Audioline OSLO 50 Users Manual [nl]

Draadloze DECT−telefoon
Gebruiksaanwijzing
OSLO 50
2
OSLO 50
2
1
Inhoudsopgave
2 Telefoon in gebruik nemen 6. . . . . . . .
3 Bedieningselementen 8. . . . . . . . . . .
4 Hoe bedien ik mijn telefoon? 10. . . . . .
5 Telefoneren 12. . . . . . . . . . . . . . . . . .
6 Nummergeheugen 14. . . . . . . . . . . . .
7 Oproeplijst 15. . . . . . . . . . . . . . . . . . .
10 Instructies voor de verzorging /
garantie 20. . . . . . . . . . . . . . . . . . .
11 Trefwoordenregister 21. . . . . . . . . . . .
3
Veiligheidsinstructies
1 Veiligheidsinstructies
Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door.
Bedoeld gebruik
Deze telefoon is geschikt voor telefoneren binnen een telefoonnet. Alle overige toepassingen zijn niet bedoeld. Eigenmachtige wijzi­gingen of ombouw zijn niet toegestaan. Maak het apparaat in geen geval zelf open en probeer het niet zelf te repareren.
Standplaats
Voorkom buitensporige belasting door rook, stof, schokken, chemi­caliën, vocht, hitte of directe zonnestraling.
Gebruik de handset niet op plaatsen waar ontploffingsgevaar kan heersen.
Netadapter
Let op: Gebruik alleen de bijgeleverde netadapter omdat
andere netadapters de telefoon kunnen beschadigen. U mag de toegang tot de netadapter niet versperren door meubels of andere voorwerpen.
Oplaadbare batterijen
Let op: Gooi batterijen niet in het vuur. Gebruik alleen bat-
terijen van hetzelfde type! Let op de juiste aansluiting van de polen! Als de polen van de batterijen verkeerd zijn aan­gesloten dan bestaat gevaar voor explosie van het laad­station.
Stroomuitval
Bij stroomuitval kunt u niet langer met de telefoon telefoneren. Houd voor noodgevallen een telefoon met snoer achter de hand, die zonder externe stroomvoorziening werkt.
4
Veiligheidsinstructies
Medische apparaten
Let op: Gebruik de telefoon niet in de buurt van medische
apparaten. Beïnvloeding kan niet volledig worden uitges­loten.
DECT1−telefoons kunnen in gehoorapparaten een onaangename
bromtoon veroorzaken.
Afdanken
Als u het toestel wilt afdanken dan brengt u het naar een inzamelingspunt (bijv. milieustraat). Het nevenstaande pic­togram betekent dat u het apparaat in geen geval in het huisvuil mag gooien! Volgens de wet op elektrische en elektronische apparaten zijn eigenaars van oude appara­ten verplicht om oude elektrische en elektronische ap-
paraten naar een gescheiden afvalinzameling te brengen. Batterijen brengt u naar verkooppunten of naar hiervoor
aangewezen inzamelingspunten, waar speciale bakken klaar staan. Verpakkingsmaterialen voert u volgens de plaatselijke voorschriften af.
1
DECT: Digital Enhanced Cordless Telecommunications = stan-
daard voor draadloze telefoons.
5
Telefoon in gebruik nemen
2 Telefoon in gebruik nemen
Veiligheidsinstructies
Let op: Lees vóór de ingebruikneming beslist de veilig-
heidsinstructies in hoofdstuk 1.
Inhoud van de verpakking controleren
In de verpakking treft u het volgende aan:
2
Inhoud
Basisstation met netadapter 1 1 1 1
Oplaadstation met netadap­ter
Handset 1 2 3 4
Toestelaansluitsnoer 1 1 1 1
Batterijen 2 4 6 8
Gebruiksaanwijzing 1 1 1 1
Basisstation aansluiten
Let op: Plaats het basisstation altijd minimaal 1 meter uit
Sluit het basisstation aan zoals weergegeven in de tekening. Ge­bruik voor de veiligheid alleen de bijgeleverde netadapter en het bijgevoegde toestelaansluitsnoer.
1
Op www.audioline.de leest u of deze telefoon al leverbaar is.
6
OSLO 50−X
50 50−2 150−3 150−4
1 2 3
de buurt van andere elektronische apparaten, omdat an­ders storingen kunnen ontstaan.
Stopcontact
Telefoonaansluitdoos
1
Telefoon in gebruik nemen
Oplaadstation aansluiten
Sluit het oplaadstation aan zoals weergegeven in de teke­ning. Gebruik in verband met de veiligheid alleen de bijgeleverde netadapter.
Batterijen plaatsen
Leg de batterijen in het geopende batterijvak. Gebruik alleen batterijen van het type AAA Ni−MH 1,2 V. Let op de juiste aansluiting van de polen! Sluit het batterijvak.
Batterijen opladen
Laat de handset bij de eerste ingebruikneming minimaal
14 uur in het basisstation / oplaadstation staan.
Als u de handset op de juiste manier in het basisstation / oplaadsta­tion plaatst dan hoort u een bevestigingstoon en licht de oplaadindi­cator op. De handset wordt warm bij het opladen. Dit is normaal en ongevaarlijk. Laad de handset nooit op met opladers van andere fa­brikanten. De actuele batterijstatus wordt weergegeven op het dis­play:
Vol Halfvol Zwak Leeg
1
Stopcontact
3
1
Geldt alleen voor telefoonsets met minimaal twee handsets
’Inhoud van de verpakking’ op pagina 6.
7
Loading...
+ 15 hidden pages