Lees voor het gebruik de gebruiksaanwijzing door en bewaar
hem op een goed bereikbare plaats!
GEVAAR!
Het signaalwoord GEVAAR waarschuwt voor gevaren die leiden tot
ernstige verwondingen of overlijden als ze niet worden vermeden.
Diese Bedienungsanleitung beschreibt di e Installation, Bedienung und Wartung des Geräts und gilt als wichtige Informationsqu elle und Nachschlagewerk. Die Ke nntnis aller enthaltenen Sicherheitshinw eise und Handlungsanweisungen schafft die Voraussetzung für das sichere und sachgerechte Arbeiten mit de m Gerät. Darüber hinaus müssen die für de n Einsatzbereich des Geräts geltenden örtli chen Unfallverhütungsvorschriften u nd allgemeinen Sicherheitsbestimmungen eingehalten werden. Diese Bedienungs anleitung ist Bestandteil des Prod ukts und muss in unmittelbarer Nähe d es Geräts für das In¬stallations-, Bedie nungs-, Wartungs- und Reinigungspers onal jederzeit zugänglich auf¬bewahrt werde n. Wenn das Gerät an eine dritte Pers on
weitergegeben wird, muss die Bedienungsa nleitung mit ausgehändigt werden.
Deze handleiding bevat de beschrijving van de installatie, de bediening en het
onderhoud van het apparaat en dient als belangrijke informatiebron en naslagwerk.
De kennis en het in acht nemen van alle hier beschreven veiligheidsvoorschriften
en instructies is een voorwaarde voor veilig en juist gebruik van het apparaat.
Bovendien zijn de bepalingen inzake ongevallenpreventie, gezondheids- en
veiligheidsvoorschriften en wettelijke voorschriften die van kracht zijn op het
toepassingsgebied van het apparaat van toepassing.
Lees deze gebruikershandleiding voordat u met het apparaat gaat werken, en vóór
de inbedrijfsstelling, om schade aan personen en zaken te voorkomen. Onjuist
gebruik kan beschadigingen veroorzaken.
Deze handleiding is een integraal onderdeel van het product en moet in de directe
nabijheid van het apparaat worden bewaard en te allen tijde beschikbaar zijn.
Wanneer het apparaat wordt overgedragen, is het ook noodzakelijk deze
gebruiksaanwijzing erbij te leveren.
1 Veiligheid
Het apparaat is gemaakt volgens de laatste stand van de techniek. Het kan echter
een bron van gevaar vormen als het apparaat niet in overeenstemming met zijn
bestemming gebruikt wordt. Alle personen die het apparaat gebruiken, moeten zich
houden aan de aanbevelingen en veiligheidsaanwijzingen in deze handleiding.
1.1 Symboolverklaring
Belangrijke veiligheids- en technische instructies zijn in deze gebruiksaanwijzing
aangeduid door symbolen. Deze instructies moeten bij het gebruik van dit apparaat
absoluut in acht worden genomen om letsel, ongelukken, of materiële schade te
vermijden.
2 / 20 105829
Veiligheid
NL
WAARSCHUWING!
Het signaalwoord WAARSCHUWING waarschuwt voor gevaren die
gematigd tot zwaar letsel of overlijden kunnen veroorzaken, als ze niet
worden vermeden.
VOORZICHTIG!
Het signaalwoord VOORZICHTIG waarschuwt voor gevaren die licht
of matig letsel kunnen veroorzaken, als ze niet worden vermeden.
ATTENTIE!
Het signaalwoord ATTENTIE geeft mogelijke materiële schade aan
die kan optreden als u de veiligheidsinstructies niet volgt.
OPMERKING!
Het icoon OPMERKING informeert de gebruiker over aanvullende
informatie en tips voor het gebruik van het apparaat.
, die
1.2Veiligheidsaanwijzingen
Elektrische stroom
• Een te hoge netspanning of onjuiste installatie kan leiden tot elektrische
schokken.
• Sluit het apparaat alleen aan als de specificaties op het typeplaatje
overeenkomen met de netspanning.
• Om elektrische kortsluiting te voorkomen, moet het apparaat droog worden
gehouden.
• Koppel het apparaat onmiddellijk los van het elektriciteitsnet als er tijdens het
gebruik storingen optreden.
• Raak de stekker van het apparaat niet aan met natte handen.
• Raak het apparaat nooit aan nadat het in het water is gevallen. Onmiddellijk het
apparaat van het elektriciteitsnet koppelen.
• Het herstellen en openen van de behuizing uitsluitend door specialisten en
gespecialiseerde werkplaatsen laten uitvoeren.
• Draag het apparaat niet aan de verbindingskabel.
105829 3 / 20
Veiligheid
NL
• Stel de verbindingskabel niet bloot aan warmte of scherpe randen.
• Knik, plet of knoop de verbindingskabel niet.
• Altijd de verbindingskabel volledig uitrollen.
• Plaats het apparaat of andere voorwerpen nooit op de verbindingskabel.
• Om het apparaat uit te schakelen van de elektrische voeding, altijd de stekker
vastpakken.
• Controleer de voedingskabel regelmatig op beschadigingen. Het apparaat niet
gebruiken wanneer de voedingskabel beschadigd is. Laat een beschadigde
voedingskabel vervangen door de servicedienst of een gekwalificeerde
elektricien om gevaar te voorkomen.
Brandbare materialen
• Stel het apparaat nooit bloot aan hoge temperaturen, zoals een fornuis, een
kachel, open vuur, apparaten voor het behouden van warmte, enz.
• Het apparaat moet regelmatig worden schoongemaakt om het risico van brand
te voorkomen.
• Het apparaat niet bedekken met bijv. aluminiumfolie of doeken.
• Gebruik het apparaat alleen met de hiervoor bestemde materialen en met de
juiste temperatuurinstellingen. Materialen, voedselproducten en etensresten in
het apparaat kunnen ontbranden.
• Het apparaat nooit gebruiken in de buurt van brandbare, licht ontvlambare
materialen, bijv. benzine, spiritus, alcohol. Hoge temperaturen veroorzaken
verdamping van deze materialen en als gevolg van contact met
ontstekingsbronnen kan een explosie plaatsvinden.
• In geval van brand, vóór het blussen het apparaat ontkoppelen van de voeding.
Blus het vuur nooit met water als het apparaat op het elektriciteitsnet is
aangesloten. Na het blussen zorgen voor genoeg frisse lucht.
Veiligheid tijdens de bediening van de inductiewarmhoudplaat
• Tijdens het werk wordt de warmhoudplaat erg heet.
Opmerking: Het inductiekooktoestel als zodanig genereert geen warmte
tijdens het kookproces. De temperatuur van het kookgerei warmt de
kookplaat echter op en het oppervlak blijft heet na gebruik. Geen enkel
heet oppervlakken van het apparaat aanraken.
• Het apparaat pas na volledig afkoelen verplaatsen en reinigen.
• Het is verboden hete oppervlakken met koud water of brandbare vloeistoffen te
begieten.
4 / 20 105829
Veiligheid
NL
• Leg geen metalen keukengerei, deksels, messen of andere metalen voorwerpen
op de kookzone. Na het inschakelen van het apparaat kunnen deze items heet
worden.
• Denk eraan aan dat voorwerpen die worden gedragen, zoals ringen, horloges
etc. warm kunnen worden als ze zich dicht bij de kookplaat bevinden.
• Plaats geen aluminiumfolie of metalen platen op het verwarmingsoppervlak om
oververhitting te voorkomen.
• Verwarm gesloten containers, zoals ingeblikt voedsel, niet op de kookzone van
een inductiekookplaat. De resulterende overdruk kan ervoor zorgen dat de
container of het blik kan exploderen (barsten). Ingeblikt blikvoedsel kan het
beste worden verwarmd door het te openen en in een pot te plaatsen die is
gevuld met een kleine hoeveelheid water, die op het verwarmingsveld moet
worden geplaatst om te verwarmen.
• Het oppervlak van de kookplaat is gemaakt van hittebestendig glas. In geval van
schade, zelfs als het slechts een kleine scheur is, moet het apparaat
onmiddellijk worden losgekoppeld van de voeding en moet contact worden
opgenomen met de service.
Elektromagnetisch veld
• Gemagnetiseerde items zoals creditcards, gegevensdragers en rekenmachines
mogen zich niet in de onmiddellijke nabijheid bevinden van het apparaat dat is
ingeschakeld. Een magnetisch veld kan ze beschadigen.
• Het onderste scherm mag niet worden geopend!
• Plaats kookgerei altijd in het midden van het kookveld zodat de bodem van de
pannen zoveel mogelijk het elektromagnetische veld bedekt.
• Wetenschappelijk onderzoek heeft uitgewezen dat de inductiekookplaat geen
gevaar vormt. Niettemin moeten mensen met een pacemaker minstens 60 cm
afstand houden van het werkende apparaat.
105829 5 / 20
Veiligheid
NL
Exploitatie alleen onder toezicht
• Het apparaat mag alleen onder toezicht worden geëxploiteerd.
• Blijf altijd in de directe nabijheid van het apparaat.
Bedienend personeel
• Dit apparaat mag niet worden bediend door personen (inclusief kinderen) met
beperkte fysieke, sensorische of mentale vaardigheden, evenals door personen
met beperkte ervaring en / of beperkte kennis.
• Kinderen moeten onder toezicht staan om ervoor te zorgen dat ze niet met het
apparaat spelen of het starten.
Onjuist gebruik
• Onjuist gebruik of verboden gebruik kan het apparaat beschadigen.
• Het apparaat mag alleen worden gebruikt als het zich in goede staat bevindt en
veilig werken mogelijk maakt.
• Het apparaat mag alleen worden gebruikt als alle aansluitingen zijn uitgevoerd
volgens de voorschriften.
• Het apparaat mag alleen worden gebruikt als het schoon is.
• Gebruik alleen originele reserveonderdelen. Nooit zelf het apparaat repareren.
• Verboden om veranderingen of modificaties aan het apparaat aan te brengen.
6 / 20 105829
Veiligheid
NL
1.3Gebruik volgens bestemming
Elk gebruik van het apparaat voor andere doeleinden en / of afwijkend van het
normale bedoelde gebruik zoals hieronder beschreven, is verboden en wordt
beschouwd als onbedoeld gebruik.
Het volgende gebruik is in overeenstemming met het beoogde gebruik:
– Het koken en verwarmen van gerechten met gebruik van geschikt
kookgerei.
Het apparaat kan worden gebruikt in het huishouden en op vergelijkbare plaatsen
zoals:
– in keukens voor werknemers in winkels, kantoren of soortgelijke
werkgebieden;
– landbouwbedrijven;
– door klanten van hotels, motels en andere huisvestingsvoorzieningen;
– in pensions.
1.4 Oneigenlijk gebruik
Onjuist gebruik kan leiden tot schade aan personen en zaken veroorzaakt door
gevaarlijke elektrische spanning, brand en hoge temperaturen. Met behulp van het
apparaat kan alleen werk worden uitgevoerd dat in deze handleiding wordt
beschreven.
Het volgende gebruik is niet in overeenstemming met het beoogde gebruik:
– Het verwarmen van ruimtes
– Verwarmen van brandbare, schadelijk voor de gezondheid, gemakkelijk
verdampende of soortgelijke vloeistoffen en materialen.
105829 7 / 20
Algemeen
NL
2 Algemeen
2.1Aansprakelijkheid en vrijwaring
Alle gegevens en aanwijzingen die zijn opgenomen in deze gebruiksaanwijzing zijn
samengesteld rekening houdend met de geldende voorschriften, de actuele
technische stand van zaken en onze langdurige inzichten en ervaring. In het geval
van het bestellen van speciale modellen of extra opties, en in het geval van het
gebruik van de nieuwste technische kennis, kan het geleverde apparaat onder
bepaalde omstandigheden verschillen van de uitleg en de talrijke tekeningen in
deze handleiding.
De producent is niet aansprakelijk voor de schade en storingen die zijn ontstaan als
gevolg van:
– het niet in acht nemen van de aanwijzingen,
– oneigenlijk gebruik,
– het aanbrengen van technische wijzigingen door de gebruiker,
– de toepassing van ongeoorloofde reserveonderdelen.
Wij behouden ons het recht voor om technische veranderingen in het product aan
te brengen die leiden tot verbetering van de gebruikseigenschappen en de verdere
ontwikkeling van het apparaat.
2.2 Auteursrecht
De gebruiksaanwijzing en de erin opgenomen teksten, tekeningen, foto’s en andere
afbeeldingen zijn auteursrechtelijk beschermd. Niets (ook gedeeltelijk) uit deze
uitgave mag in ongeacht welke vorm worden verveelvoudigd, verwerkt en/of
gepubliceerd zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de fabrikant.
Overtreding van het bovenstaande verplicht tot schadevergoeding. Wij behouden
ons het recht voor tot verdere vorderingen.
2.3 Conformiteitsverklaring
Het apparaat beantwoordt aan de actuele EU-normen en richtlijnen. Dit bevestigen
we in de EG-verklaring van Conformiteit. Indien gewenst, sturen we u graag de
betreffende Verklaring van Conformiteit toe.
8 / 20 105829
Transport, verpakking en opslag
NL
3 Transport, verpakking en opslag
3.1Transportinspectie
Als het apparaat afgeleverd is, onmiddellijk controleren of het compleet en zonder
transportschade is. Als er duidelijk zichtbare transportschade is, het geleverde
apparaat niet of alleen onder voorbehoud aannemen. De schade opschrijven op de
transportdocumenten/ het leveringsdocument van de leverancier. Vervolgens
reclameren. Verborgen gebreken onmiddellijk nadat ze zijn geconstateerd,
reclameren, omdat eisen tot schadevergoeding alleen binnen de reclamatieperiode
mogelijk zijn.
Neem contact op met onze klantenservice als er onderdelen of accessoires
ontbreken.
3.2 Verpakking
Gooi de buitenste doos van uw apparaat niet weg. U kunt het nodig hebben tijdens
een verhuizing, of als u het apparaat naar ons servicecentrum wilt sturen bij
schade.
De verpakking en de afzonderlijke componenten zijn gemaakt van recyclebare
materialen. In het bijzonder: kunststof folie en zakken, kartonnen verpakking.
Als u de verpakking wilt weggooien, dient u de geldende voorschriften in uw land in
acht te nemen. Verpakkingsmateriaal dat hergebruikt kan worden, recyclen.
3.3 Opslag
Zorg ervoor dat de verpakkingen verzegeld zijn tot de installatie en houd ze in
overeenstemming met de op de buitenkant aangebrachte plaatsingmarkering en
opslagmarkering. Bewaar de pakketten alleen onder de volgende voorwaarden:
– in een afgesloten ruimte
– droog en stofvrij
– verwijderd houden van corrosief materiaal
– op een plaats beschermd tegen zonlicht
– beschermd tegen mechanische schokken.
Bij langere bewaring (> 3 maanden) regelmatig de algemene toestand van alle
bestanddelen en van de verpakking controleren. Als het nodig is de verpakking
vervangen voor een nieuwe.
105829 9 / 20
Technische Gegevens
NL
Benaming:
Inductie kookplaat IK 35-EB
Artikelnummer:
105829
Materiaal:
CNS 18/10
Materiaal kookvlak:
glas
Aantal kookvlakken:
1
Afmetingen glasveld (b x d) in mm:
310 x 330
Diameter kookvlak in mm:
240
Vermogen kookvlak:
3,5 kW
Aantal vermogensniveaus:
10
Aantal temperatuurniveaus:
10
Aansluitingswaarde:
3,5 kW | 220-240 V | 50/60 Hz
Afmetingen (b x d x h) in mm:
370 x 390 x 118
Gewicht in kg:
6,5
4 Technische Gegevens
4.1Technische Gegevens
Recht op technische veranderingen voorbehouden!
Versie / eigenschappen
• Apparaataansluiting: stekkerklaar
• Soort kookvelden: inductie
• Besturing: elektronisch, draaiknop, touch
• Regulatie: vermogen, temperatuur
• Panherkenning
• Digitaal display
• Oververhittingsbeveiliging
• Aan-uitschakelaar
• Controlelampjes: aan/uit, vermogen, temperatuur
• Eigenschappen: separaat bedienvlak, kabellengte: 0,8 m
10 / 20 105829
Technische Gegevens
NL
Afb. 1
1. Kookvlak
2. Glazen kookvlak
3. Poten (4x)
4. Bedieningspaneel
5. Meerpolige verbindingsschroef
6. Ventilatie-gaten
7. Behuizing
4.2 Functies van het apparaat
De ingebouwde inductiekookplaat is bestemd voor het koken en verwarmen van
gerechten met gebruik van geschikt kookgerei.
4.3 Onderdelenoverzicht
105829 11 / 20
Installatie en bediening
NL
VOORZICHTIG!
Gevaar voor verstikking!
Houdt verpakkingsmateriaal zoals plasticfolie en piepschuim uit handen
van kinderen.
5 Installatie en bediening
5.1Installatie
Uitpakken / plaatsing
• Pak het apparaat uit en verwijder alle externe en interne verpakkingselementen
en transportbeveiliging.
• Als er beschermfolie op het apparaat zit, verwijdert u deze. De folie dient
langzaam van het apparaat te worden getrokken zodat er geen lijmresten
achterblijven. Eventuele lijmresten verwijderen met een geschikt oplosmiddel.
• Pas op dat u het typeplaatje en de waarschuwingsinstructies op het apparaat
niet beschadigt.
• Het apparaat nooit in een vochtige of natte omgeving neerzetten.
• Het apparaat moet zo worden ingesteld dat de verbindingen gemakkelijk
toegankelijk zijn om snel uit te schakelen als dat nodig is.
• Plaats het apparaat op een oppervlak met de volgende eigenschappen:
– recht, met voldoende draagkracht, bestand tegen water, droog en
bestand tegen hoge temperaturen
– groot genoeg om probleemloos met het apparaat te werken
– goed bereikbaar
– goede ventilatie.
• Houd voldoende afstand tot de randen van de tafel. Het apparaat kan kantelen
en vallen.
• Het is verboden het apparaat te monteren in de buurt van apparaten of
voorwerpen die gevoelig zijn voor magnetische velden (bijv.: radio, televisie enz.).
• Behoud een minimale. afstand van brandbare muren of andere voorwerpen van
5 -10 cm.
12 / 20 105829
Installatie en bediening
NL
Afb. 2
Inbouw
Het apparaat en de besturingseenheid zijn geschikt om in te bouwen in de
werktafel. Tijdens de montage zich houden aan de volgende aanbevelingen:
1. Selecteer voor montage een werktafelplaat gemaakt van materiaal dat bestand
is tegen hoge temperaturen om vervorming door thermische straling van het
apparaat te voorkomen.
2. Zorg ervoor dat de dikte van de werktafel overeenkomt met de
belastingvereisten (minimaal 30 mm).
3. Snijd het gat in de werktafelplaat uit zoals weergegeven in de onderstaande
afbeelding.
3. Schneiden Sie eine Öffnung in die Arbeitstischplatte nach den Angaben in der
Zeichnung unten.
4. Zorg voor voldoende ventilatie rond het apparaat, zorg ervoor dat de
ventilatieopeningen niet geblokkeerd zijn.
AANWIJZING!
De veilige afstand tussen het verwarmingsveld en de kast boven het
apparaat moet minimaal 760 mm zijn, als er geen afzuigkap aanwezig is.
105829 13 / 20
Installatie en bediening
NL
Aansluiting op het lichtnet
• Controleer of de technische specificaties van het apparaat (zie naamplaatje)
overeenstemmen met de gegevens van de lokale stroomvoorziening.
• Sluit het apparaat aan op een enkele, voldoende beschermde aansluiting met
een beveiligd contact. Sluit het apparaat niet aan op een meervoudige
aansluiting.
• Leg de verbindingskabel zo dat niemand erop kan lopen of erover kan struikelen.
• Gebruik het toestel niet met een externe timer of afstandsbediening.
5.2Bediening
De werking van de inductie-kookplaat
In inductie-kookplaten wordt elektrische spanning aangelegd op een geleidende
spoel onder glas. Dit creëert een magnetisch veld dat, als een fysiek effect, de
bodem van de schotel direct verwarmt.
Dit bespaart tijd en energie, omdat hier - zoals in het geval van traditionele
kookzones - de verwarming en de verwarming van de glasverwarmingszone niet
plaatsvindt.
Een ander voordeel - dankzij de hierboven beschreven technische kenmerken - is
een zeer korte kooktijd.
Bovendien verandert de warmtetoevoer onmiddellijk bij elke verandering van
instelling en kan deze nauwkeurig worden aangepast. De inductieverwarming
reageert zo snel op veranderingen in instellingen als een gasfornuis, omdat de
energie onmiddellijk de pot bereikt, zonder eerst andere materialen te moeten
verwarmen.
Inductietechnologie combineert deze reactiesnelheid met het fundamentele
voordeel van stroom, waardoor een nauwkeurige regeling van de warmte-invoer
mogelijk is.
14 / 20 105829
Installatie en bediening
NL
• Kookgerei van ijzer
• Pannen van geëmailleerd ijzer
• Potten / pannen van staal of
geëmailleerd gietijzer
• Gietijzeren potten / pannen
• Kookgerei van 18/0 roestvrij staal en
aluminium, indien gemarkeerd als
geschikt voor inductie (let op de
beschrijving van het kookgerei)
Vanwege de speciale werking van de
inductiewarmhoudplaat is alleen kookgerei met een
magnetiserende bodem geschikt.
Voor betere resultaten mogen alleen pannen /
potten met een diameter van 12 tot 26 cm worden
gebruikt.
4 pannen met deksel
2,0 liter, diameter 16 cm, hoogte 10,0 cm
2,7 liter, diameter 18 cm, hoogte 11,0 cm
5,1 liter, diameter 24 cm, hoogte 11,5 cm
6,1 liter, diameter 20 cm, hoogte 20,0 cm
1 koekenpan
2,8 liter, diameter 24 cm, hoogte 6,5 cm
Het juiste kookgerei
Bijvoorbeeld
Inductiekookpotten, 9-delige Bartscher pottenset
koper, tenzij ze duidelijk gemarkeerd
zijn als geschikt voor inductie
• Potten / pannen met een diameter van
minder dan 12 cm
• Kookgerei met poten
• Keramisch kookgerei
• Glazen kookgerei
Afb. 3
Ongeschikt kookgerei
Vóór gebruik
1. Vóór het eerste gebruik van het apparaat, dient het apparaat te worden
gereinigd volgens de aanwijzingen in punt 6 „Reiniging“.
2. Droog het apparaat grondig.
3. Een geschikte pan met inhoud centraal op het kookvlak zetten.
AANWIJZING!
Om gerechten te stomen of traditioneel te koken (maximale temperatuur
170 °C), dient in de vermogensmodus één van de niveaus van 1 - 10 te
worden gekozen.
Voor het bakken of braden (max. temperatuur 240 °C), dient de
temperatuurmodus te worden gekozen en de temperatuur te worden
ingesteld binnen een bereik van 60 °C tot 240 °C.
16 / 20 105829
Installatie en bediening
NL
Afb. 4
1. Digitaal display
2. LED controlelampjes vermogen
en temperatuur
3. Draaiknop
4. Positie “UIT” draaiknop
5. Keuzeknop functie vermogen /
temperatuur
Bedieningselementen / getoonde berichten
Instellingen
Vermogensmodus
1. Om het apparaat in te schakelen, draait u de draaiknop met de wijzers van de
klok mee totdat u een "klik" hoort.
Het apparaat schakelt naar de vermogensstand en het fabrieksmatig ingestelde
vermogensniveau "1" verschijnt op het digitale display.
Het LED controlelampje van de vermogensmodus (2) brandt.
1. Gebruik de draaiknop om het gewenste vermogensniveau in het bereik 1 - 10 in
te stellen.
Op de digitale display verschijnt het gekozen vermogensniveau.
105829 17 / 20
Installatie en bediening
NL
Temperatuur
1. Druk op de functiekeuzeknop (5) om van stroom- naar temperatuurmodus om te
schakelen.
Het apparaat springt op de fabrieksinstelling voor de temperatuur, die verschijnt op
de digitale display.
Het LED controlelampje voor de temperauur (2) brandt.
2. Gebruik de roterende temperatuurregelaar om het gewenste temperatuur in te
stellen.
De volgende temperatuursinstellingen zijn mogelijk:
60, 80, 100, 120, 140, 160, 180, 200, 220 en 240 °C.
AANWIJZING!
Tijdens het gebruik kunt u op elk moment wisselen tussen de
vermogensmodus en de temperatuurmodus door op de functiekeuzeknop
te drukken en het gewenste vermogen of temperatuurniveau te selecteren
met de draaiknop.
3. Draai na het koken of warmhouden de draaiknop naar de stand "UIT“.
AANWIJZING!
De inductiekookplaat schakelt automatisch uit als er gedurende 2 uur
geen instelling wordt ingesteld. De ventilator voor het koelen van de
elektronica blijft ca. 2 minuten draaien.
Oververhittingsbeveiliging
Het apparaat is uitgerust met een beveiliging tegen oververhitting. In het geval
van het overschrijden van de kritieke temperatuurgrens, schakelt het apparaat voor
de veiligheid automatisch uit.
OPGELET!
Het verwarmen van een lege pan of lege koekenpan activeert de
oververhittingsbeveiliging, een geluidssignaal klinkt en het apparaat
schakelt uit.
De foutmelding "E2" verschijnt op het digitale display.
Plaats nooit lege pannen op de kookplaat.
Als de oververhittingsbeveiliging werkt, verwijder dan de pan van de kookplaat
en laat het apparaat een paar minuten afkoelen.
Dan kan het apparaat opnieuw worden gebruikt.
18 / 20 105829
Reiniging
NL
6 Reiniging
6.1 Aanwijzingen betreffende de veiligheid tijdens het
reinigen
• Voordat het apparaat kan worden gereinigd, dient het apparaat van het lichtnet
te worden gehaald.
• Het apparaat geheel laten afkoelen.
• Zorg ervoor dat er geen water in het apparaat komt. Dompel het apparaat niet in
water of andere vloeistoffen om het te reinigen. Gebruik geen waterstraal onder
druk om het apparaat te reinigen.
• Gebruik geen scherpe of metalen voorwerpen (mes, vork, enz.) om het apparaat
schoon te maken. Scherpe voorwerpen kunnen het apparaat beschadigen en
leiden tot elektrische schokken wanneer ze in contact komen met geleidende
componenten.
• Gebruik geen schuurmiddelen, oplosmiddelen of bijtende schoonmaakmiddelen.
Dit kan het oppervlak beschadigen.
6.2 Reiniging
1. Het apparaat dient regelmatig te worden gereinigd na iedere werk dag, en
wanneer nodig, vaker.
2. De kookplaat, het bedieningspaneel en de ombouw schoon maken met een
zachte, vochtige doek en een mild, niet-schurend reinigingsmiddel.
3. Droog het gereinigde oppervlak met een zachte doek af.
4. De ventilatieopeningen aan de achterkant en onderkant van het apparaat
mogen niet verstopt zijn met vuil of stof. Ze moeten worden schoongemaakt met
een borstel of stofzuiger.
7 Mogelijke storingen
Mögliche
De onderstaande tabel beschrijft mogelijke oorzaken en methoden voor het
verwijderen van storingen of fouten die optreden tijdens de werking van het
apparaat. Neem contact op met het servicecentrum als storingen niet kunnen
worden verholpen.
Vermeld aub het artikelnummer, modelnaam en serienummer. Deze gegevens
staan op het typeplaatje van het apparaat.
105829 19 / 20
NL
Fout code
Oorzaken
Oplossingen
E0
Er is geen kookgerei op
het kookvlak of het
kookgerei is niet geschikt
Gebruik alleen geschikte pannen
E1
Het apparaat wordt te
heet (bijv. door verstopte
ventilatieopeningen)
Maak de ventilatieopeningen schoon.
Laat het apparaat afkoelen en start
opnieuw op. Als de foutcode nog
steeds op de digitale display
verschijnt, neem dan contact op met
de service.
Beschadigd onderdeel
(bijv. transistor).
Neem contact op met de service
E2
De oververhittingsbeveiliging is geactiveerd,
het apparaat schakelt uit
Het apparaat van het lichtnet halen.
De pan van het kookvlak halen. Laat
het apparaat afkoelen en herstarten.
E3
Korte stroomonderbreking
Het apparaat van het lichtnet halen.
Na enige minuten het apparaat
opnieuw aansluiten. Laat de elektricien
de elektrische aansluiting controleren.
Elektrische apparaten zijn gemarkeerd met dit symbool.
Elektrische apparatuur moet op een correcte en
milieuvriendelijke manier worden verwijderd en gerecycled.
Niet-gevaarlijke apparaten mogen niet bij het huishoudelijk
afval worden gegooid. Koppel het apparaat los van de
voeding en verwijder de verbindingskabel van het apparaat.
8 Verwijdering
Elektrische apparaten
Verwijdering
Elektrische apparaten moeten naar aangewezen inzamelpunten worden gebracht.
20 / 20 105829
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.