Draadloze digitale DECT−telefoon
Gebruiksaanwijzing
OSLO 501
− Veiligheidsinstructies −
1 Veiligheidsinstructies
Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door.
1.1 Bedoeld gebruik
Deze telefoon is geschikt voor telefoneren binnen een telefoonnet. Alle
overige toepassingen zijn niet−bedoeld. Eigenmachtige wijzigingen of ombouw zijn niet toegestaan. Maak het apparaat in geen geval zelf open en
probeer het niet zelf te repareren.
1.2 Standplaats
De telefoon is ontworpen voor gebruik binnenshuis en binnen een temperatuurbereik van –10 °C tot 30 °C. Het basisstation mag niet worden neergezet in vochtige ruimten zoals bad of waskeuken. Voorkom buitensporige
belasting door rook, stof, schokken, chemicaliën, vocht, hitte of directe zonnestraling. Plaats het basisstation altijd minimaal 1 meter uit de buurt van
andere elektronische apparaten, omdat anders storingen kunnen optreden.
Gebruik de handset niet op plaatsen waar ontploffingsgevaar kan heersen.
1.3 Netadapter
Gebruik alleen de bijgeleverde netadapter omdat andere netadapters de telefoon kunnen beschadigen. U mag de toegang tot
de netadapter niet versperren door meubels of andere voorwerpen.
1.4 Toestelaansluitsnoer
Let bij het vervangen van het bijgeleverde toestelaansluitsnoer op identieke stekkers.
1.5 Oplaadbare accu’s
Gooi accu’s niet in het vuur en dompel ze nooit onder in water.
1.6 Stroomuitval
Bij stroomuitval kunt u niet langer met de telefoon telefoneren. Houd voor
noodgevallen een telefoon met snoer achter de hand, die zonder externe
stroomvoorziening werkt.
1.7 Huiscentrales
U kunt de telefoon aansluiten op een huiscentrale. Er kan niet worden ge-
garandeerd dat de telefoon met elke huiscentrale functioneert.
1.8 Informatie over medische apparaten
Gebruik de telefoon niet in de buurt van medische apparaten. Beïnvloeding
van pacemakers kan niet volledig worden uitgesloten. DECT*−telefoons
kunnen in gehoorapparaten een onaangename bromtoon veroorzaken.
* DECT: Digital Enhanced Cordless Telephone = standaard voor draadloze
telefoons.
3