ATAG ZX4574M User Manual

Gebruiksaanwijzing
oven
Instructions for use
oven
ZX4574M
ZX6574M
NL Handleiding NL 3 - NL 47
EN Manual EN 3 - EN 47
Gebruikte pictogrammen - Pictograms used
Belangrijk om te weten - Important information
INHOUD
Uw oven
Eerste gebruik
Bediening
Gebruik
Reinigen
Inleiding 4
Bedieningspaneel 5
Beschrijving 6
Aanraakscherm 9
Hoofdschermen 10
Functie-instelscherm 12
Stand-by scherm 13
Eerste gebruik 14
Gebruik van het ‘Plus’ menu 16
Toetsenbord openen 18
Ovenfunctie 19
Een ‘Extra’s’ functie gebruiken 21
Snel voorverwarmen 22
Functies tabel 23
Culisensor 27
Uitgestelde start 30
Meerfase koken 31
Aanvullende functies 34
Instellingen 38
Het toestel reinigen 40
Stoomreinigen 40
Pyrolyse 41
Inschuifgeleiders verwijderen en reinigen 42
Ovenlamp vervangen 42
Demonteren ovendeur 43
Demonteren ovenruit 44
Problemen oplossen
Algemeen 45
Uw oven en het milieu
Afvoer van het apparaat en de verpakking 47
NL 3
UW OVEN
Inleiding
Gefeliciteerd met uw keuze voor deze Atag oven.
In het ontwerp van dit product heeft eenvoudige bediening en optimale
gebruiksvriendelijkheid centraal gestaan. De oven biedt een uitgebreide
reeks instellingen, zodat u altijd de juiste bereidingswijze kunt kiezen.
In deze handleiding leest u hoe u deze oven het best kunt
gebruiken. Naast informatie over de bediening, vindt u hier ook
achtergrondinformatie die u tijdens het gebruik van het apparaat van
pas kan komen.
Lees eerst de afzonderlijke veiligheidsinstructies voordat u het apparaat gaat gebruiken!
Lees deze gebruikershandleiding door voordat u het apparaat
in gebruik neemt, en berg de handleiding daarna veilig op voor
toekomstig gebruik.
De installatie-instructies worden afzonderlijk meegeleverd.
NL 4
UW OVEN
Bedieningspaneel
01 03
10 15
10 10 2015
040502
01. Aan/uit toets; te bedienen om:
▷ het toestel in te schakelen.
▷ het toestel naar de stand-by te schakelen.
▷ het toestel uit te schakelen. Houd hiervoor de ‘Aan/uit toets’
ingedrukt tot het toestel uitschakelt.
02. X toets; te bedienen om:
▷ een stap terug in het menu te gaan.
▷ een pop-up met “nee” te beantwoorden of te sluiten.
▷ een menu of functie te annuleren of te sluiten.
03. Toetsvergrendeling; te bedienen om:
▷ het bedieningspaneel schoon te maken of om te voorkomen dat
het toestel ongewenst in werking treedt. Houd hiervoor de toets
ingedrukt tot de toetsvergrendeling inschakelt.
04. Bevestigingstoets; te bedienen om:
▷ instellingen te bevestigen
▷ een functie te starten.
▷ een pop-up met “ja” te beantwoorden of te sluiten.
05. Aanraakscherm/display
NL 5
UW OVEN
Beschrijving
1. Bedieningspaneel
2. Inschuifniveaus
▷ ZX6574M: 5 niveaus*
▷ ZX4574M: 4 niveaus
3. Ovendeur
4. Deurgreep
Niveau 5* Niveau 4
Niveau 3
Niveau 2
Niveau 1
3
4
1
2
NL 6
Het volgende toebehoren wordt bij uw toestel geleverd:
• Bakplaat; wordt gebruikt voor gebak en cakes.
• Ovenrooster; wordt vooral gebruikt voor het grillen.
Het ovenrooster kan ook gebruikt worden om een schaal of
pan met een gerecht op te plaatsen.
Het ovenrooster is uitgerust met een veiligheidsnok. Til het rooster
aan de voorkant iets op en schuif het vervolgens uit de ovenruimte.
• Diepe bakplaat; wordt gebruikt voor het braden van vlees en het
bakken van vochtig gebak. De diepe bakplaat kan ook gebruikt
worden als vangschaal. Plaats, om te grillen of om als vangschaal
te gebruiken, de diepe bakplaat op het eerste niveau.
UW OVEN
Culisensor
• De culisensor meet de kerntemperatuur van het gerecht.
Wanneer de gewenste temperatuur is bereikt stopt het
kookproces automatisch.
Inschuifgeleiders
• De oven heeft vier of vijf inschuifniveaus (niveau 1 t/m 4/5).
Niveau 1 wordt voornamelijk gebruikt in combinatie met
onderwarmte. De niveaus 3 en 4/5 worden voornamelijk gebruikt
voor de grillfunctie.
• Plaats het ovenrooster of bakplaat in de opening tussen de
draadprofielen van de inschuifgeleiders.
Telescoopgeleider
• Een aantal inschuifniveaus heeft een volledig uittrekbare
telescoopgeleider. Trek de telescoopgeleider geheel uit de
ovenruimte en plaats hierop het ovenrooster of de bakplaat.
Schuif vervolgens de geleider met ovenrooster of bakplaat in
de ovenruimte.
Sluit de ovendeur pas wanneer de telescoopgeleiders helemaal in
de ovenruimte geschoven zijn.
Pyrolyse geleider
• Gebruik deze voor pyrolyse-reiniging. Plaats deze geleiders
indien u ook de bakplaat met pyrolyse wilt reinigen.
• Let op; door de hoge temperatuur tijdens pyrolyse zullen
de geleiders verkleuren.
NL 7
UW OVEN
Draaispit
Wordt gebruikt voor het braden van gerechten zoals rollade of kip
Het draaispit bestaat uit een spit met 2 klemmen, een verwijderbare
handgreep en een spitrooster dat past in het midden van de oven.
Het spit past in de draaispitmotor in de achterwand van de oven.
• Schuif de diepe bakplaat in niveau 1 om jus of vet op te vangen.
• Schuif één van de klemmen op het spit en schuif daarna het te
roosteren vlees aan het spit.
• Plaats de spitrooster in het middelste niveau van de oven met de
‘v’-vorm aan de voorzijde.
• Om het plaatsen van het spit te vergemakkelijken kan de handgreep
op het stompe eind van het spit geschroefd worden.
• Leg het spit op de spitrooster met het puntige uiteinde van u
af. Zachtjes aanduwen totdat het spit in de draaispitmotor in de
achterwand valt. Het stompe uiteinde van het spit moet in de
‘v’-vorm rusten. (Het spit heeft twee inkepingen die zich beide aan
de kant van de ovendeur moeten bevinden zodat het spit op zijn
plaats blijft. De inkepingen dienen ook als grip voor de handgreep.)
• De draaispitmotor begint automatisch te draaien wanneer een
functie met grill is gestart.
• Verwijder de handgreep voor het bakken of braden. Daarna kunt u
de handgreep weer aan het spit schroeven om deze gemakkelijk uit
de oven te verwijderen.
NL 8
Deur
• De deurschakelaars onderbreken de werking van de oven wanneer
de ovendeur tijdens het gebruik wordt geopend. Bij sluiten van de
deur vervolgt de oven zijn werking.
• Deze oven heeft een ‘Soft close’ deursysteem. Dit zorgt ervoor dat
de deur vanzelf en gedempt vanaf een bepaalde hoek sluit.
Koelventilator
• Het apparaat is uitgerust met een koelventilator die de behuizing en
het bedieningspaneel koelt.
UW OVEN
Aanraakscherm (touch screen)
• Bedien het aanraakscherm van uw oven door erop te tikken of te
vegen.
• Tik op het scherm om een functie te openen of een instelling aan te
passen.
• Veeg over het scherm om meer informatie/opties te tonen of een
instelling aan te passen.
Tikken: Vegen:
EXTRA’SOVEN
Raak voor de beste werking de toetsen aan met een groot deel van een
vingertop. Steeds wanneer u tijdens gebruik op een toets tikt klinkt er
een korte toon (tenzij dit in de instellingen is aangepast).
SNEL VOOR­VERWARMEN
10:15
PROGRAMMA’S
180
Hetelucht
10:15
:
31
°C
:
30
NL 9
UW OVEN
10:15
Hoofdschermen
Startscherm
01
02
03
EXTRA’SOVEN
SNEL VOOR-
VERWARMEN
05
06
07
04
Plus menu (01)
• Tik op het plus symbool om het ‘Plus’ menu te openen. De inhoud
van dit menu past zich aan naar gelang de mogelijkheden op dat
moment in de bediening.
Oven (02)
• Tik op ‘OVEN’ om het ovenfunctie menu te openen.
Kookwekker (03)
• Tik op het kookwekker symbool om het kookwekker menu te
openen.
De kookwekker kan onafhankelijk van een ovenfunctie worden
gebruikt.
▷ De langst mogelijke wekkertijd is 24 uur.
▷ Wanneer de kookwekker afloopt, verschijnt er een pop-up en
klinkt er een geluidssignaal.
▷ Tik op de X toets, bevestigingstoets of het scherm om het
geluidssignaal uit te schakelen en de pop-up te sluiten.
Het geluid stopt ook automatisch na ongeveer 1 minuut.
NL 10
Extra’s (04)
• Tik op ‘EXTRA’S’ om de extra functies van het toestel te tonen.
Tijd (05)
• Hier wordt de dagtijd getoond.
10:15
UW OVEN
Snel voorverwarmen (06)
• Tik op ‘SNEL VOORVERWARMEN’ om de snel voorverwarmen
functie te openen.
Verlichting (07)
• Tik op het ‘lamp’ symbool om de ovenverlichting in- of uit te
schakelen.
• De ovenverlichting gaat ook branden wanneer u de ovendeur opent
of een bereiding start. De ovenverlichting dooft automatisch (tenzij
dit in de instellingen is aangepast).
Extra’s scherm
05
PROGRAMMA’S VERWARMEN
PYROLYSE
REINIGENONTDOOIEN
04
0201 03
Ontdooien (01)
• Tik op ‘ONTDOOIEN’ om de ontdooifunctie te openen.
Pyrolyse (02)
• Tik op ‘PYROLYSE’ om de pyrolyse functie te openen.
Reinigen (03)
• Tik op ‘REINIGEN’ om de reinigingsfunctie te openen.
Verwarmen (04)
• Tik op ‘VERWARMEN’ om het verwarmfuncties menu te openen.
Hier zijn bordenwarmen en warmhouden te vinden.
Programma’s (05)
• Tik op ‘PROGRAMMA’S’ om het programma’s menu te openen.
Hier zijn de favorieten en de automatische programma’s te vinden.
NL 11
PROGRAMMA´S
UW OVEN
Functie-instelscherm
04
10:15
02
01
Functie kiezen (01)
• Tik op de pijltjes boven en onder de functie of veeg over het
symbool om een functie te kiezen (zie ook ‘Toetsenbord openen’).
Temperatuur instellen (02)
• Tik op de pijltjes boven en onder de temperatuur of veeg over de
temperatuur aanduiding om een temperatuur te kiezen (zie ook
‘Toetsenbord openen’).
Bereidingstijd (03)
• Tik op het bereidingstijd symbool als u een bereidingstijd in wilt
stellen. Als hier al een bereidingstijd staat is het noodzakelijk deze
in te stellen.
• Tik op de pijltjes boven en onder de tijd of veeg over de tijd om
deze aan te passen (zie ook ‘Toetsenbord openen’).
Programma’s (04)
• Tik op ‘PROGRAMMA’S’ om het programma’s menu te openen.
Hier zijn de favorieten en de automatische programma’s te vinden.
180
Hetelucht
°C
05
03
NL 12
Info tab (05)
• Onderaan het scherm verschijnt de naam van de gekozen functie in
de tab. Tik op de tab om meer informatie over de gekozen functie
op te vragen.
UW OVEN
Stand-by scherm
02 03
01
9:27 125
05 06
Weergave tijd (digitaal/01)
• Actuele dagtijd.
Weergave tijd (analoog/02 en 03)
• Actuele dagtijd.
• De urenwijzer van de analoge klok wordt aangeduid met een
‘dichte’ cirkel (02) en de minutenwijzer met een ‘open’ cirkel (03).
Weergave datum (04)
• Actuele datum.
Weergave kookwekkertijd (05)
• De aflopende kookwekkertijd.
10 15
10 10 2015
°C
04
Weergave aflopende temperatuur (06)
• Temperatuur in de oven (restwarmte).
NL 13
EERSTE GEBRUIK
Eerste gebruik
• Reinig de ovenruimte en de accessoires met warm water en
• Het is normaal dat wanneer de oven voor de eerste keer wordt
Als de oven (voor de eerste keer) wordt aangesloten op de netspanning
moet u de ‘Taal’, ‘Tijd’ en de ‘Datum’ instellen.
Taal instellen
LANGUAGE
afwasmiddel. Gebruik geen agressieve schoonmaakmiddelen,
schuursponzen, en dergelijke.
gebruikt u een vreemde geur ruikt. Zorg daarom voor een goede
ventilatie tijdens het eerste gebruik.
Nederlands
English
Deutsch
Francais
NL 14
Stel de gewenste taal in waarin de displayteksten van het toestel
verschijnen. Standaard is “English” geselecteerd.
1. Veeg over het scherm om alle talen te bekijken.
2. Tik op een taal om deze te selecteren.
3. Druk op de bevestigingstoets om de de ingestelde taal op te slaan.
EERSTE GEBRUIK
Dagtijd instellen
TIJD
1. Tik op de pijltjes boven en onder de tijd of veeg over de tijd om
2. Tik voor snelle invoer op het midden van de tijd, er verschijnt
3. Druk op de bevestigingstoets om de ingestelde tijd op te slaan.
Datum instellen
DATUM
12:00
deze aan te passen.
dan een pop-up met toetsenbordje waarop de gewenste tijd kan
worden ingetypt (zie hoofdstuk ‘Toetsenbord openen’).
01 01 2015
DAG MAAND JAAR
1. Tik op de pijltjes boven en onder de dag, maand of het jaar of veeg
over de dag, maand of het jaar om deze aan te passen.
2. Druk op de bevestigingstoets om de ingestelde datum op te slaan.
Het toestel is nu gereed voor gebruik.
De taal, tijd en datum kunnen worden aangepast in het instellingen
menu (zie hoofdstuk “Instellingen”). Het instellingen menu is te openen
vanuit het startscherm via het ‘Plus’ menu.
NL 15
BEDIENING
10:15
Gebruik van het ‘Plus’ menu
EXTRA’SOVEN
SNEL VOOR-
VERWARMEN
Het ‘Plus’ menu bevat een aantal functies of instellingen.
De aangeboden plus functies zijn afhankelijk van het actieve scherm.
INSTELLINGEN
Ga naar de instellingen van het toestel
MEERFASE KOKEN
Combineer tot drie functies binnen één kookproces
• Vanuit het startscherm zijn de volgende functies/menu’s in het ‘Plus’
menu te vinden:
Instellingen; Stel uw gebruiksvoorkeuren in (zie hoofdstuk
‘Instellingen’).
Meerfase koken; Combineer tot drie functies binnen één
kookproces (zie hoofdstuk ‘Meerfase koken’).
NL 16
BEDIENING
SNEL VOORVERWARMEN
Verwarm de ovenruimte snel voor Plaats het gerecht nog niet
UITGESTELDE START
Het kookproces start automatisch op de gewenste tijd
MEERFASE KOKEN
Combineer tot drie functies binnen één kookproces
• Vanuit het ovenfunctie instelscherm zijn de volgende functies in het
‘Plus’ menu te vinden:
Snel voorverwarmen; Verwarm de oven snel voor op de
gewenste temperatuur binnen een kookproces (zie hoofdstuk
‘Snel voorverwarmen’).
Uitgestelde start; Het kookproces start automatisch op de door
u ingestelde tijd.
Meerfase koken; Combineer tot drie functies binnen één
kookproces (zie hoofdstuk ‘Meerfase koken’).
TOEVOEGEN AAN FAVORIETEN
Voeg de huidige instellingen toe aan de favorieten
• Wanneer een ovenfunctie is gestart zijn de volgende functies in het
‘Plus’ menu te vinden:
Toevoegen aan favorieten; Voeg de instellingen van het bereide
gerecht toe aan uw favorieten ( zie hoofdstuk ‘Aanvullende
functies’).
NL 17
PROGRAMMA’S
BEDIENING
Toetsenbord openen
Voor het snel invoeren van een functie, temperatuur of bereidingstijd
kan een toetsenbord geopend worden. Hiermee kan er snel een
instelling worden gekozen of een waarde ingetypt worden.
10:15
180
Hetelucht
°C
H:M
:
30
1. Tik op het midden van het functiesymbool, temperatuur of
bereidingstijd (geactiveerd). Het toetsenbord verschijnt.
Functie instellen
Temperatuur instellen
°C
000
1 4 5
7 8
Bereidingstijd instellen
H:M
00:00
1 4 5
7 8
3
2
6
9
3
2
6
9
NL 18
2. Typ de gewenste waarde in of tik op de gewenste waarde.
3. Indien de instelde waarde niet automatisch word bevestigd,
druk dan op de bevestigingstoets.
GEBRUIK
Hetelucht
PROGRAMMA´S
Ovenfuncties
Gebruik de ovenfuncties voor het bereiden van gerechten met behulp
van bijvoorbeeld hetelucht, onderwarmte of grill.
10:15
°C
180
• Er zijn verschillende ovenfuncties te selecteren.
• Bij elke ovenfunctie kan een temperatuur en een bereidingstijd
worden ingesteld.
• Tevens kunnen ‘plus’ menu functies zoals snel voorverwarmen,
meerfase koken en uitgestelde start worden geselecteerd.
Tik hiervoor op het plus symbool. Zie hoofdstuk ‘Gebruik van het
‘Plus’ menu’.
Een ovenfunctie gebruiken
Kies de ovenfunctie die past bij het te bereiden gerecht.
Raadpleeg hiervoor de Functies tabel. U kunt ook de info tab
raadplegen. Tik hiervoor op de tab onderaan het scherm om informatie
over de geselecteerde functie op te vragen.
1. Schakel de oven in met de ‘Aan/uit toets’.
2. Plaats het gerecht in de oven.
3. Tik op ‘OVEN’ om het ovenfunctie menu te openen.
4. Kies een ovenfunctie (zie hoofdstuk ‘Functie-instelscherm’).
5. Kies een temperatuur (zie hoofdstuk ‘Functie-instelscherm’).
6. Tik op het ‘bereidingstijdsymbool’ en kies een bereidingstijd (zie
hoofdstuk ‘Functie-instelscherm’).
De bereiding kan ook gestart worden zonder dat er een
bereidingstijd is ingesteld. Sla dan stap 6 over.
7. Kies eventueel aanvullende instellingen met het ‘Plus’ menu
(bijvoorbeeld snel voorverwarmen).
NL 19
GEBRUIK
8. Start de bereiding van het gerecht met de bevestigingstoets.
10 21
°C
165
°C
180
• De volgende waarden zijn nu af te lezen in de display:
▷ huidige temperatuur (165 °C)
▷ ingestelde temperatuur (180 °C)
▷ status indicatie tijd (buitenste cirkel)
▷ status indicatie temperatuur (binnenste cirkel)
▷ bereidingstijd (23:54)
▷ eindtijd (10:45)
• Tik tijdens de bereiding op het midden van het scherm om een
pop-up scherm met de instellingen te openen. Pas deze instellingen
indien gewenst aan.
• Aan het einde van de bereiding van een gerecht klinkt een signaal.
Het signaal is uit te schakelen door de ovendeur te openen of door
op een toets te drukken.
• De gekozen instellingen kunnen opgeslagen worden in ‘Favorieten’.
Open hiervoor ‘Toevoegen aan favorieten’ vanuit het ‘Plus’ menu
(zie ‘Opslaan van een bereidingswijze’ in het hoofdstuk ‘Aanvullende
functies’).
23:54
10:45
NL 20
10 50
°C
165
Schermweergave aan het einde van een bereiding.
0:00
GEBRUIK
Een ‘Extra’s’ functie gebruiken
Open het ‘Extra’s’ scherm om de pyrolyse reinigingsstand te
kiezen of om de oven snel voor te verwarmen. Ook kunnen een
reinigingsprogramma, verwarmfuncties of automatische programma’s
gekozen worden.
10:15
EXTRA’SOVEN
SNEL VOOR-
VERWARMEN
Tik op “EXTRA’S” om de extra functies van het toestel te tonen.
PROGRAMMA’S VERWARMEN
PYROLYSE
REINIGENONTDOOIEN
10:15
De volgende functies zijn nu te selecteren:
• Pyrolyse (zie hoofdstuk ‘Onderhoud’)
• Reinigen (zie hoofdstuk ‘Onderhoud’)
• Verwarmen (zie hoofdstuk ‘Aanvullende functies):
▷ Bordenwarmen
▷ Warmhouden
• Programma’s (zie hoofdstuk ‘Aanvullende functies):
▷ Favorieten
▷ Automatische programma’s
• Ontdooien
NL 21
GEBRUIK
PROGRAMMA’S
Snel voorverwarmen
Snel voorverwarmen
Gebruik deze functie voor het snel voorverwarmen van de oven.
Gebruik deze functie niet met een gerecht in de ovenruimte.
Wanneer de oven is voorverwarmd tot de ingestelde temperatuur, is het
voorverwarmen klaar en is de oven gereed voor het bereiden van het
gerecht.
Snel voorverwarmen gebruiken
1. Schakel de oven in met de ‘Aan/uit toets’.
2. Tik op ‘SNEL VOORVERWARMEN’ om de snel voorverwarmen
functie te openen.
10 15
°C
180
NL 22
3. Kies een temperatuur (zie hoofdstuk ‘Functie-instelscherm’).
4. Start snel voorverwarmen met de bevestigingstoets.
• Snel voorverwarmen kan ook gekoppeld worden aan een
kookproces.
• Activeer hiervoor ‘SNEL VOORVERWARMEN’ vanuit het ‘Plus’
menu in het functie-instelscherm.
• Wanneer de ingestelde temperatuur is bereikt, verschijnt er een
pop-up en klinkt er een geluidssignaal.
• Na het sluiten van de deur begin de bereidingstijd op of af te lopen.
GEBRUIK
Functies tabel
Functie Beschrijving
Ovenfuncties
Hetelucht
• Het gerecht wordt verwarmd door hete lucht die vanuit de achterkant van de oven wordt aangevoerd.
• Deze functie maakt gebruik van gelijkmatige verhitting en is ideaal voor bakken.
• Plaats de bakplaat op niveau 2.
• Aanbevolen temperatuur: 180 °C
• Voorverwarmen wordt aanbevolen.
ECO Hetelucht
• Het gerecht wordt verwarmd door hete lucht. Eco hetelucht verbruikt minder energie maar geeft hetzelfde resultaat als de hetelucht stand. De bereiding duurt een aantal minuten langer.
• Deze functie wordt gebruikt voor bakken en braden.
• Plaats de bakplaat op niveau 2.
• Aanbevolen temperatuur: 180 °C
• Door gebruik te maken van de restwarmte geeft deze stand een laag energieverbruik (conform energieklasse EN 60350-1). Bij deze functie wordt niet de werkelijke temperatuur in de oven weergegeven!
Bovenwarmte + Onderwarmte
• Het gerecht wordt verwarmd door verwarmings­elementen boven en onder in de ovenruimte.
• Deze functie is geschikt voor traditioneel bakken en braden.
• Plaats de bakplaat of het ovenrooster op niveau 2.
• Aanbevolen temperatuur: 200 °C
• Voorverwarmen wordt aanbevolen.
Raadpleeg onderstaande tabel voor het kiezen van de juiste functie.
Lees ook de instructies op de verpakking voor het bereiden van het
gerecht.
• Gebruik alleen glazen schalen die bestand zijn tegen een
temperatuur van 275 °C.
2
2
2
NL 23
GEBRUIK
Functie Beschrijving
Hetelucht + Onderwarmte
• Het gerecht wordt verwarmd met zowel hete lucht als onderwarmte.
• Deze functie wordt gebruikt voor een knapperig en bruin resultaat.
• Plaats de bakplaat of het ovenrooster op niveau 2.
• Aanbevolen temperatuur: 200 °C
• Voorverwarmen wordt aanbevolen.
Onderwarmte + Ventilator
• Het gerecht wordt verwarmd door het onderste verwarmingselement in combinatie met de ventilator.
• De warmte circuleert langs het gerecht. Deze functie wordt gebruikt voor het bakken van gistdeeggebak.
• Plaats de bakplaat op niveau 2.
• Aanbevolen temperatuur: 180 °C
Onderwarmte
• Het gerecht wordt verwarmd door het onderste verwarmingselement. Schakel deze stand in net voor het einde van de bak- of braadtijd.
• Deze functie wordt gebruikt voor gerechten die een bodemkorst of bruining nodig hebben.
• Plaats de bakplaat of het ovenrooster op niveau 2.
• Gebruik deze functie vlak voor het einde van het bakken of braden.
• Aanbevolen temperatuur: 160 °C
Bovenwarmte
• Het gerecht wordt verwarmd door het bovenste verwarmingselement.
• Deze functie wordt gebruikt voor het bruineren van de bovenlaag van gerechten.
• Plaats de bakplaat of het ovenrooster op niveau 2.
• Aanbevolen temperatuur: 150 °C
2
2
2
NL 24
GEBRUIK
Functie Beschrijving
Grill
• Het gerecht wordt verwarmd door het grillelement.
• Deze functie kan gebruikt worden voor het gratineren van boterhammen, het roosteren van brood en saucijsjes.
• Plaats het ovenrooster op niveau 4 of 5 en de bakplaat op niveau 2.
• Maximaal toegestane temperatuur is 240 °C.
• Controleer regelmatig de bereiding. Door de hoge temperatuur kan het vlees snel aanbranden.
• Verwarm 5 minuten voor.
Grote Grill
• Het gerecht wordt verwarmd door het grillelement in combinatie met het bovenste verwarmingselement.
• Deze functie wordt gebruikt voor schotels en gebakken gerechten die bruining nodig hebben.
• Plaats het ovenrooster op niveau 4 of 5 en de bakplaat op niveau 2.
• Maximaal toegestane temperatuur is 240 °C.
• Controleer regelmatig de bereiding. Door de hoge temperatuur kan het vlees snel aanbranden.
• Verwarm 5 minuten voor.
Grote grill + Ventilator
• Het gerecht wordt verwarmd door het grillelement in combinatie met het bovenste verwarmingselement en verspreid door de ventilator.
• Deze functie wordt gebruikt voor het grillen van vis, vlees en groenten.
• Plaats het ovenrooster op niveau 4 of 5 en de bakplaat op niveau 2.
• Aanbevolen temperatuur: 170 °C
• Controleer regelmatig de bereiding. Door de hoge temperatuur kan het vlees snel aanbranden.
• Verwarm 5 minuten voor.
4
2
4
2
4
2
NL 25
GEBRUIK
Functie Beschrijving
Pro roosteren
• Deze stand bevat een automatische verwarmcyclus.
• Het vlees wordt eerst op hoge temperatuur dichtgeschroeid door hete lucht en het bovenste verwarmingselement.
• Hierna wordt het gerecht langzaam gegaard bij de lage, vooraf ingestelde temperatuur, met de bovenste en onderste verwarmingselementen.
• Deze functie is geschikt voor vlees, gevogelte en vis.
• Aanbevolen temperatuur: 180 °C
Snel voorverwarmen
• Met deze functie is de ovenruimte snel op de gewenste temperatuur. Gebruik deze stand niet met een gerecht in de ovenruimte.
• Aanbevolen temperatuur: 180 °C
Extra functies
Bordenwarmen
• Deze functie wordt gebruikt om servies te verwarmen, zodat het geserveerde gerecht langer warm blijft.
• Aanbevolen temperatuur: 60 °C
Ontdooien
• Bij deze functie circuleert de lucht met behulp van de ventilator. De lucht wordt verwarmd tot 30 °C.
• Gebruik deze instelling voor het ontdooien van bevroren gerechten, zoals cakes, brood en fruit.
Warmhouden
• Deze functie wordt gebruikt om reeds bereide gerechten warm te houden.
• Aanbevolen temperatuur: 60 °C
Stoomreinigen
• Met deze functie en een vochtige doek verwijdert u eenvoudig vet en vuil van de ovenwanden.
• Gebruik deze functie alleen als de oven volledig is afgekoeld. Giet vóór aanvang van het reinigingsproces 0,15 liter water op de bodem van de ovenruimte.
• Na het inweken kunnen voedselresten met een vochtige doek verwijderd worden.
3
2
NL 26
GEBRUIK
Functie Beschrijving
Pyrolyse
• Deze functie is bedoeld om de oven automatisch te reinigen. De oven warmt op naar een temperatuur ver boven normaal gebruik, waardoor vetresten en andere verontreinigingen tot as vergaan.
• Verwijder alle accesoires en loszittende voedselresten uit de ovenruimte voor aanvang van het proces. Tijdens het pyrolytische zelfreinigingsproces wordt boven een bepaalde temperatuur de ovendeur automatisch vergrendeld. Ook wordt de buitenkant van de oven warmer dan normaal.
• Wanneer de oven volledig is afgekoeld kan de binnenkant van de oven worden schoongeveegd met een vochtige doek.
Culisensor
Braden met de culisensor
Stel voor braden met de culisensor de gewenste kerntemperatuur van
het gerecht in. De oven verwarmt totdat de kerntemperatuur van het
gerecht is bereikt. De culisensor meet de kerntemperatuur van het
gerecht.
1. Schakel de oven in met de ‘Aan/uit toets’.
2. Schroef het metalen afdekplaatje van het aansluitpunt
(voorste bovenhoek van de rechter zijwand).
3. Steek de stekker van de culisensor in de aansluiting en steek de
culisensor volledig in het gerecht.
NL 27
Culisensor-stand
PROGRAMMA´S
Culisensor-stand
GEBRUIK
10:15
°C °C
180 70
4. Kies een ovenfunctie, temperatuur en kerntemperatuur (zie
hoofdstuk ‘Functie-instelscherm’).
5. Start de bereiding van het gerecht met de bevestigingstoets.
10 21
165
180
°C
°C
35
70
°C
°C
• De volgende waarden zijn nu af te lezen in de display:
▷ huidige temperatuur (165 °C)
▷ de ingestelde temperatuur (180 °C)
▷ status indicatie kerntemperatuur (buitenste cirkel)
▷ status indicatie temperatuur (binnenste cirkel)
▷ Huidige kerntemperatuur (35 °C)
▷ Ingestelde kerntemperatuur (70 °C)
• Het kookproces eindigt, wanneer de ingestelde kerntemperatuur
bereikt is. Aan het einde van de bereiding van een gerecht klinkt een
signaal. Het signaal is uit te schakelen door de ovendeur te openen
of door een toets in te drukken.
• Plaats altijd de volledige metalen voeler van de culisensor in
het gerecht.
• Let op! Plaats na het kookproces altijd het metalen dopje terug
op de aansluiting van de culisensor.
• Gebruik de culisensor alleen voor toepassing in uw oven.
• Zorg ervoor dat tijdens het kookproces de culisensor niet in
aanraking komt met het verwarmingselement.
• Na het kookproces is de culisensor erg heet. Wees voorzichtig!
Voorkom brandwonden.
NL 28
GEBRUIK
Richtwaarden kerntemperatuur
Rundvlees
Runderfilet/Lende medium 55 - 58 ºC Roastbeef medium 55 - 60 ºC Kogelbiefstuk doorbakken Gebraden rundvlees doorbakken 80 - 85 ºC Gekookt rundvlees doorbakken 90 ºC
Varkensvlees
Poot/bout doorbakken 75 ºC Poot/bout licht rosé 65 - 68 ºC Varkensrug licht rosé 65 - 70 ºC Varkensschouder doorbakken 75 ºC Varkensbuik/gevuld doorbakken 75 - 80 ºC Varkensbuik/buikvlees doorbakken 80 - 85 ºC Varkensachterpoot gebakken doorbakken 80 - 85 ºC Varkenspoot doorbakken 80 - 85 ºC Gekookte ham zeer mals 64 - 68 ºC Casseler ribbetjes doorbakken 65 ºC Ham in brooddeeg 65 - 68 ºC
Kalfsvlees
Kalfsrug licht rosé 58 - 65 ºC Kalfpoot/Kalfsbout doorbakken 78 ºC Gebakken nieren doorbakken 75 - 80 ºC Gebraden kalfsvlees/Schouder doorbakken 75 - 80 ºC Kalfsbout doorbakken 75 - 78 ºC
Schapenvlees
Schapenrug rosé 65 - 70 ºC Schapenrug doorbakken 80 ºC Schapenpoot rosé 70 - 75 ºC Schapenbout 82 - 85 ºC
Lamsvlees
Lamsbout rosé 60 - 62 ºC Lamsbout doorbakken 68 - 75 ºC Lamsrug rosé 54 - 58 ºC Lamsrug doorbakken 68 - 75 ºC Lamsschouder doorbakken 78 - 85 ºC
Gevogelte
Haantjes doorbakken 85 ºC Gans/Eend doorbakken 90 - 92 ºC Kalkoen doorbakken 80 - 85 ºC
Pasteitjes e.d.
Pasteitjes 72 - 85 ºC Terrines 60 - 70 ºC
Vis
Zalm zacht 60 ºC Vis filet 62 - 65 ºC
Hele vis 65 ºC
Terrine 62 - 65 ºC
85 - 90 ºC
NL 29
Loading...
+ 65 hidden pages