Atag HG42 C, HG62 B, HG77 B, HG77 C, HG92 B Instructions Manual

...
Handleiding Manual
HG42..C
HG62..B
HG62..C
HG77..B
HG77..C
HG92..B
HG92..C
HG97..B
HG97..C
NL / BE
GB / IRL
Gebruiksaanwijzing 3 - 19 Installatievoorschrift 20 - 32
Instructions for use 3 - 19 Installation guide 20 - 32
2
HANDLEIDING Inhoud
NL 3
Uw gaskookplaat
Inleiding 4 Beschrijving 5 Veiligheidsvoorschriften 6 - 7 - 8
Bediening
Ontsteken, instellen en vlambeveiliging 9 - 10 Extra eigenschappen elektronische vlambeveiliging 10 - 11
Comfortabel koken
De kookplaat optimaal gebruiken 12 - 13
Onderhoud
Algemeen 14 - 18
Statuscodes
Tabel 19
Storingen
Storingstabel 20 - 21
Installatievoorschrift
Algemeen 22 - 23 Inbouwen 24 - 32 Gastechnische gegevens 33
Bijlage
Afvoeren toestel en verpakking 34 Technische gegevens 34
NL 4
InleidingUW GASKOOKPLAAT
Deze gaskookplaat is ontworpen voor de echte kookliefhebber. De verschillen in brandercapaciteit zorgen ervoor dat u ieder gerecht kunt bereiden. Dankzij de in de knoppen geïntegreerde vonkontsteking ontsteekt én bedient u de branders met één hand. Bij type HG77 en HG97 blijven er door de ruime plaatsing van de wokbranders tijdens het wokken minimaal 2 branders vrij voor het bereiden van andere gerechten.
Dit toestel voldoet aan alle eisen die gelden voor het Kookkeurmerk. Dit betekent dat de gaskookplaat hoog rendement koppelt aan een minimum aan onvolledige verbrandingsgassen. Hiermee beschikt u over een toestel met korte aankooktijden, terwijl er ook uitstekend op gesudderd kan worden.
De gaskookplaat is voorzien van een vlambeveiliging die ervoor zorgt dat de gastoevoer gesloten wordt als de vlam tijdens het kookproces dooft.
In deze handleiding staat beschreven op welke manier u de gaskook­plaat zo optimaal mogelijk kunt benutten. Naast informatie over de bediening treft u ook achtergrondinformatie aan die u van dienst kan zijn bij het gebruik van dit product.
Lees eerst de gebruiksaanwijzing geheel en aandachtig door voordat u het apparaat gaat gebruiken en bewaar deze zorgvuldig voor latere raadpleging.
De handleiding dient bovendien als referentie voor de servicedienst.
Plak daarom het los bijgeleverde gegevensplaatje in het daarvoor bestemde kader, achter in de handleiding. Het gegevensplaatje bevat
alle informatie die de servicedienst nodig heeft om adequaat op uw vragen te reageren.
Veel kookplezier!
Gebruikte pictogrammen
Belangrijk om te weten
Tip
NL 5
BeschrijvingUW GASKOOKPLAAT
2
1
2
3
6
5
HG42..C
2
1
2
3
6
5
HG62..B
2
1
2
3
6
HG62..C
5 7
1
1
3
3
6
5 7
HG92..B/C
2
4
2
3
6
5 7
HG97..B/C
1
2
4
1
3
6
5
HG77..B
2
4
1
3
6
5 7
HG77..C
2
Sudderbrander1. Normaalbrander2. Sterkbrander3. Wokbrander4. Pandrager5. Vangschaal6. Aan-/uittoets (bijv. HG62..C)7.
NL 6
UW GASKOOKPLAAT
Waar u op moet letten
Zorg voor voldoende ventilatie tijdens het gebruik.
Houd natuurlijke ventilatie-openingen open. º Bij langdurig gebruik van de kookplaat is extra ventilatie º noodzakelijk. Zet bijvoorbeeld een raam open of installeer een mechanische ventilator.
Gebruik de kookplaat alleen voor het bereiden van gerechten.
Het toestel is niet geschikt om ruimtes te verwarmen. º
Flambeer nooit onder een afzuigkap.
Door de hoge vlammen kan brand ontstaan, ook bij een º uitgeschakelde ventilator.
De branderdelen zijn heet tijdens en direct na het gebruik.
Vermijd directe aanraking en contact met niet-hittebestendige º materialen. Dompel hete branderdoppen en pandragers nooit onder º in koud water. Door de snelle afkoeling kan het emaille
beschadigen. De afstand van de pan tot een knop of niet-hittebestendige wand moet altijd groter zijn dan twee centimeter.
Bij kleinere afstanden kunnen door de hoge temperatuur de º
knoppen of de wand verkleuren en/of vervormen. Gebruik altijd de pandragers en geschikt kookgerei.
Plaats de pan altijd op de pandrager. Het plaatsen van de pan º
direct op de branderdop kan tot gevaarlijke situaties leiden.
Aluminium bakjes of folie zijn niet geschikt als kookgerei. Ze º
kunnen inbranden op de branderdoppen en pandragers. Plaatsen van branderdelen en pandragers.
De kookplaat kan alleen goed functioneren wanneer de º
branderdelen via de geleidingsnokken in elkaar zijn gezet.
Zorg ervoor dat de pandragers recht tegen elkaar en vlak op º
de RVS-vangschaal liggen. Alleen op deze manier kunnen de
pannen stabiel geplaatst worden.
Veiligheidsvoorschriften
NL 7
UW GASKOOKPLAAT Veiligheidsvoorschriften
Veilig gebruik
Het apparaat wordt heet tijdens gebruik en blijft dit enige tijd na uitschakeling. Raak het apparaat daarom niet aan zolang het heet is. Trek altijd ovenwanten aan of gebruik pannenlappen als u met het apparaat werkt.
Zorg ervoor dat ovenwanten of pannenlappen niet te dicht bij º
de vlam komen. Verwarm geen dichte blikken en dergelijke op de kookplaat.
Er ontstaat een overdruk waardoor de blikken uiteenspatten. º
U kunt zich hierdoor verwonden/verbranden. Het apparaat mag niet in de buitenlucht geplaatst en gebruikt worden. Gebruik het apparaat niet als werkblad.
Het apparaat kan per ongeluk worden ingeschakeld of nog heet º
zijn, waardoor voorwerpen kunnen smelten, heet worden of
vlam vatten. Dek het apparaat nooit af met een doek of iets dergelijks.
Als het apparaat nog heet is of wordt ingeschakeld, bestaat er º
brandgevaar. Wees extra voorzichtig wanneer u met olie of vetten werkt.
Oververhitte olie of vetten kunnen vlam vatten. Brandgevaar! º
Mocht het vet of olie vlam vatten, gebruik dan nooit water º
voor het blussen!
Doof de vlammen met een geschikte deksel, een vochtige doek º
of iets dergelijks. Wanneer onder het apparaat een lade zit, zonder tussenbodem,
mogen daarin geen licht ontvlambare voorwerpen/stoffen worden bewaard.
UW GASKOOKPLAAT
NL 8
Veiligheidsvoorschriften
Kinderen
Het apparaat is niet bedoeld voor gebruik door hulpbehoevenden, kleine kinderen en/of personen met gebrek aan ervaring en kennis, tenzij zij goede begeleiding krijgen of geïnstrueerd zijn in het veilig gebruiken van het apparaat door een persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid. Laat kinderen nooit met het apparaat spelen. Zorg dat kinderen zich niet zonder toezicht in de buurt van het apparaat bevinden. Het apparaat wordt tijdens het gebruik heet en blijft enige tijd heet na uitschakeling. Bewaar geen voorwerpen in kastjes boven of achter het apparaat die voor kinderen interessant zijn. Kinderen kunnen verbrandingen oplopen als zij pannen van het apparaat trekken. Bij de vakhandelaar is een speciaal rek verkrijgbaar dat ervoor zorgt dat kinderen niet meer bij het apparaat kunnen. Wanneer de veiligheidsinstructies en waarschuwingen niet worden opgevolgd, kan de fabrikant niet aansprakelijk worden gesteld voor de schade die daarvan het gevolg is.
NL 9
BEDIENING Ontsteken, instellen en vlambeveiliging
Ontsteken en instellen
Elke brander kan traploos worden geregeld tussen vol- en kleinstand.
1. 0-stand
2. Zone-aanduiding
3. Kleinstand
4. Volstand
Vlambeveiliging
Uw gaskookplaat is uitgerust met vlambeveiliging. Deze zorgt ervoor dat de gastoevoer gesloten wordt als de vlam tijdens het kookproces dooft.
Bediening thermische vlambeveiliging
(HG62..B/HG77..B/HG92..B/HG97..B) Druk de bedieningsknop in en draai deze linksom. Houd de bedieningsknop, in volstand, ongeveer 3 seconden ingedrukt nadat de brander is ontstoken.
De vlambeveiliging schakelt in.
1
3
2
4
1
3
2
4
HG62..B/HG77..B/HG92..B/HG97..B
HG62..C/HG77..C/HG92..C/HG97..C
NL 10
Bediening elektronische vlambeveiliging
(HG62..C/HG77..C /HG92..C/HG97..C) Druk de centrale aan-/uittoets in.
De knop licht groen op.
Draai daarna de gewenste bedieningsknop linksom. U hoeft de knop niet ingedrukt of vast te houden.
De brander ontsteekt direct. De vlambeveiliging controleert of er een vlam aanwezig is.
Indien na het koken alle regelknoppen op de 0-stand staan, gaat de centrale aan-/uittoets automatisch uit na 3 minuten.
Frontbediening
(HG42..C) Druk de bedieningsknop op de oven of het bedieningspaneel in en draai deze linksom naar de ontsteekzone.
De brander ontsteekt direct. De vlambeveiliging schakelt in.
U hoeft de knop niet ingedrukt of vast te houden. Deze kookplaat is tevens voorzien van herontsteking en kookduur­begrenzing
Extra eigenschappen elektronische vlambeveiliging (HG62..C/HG77..C/HG92..C/HG97..C)
Wanneer uw gaskookplaat uitgerust is met elektronische vlam­beveiliging, kunt u gebruik maken van de volgende functies:
Herontsteking
Wanneer de vlam gedoofd wordt tijdens het kookproces wordt auto­matisch geprobeerd om de vlam weer tot stand te brengen.
Wanneer daarna binnen 10 seconden geen vlam wordt waargenomen, wordt de gastoevoer naar de brander afgesloten.
Noodstop
Wanneer u de gaskookplaat in één keer uit moet schakelen kan dat door de centrale aan-/uittoets in te drukken.
BEDIENING Ontsteken, instellen en vlambeveiliging
NL 11
Ontsteken, instellen en vlambeveiligingBEDIENING
Kinderslot
U kunt de gaskookplaat vergrendelen. Onbedoeld ontsteken van de branders wordt hiermee voorkomen. De gaskookplaat is te ver-/ontgrendelen door de aan-/uittoets 5 seconden in te drukken.
Tijdens het koken kunt u het kinderslot niet inschakelen.
Kookduurbegrenzing
Als een brander gedurende een ongebruikelijk lange tijd (ca. 6 uur) aan is, wordt deze automatisch uitgeschakeld.
Statuscodes
De status van de gaskookplaat wordt weergegeven door de verlichting in de aan-/uittoets. In het overzicht op pagina 17 leest u welke code bij welke status hoort.
NL 12
De kookplaat optimaal gebruikenCOMFORTABEL KOKEN
De kookplaat optimaal gebruiken
Zorg er altijd voor dat de vlammen onder de pan blijven. Als vlammen om de pan heen spelen gaat veel energie verloren. Bovendien kunnen de handgrepen dan te heet worden. Gebruik geen pannen met een kleinere bodemdiameter dan 12 cm. Deze staan niet stabiel.
(Roer)bakken, doorkoken van grote hoeveelheden en frituren kunt u het beste op de sterk- of wokbrander. Gebruik de sudderbrander voor het bereiden van sauzen, sudderen en doorkoken van gerechten. Op de volstand is deze brander groot genoeg voor het doorkoken. Kook met het deksel op de pan. U bespaart dan tot 50% energie. Gebruik pannen met een vlakke, schone en droge bodem. Pannen met een vlakke bodem staan stabiel en pannen met een schone bodem dragen de warmte beter over op het gerecht.
Wokbrander (bij type HG77 en HG97)
Met de wokbrander kunt u gerechten op een zeer hoge temperatuur bereiden. Het is hierbij van belang dat u:
van te voren de ingrediënten in reepjes, plakjes of stukjes snijdt; bij het roerbakken olie van goede kwaliteit gebruikt, zoals olijf-, maïs-, zonnebloem- of arachideolie. Een klein beetje is al genoeg. Boter en margarine verbranden door de grote hitte; de gerechten met de langste bereidingstijd het eerst in de pan doet, zodat aan het eind van de bereidingstijd alle ingrediënten tegelijk (beet)gaar zijn.
Fout
Goed
NL 13
Gebruik van het wok-hulprooster
Het hulprooster dat ten behoeve van de wokbrander is meegeleverd, of als accessoire verkrijgbaar is, zorgt voor extra stabiliteit bij een wok met een ronde bodem.
Het wok-hulprooster valt met speciale uitsparingen over de standaard wok-pandrager.
De kookplaat optimaal gebruikenCOMFORTABEL KOKEN
NL 14
Algemeen
Uw toestel is vervaardigd uit hoogwaardige materialen, die u eenvoudig reinigt.
Regelmatig onderhoud direct na gebruik voorkomt dat over- gekookt voedsel lange tijd kan inwerken en hardnekkige, moeilijk te verwijderen vlekken veroorzaakt. Gebruik hiervoor een mild reinigingsmiddel. Gebruik niet te veel vocht, aangezien dit de brander of ventilatie-openingen kan binnendringen. Reinig eerst de bedieningsknoppen, branders en pandragers en dan pas de RVS-vangschaal. Hiermee voorkomt u dat de RVS­vangschaal tijdens het reinigen opnieuw vuil wordt. Reinig de ontstekingsbougies bij voorkeur met een doekje. Betracht hierbij wel enige voorzichtigheid. De bougie kan hierdoor defect raken. De bougie werkt alleen goed in een droge omgeving. Bij zware vervuiling kunt u de punt met een fijn borsteltje reinigen. Plaats de pandragers rechtstandig naar beneden, zonder over de RVS-vangschaal te schuiven. Denkt u bij het plaatsen van de pandragers aan de volgorde. De tekst ‘FRONT’ aan de onderzijde van de pandragers dient voor verduidelijking bij het positioneren (zie illustratie).
AlgemeenONDERHOUD
HG42/62 HG92 HG77/97
NL 15
AlgemeenONDERHOUD
Zet de branderdelen in elkaar met behulp van de geleidings- nokken.
1. Branderdeksel buiten
2. Branderkop buiten
3. Branderkop en deksel binnen
4. Branderring
5. Branderkelk
6. Bougie
7. ermokoppel
Wokbrander
1
2
3
4
5 6
7
1
2
3
4
5 6
7
1
2
3 4
Sudder-, normaal­en sterkbrander
1. Branderkop
2. Branderkelk
3. Bougie
4. ermokoppel
NL 16
AlgemeenONDERHOUD
Hardnekkige vlekken op emaille (pandragers, branderdoppen en vangschalen)
Hardnekkige vlekken kunt u het beste verwijderen met een vloeibaar reinigingsmiddel. Gebruik nooit schuurpoeders, schuurpads, scherpe voorwerpen of agressieve reinigingsmiddelen.
Hardnekkige vlekken op roestvaststaal (vangschalen)
Met name overgekookte rode kool, rode bieten, ketjap, appel- moes, rabarber en andere sterk suikerhoudende voedingsmiddelen en zure vloeistoffen kunnen een verkleuring van het opper vlak veroorzaken. Wanneer u hardnekkige vlekken op roestvast­staal wilt verwijderen kunt u het beste een roestvaststaal reini­gingsmiddel gebruiken. Poets dan wel altijd met de structuur van het staal mee om glansplekken te voorkomen (schades die hierdoor ontstaan vallen niet onder de garantie!). Wanneer de vlekken met de hierboven beschreven methode niet te verwijderen zijn, kunt u de kookplaat reinigen met een speciale roestvaststaalreiniger (zie hiervoor onze website ‘www.atagservice.nl’). Houd er echter rekening mee dat u de hele vangschaal moet behandelen om ‘kleurverschil’ te voorkomen. U moet de vangschaal bovendien nabehandelen met een glans- of onderhoudsmiddel voor roestvaststaal. Het is overigens normaal dat het oppervlak gedurende de levenscyclus enigszins verkleurt.
Reinigen pandragers
Het emaille op de pandragers is geschikt voor reiniging in de vaat- wasser. De verbinding met de rubber voetjes echter niet. Reinig de pandragers zelf daarom niet in de vaatwasser. Bovendien kan bij reiniging in de vaatwasser lichte verkleuring van de pandragers optreden. Bij verlies van de rubber voetjes zal de pandrager de vangschaal beschadigen.
Messing wokbranderdelen
Enkele delen van de wokbrander zijn vervaardigd uit messing. Het is normaal dat de kleur van het messing verandert als gevolg van de hoge temperaturen die tijdens het wokken ontstaan.
NL 17
ONDERHOUD Algemeen
Reinigen verwijderbare branderdelen
De verwijderbare branderdelen (ook die van de wok) kunt u het beste reinigen met een mild schoonmaakmiddel en een zachte doek. Bij hardnekkige vlekken kunt u de branderdelen verwijderen en de delen laten weken in een sopje. Branderdelen mogen niet in de vaatwasser gereinigd worden. De onderdelen kunnen door het vaatwasmiddel aangetast worden! Gebruik nooit schuurpoeders, schuurpads, scherpe voorwerpen of agressieve reinigingsmiddelen.
Reinigen verwijderbare knoppen en rozetten
Bij extreme vervuiling van de knoppen en rozetten kunt u deze tijdelijk verwijderen om schoon te maken. U kunt de knoppen en rozetten het best schoonmaken met een mild schoonmaakmiddel en een zachte doek. Met behulp van een rubberhandschoen is de knop makkelijker te verwijderen!
Let op! Voorkom teveel vocht rond de knopsgaten tijdens het schoonmaken.
Denkt u er bij het herplaatsen van de rozetten aan dat u deze onder de siliconen afdichtring schuift (zie illustraties). De siliconen afdichting heeft drie positioneringnokken die over de binnenste rand van de rozet moeten vallen.
NL 18
ONDERHOUD Algemeen
Keradur® branderkelken
De branderkelken zijn voorzien van een unieke Keradur® toplaag. De speciale vuilafstotende lak is voorzien van een keramische vulling die het schoonmaken vergemakkelijkt en de duurzaamheid van de branders sterk verbetert. De branderkelken kunt u het beste reinigen met een mild schoonmaakmiddel en een zachte doek.
ATAG Shine
Atag Nederland heeft een serie exclusieve schoonmaakmiddelen samen gesteld. Deze zijn te verkrijgen via de website ‘www.atagservice.nl’. Hier vindt u ook diverse schoonmaak- en gebruikerstips.
NL 19
STATUSCODES Tabel
Aan-/uittoets
De aan-/uittoets op de HG….C toestellen kan een aantal functies en foutmeldingen weergeven.
SYMPTOOM STATUS OPLOSSING
LED’s in de knop branden niet.
Toestel is uitgeschakeld. -
Groene LED in de knop brandt continu.
Toestel is ingeschakeld. -
Groene LED in de knop knippert.
Kinderslot. Wanneer u nog een keer de
aan-/uitknop bedient en deze 5 seconden ingedrukt houdt, kunt u uw kookplaat weer gewoon gebruiken.
Groene en rode LED in de knop knipperen beurtelings.
Er is een fout opgetreden bij het herontsteken.
Controleer de gastoevoer naar uw kookplaat en/of de branderkoppen goed gepositioneerd zijn. Draai alle knoppen naar de 0-positie en probeer opnieuw te ontsteken.
Rode LED in de knop knippert.
Uw kookplaat is te warm. Laat uw kookplaat afkoelen.
U kunt daarna uw kookplaat weer gewoon gebruiken.
Rode LED in de knop brandt continu.
Er is een fout opgetreden in de elektronica in uw kookplaat.
Neem contact op met de servicedienst.
NL 20
STORINGEN
Storingstabel
Wanneer u twijfelt over de goede werking van uw gaskookplaat betekent dit niet automatisch dat er een defect is. Controleer in elk geval de volgende punten in onderstaande tabel of kijk voor meer informatie op de website ‘www.atagservice.nl’.
Storingstabel
SYMPTOOM MOGELIJKE OORZAAK OPLOSSING
Het ruikt naar gas in de omgeving van het toestel.
De aansluiting van het toestel lekt.
Sluit de gashoofdkraan. Neem contact op met uw installateur.
Een brander ontsteekt niet. Stekker niet in stopcontact.
Zekering defect/zekering in meterkast uitgeschakeld.
Bougie vervuild/vochtig.
Branderdelen niet juist geplaatst.
Branderdelen vervuild/ vochtig.
Hoofdgaskraan gesloten.
Storing aan het gasnet.
Gasfles of -tank is leeg.
Steek de stekker in het stopcontact.
Monteer een nieuwe zekering of schakel de zekering weer in.
Reinig/droog de bougie.
Zet de branderdelen via de centreernokken in elkaar.
Reinig/droog de brander­delen. Let er hierbij op dat de uitstroomgaten open zijn.
Open de hoofdgaskraan.
Informeer bij uw gas­leverancier.
Sluit een nieuwe gasfles aan of laat de tank vullen.
NL 21
STORINGEN Storingstabel
SYMPTOOM MOGELIJKE OORZAAK OPLOSSING
Een brander ontsteekt niet. Verkeerd soort gas gebruikt.
Bedieningsknop niet diep genoeg ingedrukt. (Alleen van toepassing op de B versies. Voor elektronisch beveiligde toestellen, zie tabel aan-/uittoets).
Controleer of het gebruikte gas geschikt is voor het toestel. Indien dit niet juist is, neem dan contact op met uw installateur.
Houd de bedieningsknop voldoende diep ingedrukt tussen vol- en kleinstand. Bij eerste gebruik kan dit langer duren i.v.m. aanvoer van gas.
De brander brandt niet egaal. Branderdelen niet juist
geplaatst.
Branderdelen vervuild/ vochtig.
Verkeerd soort gas gebruikt.
Zet de branderdelen via de centreernokken in elkaar.
Reinig/droog de branderdelen. Let er hierbij op dat de uitstroomgaten open zijn.
Controleer of het gebruikte gas geschikt is voor het toestel. Indien dit niet juist is, neem dan contact op met uw installateur.
De brander dooft na ontsteken.
Bedieningsknop niet lang genoeg ingedrukt. (Alleen van toepassing op de B versies. Voor elektronisch beveiligde toestellen, zie tabel aan-/uittoets).
Houd de bedieningsknop minimaal 5 seconden ingedrukt.
Loading...
+ 46 hidden pages