Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor u het
apparaat gaat installeren en gebruiken.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor verwondingen of
schade die voortvloeien uit de onjuiste installatie of het
onjuiste gebruik. Bewaar de instructies altijd op een veilige en
toegankelijke plek voor toekomstig gebruik.
1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare personen
• Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8 jaar
en ouder en door mensen met een beperkt lichamelijk,
zintuiglijk of verstandelijk vermogen of een gebrek aan
ervaring en kennis, indien zij onder toezicht staan of
2NEDERLANDS
instructies hebben gekregen over het veilig gebruiken van
het apparaat en indien zij de gevaren begrijpen.
• Kinderen tussen de 3 en 8 jaar oud en personen met zware
en complexe beperkingen dienen altijd uit de buurt van het
apparaat te worden gehouden, tenzij ze voortdurend onder
toezicht staan.
• Kinderen jonger dan 3 jaar dienen, tenzij zij voortdurend
onder toezicht staan, bij het apparaat uit de buurt te worden
gehouden.
• Houd toezicht op kinderen om te voorkomen dat zij met het
apparaat gaan spelen.
• Houd alle verpakking uit de buurt van kinderen en gooi het
op passende wijze weg.
• Houd reinigingsmiddelen uit de buurt van kinderen.
• Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het apparaat
als de deur open staat.
• Als het apparaat is voorzien van een kinderslot, dient dit te
worden geactiveerd.
• Kinderen mogen zonder toezicht geen reinigings- en
onderhoudswerkzaamheden aan het apparaat uitvoeren.
1.2 Algemene veiligheid
• Dit apparaat is uitsluitend bedoeld voor het wassen van
huishoudelijk, machinewasbaar wasgoed.
• Dit apparaat is bedoeld voor binnenshuis huishoudelijk
gebruik.
• Dit apparaat kan worden gebruikt in kantoren, hotelkamers,
bed & breakfast-kamers, boerderijgasthuizen en andere
soortgelijke accommodaties waar dergelijk gebruik de
(gemiddelde) huishoudelijke gebruiksniveaus niet
overschrijdt.
• De specificatie van dit apparaat niet wijzigen.
• De maximale belading van het apparaat is 10.0 kg.
Overschrijd de maximale belading van elk programma niet
(zie het hoofdstuk 'Programma's').
NEDERLANDS3
• De waterdruk bij het watertoevoerpunt van de aansluiting
moet liggen tussen 0,5 bar (0,05 MPa) en 10 bar (1,0 MPa).
• De ventilatie-openingen in de onderkant mogen niet worden
afgedekt door tapijt, een mat of andere soorten
vloerbedekking.
• Het apparaat moet op de waterleiding worden aangesloten
met de nieuwe meegeleverde slangsets, of andere nieuwe
slangsets geleverd door het geautoriseerd servicecentrum.
• Oude slangsets mogen niet opnieuw worden gebruikt.
• Als het netsnoer beschadigd is, moet de fabrikant, een
erkend servicecentrum of een gekwalificeerde persoon
deze vervangen teneinde gevaarlijke situaties met
elektriciteit te voorkomen.
• Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het
stopcontact voordat je onderhoudshandelingen verricht.
• Gebruik geen waterstralen onder druk en/of stoom om het
apparaat te reinigen.
• Reinig het apparaat met een vochtige doek. Gebruik alleen
neutrale schoonmaakmiddelen. Gebruik geen
schuurmiddelen, schuursponsjes, oplosmiddelen of metalen
voorwerpen.
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
2.1 Installatie
• Volg de installatie-instructies die zijn
De installatie moet voldoen aan de
relevante nationale voorschriften.
• Verwijder alle verpakking en de
transportbouten, inclusief de rubberen mof
met kunststof afstandhouder.
• Bewaar de transportbouten op een veilige
plek. Als het apparaat verplaatst moet
worden in de toekomst, moeten ze
opnieuw bevestigd worden om de trommel
te vergrendelen om interne schade te
voorkomen.
• Pas altijd op bij verplaatsing van het
apparaat, want het is zwaar. Gebruik altijd
4NEDERLANDS
• Installeer en gebruik geen beschadigd
• Gebruik of installeer het apparaat niet op
• Zorg ervoor dat de vloer van de plaats
• Zorg dat er lucht tussen het apparaat en
• Als het apparaat op zijn permanente
veiligheidshandschoenen en gesloten
schoeisel.
meegeleverd met het apparaat.
apparaat.
plekken waar de temperatuur onder de
0°C komt of waar het wordt blootgesteld
aan weersomstandigheden.
waar u het apparaat installeert, vlak,
stabiel, hittebestendig en schoon is.
de vloer kan circuleren.
plaats wordt geplaatst, moet u nagaan of
het waterpas staat. Is dit niet het geval,
stel de stelpootjes hier dan op af.
• Installeer het apparaat niet direct boven
de vloerafvoer.
• Sproei geen water op het apparaat en stel
het niet bloot aan overmatige vochtigheid.
• Plaats het apparaat niet op een plek waar
de deur niet helemaal open kan.
• Plaats geen gesloten bak om mogelijke
waterlekkage op te vangen onder het
apparaat. Neem contact op met het
geautoriseerd servicecentrum om te
raadplegen welke accessoires gebruikt
mogen worden.
2.2 Elektrische aansluiting
WAARSCHUWING!
Gevaar voor brand en elektrische
schokken.
• WAARSCHUWING: Dit apparaat is
ontworpen om te worden geïnstalleerd/
aangesloten op een aardingsaansluiting in
het gebouw.
• Gebruik altijd een juist geïnstalleerd
schokbestendig stopcontact.
• Zorg ervoor dat de parameters op het
vermogensplaatje overeenkomen met
elektrische vermogen van de netstroom.
• Gebruik geen adapters met meerdere
stekkers en verlengkabels.
• Zorg dat u de netstekker en het netsnoer
niet beschadigt. Indien de voedingskabel
moet worden vervangen, dan moet dit
gebeuren door onze Klantenservice.
• Steek de stekker pas in het stopcontact
als de installatie is voltooid. Zorg ervoor
dat het netsnoer na installatie bereikbaar
is.
• Raak de stroomkabel of stekker niet aan
met natte handen.
• Trek niet aan het netsnoer om het
apparaat los te koppelen. Trek altijd aan
de stekker.
2.3 Wateraansluiting
• Beschadig de waterslangen niet.
• Indien buizen lang niet zijn gebruikt, er
reparaties hebben plaatsgevonden of er
nieuwe apparaten zijn geplaatst
(watermeters, enz.), moet je, voordat de
nieuwe buizen worden aangesloten, het
water laten stromen totdat het schoon en
helder is.
• Zorg ervoor dat er geen zichtbare
waterlekken zijn tijdens en na het eerste
gebruik van het apparaat.
• Gebruik geen verlengslang als de
toevoerslang te kort is. Neem contact op
met de erkende klantenservice voor
vervanging van de toevoerslang.
• Bij het uitpakken van het apparaat is het
mogelijk dat je water uit de afvoerslang
ziet stromen. Dit komt door het testen met
water van het apparaat in de fabriek.
• Je kunt de afvoerslang maximaal 400 cm
verlengen. Neem contact op met de
erkende klantenservice voor de andere
afvoerslang en het verlengstuk.
• Zorg ervoor dat de kraan na installatie
bereikbaar is.
2.4 Gebruik
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel, elektrische schokken,
brand, brandwonden en schade aan het
apparaat.
• Volg de veiligheidsinstructies op de
verpakking van het wasmiddel op.
• Plaats geen ontvlambare producten of
artikelen die vochtig zijn met ontvlambare
producten in, bij of op het apparaat.
• Was geen stoffen die zwaar bevuild zijn
met olie, vet of andere vettige substanties.
Dit kan rubberen onderdelen van de
wasmachine beschadigen. Was dergelijke
stoffen met de hand voor, voordat u ze in
de wasmachine stopt.
• Raak de glazen deur niet aan als een
programma in werking is. Het glas kan
heet worden.
• Zorg ervoor dat alle metalen voorwerpen
van het wasgoed zijn verwijderd.
2.5 Service
• Neem contact op met de erkende
servicedienst voor reparatie van het
apparaat. Gebruik alleen originele
reserveonderdelen.
• Houd er rekening mee dat zelfreparatie of
niet-professionele reparatie gevolgen kan
hebben voor de veiligheid en de garantie
kan doen vervallen.
• De volgende reserveonderdelen zijn
beschikbaar gedurende 10 jaar nadat het
NEDERLANDS5
model is stopgezet: motor- en
motorborstels, transmissie tussen motor
en trommel, pompen, schokdempers en
veren, wastrommel, trommelspin en
aanverwante kogellagers, verwarmers en
verwarmingselementen, inclusief
warmtepompen, leidingen en aanverwante
apparatuur, waaronder slangen, kleppen,
filters en aquastops, printplaten,
elektronische displays, drukschakelaars,
thermostaten en sensoren, software en
firmware met inbegrip van resetsoftware,
deur, deurscharnier en afdichtingen,
andere afdichtingen,
deurvergrendelingsassemblage, plastic
randapparatuur zoals
wasmiddeldispensers. Houd er rekening
mee dat sommige van deze
reserveonderdelen alleen beschikbaar zijn
voor professionele reparateurs en dat niet
alle reserveonderdelen relevant zijn voor
alle modellen.
• Met betrekking tot de lamp(en) in dit
product en reservelampen die afzonderlijk
worden verkocht: Deze lampen zijn
bedoeld om bestand te zijn tegen extreme
fysieke omstandigheden in huishoudelijke
apparaten, zoals temperatuur, trillingen,
vochtigheid, of zijn bedoeld om informatie
te geven over de operationele status van
het apparaat. Ze zijn niet bedoeld voor
gebruik in andere toepassingen en zijn
niet geschikt voor verlichting in
huishoudelijke ruimten.
2.6 Verwijdering
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of verstikking.
• Haal de stekker uit het stopcontact en
koppel het apparaat los van de
watertoevoer.
• Snijd het netsnoer vlak bij het apparaat af
en gooi het weg.
• Verwijder de deurvergrendeling om te
voorkomen dat kinderen of huisdieren
binnen in de trommel vast komen te zitten.
• Gooi het apparaat weg conform de lokale
voorschriften voor de verwijdering van
elektrische en elektronische apparatuur
(AEEA).
3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
3.1 Bijzondere eigenschappen
Uw nieuwe wasautomaat voldoet aan alle
moderne eisen voor een effectieve
behandeling van wasgoed met een laag
water-, energie- en wasmiddelverbruik en een
milde behandeling van het wasgoed.
• De ProSense-technologie detecteert
binnen 30 seconden de hoeveelheid
wasgoed die bepalend is voor de duur van
het programma. Het wasprogramma wordt
nauwkeurig afgestemd op de wasbelasting
en het type wasgoed zonder meer tijd-,
energie- en water te verbruiken dan strikt
noodzakelijk is.
• De stoomfunctie is een snelle en handige
manier om kleding op te frissen. De
vriendelijke stoomprogramma's
verwijderen geuren en zorgen voor minder
kreuken in het droge textiel, zodat minder
strijktijd nodig is.
6NEDERLANDS
De Plus Steam-optie rondt elke cyclus af
met een milde stoombehandeling die de
vezels doet ontspannen zodat het textiel
minder kreukt. Strijken wordt
gemakkelijker!
• De Hot&Cold-aansluiting maakt
energiebesparingen van wel 50% mogelijk
als u de wasautomaat aansluit op de
huishoudelijke warmwatervoorziening of
op milieuvriendelijke systemen, zoals
ketels met zonneverwarming. Een nieuwe
manier om energie te besparen en
vriendelijk te zijn voor het milieu.
• Het ELECTROLUX Steam Fragrance,
biedt, dankzij nieuwe en
stoomprogramma's de perfecte oplossing
voor het verfrissen van zelfs de meest
delicate kledingstukken zonder ze te
wassen. Gebruik de delicate geur
uitsluitend ontwikkeld door ELECTROLUX
om een aangenaam gevoel van een "net
gewassen"-kledingstuk toe te voegen aan
de actie van het verwijderen van geuren
123
9
5
6
7
4
10
8
11 12
00000000
00A
Mod.
xxxxxxxxx
000V ~ 00Hz 0000 W
910000000
00
A
B
C
Prod.No.
D
en kreuken.
3.2 Apparaatoverzicht
Bovenblad
1
Wasmiddellade
2
Bedieningspaneel
3
Handgreep
4
Typeplaatje
5
Filter afvoerpomp
6
Voetjes voor het waterpas zetten van het
7
apparaat
4. TECHNISCHE GEGEVENS
AfmetingenBreedte / hoogte / totale diepte59.7 cm /84.7 cm /63.6 cm
Elektrische aansluitingSpanning
Totaal vermogen
Zekering
Frequentie
Afvoerslang
8
Aansluitingen van de watertoevoerslang
9
Netsnoer
10
Transportbouten
11
Slangensteun
12
Het typeplaatje meldt:
A. modelnaam
B. productnummer
C. elektrische classificaties
D. serienummer
230 V
2100 W
10 A
50 Hz
NEDERLANDS7
Beschermingsniveau tegen binnendringen van vaste deeltjes en vocht
door het beschermende deksel, behalve waar de laagspanningsappara‐
tuur geen bescherming tegen vocht heeft
Sluit de waterinlaatslangen aan op een waterkraan met een 3/4" -schroefdraad.
2)
Verzeker je ervan dat de temperatuur van je aangesloten warmwaterleiding niet hoger is dan 60 °C.
Het apparaat werkt ook door de leiding voor alleen koud water aan te sluiten.
1)
Maximum
IPX4
0,5 bar (0,05 MPa)
10 bar (1,0 MPa)
Koud water
Heet water
2)
5. MONTAGE
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.
5.1 Uitpakken
WAARSCHUWING!
Verwijder alle verpakking en de
transportbouten voordat je het apparaat
installeert.
WAARSCHUWING!
Gebruik de handschoenen.
1. Verwijder de externe folie. Gebruik indien
nodig een mesje.
3. Verwijder de interne folie.
2. Verwijder de kartonnen bovenzijde en het
polystyreen-verpakkingsmateriaal.
8NEDERLANDS
4. Open de klep en verwijder het
polystyreen-gedeelte van de
klepvergrendeling en alle voorwerpen van
de trommel.
5. Zet het apparaat voorzichtig op zijn
1
2
achterkant.
6. Plaats het voorste
polystyreenverpakkingselement op de
vloer onder het apparaat.
Zorg ervoor dat je de slangen niet
beschadigt.
9. Verwijder de elektrische voedingskabel
en de afvoerslang uit de slanghouders.
Je ziet mogelijk water dat uit de
afvoerslang loopt. Dit komt doordat
het apparaat in de fabriek met water
is getest.
7. Verwijder de polystyreenbescherming van
de bodem.
8. Zet het apparaat verticaal naar boven.
10. Verwijder de drie bouten met de
moersleutel die bij het apparaat geleverd
is.
11. Trek de plastic afstandsstukken naar
buiten.
12. Plaats de plastic doppen, die je in de zak
met de gebruiksaanwijzing aantreft, in de
openingen.
NEDERLANDS9
We adviseren om de verpakking en de
x4
transportbouten te bewaren voor
mogelijke beweging van het apparaat.
5.2 Positionering en waterpas
zetten
1. Monteer het apparaat op een vlakke,
harde vloer.
Zorg ervoor dat tapijten de luchtcirculatie
onder het apparaat niet doen stoppen.
Zorg ervoor dat het apparaat de muur of
andere apparaten niet aanraakt.
2. Draai de voeten los of vast om het niveau
aan te passen.
WAARSCHUWING!
Plaats geen karton, hout of
gelijkwaardige materialen onder de
voeten van het apparaat om het niveau
aan te passen.
Het apparaat moet waterpas en stabiel zijn.
Een juiste afstelling van het niveau van
het apparaat voorkomt trillingen, lawaai
en beweging van het apparaat wanneer
dit in werking is.
Als het apparaat op een plint wordt
geïnstalleerd of als er een wasdroger op
de wasmachine wordt gezet, maak dan
gebruik van de accessoires die in het
hoofdstuk 'Accessoires' worden
beschreven. Lees de met de accessoires
en het apparaat meegeleverde instructies
zorgvuldig door.
5.3 Set bevestigingsplaatjes
Als u het apparaat op een plint installeert die
geen accessoire is meegeleverd bij
ELECTROLUX, zet het apparaat dan vast in
de bevestigingsplaten. Dit reserveonderdeel
is verkrijgbaar in de webshop of bij een
erkende dealer.
Lees de met het accessoire meegeleverde
instructies zorgvuldig door.
10NEDERLANDS
5.4 De waterinvoerslang (Ultra antioverstroming)
Voordat u de machine aansluit op nieuwe
leidingen of leidingen die enige tijd niet zijn
gebruikt, moet u een redelijke hoeveelheid
water afvoeren om eventueel vuil dat zich in
de leidingen heeft opgehoopt eruit te spoelen.
Om drinkwater te beschermen moet een
45
o
20
o
A
B
terugslagklep worden geïnstalleerd tussen
de waterkraan en de watertoevoerslang.
Sluit de watertoevoerslang aan op een
koudwaterkraan met 3/4”-schroefdraad.
WAARSCHUWING!
Zorg ervoor dat er geen waterlekken zijn
vanuit de koppelingen.
1. Sluit de watertoevoerslang voor KOUD
water aan op de juiste aansluiting (A) op
de achterkant van het apparaat.
2. Sluit de watertoevoerslang voor WARM
water aan op de juiste aansluiting (B) op
de achterkant van het apparaat.
Raadpleeg de afbeelding.
3. Plaats ze naar rechts of links afhankelijk
van de positie van de waterkraan.
Zorg ervoor dat de toevoerslangen niet
verticaal zijn geplaatst.
4. Maak indien nodig de ringmoer los om ze
in de juiste stand te zetten.
5. Sluit de watertoevoerslang voor KOUD
water aan op een koudwaterkraan met
3/4"-schroefdraad.
6. Sluit de watertoevoerslang voor WARM
water aan op een warmwaterkraan met
3/4"-schroefdraad.
WAARSCHUWING!
Koppel de watertoevoerslang om welke
reden dan ook niet los van het apparaat.
Neem indien nodig contact op met het
erkende servicecentrum.
5.5 De toevoerslangen
Het apparaat heeft twee aansluitingen voor
de toevoerslangen op de achterkant, een
voor warm water en de andere voor koud
water.
NEDERLANDS11
A
Als dit gebeurt, draait u de kraan dicht en
min.600 mm
max.1000 mm
neemt u contact op met de erkende
Gebruik geen verlengslang als de
toevoerslangen te kort zijn. Neem contact
op met de erkende klantenservice voor
vervanging van de toevoerslangen.
5.6 Waterstop
De watertoevoerslang is voorzien van een
waterstop. Dit toestel voorkomt lekkage in de
slang door natuurlijke slijtage.
Het rode gedeelte in het venster «A» toont
deze storing.
Het is mogelijk om de afvoerslang op verschillende manieren aan te sluiten:
klantenservice om de slang te laten
vervangen.
5.7 Waterafvoer
De afvoerslang moet op een hoogte van niet
minder dan 60 cm en niet meer dan 100 cm
van de vloer worden geplaatst.
U kunt de afvoerslang verlengen tot
maximaal 400 cm. Neem contact op met
het erkende servicecentrum voor
aanschaf van de andere afvoerslang en
het verlengstuk.
• Sluit de afvoerslang aan op de tapkraan
en draai deze vast met een klem.
• Plaats de slang rechtstreeks op een
ingebouwde afvoerleiding in de
12NEDERLANDS
kamerwand en draai deze vast met een
klem.
• Zonder de plastic slanggeleider, naar een
gootsteentapkraan - Plaats de afvoerslang
in de tapkraan en draai deze vast met een
klem.
• Naar een standaardleiding met
ventilatiegat - Steek de afvoerslang
rechtstreeks in een afvoerleiding of
standleiding.
• De afvoerslang kan in U-vorm worden
gebogen en rond de plastic geleider
worden geplaatst. Aan de rand van een
gootsteen - Bevestig de geleider aan de
waterkraan of aan de muur.
Zorg ervoor dat de afvoerslang een lus
maakt om te voorkomen dat er deeltjes
uit de gootsteen in het apparaat komen.
Zorg ervoor dat de plastic geleider niet
kan bewegen wanneer het apparaat
leegloopt en het uiteinde van de
afvoerslang niet in het water is
ondergedompeld. Er kan vuil water in het
apparaat terechtkomen. Koop
accessoires bij een officiële leverancier.
Het uiteinde van de afvoerslang moet
altijd geventileerd zijn, d.w.z. de
binnendiameter van de afvoerleiding
(min. 38 mm - min. 1,5") moet groter zijn
dan de buitendiameter van de
afvoerslang.
Het typeplaatje en het hoofdstuk 'Technische
gegevens' geven de benodigde elektrische
waarden aan. Zorg ervoor dat ze compatibel
zijn met de netvoeding.
Controleer of de elektrische installatie in uw
woning geschikt is voor het maximale
vereiste vermogen; houd hierbij rekening met
andere apparaten die in gebruik zijn.
Sluit het apparaat aan op een geaard
stopcontact.
Het aansluitsnoer moet na de installatie van
het apparaat toegankelijk zijn.
Neem voor alle elektrische werkzaamheden
die nodig zijn om dit apparaat te installeren
contact op met ons geautoriseerde
servicecentrum.
De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld
worden voor schade of letsel die voortkomt
uit het niet opvolgen van bovengenoemde
veiligheidsvoorschriften.
5.8 Elektrische aansluiting
Aan het einde van de installatie kunt u de
stekker in het stopcontact steken.
NEDERLANDS13
6. BEDIENINGSPANEEL
32
45
1110876
9
1
6.1 Beschrijving van het bedieningspaneel
Niet alle opties zijn beschikbaar voor alle wasprogramma's. Controleer de compatibiliteit
tussen opties en wasprogramma's in de paragraaf “ en opties inzake compatibiliteit met
programma's” in het hoofdstuk “Programma's”. Een optie kan een andere uitsluiten. In zo'n
geval staat het apparaat niet toe dat je de onverenigbare opties samen instelt.
Zorg dat het scherm en de toetsen altijd schoon en droog zijn.
Indicatielampje van wasfase. Deze knippert tijdens de voorwas en de wasfase.
Indicatielampje spoelfase. Knippert tijdens de spoelfase.
Controlelampje centrifugeer- en afvoerfase. Knippert tijdens het centrifugeren en afvoe‐
ren.
Controlelampje stoomfase.
Controlelampje antikreukfase.
Indicatielampje Eco-programma: gaat branden als het geselecteerde programma en de
geselecteerde opties een eco-profiel hebben.
Controlelampje kledingstukken toevoegen: het gaat aan als het programma start en de
gebruiker kan het apparaat nog steeds pauzeren en meer wasgoed toevoegen.
Indicatielampje Extra spoelen.
Indicatielampje ProSense.
Indicatielampje Klaar over.
NEDERLANDS15
Het controlelampje kan aangeven:
• Duur van het programma (bijv. ).
De tijd die wordt weergegeven als het programma is ingesteld, kon
niet overeenkomen met de effectieve duur en kan na ProSense fa‐
se veranderen.
• Maximale lading.
• Eindig in de tijd (bijv. of ).
• Einde cyclus ( ).
• Waarschuwingscode (bijv. ).
• Indicatie van het totale aantal bedrijfsuren van het apparaat. Raadpleeg het gedeelte
'Bedrijfsurenteller' in de paragraaf 'Instellingen' voor meer informatie.
Lampje maximale belading. De waarde wordt gedurende drie seconden na de program‐
makeuze weergegeven, afgewisseld met de duur van de cyclus.
Controlelampje maximum wasgoedgewicht. Het knippert als de hoeveelheid wasgoed de
aangegeven lading overschrijdt.
Deze indicator herinnert u eraan een reinigingscyclus uit te voeren.
Controlelampje kinderbeveiliging.
Het temperatuurgebied:
Controlelampje temperatuur
Aanduiding koud water
Het centrifugeergebied:
Controlelampje toerental
Controlelampje Niet centrifugeren. Centrifugefase staat uit.
Controlelampje extra stil.
Controlelampje Spoelstop.
Controlelampje voorwas.
Controlelampje vlekken.
Controlelampje warm water vullen.
7. DRAAIKNOP EN KNOPPEN
7.1 Aan/Uit
Druk een paar seconden op deze toets te
drukken kun je het apparaat in- of
uitschakelen. Er klinken twee verschillende
geluiden als het apparaat in- of uitgeschakeld
wordt.
16NEDERLANDS
Omdat de stand-by-functie het apparaat
automatisch uitschakelt om het
energiegebruik in een aantal gevallen te
beperken, moet u het apparaat wellicht weer
inschakelen.
Raadpleeg de paragraaf over stand-by in het
hoofdstuk 'Dagelijks gebruik' voor meer
informatie.
7.2 Programmakeuzeknop
Door aan de programmakeuzeknop te
draaien, kunt u het gewenste programma
kiezen.
7.3 Inleiding
Niet alle opties en functies zijn
beschikbaar voor alle wasprogramma's.
Controleer de verenigbaarheid van de
opties en functies met de
wasprogramma's in het
'Programmaoverzicht'. Een optie of
functie kan een andere uitsluiten. In zo'n
geval staat het apparaat niet toe dat u de
onverenigbare opties of functies samen
instelt.
Zorg dat het scherm en de toetsen altijd
schoon en droog zijn.
7.5 Start/Pauze
Raak de toets Start/Pauze aan om het
apparaat te starten, te pauzeren of het
draaiende programma te onderbreken.
7.6 Hot & Cold
Als u een van de programma's instelt naast
het pictogram en ook de
indicatielampjes op het display. De
warmwatertoevoer is ingeschakeld.
Het apparaat vult zich met warmte en kou
vanuit uw hydraulische systeem.
Om alleen met koud water te wassen, moet u
deze toets aanraken om de
warmwatertoevoer uit te schakelen. De
overeenkomstige knopaanduiding gaat uit en
de aanduiding verdwijnt van het display.
7.4 Klaar over
Stel deze optie in als laatste na
programma en andere opties, anders kan
deze worden geannuleerd als u een
instelling wijzigt.
Met deze optie kunt u de tijd kiezen
waarbinnen een programma moet worden
beëindigd. Het einde van het programma kan
met één uur worden uitgesteld bij elke druk
op de knop tot maximaal 24 uur.
Het display toont de normale programmaduur
of anders de ingestelde eindtijd van het
programma (uitgedrukt in uren 0h). De
minimale selecteerbare tijd komt overeen met
het afgeronde uur van de maximale duur van
een programma (als de cyclusduur
bijvoorbeeld 3:15 uur duurt, is de minimale
selecteerbare tijd 4 uur).
Na het starten van het programma wordt de
deur vergrendeld en start het apparaat de
ProSense fase. Wanneer de
belastingsschatting eindigt, knippert het
pictogram van de lopende fase op het display
en telt het tijdcijfer af in stappen van één uur
en in stappen van 1 minuut gedurende het
laatste uur.
We raden je aan om de
warmwateraansluiting uit te schakelen
als er bloed-, ei- en rode wijnvlekken uit
het wasgoed moeten worden verwijderd.
De hoogste toegestane
warmwatertemperatuur is 60 °C.
7.7 Plus Steam
Deze optie voegt aan het einde van het
wasprogramma een stoomfase toe gevolgd
door een korte antikreukfase.
De stoomfase vermindert de kreuken in de
stoffen en vereenvoudigt het strijken.
De optie Plus Steam bereikt goede resultaten
met een kleine lading doordat stoom beter
doordringt in het wasgoed als er meer ruimte
is. Daarom is de maximale lading van het
programma in combinatie met deze optie 2 kg
(ongeveer 8 - 10 overhemden).
Bij het instellen van de optie Plus Steam daalt
de maximale lading naar 2 kg op het display
en de programmatijd wordt
dienovereenkomstig aangepast.
De aanduiding
stoomfase in het display.
knippert tijdens de
NEDERLANDS17
Deze optie kan van invloed zijn op de
duur van het programma.
Als het programma stopt, geeft het display
een nul weer , het indicatielampje
brandt constant.
De antikreukfase start, het indicatielampje
knippert en het Start/Pauze ledlampje
blijft branden. De trommel voert gedurende
30 minuten zachte bewegingen uit om het
voordeel van de stoom te behouden.
Om de antikreukfase te onderbreken, kun je:
• Druk op de toets Aan/Uit
apparaat in of uit te schakelen.
• De programmakeuzeknop in een andere
stand draaien.
Wanneer de anti-kreukbeveiliging stopt en de
deur wordt ontgrendeld, stelt het apparaat het
vorige ingestelde programma opnieuw voor.
Een kleine lading wasgoed geeft betere
resultaten.
-knop om het
7.8 Extra spoelen
Met deze optie kunt u een paar spoelbeurten
toevoegen aan de geselecteerde
wasprogramma's en de verdeling van de
wasverzachter optimaliseren en de zachtheid
van de was verbeteren.
Dit wordt aanbevolen als u de wasverzachter
gebruikt.
Deze functie is handig voor personen met
wasmiddelallergie en in gebieden waar het
water erg zacht is.
Door deze optie duurt het programma langer.
Het indicatielampje van de knop gaat
branden.
korten. Raak deze knop eenmaal aan om
de tijdsduur te verminderen.
• Raak bij een kleinere lading deze knop
tweemaal aan om een extra kort
programma in te stellen.
In dit geval kan de temperatuur van 95°C
niet worden geselecteerd.
Het lampje van de knop brandt en het display
toont de ingestelde programmaduur.
Deze optie kan ook worden gebruikt om
de duur van het stoomprogramma te
verkorten.
7.10 Vlekken/Voorwas
Druk meerdere malen op deze toets om een
van de twee of beide opties te activeren.
De overeenkomstige indicatie verschijnt op
het display.
• Vlekken
Selecteer deze optie om een voorwasfase
aan een programma toe te voegen om
sterk vervuild wasgoed of wasgoed met
vlekken met een vlekkenverwijderaar te
behandelen.
Giet de vlekkenverwijderaar in
compartiment . De vlekkenverwijderaar
wordt in de juiste fase van het
wasprogramma toegevoegd.
Deze optie is niet beschikbaar bij een
temperatuur lager dan 40 °C.
• Voorwas
Gebruik deze functie om een voorwasfase
op 30 °C toe te voegen voor de wasfase.
Deze optie wordt aanbevolen voor zwaar
vervuild wasgoed, met name als dit zand,
stof, modder en andere vaste deeltjes
bevat.
7.9 Tijd besparen
Met deze optie kun je de programmaduur
inkorten.
• Bij normaal of licht vervuild wasgoed wordt
het aanbevolen het wasprogramma in te
18NEDERLANDS
Deze opties kunnen de duur van het
programma verlengen.
7.11 Centrifugeren
Als je een programma instelt, kiest het
apparaat automatisch de standaard
centrifugeersnelheid.
Raak deze toets herhaaldelijk aan om:
• Wijzig de centrifugeersnelheid.
De display toont alleen de
centrifugesnelheden die voor het
ingestelde programma beschikbaar
zijn.
• Activeer de optie Spoelstop.
Het laatste spoelwater wordt niet
weggepompt, om te voorkomen dat het
wasgoed kreukt. Het wasprogramma
eindigt met water in de trommel en de
laatste centrifugeerfase wordt niet
uitgevoerd.
De display toont het indicatielampje
De trommel draait regelmatig om kreuken
te verminderen.
De deur blijft vergrendeld. De trommel
draait regelmatig om kreuken te
verminderen. U moet het water afvoeren
om de deur te ontgrendelen.
Tik op de Start/Pauze knop : het
apparaat voert de centrifugeerfase uit en
het pompt het water weg.
• Activeer de Extra stil-optie.
Alle centrifugefasen (tussendoor en de
laatste centrifugeerfase) worden
overgeslagen en het programma eindigt
met water in de trommel. Zo wordt
voorkomen dat de was kreukt.
Omdat dit programma heel stil is, is het
geschikt voor nachtelijk gebruik als er
goedkopere stroomtarieven beschikbaar
zijn. In sommige programma’s worden de
spoelgangen met meer water uitgevoerd.
De display toont het indicatielampje .
De deur blijft vergrendeld. De trommel
draait regelmatig om kreuken te
verminderen. Je moet het water afvoeren
om de deur te ontgrendelen.
Tik op de Start/Pauze-toets: het apparaat
voert alleen de wegpompfase uit.
• Niet centrifugeren.
Stel deze optie in om alle
centrifugeerfasen uit te schakelen. Het
display toont het indicatielampje .
Het apparaat voert de enige afvoerfase
van het geselecteerde wasprogramma uit.
Stel deze optie in voor zeer fijne stoffen.
.
De spoelfase verbruikt meer water voor
sommige wasprogramma’s
Het apparaat zal het water na circa 18
uur automatisch uit het apparaat
wegpompen.
7.12 Temperatuur
Wanneer het gewenste programma is
gekozen, stelt je machine automatisch een
standaardtemperatuur voor.
Raak deze toets herhaaldelijk aan totdat de
gewenste temperatuur op het display
verschijnt.
Als het display de volgende aanduidingen
en weergeeft, verwarmt het apparaat het
water niet.
8. INSTELLINGEN
8.1 Introductie
Druk bij een toetscombinatie de toetsen
niet schuin in. De sensoren die onder de
knoppen zitten zijn gevoelig en kunnen
invloed uitoefenen op uw keuze.
8.2 Geluidssignalen
Dit apparaat is uitgevoerd met verschillende
geluidssignalen, die werken als:
• Je het apparaat activeert (speciale korte
toon).
• Je het apparaat deactiveert (speciale korte
toon).
• Je een toets aanraakt (klikgeluid).
• Je een foutieve keuze maakt (3 korte
tonen).
• Het programma voltooid is (gedurende 2
minuten opeenvolgende geluiden).
• Het apparaat met een storing te maken
heeft (gedurende 5 minuten
opeenvolgende geluiden).
NEDERLANDS19
• Wanneer er tijdens de ProSense fase een
overbelasting van het wasgoed wordt
gedetecteerd (een dubbel geluid wordt
afgespeeld).
Om deze optie te activeren/deactiveren,
houdt u de Extra spoelen knop ingedrukt tot
er een pieptoon of een dubbele pieptoon
klinkt.
Als u deze functie uitschakelt, stoppen de
geluidssignalen alleen aan het einde van
het programma.
8.3 Kinderslot
Met deze optie kun je voorkomen dat
kinderen met het bedieningspaneel spelen.
Druk om deze optie te activeren/deactiveren
op de Vlekken/Voorwasknop totdat op het
display aan-/uitgaat.
Het apparaat behoudt deze optie als
standaard nadat u het heeft uitgeschakeld.
De kinderslotfunctie is mogelijk niet
beschikbaar de eerste paar seconden nadat
je het apparaat hebt ingeschakeld.
8.4 Teller bedrijfsuren
Het is mogelijk om de totale bedrijfstijd van
het apparaat in uren te visualiseren, vanaf de
eerste keer dat het wordt ingeschakeld. Deze
waarde telt de bedrijfstijd van de cycli
(exclusief pauzes, vertraagde starttijd). Ga
als volgt te werk om deze waarde te
visualiseren:
1. Schakel het apparaat in door op de
Aan/Uit knop te drukken.
2. Houd de Extra spoelen knoppen Plus
Steam en enkele seconden ingedrukt.
3. Na 3 seconden wordt het totale aantal
uren dat het apparaat werkt op het
display weergegeven: bijv. 1276 uur toont
het display de tekst Hr gedurende 2
seconden, 12 (honderdtallen en
honderdtallen) gedurende 2 seconden en
76 (tientallen en eenheden).
4. Om deze modus te verlaten, drukt u op
een willekeurige knop of schakelt u het
apparaat uit met deAan/Uit toets.
Als de procedure niet werkt (vanwege
time-out of verkeerde
toetsencombinatie), schakelt u het
apparaat uit waarna u de volgorde vanaf
het begin herhaalt.
8.5 Fabrieksinstellingen
Met deze functie kun je de standaard
fabrieksinstellingen herstellen. Volg
onderstaande stappen om deze optie te
activeren:
1. Schakel het apparaat in door op de
Aan/Uit knop te drukken.
2. Houd de Vlekken/Voorwas knoppen Tijd
besparen en enkele seconden ingedrukt.
3. Het display wordt ongeveer 5
seconden weergegeven.
20NEDERLANDS
9. VOOR HET EERSTE GEBRUIK
2. Zorg ervoor dat er stroom aanwezig is en
dat de waterkraan openstaat.
Tijdens de installatie of voordat u het
apparaat voor het eerst gebruikt, kunt u
wat water in het apparaat waarnemen.
Dit is restwater dat in het apparaat is
achtergebleven nadat in de fabriek een
volledige functietest werd uitgevoerd om
te garanderen dat het apparaat in perfect
functionerende staat aan de klant wordt
geleverd, en is geen reden voor
ongerustheid.
1. Zorg ervoor dat alle transportbouten uit
3. Giet 2 liter water in het vakje voor het
hoofdwasmiddel dat wordt aangegeven
met .
Deze handeling activeert het afvoersysteem.
4. Giet een kleine hoeveelheid wasmiddel in
het vak dat wordt aangegeven met .
5. Stel het programma voor katoen in op de
hoogste temperatuur zonder wasgoed in
de trommel en start het programma.
Dit verwijdert al het mogelijke vuil uit de
trommel en de kuip.
het apparaat zijn verwijderd.
10. PROGRAMMA’S
10.1 Programmatabel
De programma's worden in deze tabel beschreven in de volgorde van de keuzeknop van
boven naar beneden.
Het pictogram geeft de programma's aan waar de Hot & Cold optie beschikbaar is.
Wasprogramma’s
ProgrammaProgrammabeschrijving
Lage energiecyclus voor katoen. Verlaagt de temperatuur en verlengt de tijd
Eco 40-60
MixLoad 69min
Katoen
Synthetica
om goede wasresultaten te bereiken.
Katoen en gemengde synthetische stoffen. Ideaal om je dagelijkse lading in
een korte tijd te wassen, voor een betere verzorging van je kleding en een goe‐
de reiniging al op 30°C.
De standaard programmaduur is ontwikkeld bij een wasgoedlading van 5 kg.
Als u een kleinere of grotere lading wast, wordt de wastijd automatisch verkort
of verlengd, waardoor perfecte resultaten worden verkregen.
Witte en gekleurde katoenen stoffen. Ideaal voor normaal en zwaar bevuild
wasgoed.
Synthetische of gemengde stoffen. Normaal bevuild.
NEDERLANDS21
ProgrammaProgrammabeschrijving
Machinewasbestendige wol, handwasbestendige wol en andere stoffen met
Wol
Hygiëne
Machine Clean
Fijne was
20 min. - 3 kg
Stoom
Spoelen
Centrifugeren/Pompen
1)
Tijdens deze cyclus draait de trommel langzaam om te zorgen voor een zacht wasproces. Het kan lijken alsof
de trommel niet draait of niet goed draait, maar dat is normaal voor dit programma.
2)
Getest op Staphylococcus aureus, Enterococcus faecium, Candida albicans, Pseudomonas aeruginosa en MS2
Bacteriophage in externe test uitgevoerd door Swissatest Testmaterialien AG in 2021 (testrapport nr. 202120117).
3)
Na het reinigen van de trommel moet nog een spoelcyclus met een lege trommel zonder wasmiddel worden
gedraaid om enige resten van waspoeder met bleekmiddel te verwijderen.
4)
Als u een stoomprogramma instelt met gedroogd wasgoed, kan het wasgoed aan het einde van de cyclus voch‐
tig zijn. Droog de items op een waslijn gedurende ongeveer 10 minuten. Dit programma verwijdert geen bijzonder
intense geurtjes.
«handwas»-symbool1).
Witte katoenen stoffen. Dit hoogwaardige wasprogramma in combinatie met
stoomdamp, verwijdert meer dan 99,99% van bacteriën en virussen2) de tem‐
peratuur gedurende de wasfase boven de 60°C houden; met een extra actie op
de vezels dankzij een dampfase, een verbeterde spoelfase zorgt voor een goe‐
de verwijdering van wasmiddel en resten van micro-organismen. Dit program‐
ma zorgt ook voor een goede vermindering van pollen/allergene items.
Onderhoudscyclus met heet water om de trommel te reinigen en op te frissen
en resten te verwijderen die geuren kunnen veroorzaken. Verwijder voordat u
deze cyclus laat draaien alle voorwerpen uit de trommel. Zet in het wasfasevak
van het wasmiddeldoseerbakje de flap van het vak recht omhoog. Schenk een
kop bleekmiddel of wasmachinereiniger in het wasfase-vak voor waspoeder.
NOOIT tegelijkertijd gebruiken
Fijne stoffen zoals acryl, viscose en gemengde stoffen hebben een milde was‐
beurt nodig. Normaal bevuild.
Katoenen en synthetische kledingstukken die licht vervuild of slechts één keer
gedragen zijn.
Katoen, synthetische en gemengde artikelen. Speciale stoomcyclus zonder
wassen, die gebruikt kan worden om uw gedroogde was te bereiden voor het
strijken of opfrissen van kleding die eenmaal gedragen is. Dit programma ver‐
mindert kreuken, geurtjes en ontspant de vezels. Gebruik geen wasmiddel.
Als het programma is voltooid, haalt u snel het wasgoed uit de trommel4). Ver‐
wijder, indien nodig, vlekken door te wassen of lokaal een vlekkenverwijderaar
te gebruiken. Stoomprogramma’s hebben geen hygiënische cyclus. Stel geen
stoomprogramma in met dit soort artikelen:
• Items die niet geschikt zijn voor drogen in de wasdroger.
• Kledingstukken met label 'Alleen chemisch reinigen'.
Alle stoffen, behalve wol en zeer delicate stoffen. Programma voor spoelen en
centrifugeren van het wasgoed. De standaard centrifugeersnelheid is de snel‐
heid die voor katoenprogramma´s wordt gebruikt. Verlaag de centrifugeersnel‐
heid afhankelijk van het type wasgoed. Stel indien nodig de Extra spoelen-op‐
tie in om spoelbeurten toe te voegen. Met een lage centrifugeersnelheid voert
het apparaat behoedzame spoelgangen uit met kort centrifugeren.
Om het wasgoed te centrifugeren en het water uit de trommel af te voeren. Alle
stoffen, behalve wol en zeer delicate stoffen.
3)
22NEDERLANDS
Programmatemperatuur, maximaal centrifugetoerental en maximale belading
Volgens Verordening (EU) 2019/2023 van de Com missie kan dit programma bij 40 °C normaal bevuild katoe‐
nen wasgoed dat wasbaar is verklaard bij 40 °C of 60 °C, samen in dezelfde cyclus reinigen.
Voor de bereikte temperatuur in het wasgoed, de duur van het programma en andere gegevens wordt verwe‐
zen naar het hoofdstuk 'Verbruikswaarden'.
De meest efficiënte programma's op het gebied van energieverbruik zijn over het algemeen programma's die
presteren bij lagere temperaturen en een langere duur.
10.2 Stoom programma's
De programma's Stoom kunnen worden
gebruikt om rimpels en geurtjes te
verminderen op kledingstukken (zoals
katoen, synthetische stoffen, gemengde
--2.0 kg
-
-
1400 tpm
1400 tpm - 400 tpm
1400 tpm
1400 tpm - 400 tpm
10.0 kg
10.0 kg
stoffen, inclusief fijne was) die alleen maar in
korte tijd moeten worden opgefrist, waardoor
wassen wordt vermeden.
De stofvezels worden versoepeld waardoor
strijken daarna moeiteloos gaat. Zodra het
NEDERLANDS23
programma is voltooid, haal je het wasgoed
snel uit de trommel.
De cyclusduur kan met behulp van de optie
Tijd besparen worden verkort tot 15 minuten.
Stel deze modus NIET in met het volgende
type items:
• Items die niet geschikt zijn voor drogen in
de wasdroger.
• Kledingstukken met label 'Alleen chemisch
reinigen'.
Gebruik geen wasmiddel!
De Stoom programma's verwijderen geen
bijzonder intense geurtjes en voeren
geen hygiënische cyclus uit.
Na de stoombehandeling kan het
wasgoed vochtig zijn. Hang artikelen
gedurende een aantal minuten uit..
De geur (ELECTROLUX Steam
Fragrance)
Met de ELECTROLUX Steam Fragrance kun
je zelfs je delicate kleding verfrissen, rimpels
verwijderen en frisheid toevoegen met een
zachte geur die exclusief is ontwikkeld door
10.3 Woolmark Wool Care - Blauw
ELECTROLUX. Als je je kledingstukken
opfrist met stoom in plaats van volledige
wascycli uit te voeren, blijven je kleren er
langer nieuw uitzien en nieuw aanvoelen. Je
kunt de geur zelfs veilig gebruiken met
kasjmier- en stoomprogramma's − als deze
beschikbaar zijn − voor delicate stoffen zoals
kasjmier en wol. Verminder bij het
behandelen van een kleinere lading de
geurdosering en de duur van de cyclus: in
slechts vijftien minuten krijgt uw kleding dat
"net gewassen" gevoel terug.
Lees zorgvuldig de instructies die bij de geur
zijn geleverd.
NIET DOEN:
• De kleding die met geur is behandeld in
de droger drogen. Het verkregen voordeel
zal verdampen.
• De geur gebruiken voor andere
doeleinden dan hier beschreven.
• De geur gebruiken op nieuwe kleding.
Nieuwe kleding kan afwerkingsresten
bevatten die hier niet compatibel mee zijn.
De geur is verkrijgbaar in ELECTROLUX
de webshop of via een erkende dealer.
24NEDERLANDS
De wolwascyclus van de machine is goedgekeurd door
Woolmark voor het wassen van wollen kleding met een
wasetiket voor de handwas, mits de kledingstukken wor‐
den gewassen volgens de instructies op het etiket in het
kledingstuk en die van de fabrikant van deze wasmachi‐
ne. MM2305
Het symbool 'Woolmark' is een certificatieteken in ver‐
schillende landen.
10.4 Opties inzake compatibiliteit met programma's
Eco 40-60
Katoen
MixLoad 69min
Centrifugeren■■■■■■■■■■
Spoelstop
Extra stil
Niet centrifugeren
2)
Vlekken
Voorwas
Tijd besparen
Extra spoelen■■■■■■
Plus Steam
Klaar over■■■■■■■■■■■■
1)
Als je ook de optie Niet centrifugeren instelt, dan voert het apparaat alleen de pompcyclus uit.
2)
Deze optie is niet beschikbaar bij een temperatuur lager dan 40°C.
3)
Als u de kortste cyclusduur instelt, adviseren wij u de grootte van de lading te verminderen. Het is mogelijk om
de volledige lading te gebruiken, maar het wasresultaat kan dan minder bevredigend zijn.
3)
2)
■■■■■■■■
■■■
■■■
■■
■■■■
■■■■
Wol
Synthetica
Hygiëne
Machine Clean
Fijne was
20 min. - 3 kg
Stoom
Spoelen
Geschikte wasmiddelen voor wasprogramma's
ProgrammaUniverseel
1)
poeder
Universele
vloeistof (Li‐
quid Univer‐
Vloeistof voor
gekleurde
was
Fijne was en
wol
Speciaal
sal)
Eco 40-60▲▲▲----
MixLoad 69min--▲▲----
Katoen▲▲▲----
Centrifugeren/Pompen
1)
■
NEDERLANDS25
ProgrammaUniverseel
Synthetica▲▲▲----
Wol------▲▲
Hygiëne▲▲----▲
Fijne was------▲▲
20 min. - 3 kg--▲▲----
1)
Bij een temperatuur hoger dan 60 °C wordt het gebruik van waspoeder aanbevolen.
poeder
1)
Universele
vloeistof (Li‐
quid Univer‐
sal)
Vloeistof voor
gekleurde
was
Fijne was en
wol
Speciaal
▲ = Aanbevolen-- = Niet aanbevolen
11. DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.
11.1 Het apparaat inschakelen
1. Steek de stekker in het stopcontact.
2. Open de waterkraan.
3. Druk een paar seconden op de knop
Aan/Uit om het apparaat in te
schakelen.
Er klinkt een korte tune. Het apparaat stelt
automatisch een standaardprogramma voor.
Het relevante indicatielampje gaat branden.
Het display toont de programmaduur, de
maximale lading (enkele seconden), de
standaardtemperatuur, de
standaardcentrifugeersnelheid en de
aanduidingen van de fasen waaruit het
programma bestaat.
11.2 Wasgoed in de machine doen
1. Open de deur van het apparaat.
2. Schud de artikelen goed door elkaar
voordat je ze in de machine stopt.
3. Doe het wasgoed een voor een in de
trommel.
Zorg ervoor dat u niet te veel was in de
trommel doet.
4. Sluit de deur stevig.
LET OP!
Controleer of er geen wasgoed tussen
het deurrubber en de deur blijft zitten.
Hierdoor kan waterlekkage en/of schade
aan het wasgoed ontstaan.
LET OP!
Het wassen van zwaar geoliede, vettige
vlekken kan leiden tot beschadiging van
rubberen onderdelen van het apparaat.
26NEDERLANDS
11.3 Wasmiddel en additieven
1
2
(wasverzachter, vlekkenmiddel)
toevoegen
Vakje voor voorwasmiddel en
weekprogramma.
Wasmiddelvakje voor wasfase.
Bakje voor vloeibare toevoegingen
(wasverzachter, stijfsel).
Dit is het maximale niveau voor
vloeibare toevoegingen.
Vakje voor vlekverwijderaar.
Klep voor waspoeder of vloeibaar
wasmiddel.
Volg altijd de instructies op die u op de
verpakking van het wasmiddel aantreft.
We raden u wel aan het maximaal
aangegeven niveau niet te overschrijden
(). Deze hoeveelheid zal u echter de
beste wasresultaten geven.
2. Druk de hendel omlaag om de dispenser
te verwijderen.
3. Draai de klep omhoog om waspoeder te
gebruiken.
4. Draai de klep omlaag om vloeibaar
wasmiddel te gebruiken.
Verwijder na de wascyclus indien vereist
achtergebleven wasmiddel uit het
wasmiddelvakje.
11.4 De stand van de klep
controleren
1. Trek de wasmiddeldispenserlade zo ver
mogelijk naar buiten.
Met de klep in de stand OMLAAG:
• Gebruik geen geleiachtige of
dikvloeibare wasmiddelen.
• Giet niet meer vloeibaar
wasmiddel in het vakje dan de
limiet op de klep.
• Stel de voorwasfase niet in.
• Stel de uitgestelde start niet in.
NEDERLANDS27
5. Doseer het wasmiddel en de
wasverzachter.
6. Sluit de wasmiddeldispenserlade
zorgvuldig.
Zorg ervoor dat de klep geen verstopping
veroorzaakt wanneer u de lade sluit.
11.5 Een programma kiezen
1. Draai de programmaknop op het
gewenste wasprogramma. Het
bijbehorende controlelampje gaat
branden.
Het controlelampje van de knop Start/Pauze
knippert.
Het display toont een indicatieve
programmaduur, de maximale aangegeven
lading voor het ingestelde programma
(slechts voor een paar seconden), de
standaardtemperatuur, de
standaardcentrifugeersnelheid en de
wasfaseaanduidingen (indien beschikbaar).
2. Om de temperatuur en/of de
centrifugesnelheid te wijzigen, raak je de
bijbehorende toetsen aan.
3. Stel indien gewenst een of meer opties in
door de desbetreffende knoppen aan te
raken. De bijhorende aanduidingen gaan
vervolgens aan in het display en de
aangegeven informatie wijzigt.
Als een keuze niet mogelijk is, gaat het
controlelampje niet aan en klinkt er een
geluidssignaal.
11.6 Een programma starten
Raak de Start/Pauze toets aan om het
programma te starten.
Het bijbehorende indicatielampje stopt met
knipperen en blijft branden.
Op het display begint het indicatielampje van
de werkingsfase te knipperen.
Het programma start en de deur wordt
vergrendeld. Op het display verschijnt het
indicatielampje .
De afvoerpomp gaat in werking kort
voordat het apparaat zich met water vult.
11.7 Een programma starten met de
Klaar over optie
1. Raak dit herhaaldelijk aan totdat het
display de gewenste tijd binnen het
programma weergeeft. Het
controlelampje gaat branden.
2. Druk op de toets Start/Pauze .
De trommel begint te draaien om de
ProSense schatting uit te voeren, indien
voorzien in het geselecteerde programma.
3. Het apparaat begint af te tellen tot het
einde van het programma en het
programma start op het juiste moment om
te eindigen op het tijdstip dat is ingesteld
via deze optie.
Om deze optie te wijzigen of te
annuleren:
1. Schakel het apparaat uit met de Aan/Uit
knop.
2. Schakel het apparaat opnieuw in.
3. Stel het programma opnieuw in.
11.8 De ProSense-ladingdetectie
De programmaduur in het display is van
toepassing op een middelmatige/grotelading.
Na het instellen van een afwasprogramma
gaat het pictogram op het display
branden als het programma dit ondersteunt.
Nadat de knop Start/Pauze wordt
aangeraakt, ProSense begint het met de
waarneming van de wasgoedlading:
28NEDERLANDS
1. Het apparaat detecteert de lading in de
eerste 30 seconden: het indicatielampje
knippert, de balkjes onder het
pictogram bewegen heen en
weer en de trommel draait kort.
2. Wanneer de trommel stopt met draaien,
toont het display de nieuwe
programmaduur, die kan toenemen of
afnemen, aangepast aan de
gedetecteerde lading, het aantal balken
geeft de lading in kwart aan (van 1 tot 4,
4 balken in geval van overbelasting), de
indicator voor de maximale aangegeven
lading gaat weer aan. Na nog eens 30
seconden gaat de watertoevoer stromen.
In geval van overbelasting vandetrommel gaat het indicatielampje
voor maximale aangegeven belasting
weer aan met het
indicatielampje knipperen. In dit geval
is het gedurende deze 30 seconden
mogelijk om het apparaat te
pauzeren en de overtollige
kledingstukken te verwijderen.
Raak, na eenmaal de overtollige
kleding te hebben verwijderd, de
toets Start/Pauze aan om het
programma weer te starten. De fase
ProSense kan tot driemaal toe
worden herhaald (zie punt 1).
Belangrijk! Als de hoeveelheid wasgoed niet
wordt verminderd, gaat het wasprogramma
ondanks teveel lading toch van start. In dit
geval kun je niet de beste wasresultaten
verwachten.
Circa 20 minuten na de start van het
programma kan de programmaduur
afhankelijk van de capaciteit van de
wateropname van de stoffen weer
worden aangepast.
De ProSense is niet beschikbaar bij
sommige programma's, zoals Wol,
programma's met korte cycli en zonder
wasfase.
11.9 Indicatielampjes
programmafase
Als het programma start, knippert de
aanduiding van de draaiende fase en de
andere faseaanduidingen branden.
De was- of voorwasfase is bijv. bezig:
.
Als de fase is voltooid, stopt de bijhorende
aanduiding met knipperen en gaat continu
branden. De volgende aanduiding begint te
knipperen.
De spoelfase is bijv. bezig: .
Als u de Plus Steam selecteert, gaat de
stoomfase-indicator branden.
De stoomfase is bezig:
De antikreukfase is bezig: .
.
11.10 Een programma onderbreken
en de opties wijzigen
U kunt als er een programma bezig is maar
een paar opties wijzigen:
1. Druk op de knop Start/Pauze .
Het bijbehorende indicatielampje knippert.
2. Wijzig de opties. De weergegeven
informatie in het display wijzigt
overeenkomstig.
3. Druk nogmaals op de toets Start/Pauze
.
Het wasprogramma gaat verder.
De ProSense-detectie wordt alleen
uitgevoerd met volledige wasprogramma
´s (zonder gekozen overslafase).
11.11 Een actief programma
stoppen
1. Druk op de knop Aan/Uit om het
programma te annuleren en om het
apparaat uit te schakelen.
NEDERLANDS29
2. Druk opnieuw op de Aan/Uit -knop om
het apparaat aan te zetten.
U kunt nu een nieuw wasprogramma kiezen.
Als de ProSense -fase al voltooid is en
de machine al met water gevuld wordt,
begint het nieuwe programma zonderherhaling van de ProSense fase. Het
water en wasmiddel worden niet
weggepompt om verspilling te
voorkomen. De display toont de
maximumduur van het programma en
werkt dit 20 minuten na de start van het
nieuwe programma bij.
11.12 De deur openen kledingstukken toevoegen
Als een programma of het startuitstel in
werking is, wordt het deksel van het apparaat
vergrendeld.
Als de temperatuur en het waterniveau in
de trommel te hoog zijn en/of de trommel
nog draait, kun je de deur niet openen.
U kunt eenvoudig de deur openen om
bepaalde items toe te voegen of te
verwijderen wanneer het pictogram
brandt.
1. Druk op de toets Start/Pauze .
Op het display gaat het gerelateerde
deurvergrendelingslampje uit.
2. Open de deur van het apparaat. Indien
nodig kunt u items toevoegen of
uitnemen.
3. Sluit de deur en druk op de Start/Pauze
knop.
Het programma of het startuitstel gaat verder.
Wanneer het icoontje niet langer oplicht,
kan de deur worden geopend als het
programma is voltooid of stel centrifugerenof drainage-programma/optie en druk op de
Start/Pauze knop.
11.13 Einde van het programma
Wanneer het programma is voltooid, stopt het
apparaat automatisch. De geluidssignalen
weerklinken (als ze actief zijn).
In het display gaan alle wasfaseaanduidingen
continu branden en toont de tijdzone .
Het lampje van Start/Pauze
Het deur ontgrendelt en de aanduiding
gaat uit.
1. Druk op de Aan/Uit -knop om het
apparaat uit te zetten.
Vijf minuten na afloop van het programma
schakelt energiebesparingsfuncie het
apparaat automatisch uit.
Als u het apparaat weer inschakelt, wordt
het einde van het als laatste gekozen
programma in het display weergegeven.
Draai aan de programmaknop om een
nieuwe cyclus in te stellen.
2. Haal het wasgoed uit het apparaat.
3. Zorg ervoor dat de trommel leeg is.
4. Laat de deur en het
wasmiddeldoseerbakje iets open staan
om de vorming van schimmel en
onaangename luchtjes te voorkomen.
5. Draai de waterkraan dicht.
toets gaat uit.
11.14 Water afvoeren na het einde
van de cyclus
Indien u een programma heeft gekozen of
een optie die het water van de laatste
spoelbeurt niet wegpompt, wordt het
programma voltooid, maar:
• Het display toont de indicator , de optie-
indicator of en de deur
vergrendeld-indicator
indicatielampje van de lopende fase
knippert.
• De trommel draait nog regelmatig om
kreukvorming van het wasgoed te
voorkomen.
• De deur blijft vergrendeld.
• Je moet het water afvoeren om de deur te
openen:
. Het
30NEDERLANDS
1. Raak indien nodig de Centrifugeren -knop
aan om het centrifugeertoerental dat door
het apparaat wordt voorgesteld te
verlagen.
2. Druk op de knop Start/Pauze :
• Indien u heeft ingesteld, pompt het
apparaat het water weg en gaat
centrifugeren.
• Indien u heeft ingesteld, pompt het
apparaat alleen het water weg.
De optieaanduiding
de aanduiding knippert en dan uitgaat.
3. Als het programma is voltooid, gaat het
symbool deur vergrendeld uit en kunt
u de deur openen.
4. Druk een paar seconden op de knop
Aan/Uit om het apparaat uit te
schakelen.
Het apparaat zal hoe dan ook het water
na circa 18 uur automatisch uit het
apparaat wegpompen.
of gaat uit, terwijl
11.15 Stand-by optie
De stand-by-functie schakelt het apparaat
automatisch uit om stroom te besparen als:
• Je hebt het apparaat 5 minuten voordat je
op de Start/Pauze -knop drukt, niet
gebruikt.
Druk opnieuw op de toets Aan/Uit om
het apparaat in te schakelen.
• 5 minuten na beëindiging van het
wasprogramma
Druk opnieuw op de toets Aan/Uit om
het apparaat in te schakelen.
Het einde van het laatst ingestelde
programma wordt weergegeven op het
display.
Draai aan de programmaknop om een
nieuwe cyclus in te stellen.
Als je een programma of optie instelt die
eindigt met water in de trommel, wordt
het apparaat niet gedeactiveerd door de
stand-by-functie om je eraan te
herinneren dat je het water weg moet
pompen.
12. AANWIJZINGEN EN TIPS
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.
12.1 Voor u het wasgoed in de
trommel doet
• Verdeel het wasgoed in: wit, gekleurd,
synthetisch, fijne was en wol.
• Volg de wasinstructies die u op de
waslabels van het wasgoed vindt.
• Was witte en bonte artikelen niet samen.
• Sommige bonte items kunnen verkleuren
met de eerste wasbeurt. We raden je aan
ze apart te wassen voor de eerste paar
keren.
• Draai meerlagige stoffen, wollen en
kleding met opdrukken binnenstebuiten.
• Behandel hardnekkige vlekken voor.
• Was hardnekkige vlekken met een
speciaal wasmiddel.
• Wees voorzichtig met gordijnen. Verwijder
de haken of stop de gordijnen in een
waszak of kussensloop.
• Een zeer kleine lading kan problemen
veroorzaken bij de centrifugefase die
leiden tot overmatige trillingen. Als dit
voorkomt:
a. onderbreek het programma en open
de deur (raadpleeg hoofdstuk
'Dagelijks gebruik');
b. herverdeel de lading met de hand
zodat de items gelijkmatig over de
trommel zijn verdeeld;
c. druk op de toets Start/Pauze. De
centrifugeerfase gaat door.
• Knoop kussenslopen dicht, sluit ritsen,
haakjes en drukknopen. Bind riemen,
NEDERLANDS31
koorden, veters, linten en andere losse
elementen vast.
• Was geen wasgoed zonder zomen of met
scheuren. Gebruik een waszakje om
kleine items te wassen (bijv. beugelbh's,
riemen, panty's, veters, linten, etc.).
• Maak de zakken leeg en vouw de artikelen
open.
12.2 Hardnekkige vlekken
Voor sommige vlekken is water en wasmiddel
niet voldoende.
We raden u aan om deze vlekken te
behandelen voordat u deze artikelen in de
machine stopt.
Er zijn speciale vlekkenverwijderaars
verkrijgbaar. Gebruik een speciale
vlekkenverwijderaar die geschikt is voor het
type vlek en stof.
Spuit geen vlekkenverwijderaar op
kledingstukken in de buurt van het apparaat,
omdat het corrosief is voor de plastic
onderdelen.
12.3 Type en hoeveelheid
wasmiddel
De keuze van het wasmiddel en het gebruik
van de juiste hoeveelheden beïnvloedt niet
alleen uw wasprestaties, maar helpt ook om
verspilling te voorkomen en het milieu te
beschermen:
• Gebruik uitsluitend wasmiddelen en
andere middelen die speciaal bedoeld zijn
voor wasmachines. Volg eerst deze
algemene regels:
– waspoeder (ook tabletten en
wasmiddelen met een enkele dosis)
voor alle soorten stoffen, met
uitzondering van delicate stoffen. Kies
bij voorkeur voor waspoeder met
bleekmiddel voor witte was en
hygiënisch wassen,
– vloeibare wasmiddelen (ook
wasmiddelen voor eenmalig gebruik),
bij voorkeur voor wasprogramma's op
lage temperatuur (max. 60 °C) voor
alle weefselsoorten of speciale
middelen voor wollen artikelen.
• De keuze en hoeveelheid wasmiddel zal
afhangen van: type stof (delicaat, wollen,
katoen, enz.), de kleur van de kleding, de
grootte van de lading, de mate van
vervuiling, wastemperatuur en hardheid
van het gebruikte water.
• Volg de aanwijzingen op de verpakking
van het wasmiddel of de andere
toevoegingen zonder het aangegeven
maximumniveau (
• Meng geen verschillende soorten
wasmiddelen.
• Gebruik minder wasmiddel als:
– je een kleine lading wast,
– het wasgoed licht vervuild is,
– er grote hoeveelheden schuim zijn
tijdens het wassen.
• Wanneer je wasmiddeltabs of -pods
gebruikt, plaats deze dan altijd in de
trommel, niet in het
wasmiddeldoseerbakje en volg de
aanbevelingen van de fabrikant op.
Onvoldoende wasmiddel kan leiden tot de
volgende dingen:
• onbevredigende wasresultaten,
• het wasgoed dat grijs wordt,
• vettige kleding,
• schimmel in het apparaat.
) te overschrijden.
32NEDERLANDS
Overmatig wasmiddel kan leiden tot de
volgende dingen:
• schuimen,
• verminderd waseffect,
• ontoereikend spoelen,
• een grotere impact op het milieu.
12.4 Ecologische tips
Om water en energie te besparen en om het
milieu te helpen beschermen, raden wij u aan
om de volgende tips ter harte te nemen:
• Normaal vuile was kan zonder voorwas
worden gewassen om wasmiddel, water
en tijd te besparen (ook het milieu wordt
zo beschermd!)
• Door het apparaat te laden tot de
maximale capaciteit die voor elk
programma is aangegeven, wordt het
energie- en waterverbruik verminderd.
• Met de juiste voorbehandeling kunnen
vlekken en beperkte vervuiling worden
verwijderd; het wasgoed kan vervolgens
op een lagere temperatuur worden
gewassen.
• Om de juiste hoeveelheid wasmiddel te
gebruiken, raadpleegt u de hoeveelheid
13. ONDERHOUD EN REINIGING
voorgesteld door de producent van het
wasmiddel en controleert u de
waterhardheid van uw huishoudelijk
systeem. Zie "Waterhardheid".
• Stel de maximaal mogelijkecentrifugeersnelheid in voor het
geselecteerde wasprogramma voordat uuw was droogt in een wasdroger. Dit
bespaart energie tijdens het drogen!
12.5 Waterhardheid
Als het water in uw omgeving hard of medium
hard is, raden we u aan om een
waterontharder voor wasmachines te
gebruiken.
In gebieden waar het water zacht is, is het
niet nodig om een waterontharder te
gebruiken.
Neem contact op met het plaatselijke
waterleidingbedrijf voor de waterhardheid in
uw gebied.
Gebruik de juiste hoeveelheid van de
waterontharder. Volg altijd de instructies die u
vindt op de verpakking van het product.
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.
13.1 Schema periodieke reiniging
Periodiek reinigen helpt de levensduur
van je apparaat te verlengen.
Houd na elke cyclus de deur en het
wasmiddeldoseerbakje een beetje op een
kier om luchtcirculatie te krijgen en de
vochtigheid in het apparaat te drogen: dit
voorkomt schimmels en geurtjes.
Als het apparaat lange tijd niet wordt gebruikt:
sluit de waterkraan en trek de stekker uit het
stopcontact.
Indicatief schema voor periodiek reinigen:
OntkalkenTwee keer per jaar
OnderhoudswasEenmaal ter maand
Deurafdichting reinigenIedere twee maanden
Trommel reinigenIedere twee maanden
Wasmiddeldoseerbakje
reinigen
De filter van de afvoer‐
pomp reinigen
De filter van de toevoers‐
lang en de klepfilter reini‐
gen
Iedere twee maanden
Twee keer per jaar
Twee keer per jaar
In de volgende paragrafen wordt uitgelegd
hoe u elk onderdeel moet reinigen.
NEDERLANDS33
13.2 Vreemde voorwerpen
verwijderen
Zorg ervoor dat de zakken leeg zijn en
dat alle losse elementen zijn
vastgebonden voordat u uw wascyclus
uitvoert. Raadpleeg 'De waslading' in
'Aanwijzingen en tips'.
Verwijder alle vreemde voorwerpen (zoals
metalen clip, knoppen, munten, enz.) die u
kunt vinden in de deurafdichting, de filters en
de trommel. Raadpleeg de paragrafen
'Deurafdichting met dubbele lip', 'De trommel
reinigen', 'De afvoerpomp reinigen' en 'De
filter van de toevoerslang en de klepfilter
reinigen'. Neem indien nodig contact op met
het erkende servicecentrum.
13.3 Buitenkant reinigen
Het apparaat alleen schoonmaken met milde
zeep en warm water. Maak alle oppervlakken
volledig droog.
Gebruik geen schuursponsjes of krassend
materiaal.
LET OP!
Gebruik geen alcohol, oplosmiddelen of
chemische producten.
LET OP!
Reinig de metalen oppervlakken niet met
een reinigingsmiddel op chloorbasis.
Volg altijd de instructies die je op de
verpakking van het product vindt.
13.5 Onderhoudswas
Bij herhaald en langdurig gebruik op lage
temperatuur en korte programma's kunnen er
afzettingen en pluisjes worden afgezet en
kunnen bacteriële groei en biofilm in de
trommel en het inwendige compartiment van
de machine ontstaan. Dit kan slechte geurtjes
en meeldauw veroorzaken.
Om deze afzettingen te verwijderen en de
hygiëne in de machine te bevorderen dient u
minstens éénmaal per maand een
onderhoudswas uit te voeren.
1. Haal al het wasgoed uit de trommel.
2. Draai een katoenprogramma op de
hoogste temperatuur met een geringe
hoeveelheid waspoeder of draai, indien
beschikbaar het programma Machine
Clean.
13.6 Deurrubber
Dit apparaat is ontworpen met een
zelfreinigend afvoersysteem, waardoor
lichte pluisvezels die van de kleding vallen
met het water kunnen worden afgevoerd.
Controleer regelmatig de afdichting. Munten,
knoppen en andere kleine voorwerpen
kunnen aan het einde van de cyclus worden
teruggevonden.
13.4 Ontkalken
Als het water in uw omgeving hard of
medium hard is, raden we u aan om een
waterontharder voor wasmachines te
gebruiken.
Controleer de trommel regelmatig op
kalkaanslag.
De normale wasmiddelen bevatten al
wateronthardende middelen, maar we raden
aan af en toe een cyclus te draaien met een
lege trommel en een ontkalkingsproduct.
34NEDERLANDS
Maak schoon indien nodig met een
ammoniakmiddel zonder het oppervlak van
de afdichting te bekrassen.
Volg altijd de instructies die u vindt op de
verpakking van het product.
13.7 De trommel reinigen
1
2
Controleer de trommel regelmatig om
ongewenste aanslag te voorkomen.
Roestaanslag in de trommel kan voorkomen
vanwege roestende vreemde voorwerpen in
de was of door leidingwater dat ijzer bevat
Reinig de trommel met speciale producten
voor roestvrij staal.
Volg altijd de instructies die je op de
verpakking van het product vindt.
Maak de trommel niet schoon met zure
ontkalkingsmiddelen, schuurmiddelen die
chloor of ijzer of staalwol bevatten.
Voor een grondige reiniging:
1. Reinig de trommel met speciale
producten voor roestvrij staal.
Volg altijd de instructies die je op de
verpakking van het product vindt.
2. Haal al het wasgoed uit de trommel.
3. Voeg handmatig een kleine hoeveelheid
waspoeder of een specifiek product toe
aan de lege trommel om achtergebleven
resten weg te spoelen.
Het display kan soms aan het einde van
een cyclus het pictogram weergeven:
dit is een aanbeveling om de "reiniging
van de trommel" uit te voeren. Zodra de
trommelreiniging is uitgevoerd, verdwijnt
het pictogram.
13.8 Het wasmiddeldoseerbakje
reinigen
Om mogelijke afzetting van opgedroogd
wasmiddel of geklonterde wasverzachter
en/of schimmelvorming in de wasmiddellade
te voorkomen dient u af en toe de volgende
reinigingsprocedure uit te voeren:
1. Open de lade. Duw de pal zoals
aangegeven in de afbeelding naar
beneden en trek de lade uit.
2.
Verwijder het bovenste deel van het
additievencompartiment om reiniging te
vergemakkelijken. Zorg ervoor dat
achtergebleven wasmiddel volledig is
verwijderd uit het bovenste en onderste
gedeelte van de holte. Gebruik een klein
borsteltje om de holte te reinigen.
3. Spoel de wasmiddellade uit onder
stromend warm water om eventuele
sporen van opgehoopt wasmiddel te
verwijderen. Plaats het bovenste gedeelte
na reiniging terug op zijn plek.
4. Plaats de wasmiddellade in de geleiders
en sluit de lade. Draai het
spoelprogramma zonder kleding in de
trommel.
NEDERLANDS35
13.9 De afvoerpomp reinigen
1
2
WAARSCHUWING!
Haal de stekker uit het stopcontact.
Controleer het filter van de afvoerpomp
regelmatig en houd het schoon.
Reinig de afvoerpomp als:
• de machine geen water wegpompt,
• de trommel niet ronddraait,
• het apparaat een ongebruikelijk geluid
maakt door de blokkering van de
afvoerpomp.
• Op het display verschijnt de alarmcode
.
WAARSCHUWING!
• Verwijder het filter niet als het
apparaat in werking is.
• Reinig de pomp niet zolang het water
in de machine heet is. Wacht tot het
water is afgekoeld
Voor reiniging van de pomp ga je als volgt
te werk:
1. Open het pompdeksel.
2. Plaats een geschikte bak onder de
afvoerpompopening om het afgepompte
water op te vangen.
3. Open de afvoerklep naar beneden. Houd
altijd een oude doek bij de hand om het
eventueel gemorste water te kunnen
opvegen als je het filter verwijdert.
4. Draai het filter 180 graden naar links om
het te openen, zonder verwijdering. Laat
het water wegstromen.
36NEDERLANDS
5. Als de bak vol is met water, draait u het
filter terug en leegt u de bak.
6. Herhaal stappen 4 en 5 totdat er geen
1
2
2
1
2
1
water meer uitloopt.
7. Draai het filter naar links om het te
verwijderen.
8. Verwijder indien noodzakelijk pluizen en
andere voorwerpen uit de filterholte.
9. Controleer of de pompwaaier
onbelemmerd kan ronddraaien. Als deze
niet roteert, neem dan contact op met
onze servicedienst.
12. Sluit het pompdeksel.
Als u het water afvoert met de
noodafvoerprocedure, moet u het
afvoersysteem opnieuw activeren:
a. Giet 2 liter water in het vakje voor het
hoofdwasmiddel van de
wasmiddellade.
b. Start het programma om het water af
te voeren.
10. Reinig het filter onder de waterkraan.
11. Zet het filter terug in de speciaal
geleidingen door hem met de klok mee te
draaien. Zorg ervoor dat u het filter goed
vastdraait om lekkage te voorkomen.
13.10 Noodafvoer
Als het apparaat het water niet kan
wegpompen, voert u dezelfde procedure uit
zoals beschreven in de paragraaf 'Reinigen
van de afvoerpomp'. Maak de pomp zo nodig
schoon.
Als u het water met de noodafvoerprocedure
afvoert, dient u het afvoersysteem opnieuw te
activeren:
1. Giet 2 liter water in het vakje voor het
hoofdwasmiddel van de
wasmiddeldoseerbakje.
2. Start het programma om het water weg te
pompen.
NEDERLANDS37
14. PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.
14.1 Alarmcodes en mogelijke storingen
Het apparaat start niet of stopt tijdens de werking. Probeer eerst het probleem zelf op te lossen (zie
tabellen).
WAARSCHUWING!
Voordat je controles uitvoert, moet je de stekker uit het stopcontact trekken.
Bij sommige problemen wordt op de display een alarmcode
weergegeven en kan de Start/Pauze -knop continue knipperen:
Als de machine te vol geladen is, moet je een aantal items uit de
trommel verwijderen en/of tegen de deur duwen en tegelijkertijd op
de toets Start/Pauze drukken totdat het controlelampje stopt
met knipperen (zie de onderstaande afbeelding).
ProbleemMogelijke oplossing
• Controleer of de waterkraan geopend is.
Het apparaat wordt niet
goed gevuld met water.
• Controleer of de druk van de watervoorziening niet te laag is. Neem voor deze
informatie contact op met je plaatselijke waterleidingbedrijf.
• Controleer of de waterkraan niet verstopt is.
• Zorg ervoor dat de filters van de toevoerslangen en de filters van de kleppen
niet verstopt zijn. Raadpleeg 'Onderhoud en reiniging'.
• Verzeker je ervan dat de waterinlaatslang geen knikken, beschadigingen of
bochten heeft.
• Zorg ervoor dat de aansluitingen van de watertoevoerslangen correct zijn.
38NEDERLANDS
• Controleer of de gootsteenafvoer niet verstopt is.
De machine pompt geen wa‐
ter weg.
De deur is open of niet goed
gesloten.
Interne fout. Geen communi‐
catie tussen de elektroni‐
sche elementen van het ap‐
paraat.
De stroomtoevoer is niet sta‐
biel.
De anti-overstromingsbevei‐
liging is ingeschakeld.
• Controleer of de afvoerslang geen knikken of bochten heeft.
• Zorg ervoor dat het afvoerfilter niet verstopt is. Reinig het filter indien nodig.
Raadpleeg 'Onderhoud en reiniging'.
• Zorg ervoor dat de aansluiting van de afvoerslang correct is.
• Stel het afvoerprogramma in als je een programma instelt zonder afvoerfase.
• Stel het afvoerprogramma in als je een optie instelt die eindigt met water in de
kuip.
• Controleer of de deur goed gesloten is.
• Het programma werd niet juist voltooid of het apparaat is te vroeg gestopt.
Schakel het apparaat uit en weer aan.
• Als de alarmcode weer wordt weergegeven, neem je contact op met een er‐
kende servicedienst.
• Wacht totdat de stroomtoevoer stabiel is.
• Koppel het apparaat los en draai de waterkraan dicht. Neem contact op met de
erkende servicedienst.
Als de display andere alarmcodes aangeeft, schakel je het apparaat uit en
weer in. Als het probleem aanhoudt, neem je contact op met de erkende
servicedienst.
Raadpleeg onderstaande tabel voor mogelijke oplossingen in geval van
een ander probleem met de drogertrommel.
ProbleemMogelijke oplossing
• Controleer of de stekker is aangesloten op het stopcontact.
• Controleer of de deur van het apparaat gesloten is.
• Controleer of er geen beschadigde zekering in het zekeringenkastje is.
Het programma start niet.
Het apparaat wordt met wa‐
ter gevuld, maar dat wordt
onmiddellijk afgetapt.
De centrifugeerfase werkt
niet of de wasfase duurt lan‐
ger dan normaal.
• Verzeker je ervan dat Start/Pauze bediend is.
• Als de optie voor uitgestelde start ingesteld is, annuleer je de instelling of
wacht je tot het aftellen voorbij is.
• Schakel de kinderbeveiliging uit, als deze actief is.
• Controleer de stand van de knop op het gekozen programma.
• Zorg ervoor dat de afvoerslang zich in de juiste positie bevindt. De slang kan
te laag hangen. Raadpleeg 'Montage-instructies'.
• Stel het centrifugeprogramma in.
• Zorg ervoor dat het afvoerfilter niet verstopt is. Reinig het filter indien nodig.
Raadpleeg 'Onderhoud en reiniging'.
• Pas de kleding in de kuip handmatig aan en start de centrifugeerfase opnieuw.
Dit probleem kan worden veroorzaakt door problemen met de balans.
NEDERLANDS39
ProbleemMogelijke oplossing
• Verzeker je ervan dat de koppelingen van de waterslangen stevig vastzitten
Er is water op de vloer.
Je kunt de deur van het ap‐
paraat niet openen.
De machine maakt abnorma‐
le geluiden en trilt.
De programmaduur neemt
toe of af tijdens het draaien
van het programma.
De wasresultaten zijn niet
bevredigend.
Te veel schuim in de trom‐
mel tijdens de wascyclus.
Na de wascyclus is er wat
wasmiddel achtergebleven in
de wasmiddellade.
en dat er geen waterlekkage is.
• Verzeker je ervan dat de watertoevoerslang en de afvoerslang niet bescha‐
digd zijn.
• Zorg ervoor dat je het juiste wasmiddel en in de juiste hoeveelheid gebruikt.
• Verzeker je ervan dat er geen wasprogramma is gekozen dat eindigt met wa‐
ter in de trommel.
• Verzeker je ervan dat het afwasprogramma is afgelopen.
• Stel het afvoerprogramma of het centrifugeprogramma in als er water in de
trommel zit.
• Verzeker je ervan dat het apparaat elektriciteit krijgt.
• Dit probleem kan worden veroorzaakt door een storing in het apparaat. Neem
contact op met de erkende servicedienst.
Als je de deur moet openen, lees je zorgvuldig 'Nooddeuropening'.
• Verzeker je ervan dat deze waterpas staat. Raadpleeg 'Montage-instructies'.
• Verzeker je ervan dat de verpakking en/of de transportbouten verwijderd zijn.
Raadpleeg 'Montage-instructies'.
• Voeg meer wasgoed toe aan de trommel. De lading is mogelijk te klein.
• Het ProSense Technology kan de duur van het programma aanpassen aan
het type en de hoeveelheid wasgoed. Zie 'Beladingsdetectie ProSense Tech‐
nology' onder het hoofdstuk 'Dagelijks gebruik'.
• Verhoog de hoeveelheid wasmiddel of gebruik een ander wasmiddel.
• Gebruik speciale producten om hardnekkige vlekken te verwijderen voordat je
het wasgoed wast.
• Zorg ervoor dat je de juiste temperatuur instelt.
• Verminder de wasgoedlading.
• Verminder de hoeveelheid wasmiddel of het aantal tabletten of wasmiddelen
voor eenmalig gebruik.
• Ga na of de klep zich in de juiste positie bevindt (OMHOOG voor waspoeder OMLAAG voor vloeibaar wasmiddel).
• Verzeker je ervan dat je het wasmiddelvakje hebt gebruikt volgens de instruc‐
ties in deze gebruiksaanwijzing.
Schakel na de controle de machine in. Het programma wordt voortgezet
vanaf het punt van onderbreking.
Als het probleem opnieuw optreedt, neem je contact op met een erkende
servicedienst.
De contactgegevens van de servicedienst staan op het typeplaatje.
14.2 Nooddeur openen
In het geval van een stroomstoring of
apparaatstoring blijft de deur van het
mogelijk om de deur te openen met een
noodontgrendeling.
Voordat je de deur opent:
apparaat vergrendeld. Het wasprogramma
gaat verder als er weer stroom is. Als de deur
door een storing vergrendeld blijft, is het
40NEDERLANDS
LET OP!
Gevaar voor brandwonden! Zorg
ervoor dat de watertemperatuur niet te
hoog is en dat het wasgoed niet heet
is. Wacht indien nodig tot de
watertemperatuur en het wasgoed zijn
afgekoeld.
LET OP!
Gevaar voor verwonding! Zorg ervoor
dat de trommel niet draait. Wacht
indien nodig tot de trommel stopt met
draaien.
Zorg ervoor dat het waterpeil in de
trommel niet te hoog is. Voer indien
nodig een noodafvoerprocedure uit
(zie 'Water afvoeren in een noodgeval'
in het hoofdstuk 'Onderhoud en
reiniging').
Ga als volgt te werk om de deur te openen:
1. Druk op de toets Aan/Uit om het
apparaat uit te schakelen.
15. VERBRUIKSWAARDEN
2. Haal de stekker uit het stopcontact.
3. Open de filterklep.
4. Trek de noodvergrendelingstrekker
eenmaal naar beneden. Trek die
nogmaals naar beneden, houd hem
gespannen en open in de tussentijd de
deur van het apparaat.
5. Verwijder het wasgoed en sluit
vervolgens de deur van het apparaat.
6. Sluit de filterklep.
15.1 Inleiding
Zie de link www.theenergylabel.eu voor gedetailleerde informatie over het energielabel.
De QR-code op het energielabel dat bij het apparaat wordt geleverd,
biedt een internetkoppeling naar de informatie gerelateerd aan de prestaties van het
apparaat in de EU-EPREL-database. Bewaar het energielabel ter referentie samen
met de gebruikershandleiding en alle andere documenten die bij dit apparaat worden
geleverd.
Het is ook mogelijk om dezelfde informatie in EPREL te vinden via de link https://eprel.ec.europa.eu en de modelnaam en het productnummer die je vindt op het
typeplaatje van het apparaat. Raadpleeg het hoofdstuk 'Productbeschrijving' voor de
positie van het typeplaatje.
NEDERLANDS41
15.2 Legenda
kgWasgoed.uu:mmDuur programma.
kWhEnergieverbruik.°CTemperatuur in de was.
LiterWaterverbruik.tpmCentrifugeersnelheid.
%Resterend vocht aan het einde van de centrifugeerfase. Hoe hoger de centrifugeersnelheid, hoe ho‐
ger het geluid en hoe lager het resterende vocht.
Waarden en programmaduur kunnen verschillen afhankelijk van verschillende
omstandigheden (bijv. kamertemperatuur, watertemperatuur en -druk, ladinggrootte en
type wasgoed, voedingsspanning) en ook als je de standaardinstelling van een
programma wijzigt.
15.3 In overeenstemming met
Verordening van de Commissie
(EU) 2019/2023
Eco 40-60 pro‐
gramma
Volledige belading10.00.70069.003:5853.0031.01400
Halve belading5.00.49551.002:5953.0029.01400
Kwartbelading2.50.22534.002:5054.0023.01400
1)
Maximale centrifugesnelheid.
kgkWhLiteruu:mm%°C
tpm
Stroomverbruik in verschillende modi
Uit (W)Stand-by (W)
0.500.504.00
De tijd tot de Uit-/Stand-bymodus is maximaal 15 minuten.
Uitgestelde start
(W)
15.4 Veelvoorkomende
programma's
Deze waarden zijn slechts indicatief.
1)
42NEDERLANDS
Programma
1
2
3
3
33
3
3
3
4
2)
Katoen
95 °C
Katoen
60 °C
3)
Katoen
20 °C
Synthetica
40 °C
Fijne was
30 °C
Wol
30 °C
1)
2)
3)
4)
4)
Maximale centrifugesnelheid.
Geschikt voor het wassen van zwaar vervuild textiel.
Geschikt voor het wassen van licht vervuilde katoenen, synthetische en gemengde stoffen.
Het werkt ook als een snelle wascyclus voor licht vervuild wasgoed.
kgkWhLiteruu:mm%°C
10.03.250105.003:5052.0085.01400
10.02.200100.003:4052.0055.01400
10.00.350100.003:2052.0020.01400
5.00.90065.002:3535.0040.01200
2.00.35055.001:0535.0030.01200
2.00.30070.001:1530.0030.01200
16. SNELSTARTGIDS
16.1 Dagelijks gebruik
tpm
1)
• Steek de stekker in het stopcontact.
• Open de waterkraan.
• Druk op de Aan/Uit-toets om het
apparaat aan te zetten (1).
• Draai de programmaknop om het
gewenste wasprogramma in te stellen (2).
• Stel de gewenste opties in met de
overeenkomstige tiptoetsen (3).
• Plaats het wasgoed in de trommel, één
item tegelijk zonder overschrijding van de
maximale voorgestelde lading. Sluit de
deur en zorg ervoor dat er geen wasgoed
tussen de deur blijft klemmen.
• Plaats het wasmiddel en andere
behandelmiddelen in de juiste vakken van
de wasmiddeldoseerbakje.
• Om het programma te starten, druk op de
Start/Pauze-toets (4).
• Het apparaat start.
• Neem aan het einde van het programma
het wasgoed er uit.
• Druk op deAan/Uit-toets om het
apparaat uit te zetten.
NEDERLANDS43
16.2 Programma’s
Programma’sBeladingProductbeschrijving
Eco 40-60
MixLoad 69min
Katoen
10.0 kg
8.0 kg
10.0 kg
Lage energiecyclus voor katoen. Verlaagt de temperatuur en
verlengt de tijd om goede wasresultaten te bereiken.
Katoen en synthetische stoffen. Dit programma zorgt in een
korte tijd voor goede wasprestaties.
De standaard programmaduur is ontwikkeld bij een wasgoed‐
lading van 5 kg. Als u een kleinere of grotere lading wast,
wordt de wastijd automatisch verkort of verlengd, waardoor
perfecte resultaten worden verkregen.
Witte en gekleurde katoenen stoffen. Ideaal voor normaal en
zwaar bevuild wasgoed.
Synthetica
Wol
Hygiëne
Machine Clean
Fijne was
20 min. - 3 kg
Stoom
Spoelen
Centrifugeren/Pompen
1)
Getest op Staphylococcus aureus, Enterococcus faecium, Candida albicans, Pseudomonas aeruginosa en MS2
Bacteriophage in een externe test uitgevoerd door Swissatest Testmaterialien AG in 2021 (Testrapport nr.
202120117).
5.0 kgSynthetische of gemengde stoffen.
2.0 kgMachinewasbare wol, handwasbare wol en fijne was.
10.0 kg
-Onderhoudscyclus voor reinigen van trommel.
2.0 kgDelicate stoffen zoals acryl, viscose en polyester.
3.0 kg
2.0 kgKatoenen en synthetische artikelen die moeten ontkreuken.
10.0 kg
10.0 kg
Witte katoenen stoffen. Dit programma verwijdert meer dan
99,99% van de bacteriën en virussen 1). Het zorgt ook voor
een goede vermindering van allergenen.
Katoenen en synthetische kledingstukken, licht vervuild of
slechts eenmaal gedragen.
Alle stoffen, behalve wol en zeer delicate stoffen. Programma
voor spoelen en centrifugeren.
Om het wasgoed te centrifugeren en het water uit de trommel
af te voeren. Alle stoffen, behalve wol en zeer delicate stoffen.
17. MILIEUBESCHERMING
Recycleer de materialen met het symbool .
Gooi de verpakking in een geschikte
afvalcontainer om het te recycleren.
Bescherm het milieu en de volksgezondheid
en recycleer op een correcte manier het afval
44NEDERLANDS
van elektrische en elektronische apparaten.
Gooi apparaten gemarkeerd met het symbool
niet weg met het huishoudelijk afval.
Breng het product naar het milieustation bij u
in de buurt of neem contact op met de
gemeente.
*
157072271-B-362023
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.