AEG L 9 WEC 06B User Manual [nl]

USER MANUAL
L9WEC06B
NL Gebruiksaanwijzing
Was-droogcombinatie
www.aeg.com2

INHOUDSOPGAVE

2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN.................................................................................6
3. MONTAGE ..................................................................................................................7
4. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT......................................................................13
5. BEDIENINGSPANEEL............................................................................................... 14
6. DRAAIKNOP EN KNOPPEN.....................................................................................16
7. PROGRAMMA’S ....................................................................................................... 18
8. VOORDAT U HET APPARAAT VOOR DE EERSTE KEER GEBRUIKT....................26
9. INSTELLINGEN..........................................................................................................26
10. DAGELIJKS GEBRUIK............................................................................................. 27
11. DAGELIJKS GEBRUIK - WASSEN & DROGEN.....................................................32
12. DAGELIJKS GEBRUIK - ALLEEN DROGEN...........................................................34
13. PLUISJES OP KLEDING.......................................................................................... 35
14. AANWIJZINGEN EN TIPS...................................................................................... 36
15. ONDERHOUD EN REINIGING...............................................................................38
16. PROBLEEMOPLOSSING.........................................................................................44
17. VERBRUIKSGEGEVENS.......................................................................................... 49
18. TECHNISCHE GEGEVENS..................................................................................... 49
19. ACCESSOIRES.........................................................................................................50
VOOR PERFECTE RESULTATEN
Bedankt dat u voor dit AEG-product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven gemakkelijker helpen maken met functies die gewone apparaten wellicht niet hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt profiteren.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en onderhoudsinformatie:
www.aeg.com/webselfservice
Registreer uw product voor een betere service:
www.registeraeg.com
3
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw apparaat:
www.aeg.com/shop
KLANTENSERVICE
Gebruik altijd originele onderdelen. Als u contact opneemt met de klantenservice zorg dat u de volgende gegevens bij de hand hebt: model, productnummer, serienummer. Deze informatie wordt vermeld op het typeplaatje.
Waarschuwing / Belangrijke veiligheidsinformatie Algemene informatie en tips Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.

1. VEILIGHEIDSINFORMATIE

Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor letsel of schade veroorzaakt door een verkeerde installatie of verkeerd gebruik. Bewaar de instructies altijd op een veilige en toegankelijke plaats voor toekomstig gebruik.

1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen

WAARSCHUWING!
Gevaar voor verstikking, letsel of permanente invaliditeit.
Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8
jaar en ouder en door mensen met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder toezicht staan of instructies hebben gekregen over het veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de eventuele gevaren begrijpen.
Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
Kinderen van 3 jaar en jonger moeten tijdens de
werking van dit apparaat altijd uit te buurt worden gehouden.
Houd alle verpakking uit de buurt van kinderen en
gooi het op passende wijze weg.
Houd reinigingsmiddelen uit de buurt van kinderen.
Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het
apparaat als de deur open is.
Als het apparaat is voorzien van een kinderbeveiliging,
dan dient dit geactiveerd te worden.
Reiniging en onderhoud van het apparaat mag niet
worden uitgevoerd door kinderen zonder toezicht.
NEDERLANDS 3
www.aeg.com4

1.2 Algemene veiligheid

De specificatie van het apparaat mag niet worden
veranderd.
Het apparaat dient geïnstalleerd te worden als een
vrijstaand product of onder het aanrecht als daar
genoeg ruimte voor is.
Installeer het apparaat niet achter een vergrendelbare
deur, een schuifdeur of een deur met een scharnier
aan de tegenovergestelde zijde, waardoor de deur
van het apparaat niet volledig geopend kan worden.
Steek de stekker pas in het stopcontact als de
installatie is voltooid. Zorg ervoor dat de hoofdstekker
na installatie toegankelijk is.
De ventilatie-openingen in de onderkant mogen niet
worden afgedekt door tapijt, een mat of andere
soorten vloerbedekking.
WAARSCHUWING: Het apparaat mag niet van stroom
worden voorzien door een extern schakelapparaat,
zoals een tijdklok, of aangesloten worden op een
circuit dat door het elektriciteitsbedrijf regelmatig aan
en uit wordt geschakeld.
Zorg voor een goede luchtventilatie in de ruimte waar
het apparaat geïnstalleerd is, om het terugstromen
van ongewenste gassen van apparaten in de ruimte
die op gas of andere brandstoffen werken, zoals open
haarden, te voorkomen.
De lucht mag niet worden afgevoerd via een kanaal
dat wordt gebruikt voor uitlaatgassen van apparaten
die gas of andere brandstoffen verbranden.
De waterdruk bij het watertoevoerpunt van de
aansluiting moet liggen tussen 0,5 bar (0,05 MPa) en 8
bar (0,8 MPa).
Overschrijd het maximale laadvermogen van 10 kg
niet (raadpleeg hoofdstuk "Programmaschema").
Het apparaat moet op de waterleiding worden
aangesloten met de nieuwe meegeleverde slangsets,
NEDERLANDS 5
of andere nieuwe slangsets geleverd door het geautoriseerd servicecentrum.
Oude slangsets mogen niet opnieuw worden
gebruikt.
Als het netsnoer beschadigd is, moet de fabrikant,
een erkende serviceverlener of een gekwalificeerd persoon deze vervangen teneinde gevaarlijke situaties te voorkomen.
Veeg eventuele pluisjes of verpakkingsafval die zich
rondom het apparaat hebben opgehoopt, weg.
Gebruik het apparaat niet zonder filters. Reinig het
pluisfilter voor of na elk gebruik.
Artikelen die zijn bevuild met stoffen als plantaardige
of minerale olie, aceton, alcohol, benzine, kerosine, vlekkenverwijderaars, terpentine, boenwas en boenwasverwijderaars dienen alvorens in de was/ droogcombinatie te worden gedroogd, afzonderlijk te worden gewassen met een extra hoeveelheid wasmiddel.
Het apparaat mag niet worden gebruikt als de items
vervuild zijn met industriële chemische reinigingsmiddelen.
Droog geen ongewassen artikelen in de wasdroger.
Artikelen van schuimrubber (latexschuim),
douchemutsjes, waterdichte kleding, artikelen met een rubberen binnenkant en kleding of kussens met een vulling van schuimrubber dienen niet in de was/ droogcombinatie te worden gedroogd.
Wasverzachters of soortgelijke producten dienen te
worden gebruikt zoals aangegeven in de instructies van de fabrikant van het product.
Verwijder alle voorwerpen van items die een
ontstekingsbron kunnen zijn zoals aanstekers of lucifers.
Stop een was/droogcombinatie nooit voor het einde
van een droogcyclus, tenzij alle voorwerpen snel uit de trommel verwijderd en uitgehangen worden, zodat de restwarmte snel verdwijnt.
www.aeg.com6
Het laatste deel van een was/droogcombinatiecyclus
vindt plaats zonder warmte (koelcyclus) om ervoor te
zorgen dat de artikelen uiteindelijk een temperatuur
hebben waarbij is gewaarborgd dat de artikelen niet
worden beschadigd.
Gebruik geen waterstralen onder druk en/of stoom
om het apparaat te reinigen.
Maak het apparaat schoon met een vochtige doek.
Gebruik alleen neutrale schoonmaakmiddelen.
Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes,
oplosmiddelen of metalen voorwerpen.
Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het
stopcontact voordat u onderhoudshandelingen
verricht.

2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN

2.1 Montage

Volg de installatie-instructies op die
zijn meegeleverd met het apparaat.
• Installeer of gebruik het apparaat niet op een plek waar de temperatuur onder 5°C of boven 35 °C kan komen.
• Het apparaat moet bij het verplaatsen altijd rechtop worden gehouden.
• Wacht om er zeker van te zijn dat de compressor goed werkt 6 uur na de installatie voodat u het apparaat gebruikt.
• Zorg dat er lucht tussen het apparaat en de vloer kan circuleren.
• Verwijder de verpakking en de transportbouten.
• Zorg ervoor dat de vloer van de plaats waar u het apparaat installeert, vlak, stabiel, hittebestendig en schoon is.
• Bewaar de transportbouten op een veilige plaats. Als het apparaat verplaatst moet worden in de toekomst, moeten ze opnieuw bevestigd worden om de trommel te vergrendelen om interne schade te voorkomen.
• Wees altijd voorzichtig bij het verplaatsen van het apparaat omdat het zwaar is. Gebruik altijd veiligheidshandschoenen en gesloten schoeisel.
• Installeer en gebruik geen beschadigd apparaat.
• Plaats het apparaat niet op een plek waar de deur niet helemaal open kan.
• Pas de stelvoeten aan om de nodige ruimte tussen het apparaat en de vloer te creëren.
• Als het apparaat op zijn permanente plaats is, moet u nagaan of het waterpas staat. Is dit niet het geval, stel de stelpootjes dan overeenkomstig af.
2.2 Aansluiting aan het
elektriciteitsnet
WAARSCHUWING!
Gevaar voor brand en elektrische schokken.
• Dit apparaat moet worden aangesloten op een geaard stopcontact.
Gebruik altijd een juist geïnstalleerd schokbestendig stopcontact.
• Gebruik geen meerwegstekkers en verlengsnoeren.
• Trek niet aan het netsnoer om het apparaat los te koppelen. Trek altijd aan de stekker.
• Raak de stroomkabel of stekker niet aan met natte handen.
NEDERLANDS 7
• Dit apparaat voldoet aan de EU­richtlijnen.

2.3 Wateraansluiting

• Beschadig de waterslangen niet.
Indien buizen lang niet zijn gebruikt, er reparaties hebben plaatsgevonden of er nieuwe apparaten zijn geplaatst (watermeters, enz.), moet u, voordat de nieuwe buizen worden aangesloten, het water laten stromen tot het schoon en helder is.
• Zorg ervoor dat er geen zichtbare waterlekken zijn tijdens en na het eerste gebruik van het apparaat.

2.4 Gebruik

WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel, elektrische schokken, brand, brandwonden en schade aan het apparaat.
• Dit apparaat is uitsluitend bestemd voor huishoudelijk gebruik.
Plaats geen ontvlambare producten of gerechten die vochtig zijn gemaakt met ontvlambare producten in, bij of op het apparaat.
• Raak het glas van de deur niet aan als een programma in werking is. Het glas kan heet worden.
• Droog geen beschadigde (gescheurde, gerafelde) kleding met vulling of voering.
• Als het wasgoed is gewassen met een vlekkenverwijderaar, voer dan een extra spoelgang uit voordat u met een droogcyclus begint.
• Zorg ervoor dat alle metalen voorwerpen uit het wasgoed verwijderd zijn.
• Droog uitsluitend stoffen die geschikt zijn om in de wasdroogcombinatie te drogen. Volg de instructies op het wasvoorschrift in de kleding.
• Voorwerpen van kunststof die niet hittebestendig zijn.
Als u een wasbol heeft gebruikt,
verwijder deze dan voordat u een droogprogramma start.
– Gebruik geen wasbol wanneer u
een non-stopprogramma instelt.
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of schade aan het apparaat.
• Ga niet op de open deur zitten of staan.
Droog geen druipnatte kledingstukken in het apparaat.

2.5 Compressor

WAARSCHUWING!
Risico op schade aan het apparaat.
• De compressor en het systeem in de droogautomaat is gevuld met het speciale middel dat vrij is van fluor­chloor-koolwaterstoffen. Dit systeem moet goed gesloten blijven. Schade aan het systeem kan lekkage tot gevolg hebben.

2.6 Verwijdering

• Haal de stekker uit het stopcontact en koppel het apparaat los van de watertoevoer.
Snijd het netsnoer vlak bij het apparaat af en gooi het weg.
• Verwijder de deurvergrendeling om te voorkomen dat kinderen of huisdieren binnen in de trommel vast komen te zitten.
• Gooi het apparaat weg conform de lokale voorschriften voor de verwijdering van elektrische en elektronische apparatuur (AEEA).

3. MONTAGE

WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.
www.aeg.com8

3.1 Uitpakken

WAARSCHUWING!
Verwijder de verpakking en de transportbouten helemaal voordat u het apparaat installeert.
WAARSCHUWING!
Wacht als u het apparaat neer heeft gezet 6 uur
voordat u het apparaat in gebruik neemt. Deze tijd is
nodig om de compressor goed te laten werken.
WAARSCHUWING!
Gebruik de handschoenen.
1. Verwijder de uitwendige film.
Gebruik indien nodig een snijgereedschap.
2. Verwijder de kartonnen bovenzijde
en het verpakkingsmateriaal van polystyreen.
4. Open de klep en verwijder het
polystyreenstuk van de klepvergrendeling en alle voorwerpen van de trommel.
5. Trek het apparaat voorzichtig omlaag
met de achterzijde erop.
6. Plaats het voorste
polystyreenverpakkingselement op de vloer onder het apparaat.
Let op dat u de slangen niet beschadigt.
3. Verwijder de inwendige film.
7. Verwijder de
polystyreenbescherming van de bodem.
1
2
8. Trek het apparaat omhoog in
verticale positie.
9. Verwijder de elektrische
voedingskabel en de afvoerslang van de slanghouders.
U ziet mogelijk water dat uit de afvoerslang loopt. Dit komt doordat het apparaat in de fabriek met water is getest.
10. Verwijder de drie bouten met de
sleutel die bij het apparaat geleverd is.
11. Trek de plastic vulstukken uit.
12. Plaats de plastic doppen die u in de
zak met de gebruiksaanwijzing vindt in de openingen.
We adviseren om de verpakking en de transportbouten te bewaren voor mogelijk later gebruik.
NEDERLANDS 9
630 mm
6
00 mm
≥ 870 mm
x4
www.aeg.com10

3.2 Plaatsing onder een aanrecht

3.3 Plaatsing en waterpas
zetten
1. Installeer het apparaat op een vlakke
harde vloer.
Zorg ervoor dat de vloerbedekking de luchtcirculatie onder het apparaat niet stopt. Zorg ervoor dat het apparaat geen muren of andere apparaten raakt.
2. Gebruik de stelvoetjes om het
apparaat waterpas te zetten.
WAARSCHUWING!
Plaats geen karton, hout of vergelijkbare materialen onder de voeten van het apparaat om deze waterpas te stellen.
Het apparaat kan losstaand of onder het aanrecht in de keuken met correcte ruimte worden geïnstalleerd (zie de afbeelding).
LET OP!
Installeer het apparaat niet in een afgesloten ruimte! Zorg dat er lucht langs de onderkant van het apparaat kan circuleren.
LET OP!
Om te zorgen voor een goede luchtcirculatie moeten er geen geluidbarrières worden bevestigd (indien van toepassing).
Het apparaat moet waterpas en stabiel staan.
Een juiste afstelling van het apparaat voorkomt trillingen en lawaai en het bewegen van het apparaat als deze in bedrijf is.
Als de machine op een plint
20O20
O
45O45
O
A
wordt geïnstalleerd of als de wasdroger op de wasmachine wordt gezet, maak dan gebruik van de accessoires die in het hoofdstuk 'Accessoires' worden beschreven. Lees de met de accessoires en het apparaat meegeleverde instructies zorgvuldig door.
NEDERLANDS 11
LET OP!
Zorg ervoor dat de koppelingen niet lekken.
Gebruik geen verlengslang als de toevoerslang te kort is. Neem contact op met de klantenservice voor vervanging van de toevoerslang.

3.4 De toevoerslang

1. Sluit de watertoevoerslang aan op de
achterkant van het apparaat.
2. Plaats hem naar rechts of links
afhankelijk van de positie van de waterkraan.
Zorg ervoor dat de toevoerslang niet verticaal is geplaatst.
3. Maak indien nodig de ringmoer los
om hem in de juiste stand te zetten.
4. Sluit de watertoevoerslang aan op
een koudwaterkraan met 3/4"­schroefdraad.

3.5 Waterstop

De watertoevoerslang is voorzien van een waterstop. Dit toestel voorkomt lekkage in de slang door natuurlijke slijtage.
Het rode gedeelte in het venster «A» toont deze storing.
Als dit gebeurt, draait u de kraan dicht en neemt u contact op met de erkende klantenservice om de slang te laten vervangen.

3.6 Waterafvoer

De afvoerslang moet rechtstreeks in een afvoerpijp op een hoogte van niet minder dan 60 cm en niet meer dan 100 cm worden geplaatst.
www.aeg.com12
U kunt de afvoerslang maximaal 400 cm verlengen. Neem contact op met de erkende klantenservice voor de andere afvoerslang en het verlengstuk.
De afvoerslang kan op verschillende manieren worden aangesloten:
1. Maak een U-vorm van de afvoerslang
en plaats hem rond de plastic slanggeleider.
2. Aan de rand van een gootsteen -
Maak de geleider vast aan de waterkraan of aan de wand.
Zorg dat de plastic geleider niet kan bewegen als het apparaat water afvoert.
Het einde van de afvoerslang moet altijd geventileerd zijn, d.w.z. dat de binnendiameter van de afvoerpijp (min. 38 mm ­min. 1.5") groter moet zijn dan de buitendiameter van de afvoerslang.
4. Als het uiteinde van de afvoerslang
er zo uitziet (zie de afbeelding), dan kunt u het direct in de standpijp plaatsen.
Zorg ervoor dat het uiteinde van de afvoerslang niet in water is ondergedompeld. Er kan een vuil water teruglopen in het apparaat.
3. Op een staande leiding met een ventilatiegat - Steek de afvoerslang
direct in een afvoerleiding. Zie de illustratie.
5. Zonder de plastic slanggeleider aan een gootsteenafvoer - Doe de
afvoerslang in de gootsteenafvoer en zet deze vast met een klem. Zie de illustratie.
Zorg dat de afvoerslang een
1 32 4
11
6
7
8
9
5
12
10
13
14
bocht maakt om te voorkomen dat deeltjes uit de gootsteen in het apparaat komen.
6. Plaats de slang direct op een ingebouwde afvoerleiding in de kamerwanden zet vast met een
klem.

4. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT

4.1 Overzicht van het apparaat

NEDERLANDS 13
Bovenblad
1
Wasmiddellade
2
Luchtfilter(s)
3
Bedieningspaneel
4
Handgreep
5
Typeplaatje
6
Filter afvoerpomp
7
Voetjes voor het waterpas zetten van
8
het apparaat
Ventilatiesleuven
9
Waterafvoerslang
10
Watertoevoerklep
11
Netsnoer
12
Transportbouten
13
Slangensteunen
14
Programma/Programme
Katoen
Blanc/Co uleurs
Katoen Co ton Eco
Syntheti ca Synthé tiques
Fijne wa s Délica ts
Outdoor
Stoom Va
peur
NonStop 3h/3kg
Spoelen Rinçage Cent
rif
u
geren
/Pompen
Essor
a
g
e
/Vid
a
ng
e
Drogen S
éc
hage
Wassen La
v
age
Tem
p.
°
C
T
P
M
Vlek./V
oorw.
Tache/Prél
av.
Startuitst el
Départ Di éré
Droogtegraad
Niveau séchage
Tijd
Minuterie
Modus
Mode
Aa
n/
Uit
A
n
ti-kreuk
Tijd be
s
p
aren
S
tart
/P
a
uze
Gain de t
e
mps
Départ/Pau s
e
Antifroi
s
sage
Marche/A
rrêt
2
3
6
12 11 10 8
1
4
5
7
9
13
www.aeg.com14

5. BEDIENINGSPANEEL

5.1 Beschrijving bedieningspaneel

Programmadraaiknop
1
Display
2
Droogtijdtoets (Tijd - Minuterie)
3
Droogniveautoets (Droogtegraad -
4
Niveau séchage) Tiptoets was- en droogmodus
5
(Modus - Mode)
Wassen - Lavage
• Drogen - Séchage Start/Pauze tiptoets (Start/Pauze -
6
Départ/Pause) Startuitstel tiptoets (Startuitstel -
7
Départ Différé )

5.2 Scherm

Tiptoets tijdsbesparing (Tijd
8
besparen - Gain de temps) Antikreuktiptoets (Anti-kreuk -
9
Antifroissage) Tiptoets antivlekbehandeling en
10
voorwas (Vlek./Voorw. - Tache/ Prélav.)
Kort centrifugeren-aanraaktoets
11
(TPM) Drukknop aan/uit (Aan/Uit - Marche
12
Arrêt) Temperatuuraanraaktoets (Temp.°C)
13
Controlelampje maximum belading. Het symbool knippert tijdens het schatten van de wasgoedbelading (zie het hoofdstuk 'PROSENSE­beladingsdetectie').
Controlelampje wasgoedgewicht. Knippert als de wasgoedbelading de maximum toegestane belading van het geselecteerde programma overschrijdt.
Controlelampje kinderbeveiliging.
Droogtijdindicatielampje.
Controlelampje klep gesloten.
Het controlelampje kan aangeven:
Programmaduurtijd (bijv. Vertragingstijd (bijv.
• Einde cyclus (
• Waarschuwingscode (bijv.
Aanduiding wasfase: deze knippert tijdens de voorwas en de wasfase.
Indicator van spoelfase. Knippert tijdens de spoelfase.
De permanente optie Extra spoelen:
- een extra spoelbeurt.
- twee extra spoelbeurten.
Controlelampje centrifugeer- en aftapgang. Knippert tijdens het centri­fugeren en afvoeren.
Controlelampje stoomgang.
).
, was- en/of droogfase).
of ).
).
NEDERLANDS 15
Droogfase-indicatielampje.
Lampje voor de reiniging van luchtfilters.
Strijkdroogindicatielampje.
Kastdroogindicatielampje.
Extradroogindicatielampje.
Controlelampje temperatuur. Het controlelampje gaat branden als koude was gekozen is.
Controlelampje centrifugetoerental.
www.aeg.com16
Controlelampje spoelstop.
Controlelampje extra stil.
Controlelampje voorwas.
Controlelampje vlekken.
ECO Controlelampjes energiebesparing. Dit verschijnt als u het programma
Katoen Eco - Coton Eco instelt.
Controlelampje uitgestelde start.

6. DRAAIKNOP EN KNOPPEN

6.1 Aan/Uit - Marche Arrêt

Druk een paar seconden op deze knop te drukken kunt u het apparaat in- of uitschakelen. Er klinken twee verschillende geluiden als het apparaat in- of uitgeschakeld wordt.
Omdat de stand-by-functie het apparaat automatisch uitschakelt om het energiegebruik in een aantal gevallen te beperken, moet u het apparaat wellicht weer inschakelen.
Raadpleeg de paragraaf over stand-by in het hoofdstuk 'Dagelijks gebruik' voor meer informatie.

6.2 Inleiding

Niet alle opties en functies zijn beschikbaar voor alle wasprogramma's. Controleer de verenigbaarheid van de opties en functies met de wasprogramma's in het 'Programmaoverzicht'. Een optie of functie kan een andere uitsluiten. In zo'n geval staat het apparaat niet toe dat u de onverenigbare opties of functies samen instelt. Zorg dat het scherm en de toetsen altijd schoon en droog zijn.

6.3 Temp.°C

Wanneer het gewenste programma is gekozen, stelt uw machine automatisch een standaard temperatuur voor.
Raak deze toets herhaaldelijk aan totdat de gewenste temperatuur op het display verschijnt.
Als het display de volgende aanduidingen en weergeeft,
verwarmt het apparaat het water niet.

6.4 TPM

Als u een programma instelt, kiest het apparaat automatisch het maximale centrifugeersnelheid.
Raak deze toets herhaaldelijk aan om:
Het centrifugeersnelheid in te
stellen.
De display toont alleen de centrifugesnelheden die voor het ingestelde programma beschikbaar zijn.
Activeer de optie Spoelstop.
Het laatste spoelwater wordt niet weggepompt, om te voorkomen dat het wasgoed kreukt. Het wasprogramma eindigt met water in de trommel en de laatste centrifugeerfase wordt niet uitgevoerd. Op het display verschijnt het
indicatielampje
.
NEDERLANDS 17
De trommel draait regelmatig om kreuken te beperken. De deur blijft vergrendeld. De trommel draait regelmatig om kreuken te beperken. U moet het water afvoeren om de deur te kunnen openen. Raak toets Start/Pauze - Départ/Pause aan: het apparaat voert de centrifugeerfase uit en pompt het water weg.
Activeert de stiloptie.
Alle centrifugefasen (tussendoor en de laatste centrifugeerfase) worden overgeslagen en het programma eindigt met water in de trommel. Zo wordt voorkomen dat de was kreukt. Omdat dit programma heel stil is, is het geschikt voor nachtelijk gebruik als er goedkopere stroomtarieven beschikbaar zijn. Bij sommige programma's wordt voor de spoelingen meer water gebruikt. Op het display verschijnt het
indicatielampje . De deur blijft vergrendeld. De trommel draait regelmatig om kreuken te beperken. U moet het water afvoeren om de deur te kunnen openen. Raak de Start/Pauze - Départ/Pause­toets aan: het apparaat voert alleen de pompfase uit.
Het apparaat zal het water na circa 18 uur automatisch uit het apparaat wegpompen.

6.5 Vlek./Voorw. - Tache/ Prélav.

Druk meerdere malen op deze knop om een van de twee opties te activeren.
De overeenkomstige indicatie verschijnt op het display.
Vlekken - Tache
Kies deze optie om een fase voor vlekken aan het programma toe te voegen en het zwaar vervuilde of bevlekte wasgoed met vlekkenverwijderaar te behandelen. Doe de vlekkenverwijderaar in het vak
. De vlekkenverwijderaar wordt in
de geschikte fase van het wasprogramma toegevoegd.
Deze optie kan de duur van het programma verlengen.
Deze optie is niet beschikbaar bij een temperatuur lager dan 40 °C.
Voorwas - Prélavage
Gebruik deze functie om een voorwasfase op 30°C toe te voegen voor de wasfase. Deze optie wordt aanbevolen voor zwaar vervuild wasgoed, met in het bijzonder zand, stof, modder en andere vaste deeltjes.
Deze optie kan de duur van het programma verlengen.
Deze twee opties kunnen niet samen worden ingesteld.

6.6 Startuitstel - Départ Différé

Met deze optie kunt u het starten van een programma uitstellen naar een handiger tijdstip.
Tik herhaaldelijk op de knop om de gewenste uitsteltijd in te stellen. De tijd wordt met stappen van 30 minuten verhoogd tot 90' en van 2 tot maximaal 20 uur.
Na het starten van de cyclus met de knop Start/Pauze - Départ/Pause geeft het display de gekozen uitsteltijd weer en begint het apparaat met aftellen.

6.7 Tijd besparen - Gain de temps

Met deze optie kunt u de programmaduur inkorten.
Bij normaal of licht vervuild wasgoed wordt het aanbevolen het wasprogramma in te korten. Raak deze knop eenmaal aan om de tijdsduur te verminderen.
www.aeg.com18
• Raak bij een kleinere lading deze
knop tweemaal aan om een extra
kort programma in te stellen. Op het display wordt de programmaduur overeenkomstig aangepast.
Als deze knop wordt ingesteld, gaat het led boven de knop branden.
Deze optie kan ook worden gebruikt om de duur van het Stoom - Vapeur-programma te verkorten.

6.8 Anti-kreuk - Antifroissage

Deze optie voegt een korte antikreukfase toe aan het einde van het programma.
Deze fase vermindert de kreuken in de stoffen en vereenvoudigt het strijken.
Als deze optie wordt ingesteld, gaat het led boven de knop aan en deze knippert tijdens de antikreukfase.
Deze optie kan de duur van het programma verlengen.
Door aanraking van een willekeurige toets stoppen de antikreukbewegingen en ontgrendelt de deur.

6.9 Tijd - Minuterie

Druk op deze toets om op basis van de stofsoort in te stellen hoe lang de was moet drogen (raadpleeg tabel "Tijddrogen"). De ingestelde waarde wordt in het display weergegeven.
Telkens als u deze toets indrukt wordt de droogtijd met 5 minuten verlengd.
U kunt niet alle tijdwaarden voor de verschillende stofsoorten instellen.

6.10 Droogtegraad - Niveau séchage

Druk op deze toets om automatisch het droogniveau van uw wasgoed in te stellen.
Op het display gaat de relevante droogindicator branden:
Strijkdroog: wasgoed dat
wordt gestreken.
Kastdroog: wasgoed dat
wordt opgeborgen.
Extra droog: wasgoed
wordt volledig gedroogd.
U kunt niet alle niveaus voor alle stofsoorten automatisch instellen.

6.11 Modus - Mode

Dankzij deze knop kan een cyclus het volgende uitvoeren:
Alleen wassen : Het lampje Wassen -
Lavage brandt.
Wassen en drogen : lampjes Wassen
- Lavage en Drogen - Séchage gaan branden.
Alleen drogen : Het lampje Drogen -
Séchage brandt.

6.12 Start/Pauze - Départ/ Pause

Raak toets Start/Pauze - Départ/Pause aan om het draaiende programma te starten, te pauzeren of te onderbreken.

7. PROGRAMMA’S

7.1 Programmaoverzicht

Programma Programmabeschrijving
Wasprogramma's
Programma Programmabeschrijving
Wit en bont katoen. Normaal vervuild en licht vervuild.
Katoen - Blanc/Couleurs
Wit en bont katoen. Normaal vervuild en licht vervuild.
Katoen Eco - Coton Eco
Synthetica - Synthétiques
Fijne was - Délicats
Wol/Handwas - Lavage à la main
Katoen ECO-programma. Dit programma op 60 ºC met een lading van 10 kg is het referentieprogramma voor de gegevens die op het energielabel staan, in overeenstemming met de EG 92/75-normen. Stel dit programma in voor een goed wasresul­taat en om het stroomverbruik te verlagen. De tijd van het was­programma wordt verlengd.
Synthetische of gemengde stoffen. Normale vervuiling.
Fijne stoffen zoals acryl, viscose en gemengde stoffen heb­ben een milde wasbeurt nodig. Normale vervuiling.
Machinewasbestendige wol, handwasbestendige wol en andere stoffen voorzien van het symbool «handwas».
NEDERLANDS 19
1)
Outdoor
Was- en droogprogramma
NonStop 3h/3kg
Stoomprogramma
Gebruik geen wasverzachter en zorg ervoor dat er geen wasverzachter resten in de was­middeldoseerlade achter zijn gebleven.
Buitenkleding, technische kleding, sportkleding, waterbe­stendige en ademende jassen, jassen met een verwijderba­re fleecelaag of binnenvoering.
Door een non-stop was- en droogprogramma te draaien, dient de droogfase ook als een hersteller van de waterafstootbaarheid. Zorg ervoor dat het verzorgingsetiket aangeeft dat het kledingstuk mag worden gedroogd in de wasdroger.
Gemengde stoffen (katoen en synthetische stoffen). Com­pleet programma om maximaal 3 kg wasgoed in een keer te wassen en drogen. Het duurt maar 3 uur.
Ook verschijnt de indicator op het display.
www.aeg.com20
Programma Programmabeschrijving
2)
Stoom - Vapeur
Stoomprogramma's
Stoom kan worden gebruikt voor droge, gewassen of een­maal gedragen wasgoed. Deze programma's kunnen kreu­kels en luchtjes verminderen en het wasgoed zachter ma­ken.
Gebruik nooit een wasmiddel. Verwijder vlekken indien no­dig door te wassen of plaatselijk vlekkenverwijderaar te ge­bruiken.
Stoomprogramma's hebben geen hygiënische cyclus.
Stel het stoomprogramma niet in voor dit type kleding:
• Kleding die bij een temperatuur lager dan 40°C gewassen moet worden.
• Kleding waar op het wasvoorschrift niet staat of het ge­schikt is voor de droger.
• Kleding met stukjes plastic, metaal, hout of dergelijke ma­terialen.
Extra programma´s
Om het wasgoed te spoelen en te centrifugeren. Alle stoffen,
Spoelen - Rinçage
behalve wol en zeer delicate stoffen. Verlaag de centrifugeer­snelheid afhankelijk van het type wasgoed.
Om het wasgoed te centrifugeren en het water uit de trommel
Centrifugeren/Pompen -
af te voeren. Alle stoffen, behalve wol en zeer fijne stoffen.
Essorage/Vidange
1)
Tijdens deze cyclus draait de trommel langzaam om voorzichtig te wassen. Het kan lijken alsof de
trommel niet draait of niet goed draait. Dit is echter normaal voor dit programma.
2)
Als u een stoomprogramma instelt met gedroogde was, zal de was aan het eind van de cyclus vochtig aanvoelen. Het is beter om de kleren ongeveer 10 minuten in de frisse lucht te drogen om de vochtig­heid te laten verdampen. Voor optimaal resultaat dient u het wasgoed na afloop van het programma me­teen uit de trommel te halen. Na een stoomcyclus kunt u de items toch nog strijken, maar dan uiteraard met veel minder moeite.
Programmatemperatuur, maximum centrifugetoerental en maximum belading
Programma Standaard tem-
peratuur Temperatuurbe­reik
Maximale centrifu­geersnelheid Bereik centrifugeer­snelheid
Maximale lading
Wasprogramma's
Katoen - Blanc/Couleurs
40 °C 95 °C - Koud
1600 tpm 1600 tpm - 400 tpm
10 kg
NEDERLANDS 21
Programma Standaard tem-
peratuur Temperatuurbe­reik
40 °C
Katoen Eco - Coton Eco
Synthetica - Synthéti­ques
Fijne was - Délicats
Wol/Handwas - Lavage à la main
Outdoor
NonStop 3h/3kg
Stoom - Vapeur
Spoelen - Rinçage
60°C - 40 °C
40 °C 60 °C - Koud
40 °C 40 °C - Koud
40 °C 40 °C - Koud
30 °C 40 °C - Koud
30 °C 40 °C - 30 °C
1 kg
Maximale centrifu­geersnelheid Bereik centrifugeer­snelheid
1600 tpm 1600 tpm - 400 tpm
1200 tpm 1200 tpm - 400 tpm
1200 tpm 1200 tpm - 400 tpm
1200 tpm 1200 tpm - 400 tpm
1200 tpm 1200 tpm - 400 tpm
1600 tpm 1600 tpm - 1000 tpm
1600 tpm 1600 tpm - 400 tpm
Maximale lading
10 kg
4 kg
4 kg
1.5 kg
2 kg
3 kg
10 kg
Centrifugeren/Pompen ­Essorage/Vidange
1600 tpm 1600 tpm-
10 kg
www.aeg.com22
Toepasbaarheid programma-opties
Programma
Opties
Katoen - Blanc/Couleurs
Katoen Eco - Coton Eco
Fijne was - Délicats
Synthetica - Synthétiques
Wol/Handwas - Lavage à la main
Outdoor
Stoom - Vapeur
NonStop 3h/3kg
Spoelen - Rinçage
Centrifugeren/Pompen - Essorage/Vidange
TPM
Spoelstop
Extra stil
Niet centrifuge­ren
Extra Spoelen ­Rinçage plus
Voorwas - Préla­vage
Vlekken - Tache
Startuitstel - Dé­part Différé
2)
1)
Opties
Programma
Katoen - Blanc/Couleurs
Synthetica - Synthétiques
Katoen Eco - Coton Eco
Fijne was - Délicats
NEDERLANDS 23
Outdoor
Stoom - Vapeur
NonStop 3h/3kg
Spoelen - Rinçage
Wol/Handwas - Lavage à la main
Centrifugeren/Pompen - Essorage/Vidange
Tijd besparen ­Gain de temps
Anti-kreuk - Anti-
3)
froissage
Tijd - Minuterie
Droogtegraad -
4)
Niveau séchage
1)
Als u ook de optie Niet centrifugeren selecteert, dan voert het apparaat alleen de afvoercyclus uit.
2)
Deze optie is niet beschikbaar bij een temperatuur lager dan 40 °C.
3)
Als u een kortste cyclusduur instelt, adviseren wij u de grootte van de lading te verminderen. Het is
mogelijk om de volledige lading te gebruiken, maar het wasresultaat kan dan minder bevredigend zijn.
4)
Strijkdroog is niet beschikbaar met dit programma.
www.aeg.com24
7.2 Woolmark Apparel Care ­Blauw
volgens de instructies op het etiket in het kledingstuk en die van de fabrikant van deze wasmachine. M1230
De droogcyclus voor wol van deze machine is getest en goedgekeurd door de Woolmark Company. De cyclus is geschikt voor wollen kleding die volgens het etiket op de hand moet worden gewassen op voorwaarde dat de kleding op een door Woolmark aangeraden manier op de hand gewassen is en gedroogd wordt volgens de instructies van de
• De wolwascyclus van de machine is
goedgekeurd door Woolmark voor het wassen van wollen kleding met een wasetiket voor de handwas, mits
fabrikant. M1399 In het VK, Ierland, Hong Kong en India is het Woolmark-symbool is een certificeringshandelsmerk.
de kledingstukken worden gewassen

7.3 Automatisch drogen

Droogtegraad Soort stof Wol drogen
Extra droog
Artikelen van badstof
Kastdroog
Voor spullen die opgeruimd worden
1)
Katoen en linnen
(badjassen, badhanddoeken, etc.)
Katoen en linnen
(badjassen, badhanddoeken, etc.)
Synthetische en gemengde stoffen
(truien, blouses, ondergoed, huishoudlinnen)
Fijne stoffen
(acryl, viscose en fijne ge­mengde stoffen)
Wollen artikelen
(wollen truien)
Buitensportkleding
(buitenkleding, technische en sportkleding, waterproof en ademende jassen, jacks)
tot 6 kg
tot 6 kg
tot 4 kg
tot 2 kg
tot 1 kg
tot 2 kg
NEDERLANDS 25
Droogtegraad Soort stof Wol drogen
Strijkdroog
Geschikt voor artikelen die gestre­ken moeten worden
1)
Aanwijzingen voor testinstituten Testprestaties, volgens EN 50229, moeten worden uitgevoerd met
de EERSTE drooglading van de maximale droogcapaciteit (samenstelling volgens EN61121) door selec­tie van het programma AUTOMATISCH KASTDROOG voor Katoen Eco - Coton Eco. De TWEEDE drooglading met de restlading moet worden getest door selectie van het programma AUTOMATISCH KASTDROOG voor Katoen Eco - Coton Eco.
Katoen en linnen
(lakens, tafellakens, over­hemden, etc.)
tot 6 kg

7.4 Ingestelde droogtijd

Droogtegraad Soort stof Bela-
ding (kg)
Extra droog
Artikelen van badstof
Katoen en linnen
(badjassen, badhanddoeken, etc.)
6 1600 280 - 300
4 1600 170- 190
2 1600 120 - 130
Kastdroog
Voor spullen die opgeruimd wor­den
Katoen en linnen
(badjassen, badhanddoeken, etc.)
Synthetische en gemengde stoffen
(truien, blouses, ondergoed, huishoudlin­nen)
Fijnwas
6 1600 270 - 290
4 1600 160 - 180
2 1600 110 - 120
4 1200 170 - 190
1 1200 100 - 120
2 1200 150
(acryl, viscose en fijne gemengde stoffen)
Wol
1 1200 90 - 110
(wollen truien)
Buitensportkleding
2 1200 160 (buitenkleding, technische en sportkle­ding, waterproof en ademende jassen, jacks)
Strijkdroog
Geschikt voor ar­tikelen die ge­streken moeten worden
Katoen en linnen
(lakens, tafellakens, overhemden, etc.)
6 1600 160 - 180
4 1600 100 - 120
2 1600 50 - 60
Cen­trifu­gesnel­heid (tpm)
Voorge­stelde duur (min)
www.aeg.com26

8. VOORDAT U HET APPARAAT VOOR DE EERSTE KEER GEBRUIKT

1. Zorg ervoor dat alle transportbouten
uit het apparaat zijn verwijderd.
2. Zorg ervoor dat er stroom aanwezig
is er dat de waterkraan openstaat.
3. Giet 2 liter water in het vakje voor het
hoofdwasmiddel dat wordt
aangegeven met . Deze handeling activeert het afvoersysteem.
4. Giet een kleine hoeveelheid
wasmiddel in het vak dat wordt
aangegeven met .

9. INSTELLINGEN

9.1 Kinderslot

Met deze optie kunt u voorkomen dat kinderen met het bedieningspaneel spelen.
Voor het inschakelen/uitschakelen van deze optie raakt u tegelijkertijd Vlek./Voorw. - Tache/Prélav. en Startuitstel - Départ Différé aan tot
het indicatielampje
U kunt deze optie inschakelen:
Nadat u toets Start/Pauze - Départ/ Pause aanraakt: alle knoppen en de programmaknop worden uitgeschakeld (behalve de toets Aan/Uit - Marche Arrêt).
• Voordat u toets Start/Pauze - Départ/
Pause aanraakt: kan het apparaat niet
starten. Het apparaat behoudt de keuze van deze optie nadat u het heeft uitgeschakeld.

9.2 Geluidssignalen

Dit apparaat is uitgevoerd met verschillende geluidssignalen, die werken als:
u het apparaat activeert (speciale
korte toon).
• u het apparaat deactiveert (speciale
korte toon).
• u een toets aanraakt (klikgeluid).
• u een foutieve keuze maakt (3 korte
tonen).
aan/uit gaat.
5. Stel het programma voor katoen in
op de hoogste temperatuur zonder wasgoed in de trommel en start het
programma. Dit verwijdert al het mogelijke vuil uit de trommel en de kuip.
• Het programma voltooid is
(gedurende 2 minuten opeenvolgende geluiden).
Het apparaat een storing ondergaat (gedurende 5 minuten opeenvolgende geluiden).
Voor het uitschakelen/inschakelen van de geluidssignalen raakt u gedurende 6 seconden tegelijkertijd toets Startuitstel ­Départ Différé en Tijd besparen - Gain de temps aan.
Als u de geluidssignalen uitschakelt, werken ze wel als er een storing optreedt.

9.3 Permanent extra spoelen

Met deze optie kunt iedere keer u een nieuw programma instelt een of twee extra spoelbeurten laten draaien.
Raak de knoppen Temp.°C en TPM tegelijkertijd eenmaal aan om een
extra spoelbeurt toe te voeren. verschijnt op het display.
Raak de knoppen Temp.°C en TPM tegelijkertijd tweemaal aan om twee
extra spoelbeurten toe te voeren. verschijnt op het display.
Raak de knoppen Temp.°C en TPM tegelijkertijd driemaal aan om de extra spoelbeurten te verwijderen.
Het display toont alleen
.

10. DAGELIJKS GEBRUIK

NEDERLANDS 27
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.

10.1 Het apparaat inschakelen

1. Steek de stekker in het stopcontact.
2. Draai de waterkraan open.
3. Druk een paar seconden op de knop
voor Aan/Uit - Marche Arrêt om het apparaat in te schakelen. Het lampje van de knop Start/Pauze - Départ/
Pause begint te knipperen. De programmakeuzeknop staat automatisch ingesteld op het katoenprogramma en alleen het indicatielampje Wassen - Lavage is aan dat zich boven de Modus - Mode-knop bevindt.
Het display geeft de maximale lading aan, de standaardtemperatuur, het maximale centrifugeertoerental, de faseaanduidingen die het programma heeft en de cyclusduur.

10.2 Wasgoed in de machine doen

1. Open de deur van het apparaat.
2. Schud de items voor u ze in de
wasautomaat plaatst.
3. Plaats het wasgoed stuk voor stuk in
de trommel. Zorg ervoor dat u niet te veel was in de trommel plaatst.
4. Doe de deur stevig dicht.
LET OP!
Zorg ervoor dat er geen wasgoed tussen de deur blijft klemmen. Er kan waterlekkage of beschadigd wasgoed ontstaan.

10.3 Vullen met wasmiddel en toevoegingen

Vakje voor voorwasmiddel, weekprogramma of vlekkenverwijderaar. Wasmiddelvakje voor wasfase.
Vakje voor vloeibare toevoegingen (textielversteviger, stijfsel). Dit is het maximale niveau voor vloeibare toevoegingen. Klep voor waspoeder of vloeibaar wasmiddel.
Volg altijd de instructies op die u op de verpakking van het wasmiddel aantreft. We raden u wel aan het maximaal aangegeven niveau niet te overschrijden
( ). Deze hoeveelheid zal u echter de beste wasresultaten geven.
Verwijder na de wascyclus indien vereist achtergebleven wasmiddel uit het wasmiddelvakje.
1
2
www.aeg.com28

10.4 De stand van de klep controleren

1. Trek de wasmiddeldoseerlade uit tot
deze niet meer verder kan.
2. Druk de hendel in om de lade uit te
trekken.
3. Draai de klep omhoog om
poederwasmiddel te gebruiken.
Met de klep in de stand OMLAAG:
Gebruik geen gelatineachtige of dikke vloeibare wasmiddelen.
• Giet niet meer vloeibaar wasmiddel in het vakje dan de limiet op de klep.
• Stel de voorwasfase niet in.
• Stel de startuitstelfunctie niet in.
5. Meet het wasmiddel en
wasverzachter af.
6. Sluit de wasmiddeldoseerlade
voorzichtig.
4. Draai de klep omlaag om vloeibaar
wasmiddel te gebruiken.
Zorg bij het sluiten van de lade dat de klep geen blokkering veroorzaakt.

10.5 Een programma instellen

1. Draai de programmaknop op het
gewenste wasprogramma. Het bijbehorende indicatielampje gaat
branden. Het lampje van de knop Start/Pauze ­Départ/Pause knippert. Het display toont de maximaal bepaalde lading voor het programma, de standaardtemperatuur, het maximale centrifugeertoerental, de wasfaseaanduidingen (indien aanwezig) en een indicatieve programmaduur.
2. Om de temperatuur en/of de
centrifugesnelheid te wijzigen, raakt
u de bijbehorende toetsen aan.
3. Stel indien gewenst een of meer
opties in door de desbetreffende
knoppen aan te raken. De bijhorende
NEDERLANDS 29
aanduidingen gaan vervolgens aan in het display en de aangegeven informatie wijzigt.
Om alleen te wassen, dient u ervoor te zorgen dat alleen de aanduiding Wassen ­Lavage aan is die zich boven de Modus - Mode-knop bevindt.
Als een keuze niet mogelijk is gaat de aanwijzing niet aan en klinkt er en geluidssignaal.

10.6 Een programma starten

Raak toets Start/Pauze - Départ/Pause aan om het programma te starten. Het bijbehorende indicatielampje stopt met knipperen en blijft branden. Op het display begint de aanduiding van de werkingsfase te knipperen en gaat de aanduiding van maximale lading uit. Het programma start en de deur wordt vergrendeld. Op het display verschijnt
het indicatielampje .
De afvoerpomp gaat in werking kort voordat het apparaat zich met water vult.

10.7 Een programma starten met een uitgestelde start

1. Druk herhaaldelijk op de toets
Startuitstel - Départ Différé totdat het display de gewenste uitsteltijd weergeeft. Het indicatielampje Startuitstel - Départ Différé gaat uit.
2. Raak de Start/Pauze - Départ/Pause-
knop aan. Het aftellen van de uitgestelde start wordt op het display weergegeven. Als het aftelproces voltooid is, wordt het programma gestart.
De schatting voor PROSENSE begint nadat het aftellen is beëindigd.

Het annuleren van de uitgestelde start als het afstellen is begonnen

De uitgestelde start annuleren:
1. Druk op Start/Pauze - Départ/Pause
om het apparaat te pauzeren. Het bijbehorende indicatielampje knippert.
2. Druk herhaaldelijk op de knop
Startuitstel - Départ Différé tot het display toont.
3. Druk nogmaals op toets Start/Pauze -
Départ/Pause om het programma onmiddellijk te starten.

Het wijzigen van de uitgestelde start als het afstellen is begonnen

De uitgestelde start wijzigen:
1. Druk op Start/Pauze - Départ/Pause
om het apparaat te pauzeren. Het bijbehorende indicatielampje knippert.
2. Druk herhaaldelijk op de toets
Startuitstel - Départ Différé totdat het display de gewenste uitsteltijd weergeeft.
3. Druk nogmaals op toets Start/Pauze -
Départ/Pause om het aftellen opnieuw te laten beginnen.

10.8 De ladingdetectie ProSense

De programmaduur in het display is van toepassing op een middelmatige/grote lading.
Na aanraking van de toets Start/Pauze ­Départ/Pause gaat de aanduiding voor de maximaal bepaalde lading uit,
knippert de aanduiding en begint ProSense met detectie van het wasgoed:
1. Het apparaat zal de lading nu
gedurende 30 seconden waarnemen: de aanduiding en de tijdstippen
knipperen en de trommel draait kort rond.
www.aeg.com30
2. Aan het einde van de ladingdetectie
gaat de aanduiding uit en stoppen de tijdstippen
knipperen. De programmaduur wordt overeenkomstig aangepast en kan worden verlengd of verkort. En na 30 seconden gaat de watertoevoer stromen.
In het geval er na de ladingdetectie een overladen trommel blijkt, gaat de
aanduiding in het display knipperen:
In dit geval is het gedurende 30 seconden mogelijk het apparaat te pauzeren en de overtollige kledingstukken te verwijderen.
Raak na eenmaal de overtollige kleding te hebben verwijderd toets Start/Pauze ­Départ/Pause aan om het programma weer te starten. De fase ProSense kan tot driemaal toe worden herhaald (zie punt
1). Belangrijk! Als het wasgoed niet wordt
verminderd, gaat het wasprogramma ondanks teveel lading toch van start. In dit geval kunt u niet de beste wasresulaten verwachten.
Circa 20 minuten na de start van het programma kan de programmaduur afhankelijk van de capaciteit van de wateropname van de stoffen weer worden aangepast.
De waarneming ProSense wordt alleen uitgevoerd met volledige wasprogramma´s (zonder gekozen overslafase).
met
10.9 Programmafase­indicatielampjes
Als het programma start, knippert de aanduiding van de draaiende fase en de andere faseaanduidingen branden.
De was- of voorwasfase is bijv. bezig:
.
Als de fase is voltooid, stopt de bijhorende aanduiding met knipperen en
gaat continu branden. De volgende aanduiding begint te knipperen.
De spoelfase is bijv. bezig: Indien u het programma Stoom - Vapeur kiest, gaat de stoomfase-indicator
branden.
.

10.10 Een programma onderbreken en de opties wijzigen

U kunt als een programma bezig is maar een paar opties wijzigen:
1. Druk op toets Start/Pauze - Départ/
Pause. Het bijbehorende indicatielampje knippert.
2. Wijzig de opties. De weergegeven
informatie in het display wijzigt
overeenkomstig.
3. Druk nogmaals op toets Start/Pauze -
Départ/Pause. Het wasprogramma gaat verder.

10.11 Een actief programma annuleren

1. Druk op de toets Aan/Uit - Marche
Arrêt om het programma te
annuleren en om het apparaat uit te
schakelen.
2. Druk opnieuw op de toets Aan/Uit -
Marche Arrêt om het apparaat in te
schakelen. U kunt nu een nieuw wasprogramma kiezen.
Als de fase ProSense al is uitgevoerd en de toevoer van water al stroomt, begint het nieuwe programma
zonder de fase ProSense te herhalen. Het water en het
wasmiddel worden niet weggepompt om verspilling te voorkomen. Het display toont de maximale programmaduur en werkt deze na circa 20 minuten nadat het nieuwe programma is gestart bij.
NEDERLANDS 31
10.12 Openen van de deur -
kledingstukken toevoegen
Als een programma of het startuitstel in werking is, is de deur van de wasmachine vergrendeld.
Als de temperatuur en het waterniveau in de trommel te hoog zijn en/of de trommel nog draait, kunt u de deur niet openen.
1. Druk op toets Start/Pauze - Départ/
Pause. Op het display gaat het indicatielampje van de deurvergrendeling uit.
2. Open de deur van het apparaat.
Indien nodig kunt u items toevoegen
of uitnemen.
3. Sluit de deur van de machine en druk
op de toets Start/Pauze - Départ/
Pause. Het programma of startuitstel gaat verder.
4. De deur kan worden geopend als het
programma is voltooid of stel
programma Centrifugeren/Pompen -
Essorage/Vidange in en druk op de
knop Start/Pauze - Départ/Pause.

10.13 Einde van het programma

Wanneer het programma is voltooid, stopt het apparaat automatisch. De geluidssignalen weerklinken (als ze actief zijn).
In het display gaat alle wasfaseaanduidingen continu branden
en toont de tijdzone Het lampje van de toets Start/Pauze -
Départ/Pause gaat uit. Het deur ontgrendelt en de aanduiding
gaat uit.
knippert aan het einde van het
programma als de trommel overladen is.
1. Druk op de Aan/Uit - Marche Arrêt-
knop om het apparaat uit te zetten. Vijf minuten na afloop van het programma schakelt
.
energiebesparingsfuncie het apparaat automatisch uit.
Als u het apparaat weer inschakelt, wordt het einde van het als laatste gekozen programma in het display weergegeven. Draai aan de programmaknop om een nieuwe cyclus in te stellen.
2. Haal het wasgoed uit het apparaat.
3. Zorg ervoor dat de trommel leeg is.
4. Laat de deur en het
wasmiddeldoseerbakje iets open staan om de vorming van schimmel en onaangename luchtjes te voorkomen.
5. Draai de waterkraan dicht.
10.14 Laat het water
weglopen na afloop van de cyclus
Indien u een programma heeft gekozen of een optie die het water van de laatste spoelbeurt niet wegpompt, wordt het programma voltooid, maar:
Het display toont de aanduiding de optieaanduiding of en de
aanduiding van vergrendelde deur
. Het indicatielampje van de
draaiende fase knippert.
De trommel draait nog regelmatig om kreukvorming van het wasgoed te voorkomen.
• De deur blijft vergrendeld.
• U moet het water afvoeren om de deur te kunnen openen:
1. Raak indien nodig de toets TPM aan
om het centrifugeertoerental dat door het apparaat wordt voorgesteld te verlagen.
2. Druk op toets Start/Pauze - Départ/
Pause:
• Indien u pompt het apparaat het water weg en gaat centrifugeren.
• Indien u heeft ingesteld, pompt het apparaat alleen het water weg.
heeft ingesteld,
,
www.aeg.com32
De optieaanduiding of gaat uit, terwijl de aanduiding knippert en dan
uitgaat.
3. Als het programma is voltooid, gaat
het deurvergrendelingssymbool uit en kunt u de deur openen.
4. Druk een paar seconden op de knop
voor Aan/Uit - Marche Arrêt om het apparaat uit te schakelen.
Het apparaat zal hoe dan ook het water na circa 18 uur automatisch uit het apparaat wegpompen.

10.15 Stand-by-optie

De stand-by-functie schakelt het apparaat automatisch uit om stroom te besparen als:
• Het apparaat is 5 minuten voordat u op de knop Start/Pauze - Départ/ Pause drukt niet gebruikt.
Druk opnieuw op de toets Aan/Uit ­Marche Arrêt om het apparaat in te schakelen.
5 minuten na afloop van het wasprogramma Druk opnieuw op de toets Aan/Uit ­Marche Arrêt om het apparaat in te schakelen. De tijd van het laatst ingestelde programma wordt weergegeven op het display. Draai aan de programmaknop om een nieuwe cyclus in te stellen.
Als u een programma of optie instelt die eindigt met water in de trommel, wordt het apparaat niet door de stand-by-functie gedeactiveerd om u eraan te herinneren het water weg te pompen.

11. DAGELIJKS GEBRUIK - WASSEN & DROGEN

WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.
Dit apparaat is een automatische wasdroogcombinatie.
11.1 NON-STOP-programma -
Wassen en drogen
Niet alle programma´s zijn compatibel met de droogfunctie. Het programma NonStop 3h/3kg is al een compleet was- en droogprogramma.
U kunt uw wasgoed wassen en drogen met een 'non-stop programma'. Ga als volgt te werk:
1. Druk een paar seconden op de knop
voor Aan/Uit - Marche Arrêt om het apparaat in te schakelen.
2. Plaats de was een voor een in het
apparaat.
3. Vul de bakjes met wasmiddel en
additieven.
4. Draai de programmaknop op het
wasprogramma. Op het display verschijnt de standaardtemperatuur en centrifugesnelheid. Indien nodig aanpassen aan uw wasgoed. Het display toont ook de maximaal aanbevolen lading voor de wasfase.
5. Stel de gewenste opties in als die
beschikbaar zijn.
6. Druk eenmaal op de toets Modus -
Mode om ook de droogfunctie in te schakelen. De indicatielampjes Wassen - Lavage en Drogen ­Séchage gaan branden. De
indicatielampjes en verschijnen op het display. Het display geeft ook de maximaal aanbevolen lading aan voor een was­en droogprogramma (bijv. 6 kg voor katoen).
NEDERLANDS 33
Zorg er bij het drogen van een grote lading voor dat de kledingstukken niet opgerold zitten en gelijk verdeeld zijn in de trommel.
Aan het begin van de droogcyclus (3 à 5 minuten) kan er een ietwat luider geluid gehoord worden. Dit komt door de compressor en is normaal voor apparaten die worden aangedreven door een compressor zoals koelkasten, vriezers, enz.
11.2 Wassen en drogen ­automatische niveaus
1. Tik toets Droogtegraad - Niveau
séchage herhaaldelijk aan tot het display de gewenste droogte weergeeft. De lampjes in het display branden als volgt:
a. Strijkdroog: voor
katoenen kleding;
b. Kastdroog: voor katoen
en synthetische stoffen;
c. Extra droog: voor
katoenen kleding.
De tijd op het display is de duur van beide cycli wassen en drogen.
Voor een goede droging met verbruik van minder energie in een kortere tijd laat het apparaat u niet toe een lage centrifugeersnelheid in te stellen voor de te wassen en drogen items.
2. Raak toets Start/Pauze - Départ/
Pause aan om het programma te starten. De schatting PROSENSE gaat van start.
In het display gaat het indicatielampje voor vergrendelde deur aan en het
indicatielampje van de lopende fase begint te knipperen. Op het display wordt ook de resterende programmatijd weergegeven.

11.3 Wassen en op tijd drogen

1. Tik herhaaldelijk op de knop Tijd -
Minuterie om de gewenste tijd in te stellen (zie de "Drogen op tijd"-tabel in het hoofdstuk "Programma´s"). Het indicatielampje van het droogniveau gaat uit en de indicatie
gaat aan. De minimale droogtijd is 10 minuten. Telkens als u deze toets aantikt wordt de droogtijd met 5 minuten verlengd. Op de display verschijnt de nieuwe ingestelde tijdwaarde.
2. Raak Start/Pauze - Départ/Pause aan
om het programma te starten. De schatting PROSENSE gaat van start.
In het display gaat het indicatielampje voor vergrendelde deur aan en het
indicatielampje van de lopende fase begint te knipperen. Op het display wordt ook de resterende programmatijd weergegeven.

11.4 Aan het einde van het programma

• Het apparaat stopt automatisch.
De geluidssignalen weerklinken (als ze actief zijn).
• In het display gaat het symbool
Het lampje van toets Start/Pauze ­Départ/Pause gaat uit. De deur
vergrendeld
Druk een paar seconden op de knop Aan/Uit - Marche Arrêtom het apparaat uit te schakelen.
Een paar minuten na afloop van het programma schakelt de energiebesparende functie het apparaat automatisch uit.
1. Haal het wasgoed uit het apparaat.
2. Zorg ervoor dat de trommel leeg is.
gaat uit
aan.
www.aeg.com34
Na de droogfase reinigt u de trommel, de pakking en de binnenkant van de deur met een natte doek.
Het lampje verschijnt op het display om u eraan te herinneren het luchtfilter te reinigen (raadpleeg 'Luchtfilters reinigen' in het hoofdstuk 'Onderhoud en reiniging').

12. DAGELIJKS GEBRUIK - ALLEEN DROGEN

WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.
Dit apparaat is een automatische wasdroogcombinatie.

12.1 Voorbereiding op het drogen

1. Druk een paar seconden op de knop
voor Aan/Uit - Marche Arrêt om het apparaat in te schakelen.
Met een programma waarin alleen wordt gedroogd, toont het display de maximale lading niet en is de schatting PROSENSE uitgeschakeld.
2. Plaats de was een voor een in het
apparaat.
3. Draai de programmaknop naar het
programma dat geschikt is voor het drogen van het wasgoed.
4. Tik tweemaal op de knop Modus -
Mode om wassen uit te schakelen en alleen te drogen. Het Drogen ­Séchage-lampje brandt. De
indicatielampjes en verschijnen op het display.
Bij het drogen van veel wasgoed moet u er voor goede droogprestaties voor zorgen dat het wasgoed niet is opgerold en dat het gelijkmatig in de trommel verdeeld is.

12.2 Drogen - automatische niveaus

1. Tik toets Droogtegraad - Niveau
séchage herhaaldelijk aan tot het display de gewenste droogte weergeeft. De lampjes in het display branden als volgt:
a. Strijkdroog: voor
katoenen kleding;
b. Kastdroog: voor katoen
en synthetische stoffen;
c. Extra droog: voor
katoenen kleding.
Op het display verschijnt de programmaduur van het drogen.
Voor een goede droging met verbruik van minder energie in een kortere tijd laat het apparaat u niet toe een lage centrifugeersnelheid in te stellen voor de te wassen en drogen items.
2. Raak toets Start/Pauze - Départ/
Pause aan om het programma te starten.
NEDERLANDS 35
In het display gaat het indicatielampje voor vergrendelde deur aan en het
indicatielampje van de lopende fase begint te knipperen. Op het display wordt ook de resterende programmatijd weergegeven.

12.3 Ingesteld tijddrogen

1. Tik herhaaldelijk op de knop Tijd -
Minuterie om de gewenste tijd in te stellen (zie de "Drogen op tijd"-tabel in het hoofdstuk "Programma´s"). Het indicatielampje van het droogniveau gaat uit en de indicatie
gaat aan. De minimale droogtijd is 15 minuten. Telkens als u deze toets aantikt wordt de droogtijd met 5 minuten verlengd. Op de display verschijnt de nieuwe ingestelde tijdwaarde.
2. Raak Start/Pauze - Départ/Pause aan
om het programma te starten.
In het display gaat het indicatielampje voor vergrendelde deur aan en het
indicatielampje van de lopende fase begint te knipperen. Op het display wordt ook de resterende programmatijd weergegeven.

12.4 Aan het einde van het programma

• Het apparaat stopt automatisch.
• De geluidssignalen weerklinken (als ze actief zijn).
In het display gaat het symbool
Het lampje van toets Start/Pauze ­Départ/Pause gaat uit. De deur
vergrendeld
Druk een paar seconden op de knop Aan/Uit - Marche Arrêtom het apparaat uit te schakelen.
Een paar minuten na afloop van het programma schakelt de energiebesparende functie het apparaat automatisch uit.
1. Haal het wasgoed uit het apparaat.
2. Zorg ervoor dat de trommel leeg is.
Na de droogfase reinigt u de trommel, de pakking en de binnenkant van de deur met een natte doek.
Het lampje verschijnt op het display om u eraan te herinneren het luchtfilter te reinigen (raadpleeg 'Luchtfilters reinigen' in het hoofdstuk 'Onderhoud en reiniging').
gaat uit
aan.

13. PLUISJES OP KLEDING

Tijdens de was- en/of droogfase geven bepaalde soorten stoffen (spons, wol, sweaterstof) pluisjes af.
Deze afgegeven pluisjes kunnen tijdens de volgende cyclus aan de stoffen kleven.
Dit nadeel verergert bij technische stoffen.
Ter voorkoming van pluisjes in uw wasgoed, bevelen wij u het volgende aan:
Was geen donkere stoffen na het
• wassen en drogen van lichtgekleurde stoffen (handdoeken, wol en sweaterstof) en vice versa.
• Laat dit soort stoffen in de openlucht drogen wanneer ze voor het eerst gewassen zijn.
• Reinig het afvoerfilter.
• Na de droogfase reinigt u de lege trommel, de pakking en de deur grondig met een natte doek.
Voor het verwijderen van pluisjes in de trommel, stelt u een speciaal programma in:
• Maak de trommel leeg.
• Maak de trommel, pakking en deur grondig schoon met een natte doek.
• Stel het spoelprogramma in.
• Druk tegelijkertijd op de knoppen Vlek./Voorw. - Tache/Prélav. en Anti­kreuk - Antifroissage totdat het
www.aeg.com36
display CLE weergeeft om de reinigingsfunctie te activeren.
Raak toets Start/Pauze - Départ/Pause aan om het programma te starten.

14. AANWIJZINGEN EN TIPS

WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.

14.1 Voor u het wasgoed in de trommel doet

• Verdeel het wasgoed in: wit, bont, synthetisch, fijne was en wol. Volg de wasinstructies die u op de
• waslabels van het wasgoed vindt.
• Was witte en bonte artikelen niet samen.
• Sommige bonte weefsels kunnen uitlopen als zij de eerste keer worden gewassen. We raden daarom aan om dit soort kleding de eerste keren dan ook apart te wassen.
• Knoop kussenslopen dicht, sluit ritsen, haakjes en drukknopen. Rol riemen op.
• Maak alle zakken leeg en vouw alles open.
• Draai meerlagige stoffen, wollen en kleding met opdrukken binnenstebuiten.
• Behandel hardnekkige vlekken voor.
• Was delen met zware vervuiling met een speciaal wasmiddel.
• Wees voorzichtig met gordijnen. Verwijder de haken of stop de gordijnen in een waszak of kussensloop.
• Was geen wasgoed zonder zomen of met scheuren.
• Gebruik een waszakje om kleine items te wassen (Bijv. beugelbh's, riemen, panty's, etc.).
• Een zeer kleine lading kan problemen veroorzaken bij de centrifugefase die leiden tot overmatige trillingen. Als dit voorkomt:
a. onderbreek het programma en
open de deur (raadpleeg hoofdstuk 'Dagelijks gebruik');
Gebruik als het apparaat veelvuldig wordt gebruikt, regelmatig het programma
CLE.
b. herverdeel de lading met de
hand zodat de items gelijkmatig over de trommel zijn verdeeld;
c. druk op de toets Start/Pauze -
Départ/Pause. De centrifugeerfase gaat door.

14.2 Hardnekkige vlekken

Voor sommige vlekken is water en wasmiddel niet voldoende.
We raden u aan om deze vlekken te behandelen voordat u deze artikelen in de machine stopt.
Er zijn speciale vlekkenverwijderaars verkrijgbaar. Gebruik een speciale vlekkenverwijderaar die geschikt is voor het type vlek en stof.

14.3 Wasmiddelen en andere behandelingen

• Gebruik uitsluitend wasmiddelen en andere middelen die speciaal bedoeld zijn voor wasmachines:
waspoeder voor alle soorten weefsels, met uitzondering van fijne was. Kies bij voorkeur voor waspoeder met bleekmiddel voor witte was en hygiënisch wassen
– vloeibare wasmiddelen, voor
wasprogramma's op lage temperatuur (max. 60 °C) voor alle weefselsoorten of speciale middelen voor wollen artikelen.
• Gebruik de verschillende soorten wasmiddelen niet tegelijkertijd.
• Denk aan het milieu en gebruik niet meer dan de aanbevolen hoeveelheid wasmiddel.
• Volg de aanwijzingen op de verpakking van het wasmiddel of de andere toevoegingen zonder het
aangegeven maximumniveau ( te overschrijden. Gebruik de aanbevolen wasmiddelen
• voor het type en de kleur van het
)
NEDERLANDS 37
wasgoed, voor de programmatemperatuur en voor de mate van vervuiling.

14.4 Tips voor milieuvriendelijk gebruik

• Kies een programma zonder voorwas om normaal vervuild wasgoed te wassen.
Start het wasprogramma altijd met de maximaal toegestane wasgoedbelading.
• Als u de vlekken voorbehandelt of een vlekkenverwijderaar gebruikt, stel dan een programma in met een lage temperatuur.
• Controleer de waterhardheid van uw plaatselijke systeem om de juiste hoeveelheid wasmiddel te gebruiken. Zie "Waterhardheid".

14.5 Waterhardheid

Als de waterhardheid in uw gebied hoog of gemiddeld is, raden we u het gebruik van waterontharder voor wasautomaten aan. In gebieden waar de waterhardheid zacht is, is het gebruik van een waterontharder niet nodig.
Neem contact op met het plaatselijke waterleidingbedrijf voor de waterhardheid in uw gebied.
Gebruik de juiste hoeveelheid van de waterontharder. Volg altijd de instructies die u vindt op de verpakking van het product.

14.6 Tips voor het drogen

De droogfase voorbereiden
• Draai de waterkraan open. Controleer of de afvoerslang goed is
• aangesloten. Zie het hoofdstuk over de installatie voor meer informatie.
• Raadpleeg voor informatie over de maximale wasgoedlading bij droogprogramma's de droogprogrammatabel.
14.7 Items die niet geschikt
zijn voor de droger
Stel voor dit wasgoed geen droogprogramma in:
• Zeer fijne was.
Synthetische gordijnen.
• Kledingstukken met metalen invoegstukken.
• Nylon kousen.
• Dekbedden.
• Bedspreien.
• Dekbedovertrekken.
• Anoraks.
• Slaapzakken.
• Stoffen met restjes haarspray, nagellakremover of iets dergelijks.
• Kledingstukken met schuimrubber of met materialen die hierop lijken.
14.8 Wasvoorschriften in de
kleding
Bij het drogen van uw wasgoed moet u zich houden aan de voorschriften van de fabrikant:
= Het artikel is geschikt voor de
droogtrommel
= Droogprogramma op hoge temperatuur
= Droogprogramma op lage temperatuur
= Het artikel is niet geschikt voor de droogtrommel.
14.9 Duur van het
droogprogramma
De droogtijd kan variëren afhankelijk van:
snelheid van de laatste keer
• centrifugeren
• droogheidsniveau
• soort wasgoed
• het gewicht van het wasgoed

14.10 Extra drogen

Als het wasgoed aan het einde van het droogprogramma nog steeds vochtig is, stelt u nogmaals een korte droogfase in.
WAARSCHUWING! Om kreuken en krimpen te voorkomen dient u het wasgoed niet te lang te drogen.
www.aeg.com38

14.11 Algemene tips

Raadpleeg de tabel "Droogprogramma's" om de gemiddelde droogtijden op te zoeken. Het drogen van wasgoed zal beter gaan naarmate u het vaker doet. Houd bij hoe lang uw droogprogramma's duren.
Statische lading na het drogen voorkomen:
1. Gebruik wasverzachter tijdens de
2. Gebruik speciale wasverzachter voor
Na afloop van het droogprogramma dient u het wasgoed meteen uit de trommel te halen.

15. ONDERHOUD EN REINIGING

WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.

15.1 Buitenkant reinigen

Het apparaat alleen schoonmaken met milde zeep en warm water. Maak alle oppervlakken volledig droog.
LET OP!
Gebruik geen alcohol, oplosmiddelen of chemische producten.
LET OP!
Reinig de metalen oppervlakken niet met een reinigingsmiddel op chloorbasis.

15.2 Ontkalken

15.3 Onderhoudswas

Bij herhaaldelijke en voortdurend gebruik van programma´s bij lage temperaturen kunnen er wasmiddelresten en pluizen achterblijven en kan er bacteriëngroei in de trommel en de kuip ontstaan. Dit kan slechte geurtjes en meeldauw veroorzaken.
Draai om deze resten te verwijderen en de binnenkant van het apparaat hygiënisch te reinigen regelmatig een onderhoudswasbeurt (minstens eenmaal per maand):
1. Haal al het wasgoed uit de trommel.
2. Draai een katoenprogramma op de

15.4 Deurrubber

wasfase.
droogautomaten.
hoogste temperatuur met een geringe hoeveelheid waspoeder.
Als de waterhardheid in uw gebied hoog of gemiddeld is, raden we u het gebruik van waterontharder voor wasautomaten aan.
Controleer de trommel regelmatig op kalkaanslag.
De normale wasmiddelen bevatten al wateronthardende middelen, maar we raden aan af en toe een cyclus te draaien met een lege trommel en een ontkalkingsproduct.
Volg altijd de instructies die u vindt op de verpakking van het product.
Controleer het deurrubber regelmatig en verwijder voorwerpen uit de binnenkant.

15.5 De trommel reinigen

Controleer de trommel regelmatig om roestvorming te voorkomen.
Voor een complete reiniging:
1. Reinig de trommel met speciale
producten voor roestvrij staal.
1
2
NEDERLANDS 39
Volg altijd de instructies die u vindt op de verpakking van het product.
2. Draai een kort katoenprogramma op
een hoge temperatuur met een lege trommel en een kleine hoeveelheid waspoeder om achtergebleven resten weg te spoelen.

15.6 Het wasmiddeldoseerbakje reinigen

Om mogelijke afzetting van opgedroogd wasmiddel of geklonterde wasverzachter en/of schimmelvorming in de wasmiddellade te voorkomen dient u af en toe de volgende reinigingsprocedure uit te voeren:
1. Open de lade. Duw de pal zoals
aangegeven in de afbeelding naar beneden en trek de lade uit.
3. Zorg ervoor dat alle wasmiddelresten
van de boven- en onderkant van de uitsparing zijn verwijderd. Reinig de uitsparing met gebruik van een kleine borstel.
4. Steek de wasmiddellade in de
geleiderail en sluit hem. Draai het spoelprogramma zonder wasgoed in de trommel te plaatsen.
2. Verwijder het bovenste gedeelte van
het vak voor toevoegingen om het reinigen te vereenvoudigen en spoel het af onder de kraan met warm water om resten van opgehoopt wasmiddel te verwijderen. Plaats het bovenste gedeelte na reiniging terug op zijn plek.
P
ULL
PULL
PUL
L
www.aeg.com40

15.7 De luchtfilters reinigen

De luchtfilters vangen de pluizen op. De pluizen ontstaan tijdens het drogen van de kleding in de droogautomaat.
• Aan het einde van elke droogcyclus zal het lampje in het display branden om u te
laten weten dat het hoofdluchtfilter gereinigd moet worden (zie afbeeldingen van 1 tot
5). Het geluidssignaal werkt.
Het kan voorkomen dat het lampje luchtfilters gereinigd moeten worden: het hoofdluchtfilter en het secondaire luchtfilter (voor het secondaire filter, zie de afbeeldingen van 6 tot 8). Het geluidssignaal werkt.
flikkert om u eraan te herinneren dat beide
1.
3.
5.
7. 8.
2.
4.
6.
+
1
2
NEDERLANDS 41
9.
Maak de luchtfilters regelmatig schoon met warm water voor de beste droogprestaties en droog ze af met een handdoek. Een verstopt luchtfilter verlengt de droogtijd en verhoogt het energieverbruik!
WAARSCHUWING!
De opening van het primaire filter mag niet worden geblokkeerd door een voorwerp.
Als u het wasgoed alleen wast met uw was-droogcombinatie, dan is het normaal dat het primaire luchtfilter een beetje vochtig is.

15.8 Afvoerpomp reinigen

WAARSCHUWING!
Haal de netstekker uit het stopcontact.
Controleer het filter van de afvoerpomp regelmatig en houd het schoon.
Reinig de afvoerpomp wanneer:
Het water wordt niet afgepompt uit de machine.
• De trommel niet ronddraait.
• De machine maakt abnormale geluiden wegens blokkering van de afvoerpomp.
• Het display toont de alarmcode
.
WAARSCHUWING!
• Verwijder het filter niet als de machine in werking is.
• Reinig de pomp niet zolang het water in de machine heet is. Wacht tot het water is afgekoeld
10.
WAARSCHUWING!
Reinig de afvoerfilters iedere keer dat u het speciale programma CLE uitvoert voor de verwijdering van pluizen.
Voor reiniging van de pomp gaat u als volgt te werk:
1. Open het pompdeksel.
2. Plaats een geschikte bak onder de
afvoerpompopening om het afgepompte water op te vangen.
3. Open de afvoerklep naar beneden.
Houd altijd een oude doek bij de hand om het eventueel gemorste water te kunnen opvegen als u het filter verwijdert.
1
2
2
1
www.aeg.com42
4. Draai het filter 180 graden naar links
om het te openen, zonder verwijdering. Laat het water wegstromen.
hij niet roteert: neem contact op met een erkend servicecentrum.
10. Reinig het filter onder de waterkraan.
11. Zet het filter terug in de speciaal
geleidingen door hem met de klok mee te draaien. Zorg ervoor dat u het filter goed vastdraait om lekkage
5. Als de bak vol is met water, draait u
het filter terug en leegt u de bak.
6. Herhaal stappen 4 en 5 totdat er
geen water meer uitloopt.
7. Draai het filter naar links om het te
verwijderen.
te voorkomen.
12. Sluit het pompdeksel.
8. Verwijder indien noodzakelijk pluizen
en andere voorwerpen uit de filterholte.
9. Verzeker u ervan dat de pompwaaier
onbelemmerd kan ronddraaien. Als
2
1
1
2
3
NEDERLANDS 43
Als u het water afpompt met gebruikmaking van de noodafpompprocedure, moet u het aftapsysteem opnieuw activeren:
a. Giet 2 liter water in het wasvak
van de wasmiddellade.
b. Start het programma om het
water af te pompen.

15.9 Het filter van de toevoerslang en het klepfilter reinigen

Het kan nodig zijn filters te reinigen als:
Het apparaat wordt niet gevuld met water.
• Het apparaat heeft veel tijd nodig om op te vullen met water.
• Het lampje van de toets Start/Pauze - Départ/Pause knippert en de display het bijbehorende alarm toont. Raadpleeg het hoofdstuk "Probleemoplossing".
De watertoevoerfilters schoonmaken:
• Draai de waterkraan dicht.
Verwijder de watertoevoerslang van de kraan.
• Reinig het filter in de toevoerslang met een harde borstel.
• Verwijder de toevoerslang achter de machine.
45°
20°
www.aeg.com44
• Reinig het filter in de klep met een harde borstel of een handdoek.
• Installeer de watertoevoerslang opnieuw. Zorg ervoor dat de koppelingen stevig vast zitten om lekkage te voorkomen. Draai de waterkraan open.

15.10 Noodafvoer

Als het apparaat het water niet kan wegpompen, voert u dezelfde procedure uit zoals die is beschreven in de paragraaf 'Reinigen van het afvoerfilter'. Maak de pomp zo nodig schoon.
Als u het water afvoert met de noodafvoerprocedure, dient u het afvoersysteem opnieuw te activeren:
1. Giet 2 liter water in het vakje voor het
hoofdwasmiddel van de wasmiddeldoseerbakje.
2. Start het programma om water af te
voeren.

15.11 Voorzorgsmaatregelen bij vorst

Als het apparaat is geïnstalleerd op een plek waar de temperatuur 0°C of daaronder kan bereiken, dan dient u het

16. PROBLEEMOPLOSSING

WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.
resterende water uit de afvoerslang en de afvoerpomp te verwijderen.
1. Trek de stekker uit het stopcontact.
2. Draai de waterkraan dicht.
3. Plaats de twee uiteinden van de
toevoerslang in een bak en laat het water uit de slang stromen.
4. Leeg de afvoerpomp. Raadpleeg de
noodafvoerprocedure.
5. Als de afvoerpomp leeg is, installeert
u de toevoerslang opnieuw.
WAARSCHUWING!
Zorg dat de temperatuur hoger is dan 5 °C en dat het water uit de kraan stroomt voordat u het apparaat weer gebruikt. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade die door lage temperaturen is veroorzaakt.
NEDERLANDS 45

16.1 Inleiding

Het apparaat start niet of stopt niet tijdens de werking. Probeer eerst het probleem zelf op te lossen (zie tabel). Neem als dit niet lukt contact op met het geautoriseerd servicecentrum.
LET OP!
Schakel het apparaat uit voordat u controles uitvoert.
Bij sommige problemen treden de geluidssignalen in werking en geeft het display een alarmcode weer.

16.2 Mogelijke storingen

Problemen die aangeduid worden door alarmcodes
Bericht Mogelijke oplossing
: het apparaat wordt niet
gevuld met water.
: het water wordt niet
afgepompt uit de machine.
: controleer de deur!
• Controleer of de waterkraan is geopend. Zorg dat de waterdruk niet te laag is. Neem hiervoor zo
• nodig contact op met uw lokale waterleidingbedrijf.
• Controleer of de waterkraan niet verstopt of verkalkt is.
• Verzeker u ervan dat het filter van de inlaatslang en het filter van het ventiel niet verstopt zijn. Zie 'Onderhoud en reiniging'.
• Zorg ervoor dat de toevoerslang niet is beschadigd.
• Verzeker u ervan dat de aansluiting van de waterinlaatslang in orde is.
• Zorg ervoor dat de afvoerslang niet is beschadigd. Verzeker u ervan dat het afvoerfilter niet verstopt is.
• Reinig indien nodig het filter. Zie 'Onderhoud en reiniging'.
• Verzeker u ervan dat de aansluiting van de aftapslang in orde is.
Zorg dat de deur van het apparaat niet open is en goed is gesloten.
Als het apparaat overladen is, neemt u wat voorwerpen uit de trommel en/of duwt u tegen de deur en drukt u tegelijkertijd op de knop Start/Pauze - Départ/Pause totdat
de aanduiding stopt met knipperen (zie de afbeelding hieronder).
www.aeg.com46
Bericht Mogelijke oplossing
: de anti­overstromingsbeveiliging staat aan.
: de stroomtoevoer is onstabiel.
: controleer het luchtfilter.
Het beschermingssysteem tegen lekkage is geactiveerd:
Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het
• stopcontact.
• Draai de waterkraan dicht.
• Neem contact op met het servicecentrum.
Wacht tot de stroomtoevoer stabiel is. Het apparaat start automatisch met werken.
• Zorg ervoor dat het luchtfilter schoongemaakt is.
Zorg ervoor dat het luchtfilter correct geplaatst is.
Problemen zonder alarmberichten
Storing Mogelijke oplossing
Het programma start niet. • Verzeker u ervan dat de netstekker is aangesloten op
het stopcontact.
Zorg dat er geen zekering in de zekeringenkast is doorgebrand.
• Zorg ervoor dat u Start/Pauze - Départ/Pause aan­raakt.
• Als uitgestelde start gekozen is: annuleer de instelling of wacht op het einde van de aftelprocedure.
• Schakel het kinderslot uit.
Het water wordt niet afge­pompt uit de machine.
Het apparaat wordt met wa­ter gevuld maar dat wordt onmiddellijk afgetapt.
De centrifugeerfase werkt niet of de wascyclus duurt langer dan normaal.
Er is water op de vloer. • Verzeker u ervan dat de koppelingen van de water-
• Zorg ervoor dat u geen programma instelt zonder af­voerfase.
Zorg ervoor dat u geen optie instelt waarbij water in de kuip blijft.
Verzeker u ervan dat de aftapslang in de juiste positie is. De slang kan te laag hangen.
• Controleer of de centrifugefase niet uit staat.
Verzeker u ervan dat het afvoerfilter niet verstopt is. Reinig indien nodig het filter. Zie 'Onderhoud en rei­niging'.
• Zorg ervoor dat dit geen balansprobleem is. Verdeel de artikelen handmatig in de trommel en start de cen­trifugefase opnieuw.
slangen goed afgedicht zijn en dat er geen waterlek­kage is.
Verzeker u ervan dat de aftapslang niet beschadigd is.
• Zorg ervoor dat u het juiste wasmiddel in de juiste hoeveelheid gebruikt.
• Zorg dat de kamertemperatuur in het juiste bereikt valt.
• Zorg ervoor dat er langs de onderkant van het appa­raat voldoende luchtcirculatie is.
Storing Mogelijke oplossing
U kunt de klep van de machi­ne niet openen.
De machine maakt abnorma­le geluiden en trilt.
De programmaduur neemt toe of neemt af tijdens het draaien van het programma.
De wasresultaten laten te wensen over.
Na een stoomprogramma is de kleding gedeeltelijk nat.
De machine droogt niet of droogt niet correct.
De droogcyclus is te lang. • Zorg ervoor dat de luchtfilters goed schoon zijn.
Het wasgoed zit vol met pluizen in verschillende kleu­ren.
• Controleer of het wasprogramma is voltooid.
Kies het afpomp- of centrifugeerprogramma als er wa­ter in de trommel is.
• Zorg ervoor dat het apparaat stroom krijgt.
• Dit probleem kan veroorzaakt worden door een sto­ring van het apparaat. Neem contact op met de er­kende servicedienst. Als u de deur moet openen, lees dan zorgvuldig “Nooddeuropening”.
• Zorg ervoor dat de machine goed waterpas staat. Zie onder 'Installatie'.
Verzeker u ervan dat de verpakking en/of de trans­portbouten verwijderd zijn. Zie onder 'Installatie'.
• Leg meer wasgoed in de trommel. De belading kan te gering zijn.
De functie ProSense kan de duur van het programma aanpassen aan het type en de hoeveelheid wasgoed. Zie “ProSense-beladingsdetectie” onder het hoofdstuk “Da­gelijks gebruik”.
• Gebruik meer wasmiddel of gebruik een ander was­middel.
Gebruik speciale producten voor het verwijderen van hardnekkige vlekken voordat u het wasgoed wast.
• Verzeker u ervan dat u de juiste temperatuur gekozen heeft.
• Verminder de wasgoedbelading.
Zorg ervoor dat het apparaat goed waterpas staat. Zet de wasmachine waterpas door de pootjes hoger of lager te zetten.
• Zorg ervoor dat de luchtfilters niet verstopt zijn. Con-
troleer het hoofdfilter en het tweede filter.
Controleer of het afvoerfilter niet verstopt is.
• Zorg ervoor dat u de juiste cyclus instelt. Stel zo nodig weer een korte droogtijd in.
Zorg ervoor dat de wasgoedlading niet de vermelde belading voor het programma overschrijdt.
• Zorg dat de kamertemperatuur in het juiste bereikt valt.
• Voer het speciale reinigingsprogramma CLE uit om pluisjes te verwijderen (raadpleeg voor meer details “Pluisjes op de stoffen”).
Maak het wasgoed schoon met een pluisverwijder­middel.
NEDERLANDS 47
www.aeg.com48
Schakel na de controle de machine in. Het programma wordt voortgezet vanaf het punt van onderbreking. Als het probleem zich nogmaals voordoet: neem contact op met een erkend servicecentrum. Als het display andere alarmcodes toont. Schakel de machine uit en zet hem weer aan. Als het probleem zich blijft voordoen: neem contact op met een erkend servicecentrum.

16.3 Nooddeuropening

In het geval van een stroomstoring of apparaatstoring blijft de deur van het apparaat vergrendeld. Het wasprogramma gaat verder als er weer stroom is. Als de deur door een storing vergrendeld blijft, is het mogelijk om de deur te openen met een noodontgrendeling.
Voor het openen van de deur:
LET OP! Gevaar voor brandwonden! Zorg ervoor dat de watertemperatuur niet te hoog is en dat het wasgoed niet heet is. Wacht indien nodig tot de watertemperatuur en het wasgoed zijn afgekoeld.
LET OP! Gevaar voor letsel! Zorg ervoor dat de trommel niet draait. Wacht indien nodig tot de trommel stopt met draaien.
Zorg ervoor dat het waterpeil in de trommel niet te hoog is. Voer indien nodig een noodafvoerprocedure uit (zie "Water afvoeren in een noodgeval" in het hoofdstuk "Onderhoud en reiniging").
Ga als volgt te werk om de deur te openen:
1. Druk op de knop Aan/Uit - Marche
Arrêt om het apparaat uit te schakelen.
2. Haal de netstekker uit het
stopcontact.
3. Open de filterklep.
4. Trek de noodvergrendelingspal
tweemaal naar beneden en open de deur van het apparaat.
5. Haal het wasgoed uit de trommel en
sluit de deur van het apparaat.
6. Sluit het klepje.

17. VERBRUIKSGEGEVENS

De aangewezen waarden zijn verkregen onder laboratoriumcondities met relevante standaarden. Verschillende oorzaken kunnen de gege­vens wijzigen: de hoeveelheid en het type wasgoed en de omgevings­temperatuur. De waterdruk, netvoeding en de temperatuur van het toe­voerwater kunnen de duur van het wasprogramma ook beïnvloeden.
De technische specificaties kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd om de kwaliteit van het product te verbeteren.
Tijdens het wasprogramma kan de technologie ProSense de wasduur en de verbruikwaarden laten variëren. Raadpleeg voor meer informatie de paragraaf 'De ladingdetectie ProSense' in het hoofdstuk 'Dagelijks ge­bruik'.
NEDERLANDS 49
programma’s Bela-
ding (kg)
Katoen 60°C 10 1.82 86 245
Katoen Eco - Coton Eco Energiebesparingsprogram-
ma katoen 60°C
Katoen 40°C 10 1.22 86 220
Synthetische was 40°C 4 0.73 53 140
Fijnwas 40°C 4 0.62 59 110
Wol/handwas 30°C 1.5 0.29 59 70
1)
«Het energiebesparingsprogramma voor katoen» bij 60°C bij een belading van 10 kg is het referentie-
programma voor de in het energielabel vermelde gegevens, overeenkomstig de EEG-norm 92/75.
1)
Energie­verbruik (kWh)
10 0.90 75 300

18. TECHNISCHE GEGEVENS

Afmetingen Breedte / Hoogte/ Diep-
te/ Totale diepte
Aansluiting op het elek­triciteitsnet
Spanning Totaal vermogen Zekering Frequentie
Waterver­bruik (liter)
600 mm/ 870 mm/ 630 mm/ 660 mm
230 V 2200 W 10 A 50 Hz
Geschatte program­maduur (minuten)
www.aeg.com50
Niveau van bescherming tegen het binnendringen van vaste deeltjes en vocht gewaarborgd door het beschermdeksel, behalve wanneer de laagspan­ningsapparatuur geen bescherming tegen vocht heeft
Watertoeover
Druk watertoevoer Minimum
Omgevingstemperatuur Minimum
Maximale belading was­goed
Maximale belading droog wasgoed
Centrifugeersnelheid Maximum 1600 tpm
Dit product bevat HFC - R134a/GWP1430 0,1
1)
Sluit de waterinlaatslang aan op een waterkraan met een 3/4'' -schroefdraad.
1)

19. ACCESSOIRES

19.1 Verkrijgbaar op
www.aeg.com/shop of bij uw geautoriseerde verkooppunt
Maximum
Maximum
Katoen (Cotton) Synthetica Wol (Wool)
Katoen (Cotton) Synthetica Wol (Wool)
IPX4
Koud water
0,5 bar (0,05 MPa) 8 bar (0.8 MPa)
5 °C 35 °C
10 kg 4 kg
1.5 kg
6 kg 4 kg 1 kg
kg hermetisch afgesloten gefluoreerd gas.
4

19.3 Voetstuk met de lade

Alleen geschikte accessoires die door AEG zijn goedgekeurd waarborgen de veiligheidsnormen van het apparaat. Als niet­goedgekeurde onderdelen worden gebruikt, worden alle claims ongeldig verklaard.

19.2 Set bevestigingsplaatjes

Zet het apparaat goed vast met de bevestigingsplaatjes als u het apparaat op een plint plaatst.
Lees de met het accessoire meegeleverde instructies zorgvuldig door.
Door uw apparaat op te tillen maakt het in- en uitladen van wasgoed eenvoudiger.
De lade kan worden gebruikt voor het opbergen van wasproducten bijv.: handdoeken, wasmiddelen enz.
Lees de met het accessoire
meegeleverde instructies zorgvuldig door.
20. MILIEUBESCHERMING
NEDERLANDS 51
Recycle de materialen met het symbool
. Gooi de verpakking in een geschikte verzamelcontainer om het te recyclen. Help om het milieu en de volksgezondheid te beschermen en recycle het afval van elektrische en elektronische apparaten. Gooi apparaten
gemarkeerd met het symbool niet weg met het huishoudelijk afval. Breng het product naar het milieustation bij u in de buurt of neem contact op met de gemeente.
*
www.aeg.com/shop
157014331-A-382017
Loading...