Deze gebruiksaanwijzing bevat de beschrijving van de installatie, de bediening en het
onderhoud van het apparaat en dient als belangrijke informatiebron en naslagwerk.
De kennis en het in acht nemen van alle hier beschreven veiligheidsvoorschriften en
instructies is een voorwaarde voor veilig en juist gebruik van het apparaat.
Daarom moeten de voor het toepassingsgebied van het apparaat geldende lokale
voorschriften inzake ongevallenpreventie en algemene veiligheidsvoorschriften worden
opgevolgd.
De gebruiksaanwijzing is een integraal onderdeel van het product en moet altijd binnen
handbereik bewaard worden, zodat deze installatie-, bedienings-, onderhouds- en
reinigingspersoneel er gebruik van kan maken.
1.2 Symboolverklaring
Belangrijke veiligheids- en technische instructies zijn in deze gebruiksaanwijzing aangeduid
door symbolen. Deze instructies moeten bij het gebruik van dit apparaat absoluut in acht
worden genomen om ongelukken, gevaar voor personen of materiële schade te vermijden.
WAARSCHUWING!
Dit symbool waarschuwt voor gevaren, die tot lichamelijk letsel kunnen leiden.
Volgt u de aangegeven veiligheidsinstructies op en wees in deze gevallen heel
voorzichtig.
WAARSCHUWING! Gevaar voor elektrische schokken!
Bij dit symbool moet men op gevaarlijke situaties letten, die elektrische schokken
kunnen veroorzaken. Als de veiligheidsvoorschriften niet worden opgevolgd, bestaat
het gevaar van lichamelijke letsel en levensgevaar.
OPGELET!
Met dit symbool worden aanwijzingen gegeven, die als zij niet in acht worden
genomen, tot beschadiging, slecht functionerenen/of storing van het apparaat
kunnen leiden.
AANWIJZING!
Dit symbool wijst op tips en informatie die wezenlijk zijn voor efficiënt en
storingsvrij gebruik van het apparaat.
WAARSCHUWING! Heet oppervlak!
Dit symbool waarschuwt ervoor dat het werkende apparaat een heet oppervlak
heeft. Veronachtzaming van de waarschuwing kan verbranding veroorzaken!
- 110 -
OPGELET! Magnetische velden!
Het onderscherm van het apparaat niet openen.
1.3 Aansprakelijkheid en vrijwaring
Alle gegevens en tips die zijn opgenomen in deze gebruiksaanwijzing zijn samengesteld
rekening houdend met de geldende voorschriften, de actuele technische stand van zaken
en onze langdurige inzichten en ervaring.
Ook de tekst van deze gebruiksaanwijzing is zo goed mogelijk vertaald. Wij zijn echter niet
aansprakelijk voor eventuele fouten in de vertaling. Doorslaggevend is de bijgevoegde
Duitse versie van deze gebruiksaanwijzing.
Het geleverde apparaat kan bij speciale bestellingen, aanvullende bestelopties of
vanwege de nieuwste technische ontwikkelingen afwijken van de hier beschreven regels
en grafische afbeeldingen. Hebt u vragen, neem dan contact op met de fabrikant.
AANWIJZING!
Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door, voordat u handelingen verricht
met het apparaat, met name voordat u het in gebruik neemt.
De producent is niet aansprakelijk voor de schade en gebreken die zijn ontstaan als
gevolg van:
- het niet in acht nemen van de aanwijzingen voor bediening en reiniging;
- oneigenlijk gebruik;
- het aanbrengen van wijzigingen door de gebruiker;
- de toepassing van ongeoorloofde reserveonderdelen.
Wij behouden ons het recht voor om technische veranderingen in het product aan te
brengen die leiden tot verbetering van de gebruikseigenschappen en de verdere
ontwikkeling van het apparaat.
1.4 Auteursrecht
De gebruiksaanwijzing en de erin opgenomen teksten, tekeningen, foto’s en andere
afbeeldingen zijn auteursrechtelijk beschermd. Niets (ook gedeeltelijk) uit deze uitgave
mag in ongeacht welke vorm worden verveelvoudigd, verwerkt en/of gepubliceerd
zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de fabrikant. Overtreding van het
bovenstaande verplicht tot schadevergoeding. Wij behouden ons het recht voor tot
verdere vorderingen.
AANWIJZING!
De inhoudelijke gegevens, teksten, tekeningen, foto’s en andere afbeeldingen
vallen onder het auteursrechten het recht op de bescherming van de industriële
eigendom. Ieder misbruik is strafbaar.
- 111 -
1.5 Verklaring van Conformiteit
Het apparaat beantwoordt aan de actuele EU-normen en richtlijnen.
Dit bevestigen we in de EG-verklaring van Conformiteit.
Indien gewenst, sturen we u graag de betreffende Verklaring van Conformiteit toe.
2. Veiligheid
In dit gedeelte wordt een overzicht gegeven van alle belangrijke veiligheidsaspecten.
Bovendien zijn er in de onderstaande hoofdstukken concrete veiligheidsvoorschriften
opgenomen (aangeduid met symbolen) om risico’s te voorkomen. Daarom moeten de
op het apparaat aangebrachte pictogrammen, tekens en opschriften in acht genomen
worden en steeds goed leesbaar gehouden.
Het in acht nemen van alle veiligheidsvoorschriften garandeert een optimale
bescherming tegen gevaren en een veilig en storingsvrij gebruik van het apparaat.
2.1 Algemeen
Het apparaat is gemaakt volgens de laatste stand der techniek. Het kan echter een bron
van gevaar vormen als het apparaat niet in overeenstemming met zijn bestemming
gebruikt wordt.
Kennis van de inhoud van deze gebruiksaanwijzing is een van de voorwaarden, om
gevaren en fouten te vermijden waardoor het apparaat veilig en storingsvrij gebruikt kan
worden. Om gevaren te vermijden en om de optimale werking te garanderen mag het
apparaat zonder uitdrukkelijke toestemming van de fabrikant niet veranderd of
omgebouwd worden.
Het apparaat mag alleen gebruikt worden als het zich in goede technische en veilige
staat bevindt.
2.2 Aanwijzingen voor de veiligheid bij het gebruik van het apparaat
De veiligheidsinstructies hebben betrekking op de EU-verordeningen, die op het tijdstip
van productie van het apparaat van kracht zijn.
Als het apparaat voor commerciële doeleinden wordt gebruikt, is de gebruiker ertoe
verplicht, om gedurende de hele exploitatieperiode van het apparaat te controleren of
de genoemde veiligheidsvoorschriften overeenstemmen met de actuele regels en om
nieuwe voorschriften na te leven.
Buiten de Europese Unie moeten de geldende veiligheidsvoorschriften en regels in acht
worden genomen van de plaats waar het apparaat gebruikt wordt.
Behalve de arbeidsveiligheidsvoorschriften uit deze gebruiksaanwijzing moeten de voor
het toepassingsgebied van het apparaat algemeen geldende veiligheidsvoorschriften,
voorschriften inzake ongevallenpreventie en de geldende richtlijnen inzake
milieubescherming in acht worden genomen en opgevolgd.
- 112 -
OPGELET!
o Het apparaat mag worden gebruik door kinderen vanaf 8 jaar en door personen
met fysieke, sensorische of verstandelijke beperkingen, met weinig ervaring en/of
kennis, wanneer dit onder toezicht gebeurt of nadat zij zijn geïnstrueerd over veilig
gebruik van het apparaat en zij begrijpen welke gevaren het gebruik van het
apparaat met zich meebrengt.
o Kinderen mogen niet met het apparaat spelen.
o Kinderen mogen het apparaat niet schoonmaken of onderhoud plegen, tenzij ze
ouder zijn dan 8 jaar en onder toezicht staan.
oKinderen jonger dan 8 jaar mogen zich niet in de buurt van het apparaat en de
aansluitingskabel bevinden.
o Deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig bewaren. Als u het apparaat overdraagt aan een
derde dient u deze gebruiksaanwijzing ook mee te geven.
o Alle personen die het apparaat gebruiken, moeten zich houden aan de aanbevelingen
en aanwijzingen uit deze gebruiksaanwijzing.
o Gebruik het apparaat uitsluitend in gesloten ruimten.
2.3 Reglementair gebruik
De veiligheid is alleen dan gegarandeerd als het apparaat gebruikt wordt in
overeenstemming met zijn bestemming.
Alle technische ingrepen, ook de montage en het onderhoud, mogen uitsluitend worden
uitgevoerd door de gekwalificeerde klantenservice.
Het apparaat is niet geschikt voor werking met een externe timer of afstandsbediening.
De inductiekookplaat is uitsluitend bestemd voor het bereiden en verwarmen van
gerechten in geschikte pannen.
De inductiekookplaat mag onder andere niet worden gebruikt voor:
- het verwarmen en koken van vloeistoffen of substanties die brandbaar,
zeer vluchtig, schadelijk voor de gezondheid etc. zijn.
OPGELET!
Elk gebruik van het apparaat voor andere en/of afwijkende doeleinden dan
waarvoor het bestemd is, is verboden en wordt aangemerkt als niet in
overeenstemming met zijn bestemming.
Alle vorderingen, ongeacht in welke vorm op de fabrikant en/of zijn gemachtigde
met betrekking tot schade die is veroorzaakt door oneigenlijk gebruik, zijn
uitgesloten.
Voor alle schade die is veroorzaakt door verkeerde bediening van het apparaat is
alleen en uitsluitend de gebruiker aansprakelijk.
- 113 -
3. Transport, verpakking en bewaring
3.1 Controle bij aflevering
Als het apparaat afgeleverd is, onmiddellijk controleren of het compleet en zonder
transportschade is. Als er duidelijk zichtbare transportschade is, het geleverde apparaat
niet of alleen onder voorbehoud aannemen.
De schade opschrijven op de transportdocumenten/ het leveringsdocument van de
leverancier. Vervolgens reclameren.
Verborgen gebreken onmiddellijk nadat ze zijn geconstateerd, reclameren, omdat eisen
tot schadevergoeding alleen binnen de reclamatieperiode mogelijk zijn.
3.2 Verpakking
Gooi het verpakkingsmateriaal van het apparaat niet weg. U kunt het eventueel gebruiken
voor het bewaren van het apparaat, bij een verhuizing of als u het apparaat bij eventuele
schade aan ons servicepunt moet sturen. Verwijder voor de ingebruikname het buitenste
en binnenste verpakkingsmateriaal volledig van het apparaat.
AANWIJZING!
Indien u de verpakking wilt weggooien, let dan op de in uw land geldende regels.
Lever het verwerkbare verpakkingsmateriaal aan voor recycling.
Controleer of het apparaat en de accessoires compleet zijn. Indien er onderdelen
ontbreken, neem dan contact op met onze Klantenservice.
3.3 Bewaring
Bewaar de gesloten verpakking tot de installatie en volgens de op de buitenkant
aangebrachte plaats- en bewaringsmarkering.
Verpakte apparaten alleen als volgt bewaren:
- Niet buitenshuis bewaren.
- Droog en stofvrij bewaren.
- Niet blootstellen aan agressieve middelen.
- Tegen straling van de zon beschermen.
- Mechanische schokken vermijden.
- Bij langere bewaring (> 3 maanden) regelmatig de algemene
toestand van alle bestanddelen en van de verpakking controleren.
Indien nodig verbeteren of vernieuwen.
- 114 -
4. Specificaties
4.1 Technische Gegevens
Naam
Inductiekookplaat IK 30S-EB
Art.-Nr.:
Uitvoering: kookvlakken: Schott Ceran, behuizing: kunststof
Aansluitwaarden: 3000 W / 230 V 50 Hz
Totaalvermogen: 3000 W als beide kookvlakken zijn ingeschakeld
Vermogensniveaus:
Afmetingen: B 290 x D 510 x H 83 mm
Gewicht: 4,5 kg
Technische wijzigingen voorbehouden!
voorste kookvlak
1 - 8 (400 - 1300 W)
105936S
achterste kookvlak
1 - 8 (500 - 1800 W)
4.2 Overzicht van onderdelen
Voorste kookvlak
①
②
③
Achterste kookvlak
②
Kookplaat
③
①
Bedieningspaneel
④
Voetjes
⑤
④
Ventilatieopeningen
⑥
⑤
⑦
⑥
⑦
Behuizing
- 115 -
30
3030
30
4.3 Bedieningselementen en functies
Knoppen en indicatoren
⑧
⑨
⑩
Digitale display voor het achterste
⑧
kookvlak
Digitale tijddisplay
⑨
Digitale display voor het voorste
⑩
kookvlak
AAN/UIT-knop
⑪
Blokkadeknop/kinderbeveiliging
Het apparaat is uitgerust met een blokkadeknop.
Nadat u het vermogensniveau hebt gekozen en de tijd hebt ingesteld, kunt u deze
knop aanraken om de functies te blokkeren. Het controlelampje boven de knop gaat
branden. Dit betekent dat de andere knoppen in de gegeven tijd niet kunnen worden
bediend (met uitzondering van de AAN/UIT-knop).
Om de blokkade op te heffen raakt u de knop opnieuw aan en houdt u hem gedurende 3
seconden vast totdat het controlelampje van de blokkadeknop dooft. Hierna kunt u
opnieuw alle knoppen bedienen.
⑮
⑭
⑬
⑫
⑬
⑭
⑮
⑫
Knoppen voor het regelen van het
voorste kookvlak
Knoppen voor het instellen van de tijd
Knoppen voor het regelen van het
achterste kookvlak
Blokkadeknop/kinderbeveiliging
⑪
- 116 -
Bescherming tegen oververhitting
Het apparaat is uitgerust met een beveiliging tegen oververhitting. Bij overschrijding
van de kritieke temperatuur schakelt het apparaat om veiligheidsredenen uit.
Aanwijzing: Zet nooit leeg kookgerei op het kookvlak. Wanneer u een lege pan of
koekenpan verwarmt wordt de beveiliging tegen oververhitting geactiveerd, er klinkt een
geluidssignaal en het apparaat schakelt uit. Op de digitale display verschijnt de
foutmelding "E2".
Verwijder in dat geval het kookgerei van de kookplaat en laat het apparaat een paar
minuten afkoelen. Daarna kunt u het apparaat weer gebruiken.
5. Installatie en bediening
5.1 Werking van inductiekookplaten
Bij inductiekokers wordt een geleiderspoel onder de glaskeramiek onder spanning
gezet. Hierbij ontstaan magneetvelden, die door een natuurkundig effect direct de
bodem van de pan verwarmen.
Dit betekent tijd- en energiebesparing, omdat niet, zoals bij gebruikelijke kookvelden,
eerst het verwarmingselement en de glaskeramiek wordt verwarmd.
Een ander voordeel vormen - op grond van de boven beschreven technische
eigenschappen - de zeer korte aankooktijden.
Verder volgt de warmtetoevoer snel elke verandering van de instelling en laat zich fijn
gegradeerd regelen. De inductiekoker reageert bij veranderingen van de instellingen
vergelijkbaar snel met een gasfornuis, omdat de energie de pan meteen bereikt, zonder
dat eerst andere materialen verwarmd moeten worden.
De inductietechniek verbindt deze reactiesnelheid met het principiële voordeel van de
stroom, om de warmtetoevoer nauwkeurig te kunnen doseren.
Overige voordelen van een inductiekoker:
• Omdat het kookveld alleen maar indirect boven de bodem van het kookgerei
verwarmd wordt, kan overlopend kookgoed niet vastbranden, ook ontstaat er
nauwelijks verbrandingsgevaar voor de gebruiker. De verwarming van het kookveld
is alleen een gevolg van het hete kookgerei.
• Als het apparaat wordt ingeschakeld zonder dat er een pan op de plaat staat of als de
pan wordt verwijderd van de plaat, dan hoort u een herhaald waarschuwingssignaal en
het apparaat schakelt zichzelf na ca. 30 seconden uit.
• Het apparaat detecteert of er zich een geschikte pan op de kookplaat bevindt. Als de
pan niet geschikt is voor inductie-kookplaten, dan vindt er geen energieoverdracht
plaats. Het apparaat schakelt zich na ca. 30 seconden uit.
• Bij gebruik van het apparaat met leeg kookgerei zorgt een temperatuursensor voor
een automatische uitschakeling.
- 117 -
5.2 Veiligheidsvoorschriften
WAARSCHUWING! Gevaar voor elektrische schokken!
Het apparaat mag uitsluitend aangesloten worden op correct geïnstalleerde,
enkelvoudige geaarde stopcontacten.
Haal de voedingskabel nooit uit het stopcontact door aan de kabel te trekken maar
pak altijd de stekker beet.
•Let erop dat de voedingskabel niet in contact komt met warmtebronnen en scherpe
randen. Laat de voedingskabel niet van de tafel of het aanrecht naar beneden hangen.
Zorg ervoor dat niemand op de kabel kan stappen of erover kan struikelen.
• De voedingskabel niet knikken, pletten of knopen en altijd volledig uitrollen.
• Plaats het apparaat of andere voorwerpen nooit op de voedingskabel.
• Kabel niet over tapijtstof of andere warmte-isoleringen leggen. Kabel niet afdekken
en uit de buurt van arbeidsbereiken houden. Apparaat niet in water dompelen.
• Gebruik dit apparaat niet, wanneer het niet correct functioneert, beschadigd is of op
de grond is gevallen.
• Geen toebehoor- en reserveonderdelen gebruiken, die niet door de fabrikant
aanbevolen werden. Deze kunnen een gevaar voor de gebruiker vormen, schade
aan het apparaat veroorzaken of tot letselschade leiden, bovendien vervalt de
garantie.
WAARSCHUWING! Gevaar door elektrische stroom!
Geen voorwerpen zoals metaaldraad of werktuigen in de ventilatiesleuven (ventilatieen afvoerlucht) steken. Dit kan tot verwondingen door stroomschokken leiden.
• De inductiekoker tijdens het koken of met heet kookgerei op het kookveld niet
verplaatsen.
• Gebruik het apparaat niet om allerlei voorwerpen op weg te zetten. Zet er bijvoorbeeld
geen lege containers op.
• Leg geen metalen keukengereedschappen, kook- of pannendeksel, messen of
andere voorwerpen uit metaal op het kookveld. Als het apparaat ingeschakeld wordt,
kunnen deze voorwerpen zich verwarmen.
WAARSCHUWING! Heet oppervlak!
Sommige elementen van het apparaat worden tijdens het gebruik erg heet. Raak
de hete onderdelen van het apparaat niet aan om verbrandingen te voorkomen.
Houd rekening met het volgende: De inductiekookplaat produceert tijdens het koken
geen warmte. De kookplaat wordt echter warm door de warmte van het kookgerei.
- 118 -
• Houd er rekening mee, dat voorwerpen zoals ringen, horloges etc. heet kunnen
worden als zij zich dicht bij het kookvlak bevinden.
• Het kookvlak is gemaakt van glas dat bestand is tegen hoge temperaturen. Koppel
het apparaat onmiddellijk los van het lichtnet zodra de oppervlakte is gebarsten
(zelf wanneer er slechts sprake is van een kleine barst), om elektrische schokken
te voorkomen. Neem contact op met de klantenservice.
• Leg tijdens de werking van het apparaat geen magnetische voorwerpen zoals
creditcards, gegevensdragers of cassettes op de kookplaat.
• Leg geen aluminiumfolie of metalen platen op de kookplaat om oververhitting te
voorkomen.
• Verwarm geen afgesloten containers zoals conservenblikjes op de inductiekookplaat.
Door overdruk kunnen dergelijke containers uit elkaar barsten. U kunt conservenblikjes
nadat ze zijn geopend, verwarmen in een pan met een klein beetje water.
• Geen brandbare (ontvlambare), zure of alkalische materialen of stoffen in de buurt
van het apparaat brengen, omdat deze de levensduur van het apparaat kunnen
verkorten en bij het inschakelen het gevaar van een ontploffing kan ontstaan.
• Wetenschappelijke tests hebben aangetoond, dat inductiekokers geen gevaar
veroorzaken. Personen met een pacemaker moeten echter op een afstand van
tenminste 60 cm van het apparaat blijven, wanneer het in bedrijf is.
5.3 Geschikt en ongeschikt kookgerei
Geschikt kookgerei
o Staal of geëmailleerd gietijzer;
o IJzer, staal of niet geëmailleerd
gietijzer;
o Edelstaal 18/0 en aluminium, wanneer
dit voor inductie als geschikt uitgewezen
is (a.u.b. beschrijving van het kookgerei
in acht nemen).
Wanneer het kookgerei niet is gemerkt, moet u controleren of het geschikt is voor
koken op een inductiekookplaat. Dit doet u door een magneet tegen de bodem
van de pan te houden. Het kookgerei is geschikt voor de inductiekookplaat,
wanneer de magneet sterk wordt aangetrokken.
Gebruik alleen pannen met een doorsnede tussen de 12 en 24 cm om het beste
resultaat te bereiken.
- 119 -
Bijvoorbeeld
Inductiekookpannen, 9-delige kookpannenset
Chroomnikkelstaal ● gietrand ● koude handgrepen
4 pannen met deksels 1 pan
2,0 Liter ● Ø 16 cm ● hoogte 10,0 cm 2,8 Liter ● Ø 24 cm ● hoogte 6,5 cm
2,7 Liter ● Ø 18 cm ● hoogte 11,0 cm
5,1 Liter ● Ø 24 cm ● hoogte 11,5 cm
6,1 Liter ● Ø 20 cm ● hoogte 20,0 cm
Bartscher bestel-nr.: A130442
Ongeschikt kookgerei
o Potten/pannen met gewelfde bodems;
o Keramiek, glas;
o Edelstaal, aluminium, brons of oper,
hetzij deze zijn uitdrukkelijk uitgewezen
voor inductiekoken;
o Potten/pannen met een diameter van
minder dan 12 cm;
o Kookgerei met voeten.
OPGELET!
Gebruik a.u.b. uitsluitend kookgerei, dat expliciet als geschikt voor inductiekookplaten uitgewezen is!
Als de inductie-kookplaat een te grote afwijking van de magnetiserende container
detecteert, dan volgt een daling van het vermogen. Hierdoor kan de beveiliging
tegen oververhitting stoppen met werken. Gebruik daarom nooit containers van
aluminium, brons of niet-metalen materialen.
5.4 Installatie en Aansluiting
• Eerst de ketel uitpakken en alle verpakkingsmaterialen verwijderen.
• Het apparaat op vlakke, zekere plek plaatsen, die voor het gewicht van het apparaat
voldoende is en die niet warmtegevoelig is.
• Plaats het apparaat nooit op een brandbare ondergrond.
• Het apparaat niet in de buurt van open vuurplaatsen, elektroovens, verwarmingen of
andere warmtebronnen opstellen.
• De ventilatieopening die dient voor de toe- en afvoer van lucht uit het apparaat mag
niet geblokkeerd of bedekt worden. Dit kan leiden tot oververhitting van het apparaat.
Houd rond het apparaat een afstand aan van minimaal 5 - 10 cm tot muren en
andere voorwerpen.
- 120 -
• Stel de inductiekoker niet op in de buurt van apparaten en voorwerpen, die gevoelig
op magneetvelden reageren (b.v.: radio's, TV's, etc.).
WAARSCHUWING! Gevaar door elektrische stroom!
Apparaat kan bij ondeskundige installatie verwondingen veroorzaken!
Vóór de installatie de gegevens van het plaatselijke stroomnet met de technische
informatie van het apparaat vergelijken (zie typeplaatje).
Apparaat alleen bij overeenstemming aansluiten!
Veiligheidsaanwijzingen in acht nemen!
• Elk elektriciteitscircuit van het stopcontact moet met minimaal 16A beveiligd zijn.
Het apparaat mag alleen aangesloten worden op een wandcontactdoos; het is niet
toegestaan om verlengsnoeren of verdeelstekkers te gebruiken.
• Plaats het apparaat dusdanig, dat u makelijk toegang heeft tot de stekker, zodat u
indien noodzakelijk het apparaat snel los kunt koppelen van het netwerk.
5.5 Bediening
Inschakelen van het apparaat
• Sluit het apparaat aan op een enkel, geaard stopcontact.
• Er klinkt een geluidssignaal en het rode controlelampje AAN / Standby boven de
AAN/UIT-knop gaat branden. Het apparaat bevindt zich nu in de waakstand.
• Plaats geschikt kookgerei met een gerecht in het midden van het gewenste
kookvlak.
OPGELET!
Zet nooit leeg kookgerei op het kookvlak. Wanneer u een lege pan of koekenpan
verwarmt wordt de beveiliging tegen oververhitting geactiveerd en het apparaat
schakelt uit.
• Druk op AAN/UIT-knop om het apparaat uit te schakelen.
AANWIJZING!
Wanneer u binnen een minuut geen enkele instelling invoert, keert het apparaat
terug in de waakstand.
- 121 -
(400 W
(500 W
Keuze vermogensniveau
• Kies met behulp van de knop of het gewenste vermogensniveau 1 - 8 voor
het gewenste kookvlak (kookvlakken). Het gekozen vermogensniveau wordt getoond
op de digitale display van het bijbehorende kookvlak.
• U kiest het vermogensniveau voor elk kookvlak apart met de desbetreffende
instelknoppen.
U vindt de waarden die bij de verschillende vermogensniveaus horen in
onderstaande tabel.
Voorste kookvlak Achterste kookvlak
Niveau
1
Vermogen
intervalwerking)
Niveau Vermogen
1
intervalwerking)
2 500 W 2 800 W
3 800 W 3 1000 W
4 900 W 4 1100 W
5 1000 W 5 1300 W
6 1100 W 6 1500 W
7 1200 W 7 1600 W
8 1300 W 8 1800 W
AANWIJZING!
Bovenstaande opgaven kunnen afwijkingen vertonen, afhankelijk van het gebruikte
kookgerei.
Instelling van de tijd
• Na de keuze van het vermogensniveau stelt u met behulp van de betreffende knoppen
de gewenste kooktijd in. Het is niet mogelijk om voor elk kookvlak de tijd apart in te
stellen. Wanneer beide kookvlakken in werking zijn, geldt de ingestelde tijd voor beide
vlakken.
• U kunt de tijd instellen in intervallen van 1 minuut (maximaal 99 minuten) met
behulp van de knoppen of . De tijd wordt getoond op de digitale display voor de
tijdsinstelling en telt af met stappen van 1 minuut. Op de digitale display wordt de
resterende tijd getoond.
• Als de ingestelde tijd is verstreken, hoort u een geluidssignaal en het apparaat
schakelt automatisch over op de waakstand.
- 122 -
AANWIJZING!
Tijdens de werking kunt u op elk moment de tijd wijzigen met behulp van de
keuzeknoppen of . Het ingestelde vermogensniveau blijft dankzij het
geheugen van het apparaat ongewijzigd.
• U kunt de wijzigingen op ieder moment invoeren. Het apparaat werkt volgens de
gegevens die als laatste zijn ingevoerd.
AANWIJZING!
Wanneer er tijdens de werking gedurende 2 uur geen enkele instelling/wijziging
wordt ingevoerd, schakelt het apparaat automatisch uit.
Het apparaat uitschakelen
• Na bereiding van het gerecht schakelt u het apparaat uit met behulp van de AAN/UIT-
knop en koppelt u het apparaat los van het stopcontact (trek de stekker eruit!).
Vertrouw niet alleen op de panherkenningsfunctie!
• Nadat u het apparaat heeft uitgeschakeld, werkt de ventilator ongeveer 1 minuut om
het apparaat af te koelen en te beschermen tegen oververhitting.
6. Reiniging en onderhoud
6.1 Veiligheidsvoorschriften
o Zowel voor reiniging als voor reparatie onderbreek voordat u het apparaat de
stroomtoevoer en het apparaat laten afkoelen.
o Gebruik geen bijtende reinigingsmiddelen en zorg ervoor, dat er geen water in het
apparaat komt.
o Het is niet toegestaan het apparaat, de kabel of de stekker in water of een andere
vloeistof onder te dompelen, om elektrische schokken te vermijden.
OPGELET!
Het apparaat is niet geschikt voor het direct uitspoelen met een waterstraal. Daarom
is het niet toegestaan het apparaat met een hoogdruk waterstraal te reinigen!
- 123 -
6.2 Reiniging
o Reinig het apparaat na afloop van de bereiding.
o Maak de kookplaat, het bedieningspaneel en de behuizing van het apparaat schoon
met een vochtig, zacht doekje en een mild, niet schurend schoonmaakmiddel.
o Gebruik uitsluitend zachte doekjes, pas nooit ruwe schuursponsjes toe die het
oppervlak van het apparaat kunnen bekrassen.
oGebruik voor het schoonmaken van het apparaat geen agressieve
schoonmaakmiddelen die benzine of oplosmiddelen bevatten en ook geen scherpe
of spitse voorwerpen.
o Gebruik na het reinigen een droog doekje om het oppervlak droog te maken en te
polijsten.
o Wanneer u het apparaat gedurende langere tijd niet gebruikt, sla het dan op op een
droge, schone plaats die beschermd is tegen vorst, zonnestralen en kinderen. Plaats
geen zware voorwerpen op het apparaat.
6.3 Veiligheidsvoorschriften voor onderhoud
oControleer de voedingskabel regelmatig op beschadigingen. Het apparaat nooit
gebruiken wanneer de voedingskabel beschadigd is. Laat een beschadigde
voedingskabel vervangen door de servicedienst of een gekwalificeerde elektricien
om gevaar te voorkomen.
o Bij schade en storingen neemt u contact op met uw verkoper of onze Klantenservice.
Let op de aanwijzingen uit punt 7 betreffende het opzoeken van de storingen.
o Onderhoud- en reparatiewerkzaamheden mogen alleen door gekwalificeerde vaklui
worden uitgevoerd, onder gebruikmaking van originele reserveonderdelen en
accessoires. Probeert u nooit zelf het apparaat te repareren!
- 124 -
7. Mogelijke storingen
Foutcode Oorzaak Oplossing
E0
E01
E02
E03
• Op het kookvlak bevindt zich
geen kookgerei of gerei dat
niet geschikt is voor
inductiekoken.
• Bovenmatige stijging van
de temperatuur van het
apparaat (bv. als gevolg
van bedekte
ventilatieopeningen).
• Beschadigd onderdeel (bv.
transistor).
• De beveiliging tegen
oververhitting heeft gewerkt,
het apparaat is
uitgeschakeld.
• Kortdurende
overspanning of
onderspanning.
• Schakel het apparaat nooit in
zonder kookgerei! Plaats
uitsluitend kookgerei op het
kookvlak dat geschikt is voor
inductiekoken.
• Maak de ventilatieopening vrij.
Laat het apparaat enige minuten
afkoelen, daarna kunt u het
opnieuw gebruiken. Indien na
afkoeling op de display nog
steeds de foutmelding te zien is,
neem dan contact op met de
leverancier.
• Neem contact op met de
leverancier.
• Haal het kookgerei van de
kookplaat. Wacht enige minuten
totdat het apparaat is afgekoeld.
Hierna is het apparaat weer klaar
voor gebruik.
• Koppel het apparaat los van
het lichtnet (trek de stekker
eruit!). Sluit het apparaat na
enkele minuten opnieuw aan.
- 125 -
8. Afvalverwijdering
Oude apparaten
Het gebruikte apparaat moet worden verwijderd in overeenstemming met in uw land
geldende voorschriften. Aanbevolen wordt om contact op te nemen met een bedrijf dat
gespecialiseerd is in verwijdering.
WAARSCHUWING!
Om misbruik en de daaraan verbonden gevaren te voorkomen, maakt u uw oude
apparaat vóór de verwijdering onbruikbaar. Het apparaat uit het stopcontact halen
en de aansluitkabel uit het apparaat verwijderen.
AANWIJZING!
Bij de verwijdering van het apparaat dient
u de in uw land geldende voorschriften in
Art.-Nr.:
Uitvoering: kookvlakken: Schott Ceran, behuizing: kunststof
Afmetingen: B 290 x D 510 x H 83 mm
Gewicht: 4,5 kg
Technische wijzigingen voorbehouden!
Montage
Het apparaat is bedoeld voor montage in een keukenwerkblad. Houd u bij de montage
aan de volgende aanwijzingen:
1. Kies voor de montage een werkblad van materiaal dat bestand is tegen hoge
temperaturen. Hiermee voorkomt u vervorming als gevolg van de warmtestraling
van het apparaat.
2. Zorg ervoor dat de dikte van het blad past bij de belasting.
105936S
3. Maak een opening in het werkblad volgens de aanwijzingen op onderstaande
afbeelding. (Afb. 1)
2.
Afb. 1
4. U kunt als alternatief voor bovengenoemde methode de inductiekookplaat ook
verzonken in het werkblad monteren, wanneer de oppervlakte is uitgevoerd in roestvrij
staal of een ander materiaal dat bestand is tegen hoge temperaturen. (Afb. 1)
- 13 -
5. Zorg voor voldoende ventilatie rondom de inductiekookplaat, de luchtinlaat en -uitlaat
niet blokkeren. Een goede ventilatie heeft positieve invloed op de levensduur van de
inductiekookplaat. (Afb. 2)
6. Aanwijzing: Een veilige afstand tussen de inductiekookplaat en de kastjes erboven
bedraagt minimaal 760 mm, wanneer niet in een afzuigkap is voorzien.
Afb. 2
Luchtinlaat
Luchtuitlaat
(alternatief)
7. Dicht de kookplaat af met een dichtmiddel om hem vast te zetten in het werkblad en
te beveiligen tegen water.