gelieve deze gebruiksaanwijzing aandachtig door te nemen.
Schenk in het bijzonder aandacht aan het hoofdstuk ”Veiligheid” op de
eerste bladzijden. Bewaar zorgvuldig deze gebruikersinformatie zodat u
ze later nog kan raadplegen. Geef deze gebruikersinformatie aan een
eventueel volgende koper van de wasmachine door.
Met de gevarendriehoek en/of de woorden (Waarschuwing!,
1
Opgepast!, Opgelet!) worden aanwijzingen benadrukt die belangrijk
zijn voor uw veiligheid of voor de functionaliteit van de wasmachine.
Deze dus absoluut naleven.
0 1. Dit teken begeleidt u stap voor stap bij de bediening van het toestel.
2. ...
Bij dit symbool vindt u aanvullende informatie m.b.t. bediening en
3
praktisch gebruik van het toestel.
Tips en aanwijzingen m.b.t. de rendabele en milieuvriendelijke toepas-
2
sing van het toestel zijn met een klaverblad gekenmerkt.
Deze gebruikersinformatie bevat aanwijzingen voor het zelf verhelpen
van eventueel opgetreden storingen, zie het hoofdstuk ”Wat doen wanneer ...”.
Indien u ondanks deze aanwijzingen nog problemen zou hebben, kan u
altijd terecht bij onze After-Sales-Service:
ELGROEP & AEG SERVICE
Bergensesteenweg 719
1502 Lembeek
Tel.: 02/ 3630444
Hier krijgt u een antwoord op elke vraag inzake de uitrusting en het gebruik van uw toestel. Natuurlijk kan u er ook terecht met uw wensen,
suggesties en kritiek. Het is onze doelstelling om onze producten en
diensten in het belang van onze klanten verder te verbeteren.
Ingeval van technische problemen kan u altijd terecht bij onze serviceafdeling in uw buurt (de adressen en telefoonnummers vindt u in het
hoofdstuk ”Servicepunten”). Lees in dit verband ook het hoofdstuk
”Service”.
Gedrukt op milieuvriendelijk gefabriceerd papier.
Wie ecologisch denkt, handelt ook zo ...
De veiligheid van de elektrische apparaten van AEG voldoet aan de erkende regels van de techniek en aan de Duitse machineveiligheidswet.
Desondanks zien wij ons als fabrikant genoodzaakt om u met de onderstaande veiligheidsinstructies vertrouwd te maken.
Vóór de eerste inwerkingstelling
• Volg de ”Instructies voor plaatsing en aansluiting” verderop in deze
gebruikersinformatie.
• Ingeval de wasmachine tijdens de wintermaanden bij een tempera-
tuur onder nul geleverd wordt: De wasmachine vóór de inwerkingstelling gedurende 24 uur op kamertemperatuur laten komen.
Gebruik volgens de voorschriften
• De wasmachine is enkel bedoeld om voor huishoudens gebruikelijk
wasgoed te wassen. Wanneer de wasmachine voor een ander doel gebruikt of op een verkeerde manier bediend wordt, kan de fabrikant
niet aansprakelijk gesteld worden voor eventuele schade.
• Het ombouwen of veranderen van de wasmachine is om veiligheids-
redenen niet toegelaten.
• Gebruik enkel wasmiddelen die voor de wasmachine geschikt zijn.
Leef de voorschriften van de wasmiddelenfabrikant na.
• Het wasgoed mag geen ontvlambare oplosmiddelen bevatten. Let
daar dus ook op tijdens het wassen van voorgewassen wasgoed.
• Gebruik de wasmachine niet voor chemische reiniging.
• Kleur-/ontkleuringsmiddelen mogen enkel in de wasmachine gebruikt
worden wanneer de fabrikant van deze producten dit uitdrukkelijk
toelaat. Voor eventuele schade kunnen wij niet aansprakelijk gesteld
worden.
• Gebruik enkel water van de waterleiding. Gebruik enkel regen- of ge-
bruikswater wanneer dit aan de vereisten volgens DIN1986 en
DIN1988 voldoet.
• Vorstschade valt niet onder de garantie! Wanneer de wasmachine
zich in een aan vorst blootstaande ruimte bevindt, moet er bij gevaar
voor vorst een noodaftap uitgevoerd worden (zie het hoofdstuk ”Een
noodaftap uitvoeren”).
6
Gebruiksaanwijzing
De veiligheid van kinderen
• Verpakkingsonderdelen (bijv. folies, piepschuim) kunnen gevaarlijk
zijn voor kinderen. Verstikkingsgevaar! Verpakkingsonderdelen uit de
buurt van kinderen houden.
• Kinderen hebben vaak geen besef van de gevaren in verband met
elektrische toestellen. Voorzie daarom het noodzakelijke toezicht
tijdens de werking van de wasmachine en laat kinderen nooit met
de wasmachine spelen – het gevaar bestaat dat kinderen er zich in
opsluiten.
• Zorg ervoor dat kinderen of kleine dieren niet in de trommel van de
wasmachine klouteren.
• Voor het wegwerpen van de wasmachine: Maak de netstekker los,
vernietig het deurslot, snij de elektrische voeding door en verwijder
de stekker en de resterende kabel. Zo kunnen spelende kinderen zich
niet in de trommel opsluiten en niet in levensgevaar geraken.
Algemene veiligheid
• Een eventuele herstelling van de wasmachine mag enkel door een
vakman uitgevoerd worden. Door ondeskundige reparaties kunnen
ernstige gevaren ontstaan. Wend u bij reparaties tot onze klantendienst of uw vakhandel.
• De wasmachine nooit in werking stellen wanneer het netsnoer be-
schadigd is of het bedieningspaneel, het werkblad of de sokkel zodanig beschadigd zijn dat de binnenkant van het toestel vrij
toegankelijk is.
• Schakel de wasmachine uit vooraleer deze te reinigen of te onder-
houden. Haal ook de netstekker uit het stopcontact of – ingeval van
een vaste aansluiting – de stroomveiligheid in de zekeringkast opzetten of de schroefveiligheid volledig uitdraaien.
• Wanneer het apparaat niet wordt gebruikt, het apparaat loskoppelen
van het elektriciteitsnet en de waterkraan dichtdraaien.
• De netstekker niet aan de kabel doch aan de stekker zelf uit het stop-
contact trekken.
• Veelvoudige contactstoppen, koppelingen en verlengsnoeren mogen
niet gebruikt worden. Brandgevaar door oververhitting!
• De wasmachine nooit met een waterstraal afspuiten. Elektrokutiege-
vaar!
• Bij wasprogramma' s met hoge temperaturen wordt het glas in de
vuldeur heet. Niet aanraken!
7
Gebruiksaanwijzing
• Het loogwater vóór een noodaftap van het toestel of vóór de reini-
ging van de loogpomp laten afkoelen.
• Kleine dieren kunnen elektriciteitskabels en waterslangen aanvreten.
Elektrokutiegevaar en gevaar van waterschade! Kleine dieren buiten
de ruimte met de wasautomaat houden.
2 Weggooien
Het verpakkingsmateriaal verwijderen!
De verpakking van uw wasmachine naar behoren verwijderen. Alle materialen die het symbol dragen, kunnen hergebruikt worden. Geef
deze in een speciaal voor recycling ingerichte stortplaats af (inlichtingen bij uw gemeentediensten).
• De kunststof delen zijn voorzien van een internationaal gebruikte co-
dering:
>PE<voor polyethyleen, bijv. de folieverpakking
>PS<voor polystyreen, bijv. de hoekbeschermers
(volkomen CFK-vrij)
>POM< voor polyoxymethyleen, bijv. kunststof klemmen
• Het karton is van oud papier gemaakt en wij adviseren u dit ook weer
in een container voor oud papier te deponeren.
g
Een oud toestel afdanken!
Wanneer u uw toestel op een dag definitief buiten werking stelt, brengt
u het naar het dichtste recyclingcentrum of naar uw speciaalzaak.
8
Gebruiksaanwijzing
2 Milieutips
• Voor doorsnee vervuild wasgoed is een voorwasgang niet nodig. Zo
spaart u wasmiddelen, water en tijd (en belast u minder het milieu!).
• De wasmachine werkt bijzonder zuinig wanneer u de aangegeven
vulgewichten gebruikt.
• In geval van kleine washoeveelheden enkel de helft tot twee derden
van de aanbevolen dosis aan wasmiddel gebruiken.
• Dankzij een gepaste voorbehandeling kunnen vlekken en matige ver-
vuilingen verwijderd worden. Dan kan u op een lagere temperatuur
wassen.
• Was licht tot normaal vervuilde witte was met het energiebesparend
programma.
• Vaak zijn ook wasverzachters niet nodig. Probeer het eens! Wanneer u
een droogautomaat gebruikt, wordt uw wasgoed ook zonder wasverzachter zacht en vlokkig.
• Ingeval van een gemiddelde tot een hoge waterhardheid (vanaf hard-
heidsgraad II, zie ”Was- en verzorgingsmiddelen”) dient u waterontharders te gebruiken.
Het wasmiddel kan dan altijd voor hardheidsgraad I (= zacht) gedoseerd worden.
9
Gebruiksaanwijzing
Beschrijving van het toestel
Vooraanzicht
Schuiflade
voor was- en
verzorgingsmiddelen
Bedieningspaneel
Typeplaatje
(achter de vuldeur)
Vuldeur
Regelvoetjes (in de
hoogte instelbaar)
Schuiflade voor was- en verzorgingsmiddelen
Hoofdwasmiddel
(poedervormig) en
eventueel ontharder
De programmakeuzeknop bepaalt het soort wasgang (b.v.
waterstand, trommelbeweging,
aantal spoelbeurten, centrifugetoerental) overeenkomstig het
te behandelen soort wasgoed,
alsook de watertemperatuur.
Programmakeuzeknop
I (UIT)
• Schakelt de wasautomaat uit,
in alle andere standen is de wasautomaat ingeschakeld.
Hoofdwasbeurt voor witte/bonte was (katoen/linnen) bij 30 °C tot
95 °C.
} (KREUKHERSTELLEND)
Hoofdwasbeurt voor kreukherstellend textiel (mengweefsels) bij 40 °C
of 60 °C.
11
Gebruiksaanwijzing
à (FIJNE WAS)
Hoofdwasbeurt voor fijne was bij 30 °C of 40 °C.
s (WOL)/Ñ (ZIJDE) P (handwas)
Hoofdwasbeurt (r/koud of 30 °C) voor in de machine wasbare wol en
voor handwasbaar woltextiel en zijde met het wasvoorschrift
ï (handwas).
u (SPOELEN)
Afzonderlijk spaarzaam spoelen, b.v. voor handgewassen textiel
(3 spoelbeurten, vloeibaar verzorgingsmiddel wordt ingespoeld uit
spoelvak æ, centrifugeren).
v (POMPEN)
Afpompen van het water na een spoelstop (zonder centrifugeren).
o (Spoelstop) betekent: Het wasgoed blijft in het laatste spoelwater
3
liggen, het wordt niet gecentrifugeerd.
K (CENTRIFUG.)
Afpompen van het water na een spoelstop en centrifugeren, of
afzonderlijk centrifugeren van met de hand gewassen witte/bonte was.
ECO (E-STAND)
Zeer energie- en waterbesparend programma bij ca. 60 °C voor licht tot
normaal vervuilde witte of bonte was (katoen/linnen) met verlengde
wastijd, niet combineerbaar met KORT.
12
Hulpprogrammatoetsen
Met de hulpprogrammatoetsen kan het wasprogramma worden aangepast aan de vervuilingsgraad van het wasgoed. Voor normaal vervuild
wasgoed zijn geen hulpprogramma’s vereist.
Afhankelijk van het programma kunnen verschillende functies met elkaar worden gecombineerd.
k (VOORWAS)
Warm voorwassen vóór de automatisch volgende
hoofdwasbeurt; met tussencentrifugeren voor
t (WITTE/BONTE WAS) en }
(KREUKHERSTELLEND), zonder tussencentrifugeren voor à (FIJNE
WAS).
Gebruiksaanwijzing
ä (VLEKKEN)
Om sterk vervuilde was of wasgoed met vlekken te behandelen. Vlekkenzout wordt op het juiste tijdstip tijdens het programmaverloop ingespoeld. Enkel bruikbaar voor wastemperaturen vanaf 40 °C, want
vlekkenmiddel wordt pas bij relatief hoge temperaturen actief.
] (KORT)
Verkort wasprogramma voor licht vervuild wasgoed.
Bij de instelling s (WOL)/Ñ (ZIJDE) P (handwas) zijn de hulppro-
3
gramma’s niet toegankelijk (als de toetsen worden ingedrukt, hebben ze
geen effect).
Verbruikswaarden en tijdsduur
De waarden voor de programma’s in volgende tabel gelden enkel in
normale omstandigheden. Voor toepassingen in het huishouden vormen ze echter een nuttige uitgangsbasis.
Programmakeuzeknop/temperatuur
t (WITTE/BONTE WAS) 95
ECO (E-STAND) 60
t (WITTE/BONTE WAS) 40 5520,5511 2
} (KREUKHERSTELLEND) 40 2,5560,4576
à (FIJNE WAS) 30 2,5580,3564
s (WOL)/Ñ (ZIJDE )
P (handwas) 30
1) Opmerking: Programma-instelling voor controle volgens EN 60 456.
De verbruikswaarden zijn afhankelijk van de druk, de hardheid en de toevoertemperatuur
van het water, de kamertemperatuur, het soort en de hoeveelheid wasgoed, het gebruikte
wasmiddel, schommelingen in de netspanning en de geselecteerde hulpfuncties.
1)
Inhoud in kgWater
in liter
5561,90130
5490,94125
2520,3552
Energie
in kWh
in minuten
Tijd
13
Gebruiksaanwijzing
Vóór de eerste wasbeurt
0 1. De wasmiddelschuiflade gedeeltelijk uittrekken.
2. Ongeveer 1 liter water via de wasmiddelschuiflade in de wasmachine
gieten. Bij een volgende programmastart wordt het loogreservoir zodoende gesloten en kan de ecosluis naar behoren functioneren.
3. Voer een wasgang uit zonder wasgoed (t/WITTE WAS 95 °C, met een
halve dosis aan wasmiddel). Zo worden eventuele productieresten aan
de trommel en de detergentbak verwijderd.
De wasgang voorbereiden
Het wasgoed sorteren en voorbereiden
• Het wasgoed volgens het wasvoorschrift en de soort sorteren (zie
• Om beschadiging en in de war raken als gevolg van wassen te vermij-
den: Ritssluitingen sluiten, bedovertrekken en kussenslopen dichtknopen, losse linten - van schorten bijvoorbeeld - samenbinden.
• Kleding uit dubbelgelaagde stof omkeren (slaapzak, anorak enz.).
• Voor machinaal geweven gekleurd textiel alsook wol en textiel met
opgezette sieraden: de binnenzijde naar buiten draaien.
• Klein en gevoelig wasgoed (babysokjes, panty' s, bustehouders enz.) in
een wasnetje, een kussen met ritssluiting of in grotere sokken wassen.
• Gordijnen bijzonder voorzichtig behandelen. Metalen of gratige plas-
tic manchetten verwijderen of deze in een netje of een buidel inbinden. Voor eventuele schade kunnen wij niet aansprakelijk gesteld
worden.
• Gekleurd en wit wasgoed mag niet samen in één wasgang gewassen
worden. Wit wasgoed zou anders verkleuren en/of grauw worden.
• Nieuw gekleurd wasgoed heeft vaak een kleuroverschot. Was derge-
lijk wasgoed de eerste keer beter apart.
• Klein en groot wasgoed mengen! Zo verbetert de waswerking en het
wasgoed wordt beter verdeeld tijdens het centrifugeren.
14
Gebruiksaanwijzing
• Het wasgoed vóór het vullen van de wasmachine losser maken.
• Het wasgoed opengevouwen in de trommel steken.
• De wasinstructies ”afzonderlijk wassen” en ”meermaals afzonderlijk
wassen” opvolgen!
Soorten wasgoed en wasvoorschriften
De wasvoorschriften helpen u om het juiste wasprogramma te kiezen.
Het wasgoed moet worden gesorteerd volgens de soort en de wasvoorschriften. De temperaturen in de wasvoorschriften zijn altijd de maximale waarden.
Witte was ç
Textiel gemaakt van katoen en linnen met dit wasvoorschrift is niet gevoelig voor mechanische belasting en hoge temperaturen. Voor dit
soort wasgoed is het programma t (WITTE/BONTE WAS) geschikt.
Bonte was èë
Textiel gemaakt van katoen en linnen met dit wasvoorschrift is niet gevoelig voor mechanische belasting. Voor dit soort wasgoed is het programma t (WITTE/BONTE WAS) geschikt.
Kreukherstellend wasgoed êí
Textiel zoals geappreteerd katoen, katoen/wolmengsel, viscose en synthetische weefsels met dit wasvoorschrift heeft een mechanisch zachtere behandeling nodig. Voor dit soort wasgoed is het programma }
(KREUKHERSTELLEND) geschikt.
Fijne wasì
Textiel zoals gelaagde vezels, microvezels, viscose, synthetische weefsels
en gordijnen met dit wasvoorschrift, vergt een zeer spaarzame behandeling. Voor dit soort wasgoed is het programma à (FIJNE WAS) geschikt.
Wol/zijde en zeer gevoelige was 9ìï
Textiel zoals wol, wolmengsels en zijde met dit wasvoorschrift is zeer
gevoelig voor mechanische belasting. Voor textiel van dit type is het
wasprogramma s (WOL)/Ñ (ZIJDE) P (handwas geschikt).
Opgelet! Textiel met het wasvoorschrift ñ (Niet wassen!) mag niet in
de wasautomaat worden gewassen!
15
Gebruiksaanwijzing
Was- en verzorgingsmiddelen
Welk was- en verzorgingsmiddel?
Gebruik was- en verzorgingsmiddelen die voor een wasmachine geschikt zijn. In principe de aanwijzingen van de fabrikant naleven.
Hoeveel was- en verzorgingsmiddel?
De hoeveelheid wasmiddel hangt af van:
• de vervuilingsgraad van het wasgoed
• de hardheidsgraad van het leidingwater
• de hoeveelheid wasgoed
Wanneer de producent geen dosis vermeldt voor kleinere ladingen, ge-
2
bruikt u voor een halve trommel één derde en voor nog kleinere ladingen slechts de helft van de dosis die voor een volledig gevulde trommel
aanbevolen wordt.
Let op de informatie vanwege de producent omtrent het gebruik en de
dosis van de was- en verzorgingsmiddelen.
Waterontharder
Ingeval van een gemiddelde tot een hoge waterhardheid (vanaf hardheidsgraad II) moeten er ontharders gebruikt worden. De aanwijzingen
van de fabrikant naleven! Het wasmiddel dan altijd volgens hardheidsgraad I (= zacht) doseren. Voor informatie over de plaatselijke waterhardheid kan u terecht bij het bevoegde waterleidingbedrijf.
Omdat de waterontharder vóór het hoofdwasmiddel wordt ingebracht
2
(voorafgaande waterontharding), volstaat tachtig procent van de op de
verpakking aangegeven hoeveelheid ontharder.
16
Aanwijzingen over de waterhardheid
Waterhardheid in °dH
Hardheidsbereik
I – zacht0 – 7tot 1,3
II – middelhard7 – 141,3 – 2,5
III – hard14 – 212,5 – 3,8
IV – zeer hardmeer dan 21meer dan 3,8
(graad van de Duitse wa-
terhardheid)
Waterhardheid in mmol/l
(millimol per liter)
Loading...
+ 36 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.