Aeg L 60260 TL1 User Manual

L 60260 TL1 NL Gebruiksaanwijzing 2
FR Notice d'utilisation 24 DE Benutzerinformation 47
www.aeg.com
2
INHOUD
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
4. ACCESSOIRES . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
6. WASPROGRAMMA'S . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
7. VERBRUIKSGEGEVENS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
8. VOORDAT U HET APPARAAT VOOR DE EERSTE KEER GEBRUIKT . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
9. BEDIENING VAN HET APPARAAT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
10. NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
11. ONDERHOUD EN REINIGING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
12. PROBLEEMOPLOSSING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
13. TECHNISCHE INFORMATIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
VOOR PERFECTE RESULTATEN
Bedankt dat u voor dit AEG product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven gemakkelijker helpen maken – functies die gewone apparaten wellicht niet hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt profiteren.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en onderhoudsinformatie:
www.aeg.com
Registreer uw product voor een betere service:
www.aeg.com/productregistration
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw apparaat:
www.aeg.com/shop
KLANTENSERVICE
Wij raden altijd het gebruik van originele onderdelen aan. Zorg er als u contact opneemt met de klantenservice voor dat u de volgende gegevens bij de hand hebt. De informatie staat op het typeplaatje. model, productnummer, serienummer.
Waarschuwing - Belangrijke veiligheidsinformatie. Algemene informatie en tips Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE
NEDERLANDS 3
Lees zorgvuldig de meegeleverde in­structies voor installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet verant­woordelijk voor letsel en schade veroor­zaakt door een foutieve installatie. Be­waar de instructies van het apparaat voor toekomstig gebruik.
1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
WAARSCHUWING!
Gevaar voor verstikking, letsel of permanente invaliditeit.
• Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8 jaar en ouder en door mensen met beperkte lichamelij­ke, zintuiglijke of verstandelijke ver­mogens of een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder toezicht staan of instructies hebben gekregen over het veilig gebruiken van het ap­paraat en indien zij de eventuele ge­varen begrijpen.
• Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
• Houd alle verpakkingsmaterialen uit de buurt van kinderen.
• Houd alle reinigingsmiddelen uit de buurt van kinderen.
• Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het apparaat als de deur open is.
• Als het apparaat is uitgerust met een kinderbeveiliging, raden wij aan dit te activeren.
• Reiniging en onderhoud mag niet worden uitgevoerd door kinderen zonder toezicht.
1.2 Algemene veiligheid
• Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhoudshandelingen verricht.
• De specificatie van het apparaat mag niet worden veranderd.
• Respecteer het maximale laadvermo­gen van 6 kg (raadpleeg hoofdstuk “Programmaschema”).
• Als de voedingskabel beschadigd is, moet de fabrikant of diens technische dienst of een gekwalificeerd persoon deze vervangen teneinde gevaarlijke situaties te voorkomen.
• De waterdruk (minimaal en maximaal) moet liggen tussen 0,5 bar (0,05 MPa) en 8 bar (0,8 MPa)
• De ventilatie-openingen in de onder­kant (indien van toepassing) mogen niet worden afgedekt door tapijt
• Het apparaat moet met de nieuwe slangset worden aangesloten op een kraan. Oude slangsets mogen niet op­nieuw worden gebruikt.
2.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
• Volg de installatie-instructies op die
2.1 Montage
• Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
• Bewaar de transportbouten. Als u het apparaat gaat verplaatsen, moet de trommel worden geblokkeerd.
• Installeer en gebruik geen beschadigd apparaat.
• Gebruik of installeer het apparaat niet als de temperatuur lager is dan 0 °C of als het is blootgesteld aan het weer.
• Zorg ervoor dat de vloer van de plaats
• Plaats het apparaat niet op een plek
• Wees voorzichtig met het verplaatsen
• Zorg dat er lucht tussen het apparaat
zijn meegeleverd met het apparaat.
waar u het apparaat installeert, vlak, stabiel, hittebestendig en schoon is.
waar de deur niet helemaal open kan.
van het apparaat, het is zwaar. Draag altijd veiligheidshandschoenen.
en de vloer kan circuleren.
www.aeg.com
4
• Pas de stelvoeten aan om de nodige ruimte tussen het apparaat en de vloerbedekking te creëren.
Aansluiting op het elektriciteitsnet
WAARSCHUWING!
Gevaar voor brand en elektrische schokken.
• Dit apparaat moet worden geaard.
• Controleer of de elektrische informatie op het typeplaatje overeenkomt met de stroomvoorziening. Zo niet, neem dan contact op met een elektromon­teur.
• Gebruik altijd een correct geïnstal­leerd, schokbestendig stopcontact.
• Gebruik geen meerwegstekkers en verlengsnoeren.
• Zorg dat u de hoofdstekker en kabel niet beschadigt. Indien de voedings­kabel moet worden vervangen, dan MOET dit gebeuren door onze Klan­tenservice.
• Steek de stekker pas in het stopcon­tact als de installatie is voltooid. Zorg ervoor dat het netsnoer na installatie bereikbaar is.
• Trek niet aan het aansluitnoer om het apparaat los te koppelen. Trek altijd aan de stekker.
• Raak de stroomkabel of stekker niet aan met natte handen.
• Dit apparaat voldoet aan de EU-richt­lijnen.
Aansluiting aan de waterleiding
• Zorg dat u de waterslangen niet be­schadigt.
• Het apparaat moet met de nieuwe slangset worden aangesloten op een kraan. Oude slangsets mogen niet op­nieuw worden gebruikt.
• Laat het water stromen tot het schoon is voordat u het apparaat aansluit op nieuwe leidingen of leidingen die lang niet zijn gebruikt.
• Zorg dat er geen lekkages zijn als u het apparaat de eerste keer gebruikt.
2.2 Gebruik
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel, elektrische schokken, brand, brandwonden en schade aan het apparaat.
• Gebruik dit apparaat uitsluitend in een huishoudelijke omgeving.
• De specificatie van het apparaat mag niet worden veranderd.
• Volg de veiligheidsinstructies op de verpakking van het vaatwasmiddel op.
• Plaats geen ontvlambare producten of items die vochtig zijn door ontvlamba­re producten in, bij of op het appa­raat.
• Zorg dat u alle metalen onderdelen uit het wasgoed verwijdert.
• Plaats geen bak om mogelijke water­lekkage op te vangen onder het appa­raat. Neem contact op met de service­dienst om te raadplegen welke acces­soires gebruikt mogen worden.
2.3 Onderhoud en reiniging
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of schade aan het apparaat.
• Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhoudshandelingen verricht.
• Gebruik geen waterstralen of stoom om het apparaat te reinigen.
• Maak het apparaat schoon met een vochtige, zachte doek. Gebruik alleen neutrale schoonmaakmiddelen. Ge­bruik geen schuurmiddelen, schuur­sponsjes, oplosmiddelen of metalen voorwerpen.
2.4 Het apparaat afvoeren
1.
Trek de stekker uit het stopcontact.
2.
Snij het netsnoer van het apparaat af en gooi dit weg.
3.
Verwijder de deurvergrendeling. Dit voorkomt dat u kinderen of huisdie­ren in de trommel opsluit. Gevaar voor verstikking (alleen bij machines met laaddeur vooraan).
3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
1
2
3
NEDERLANDS 5
98
7
10
Bedieningspaneel
1
Deksel
2
Handgreep deksel
3
Filterdeurtje
4
Hendel voor het verplaatsen van het
5
apparaat Verstelbare pootjes
6
4. ACCESSOIRES
1 2 3
4
5
6
Typeplaatje
7
Netsnoer
8
Watertoevoerklep
9
Afvoerslang
10
Transportbouten
11
Stelvoetjes
12
Plastic dopje
1
11
12
Voor het afdichten van het gat aan de achterzijde van het apparaat als u de transportbout heeft verwijderd.
Plastic slanggeleider
2
Om een afvoerslang op de rand van een gootsteen aan te sluiten.
Anti-overstroming aanvoerslang
3
Om mogelijk lekken te voorkomen.
www.aeg.com
6
5. BEDIENINGSPANEEL
1 2 3
456789
Aan-/uittoets
1
Programmaknop
2
Display (weergave)
3
Start-/pauzetoets
4
Toets Uitgestelde Start
5
Toets Tijd Besparen
6
Toets vloeibaar wasmiddel
7
Toets Centrifugeren
8
Temperatuurtoets
9
5.1 Aan/uit-toets
Druk op deze toets om het apparaat in of uit te schakelen. Er klinkt een geluid als het apparaat wordt ingeschakeld. De AUTO Stand-by functie schakelt het apparaat automatisch uit om stroom te besparen als:
5.3 Display
1
3
• Er een programma is geselecteerd, maar na 5 minuten van de instelling
nog niet op de toets is gedrukt. – Alle instellingen worden geannu-
leerd
Druk op de knop raat weer in te schakelen.
– Stel het wasprogramma en alle mo-
gelijke opties
• 5 minuten na afloop van het waspro­gramma. Raadpleeg 'Aan het einde van het programma'.
1
om het appa-
5.2 Programmaschakelaar
Draai deze knop om een programma in te stellen.
ABC
4
.
2
Op het display verschijnt:
A • De programmatijd
Als het programma start, vermindert de tijd in stappen van 1 minuut.
• De uitgestelde start Als u op de toets startuitstel drukt, toont de display de uitstelde start-
tijd.
•Alarmcodes Als er een storing in het apparaat optreedt, worden er alarmcodes op
de display weergegeven. Raadpleeg het hoofdstuk 'Probleemoplos­sing'.
•Err Het display toont dit bericht enkele seconden als: – U een functie instelt die niet van toepassing is voor het programma. – U het programma wijzigt als het in werking is.
Het lampje van de toets Start/Pauze
• Als het wasprogramma is voltooid.
B Deurvergrendeling
U kunt de deur van het apparaat niet openen als het sym­bool brandt. U kunt de deur van het apparaat openen als het symbool uit gaat.
Het symbool blijft aan, maar het programma is voltooid:
• Er staat water in de trommel.
• De functie 'Spoelstop' is aan.
C Het symbool Kinderslot
Het symbool gaat aan als u deze functie inschakelt.
5.4 Toets Start/Pauze
Druk op toets 4 om het programma te starten of te onderbreken.
5.5 Toets startuitstel
Druk op toets 5 om de start van een programma vanaf 30 minuten tot 20 uur uit te stellen.
5.6 Toets tijdbesparing
Druk op de toets 6 om de programma­tijd te verminderen.
• Druk een keer om een verkort pro­gramma in te stellen voor wasgoed met dagelijks vuil.
4
5
6
NEDERLANDS 7
4
knippert.
• Druk twee keer voor het instellen van een extra snel programma voor was­goed dat bijna niet vuil is.
Sommige programma's accepte­ren uitsluitend een van de twee functies.
5.7 Toets vloeibaar wasmiddel
7
Druk op toets 7 om de cyclus aan te passen als u een vloeibaar wasmiddel gebruikt.
5.8 Toets Centrifugeren
Druk op deze toets om:
• De maximale snelheid van de centrifu­gefase van het programma te verla­gen.
8
www.aeg.com
8
• Schakel de functie 'Spoelstop' in. Stel deze functie in om kreukvorming in stoffen te voorkomen. Het apparaat pompt geen water af als het program­ma is voltooid.
De functie 'Spoelstop' is aan.
5.9 Temperatuurtoets
Druk op knop 9 om de standaard tem­peratuur te wijzigen.
9
5.10 Functie kinderslot
Deze functie voorkomt dat kinderen spe­len met het bedieningspaneel.
• Druk om de functie te activeren, tege-
6
lijkertijd op toets dat de display het symbool
• Druk om de functie te deactiveren, te­gelijkertijd op toets totdat het symbool uitgaat.
en toets 7 tot-
toont.
6
en toets
7
U kunt de volgende functie activeren:
• Voordat u drukt op de toets Start/Pau-
4
: kan het apparaat niet starten.
ze
• Nadat u drukt op de toets Start/Pauze
4
, worden alle toetsen en de pro-
grammaschakelaar uitgeschakeld.
5.11 Permanente extra spoelfunctie
Met deze functie kunt u de extra spoel­functie permanent aan laten als u een nieuw programma instelt.
• Druk om de functie te activeren, tege-
5
lijkertijd op toets dat het lampje
• Druk om de functie te deactiveren, te­gelijkertijd op toets totdat het lampje uit is.
en toets 6 tot-
brandt.
5
en toets
6
6. WASPROGRAMMA'S
Programma Temperatuur
Cotton (Katoen) (Katoen -Blanc/ Couleurs) 95° - Koud
Katoen + Voorwas (Katoen + Voorwas
- Blanc/Couleurs + Prélavage) 95° - Koud
Type lading max. gewicht van belading
Wit en bont katoen, normaal vervuild. max. 6 kg
Wit en bont katoen, zwaar vervuild. max. 6 kg
Cyclus­beschrijving
Wassen Spoelingen Lang centrifu­geren
Voorwas Wassen Spoelingen Lang centrifu­geren
Functies
AANPASSEN TOERENTAL SPOELSTOP VLOEIBAAR WASMIDDEL EXTRA SPOE­LING
Tijd Besparen AANPASSEN
TOERENTAL SPOELSTOP VLOEIBAAR WASMIDDEL EXTRA SPOE­LING
Tijd Besparen
1)
1)
NEDERLANDS 9
Programma Temperatuur
Katoen + Vlekken (Katoen + Vlekken ­Cotton + Taches) 95° - 40°
synthetische stof­fen (Synthetica - Syn­thétiques) 60° - Koud
Extra spoeling (Strijkvrij - Repassa-
ge Facile)
2)
60° - Koud
Fijne Was (Fijne Was - Déli­cats) 40° - Koud
Wol/Zijde (Wol/Zijde - Laine/ Soie) 40° - Koud
Centrifugeren (Centrifugeren - Es-
3)
sorage)
Type lading max. gewicht van
Cyclus­beschrijving
belading
max. 6 kg Wassen
Spoelingen Lang centrifu­geren
Synthetische of ge­mengde stoffen, normaal vervuild. max. 2,5 kg
Synthetica, normaal vervuild. max. 1 kg
Wassen Spoelingen Kort centrifu­geren
Wassen Spoelingen Kort centrifu­geren
Fijn wasgoed zoals acryl, viscose, poly­ester stoffen, nor­maal vervuild.
Wassen Spoelingen Kort centrifu­geren
max. 2,5 kg
In de machine was­bare wol. Met de hand wasbare wol en fijn wasgoed met
Wassen Spoelingen Kort centrifu-
geren het symbool 'hand­was'. max. 1 kg
Alle stoffen De maximale bela­ding van wasgoed is afhankelijk van het type wasgoed.
Afvoer van het
water
Centrifugefase
op de maxi-
male snelheid.
Functies
AANPASSEN TOERENTAL SPOELSTOP VLOEIBAAR WASMIDDEL EXTRA SPOE­LING
Tijd Besparen AANPASSEN
TOERENTAL SPOELSTOP VLOEIBAAR WASMIDDEL EXTRA SPOE­LING
Tijd Besparen AANPASSEN
TOERENTAL SPOELSTOP VLOEIBAAR WASMIDDEL EXTRA SPOE­LING
Tijd Besparen AANPASSEN
TOERENTAL SPOELSTOP VLOEIBAAR WASMIDDEL EXTRA SPOE­LING
Tijd Besparen AANPASSEN
TOERENTAL SPOELSTOP VLOEIBAAR WASMIDDEL
AANPASSEN TOERENTAL
1)
1)
1)
1)
www.aeg.com
10
Programma Temperatuur
Waterafvoer (Pompen - Vidan­ge)
Spoelen (Spoelen - Rinçage)
Gordijnen (Gordijnen - Ri­deaux) 40° - Koud
Jeans 60° - Koud
20 min. - 3 kg 40° - 30°
Katoen Eco (Ka­toen/Coton)
60° - 40°
Type lading max. gewicht van
Cyclus-
beschrijving belading
Alle stoffen De maximale bela-
Afvoer van het
water ding van wasgoed is afhankelijk van het type wasgoed.
Handwasartikelen. Spoelingen
Lang centrifu-
geren
Stel dit programma in om gordijnen te wassen. Er wordt au­tomatisch een voor­wasfase toegevoegd
Voorwas
Wassen
Spoelingen
Kort centrifu-
geren om het stof uit de gordijnen te reini­gen. Voeg geen wasmid­del aan het voorwas­vakje toe. max. 2,5 kg
Alle wasgoed van spijkerstof. Stoffen van jersey met hi­techmaterialen.
Wassen
Spoelingen
Kort centrifu-
geren max. 3 kg
Katoenen en synthe­tische kleding met lichte vervuiling of slechts eenmaal ge-
Wassen
Spoelingen
Kort centrifu-
geren dragen.
Wit en bont katoen,
4)
normaal vervuild. max. 6 kg
Wassen
Spoelingen
Lang centrifu-
geren
Functies
AANPASSEN TOERENTAL SPOELSTOP VLOEIBAAR WASMIDDEL EXTRA SPOE­LING
AANPASSEN TOERENTAL SPOELSTOP VLOEIBAAR WASMIDDEL EXTRA SPOE­LING
AANPASSEN TOERENTAL SPOELSTOP VLOEIBAAR WASMIDDEL EXTRA SPOE­LING
Tijd Besparen AANPASSEN
TOERENTAL VLOEIBAAR WASMIDDEL
AANPASSEN TOERENTAL SPOELSTOP VLOEIBAAR WASMIDDEL EXTRA SPOE­LING
Tijd Besparen
1)
1)
NEDERLANDS 11
1)
Als u twee keer op de toets 6 drukt (functie Supersnel ingesteld), raden wij u aan om de hoeveelheid wasgoed te verkleinen. Het is mogelijk om de volledige lading te gebruiken, maar een goed wasresultaat kan niet worden gegarandeerd.
2)
De was- en centrifugefase is zacht om te voorkomen dat het wasgoed gaat kreuken. De wasautomaat voegt extra spoelingen toe.
3)
De standaardfase van de centrifugeersnelheid is gebaseerd op katoenen wasgoed. Stel de centrifugeersnelheid in. Zorg ervoor dat het geschikt is voor het soort wasgoed.
4)
Standaardprogramma's voor de Energielabel verbruikswaarden. Volgens de regulering 1061/2010 zijn de “Katoen Eco 60° C” en “Katoen Eco 40° C” respectievelijk het “standaard 60° Ckatoenprogramma” en het “standaard 40° C katoenprogramma”. Dit zijn de meest efficiënte programma's qua elektriciteits- en waterverbruik bij het wassen van normaal vervuild katoenen wasgoed. Stel dit programma in voor een goed wasresultaat en om het stroomverbruik te verlagen. De tijd van het wasprogramma wordt verlengd. Voor Economy katoenprogramma's kunt u alleen de functie Extra kort instellen.
6.1 Woolmark-certificaat
De wolwascyclus van de machine is goedgekeurd door Woolmark voor het wassen van Woolmark producten die in
de machine gewassen kunnen worden, onder voorwaarde dat de kledingstuk­ken worden gewassen volgens de in­structies op het label in het kledingstuk en die van de fabrikant van deze wasma­chine M1027 In het VK, Ierland, Hong Kong en India is het Woolmark-symbool is een certifice­ringshandelsmerk. ©The Woolmark Company Pty Ltd.
7. VERBRUIKSGEGEVENS
De gegevens van deze tabel zijn gemiddelden. Verschillende oorzaken kun­nen de gegevens wijzigen: de hoeveelheid en het type wasgoed, het water en de omgevingstemperatuur.
Program-
ma’s
Katoen 60 °C 6 1.20 55 150 53 Katoen 40 °C 6 0.70 55 120 53 Synthetische
stoffen 40 °C Fijne was 40
°C Wol/Hand-
was 30 °C
Standaard katoenprogramma's
La-
ding
Energiever­bruik (kWh)
(kg)
2.5 0.55 45 103 35
2.5 0.50 45 80 35
1 0.35 50 70 30
Waterver-
bruik (liter)
Gemiddel-
de pro-
gramma-
duur (minu-
ten)
Resterend
vocht
1)
(%)
www.aeg.com
12
Program-
ma’s
La-
ding
(kg)
Energiever­bruik (kWh)
Waterver-
bruik (liter)
Gemiddel-
de pro-
gramma-
Resterend
duur (minu-
ten)
Standaard 60 °C katoen
Standaard 60 °C katoen
Standaard 40 °C katoen
1)
Aan het einde van de centrifugeerfase.
6 1.09 46 249 53
3 0.80 41 159 53
3 0.67 42 146 53
Uit-modus (W) Modus aan laten (W)
0.48 0.48
De gegevens in de bovenstaande grafieken zijn in overeenstemming met de regelgeving 1015/2010 van de EU Commissie die richtlijn 2009/125/EC imple­menteer.
8. VOORDAT U HET APPARAAT VOOR DE EERSTE KEER GEBRUIKT
Giet een klein beetje wasmiddel in het vakje van het hoofdwasmiddel van de wasmiddellade. Stel het programma voor katoen in op de hoogste tempera-
tuur zonder wasgoed en start het pro­gramma. Dit verwijdert al het mogelijke vuil uit de trommel en de kuip.
vocht
1)
(%)
9. BEDIENING VAN HET APPARAAT
1.
Draai de waterkraan open.
2.
Steek de stekker in het stopcontact.
3.
Druk op toets 1 om het apparaat in te schakelen.
4.
Plaats het wasgoed in de machine.
5.
Gebruik de juiste hoeveelheid was­middelen en toevoegingen.
6.
U dient het juiste programma in te stellen en te starten voor het type la­ding en de mate van vervuiling.
9.1 Wasgoed in de machine doen
1.
Open het deksel van de machine
A
2.
Druk op toets A (afhankelijk van mo­del). De trommel gaat automatisch open.
3.
Leg het wasgoed in de trommel. Zorg ervoor dat u niet te veel was in de trommel plaatst.
4.
Sluit de trommel en de klep van uw wasautomaat.
Voordat u de deur van de machi­ne sluit, dient u erop te letten dat de trommel goed is geslo­ten.
9.2 Wasmiddel en toevoegingen gebruiken
• Meet het wasmiddel en wasverzachter af.
Wasmiddelvakje voor voorwasfase. De aanduiding MAX is het maximale niveau voor de hoeveel­heid wasmiddel (poeder of vloeibaar).
Wasmiddelvakje voor wasfase. De aanduiding MAX is het maximale niveau voor de hoeveel­heid wasmiddel (poeder of vloeibaar).
Vakje voor vloeibare toevoegingen (wasverzachter, stijfsel).
M
Het teken len.
Klep voor waspoeder of vloeibaar wasmiddel.
is het maximale niveau voor vloeibare wasmidde-
NEDERLANDS 13
Vloeibaar wasmiddel of poeder
1.
CLICK
2.
A
www.aeg.com
14
3.
CLICK
• Positie A voor poederwasmiddel (fabrieksinstelling).
• Positie B voor vloeibaar wasmiddel.
Wanneer u vloeibaar wasmiddel gebruikt:
– Gebruik geen gelatineachtige of dikke vloeibare wasmiddelen. – Gebruik niet meer vloeibaar wasmiddel dan het maximale niveau.
9.3 Een programma instellen en starten
1.
Draai de programmaschakelaar.
2.
Het lampje van toets 4 knippert in het rood.
3.
De lampjes van de standaard tem­peratuur en centrifugesnelheid gaan aan. om de temperatuur en/of de centrifugesnelheid te wijzigen, drukt u op de bijbehorende toetsen.
4.
Stel de beschikbare functies in en het startuitstel. Als u op de relevante toets drukt, gaat het lampje van de ingestelde functie aan, of toont de display het bijbehorende symbool.
5.
Druk op toets 4 om het program­ma te starten. Het lampje van toets
4
brandt in het rood.
De afvoerpomp kan even werken als het apparaat gevuld wordt met water.
9.4 Een programma onderbreken
1.
Als u op de toets 4 drukt: Het indi­catielampje knippert.
2.
Als u opnieuw op toets 4 drukt. Het wasprogramma gaat verder.
4.
9.5 Een programma annuleren
1.
Draai de programmaknop op om het programma te annuleren.
2.
Zet de programmaknop op een nieuw afwasprogramma. Op dit mo­ment kunt u ook de beschikbare functies instellen.
9.6 Een functie wijzigen
U kunt slechts enkele functies wijzigen voordat ze gaan werken.
1.
Als u op de toets 4 drukt: Het indi­catielampje knippert.
2.
De ingestelde functie wijzigen.
9.7 Het startuitstel instellen
1.
Druk herhaaldelijk op toets 5 tot het aantal minuten of uren op de display verschijnt.
2.
Druk op toets 4 , het apparaat be­gint het aftellen van de uitgestelde start.
Nadat het aftelproces voltooid is, wordt het wasprogramma automa­tisch gestart.
B
Het apparaat pompt geen water weg.
Voordat u op toets 4 drukt om het apparaat te starten, kunt u de instelling van de uitgestelde start annuleren of wijzigen. U kunt de uitgestelde start niet instellen bij het Stoom program­ma.
9.8 De uitgestelde start annuleren
1.
Als u op de toets 4 drukt: Het bij­behorende indicatielampje knippert.
2.
Druk herhaaldelijk op toets 5 tot de display 0’ toont.
3.
Als u op de toets 4 drukt: Het pro­gramma wordt gestart.
9.9 Open het deksel
Als een programma of de startuitstel in werking is, is de deksel vergrendeld.
Om de deksel te openen:
1.
Als u op de toets 4 drukt: U kunt de deksel twee minuten na het stop­pen van het apparaat openen. Het deurvergrendelingssymbool in de display gaat uit.
2.
Open het deksel
3.
Sluit de deksel en druk op toets 4 . Het programma of het startuitstel gaat verder.
Als de temperatuur en het water­peil in de trommel te hoog zijn, blijft het symbool voor de deur­vergrendeling aan en kunt u het deksel niet openen. Voer zo no­dig de volgende procedure uit om het deksel te openen.
1.
Schakel het apparaat uit.
2.
Wacht enkele minuten.
3.
Zorg ervoor dat er geen wa­ter in de trommel is.
Als u het apparaat uitzet, dient u het programma opnieuw in te stellen.
9.10 Aan het einde van het programma
• Het apparaat stopt automatisch.
NEDERLANDS 15
• De geluidssignalen klinken.
In het scherm gaat het symbool aan.
• Het indicatielampje van de toets Start/
4
Pauze
• U kunt de deksel twee minuten na het stoppen van het apparaat openen. Het deurvergrendelingssymbool gaat uit.
Druk op toets te schakelen. Vijf minuten na het einde van het programma, schakelt de func­tie AUTO OFF automatisch het appa­raat uit.
• Haal het wasgoed uit het apparaat. Zorg ervoor dat de trommel leeg is.
• Laat de deur iets open staan om de vorming van schimmel en onaangena­me luchtjes te voorkomen.
• Draai de waterkraan dicht.
Het wasprogramma is voltooid, maar de functie 'Spoelstop' is aan:
– De trommel draait regelmatig om
kreukvorming van het wasgoed te voorkomen.
– De deur blijft vergrendeld. – U moet het water afvoeren om de
deur te kunnen openen.
Om het water weg te pompen:
1.
2.
3.
4.
gaat uit.
1
om het apparaat uit
Als u het apparaat weer activeert, wordt het einde van het als laat­ste ingestelde programma in het display weergegeven. Draai aan de programmaknop om een nieuwe cyclus in te stellen.
De centrifugeersnelheid zo nodig verlagen.
Druk op de toets Start/Pauze 4 . Het apparaat voert het water af en centrifugeert.
Als het programma is voltooid, gaat het deurvergrendelingssymbool uit en kunt u de deur openen
Schakel het apparaat uit.
Na ongeveer 18 uur begint het apparaat automatisch met het af­voeren van water en centrifuge­ren.
www.aeg.com
16
10. NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
10.1 Wasgoed sorteren
• Verdeel het wasgoed in: wit, bont, synthetisch, fijne was en wol.
• Volg de wasinstructies die u op de waslabels van het wasgoed vindt.
• Was witte en bonte artikelen niet sa­men.
• Sommige bonte weefsels kunnen uit­lopen als zij de eerste keer worden ge­wassen. We raden daarom aan om dit soort kleding de eerste keer dan ook apart te wassen.
• Knoop kussenslopen dicht, sluit ritsen, haakjes en drukknopen. Maak riemen vast.
• Maak alle zakken leeg en vouw alle ar­tikelen open.
• Draai meerlagige stoffen, wollen en kleding met geverfde opdrukken bin­nenstebuiten.
• Verwijder hardnekkige vlekken.
• Was delen met zware vervuiling met een speciaal wasmiddel.
• Wees voorzichtig met de gordijnen. Verwijder de haken of stop de gordij­nen in een zak of kussensloop.
• Niet in de machine wassen: – Wasgoed zonder zomen of met
scheuren – Beugelbeha's. – Gebruik een waszakje om kleine
stuk wasgoed te wassen.
• Een zeer kleine lading kan problemen veroorzaken bij de centrifugefase. Als dit gebeurt, kunt u de artikelen hand­matig verdelen in de trommel en de centrifugefase opnieuw starten.
10.2 Hardnekkige vlekken
Voor sommige vlekken is water en was­middel niet voldoende. We raden u aan om deze vlekken te ver­wijderen voordat u deze artikelen in de machine stopt. Er zijn speciale vlekverwijderaars ver­krijgbaar. Gebruik een speciale vlekver­wijderaar die geschikt is voor het type vlek en stof.
10.3 Wasmiddelen en nabehandelingsmiddelen
• Gebruik alleen wasmiddelen en nabe­handelingsproducten die bedoeld zijn voor gebruik in een wasautomaat.
• Vermeng geen verschillende soorten wasmiddel met elkaar.
• Gebruik niet meer dan de benodigde hoeveelheid wasmiddel om het milieu te beschermen.
• Volg altijd de instructies die u vindt op de verpakking van deze producten.
• Gebruik de juiste producten voor het type en de kleur stof, de programma­temperatuur en de mate van vervui­ling.
10.4 Milieutips
Gebruik minder water en energie om het milieu te helpen, volg deze instructies:
• Stel een programma in zonder de voorwasfase om wasgoed dat normaal vervuild is te wassen.
• Start een wasprogramma altijd met de maximum hoeveelheid wasgoed.
• Gebruik indien nodig een vlekkenver­wijderaar als u een programma met een lage temperatuur instelt.
• Controleer de waterhardheid om de juiste hoeveelheid wasmiddel te ge­bruiken.
10.5 Waterhardheid
Als de waterhardheid in uw gebied hoog of gemiddeld is, raden we u het gebruik van waterverzachter voor wasautomaten aan. In gebieden waar de waterhardheid zacht is, is het gebruik van een waterver­zachter niet nodig. Neem contact op met de plaatselijke waterautoriteit voor de waterhardheid in uw gebied. Volg altijd de instructies die u vindt op de verpakking van de producten. Gelijkwaardige eenheden meten de wa­terhardheid:
• Duitse graden (°dH).
• Franse graden (°TH)
• mmol/l (millimol per liter - een interna­tionale eenheid voor de hardheid van water).
Waterhardheidstabel
Niveau Type
°dH °TH mmol/l Clarke
1 zacht 0-7 0-15 0-1.5 0-9 2 medium 8-14 16-25 1.6-2.5 10-16 3 hard 15-21 26-37 2.6-3.7 17-25 4 erg hard > 21 > 37 >3.7 >25
11. ONDERHOUD EN REINIGING
NEDERLANDS 17
• Clarke-graden.
Waterhardheid
WAARSCHUWING!
Haal de stekker uit het stopcontact voor­dat u het apparaat reinigt.
11.1 Ontkalken
Het water dat wij gebruiken, bevat kalk. Als het nodig is dient u waterverzachter te gebruiken om deze kalk te verwijde­ren. Gebruik een speciaal product voor was­automaten. Volg altijd de instructies die u vindt op de verpakking van de produ­cent. Doe dit apart van het wassen van was­goed.
11.2 Buitenkant reinigen
Het apparaat alleen schoonmaken met zeep en warm water. Maak alle opper­vlakken volledig droog.
11.4 Wasmiddeldoseerbakje
Het wasmiddelbakje reinigen:
LET OP!
Gebruik geen brandspiritus, op­losmiddelen of chemische pro­ducten.
11.3 Onderhoudswasbeurt
Bij programma's met lage temperaturen is het mogelijk dat er wat wasmiddel achterblijft in de trommel. Voer regelma­tig een onderhoudswas uit. Om dit te doen:
• Haal al het wasgoed uit de trommel.
• Stel het heetste wasprogramma in voor katoen
• Gebruik de juiste hoeveelheid poe­derwasmiddel met biologische eigen­schappen.
Houd de deur enige tijd open na elke wasbeurt, om schimmels te voorkomen en onprettige geurtjes te verwijderen.
www.aeg.com
18
1.
Verwijder de wasmiddellade en maak de twee delen los.
2.
Maak alle onderdelen schoon met water.
3.
Monteer de twee delen van de was­middellade.
4.
Plaats de wasmiddellade terug.
11.5 Afvoerfilter
Controleer regelmatig het af­voerfilter en zorg dat deze schoon is.
Het afvoerfilter reinigen:
WAARSCHUWING!
• Trek de stekker uit het stop­contact.
• Verwijder het filter niet als het apparaat in gebruik is. Reinig het afvoerfilter niet als het wa­ter in de machine heet is. Het water moet koud zijn voordat u het afvoerfilter kunt reinigen.
1.
Open het afvoerfilterdeurtje.
2.
Houd een bak onder de uitsparing van het afvoerfilter om het water op te vangen dat eruit stroomt. Draai het filter naar een verticale stand.
3.
Draai het filter helemaal en haal het eruit.
4.
Verwijder alle stof en eventuele voorwerpen.
5.
Reinig het filter met water.
6.
Plaats terug en schroef vast.
7.
Zorg er voor dat het filter stevig vastzit om waterlekkage te voorko­men.
8.
Sluit het afvoerfilterdeurtje.
11.6 De filter van de toevoerslang en de klepfilter
WAARSCHUWING!
• Trek de stekker uit het stop­contact.
De watertoevoerfilters schoonmaken:
NEDERLANDS 19
1.
Draai de waterkraan dicht.
2.
Verwijder de watertoevoerslang van de kraan.
3.
Reinig het filter in de toevoerslang met een harde borstel.
4.
Verwijder de toevoerslang achter de machine.
5.
Reinig het filter in de klep met een harde borstel of een handdoek.
90˚
11.7 Noodafvoer
Het apparaat kan geen water afvoeren door een storing. Als dit optreedt, voert u stappen (1) tot (3) uit van 'Het afvoerfilter reinigen'. Maak indien nodig het filter schoon. Plaats het afvoerkanaal terug en sluit de afvoerfilterklep.
6.
Installeer de watertoevoerslang op­nieuw. Zorg er voor dat de koppe­lingen stevig vast zitten om lekkage te voorkomen.
7.
Draai de waterkraan open.
11.8 Voorzorgsmaatregelen bij vorst
Als het apparaat is geïnstalleerd in een gebied waar de temperatuur lager is dan 0 °C, dan dient u het resterende water uit de afvoerslang en de afvoerpomp te verwijderen.
www.aeg.com
20
1.
Draai de waterkraan dicht en koppel de toevoerslang los.
2.
Plaats het uiteinde van de toevoers­lang in een bak en laat het water uit de slang stromen.
3.
Selecteer het programma Pompen en laat dit tot het eind van de cyclus draaien.
4.
Draai de programmaknop naar Stop om het apparaat van de stroomvoor­ziening los te koppelen.
12. PROBLEEMOPLOSSING
5.
Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact.
WAARSCHUWING!
Zorg ervoor dat de temperatuur hoger is dan 0 °C voordat u het apparaat opnieuw gebruikt. De fabrikant is niet verantwoor­delijk voor schade die door lage temperaturen veroorzaakt is.
Het apparaat start niet of stopt tijdens het programma. Probeer eerst het probleem zelf op te lossen (zie tabel). Indien dit niet lukt, neem contact op met de service afde­ling.
Bij sommige problemen werken de geluidssignalen en toont de display een alarmcode:
- Het apparaat wordt niet gevuld
met water.
- Het apparaat pompt geen wa-
ter weg.
- De deur is open of niet goed
gesloten.
- Anti-overstromingsbeveiliging
is aan.
WAARSCHUWING!
Schakel het apparaat uit voordat u controles uitvoert.
Probleem Mogelijke oorzaak Mogelijke oplossing
Het apparaat
De waterkraan is dicht. Draai de waterkraan open. neemt geen wa­ter.
De watertoevoerslang is
beschadigd. De filters in de water-
toevoerslang zijn ver-
Controleer of de watertoevoers­lang niet is beschadigd.
Reinig de filters Zie het hoofd­stuk "Onderhoud en reiniging".
stopt. De waterkraan is ver-
Maak de waterkraan schoon. stopt of aangezet met kalkaanslag.
De aansluiting van de
watertoevoerslang is
Zorg dat de aansluiting altijd
correct is. niet correct.
De waterdruk is te laag. Neem contact op met het wa-
terleidingbedrijf.
Het apparaat pompt geen water
De waterafvoerslang is beschadigd.
Controleer of de waterafvoers-
lang niet is beschadigd.
weg.
NEDERLANDS 21
Probleem Mogelijke oorzaak Mogelijke oplossing
Het filter in de afvoer-
pomp is geblokkeerd.
Reinig het filter of maak de af-
voerpomp schoon. Zie het
hoofdstuk "Onderhoud en reini-
ging".
De aansluiting van de
waterafvoerslang is niet
Zorg dat de aansluiting altijd
correct is. correct.
Er is een wasprogram-
Stel het afvoerprogramma in. ma zonder afvoerfase ingesteld.
De functie 'Spoelstop' is
Stel het afpompprogramma in. aan.
De deur is open of
Sluit de deur goed.
niet goed geslo­ten.
Anti-overstro­mingsbeveilliging is aan.
• Schakel het apparaat uit en
trek de stekker uit het stop­contact.
• Draai de waterkraan dicht.
• Neem contact op met het ser­vicecentrum.
Het apparaat cen­trifugeert niet.
Het filter in de afvoer-
De centrifugafase is uit. Stel het centrifugeprogramma
in. Reinig het filter of maak de af-
pomp is geblokkeerd.
voerpomp schoon. Zie het hoofdstuk "Onderhoud en reini­ging".
Balansproblemen met
de waslading.
Verdeel de artikelen handmatig in de trommel en start de centri­fugefase opnieuw.
Het programma start niet.
De zekering in de me-
De stekker zit niet goed in het stopcontact.
Steek de stekker in het stopcon­tact.
Vervang de zekering.
terkast is doorgebrand. U heeft niet op toets
4
Als u op de toets 4 drukt:
gedrukt.
De uitgestelde start is
ingesteld.
Annuleer de uitgestelde start om het programma direct te starten.
Het kinderslot is geacti-
Het kinderslot uitschakelen.
veerd.
Er ligt water op de vloer.
Lekkages van de koppe­lingen van de waterslan-
Zorg dat de koppelingen goed zijn aangedraaid.
gen.
www.aeg.com
22
Probleem Mogelijke oorzaak Mogelijke oplossing
Lekkages van de afvoer-
pomp.
De waterafvoerslang is
beschadigd.
Zorg dat het filter van de afvoer­pomp goed is bevestigd.
Verzeker u ervan dat de water­toevoerslang niet is bescha­digd.
U kunt de deur van het apparaat
Het wasprogramma is bezig.
Laat het wasprogramma beëin­digen.
niet openen. Er staat water in de
trommel.
Het apparaat maakt een abnor-
Het apparaat staat niet waterpas.
Kies het programma Pompen of Centrifugeren.
Het apparaat waterpas afstellen. Raadpleeg "Installatie".
maal geluid. De verpakking en/of de
transportbouten zijn niet verwijderd.
Verwijder de verpakking en/of de transportbouten. Raadpleeg "Installatie".
De lading is erg klein. Meer wasgoed in de machine
doen.
Het apparaat vult zich met water en
Het uiteinde van de af­voerslang is te laag.
Zorg dat de afvoerslang op de
juiste hoogte staat. pompt het direct weer af.
Het wasresultaat is niet bevredigend.
Het door u gebruikte wasmiddel was niet cor-
Gebruik meer wasmiddel of ge-
bruik een ander middel.
rect of onvoldoende.
U heeft de hardnekkige
vlekken niet voor het wassen uit het wasgoed
Gebruik speciale producten om
hardnekkige vlekken te verwij-
deren.
gehaald.
Onjuiste temperatuur
ingesteld.
Te veel wasgoedbela-
ding.
Schakel het apparaat na de controle in. Het programma gaat verder vanaf het punt waar het werd onderbroken. Als het probleem opnieuw optreedt, neem dan contact op met onze service afdeling.
Zorg dat u de juiste tempera-
tuur instelt.
Verminder de hoeveelheid was-
goed.
Indien het display andere alarmcodes meldt, neem dan contact op met onze service afdeling.
Loading...
+ 50 hidden pages