Lees deze informatie aandachtig door.
Lees vooral het hoofdstuk "Veiligheid“ op de eerste pagina's. Bewaar dit
boekje goed, zodat u nog eens iets kunt nalezen. Geef het door aan een
eventuele volgende eigenaar van het apparaat.
Met de waarschuwingsdriehoek en/of door signaalwoorden
1
(Waarschuwing! , Voorzichtig! , Attentie!) geven wij aanwijzingen die
belangrijk zijn voor uw veiligheid of voor het functioneren van het apparaat. Let goed op deze aanwijzingen.
0 1. Dit symbool voert u stap voor stap door de bediening van het apparaat.
2. ...
Bij dit symbool vindt u aanvullende informatie m.b.t. bediening en
3
praktisch gebruik van het apparaat.
Het klaverblad staat voor tips en aanwijzingen m.b.t. economisch en
2
milieuvriendelijk gebruik van het apparaat.
Mocht er een storing optreden, dan vindt u in dit boekje aanwijzingen
om kleine storingen zelf op te heffen, zie hoofdstuk "Wat is er aan de
hand als...“.
Gedrukt op milieuvriendelijk geproduceerd papier.
Wie milieubewust denkt, handelt ook zo ...
De veiligheid van elektrische apparaten van AEG voldoet aan de Europese en Nederlandse normen. Toch zien wij ons als fabrikant genoodzaakt, u op het volgende te wijzen.
Vóór het in gebruik nemen
• Lees de "Opstel- en aansluitaanwijzing“ achter in dit boekje.
• Bij aflevering van het apparaat in de winter met temperaturen onder
nul: wasautomaat vóór het in gebruik nemen 24 uur op kamertemperatuur laten staan.
Gebruik volgens de voorschriften
• De wasautomaat is alleen bedoeld voor huishoudelijk gebruik, voor
het wassen van wasgoed. Als het apparaat voor verkeerde doeleinden
wordt gebruikt of foutief wordt bediend, wordt eventuele schade niet
door de garantiebepalingen gedekt.
• Constructieve wijzigingen of veranderingen aan het apparaat zijn uit
veiligheidsoverwegingen niet toegestaan.
• Gebruik alleen wasmiddelen die geschikt zijn voor wasautomaten. Let
op de aanwijzingen van de wasmiddelfabrikant.
• Het wasgoed mag geen ontvlambare oplosmiddelen bevatten. Let hier
ook op bij het wassen van voorbehandeld wasgoed.
• Gebruik de wasautomaat niet voor chemische reiniging.
• Kleur- en ontkleuringsmiddelen mogen alleen in de wasautomaat ge-
bruikt worden, als de fabrikant van deze producten uitdrukkelijk aangeeft dat dat mogelijk is. Voor eventuele schade zijn wij niet
verantwoordelijk.
• Gebruik alleen leidingwater. Gebruik regenwater alleen als dat aan de
voorschriften volgens DIN1986 und DIN1988 voldoet.
• Beschadigingen ten gevolge van vorst worden niet door de garantie-
bepalingen gedekt! Als de wasautomaat in een ruimte staat waar het
kan gaan vriezen, moet bij kans op vorst het water worden afgetapt
(zie hoofdstuk "Water aftappen“).
6
Page 7
Gebruiksaanwijzing
Veiligheid van kinderen
• Delen van de verpakking (bijv. folie, styropor) kunnen gevaarlijk zijn
voor kinderen. Verstikkingsgevaar! Verpakkingsonderdelen uit de
buurt van kinderen houden.
• Kinderen zien vaak de gevaren niet die de omgang met elektrische
apparaten met zich meebrengt. Zorg daarom voor het nodige toezicht
als het apparaat aanstaat en laat kinderen niet met de wasautomaat
spelen - ze zouden zichzelf of andere kinderen in het apparaat kunnen opsluiten.
• Zorg ervoor dat kinderen of kleine huisdieren niet in de trommel van
de wasautomaat klimmen.
• Als u het toestel afdankt: trek de stekker uit het stopcontact, maak
het deurslot onbruikbaar, snijd het aansluitsnoer af en gooi stekker en
snoer weg. Zo kunnen kinderen zichzelf of andere kinderen niet in het
apparaat opsluiten en niet in levensgevaar komen.
Algemene veiligheid
• Reparaties aan de wasautomaat mogen alleen door vakmensen wor-
den uitgevoerd. Onvakkundige reparaties kunnen tot aanzienlijke risico's leiden. Wend u bij reparaties altijd tot onze service-afdeling.
• Neem de wasautomaat nooit in gebruik, als het aansluitsnoer bescha-
digd is of als bedieningspaneel, bovenblad of sokkel zo beschadigd
zijn, dat de binnenkant van het apparaat toegankelijk is.
• Schakel de wasautomaat uit voordat u hem gaat schoonmaken. Bo-
vendien de stekker uit het stopcontact trekken of - bij vaste aansluiting - automatische zekering in de huisinstallatie uitschakelen of
zekering geheel uitdraaien.
• Wanneer het apparaat langere tijd niet wordt gebruikt, moet het ap-
paraat worden losgekoppeld van het elektriciteitsnet.
• Stekker nooit aan het snoer uit het stopcontact trekken, maar aan de
stekker.
• Meerwegstekkers, koppelingen en verlengsnoeren mogen niet worden
gebruikt. Brandgevaar door oververhitting!
• Sproei de wasautomaat niet met een waterstraal af. Kans op kortslui-
ting!
• Bij wasprogramma's met hoge temperaturen wordt het deurglas heet.
Niet aanraken!
7
Page 8
Gebruiksaanwijzing
• Laat het sop afkoelen voordat u water gaat aftappen, de pomp gaat
reinigen of noodontgrendeling van de deur gaat toepassen.
• Kleine huisdieren kunnen aan snoeren en slangen knagen. Kans op
kortsluiting en overstroming! Kleine dieren uit de buurt van de wasautomaat houden.
2 Afvalverwerking
Verpakkingsmateriaal verwijderen!
Verwijder de verpakking van de wasautomaat op de juiste manier. Alle
gebruikte verpakkingsmaterialen zijn niet milieu-onvriendelijk en kunnen hergebruikt worden.
• De kunststof delen zijn voorzien van een internationaal gebruikte co-
dering:
>PE<voor polyethyleen, bijv. de folieverpakking
>PS<voor polystyreen, bijv. de hoekbeschermers
(volkomen CFK-vrij)
>POM< voor polyoxymetheen, bijv. kunststof klemmen
• Het karton is van oud papier gemaakt en wij adviseren u dit ook weer
in een container voor oud papier te deponeren.
Oud apparaat verwijderen!
Als u het apparaat afdankt, lever het dan in bij uw vakhandelaar of informeer bij uw gemeente naar de mogelijkheden voor afvalverwerking
in uw woonplaats.
8
Page 9
Gebruiksaanwijzing
2 Milieutips
• Voor doorsnee vervuild wasgoed is een voorwas of inweken niet no-
dig. Zo spaart u wasmiddelen, water en tijd (en belast u minder het
milieu!).
• De wasmachine werkt bijzonder zuinig wanneer u de aangegeven
vulgewichten gebruikt.
• In geval van kleine washoeveelheden enkel de helft tot twee derden
van de aanbevolen dosis aan wasmiddel gebruiken.
• Door de goede voorbehandeling van vlekken en vuil kunt u bij een la-
gere temperatuur wassen.
• Vaak zijn ook wasverzachters niet nodig. Probeer het eens! Wanneer
u een droogautomaat gebruikt, wordt uw wasgoed ook zonder wasverzachter zacht en vlokkig.
• Ingeval van een gemiddelde tot een hoge waterhardheid (vanaf hard-
heidsgraad II, zie “Was- en nabehandelingsmiddelen”) dient u waterontharders te gebruiken. Het wasmiddel kan dan altijd voor
hardheidsgraad I (= zacht) gedoseerd worden.
9
Page 10
Gebruiksaanwijzing
Beschrijving van het apparaat
Frontaanzicht
lade voor
was- en
nabehandelingsmiddel
schroefvoeten
(in hoogte
verstelbaar);
links achter:
automatische
stelvoet
bedieningspaneel
typeplaatje
(achter de deur)
deur
klepje voor de
afvoerpomp
Lade voor was- en nabehandelingsmiddel
hoofdwasmiddel
(poedervormig) en
eventueel ontharder
Met de programmakeuzeknop bepaalt u het type wasgang
(b.v. waterstand, beweging van de
trommel, aantal spoelgangen, centrifugetoerental) overeenkomstig
het te behandelen soort wasgoed
en de temperatuur van het sop.
Programmakeuzeknop
Aanduiding OVERDOSERING
UIT
Schakelt de wasmachine uit, op alle
andere standen is de machine ingeschakeld.
Voor het corrigeren van per ongeluk gekozen programmainstellingen,
de programmakeuzeknop in de positie UIT draaien. De oorspronkelijke
toestand is weer hersteld.
11
Page 12
Gebruiksaanwijzing
WITTE/BONTE WAS, KREUKHERSTELLEND
Hoofdwas van 20 °C tot 95 °C universeel te gebruiken voor witte/bonte
was (katoen/linnen), kreukherstellend (gemengde weefsels, b.v. katoen/
polyester) en synthetische stoffen. Hoofdwas past zich aan de verschillende weefselsoorten en vulhoeveelheden aan. Bij overwegend katoen/
linnen wordt een programma voor kook/bonte was gedraaid,
bij overwegend synthetische stoffen een programma voor kreukherstellende was. Bij een belading met enkel kreukherstellend textiel mag de
vulhoeveelheid de 2,5 kg niet overschrijden teneinde verhoogde kreukvorming te voorkomen.
SPOELEN
Afzonderlijk spoelen, afzonderlijk impregneren van vochtige was
(1 spoelgang, vloeibaar spoelmiddel uit spoelvak æ wordt in de machine gespoeld, centrifugeren).
Wanneer een afzonderlijke spoelgang wordt uitgevoerd, geen verzorgingsmiddel in het inspoelvakje doen.
POMPEN
Wegpompen van het water na een spoelstop (zonder centrifugeren).
Spoelstop betekent: de was blijft in het laatste spoelwater liggen en
3
wordt niet gecentrifugeerd.
CENTRIFUGEREN
Wegpompen van het water na een spoelstop en centrifugeren of afzonderlijk centrifugeren van met de hand gewassen witte/bonte was en
kreukherstellende was.
12
KORT CENTRIFUGEREN
Wegpompen van het water na een spoelstop en delicaat centrifugeren
of afzonderlijk delicaat centrifugeren van gevoelig textiel (fijne was,
wol) bij laag toerental.
FIJNE WAS
Wasprogramma voor fijne was op 30 °C of 40 °C.
WOL / P (handwas)
Hoofdwas (koud tot 40 °C) voor in de machine wasbare wol en voor wol
met wasvoorschrift ï (handwas).
Page 13
Gebruiksaanwijzing
ZIJDE / P (handwas)
Hoofdwas op 30 °C voor hand- en machine wasbare zijde.
Aangezien het bij zijde om een zeer gevoelige textielsoort gaat, advise-
3
ren wij, indien mogelijk, slechts een kledingstuk te wassen, en zijde in
geen geval samen te wassen met andere, ruwe textielsoorten.
Voor uiterst gevoelige zijde kan met de toets KORT/EXTRA KORT een
nog zachtere behandeling plaatsvinden.
FASHION
Bijzonder delicaat, speciaal programma op 40 °C voor moderne textielsoorten als viscose, modal, cupro en lyocell, met zachtere behandeling
dan met het programma FIJNE WAS en met intensievere reinigende
werking dan in de handwasprogramma's.
OPFRISSEN
Ca. 20 minuten durend speciaal programma op 30 °C voor kort wassen
van textiel zoals eenmaal gedragen, licht vervuilde sportkleding.
STRIJKVRIJ
Hoofdwas op 40 °C voor kreukherstellend textiel, dat aansluitend op dit
programma nog slechts licht of zelfs helemaal niet gestreken hoeft te
worden.
E-STAND
2
Sterk energie- en waterbesparend wasprogramma op ca. 60 °C voor
licht tot normaal vervuilde witte/bonte was (katoen/linnen) met verlengde wastijd.
Extra programmatoets
De toetsen voor de extra programma's dienen om
het hoofdwasprogramma aan de mate van vervuiling van de was aan te passen. Bij normaal vervuilde
was zijn extra programma's als VOORWAS en
VLEKKEN niet nodig.
Al naargelang het programma kunnen verschillende
functies met elkaar worden gecombineerd.
VOORWAS (Voorwas/Inweken)
Koud voorwassen voorafgaand aan de automatisch
erop volgende hoofdwas. Met behulp van de toets
STARTTIJDKEUZE zal de voorwas van 1 tot max. 19
uur inweken, afhankelijk van het ingestelde programma.
13
Page 14
Gebruiksaanwijzing
BEHOEDZAAM
Speciaal extra programma met duidelijk verhoogde spoelwerking
(extra spoelgang) bij gelijktijdig verbeterde delicate behandeling van de
weefsels (verminderde trommelbeweging). Ideaal wanneer er vaak moet
worden gewassen, b.v. bij overgevoeligheid van de huid. Als extra kan
nog SPOELEN+ worden gekozen.
VLEKKEN
Voor het behandelen van sterk vervuild wasgoed of wasgoed met vlekken. (Vlekkenzout of vlekkentabs werden op het optimale programmatijdstip aan het water toegevoegd.)
Bij de instelling WOL/P (handwas) kunnen met de toetsen geen extra
3
programma's worden gekozen.
KORT/EXTRA KORT
Verkorte hoofdwas voor licht vervuilde was kan bij het programma WITTE/
BONTE WAS, KREUKHERSTELLEND op drie niveaus worden ingesteld,
bij andere programma's op twee niveaus.
Programmaduur
14
Programma
WITTE/BONTE WAS,
KREUKHERSTELLEND op 60 °C
Andere programma's,
b.v. FIJNE WAS op 30 °C
Zonder
KORT/EXTRA KORT
119 m i n91 min63 min
68 min52 min-
Met KORT/EXTRA KORT
1 x op toets
drukken
2 x op toets
drukken
Programmeerbare functies
De programmeerbare functies extra spoelgang (SPOELEN+), sopafkoeling en variomatic los centrifugeren worden beschreven in het hoofd-
stuk “Wat is er aan de hand als ....”
Page 15
Gebruiksaanwijzing
Verbruikswaarden en tijdsduur
De waarden voor gekozen programma's in de volgende tabel worden
gegeven als onder standaard condities. De verbruikswaarden hangen
niet alleen af van de gekozen instellingen [extra functies] maar ook van
uiterlijke omstandigheden b.v. watertemperatuur en/of gebruikte wasmiddelen. Voor toepassing voor huishoudelijke doeleinden vormen deze
waarden echter een nuttige indicatie.
Programmakeuzeknop
(Temperatuur)
E-STAND
WITTE/BONTE WAS,
KREUKHERSTELLEND 95
WITTE/BONTE WAS,
KREUKHERSTELLEND 60
WITTE/BONTE WAS,
KREUKHERSTELLEND 40
WITTE/BONTE WAS,
KREUKHERSTELLEND 60
KORT/EXTRA KORT (1x drukken)
WITTE/BONTE WAS,
KREUKHERSTELLEND 40
KORT/EXTRA KORT (1x drukken)
WITTE/BONTE WAS,
KREUKHERSTELLEND 40
KORT/EXTRA KORT (2x drukken)
FIJNE WAS 30
WOL / P (Handwas) 302420,1635
1)
Textielsoort
katoen5390,85120
katoen5421,80148
katoen5420,9511 9
katoen5490,5511 6
Synthetische
stoffen
1)
Synthetische
stoffen
1)
Synthetische
stoffen
Synthetische
stoffen
Hoeveel-
heid in kg
2,5480,7091
2,5480,5088
2,5420,5059
2,5540,3568
Water
in liter
Energie
in kWh
Tijd in
minuten
1) Aanwijzing: Programmainstelling voor controle volgens resp. EN 60 456 en IEC 60 456.
15
Page 16
Gebruiksaanwijzing
Looptijdindicatie
De looptijd van het wasprogramma hangt af
3
van de wasgewoonten en omstandigheden
op de plaats waar de machine is opgesteld.
Zo kunnen bijv. type en hoeveelheid wasgoed, soort wasmiddel, water- en kamertemperatuur
enz. de duur van het wasprogramma beïnvloeden.
Wat betekent “update”?
De wasprogramma's van uw wasmachine worden door een software gestuurd.
Nieuw textiel of nieuwe wasmiddelen kunnen in de toekomst nieuwe
wasprogramma's vergen. De software kan meestal daaraan aangepast
worden.
Gelieve u tot de klantenservice te wenden voor meer informatie over
een “update”.
Beveiliging tegen wateroverlast
aqua-control + aqua-alarm
Bij beschadiging van de toevoerslang blokkeert het systeem direct aan
de waterkraan de verdere watertoevoer naar het apparaat.
Mocht op een andere plek water uit de machine komen, dan pompt de
afvoerpomp het water automatisch weg - ook als het apparaat uitgeschakeld is. De wasautomaat moet alleen aan het stroomnet aangesloten zijn. Als de beveiliging tegen wateroverlast in werking treedt, klinkt
tegelijk een waarschuwingssignaal.
16
Page 17
Gebruiksaanwijzing
Voor de eerste wasbeurt
0 Draai een eerste wasgang zonder was (WITTE/BONTE WAS, KREUKHER-
STELLEND 95, met een halve hoeveelheid wasmiddel).
Daardoor worden restanten van de fabricage aan de trommel en de
schuiflade verwijderd.
Voordat u gaat wassen
Wasgoed sorteren en voorbereiden
• Wasgoed volgens wasetiket sorteren (zie "Textielsoorten en was-
etiketten“).
• Zakken leegmaken.
• Metalen delen (paperclips, veiligheidsspelden enz.) verwijderen.
• Om te voorkomen dat het wasgoed beschadigt en een kluwen vormt:
ritssluitingen sluiten, slopen en dekbedovertrekken dichtknopen, losse
ceintuurs en lange schortbanden samenbinden.
• Kleding die uit meer lagen bestaat (slaapzak, anorak enz.) binnenste
buiten keren.
• Gebreid gekleurd textiel, wol en textiel met applicaties: binnenste
buiten keren.
• Kleine en tere stukken wasgoed (babysokjes, panty's, beha's enz.) in
een wasnetje, een kussensloop met ritssluiting of in een grote sok
wassen.
• Vitrages bijzonder voorzichtig behandelen. Metalen of kunststof rol-
letjes of haken verwijderen of de vitrages in een net of zak binden.
Voor beschadigingen kunnen wij niet aansprakelijk worden gesteld.
• Gekleurd en wit wasgoed niet samen wassen. Wit wasgoed verkleurt
resp. vergrauwt dan.
• Nieuw gekleurd wasgoed geeft vaak af. Zulke stukken kunt u de eer-
ste keer beter apart wassen.
• Kleine en grote stukken tegelijk wassen! Daardoor verbetert de was-
werking en het wasgoed wordt bij het centrifugeren gunstiger verdeeld.
• Wasgoed losschudden voordat u het in de machine doet.
• Wasgoed uit elkaar gevouwen in de trommel doen.
• Let op de aanwijzingen "apart wassen“ en "meermalen apart wassen“!
17
Page 18
Gebruiksaanwijzing
Soorten wasgoed en wasetiketten
De wasetiketten helpen bij de keuze van het juiste wasprogramma. Het
wasgoed moet naar soort en wasetiket worden gesorteerd. De temperatuuraanduidingen op de wasetiketten zijn maxima.
Witte was ç
Textiel van katoen en linnen met dit wasetiket is ongevoelig voor mechanische belasting en hoge temperaturen.
Voor dit soort wasgoed is het programma WITTE/BONTE WAS, KREUKHERSTELLEND geschikt.
Bonte was èë
Katoenen en linnen textielsoorten met dit wasetiket zijn ongevoelig
voor mechanische belasting. Voor dit soort wasgoed is het programma
WITTE/BONTE WAS, KREUKHERSTELLEND geschikt.
Kreukherstellend wasgoed êí
Textiel als kreukherstellend gemaakte katoen, weefsels gemengd met
katoen en synthetische weefsels met it wasetiket vereisen een mechanisch voorzichtigere behandeling. Voor deze textielsoort is het programma KREUKHERSTELLEND enSTRIJKVRIJ geschikt.
Fijne was ì
Textiel dat uit verschillende lagen bestaat, textiel van microvezels, synthetische weefsels en vitrages met dit wasetiket hebben een delicate behandeling nodig. Voor dit wasgoed is het programma FIJNE WAS
geschikt.
18
Viscose íì
Moderne textielsoorten als viscose, cupro, lyocell, modal e.d. hebben
een zeer delicate behandeling nodig. Voor dit wasgoed is het programma FASHION geschikt.
Wol/zijde en bijzonder teer wasgoed 9ìï
Textiel als wol, weefsels gemengd met wol en zijde met dit wasetiket
zijn bijzonder gevoelig voor mechanische belasting. Voor deze textielsoorten zijn de programma's WOL/P (handwas) en ZIJDE/P (handwas) geschikt.
Waarschuwing! Textiel met het wasetiket ñ (niet wassen!) mag niet
in de wasmachine worden gewassen!
Page 19
Gebruiksaanwijzing
Was- en nabehandelingsmiddelen
Welk was- en nabehandelingsmiddel?
Gebruik alleen was- en nabehandelingsmiddelen die geschikt zijn voor
gebruik in de wasautomaat. Let altijd op de aanwijzingen van de fabrikant.
Hoeveel was- en nabehandelingsmiddel?
De hoeveelheid is afhankelijk:
• van de mate van verontreiniging van het wasgoed
• van de hardheidsgraad van het leidingwater
• van het vulgewicht
Als de wasmiddelfabrikant geen doseeraanwijzingen voor kleine hoe-
2
veelheden wasgoed geeft, doseert u bij halve belading een derde minder, bij nog kleinere belading en bij STRIJKVRIJ slechts de helft van de
hoeveelheid wasmiddel die voor een volle belading wordt geadviseerd.
Let op de gebruiks- en doseeraanwijzingen van de fabrikant van wasen nabehandelingsmiddel.
Waterontharder
Bij gemiddelde tot hoge waterhardheid (vanaf hardheid II) moet ontharder worden gebruikt. Let op de aanwijzingen van de fabrikant! Wasmiddel dan altijd voor hardheid I (= weich) doseren. Informatie over de
waterhardheid in uw woonplaats kunt u bij het waterleidingbedrijf krijgen.
Omdat de waterontharder vóór het hoofdwasmiddel wordt ingespoeld
2
(voorontharding), is 80% van de op de verpakking aangegeven hoeveelheid ontharder voldoende.
Aanwijzingen m.b.t. de waterhardheid
hardheidsbereik
I - laag onder 10onder 1,8
II - gemiddeld 10 - 161,8 - 2,9
III - hoog boven 16boven 2,9
waterhardheid in °dH
(graden Duitse hardheid)
waterhardheid in mmol/ l
(millimol per liter)
19
Page 20
Gebruiksaanwijzing
Een wasgang uitvoeren
Beknopt overzicht
Een wasgang verloopt in de volgende stappen:
0 1. Het juiste wasprogramma instellen:
– Programma en temperatuur instellen met de programmakeuzeknop
– eventueel extra programma kiezen
Na afloop van het wasprogramma:
Opgelet! Wanneer het wasprogramma eindigde met spoelstop, eerst
POMPEN, CENTRIFUGEREN of KORT CENTRIFUGEREN alvorens de vuldeur te openen.
8. Deur openen, was uit de machine nemen.
9. Wasautomaat uitzetten: programmakeuzeknop op UIT draaien.
20
Page 21
Gebruiksaanwijzing
Wasprogramma instellen
Geschikt programma, de juiste temperatuur en mogelijke extra pro-
3
gramma's voor de betreffende soort wasgoed, zie “Programmatabellen”.
0 1. De programmakeuzeknop op het
gewenst wasprogramma met de
gewenste temperatuur draaien.
In het multidisplay wordt de
vermoedelijke duur van het ingestelde programma in minuten
aangegeven.
2. Eventueel extra programma’s kiezen:
De indicatie van het gekozen extra programma gaat
brandnt.
– Om een andere programma te kiezen de betref-
fende toets indrukken.
– Om een programma uit te schakelen de toets
nogmaals indrukken.
21
Page 22
Gebruiksaanwijzing
Centrifugetoerental wijzigen/spoelstop kiezen
0 Eventueel centrifugetoerental voor de laatste cen-
trifugegang wijzigen/SPOELSTOP kiezen:
Toets centrifugetoerental/SPOELSTOP zo vaak indrukken, tot de indicatie van het gewenste centrifugetoerental (resp. van SPOELSTOP) brandt.
Als u SPOELSTOP kiest, blijft het wasgoed in het
laatste spoelwater liggen, het wordt niet gecentrifugeerd.
Als u het centrifugetoerental niet wijzigt, wordt het automatisch aan
Het toerental voor de centrifugegangen tussendoor is afhankelijk van
het gekozen programma en kan niet worden gewijzigd.
22
Page 23
Gebruiksaanwijzing
Starttijdkeuze/Inweektijd instellen
Starttijdkeuze
Met toets STARTTIJDKEUZE kunt u de start van een wasprogramma met
1 tot maximaal 19 uur op te schuiven.
0 1. Wasprogramma kiezen.
2. Toets STARTTIJDKEUZE indrukken.
3. Toets START/PAUZE indrukken.
Bij gekozen uitstel van de start brandt
de indicatie STARTTIJDKEUZE.
Toets STARTTIJDKEUZE zo vaak indrukken tot de gewenste programmastart in het multidisplay wordt aangegeven, bij 12h voor 12 uur uitstellen van de programmastart. Als 19h wordt aangegeven en u drukt
de toets nogmals in, dan is de starttijdkeuze weer opgeheven. De looptijd van het ingestelde wasprogramma verschijnt (weergave in minuten,
b. v.120).
De ingestelde starttijdkeuze kan ook worden opgeheven door de programmakeuzeknop in de positie UIT te zetten.
Inweektijd
Door de toets VOORWAS ingedrukt te houden, kan met de toets STARTTIJDKEUZE de inweektijd met 1 tot maximaal 19 uur worden verlengd.
0 1. Toets VOORWAS indrukken.
2. Toets STARTTIJDKEUZE indrukken.
Inweken is ingesteld, de indicatie LOOPTIJD brandt.
De inweektijd is nu ca. 1 uur.
3. Door opnieuw indrukken van de toets STARTTIJDKEUZE kan de inweektijd per uur worden verlengd.
De indicaties LOOPTIJD en STARTTIJDKEUZE gaan branden.
23
Page 24
Gebruiksaanwijzing
Deur openen en sluiten
0 Openen: toets DEUR/LICHT indrukken.
De deur springt open.
0 Sluiten: deur stevig dichtdrukken.
Als het apparaat is ingeschakeld, geeft de indicatie
DEUR/LICHT aan, of de deur kan worden geopend:
– groen: deur kan geopend worden (niet als de programmabeveili-
ging geactiveerd is, zie hoofdstuk "Programmabeveiliging“)
– uit:deur kan momenteel niet geopend worden
– rood:deur is open
Als de deur geopend is, is de wastrommel verlicht. De verlichting gaat
3
automatisch na ca. 3 minuten uit.
Wasgoed in de machine doen
Maximale vulgewicht zie “programmatabel”.
3
Aanwijzingen voor een juiste voorbereiding van de was zie “Wasgoed
sorteren en voorbereiden”.
0 1. Wasgoed naar soort en kleur sorteren en voorbereiden.
2. Deur openen: Toets DEUR/LICHT indrukken. De deur springt open.
3. Wasgoed in de wasmachine doen.
Let op! Bij het sluiten van de deur ervoor
zorgen dat er geen wasgoed tussen klemt!
Textiel en apparaat kunnen hierdoor worden beschadigd!
4. Deur stevig sluiten.
24
Page 25
Gebruiksaanwijzing
Was-/nabehandelingsmiddel in de lade doen
Voor aanwijzingen met betrekking tot was- en nabehandelingsmidde-
3
len raadpleegt u de paragraaf “Was- en nabehandelingsmiddelen”.
0 1. Wasmiddellade openen: onder aan de
wasmiddellade in de klep vastpakken (1).
Wasmiddellade zo ver mogelijk naar
buiten trekken (2).
2. Was-/nabehandelingsmiddel in de lade
doen.
Vak voor vlekkenzout/-tabletten
(alleen voor extra programma
Vak voor poedervormig
hoofdwasmiddel/tabletten
(Als u waterontharder gebruikt en het
rechtervak nodig hebt voor het voorwas-/inweekmiddel, dan de waterontharder op het hoofdwasmiddel in dit
vak doen.)
VLEKKEN)
Vak voor vloeibaar nabehandelingsmiddel
(Wasverzachter, Spoelmiddelen, Stijfsel)
Let op! Vak niet verder dan de markering
MAX vullen. Dikke vloeibare middelen eventueel
tot de markering MAX met water verdunnen,
poedervormig stijfsel eerst oplossen.
Aanwijzing: een kleine hoeveelheid restwater in het vak
voor vloeibare verzorgingsmiddelen is normaal
en heeft geen invloed op het spoelresultaat.
Vak voor voorwas-/inweekmiddelen
(alleen voor extra programma VOORWAS)
of voor waterontharder
25
Page 26
Gebruiksaanwijzing
3. Lade helemaal naar binnen schuiven.
Bij gebruik van vloeibaar wasmiddel/tabletten:
3
Vloeibaar wasmiddel resp. tabletten, met de door de wasmiddelfabrikant aangeboden dosserhulpjes, doseren. Let op de aanwijzingen op de
wasmiddelverpakking.
Wasprogramma starten
0 1. Controleer of de waterkraan is opengedraaid.
2. Wasprogramma starten: Toets START/PAUZE indrukken.
Het wasprogramma start direct resp. na aflop van ingestelde starttijdkeuze.
Als de indicatie DEUR/LICHT bij het indrukken van de toets
3
START/PAUZE rood knippert, dan is de deur niet goed gesloten. Deur
stevig aandrukken en de toets START/PAUZE nogmaals indrukken.
Bij ingestelde starttijdkeuze:
De ingestelde tijd loopt af, in het multidisplay wordt de resterende tijd
tot de start van het programma (steeds in volledige uren) aangegeven.
Tijdens deze tijd kunt u nog wasgoed in de machine doen of de starttijdkeuze wijzigen resp. afbreken
• Wasgoed in de machine doen: toets START/PAUZE indrukken, de deur
kan worden geopend. Daarna deur sluiten en opnieuw toets
START/ PAUZE indrukken.
• Starttijdkeuze wijzigen resp. afbreken: toets STARTTIJDKEUZE zo vaak
indrukken tot de gewenste tijd wordt aangegeven; als de programmalooptijd wordt aangegeven (indicatie in minuten, bijv.120) start
het wasprogramma direct.
26
Page 27
Gebruiksaanwijzing
Verloop van het wasprogramma
Indicatie van het programmaverloop
Voor de start worden de uit te voeren stappen van het
programma door de indicatie van het
programmaverloop weergegeven. Terwijl het wasprogramma aan de gang is, wordt getoond bij welke stap
het programma is aangekomen.
Multidisplay
De te verwachten restlooptijd (in minuten)
wordt, tot het programma beëindigd is,
weergegeven op het multidisplay.
Tijdens de hoofdwas kan de restlooptijd gedurende het wassen worden
3
verlengd of kan deze kort stil blijven staan, aangezien het wasprogramma zich tijdens het wassen aan de verschillende omstandigheden
aanpast, [b.v. soort en hoeveelheid wasgoed, herkenning van onbalans
bij het centrifugeren, speciale spoelgang etc.).
Centrifugetoerental veranderen
Tijdens het wasprogramma kan het centrifugetoerental nog gewijzigd
worden of op SPOELSTOP worden ingesteld.
Andere instellingen kunnen niet worden gewijzigd.
Programma afbreken
0 Om het wasprogramma af te breken de programmakeuzeknop op UIT
draaien.
Met de toets START/PAUZE kan het hoofdwasprogramma ieder moment
3
worden onderbroken en door het nogmaals indrukken van de knop
weer worden voortgezet.
27
Page 28
Gebruiksaanwijzing
Wasgang beëindigd/Was uit de machine nemen
Nadat een wasprogramma is beëindigd, brandt EINDE op de indicatie
van het programmaverloop.
• Wanneer het programma STRIJKVRIJ werd gekozen, volgt er na het
einde van het programma een anti-kreukfase van ca. 30 minuten.
Het multidisplay geeft daarbij nog een resterende tijd aan en de indicatie EINDE brandt. Tijdens de anti-kreukfase kan de deur ieder moment worden geopend en het wasgoed eruit gehaald.
• Als SPOELSTOP was gekozen, knippert de indicatie naast de toets
START/ PAUZE.
0 1. Na een spoelstop moet eerst het water worden weggepompt:
– Toets START/PAUZE indrukken (het water wordt weggepompt en het
wasgoed wordt aangepast aan het afgelopen programma gecentrifugeerd; met de toets centrifugetoerental/SPOELSTOP kan het centrifugetoerental ook tijdens het centrifugeren nog gewijzigd worden),
of
– programmakeuzeknop op POMPEN draaien en toets START/PAUZE
indrukken (het water wordt zonder centrifugeren weggepompt),
of
– programmakeuzeknop op CENTRIFUGEREN of KORT CENTRIFUGEREN
draaien en toets START/PAUZE indrukken (het water wordt weggepompt en het wasgoed wordt gecentrifugeerd of kort gecentrifuge-
erd.)
Na het beëindigen van dit programma-onderdeel brandt de indicatie
EINDE.
2. Deur openen: Zodra de indicatie naast de toets DEUR/LICHT groen
brandt, kan de deur geopend worden (niet als de programmabeveiliging
is geactiveerd is; zie daarover: “Programmabeveiliging”).
3. Wasgoed uit de machine nemen.
4. Programmakeuzeknop op UIT draaien;
5. Na het wassen de wasmiddellade iets naar buiten trekken, zodat hij kan
drogen. Deur iets open laten staan, zodat de wasautomaat kan luchten.
Als de indicatie OVERDOSERING brandt, hebt u in het
3
afgelopen wasprogramma te veel wasmiddel gebruikt.
Bij de volgende was op de doseeraanwijzingen van de
wasmiddelfabrikant en op het vulgewicht letten!
Attentie! Als de wasautomaat langere tijd niet wordt gebruikt:
waterkraan dichtdraaien en de wasautomaat spanningloos maken.
(De beveiliging tegen wateroverlast aqua-control mit aqua-alarm
werkt niet als de stroomtoevoer onderbroken is.)
28
Page 29
Gebruiksaanwijzing
Programmatabellen
Wassen
In onderstaande tabellen worden niet alle mogelijke, maar alleen de
voor het dagelijks gebruik gangbare en zinvolle instellingen beschreven.
Soort wasgoed
Wasvoorschriften
Witte/Bonte was
èç
Witte/Bonte was
ëèç
Kreukherstellend
îíê
Fijne was
ì
Max. vulge-
wicht
(drooggewicht)
3)
3)
2,5 kg (of 15-
2
20m
1)
5 kg
5 kg
2,5 kgOPFRISSEN 30
2,5 kg
1 kg
2,5 kgOPFRISSEN 30
gordijnen)
2,5 kgFASHION 40
Programmakeuzeknop
temperatuur [in °C]
2)
E-STAND 60
(energiebesparend
programma)
WITTE/BONTE WAS,
KREUKHERSTELLEND
20 tot 95
WITTE/BONTE WAS,
KREUKHERSTELLEND
20 tot 60
STRIJKVRIJ
FIJNE WAS 30, 40
4)
40
mogelijke
extra programma's
VOORWAS
BEHOEDZAAM
VLEKKEN
KORT/EXTRA KORT
VOORWAS
BEHOEDZAAM
VLEKKEN
KORT/EXTRA KORT
VOORWAS
BEHOEDZAAM
VLEKKEN
KORT/EXTRA KORT
VOORWAS
VLEKKEN
KORT/EXTRA KORT
VOORWAS
VLEKKEN
KORT/EXTRA KORT
29
Page 30
Gebruiksaanwijzing
Soort wasgoed
Wasvoorschriften
Wol/Handwas
9ìï
Zijde/Handwas
ï
1) De bepaling voor het vulgewicht is conform de norm EN 60456 Standard load.
2) In een emmer van 10 liter gaat ongeveer 2,5 kg droog wasgoed (katoen).
3) Programmainstellingen voor controle volgens resp. EN 60 456 en IEC 60 456 zijn
beschreven in het hoofdstuk “Verbruikswaarden en tijdsduur”.
4) Alleen wanneer een vulgewicht van 1 kg (ongeveer 5 tot 7 kreukherstellende
herenoverhemden) wordt aangehouden, wordt kreuken in de was grotendeels
vermeden.
Attentie! Geen middelen voor het onderhoud van meubelen of agres-
sieve reinigingsmiddelen gebruiken voor het reinigen van paneel en bedieningselementen.
0 Bedieningspaneel met een vochtig doekje afnemen. Daarvoor warm
water gebruiken.
Wasmiddellade
Van tijd tot tijd moet de wasmiddellade worden gereinigd.
0 1. De lade zo ver mogelijk naar buiten trekken.
2. De lade met een flinke ruk losnemen.
3. Wasverzachterbakje uit het middel-
ste vak nemen.
4. Wasverzachterbakje onder stromend water reinigen.
5. Inspoelvakjes met warm water vanaf de achterzijde schoonmaken.
U kunt het beste een flessenborstel
gebruiken.
6. Wasverzachterbakje weer stevig
opzetten, tot het niet verder kan.
31
Page 32
Gebruiksaanwijzing
7. Gehele inspoelbereik van de wasautomaat, vooral ook de sproeiers aan
de bovenzijde van de inspoelvakjes, met een borsteltje reinigen.
8. Lade weer in de geleiders zetten en
naar binnen schuiven.
Wastrommel
De wastrommel is van roestvrij edelstaal. Door roestende vreemde voorwerpen in het wasgoed kunnen roestvlekken op de trommel ontstaan.
Attentie! De stalen trommel niet met zuurhoudende ontkalkingsmiddelen, chloor- of ijzerhoudende schuurmiddelen of staalwol reinigen. Bij
onze service-afdeling zijn geschikte middelen te verkrijgen.
0 Eventuele roestvlekken op de trommel met een reinigingsmiddel voor
roestvrij staal verwijderen.
Deur
0 Regelmatig controleren of zich aanslag of vreemde voorwerpen in de
rubber manchet achter de deur bevinden en deze eventueel verwijderen.
32
Page 33
Gebruiksaanwijzing
Afvoerpomp reinigen
Paperclips, spijkers enz. die eventueel met het wasgoed in de wasautomaat terecht zijn gekomen, blijven in het huis van de afvoerpomp liggen. Op zulke voorwerpen kunnen zich textielpluizen afzetten die
daardoor de afvoerpomp verstoppen.
Daarom minstens één maal per jaar de afvoerpomp reinigen.
Waarschuwing! Vóór het reinigen van de afvoerpomp wasautomaat
1
uitschakelen en stekker uit het stopcontact trekken!
0 1. Eerst het water aftappen (zie hoofdstuk "Water aftappen“).
2. Doekje op de vloer voor het deksel van de afvoerpomp leggen. Er kan
restwater weglopen.
3. Deksel van de afvoerpomp linksom losschroeven en naar buiten trekken.
4. Eventuele vreemde voorwerpen uit de
pomp verwijderen.
5. Deksel weer inzetten. Lipjes aan het
deksel opzij in de geleidingssleuven
plaatsen en deksel rechtsom vastschroeven.
6. Aftapslang afsluiten en in de houder
plaatsen.
7. Klepje sluiten.
33
Page 34
Gebruiksaanwijzing
Wat is er aan de hand als...
Hulp bij storingen
Probeer in geval van storing aan de hand van onderstaande aanwijzingen het probleem zelf op te lossen. Als u voor één van de hier vermelde
storingen of vanwege bedieningsfouten de service-afdeling inschakelt,
wordt dit bezoek ook tijdens de garantietermijn niet door onze garantiebepalingen gedekt.
• Als in het multidisplay de foutcode C1 of
C2 wordt aangegeven, kunt u de storing
eventueel zelf opheffen (zie storingstabel).
Na opheffen van de storing toets START/
PAUZE indrukken. Als de foutcode opnieuw
wordt aangegeven, neem dan contact op
met de service-afdeling.
• Bij alle andere foutcodes (C en cijfer of letter)
contact opnemen met de service-afdeling en
foutcode opgeven.
StoringMogelijke oorzaakOplossing
34
Wasautomaat werkt
niet.
Deur laat zich niet sluiten.
De stekker zit niet in het
stopcontact.
Zekering van het elektrische
systeem in uw woning is niet
in orde.
Deur is niet goed gesloten.
Toets START/PAUZE was niet
lang genoeg ingedrukt.
Kinderbeveiliging is
ingesteld.
Steek de stekker in het stopcontact.
Zekering vervangen.
Deur sluiten; De sluiting
moet hoorbaar vastklikken.
Toets START/PAUZE zo lang
indrukken tot het
programma begint.
Wasautomaat trilt tijdens het wassen of
staat niet stil.
(1 ver-
De zeef in de koppeling van
de toevoerslang is verstopt.
Kraan heeft kalkaanslag of is
defect.
Transportbeveiliging is niet
verwijderd.
De in de hoogte verstelbare
schroefpootjes zijn niet
correct ingesteld.
Er zit erg weinig wasgoed in
de trommel (bijv. slechts één
badjas).
Het water kon voor het centrifugeren niet geheel worden weggepomt, omdat de
afvoerslang geknikt is of omdat de afvoerpomp verstopt
is.
Waterkraan sluiten. Slang
van de waterkraan losschroeven, zeef uitnemen en onder
stromend water reinigen.
Kraan controleren, eventueel
laten repareren.
Transportbeveiliging aan de
hand van de aanwijzingen
voor opstelling en
aansluiting verwijderen.
De pootjes aan de hand van
de aanwijzingen voor opstelling en aansluiting afstellen.
De functionering ondervindt
hiervan geen nadelige gevolgen.
Controleren hoe de afvoerslang loopt en zo nodig de
knik eruit halen of de afvoerpomp schoonmaken en zo
nodig vreemde voorwerpen
uit het pomphuis verwijderen.
Sop in de hoofdwas
schuimt te sterk.
Waarschijnlijk heeft u teveel
wasmiddel gebruikt.
Wasmiddel precies volgens
de aanwijzingen van de fabrikant doseren.
35
Page 36
Gebruiksaanwijzing
StoringMogelijke oorzaakOplossing
Water loopt onder de
wasautomaat uit.
De afvoerpomp van de
wasautomaat loopt
voortdurend- ook bij
uitgeschakeld apparaat.
De wasverzachter is
niet ingespoeld, vak æ
voor nabehandelingsmiddel is met water
gevuld.
De koppeling van de toevoerslang zit niet vast.
Afvoerslang is niet dicht.
Deksel van de afvoerpomp is
niet goed gesloten.
Het wasgoed zit tussen de
deur geklemd.
De afvoerslang is niet goed
afgesloten of lekt.
Beveiliging tegen wateroverlast Aqua control heeft gereageerd.
Het inzetbakje voor wasverzachter in het vak voor nabehandelingsmiddel is niet
goed opgezet of verstopt.
Toevoerslang vastschroeven.
Afvoerslang controleren en
zo nodig vervangen.
Deksel goed sluiten.
Programma afbreken, wasgoed uit de deur verwijderen.
Programma opnieuw starten.
Afvoerslang goed afsluiten
(zie paragraaf “Afvoer”). Bij
lekkende afvoerslang, contact opnemen met de service-afdeling.
Waterkraan dichtdraaien,
vervolgens de stekker uit het
stopcontact trekken en de
service-afdeling op de
hoogte stellen.
Wasmiddellade schoonmaken, inzetbakje vaszetten.
36
Het wasgoed is erg gekreukt.
Waarschijnlijk heeft u teveel
wasgoed in de machine gedaan.
Maximale vulgewicht aanhouden (zie programmatabellen). Bij kreukherstellend
textiel het programma
STRIJKVRIJ kiezen.
Page 37
Gebruiksaanwijzing
StoringMogelijke oorzaakOplossing
Was is niet goed gecentrifugeerd, in de
trommel is nog restwater zichtbaar.
Foutcode
verschijnt.
Deur kan bij ingeschakeld apparaat niet geopend worden.
In de wasmiddellade
bevinden zich wasmiddelresten.
(2
Er zit een knik in de afvoerslang.
Maximale pomphoogte (afvoerhoogte 1m vanaf de onderkant van het apparaat) is
overschreden.
Afvoerpomp is verstopt.
Bij sifonaansluiting: sifon is
verstopt.
Deur is ut veiligheidsoverwegingen vergrendeld (indicatie
DEUR/LICHT is uit).
Programmabeveiliging is
ingesteld.
De waterkraan is niet geheel
opengedraaid.
De zeef in de koppeling van
de toevoerslang aan de kraan
of aan het apparaat is verstopt.
Haal de knik uit de slang.
Neem contact op met de service-afdeling, voor afvoerhoogtes van meer dan 1m is
een speciale set beschikbaar.
Apparaat uitzetten en de
stekker uit het stopcontact
trekken, afvoerpomp
schoonmaken.
De waterkraan dichtdraaien.
Slang van de waterkraan en
apparaat losschroeven en
zeef reinigen.
Het spoelwater is troebel.
Bij het indrukken van
een extra programmatoets gaat de betreffende indicatie niet
branden.
De indicatie van het
programmaverloop
knippert continu.
Oorzaak is vermoedelijk een
wasmiddel met een hoog silicaatgehalte.
Het gekozen extra programma kan niet met het ingestelde programma worden
gecombineerd.
De programmabeveiliging is
ingeschakeld; tijdens het
wasprogramma is de programmakeuzeknop verdraaid.
Geen negatieve invloed op
het spoelresultaat, evt. vloeibaar wasmiddel gebruiken.
Maak een andere keuze.
Programmakeuzeknop op de
oorspronkelijke stand terugdraaien (zie
“Programmabeveiliging“).
37
Page 38
Gebruiksaanwijzing
Als het wasresultaat niet bevredigend is
Als het wasgoed grauw is en zich in de trommel kalk afzet
• U hebt niet genoeg wasmiddel gedoseerd.
• U hebt niet het juiste wasmiddel gebruikt.
• U hebt speciale verontreinigingen niet voorbehandeld.
• U hebt niet het juiste programma of de juiste temperatuur gekozen.
Als op het wasgoed nog grijze vlekken zitten
• U hebt door zalf, vet of olie verontreinigd wasgoed met te weinig
wasmiddel gewassen.
• U hebt met te lage temperatuur gewassen.
• Vaak is wasverzachter (vooral in geconcentreerde vorm) op het was-
goed terechtgekomen. Zulke vlekken zo snel mogelijk uitwassen en
voorzichtig met de betreffende wasverzachter omgaan.
Als na de laatste spoelgang nog schuim zichtbaar is
• Moderne wasmiddelen kunnen ook in de laatste spoelgang nog
schuim veroorzaken. Het wasgoed is echter voldoende gespoeld.
Als op het wasgoed witte resten zitten
• Het gaat hierbij om onoplosbare bestanddelen van moderne wasmiddelen. Ze zijn niet het gevolg van een onvoldoende spoeleffect.
Wasgoed uitschudden of uitborstelen. Misschien moet u het wasgoed
in het vervolg binnenste buiten wassen. Wasmiddel controleren,
eventueel vloeibaar wasmiddel gebruiken.
38
Page 39
Gebruiksaanwijzing
Water aftappen
• Als de wasautomaat het sop niet meer wegpompt, moet het water
worden afgetapt.
• Als de wasautomaat in een ruimte staat waar het kan gaan vriezen,
moet bij kans op vorst het water worden afgetapt.
Bovendien: toevoerslang van de waterkraan losschroeven en op de
vloer leggen, afvoerslang legen.
Waarschuwing! Voordat u water gaat aftappen de wasautomaat uit-
1
schakelen en de stekker uit het stopcontact trekken!
Voorzichtig! Het sop dat uit de aftapslang komt, kan heet zijn. Verb-
randingsgevaar! Voordat u water gaat aftappen sop eerst laten afkoelen.
0 1. Een plat bakje klaar zetten, om het uitlopende sop op te vangen.
2. Klepje rechts in de sokkel naar beneden
klappen en lostrekken.
3. Aftapslang uit de houder nemen.
4. Bakje eronder zetten.
5. Afsluitstop van de aftapslang linksom
draaien en lostrekken.
Het sop loopt nu weg. Afhankelijk van
de hoeveelheid sop kan het nodig zijn,
het bakje verschillende malen te legen.
De aftapslang dan tussendoor weer met
de afsluitstop afsluiten.
Als het sop geheel weggelopen is:
6. Afsluitstop stevig in de aftapslang ste-
ken en rechtsom vastdraaien.
7. Aftapslang weer in de houder plaatsen.
8. Klepje in het sokkelpaneel zetten en sluiten.
39
Page 40
Gebruiksaanwijzing
Noodontgrendeling van de deur
Als de deur niet meer geopend kan worden, kan dat met behulp van de
noodontgrendeling gebeuren.
Waarschuwing! Voordat u begint met de noodontgrendeling, wasau-
1
tomaat uitschakelen en stekker uit het stopcontact trekken!
0 1. Als er in het deurvenster nog water te zien is, eerst het water aftappen
(zie hoofdstuk "Water aftappen“).
2. Klepje rechts in het sokkelpaneel naar
beneden klappen.
3. Draaiknop m.b.v. een geldstuk rechtsom
draaien. De deur springt open.
40
Page 41
Gebruiksaanwijzing
Extra spoelgang (SPOELEN+)
De wasautomaat is ingesteld op een uiterst zuinig watergebruik. Voor
mensen die aan een allergie lijden kan het echter van belang zijn om
met meer water te spoelen.
Als deze functie is ingesteld, wordt een extra spoelgang uitgevoerd bij
3
de programma's WITTE/BONTE WAS, KREUKHERSTELLEND alsmede bij
STRIJKVRIJ en FIJNE WAS.
Bij levering van het apparaat is geen extra spoelgang (spoelen+) ingesteld.
Extra spoelgang (spoelen+) instellen:
0 1. Programmakeuzeknop op KORT CENTRIFUGEREN draaien.
2. Toets BEHOEDZAAM minstens 5 seconden ingedrukt houden.
Nadat de toets 5 seconden is ingedrukt werd, knippert SPOELEN
conden lang in de indicatie van het programmaverloop.
3. Terwijl SPOELEN
Nadat het knipperen ophoudt, is de extra spoelgang ingesteld. Dat blijft
zo, tot u de extra spoelgang weer opheft.
Als de extra spoelgang is ingesteld, brandt voordat het programma start
en tijdens de extra spoelgang in de indicatie van het programmaverloop, de indicatie SPOELEN
4. Als u wilt controleren of de extra spoelgang is ingesteld:
– programmakeuzeknop op KORT CENTRIFUGEREN draaien.
– toets BEHOEDZAAM kort indrukken.
Als nu SPOELEN
dan is de extra spoelgang ingesteld.
+ knippert de toets BEHOEDZAAM loslaten.
+.
+ in de indicatie voor het programmaverloop knippert,
+ 5 se-
Extra spoelgang opheffen:
0 1. Programmakeuzeknop op KORT CENTRIFUGEREN draaien.
2. Toets BEHOEDZAAM minstens 5 seconden ingedrukt houden.
Zodra u de toets indrukt, knippert SPOELEN
programmaverloop. Na 5 seconden houdt SPOELEN
en blijft het 5 seconden lang constant branden.
3. Terwijl SPOELEN
Als nu SPOELEN
Door een extra spoelgang wordt het waterverbruik hoger en de pro-
3
grammaverloop langer.
+ constant brandt, de toets BEHOEDZAAM loslaten.
+ niet meer brandt, is de extra spoelgang opgeheven.
+ in de indicatie van het
+ op met knipperen
41
Page 42
Gebruiksaanwijzing
Sopafkoeling
Het kan nodig zijn om het sop vóór het wegpompen af te koelen om
thermische beschadiging van kunststof afvoerbuizen te voorkomen.
Het sop wordt vóór het wegpompen aan het eind van de hoofdwas
3
(door toevoer van koud water) afgekoeld.
(Deze instelling werkt alleen bij het programma WITTE/BONTE WAS,
KREUKHERSTELLEND met een temperatuur bovven de 40 °C.)
Bij levering van het apparaat, is behalve voor het extra programma BEHOEDZAAM geen sopafkoeling ingesteld.
Sop afkoeling instellen:
0 1. Programmakeuzeknop op KORT CENTRIFUGEREN draaien.
2. Toets VOORWAS minstens 5 seconden ingedrukt houden.
Nadat de toets 5 seconden is ingedrukt, knippert HOOFDWAS op de indicatie van het programmaverloop gedurende 5 seconden.
3. Terwijl HOOFDWAS knippert, de toets VOORWAS loslaten.
Nadat het knipperen is opgehouden, is de sopafkoeling ingesteld.
Dat blijft zo tot u de sopafkoeling weer opheft.
4. Als u wilt controleren of de sopafkoeling is ingesteld:
– Programmakeuzeknop op KORT CENTRIFUGEREN draaien.
– Toets VOORWAS kort indrukken.
Als nu HOOFDWAS in de indicatie van het programmaverloop knippert,
is de sopafkoeling ingesteld.
Sopafkoeling opheffen:
0 1. Programmakeuzeknop op KORT CENTRIFUGEREN draaien.
2. Toets VOORWAS ten minste 5 seconden ingedrukt houden.
Zodra u de toets indrukt, knippert HOOFDWAS in de indicatie van het
programmaverloop. Na 5 seconden houdt HOOFDWAS op met knipperen en blijft het 5 seconden lang constant branden.
3. Terwijl HOOFDWAS constant brandt, de toets VOORWAS loslaten. Als
HOOFDWAS is opgehouden te branden, is de sopafkoeling opgeheven.
Door sopafkoeling wordt het waterverbruik hoger en de programma-
3
looptijd langer.
Extra spoelgang en sopafkoeling
Extra spoelen en sopafdeling kunt u combineren. Instelling als onder
“Extra spoelgang“ (Spoelen +) en “Sopafkoeling”.
42
Page 43
Gebruiksaanwijzing
Variomatic-los centrifugeren
Variomatic-los centrifugeren zit in het programma eindcentrifugeren
geïntegreerd en in het programma instelbaar centrifugeren. Het wasgoed hecht minder aan de trommelwand en kan er gemakkelijker worden uitgenomen. Kan bij WITTE/BONTE WAS, KREUKHERSTELLEND
worden gekozen.
Los centrifugeren instellen:
0 1. Programmakeuzeknop op KORT CENTRIFUGEREN draaien.
2. Toets VLEKKEN ten minste 5 seconden ingedrukt houden.
Nadat de toets 5 seconden werd ingedrukt, knippert EINDE gedurende
5 seconden op de indicatie van het programmaverloop.
3. Terwijl EINDE knippert de toets VLEKKEN loslaten. Nadat het knipperen
is opgehouden, is het los centrifugeren ingesteld. Het is aanwezig tot
het weer wordt opgeheven.
4. Wanneer u wilt controleren of het los centrifugeren is ingesteld:
– programmakeuzeknop op KORT CENTRIFUGEREN
– toets VLEKKEN kort indrukken.
Wanneer EINDE knippert op de indicatie voor het programmaverloop,
is los centrifugeren ingesteld.
Los centrifugeren opheffen:
0 1. Programmakeuzeknop op KORT CENTRIFUGEREN draaien.
2. Toets VLEKKEN ten minste 5 seconden ingedrukt houden.
Meteen na het indrukken van de toets, knippert EINDE op de indicatie
van het programmaverloop. Na 5 seconden houdt EINDE op met knipperen en brandt constant gedurende 5 seconden.
3. Terwijl EINDE constant brandt, de toets VLEKKEN loslaten. Nadat EINDE
is opgehouden te branden, is het los centrifugeren opgeheven.
43
Page 44
Gebruiksaanwijzing
Programmabeveiliging
Om een programma-instelling tegen ongewenst wijzigen te beschermen (b.v. programmakeuzeknop draaien, extra toetsen indrukken, etc.)
kunt u de programmabeveiliging instellen. Daardoor wordt voorkomen
dat de was schade oploopt.
Instellen en opheffen van de programmabeveiliging is op elk moment
3
tijdens een programma mogelijk.
Programmabeveiliging instellen:
0 1. Gewenste hoofdwas instellen.
2. Om het programma te starten op de toets START/PAUZE drukken.
3. De toets VOORWAS en de toets BEHOEDZAAM gelijktijdig gedurende
5 seconden ingedrukt houden. Indicatie van het programmaverloop
knippert gedurende 5 seconden; programmabeveiliging is ingesteld.
Zolang de programmabeveiliging is ingesteld, kunt u geen andere in-
3
stellingen vastleggen. De deur kan niet met de toets DEUR/LICHT worden geopend. Ook nadat de hoofdwas is beëindigd, moet u eerst de
programmabeveiliging opheffen voordat u de deur kunt openen.
Wanneer tijdens het wassen wordt geprobeerd om door het indrukken
van een toets de gekozen instelling te wijzigen, knippert de indicatie
van het programmaverloop gedurende 5 seconden.
Wanneer geprobeerd wordt om door het draaien van de programmakeuzeknop de gekozen instelling te wijzigen, knippert de indicatie
van het programmaverloop totdat de programmakeuzeknop weer in de
oorspronkelijke stand staat. Het wasprogramma wordt hierdoor niet
beïnvloed.
De programmakeuzeknop moet zich in de oorspronkelijke stand bevin-
3
den, voordat u de programmabeveiliging kunt opheffen.
Programmabeveiliging opheffen:
0 Toets VOORWAS en toets BEHOEDZAAM gelijktijdig gedurende
5 seconden ingedrukt houden. De indicatie van het programmaverloop
knippert gedurende 5 seconden; daarna brandt deze constant
5 seconden. De programmabeveiliging is opgeheven.
44
Page 45
Kinderbeveiliging
Als de kinderbeveiliging is ingesteld, kan de deur niet meer gesloten worden en kan er geen
wasprogramma meer gestart worden.
Kinderbeveiliging instellen:
0 Draaiknop (aan de binnenzijde
van de deur) m.b.v. een geldstuk
zo ver mogelijk rechtsom draaien.
Waarschuwing! De draaiknop
1
mag na het instellen niet in de
verzonken stand staan, anders is
de kinderbeveiliging niet actief! De
draaiknop moet naar buiten staan,
zie afbeelding.
Kinderbeveiliging opheffen:
0 Draaiknop zo ver mogelijk linksom
draaien.
Gebruiksaanwijzing
45
Page 46
Opstel- en aansluitaanwijzing
Opstel- en aansluitaanwijzing
Aanwijzingen m.b.t. de veiligheid voor de
installatie
• Kantel de wasautomaat niet op z'n voorzijde en niet op z'n rechter-
zijde (van voren gezien). Elektrische onderdelen zouden nat kunnen
worden!
• Controleer de wasautomaat op transportschade. Een beschadigd ap-
paraat mag u in geen geval aansluiten. Wend u in geval van schade
tot uw leverancier.
• Controleer of alle onderdelen van de transportbeveiliging zijn verwij-
derd en of de spatwaterbescherming aan het apparaat gemonteerd is,
zie "Transportbeveiliging verwijderen“. Anders kunnen het tijdens het
centrifugeren het apparaat zelf en meubelen die ernaast staan beschadigd raken.
• Stekker altijd in een volgens de voorschriften randgeaard stopcontact
steken.
• Bij vaste aansluiting: vaste aansluiting mag alleen door een erkend
elektro-installateur worden uitgevoerd.
• Controleer vóór het in gebruik nemen of de op het typeplaatje van
het apparaat aangegeven netspanning en stroomsoort overeenkomen
met netspanning en stroomsoort op de plek van opstelling. Op het
typeplaatje staat ook welke zekering nodig is.
• Wanneer voor de wateraansluiting van de wasautomaat werkzaam-
heden aan de waterinstallatie noodzakelijk zijn, moeten deze werkzaamheden worden uitgevoerd door een erkend installateur.
• Wanneer voor de elektrische aansluiting van de wasautomaat werk-
zaamheden aan het elektriciteitsnet noodzakelijk zijn, moeten deze
werkzaamheden worden uitgevoerd door een erkend elektro-installateur.
• Het aansluitsnoer mag alleen door onze service-afdeling of door een
erkend installateur worden vervangen.
46
Page 47
Opstel- en aansluitaanwijzing
Opstelling van het apparaat
Wasautomaten met gewelfd voorpaneel zijn niet geschikt voor
3
onderbouw.
Apparaat vervoeren
• Leg de wasautomaat niet op z'n voorzijde en niet op z'n rechterzijde
(van voren gezien). Anders kunnen elektrische onderdelen nat
worden.
• Apparaat nooit vervoeren zonder transportbeveiliging. Transportbe-
veiliging pas op de plaats van opstelling verwijderen. Vervoer zonder
transportbeveiliging kan tot beschadiging van het apparaat leiden.
• Het apparaat nooit aan de geopende deur en ook niet aan de sokkel
optillen.
Bij transport met een steekwagen:
• Steekwagen alleen aan de zijkant van het apparaat plaatsen. Het blad
van de steekwagen mag niet langer zijn dan 24 cm, anders kan de
vlotterschakelaar beschadigd worden.
Transportbeveiliging verwijderen
Attentie! Vóór in gebruik nemen
van het apparaat beslist de transportbeveiliging verwijderen! Alle
onderdelen van de transportbeveiliging voor eventueel later
transport (verhuizing) goed bewaren.
0 1. Aan de achterzijde van het appa-
raat beide slanghouders openen
en slangen en aansluitsnoer eruit
nemen.
47
Page 48
Opstel- en aansluitaanwijzing
2. Beide slanghouders met een
flinke ruk van het apparaat
lostrekken.
De speciale sleutel A en de
3
afsluitdopjes B (2 x) en C (1 x)
worden met het apparaat
meegeleverd.
3. Schroef D incl. drukveer met
speciale sleutel A verwijderen.
4. Gat met afsluitdopje C afsluiten.
Attentie! Afsluitdopje zo stevig
in het gat drukken, dat het in de
achterwand valt (bescherming
van de binnenzijde van het
apparaat tegen spatwater).
5. De twee schroeven E m.b.v. de
speciale sleutel A uitdraaien.
6. De vier schroeven F m.b.v. de
speciale sleutel A uitdraaien.
7. Transportrail G losnemen.
8. De vier schroeven F weer in-
draaien.
9. De twee grote gaten met afsluitdopjes B afsluiten.
Attentie! Afsluitdopjes zo stevig
in het gat drukken, dat ze in de
achterwand vallen (bescherming
van de binnenzijde van het
apparaat tegen spatwater).
48
Page 49
Opstel- en aansluitaanwijzing
Plaats van opstelling voorbereiden
• De vloer moet schoon en droog zijn, vrij van resten van boenwas en
andere vettige aanslag, zodat het apparaat niet kan wegglijden. Geen
vettige stoffen als glijmiddel gebruiken.
• Opstelling op hoogpolig tapijt of op tapijt met een rug van zacht
schuim is niet aan te bevelen, omdat daardoor de stabiliteit van het
apparaat niet gewaarborgd is.
• Als het apparaat op kleine tegels wordt opgesteld, er een rubber mat
onder leggen.
• Kleine oneffenheden in de vloer nooit compenseren d.m.v. hout, kar-
ton of iets dergelijks, maar altijd door verstellen van de schroefvoeten.
• Als vanwege ruimtegebrek opstelling van het apparaat direct naast
een fornuis onvermijdelijk is: Tussen fornuis en wasautomaat een
warmte-isolerende plaat (85 x 57 cm) plaatsen, die aan de kant van
het fornuis van aluminiumfolie voorzien moet zijn.
• De wasautomaat mag niet worden opgesteld in een ruimte waar het
kan gaan vriezen. Kans op beschadiging t.g.v. vorst!
• Toevoer- en afvoerslang mogen niet geknikt of platgedrukt worden.
Opstelling op een betonnen sokkel
Bij opstelling op een betonnen sokkel
moeten uit veiligheidsoverwegingen beslist borgplaten worden gemonteerd, waarin de wasautomaat wordt geplaatst. Deze
borgplaten zijn verkrijgbaar bij onze service-afdeling onder ET-nr. 645 425 058.
Opstelling op verende vloeren
Bij verende vloeren, vooral houten vloeren met meegevende planken,
een minstens 15 mm dikke, waterbestendige houten plaat op minstens
2 vloerbalken vastschroeven. Apparaat indien mogelijk in een hoek van
de kamer opstellen, omdat een houten vloer daar het stevigst en het
minst geneigd tot trillen is.
49
Page 50
Opstel- en aansluitaanwijzing
Oneffenheden in de vloer compenseren
Automatische stelvoet: De voet links achter is een soort veer. Daar-
3
door staat het apparaat stabiel, ook bij hoge centrifugetoerentallen.
Mocht de wasautomaat tijdens het centrifugeren toch niet rustig staan,
dan gaat u als volgt te werk:
0 1. De drie stelvoeten op 10 mm in-
stellen. Gebruik daarvoor de meegeleverde speciale sleutel voor
verwijderen van de transportbeveiliging.
Als de automatische stelvoet dan
niet tot op de vloer komt:
2. Automatische stelvoet (links
achter) met de hand zo ver als
nodig verlengen.
3. Opstelling eventueel m.b.v. een
waterpas controleren.
Attentie! Kleine oneffenheden in
de vloer nooit compenseren d.m.v.
hout, karton of iets dergelijks,
maar altijd door verstellen van de
stelvoeten.
50
Page 51
Opstel- en aansluitaanwijzing
Elektrische aansluiting
Aanwijzingen m.b.t. netspanning,
stroomsoort en benodigde zekering
staan op het typeplaatje. Het typeplaatje bevindt zich boven achter de
deur.
De wasautomaat bezit veiligheidsinrichtingen die ervoor zorgen dat het
3
drinkwater niet door terugstromen verontreinigd kan worden en die
voldoen aan de voorschriften van de waterleidingbedrijven. Verdere
beschermende maatregelen in de installatie zijn daarom niet nodig.
Attentie!
– Apparaten voor aansluiting aan koud water mogen niet aan warm
water worden aangesloten!
– Bij de aansluiting alleen nieuwe slangensets gebruiken!
Toelaatbare waterdruk
De waterdruk moet minimaal 1 bar (= 10N/cm2 = 0,1 MPa), maximaal
10 bar (= 100 N/cm
• Bij meer dan 10 bar: reduceerventiel installeren.
• Bij minder dan 1 bar: toevoerslang aan de kant van het apparaat bij
de magneetinlaapklep losschroeven en doorstroomregelaar eruit nemen (zeef m.b.v. een spitse tang verwijderen en rubber schijf daarachter uitnemen). Zeef weer inzetten.
2
= 1 MPa) zijn.
51
Page 52
Opstel- en aansluitaanwijzing
Watertoevoer
Meegeleverd wordt een drukslang van 1,5 meter lang.
Als u een langere toevoerslang nodig hebt, gebruikt u dan uitsluitend
een bij onze service-afdeling verkrijgbare, VDE-goedgekeurde complete
slangenset met gemonteerde slangkoppeling.
– Voor wasautomaten zonder aqua-control zijn slangensets in lengtes
van 2,2m, 3,5m en 5m verkrijgbaar.
– Voor wasautomaten met aqua-control zijn slangensets in lengtes van
2,0m, 2,9m en 3,9 m verkrijgbaar.
Attentie! In geen geval de slang verlengen!
Afdichtringen zijn in de kunststof moeren van de
3
slangkoppeling of apart meegeleverd. Geen andere afdichtringen gebruiken!
0 1. Slang met de gebogen aansluiting aan de ma-
chine aansluiten.
Attentie!
– De toevoerslang niet loodrecht
naar beneden leggen, maar volgens de afbeelding naar rechts
of links draaien.
– Slangkoppeling alleen met de
hand aandraaien.
2. Slang met de rechte aansluiting
aan een waterkraan met schroefdraad
R 3/4 (inch) aansluiten.
Attentie! Slangkoppeling alleen met de hand
aandraaien.
3. Vóór in gebruik nemen van de wasautomaat controleren of de aansluiting dicht is door de waterkraan langzaam open te draaien.
52
Page 53
Opstel- en aansluitaanwijzing
Waterafvoer
De afvoerslang kan worden aangesloten op een sifon of in een wastafel,
gootsteen of badkuip worden gehangen.
Voor verlenging (max. 3 m via de vloer en dan max. 80 cm omhoog)
mogen alleen originele slangen worden gebruikt. Bij onze service-afdeling zijn afvoerslangen in lengten van 2,7 und 4m verkrijgbaar.
Attentie! De afvoerslang mag beslist niet geknikt zijn.
Waterafvoer in een sifon
De tuit aan het uiteinde van de slang
past op alle gangbare sifontypes.
0 De verbinding tuit /sifon met
een slangklem borgen.
Waterafvoer in een wastafel, gootsteen of badkuip
Attentie!
– Kleine gootstenen of wastafels zijn
niet geschikt voor de waterafvoer.
Het water zou kunnen overlopen!
– Het uiteinde van de afvoerslang mag
niet in het weggepompte water liggen.
Zo zou water in het apparaat teruggezogen kunnen worden!
– Om wegglijden van de slang in een
wastafel, gootsteen of badkuip te
voorkomen, moet de slang met het
meegeleverde bochtstuk worden vastgezet. De slang zou anders door de terugslagkracht van het uitstromende
water uit de wastafel kunnen worden
gedrukt.
0 Het bochtstuk m.b.v. een touw aan de
waterkraan of de muur bevestigen.
53
Page 54
Opstel- en aansluitaanwijzing
Pomphoogten van meer dan 1meter
Voor het wegpompen van het sop bezit de wasautomaat een afvoerpomp, die via de afvoerslang vloeistof tot een hoogte van 1meter
transporteert, gerekend vanaf de standplaats van de machine.
Bij een pomphoogte van meer dan 1meter dient u contact op te nemen
met onze service-afdeling.
Technische gegevens
In hoogte verstelbaar ca. +10/-5mm
Vulgewicht (afhankelijk van het
programma)
Toepassingsgebied huishouden
Trommeltoerental centrifugeren zie typeplaatje
Waterdruk 1-10bar
max. 5kg
(=10-100N/cm
2
= 0,1-1,0MPa)
Afmetingen
54
(maten in mm)
Page 55
Garantiebepalingen
Garantiebepalingen
Nederland
Garantievoorwaarden voor Nederland
Onze producten worden met de grootst mogelijke zorgvuldigheid geproduceerd. Desondanks kan het voorkomen dat er een defect optreedt. Onze servicedienst zal dit op verzoek herstellen, zowel binnen als buiten de garantietermijn. De levensduur van het
product wordt daardoor niet negatief beïnvloed.
Onderstaande garantievoorwaarden zijn gestoeld op de EU Richtlijn 99/44/EG en het
Burgerlijk Wetboek. De daaruit voortvloeiende rechten blijven onverlet.
Ook de garantieverplichtingen van de verkoper naar de eindgebruiker blijven onaangetast.
Voor dit product verlenen wij garantie volgens onderstaande voorwaarden:
1. Wij verhelpen kosteloos met inachtneming van de voorwaarden 2 tot en met 15 gebreken aan het product die zich openbaren binnen 24 maanden vanaf de datum van levering aan de eindgebruiker. In geval van professioneel of daarmee gelijk te stellen
gebruik is de garantie beperkt tot 12 maanden. Voor tweedehands producten geldt
eveneens een termijn van 12 maanden.
2. De garantieprestatie houdt in dat het product kosteloos wordt teruggebracht in de toestand die het had voor het defect optrad. Gebrekkige onderdelen worden hersteld of
vervangen. Kosteloos vervangen onderdelen worden ons eigendom.
3. Het gebrek moet terstond gemeld worden om mogelijke verdere schade te voorkomen.
De garantieaanspraak vervalt indien het gebrek niet binnen twee maanden na vaststelling is gemeld.
4. Voor een beroep op garantie dient het aankoopbewijs met aankoop- en/of leveringsdatum te worden overlegd. Bij ontbreken daarvan dient ander overtuigend bewijs te worden overlegd.
5. De garantie heeft geen betrekking op schade aan kwetsbare onderdelen, zoals (vitrokeramisch) glas, kunststof, rubber, die ontstaan is door onzorgvuldig gebruik.
6. De garantie heeft geen betrekking op kleine afwijkingen van de gestelde kwaliteit die
voor de waarde en deugdelijkheid van het product onbeduidend zijn.
7. De garantie geldt evenmin voor schade veroorzaakt door:
a. chemische en elektrochemische inwerking van water,
b. abnormale milieuomstandigheden in het algemeen,
c. voor het product oneigenlijke bedrijfsomstandigheden,
d. contact met agressieve stoffen.
8. De garantie heeft geen betrekking op gebreken door transportschade die buiten onze
verantwoordelijkheid is ontstaan, niet-vakkundige installatie of montage, verkeerd gebruik, gebrekkig onderhoud, of het niet in acht nemen van de gebruiks- of montageaanwijzingen.
9. Het recht op garantie vervalt wanneer het defect werd veroorzaakt door herstelling of
ingrepen door derden die niet bevoegd of niet deskundig zijn, of wanneer het product
voorzien werd van toebehoren of onderdelen die niet origineel zijn en daardoor een defect veroorzaken.
10. Producten die gemakkelijk kunnen worden vervoerd dienen te worden overhandigd aan
of gezonden naar onze servicedienst. Herstelling ter plaatse kan slechts worden gevraagd voor grote of ingebouwde producten.
11. Indien het product zodanig is ingebouwd, ondergebouwd, opgehangen of geplaatst dat
de benodigde tijd voor het in- en uitbouwen samen meer dan 30 minuten bedraagt,
worden de hierdoor ontstane extra kosten aan de gebruiker in rekening gebracht.
Schade die ontstaat door abnormale in- of uitbouw komt ten laste van de gebruiker.
55
Page 56
Garantiebepalingen
12. Indien binnen de garantieperiode de herstelling van hetzelfde defect herhaaldelijk mislukt of de herstellingkosten disproportioneel zijn wordt in overleg met de gebruiker een
gelijkwaardige vervanging geleverd. In geval van vervanging behouden we ons het
recht voor om een vergoeding te rekenen naar rato van de verstreken gebruiksperiode.
13. Herstelling onder garantie heeft geen verlenging van de garantietermijn noch aanvang
van een nieuwe garantietermijn tot gevolg.
14. Op herstellingen geven wij een garantie van 12 maanden, uitsluitend op hetzelfde gebrek.
15. Verdere of andere aanspraken, in het bijzonder vergoeding van schade ontstaan buiten
het product, zijn uitgesloten voor zover een aansprakelijkheid niet wettelijk is vastgelegd.
16. In geval van aansprakelijkheid zal een vergoeding de aankoopwaarde van het product
niet overtreffen, tenzij wettelijk anders is bepaald.
Deze garantievoorwaarden gelden voor in Nederland gekochte en/of in gebruik zijnde
producten. Indien een product naar het buitenland wordt gebracht dient de gebruiker
na te gaan of het product voldoet aan de technische voorwaarden ( o.a. spanning, frequentie, installatievoorschriften, gassoort, klimaatomstandigheden) in het betreffende
land. Voor in het buitenland aangeschafte producten dient de gebruiker zich te vergewissen van de bepalingen in Nederland. Noodzakelijke of gewenste aanpassingen vallen
niet onder de garantie, en kunnen niet altijd worden aangebracht.
Ook na afloop van de garantietermijn staat onze servicedienst u ter beschikking.
Adres Servicedienst:
Electrolux Service
Vennootsweg 1
2404 CG ALPHEN AAN DEN RIJN
TEL: 0172-468300
56
Page 57
Adres service-afdeling
Nederland
AEG fabrieksservice
Postbus 120
2400 AC Alphen aan den Rijn
In het hoofdstuk "Wat is er aan de hand als ...“ zijn enkele storingen beschreven die u zelf kunt opheffen. Lees in geval van storing eerst dit
hoofdstuk. Als u daar geen aanwijzingen vindt, neemt u contact op met
onze service-afdeling. (Adres en telefoonnummer vindt u in hoofdstuk
"Adres service-afdeling“.)
Bereid het gesprek altijd goed voor. Zo vergemakkelijkt u de diagnose
en de beslissing of bezoek van een servicetechnicus nodig is.
Noteer PNC-nummer en S-nummer.
Deze nummers vindt u op het typeplaatje aan de binnenzijde van de
deur van de wasautomaat.
• Onder welke omstandigheden treedt de storing op?
• Geeft het multidisplay een foutmelding aan?
Service
Wanneer ontstaan er voor u ook tijdens de garantietermijn kosten?
– als u de storing m.b.v. de storingstabel (zie hoofdstuk
"Wat is er aan de hand als ...“) zelf had kunnen opheffen,
– als onze service-technicus u verschillende malen moet bezoeken, om-
dat hij voor zijn bezoek niet alle belangrijke informatie heeft gekregen en nu bijv. onderdelen moet halen. Dit kunt u voorkomen als u
uw telefoongesprek goed voorbereidt zoals boven beschreven.
59
Page 60
From the Electrolux Group. The world´s No.1 choice.
De Electrolux Groep is de grootste producent ter wereld van aangedreven apparaten voor gebruik in de keuken,
reinigingswerkzaamheden en voor gebruik buitenshuis. In meer dan 150 landen over de hele wereld worden
ieder jaar meer dan 55 miljoen Electrolux producten (zoals koelkasten, fornuizen, wasautomaten, stofzuigers,
kettingzagen en grasmaaiers) verkocht ter waarde van circa USD 14 miljard.
AEG Hausgeräte GmbH
Postfach 1036
D-90327 Nürnberg