AEG SWD81800L1, SWD81800G1 User Manual [da]

SWD81800G1 SWD81800L1
NL Gebruiksaanwijzing 2 FR Notice d'utilisation 19 DE Benutzerinformation 37
www.aeg.com
2
INHOUD
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
2. BEDIENINGSPANEEL . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
4. REINIGING EN ONDERHOUD . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
5. PROBLEMEN OPLOSSEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
6. MONTAGE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
7. GELUIDEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
8. PROBLEMEN OPLOSSEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18
9. MILIEUBESCHERMING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18
VOOR PERFECTE RESULTATEN
Bedankt dat u voor dit AEG product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven gemakkelijker helpen maken – functies die gewone apparaten wellicht niet hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt profiteren.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en onderhoudsinformatie:
www.aeg.com
Registreer uw product voor een betere service:
www.aeg.com/productregistration
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw apparaat:
www.aeg.com/shop
KLANTENSERVICE
Wij raden altijd het gebruik van originele onderdelen aan. Zorg er als u contact opneemt met de klantenservice voor dat u de volgende gegevens bij de hand hebt. De informatie staat op het typeplaatje. model, productnummer, serienummer.
Waarschuwing - Belangrijke veiligheidsinformatie. Algemene informatie en tips Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.
NEDERLANDS 3
1.
VEILIGHEIDSINFORMATIE
In het belang van uw veiligheid en om een correct gebruik te kunnen waarbor­gen is het van belang dat u, alvorens het apparaat te installeren en in gebruik te nemen, deze gebruiksaanwijzing, inclu­sief de tips en waarschuwingen, grondig doorleest. Om onnodige vergissingen en ongevallen te voorkomen is het be­langrijk ervoor te zorgen dat alle mensen die het apparaat gebruiken, volledig be­kend zijn met de werking ervan en de veiligheidsvoorzieningen. Bewaar deze instructies en zorg ervoor dat zij bij het apparaat blijven als het wordt verplaatst of verkocht, zodat iedereen die het ap­paraat gedurende zijn hele levensduur gebruikt, naar behoren is geïnformeerd over het gebruik en de veiligheid van het apparaat. Voor de veiligheid van mensen en eigen­dommen dient u zich aan de voorzorgs­maatregelen uit dit instructieboekje te houden, de fabrikant is niet verantwoor­delijk voor schade die door het niet op­volgen van de aanwijzingen veroorzaakt is.
1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
• Dit apparaat is niet bedoeld voor ge­bruik door personen (waaronder be­grepen kinderen) met verminderde fy­sieke, zintuiglijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis, tenzij dit onder toezicht gebeurt van een voor hun veiligheid verantwoordelijke persoon of tenzij zij van een dergelijke persoon instructie hebben ontvangen over het gebruik van het apparaat.
Houd kinderen uit de buurt om te voorkomen dat ze met het apparaat gaan spelen.
• Houd alle verpakkingsmateriaal buiten het bereik van kinderen. Gevaar voor verstikking.
• Als u het apparaat afdankt trek dan de stekker uit het stopcontact, snij de voedingskabel door (zo dicht mogelijk bij het apparaat) en verwijder de deur om te voorkomen dat kinderen een elektrische schok krijgen of zichzelf in het apparaat opsluiten.
• Als dit apparaat, dat voorzien is van een magnetische deursluiting, een ou­der apparaat vervangt, dat voorzien is van een veerslot (slot) op de deur of het deksel, zorg er dan voor dat u het slot onbruikbaar maakt voordat u het oude apparaat weggooit. Dit voor­komt dat kinderen er in opgesloten kunnen raken.
1.2 Algemene veiligheid
WAARSCHUWING!
Houd de ventilatieopeningen altijd vrij van obstructies; dit geldt zowel voor los­staande als ingebouwde modellen.
• Dit apparaat is uitsluitend bedoeld voor het bewaren van wijn.
• Gebruik geen mechanische hulpmid­delen of kunstgrepen om het ontdooi­proces te versnellen.
• Gebruik geen andere elektrische ap­paraten (bijvoorbeeld roomijsmachi­nes) in koelkasten, tenzij ze voor dit doel goedgekeurd zijn door de fabri­kant.
• Let op dat u het koelcircuit niet be­schadigt.
• Het koelmiddel isobutaan (R600a) be­vindt zich in het koelcircuit van het ap­paraat. Dit is een natuurlijk gas dat weliswaar milieuvriendelijk is, maar ook uiterst ontvlambaar.
Controleer of de onderdelen van het koelcircuit tijdens transport en installa­tie van het apparaat niet beschadigd zijn geraakt.
Indien het koelcircuit beschadigd is: – open vuur en ontstekingsbronnen
vermijden,
– de ruimte waar het apparaat zich
bevindt, grondig ventileren
• Het is gevaarlijk om wijzigingen aan te brengen in de specificaties of dit pro­duct op enigerlei wijze te modificeren. Een beschadigd netsnoer kan kortslui­ting, brand en/of een elektrische schok veroorzaken.
www.aeg.com
4
WAARSCHUWING!
Alle elektrische onderdelen (net­snoer, stekker, compressor) mo­gen uitsluitend worden vervan­gen door een erkende onder­houdsdienst of gekwalificeerd onderhoudspersoneel.
1.
Het netsnoer mag niet worden verlengd.
2.
Controleer of de stekker niet wordt platgedrukt of beschadigd door de achterkant van het appa­raat. Een platgedrukte of bescha­digde stekker kan oververhit raken en brand veroorzaken.
3.
Controleer of u de stekker van het apparaat kunt bereiken.
4.
Trek niet aan het snoer.
5.
Als de stekker loszit, steek hem dan niet in het stopcontact. Dan bestaat er een risico op een elek­trische schok of brand.
6.
U mag het apparaat niet gebrui­ken zonder het afdekkapje (indien van toepassing) van het lampje.
• Dit apparaat is zwaar. Wees voorzich­tig wanneer u het apparaat verplaatst.
• Haal geen artikelen uit het vriesvak of raak ze niet aan wanneer uw handen vochtig/nat zijn, dit kan uw huid be­schadigen of vrieswonden veroorza­ken.
• Stel het apparaat niet langdurig bloot aan direct zonlicht.
• De eventuele gloeilampen in dit appa­raat zijn speciaal geselecteerd en uit­sluitend bedoeld voor gebruik in huis­houdelijke apparaten. De lampjes zijn niet geschikt voor de verlichting van ruimtes.
1.3 Dagelijks gebruik
• Zet geen hete potten op de kunststof onderdelen in het apparaat.
• Bewaar geen brandbare gassen of vloeistoffen in het apparaat, deze kun­nen ontploffen.
• U dient zich strikt te houden aan de aanbevelingen van de fabrikant van het apparaat met betrekking tot het bewaren van voedsel. Raadpleeg de betreffende aanwijzingen.
1.4 Onderhoud en reiniging
• Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhoudshandelingen verricht.
• Maak het apparaat niet schoon met metalen voorwerpen.
• Gebruik geen scherpe voorwerpen om ijs van het apparaat te krabben. Ge­bruik een kunststof schraper.
• Controleer de afvoer in de koelkast re­gelmatig op dooiwater. Maak de af­voer, indien nodig, schoon. Als de af­voer verstopt is, zal er water op de bo­dem van het apparaat liggen.
1.5 Installatie
Voor de aansluiting van elektrici­teit dienen de instructies in de desbetreffende paragrafen nauwgezet te worden opge­volgd.
• Pak het apparaat uit en controleer of er beschadigingen zijn. Sluit het appa­raat niet aan als het beschadigd is. Meld mogelijke beschadigingen on­middellijk bij de winkel waar u het ap­paraat gekocht heeft. Gooi in dat ge­val de verpakking niet weg.
• Wij adviseren u om 4 uur te wachten voordat u het apparaat aansluit, dan kan de olie terugvloeien in de com­pressor.
• Rond het apparaat dient adequate luchtcirculatie te zijn, anders kan dit tot oververhitting leiden. Om voldoen­de ventilatie te verkrijgen de instruc­ties met betrekking tot de installatie opvolgen.
• De achterkant dient zo mogelijk tegen een muur geplaatst te worden, tenein­de te voorkomen dat hete onderdelen (compressor, condensator) aangeraakt kunnen worden en brandwonden ver­oorzaken.
• Het apparaat mag niet vlakbij radiato­ren of kooktoestellen geplaatst wor­den.
• Verzeker u ervan dat de stekker be­reikbaar is nadat het apparaat geïn­stalleerd is.
• Aansluiten op de drinkwatervoorzie­ning (indien voorzien van een water­aansluiting).
1.6 Onderhoud
• Alle elektrotechnische werkzaamhe­den die noodzakelijk zijn voor het uit­voeren van onderhoud aan het appa­raat, dienen uitgevoerd te worden door een gekwalificeerd elektricien of competent persoon.
• Dit product mag alleen worden onder­houden door een erkend onderhouds­centrum en er dient alleen gebruik te worden gemaakt van originele reser­veonderdelen.
1.7 Bescherming van het
milieu
Dit apparaat bevat geen gassen die de ozonlaag kunnen bescha-
2. BEDIENINGSPANEEL
NEDERLANDS 5
digen, niet in het koelcircuit en evenmin in de isolatiematerialen. Het apparaat mag niet worden weggegooid bij het normale huishoudelijke afval. Het isolatie­schuim bevat ontvlambare gas­sen: het apparaat moet wegge­gooid worden conform de van toepassing zijnde regels die u bij de lokale overheidsinstanties kunt verkrijgen. Voorkom be­schadiging aan de koeleenheid, vooral aan de achterkant bij de warmtewisselaar. De materialen die gebruikt zijn voor dit appa­raat en die voorzien zijn van het
symbool
1
zijn recyclebaar.
Display (weergave)
1
Onderste vak temperatuur hoger
2
toets Onderste vak temperatuur lager
3
toets Alarmknop
4
Lichtknop
5
Bovenste vak temperatuur hoger
6
toets Bovenste vak temperatuur lager
7
toets Toets om het apparaat ON/OFF te
8
zetten Het is mogelijk om het vooraf ingestelde geluid van toetsen te wijzigen in een hard geluid door de lichtknop en de toets om de temperatuur kouder te zet­ten, tegelijkertijd gedurende enkele se­conden in te drukken. U kunt deze wijzi­ging ongedaan maken.
2345678
2.1 Display
321
min
Indicatielampje bovenste vak
1
Temperatuur- en timerindicator van
2
het bovenste vak Indicatielampje temperatuur onder-
3
ste vak Indicatielampje onderste vak
4
Alarmlampje
5
2.2 Inschakelen
Ga als volgt te werk om het apparaat in te schakelen:
45
www.aeg.com
6
1.
Steek de stekker in het stopcontact.
2.
Druk op de ON/OFF -knop als het
display uit is.
3.
Als "dEMo" verschijnt op het dis-
play, staat het apparaat in de de-
monstratiestand. Zie 'Problemen op-
lossen'.
4.
Het temperatuurlampje toont de in-
gestelde standaardtemperatuur. Zie 'Temperatuurregeling' om een ande­re temperatuur in te stellen.
2.3 Uitschakelen
Ga als volgt te werk om het apparaat uit te schakelen:
1.
Druk op de ON/OFF-knop voor 5 se-
conden.
2.
Het display wordt uitgeschakeld.
3.
Trek de stekker uit het stopcontact
om de stroomtoevoer naar het ap-
paraat af te sluiten.
2.4 Temperatuurregeling
De ingestelde temperatuur van de wijn­kelder kan worden aangepast door op de thermostaatknoppen te drukken. De temperatuurweergave toont de inge­stelde temperatuur. De ingestelde temperatuur zal binnen 24 uur worden bereikt. Zie "Dagelijk gebruik - Rangschikking van de wijn".
Na een stroomonderbreking blijft de ingestelde temperatuur opgeslagen.
2.5 Lichtknop
Indien u het licht wilt laten branden ter­wijl de deur gesloten is, hoeft u alleen maar de deur open en weer dicht te doen, de verlichting blijft dan automa­tisch gedurende 10 minuten AAN Als u de verlichting wilt uitschakelen voordat deze automatisch uitgaat, opent u de deur en drukt u op de lichtknop. De verlichting heeft geen negatieve in­vloed op de kwaliteit van de wijn.
2.6 Alarm bij open deur
Als de deur enkele minuten heeft open­gestaan, klinkt er een geluidsalarm. De alarmtoestand bij geopende deur wordt aangegeven door:
• Knipperende alarmindicator
•Zoemer Als de normale omstandigheden zijn hersteld (deur gesloten), wordt het ge­luidsalarm uitgeschakeld. Tijdens het alarm kan de zoemer worden uitgeschakeld door op een willekeurige knop te drukken.
3. DAGELIJKS GEBRUIK
3.1 De binnenkant
schoonmaken
Voordat u het apparaat voor de eerste keer gebruikt, wast u de binnenkant en de interne accessoires met lauwwarm water en een beetje neutrale zeep om de typische geur van een nieuw product weg te nemen. Droog daarna grondig af.
Gebruik geen oplosmiddelen of schuurmiddelen. Deze beschadi­gen de lak.
Als "dEMo" op het display verschijnt, staat het apparaat in demonstratiemo­dus. Raadpleeg de paragraaf "Proble­men oplossen".
3.2 Rangschikking van de wijn
3.3 Suggesties voor de
conservering
De conserveringsduur van de wijn is af­hankelijk van de rijping, van de druivens­oort, het alcoholgehalte en van het per­centage fructose en tannine van de wijn. Controleer bij aankoop of de wijn al ge­rijpt is of dat dit na verloop van tijd beter wordt.
Aanbevolen bewaartemperaturen:
NEDERLANDS 7
Bovenste compartiment:
De temperatuur kan worden ingesteld tussen de +6 °C en +11°C. Deze ruimte is ideaal voor wijnen, vooral nieuwe rode en witte wijnen, die onmiddellijk gedron­ken worden. De ruimten werken elk met een ander temperatuurbereik.
Onderste compartiment:
De temperatuur kan worden ingesteld tussen de +11 °C en +18 °C. Deze ruim­te is ideaal voor het bewaren en verfij­nen van rode of witte wijnen gedurende langere perioden. De temperaturen in dit vak zijn geschikt voor het bewaren van gerijpte en volle wijnen. Leg de flessen zo neer dat de kurken niet uitdrogen. Bewaar de wijn in het donker. De deur van de koelkast is vervaardigd van dub­belverduisterings- en anti-UV-glas om de wijn te beschermen tegen licht, in het geval dat de koelkast in een goed ver­lichte ruimte staat. Voorkomt dat u het licht van het appa­raat te vaak of te lang aan zet. Wijn blijft beter behouden in het donker. Ga zorgvuldig om met de flessen, zodat de wijn niet wordt geschud. Let op de aanbevelingen en de adviezen die u bij aanschaf hebt gekregen of die zijn vermeld in de documentatie over de kwaliteit, de duurzaamheid en de opti­male bewaartemperatuur van de wijn.
• Voor champagne en mousserende wij­nen, bij 6 tot 8°C
• Voor witte wijnen, bij 10 tot 12°C
• Voor rosé en lichtrode wijnen, bij 12 tot 16°C
• Gerijpte rode wijnen, bij 14 tot 16°C
Als u verschillende flessen boven op elk­aar stapelt, zorg er dan voor dat deze het koelelement van de koelkast niet ra­ken.
www.aeg.com
8
3.4 Legplateaus van de wijnkelder
Verwijder de legplanken om ze schoon te maken.
3.5 Flessenrek van de wijnkelder
Verwijder het legplateau en schuif het rek in de twee geleiders. Op de legplanken met flessenrekken is het maximale gewicht 30 kg.
Het onderste vak is voorzien van een mand die gebruikt kan worden voor het rechtop en schuin plaatsen van de fles­sen.
3.6 Luchtbevochtiger
3.7 Circulatielucht
NEDERLANDS 9
De juiste luchtvochtigheid is cruciaal voor het correct bewaren van wijn. Uw wijnkelder beschikt over een speciale luchtbevochtiger, die de luchtvochtig­heid in het apparaat verhoogt. Verspreid de lavastenen die zijn meege­leverd langs de smalle lade, zoals in de afbeelding te zien is. Vul de lade dan met water tot de helft van de capaciteit. Bij normale werking worden de lavaste­nen regelmatig door het water bevoch­tigd. Controleer regelmatig of er zich nog water in de lade bevindt en vul zo nodig water bij. Merk op dat als de luchtvochtigheid in de ruimte waarin uw apparaat is geïnstal­leerd, bijzonder hoog is, dan heeft de binnenkant van uw wijnkelder ook een relatief hogere luchtvochtigheid. Dit kan leiden tot flessen die damp be­vatten wanneer de deur wordt geopend of etiketten die loskomen. Verlaag in een dergelijk geval de hoeveelheid wa­ter in de lade dienovereenkomstig.
4. REINIGING EN ONDERHOUD
LET OP!
Voordat u welke onderhoudshan­deling dan ook verricht, de stek­ker uit het stopcontact trekken.
Het koelvak is voorzien van een speciale AIRLIGHT-ventilator die automatisch gaat werken naar aanleiding van de ther­mostaatinstellingen of de omgevings­temperatuur.
Het koelcircuit van dit apparaat bevat koolwaterstoffen; onder­houd en herladen mag alleen uit­gevoerd worden door bevoegde technici.
www.aeg.com
10
4.1 Periodieke reiniging
Het apparaat moet regelmatig worden schoongemaakt:
• maak de binnenkant en de accessoires schoon met lauw water en wat neutra­le zeep.
• controleer de afdichtingen regelmatig en wrijf ze schoon om u ervan te ver­zekeren dat ze schoon zijn en vrij van restjes zijn.
• spoel ze af en maak ze grondig droog.
Trek niet aan leidingen en/of ka­bels aan de binnenkant van de kast en verplaats of beschadig ze niet. Gebruik nooit schoonmaakmid­delen, schuurpoeders, erg ge­parfumeerde reinigingsproduc­ten en waspolijstmiddelen om de binnenkant schoon te maken, aangezien deze het oppervlak beschadigen en een sterke geur achterlaten.
Maak de condensor (zwart rooster) en de compressor op de achterkant van het apparaat schoon met een borstel of stof­zuiger. Deze handeling zal de prestatie van het apparaat verbeteren en het elek­triciteitsverbruik besparen.
Zorg ervoor dat u het koelsys­teem niet beschadigt.
Veel normaal verkrijgbare keukenreini­gers bevatten chemicaliën die de kunst­stoffen die in dit apparaat gebruikt zijn kunnen aantasten/beschadigen. Daarom wordt het aanbevolen de buitenkant van dit apparaat alleen schoon te maken met warm water met een beetje afwas­middel. Steek, na het schoonmaken van het ap­paraat, de stekker weer in het stopcon­tact.
4.2 Periodes dat het apparaat niet gebruikt wordt
Als het apparaat gedurende lange tijd niet gebruikt wordt, neem dan de vol­gende voorzorgsmaatregelen:
trek de stekker uit het stopcontact
• verwijder al het voedsel,
• Ontdooi het apparaat (indien nodig) en toebehoren en maak alles schoon
• laat de deur/deuren op een kier staan om de vorming van onaangename luchtjes te voorkomen.
Als uw apparaat aan blijft staan, vraag dan iemand om het zo nu en dan te con­troleren, om te voorkomen dat het be­waarde voedsel bederft, als de stroom uitvalt.
4.3 Het ontdooien van de koelkast
Rijp wordt elke keer als de compressor­motor tijdens normale werking stopt, au­tomatisch van de verdamper van het koelvak verwijderd. Het dooiwater loopt via een gootje in een speciale opvang­bak aan de achterkant van het apparaat, boven de compressormotor, waar het verdampt. Maak het afvoergaatje van het dooiwater in het midden van het koelvak regelma­tig schoon om te voorkomen dat het wa­ter overloopt en op het voedsel in de koelkast gaat druppelen. Gebruik daar­voor de speciale reiniger, die al in het af­voergaatje zit.
5. PROBLEMEN OPLOSSEN
WAARSCHUWING!
Haal de stekker uit het stopcon­tact voordat u problemen gaat oplossen. Alleen een gekwalificeerd elek­trotechnicus of een bevoegd persoon mag problemen oplos­sen die niet in deze handleiding beschreven zijn.
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Het apparaat werkt niet. Het lampje brandt niet.
De stekker zit niet goed
Het apparaat krijgt geen
Het lampje werkt niet.
Het lampje is stuk. Zie 'Het lampje vervan-
De compressor werkt continu.
De deur is niet goed ge-
De deur is te vaak geo-
De temperatuur van het
De omgevingstempera-
Er loopt water over de achterkant van het apparaat.
Er loopt water in het apparaat.
Producten verhinderen
Het apparaat is uitge­schakeld.
in het stopcontact.
stroom. Er staat geen spanning op het stopcon­tact.
Het lampje staat in de stand-by stand.
De temperatuur is niet goed ingesteld.
sloten.
pend.
product is te hoog.
tuur is te hoog. Tijdens het automatische
ontdooiproces ontdooit de rijp tegen de achter­wand.
De waterafvoer is ver­stopt.
dat water in de waterop­vangbak kan stromen.
NEDERLANDS 11
Schakel het apparaat in.
Steek de stekker goed in het stopcontact.
Sluit een ander elektrisch apparaat op het stopcon­tact aan. Neem contact op met een gekwalificeerd elektricien.
Sluit en open de deur.
gen'. Stel een hogere tempera-
tuur in. Zie 'De deur sluiten'.
Laat de deur niet langer dan nodig openstaan.
Laat het product afkoelen tot kamertemperatuur voordat u het opbergt.
Verlaag de omgevingstem­peratuur.
Dit is normaal.
Reinig de waterafvoer.
Zorg ervoor dat de pro­ducten de achterwand niet raken.
www.aeg.com
12
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Er loopt water over de vloer.
De dooiwaterafvoer loopt niet in de verdamperbak
Maak de dooiwaterafvoer vast op de verdamperbak.
boven de compressor.
De temperatuur in het apparaat is te
De thermostaatknop is niet goed ingesteld.
Stel een hogere tempera­tuur in.
laag.
De temperatuur in het apparaat is te
De thermostaatknop is niet goed ingesteld.
Stel een lagere tempera­tuur in.
hoog.
De deur is niet goed ge-
Zie 'De deur sluiten'.
sloten.
Er zijn veel flessen tegelijk
opgeslagen.
Er is geen koude luchtcir-
culatie in het apparaat aanwezig.
dEMo verschijnt op het display.
Het apparaat staat in de demonstratiestand (dE­MO)
Bewaar minder flessen te­gelijkertijd.
Zorg ervoor dat er koude luchtcirculatie in het appa­raat aanwezig is.
Houd de knop Alarm on­geveer 10 seconden inge­drukt tot er een lang zoemgeluid klinkt en het display even uit gaat: het apparaat gaat weer wer­ken.
Er wordt een vier­kantje boven- of on­derin het tempera­tuurdisplay weerge­geven.
Er is een fout opgetreden in de temperatuurmeting.
Neem contact op met de klantenservice (het koelsys­teem blijft werken om uw levensmiddelen koud te houden, maar de tempera­tuur kan niet aangepast worden).
5.1 De lamp vervangen van de wijnkelder
Trek de stekker uit het stopcontact.
Verwijder het lampenkapje door het naar binnen te drukken met bijvoorbeeld een schroevendraaier om de achterste haken vrij te geven.
5.2 De deur sluiten
1.
Maak de afdichtingen van de deur schoon.
2.
Stel de deur, indien nodig, af. Raad­pleeg "Montage".
NEDERLANDS 13
Maak tegelijkertijd het middelste haakje los en schuif het dekseltje in de richting van de pijlen. Vervang het kapotte lampje door een nieuwe van hetzelfde type en dezelfde eigenschappen en speciaal ontworpen voor huishuidelijke apparaten. Plaats de afdekking van het lampje te­rug. Steek de stekker in het stopcontact. Open de deur. Controleer of het lampje gaat branden.
3.
Vervang, indien nodig, de defecte deurafdichtingen. Neem contact op met de klantenservice.
6. MONTAGE
6.1 Opstelling
WAARSCHUWING!
Als u een oud apparaat weg­gooit dat voorzien is van een deurslot of vergrendeling, zorg er dan voor dat dit onbruikbaar gemaakt wordt, zodat kinderen er niet in opgesloten kunnen ra­ken.
De stekker van het apparaat moet na installatie toegankelijk zijn.
Installeer dit apparaat op een plaats waar de omgevingstemperatuur over­eenkomt met de klimaatklasse die ver-
meld is op het typeplaatje van het appa­raat:
Kli-
Omgevingstemperatuur maat­klasse
SN +10°C tot + 32°C N +16°C tot + 32°C ST +16°C tot + 38°C T +16°C tot + 43°C
6.2 Elektrische aansluiting
Zorg er vóór het aansluiten voor dat het voltage en de frequentie op het typepla­tje overeenkomen met de stroomtoe­voer in uw huis.
www.aeg.com
14
Het apparaat moet geaard zijn. De net­snoerstekker is voorzien van een contact voor dit doel. Als het stopcontact niet geaard is, sluit het apparaat dan aan op een afzonderlijk aardepunt, in overeen­stemming met de geldende regels, raadpleeg hiervoor een gekwalificeerd elektricien.
6.3 Ventilatievereisten
De fabrikant neemt geen verantwoorde­lijkheid op zich als de bovenstaande vei­ligheidsmaatregelen niet worden nage­leefd. Dit apparaat voldoet aan de EU. richtlij­nen.
5 cm
min. 200 cm
2
min. 200 cm
6.4 Het apparaat installeren
LET OP!
Zorg ervoor dat het aansluitsnoer niet klem zit.
De luchtcirculatie achter het apparaat moet voldoende zijn.
2
Ga als volgt te werk:
Bevestig de zelfklevende afdichtstrip op het apparaat zoals aangegeven in de af­beelding.
NEDERLANDS 15
Plaats het apparaat in de nis.
Bevestig het apparaat met 4 schroeven in de nis.
Bevestig de afdekking op de schroeven.
www.aeg.com
16
Voer een eindcontrole uit en verzeker u ervan dat:
• alle schroeven zijn aangedraaid.
• De afdichtingsstrip goed bevestigd is aan de kast.
• De deur goed open en dicht gaat.
6.5 Montage-instructies voor het onderste deel van de deur
Maak de twee schroeven in het onder­ste gedeelte los zonder deze geheel los te schroeven, als de deur open staat.
Plaats de stalen compensator zoals aangegeven in de afbeelding en plaats het bovenste gedeelte onder de kop van de schroeven.
Lijn de compensator uit met de stalen doorpaneel en draai de schroeven vast.
Plaats de stalen carter binnenin de compensator zoals aangegeven door de afbeelding.
7. GELUIDEN
Tijdens normaal gebruik hoort u gelui­den (compressor, koelmiddelcirculatie).
SSSRR
HISSS!
R!
NEDERLANDS 17
CLICK!
BRRR!
OK
SSSRRR!
HISSS!
SSSRRR!
HISSS!
BLUBB!
CLICK!
BRRR!
CRACK!
CLICK!
BRRR!
Loading...
+ 39 hidden pages