig. 6) om de binnenverlichting werkend te
houden;
– maak de luchtmantel van de ventilator (S) en de ventilatorbladen schoon;
til hiervoor de voorruit (M) op, verwijder het reclamepaneel (N) door de
schroeven (Q) los te draaien en draai vervolgens de schroeven (R) van
de luchtdeflector (S) los;
– om de lamp van het reclame-/prijspaneel te vervangen, verwijdert u de
voorruit (M) en het reclame-/prijspaneel (N) door de betreffende
schroeven (Q) los te draaien;
– om de binnenverlichting of de bijbehorende starter te vervangen,
verwijdert u het lampdeksel (T) door de schroeven (U) los te draaien;
– om de verwarmingselementen, ventilatoren, lampensmoorspoelen,
reclamelampstarters te vervangen, verwijdert u het deksel van het
onderhoudsgedeelte (O) door de schroeven (P) los te draaien;
– om bij de thermostaat en de schakelaar te komen, verwijdert u het
dashboard door de bijbehorende onderste schroeven los te draaien.
305066 25 / 26
Verwijdering
NL
Elektrische apparaten zijn gemarkeerd met dit symbool.
Elektrische apparatuur moet op een correcte en
milieuvriendelijke manier worden verwijderd en gerecycled.
Niet-gevaarlijke apparaten mogen niet bij het huishoudelijk
afval worden gegooid. Koppel het apparaat los van de
voeding en verwijder de verbindingskabel van het apparaat.
7 Verwijdering
Elektrische apparaten
Elektrische apparaten moeten naar aangewezen inzamelpunten worden gebracht.
26 / 26 305066
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.