AEG KMS761000M User manual

Page 1
USER MANUAL
KME761000M KMS761000M
NL Gebruiksaanwijzing
Combimagnetron
Page 2
www.aeg.com2

INHOUDSOPGAVE

1. VEILIGHEIDSINFORMATIE.........................................................................................
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN.................................................................................6
2.
3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT........................................................................8
4. BEDIENINGSPANEEL................................................................................................. 9
5. VOORDAT U HET APPARAAT VOOR DE EERSTE KEER GEBRUIKT....................11
6. DAGELIJKS GEBRUIK................................................................................................11
7. MAGNETRONSTAND...............................................................................................15
8. KLOKFUNCTIES.........................................................................................................20
9. AUTOMATISCHE PROGRAMMA'S..........................................................................21
10. GEBRUIK VAN DE ACCESSOIRES.........................................................................22
11. EXTRA FUNCTIES....................................................................................................23
12. AANWIJZINGEN EN TIPS...................................................................................... 25
13. ONDERHOUD EN REINIGING...............................................................................45
14. PROBLEEMOPLOSSING.........................................................................................46
VOOR PERFECTE RESULTATEN
Bedankt dat u voor dit AEG-product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven gemakkelijker helpen maken met functies die gewone apparaten wellicht niet hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt profiteren.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en onderhoudsinformatie:
www.aeg.com/webselfservice
Registreer uw product voor een betere service:
www.registeraeg.com
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw apparaat:
www.aeg.com/shop
KLANTENSERVICE
Gebruik altijd originele onderdelen. Als u contact opneemt met de klantenservice zorg dat u de volgende gegevens bij de hand hebt: model, productnummer, serienummer. Deze informatie wordt vermeld op het typeplaatje.
Waarschuwing / Belangrijke veiligheidsinformatie Algemene informatie en tips Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.
Page 3

1. VEILIGHEIDSINFORMATIE

Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor letsel of schade veroorzaakt door een verkeerde installatie of verkeerd gebruik. Bewaar de instructies altijd op een veilige en toegankelijke plaats voor toekomstig gebruik.

1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen

Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8
jaar en ouder en door mensen met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder toezicht staan of instructies hebben gekregen over het veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de eventuele gevaren begrijpen.
Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
Houd alle verpakking uit de buurt van kinderen en
gooi het op passende wijze weg.
Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het
apparaat als het in werking is of afkoelt. Het apparaat is heet.
Als het apparaat is voorzien van een kinderbeveiliging,
dan dient dit geactiveerd te worden.
Reiniging en onderhoud van het apparaat mag niet
worden uitgevoerd door kinderen zonder toezicht.
Kinderen van 3 jaar en jonger moeten tijdens de
werking van dit apparaat altijd uit te buurt worden gehouden.
NEDERLANDS 3

1.2 Algemene veiligheid

Alleen een erkende installatietechnicus mag het
apparaat installeren en de kabel vervangen.
WAARSCHUWING: Het apparaat en de toegankelijke
onderdelen ervan worden heet tijdens gebruik. U dient op te passen dat u de verwarmingselementen
Page 4
www.aeg.com4
niet aanraakt. Houd kinderen jonger dan 8 jaar uit de
buurt of onder permanent toezicht.
Gebruik altijd ovenhandschoenen om accessoires of
kookgerei te plaatsen of verwijderen.
Voordat u welke onderhoudshandeling dan ook
verricht, de stekker van het apparaat uit het
stopcontact trekken.
Zorg ervoor dat het apparaat is uitgeschakeld voordat
u de lamp vervangt om elektrische schokken te
voorkomen.
Gebruik geen stoomreiniger om het apparaat schoon
te maken.
Gebruik nooit agressieve reinigingsmiddelen of
scherpe metalen schrapers om de glazen deur schoon
te maken, deze kunnen krassen veroorzaken op het
oppervlak, waardoor het glas zou kunnen breken.
Als het netsnoer beschadigd is, moet de fabrikant,
een erkende serviceverlener of een gekwalificeerd
persoon deze vervangen teneinde gevaarlijke situaties
te voorkomen.
Schakel het apparaat niet in als het leeg is. Metalen
delen in de ovenruimte kunnen elektrische vonken
veroorzaken.
Tijdens bereiding in de magnetron zijn geen metalen
voedselbakjes en drinkbekers toegestaan. Deze
vereiste is niet van toepassing als de fabrikant heeft
aangegeven dat het formaat en de vorm van het
metalen voorwerp geschikt is voor bereiding in de
magnetron.
Als de deur, scharnieren/handgrepen of
deurafdichtingen zijn beschadigd, mag het apparaat
niet worden gebruikt tot hij is gerepareerd door een
vakkundig persoon.
Alleen een vakkundig persoon kan onderhouds- of
reparatiewerkzaamheden uitvoeren waarvoor de
afdekking moet worden verwijderd die beschermd
tegen blootstelling aan magnetronenergie.
Page 5
NEDERLANDS 5
Verwarm geen vloeistoffen of andere levensmiddelen
in afgesloten houders. Deze kunnen dan ontploffen.
Gebruik alleen hulpstukken die geschikt zijn voor
gebruik in de magnetron.
Let bij het opwarmen van voedsel in plastic of
papieren houders op het apparaat vanwege de mogelijkheid tot zelfontbranding.
Het apparaat is bedoeld voor het opwarmen van
voedsel en dranken. Het drogen van levensmiddelen of kleding en het opwarmen van warmhoudpads, slippers, sponzen, vochtige doekjes en dergelijke kan leiden tot letsel, zelfontbranding of brand.
Als rook wordt waargenomen, zet dan het apparaat uit
of trek de stekker uit het stopcontact en houd de deur gesloten om vlammen te doven.
Het in de magnetron opwarmen van dranken kan
ertoe leiden dat het langer duurt voordat het kookpunt wordt bereikt. Pas op als u de houder uit de magnetron haalt.
De inhoud van melkflesjes en potjes babyvoeding
moet worden geroerd of geschud en de temperatuur moet voor consumptie worden gecontroleerd om brandwonden te voorkomen.
Eieren in de schaal en hele hardgekookte eieren
mogen niet in het apparaat worden opgewarmd omdat ze dan kunnen ontploffen, zelfs nadat de magnetronverwarming is beëindigd.
Het apparaat moet regelmatig worden gereinigd en
voedselresten dienen te worden verwijderd.
Het niet schoonhouden van het apparaat kan leiden
tot beschadigingen aan het oppervlak hetgeen weer een negatief effect kan hebben op de levensduur van het apparaat wat weer kan leiden tot een gevaarlijke situatie.
Page 6
www.aeg.com6

2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN

2.1 Montage

WAARSCHUWING!
Alleen een erkende installatietechnicus mag het apparaat installeren.
• Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
Installeer en gebruik geen
beschadigd apparaat.
Volg de installatie-instructies op die
• zijn meegeleverd met het apparaat.
• Wees altijd voorzichtig bij het verplaatsen van het apparaat omdat het zwaar is. Gebruik altijd veiligheidshandschoenen en gesloten schoeisel.
• Trek het apparaat nooit aan de handgreep van zijn plaats.
• Houd de minimumafstand naar andere apparaten en units in acht.
• Zorg ervoor dat het apparaat onder en naast veilige installaties wordt geïnstalleerd.
• De zijkanten van het apparaat moeten naast apparaten of units staan van dezelfde hoogte.
• Het apparaat is uitgerust met een elektrisch koelsysteem. Het heeft elektrische stroom nodig.
2.2 Aansluiting op het
elektriciteitsnet
WAARSCHUWING!
Gevaar voor brand en elektrische schokken.
• Alle elektrische aansluitingen moeten door een gediplomeerd elektromonteur worden gemaakt.
• Dit apparaat moet worden aangesloten op een geaard stopcontact. Zorg ervoor dat de parameters op het
• vermogensplaatje overeenkomen met elektrische vermogen van de netstroom.
• Gebruik altijd een correct geïnstalleerd, schokbestendig stopcontact.
• Gebruik geen meerwegstekkers en verlengsnoeren.
• Zorg dat u de hoofdstekker en kabel niet beschadigt. Indien de voedingskabel moet worden vervangen, dan moet dit gebeuren door onze Klantenservice.
Laat de stroomkabel niet in aanraking komen met de deur van het apparaat, met name niet als deze heet is. De schokbescherming van delen
• onder stroom en geïsoleerde delen moet op zo'n manier worden bevestigd dat het niet zonder gereedschap kan worden verplaatst.
• Steek de stekker pas in het stopcontact als de installatie is voltooid. Zorg ervoor dat het netsnoer na installatie bereikbaar is.
• Sluit de stroomstekker niet aan op een losse stroomaansluiting.
• Trek niet aan het netsnoer om het apparaat los te koppelen. Trek altijd aan de stekker.
• Gebruik alleen de juiste isolatie­apparaten: stroomonderbrekers, zekeringen (schroefzekeringen moeten uit de houder worden verwijderd), aardlekschakelaars en contactgevers.
• De elektrische installatie moet een isolatieapparaat bevatten waardoor het apparaat volledig van het lichtnet afgesloten kan worden. Het isolatieapparaat moet een contactopening hebben met een minimale breedte van 3 mm.
• Dit apparaat voldoet aan de EU­richtlijnen.

2.3 Gebruik

WAARSCHUWING!
Gevaar op letsel, brandwonden, elektrische schokken of een explosie.
• Dit apparaat is uitsluitend bestemd voor huishoudelijk gebruik.
De specificatie van het apparaat mag niet worden veranderd. Zorg ervoor dat de
• ventilatieopeningen niet geblokkeerd zijn.
• Laat het apparaat tijdens het gebruik niet onbeheerd achter.
Page 7
NEDERLANDS 7
• Schakel het apparaat telkens na gebruik uit.
Wees voorzichtig met het openen van de deur van het apparaat als het apparaat aan staat. Er kan hete lucht ontsnappen. Bedien het apparaat niet met natte
• handen of als het contact maakt met water.
• Oefen geen kracht uit op een geopende deur.
• Het apparaat mag niet worden gebruikt als werkblad of aanrecht.
• Open de deur van het apparaat voorzichtig. Als u alcoholische toevoegingen gebruikt, kan er alcohol-luchtmengsel ontstaan.
• Houd vonken of open vlammen uit de buurt van het apparaat bij het openen van de deur.
• Plaats geen ontvlambare producten of gerechten die vochtig zijn gemaakt met ontvlambare producten in, bij of op het apparaat.
• De magnetronfunctie mag niet worden gebruikt om de oven voor te verwarmen.
WAARSCHUWING!
Risico op schade aan het apparaat.
• Om schade of verkleuring van het email te voorkomen:
– leg geen aluminiumfolie op de
bodem van de ruimte in het apparaat.
plaats geen water direct in het hete apparaat.
– haal vochthoudende schotels en
eten uit het apparaat als u klaar bent met koken.
– wees voorzichtig bij het
verwijderen of bevestigen van accessoires.
• Verkleuring van het email of roestvrij staal is niet van invloed op de werking van het apparaat.
• Gebruik een diepe pan voor vochtige taarten. Fruitsappen kunnen permanente vlekken maken.
• Dit apparaat is uitsluitend bestemd om mee te koken. Het mag niet worden gebruikt voor andere doeleinden, zoals het verwarmen van een kamer.
• Alle bereidingen moeten worden uitgevoerd met gesloten ovendeur.
• Als het apparaat achter een meubelpaneel gemonteerd is (bijv. een deur), zorg er dan voor dat de deur nooit gesloten is als het apparaat in werking is. Warmte en vocht kunnen achter een gesloten meubelpaneel ophopen en schade aan het apparaat, de behuizing of de vloer veroorzaken. Sluit het meubelpaneel niet tot het apparaat volledig afgekoeld is na gebruik.
2.4

Onderhoud en reiniging

WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel, brand en schade aan het apparaat.
• Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhoudshandelingen verricht.
Zorg ervoor dat het apparaat is afgekoeld. Er bestaat een risico dat de glasplaten kunnen breken. Vervang direct de glazen deurpanelen
• als deze beschadigd zijn. Neem contact op met een erkend servicecentrum.
• Zorg ervoor dat de ovenruimte en de deur na elk gebruik worden afgeveegd. Stoom geproduceerd tijdens de werking van het apparaat condenseert op de wanden en kan roest veroorzaken.
• Reinig het apparaat regelmatig om te voorkomen dat het materiaal van het oppervlak achteruitgaat.
• Vet en voedsel dat in het apparaat achterblijft kan brand en een vlamboog veroorzaken als de magnetronfunctie in werking wordt gezet.
• Reinig het apparaat met een vochtige zachte doek. Gebruik alleen neutrale reinigingsmiddelen. Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes, oplosmiddelen of metalen voorwerpen.
• Raadpleeg, als u een ovenspray gebruikt, eerst de aanwijzingen op de verpakking.
• Reinig niet het katalytisch email (indien van toepassing) met een schoonmaakmiddel.
Page 8
1 2
8
4
3
1
2
3
6
4
5
7
www.aeg.com8

2.5 Binnenverlichting

De gloeilampen of halogeenlampen in dit apparaat zijn uitsluitend bedoeld voor gebruik in huishoudelijke apparaten. Gebruik deze niet voor andere doeleinden.
WAARSCHUWING!
Gevaar voor elektrische schokken!
• Voordat u het lampje vervangt, dient u de stekker van het apparaat uit het stopcontact te halen.
• Gebruik alleen lampjes met dezelfde specificaties.
2.6

Verwijdering

WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of verstikking.

BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT

3.
• Haal de stekker uit het stopcontact.

2.7 Servicedienst

• Neem contact op met een erkende
• Gebruik uitsluitend originele

3.1 Algemeen overzicht

1 2 3 4 5 6 7 8
Snijd het netsnoer vlak bij het apparaat af en gooi het weg. Verwijder de deurvergrendeling om te voorkomen dat kinderen of huisdieren binnen in het apparaat vast komen te zitten.
servicedienst voor reparatie van het apparaat.
reserveonderdelen.
Bedieningspaneel Elektronische tijdschakelklok Verwarmingselement Magnetrongenerator Lampje Ventilator Verwijderbare inschuifrail Roosterhoogtes

3.2 Accessoires

Bakrooster
Voor kookgerei, bak- en braadvormen.
Bakplaat
Voor gebak en koekjes.
Page 9
21 3 4 5 8 9 10 1176
NEDERLANDS 9
Grill-/braadpan

4. BEDIENINGSPANEEL

4.1 Elektronische tijdschakelklok

Gebruik de tiptoetsen om het apparaat te bedienen.
Tiptoets Functie Opmerking
1
2
- Weergave Toont de huidige instellingen van het apparaat.
AAN / UIT Het apparaat in- en uitschakelen.
Voor braden en roosteren of als pan om vet op te vangen
Verwarmingsfunc­ties of Kook- En
3
Bakassistent
Magnetronfunctie Het inschakelen van de magnetronfunctie. Te ge-
4
Temperatuurkeu-zeOm de temperatuur in te stellen of om de huidige
5
Raak om een verwarmingsfunctie of het menu te kiezen de tiptoets eenmaal aan: Kook- En Bakas­sistent. Raak de tiptoets weer aan om tussen de menu's te schakelen: Verwarmingsfuncties, Kook­En Bakassistent. Raak het veld 3 seconden aan om het licht in of uit te schakelen.
bruiken als het apparaat is uitgeschakeld. Wan­neer u de magnetron gebruikt met de functie: Duur gedurende meer dan 7 minuten en in de Combi-stand, kan het vermogen niet hoger zijn dan 600 W.
temperatuur in het apparaat te tonen. Raak het veld 3 seconden aan om de functie in of uit te schakelen: Snel opwarmen.
Page 10
A
DE
B C
www.aeg.com10
Tiptoets Functie Opmerking
6
Toets omlaag Omlaag gaan in het menu.
7
8
9
10
11
Toets omhoog Omhoog gaan in het menu.
OK/Magnetron snelle start
Toets op de ach­terkant
Tijd en overige functies
Kookwekker Om de volgende functie in te stellen: Kookwekker.
De selectie of instelling bevestigen. Het inschake­len van de magnetronfunctie. Te gebruiken als het apparaat is uitgeschakeld.
Om één niveau terug te gaan in het menu. Raak het veld 3 seconden aan om het hoofdmenu weer te geven.
Verschillende functies instellen. Als een verwarm­functie in werking is, raakt u de tiptoets aan om de timer of de functies in te stellen: Toetsblokkering, Favoriet, Heat+Hold, Set + Go.

4.2 Display

Andere indicaties op het display:
Symbool Functie
Kookwekker De functie werkt.
A. Verwarmingsfunctie of
magnetronfunctie
B. Instellen dagtijd C. Indicatielampje bij voorverwarmen D. Temperatuur of vermogen in de
magnetron
E. Duur of eindtijd van een functie
Instellen dagtijd Het display geeft de huidige tijd aan.
Duur Het display geeft de benodigde kook-
tijd weer.
Eindtijd Het display geeft aan wanneer de
kooktijd voorbij is.
Huishoudelijk Het display toont de temperatuur.
Page 11
NEDERLANDS 11
Symbool Functie
Tijdsindicatie Er wordt weergegeven hoe lang een
verwarmingsfunctie in werking is. Druk tegelijkertijd op en om de tijd
te resetten.
Controlelampje bij voor­verwarmen
Indicatielampje Snelver­hitting
Automatisch Wegen Het display geeft weer dat het auto-
Heat+Hold De functie is actief.
Het display geeft de temperatuur in het apparaat aan.
De functie is actief. Het verkort de op­warmtijd.
matische weegsysteem actief is of dat het gewicht kan worden gewijzigd.

5. VOORDAT U HET APPARAAT VOOR DE EERSTE KEER GEBRUIKT

WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.

5.1 Eerste reiniging

Verwijder all accessoires en verwijderbare inschuifrails uit het apparaat.
Zie het hoofdstuk 'Onderhoud en reiniging'.
Reinig het apparaat en de accessoires voor het eerste gebruik.

6. DAGELIJKS GEBRUIK

WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.

6.1 Door de menu's navigeren

1. Schakel het apparaat in.
2. Druk op of om de menu-
optie te selecteren.
Zet de accessoires en verwijderbare inschuifrails terug in de beginstand.

5.2 Eerste aansluiting

Wanneer u het apparaat op het stopcontact aansluit of na een stroomstoring moet u de taal, het contrast, de helderheid en de tijd instellen.
1. Druk op of om de waarde in
te stellen.
2. Druk op om te bevestigen.
3. Druk op om naar het submenu te
gaan of de instelling te accepteren.
U kunt te allen tijde terugkeren naar het
hoofdmenu met .
Page 12
www.aeg.com12

6.2 Een overzicht van de menu's

Hoofdmenu
Sym­bool
Submenu voor: Basis Instellingen
Sym­bool
Menu-item Applicatie
Verwarmingsfuncties Bestaat uit een lijst met verwarmingsfuncties.
Kook- En Bakassistent Bestaat uit een lijst met automatische program-
Basis Instellingen Wordt gebruikt voor het instellen van de appa-
Favoriet Bestaat uit een lijst met favoriete bereidingspro-
Speciaal Bestaat uit een lijst met extra verwarmingsfunc-
Submenu Beschrijving
Instellen dagtijd Stel de dagtijd in.
Tijdsindicatie Als het apparaat AAN staat, geeft het display de
Snel opwarmen Indien AAN verkort de functie de opwarmtijd.
ma's.
raatconfiguratie.
gramma's die door de gebruiker zijn gemaakt.
ties.
huidige tijd weer wanneer u het apparaat uitscha­kelt.
Set + Go Om een functie in te stellen en later te activeren
door op een symbool op het bedieningspaneel te drukken.
Heat+Hold Houdt het bereide voedsel warm gedurende 30
minuten nadat de kookcyclus voltooid is.
Verleng Tijd Schakelt de functie Tijd verlengen in en uit.
Contrast Pas het contrast van het display in stappen aan.
Helderheid Pas de helderheid van het display in stappen aan.
Taal Stelt de taal voor het display in.
Geluidsvolume Pas het volume van de druktonen en signalen
stapsgewijs aan.
Toetsvolume Schakelt de toon van de aanraakvelden aan en
uit. Het geluid van de tiptoets AAN/UIT kan niet worden uitgeschakeld.
Page 13
NEDERLANDS 13
Sym­bool
Submenu Beschrijving
Alarmtoon Schakelt de alarmtoon in en uit.
DEMO modus Activerings-/deactiveringscode: 2468
Service Toont de softwareversie en -configuratie.
Fabrieksinstelling Zet alle instellingen terug op de fabrieksinstelling.

6.3 Verwarmingsfuncties

Verwarmingsfunctie Applicatie
Multi Hetelucht Om op 2 rekstanden te bakken en tegelijk voed-
sel te drogen.Stel de temperatuur 20 - 40°C lager in dan voor de functie: Boven + Onderwarmte.
Pizza Hetelucht Om gerechten op één niveau te bakken met in-
tensief bruineren en een krokantere korst. Stel de temperatuur 20 - 40°C lager in dan voor de func­tie: Boven + Onderwarmte.
Boven + Onderwarmte Voor het bakken en braden op een ovenniveau.
Bevroren Gerechten Om kant-en-klaar-gerechten zoals patat, aardap-
pelpartjes of loempia's krokant te maken.
Grill Om plat voedsel te grillen en brood te roosteren.
Circulatiegrill Voor het bakken van taarten met een knapperige
bodem en het inmaken van voedsel.
Onderwarmte Voor het bakken van taarten met een knapperige
bodem en het inmaken van voedsel.
De verlichting kan tijdens sommige ovenfuncties automatisch uitschakelen als de temperatuur onder de 60°C komt.
Page 14
www.aeg.com14

6.4 Speciaal

Verwarmingsfunctie Applicatie
Warmhouden Om het voedsel warm te houden.
Borden Warmen Om borden voor het serveren op te warmen.
Inmaken Voor de inmaak van groenten zoals augurken.
Drogen Voor het drogen van gesneden fruit (zoals appels,
Deeg Laten Rijzen Voor het beheerst laten rijzen van deeg voordat
pruimen, perziken) en groenten (zoals tomaten, courgette of champignons).
het wordt gebakken.
Lage Temperatuur Ga­ren
Brood Om brood te bakken.
Ontdooien Deze functie kan gebruikt worden om bevroren
Voor het bereiden van mals en sappig braadvlees.
voedsel te ontdooien zoals groente en fruit. De ontdooitijd hangt af van de hoeveelheid en dikte van het voedsel.
6.5 Een verwarmingsfunctie
starten
1. Schakel het apparaat in.
2. Selecteer het menu:
Verwarmingsfuncties.
3. Druk op om te bevestigen.
4. Selecteer een ovenfunctie.
5. Druk op
6. Stel de temperatuur in.
7. Druk op om te bevestigen.
om te bevestigen.
6.6 Controlelampje bij
voorverwarmen
Wanneer u een verwarmingsfunctie inschakelt, gaat het balkje op het display branden. Het balkje geeft aan dat de oventemperatuur toeneemt. Als de temperatuur bereikt is, zoemt de zoemer 3 maal en knippert de balk om vervolgens te verdwijnen.

6.7 Indicatielampje Snelverhitting

Deze functie verkort de opwarmtijd.
Leg geen voedsel in de oven wanneer de functie Snel opwarmen is ingeschakeld.
Als u de functie wilt activeren, houdt u
3 seconden ingedrukt. Het
indicatielampje voorverwarmen wisselt.

6.8 Restwarmte

Wanneer u het apparaat uitschakelt, geeft het display de restwarmte aan. U kunt de warmte gebruiken om het eten warm te houden.
Page 15
NEDERLANDS 15

6.9 Energie besparen

Dit apparaat bevat functies die u helpen energie te besparen tijdens het dagelijks koken.
Algemene tips
Zorg ervoor dat de ovendeur goed is gesloten als het apparaat werkt en houd de deur tijdens de bereiding zo veel mogelijk gesloten.
Gebruik metalen schalen om meer energie te besparen, maar alleen als u geen magnetronfunctie gebruikt.
Indien mogelijk de oven niet voorverwarmen voordat u er voedsel in plaatst.
Verlaag bij een bereidingsduur langer dan 30 minuten de oventemperatuur met minimaal 3 - 10 minuten, afhankelijk van de bereidingsduur voordat de kooktijd verstrijkt. De restwarmte in de oven zorgt ervoor dat het gerecht wordt voltooid.
U kunt de restwarmte gebruiken om andere maaltijden op te warmen.

7. MAGNETRONSTAND

Bereiding met hete lucht
Gebruik indien mogelijk de bereidingsfuncties met hete lucht om energie te besparen.
Restwarmte
Bij sommige ovenfuncties worden, als een programma met selectie Duur of Eindtijd in werking is en de bereidingstijd langer is dan 30 minuten, de verwarmingselementen automatisch 10% eerder uitgeschakeld.
De lamp en ventilator blijven wel werken.
Eten warm houden
Kies de laagst mogelijke temperatuurinstelling om de restwarmte te gebruiken en een maaltijd warm te houden. Het display toont de restwarmteaanduiding of -temperatuur.
Koken met de verlichting uitgeschakeld
Deactiveer de verlichting tijdens de bereiding en activeer ze enkel indien nodig.

7.1 Magnetron

Algemeen:
LET OP!
Stel het apparaat nooit in werking als er zich geen voedsel in bevindt.
• Laat het voedsel na het uitschakelen van het apparaat enkele minuten rusten. Zie de magnetronbereidingstabellen: rusttijd.
Verwijder de verpakking van aluminiumfolie, metalen bakjes, enz. voordat u het voedsel bereidt. Het wordt niet aanbevolen in de
• magnetronstand meer dan een niveau te gebruiken.
• Leg het voedsel op een bord en zet het indien niet anders aangegeven op de bodem van de ruimte.
• Roer, indien mogelijk, altijd het voedsel door voor het opdienen.
Bakken:
• Kook het eten zo mogelijk bedekt met materiaal dat geschikt is voor gebruik in de magnetron. Bereid voedsel slechts zonder het te bedekken als u een korst wilt behouden.
• Zorg dat u de gerechten niet te lang kookt, door het vermogen en de tijd te hoog in te stellen. Het voedsel kan uitdrogen, verbranden of op sommige plekken hard worden.
• Gebruik het apparaat niet om eieren in hun schaal en slakken te bereiden, omdat ze kunnen barsten. Bij gebakken eieren, moet u het eigeel eerst doorprikken.
• Prik eten met 'vel' of 'schil', zoals aardappelen, tomaten, worstjes, een paar keer met een vork in voordat u het in de magnetron plaatst, zodat het eten niet barst.
• Voor gekoeld of bevroren eten is een langere bereidingstijd nodig.
Page 16
www.aeg.com16
• Gerechten met saus moeten van tijd tot tijd worden geroerd.
Draai grotere stukken halverwege de bereidingstijd om. Snij groenten zo mogelijk in stukjes
• van gelijke grootte.
• Gebruik platte, brede schalen of
Fruit, groenten ontdooien:
• Als fruit en groenten rauw moeten
borden.
• Gebruik geen kookgerei gemaakt van porselein, keramisch materiaal of aardewerk met kleine gaatjes, bijv. op
• U kunt een hoger
handgrepen. Er kan vocht in de openingen komen, waardoor het kookgerei bij verhitting kan barsten.
Vlees, gevogelte, vis ontdooien:
• Plaats het bevroren, uitgepakte
Kant-en-klaarmaaltijden:
• Kant-en-klaarmaaltijden in metalen
voedsel op een klein omgekeerd bord met een bakje eronder of op een ontdooirek of plastic zeef, zodat de dooivloeistof kan weglopen.
• Draai het voedsel halverwege de ontdooitijd om. Verdeel de stukken zo mogelijk opnieuw en verwijder de
• U moet de op de verpakking
stukken die al zijn ontdooid.
Boter, gebakjes, kwark ontdooien:
• Ontdooi nooit volledig in het apparaat, maar laat geheel ontdooien bij kamertemperatuur. Dit geeft een

7.2 Geschikt kookgerei en materialen

meer gelijkmatig resultaat. Verwijder metalen of aluminium verpakking of onderdelen volledig voordat u begint te ontdooien.
blijven, ontdooi ze niet in het apparaat maar laat ze geheel ontdooien bij kamertemperatuur.
magnetronvermogen gebruiken om fruit en groenten te bereiden zonder ze eerst te ontdooien.
verpakking of plastic bakjes met metalen afdekking mogen alleen in de magnetron worden ontdooid of verwarmd, als ze speciaal zijn voorbestemd voor gebruik in de magnetron.
afgedrukte instructies van de fabrikant opvolgen (bijv. metalen afdekking verwijderen en plastic folie doorprikken).
Materiaal van de pannen Magnetron Grill
Ovenbestendig glas en porselein zonder metalen onderdelen, bijv. hit­tebestendig glas
Niet-ovenbestendig glas en porse-
1)
lein
Glas en glaskeramiek van ovenbe­stendig / diepvriesbestendig materi­aal
Keramisch2), aardewerk
Hittebestendig plastic tot 200 °C
Karton, papier
2)
3)
Ontdooi-enOpwar-
men
X X X
X X X
Koken
X
X
Page 17
NEDERLANDS 17
Materiaal van de pannen Magnetron Grill
Ontdooi-enOpwar-
Koken
men
Huishoudfolie
X X X
Bakpapier met magnetronveilige af-
3)
dichting
Ovenschotels gemaakt van metaal,
X X X
X
d.w.z. emaille, gietijzer
Bakvormen, zwarte lak of siliconen-
3)
laag
X X X
Bakplaat X X X
Bakrooster X X X
Kookgerei voor magnetrongebruik,
X X
bijv. pan voor knapperige gerechten
Kant-en-klare maaltijden in de ver-
3)
pakking
1)
Zonder zilveren, gouden, platinum of metalen laag/versieringen.
2)
Zonder quartz of metalen onderdelen, of glas dat metalen bevat
3)
U dient de instructies van de fabrikant over de maximum temperaturen na te leven.

7.3 Tips voor de magnetron

Resultaat Oplossing
U kunt de gegevens over de hoeveel­heid voedselbereiding niet vinden.
Het voedsel is na bereiding te droog. Stel een kortere bereidingstijd in of selecteer een
Het eten is nog steeds niet ontdooid, heet of gekookt nadat de bereidings­tijd is verstreken.
Vind details voor gelijkaardige soorten voedsel. Verhoog of verlaag de bereidingstijd aan de hand van deze richtlijn: verdubbel de hoeveel­heid - ca. verdubbeling van de bereidingstijd, hal­veer de hoeveelheid - halveer de tijd.
lagere magnetronstand en bedek het voedsel met een geschikt materiaal voor gebruik in een magnetron.
Stel een langere bereidingstijd in of selecteer een hoger magnetronvermogen. Denk eraan dat voor grotere gerechten er een langere bereidingstijd nodig is. Roer het voedsel om tijdens de berei­ding.
Page 18
www.aeg.com18
Resultaat Oplossing
Als de bereidingstijd is verstreken, is het eten aan de rand verbrand, maar in het midden nog steeds niet gaar.
Kies de volgende keer een lager vermogen en een langere bereidingstijd. Roer vloeistoffen hal­verwege de bereidingstijd even door, bijv. soe­pen.
Overige zaken om rekening mee te houden...
• Voedsel heeft verschillende vormen en eigenschappen. Het wordt bereid in verschillende hoeveelheden. Om deze reden kan de benodigde tijd en het vermogen voor ontdooien, verwarmen of bereiden variëren. Als grove richtlijn:
dubbele hoeveelheid
- ca. dubbele bereidingstijd.
• De magnetron creëert de warmte direct in het voedsel. Daarom kunnen niet alle plaatsen tegelijkertijd worden verwarmd. U dient de verwarmde
bijzonder bij grotere hoeveelheden voedsel.
• De rusttijd wordt in de tabellen
gegeven. Laat het eten rusten, in het apparaat of erbuiten, zodat de warmte gelijkmatiger wordt verdeeld.
• Pas het vermogen aan naargelang de hoeveelheid voedsel. Een hoog vermogen kan een kleine hoeveelheid voedsel doen aanbranden of vonken opwekken als u de accessoires gebruikt.
• U krijgt betere resultaten met rijst als u een platte, brede schaal gebruikt.
schotels te roeren en draaien, in het

7.4 Magnetronfuncties

Functies Omschrijving
Magnetron Creëert de warmte direct in het eten. Gebruik de magnetron voor
het verwarmen van kant-en-klare maaltijden en drankjes, het ont­dooien van vlees of fruit en het bereiden van groenten en vis.
Combi Gebruik het om de verwarmingsfunctie en de magnetronmodus te-
gelijkertijd te gebruiken. Om gerechten korter te bereiden en tege­lijkertijd een bruin korstje te geven. Het maximum vermogen voor deze functie is 600 W
Snelle start Voor het inschakelen van de magnetronfunctie wanneer het appa-
raat uit staat. Met een druk op het symbool vermogen van de magnetron gebruikt. Werkt: 30 seconden inge­drukt
wordt het maximale

7.5 De magnetronfunctie instellen

1. Schakel het apparaat in.
2. Gebruik om de magnetronfunctie
in te schakelen.
3. Tik op . De functie: Duur wordt
ingesteld op 30 seconden en de magnetron gaat in werking.
Elke keer dat u aanraakt, worden er 30 seconden aan de duur van de magnetron toegevoegd. Duur.
Als u niet aanraakt, schakelt het apparaat na 20 seconden uit.
4. Tik op om de volgende functie in
te stellen: Duur. Zie de paragraaf "De klok instellen".
Page 19
NEDERLANDS 19
Wanneer de tijd van de functie: Duur langer is dan 7 minuten, wordt het vermogen van de magnetron verlaagd naar 600 W.
De maximale tijdinstelling van de functie: Duur is 90 minuten.
U kunt het magnetronvermogen
wijzigen (tik op en dan op
of ) en de functie:
Duur als de magnetron in werking is.
5. Wanneer de ingestelde tijd is
verlopen, weerklinkt er gedurende 2 minuten een geluidssignaal. De magnetronfunctie wordt automatisch uitgeschakeld. Druk op een symbool om het geluidssignaal uit te zetten.
Raak om de magnetronfunctie uit te
zetten aan.
Als u aanraakt of de deur opent, stopt de functie. Raak
om deze weer te starten aan.

7.6 De Combi-functie instellen

1. Schakel de verwarmfuntie in.
Raadpleeg “Verwarmingsfunctie starten”.
2. Raak
stappen als bij het instellen van de magnetronfunctie.
Functies niet beschikbaar bij de Combi­functie: Favoriet, Eindtijd, Set + Go, Heat +Hold.
aan en volg dezelfde
Voor bepaalde functies start de magnetronfunctie zodra de ingestelde temperatuur wordt bereikt.

7.7 De snelstartfunctie instellen

1. Raak indien nodig aan om het
apparaat uit te schakelen.
2. Raak aan om de snelle start-functie
in te schakelen.
Elke keer als u seconden aan de Duur toegevoegd.
U kunt het magnetronvermogen wijzigen (raadpleeg “Magnetronfunctie instellen”).
3. Tik op om de duurtijd in te stellen
voor de functie: Duur. Zie de paragraaf "De klok instellen".
aanraakt, worden er 30

7.8 Voorbeelden van kooktoepassingen voor de instellingen van het vermogen

De gegevens in de volgende tabel dienen slechts als richtlijn.
Vermogeninstelling Toepassing
• 1000 Watt
• 900 Watt
800 Watt
• 700 Watt
• 600 Watt
• 500 Watt
Verwarmen van vloeistof Dichtschroeien aan het begin van het kookproces Koken van groenten Smelten van gelatine en boter
Ontdooien en verwarmen van bevroren maaltijden Een maaltijd op een bord verwarmen Stoofpot sudderen Eiergerechten koken
Page 20
www.aeg.com20
Vermogeninstelling Toepassing
• 400 Watt
• 300 Watt
200 Watt
• 100 Watt Vlees, vis en brood ontdooien

8. KLOKFUNCTIES

8.1 Tabel met klokfuncties

Klokfunctie Toepassing
Kookwekker Om een afteltijd in te stellen (max. 2 uur en
Duur Om de lengte van een bepaalde actie te be-
Eindtijd Voor het instellen van de uitschakeltijd van
Maaltijden door laten koken Delicaat voedsel koken Babyvoeding verwarmen Rijst laten sudderen Delicaat voedsel verwarmen Kaas smelten
Kaas, room en boter ontdooien Fruit en cake ontdooien (gebak) Gistdeeg laten rijzen Koude gerechten en drankjes verwarmen
30 minuten). Deze functie heeft geen invloed op de werking van het apparaat. Ook te ge­bruiken als het apparaat is uitgeschakeld.
Gebruik om de functie in te schakelen. Druk op of om de minuten in te stel­len en op om te starten.
palen (max. 23h 59 min.).
een verwarmingsfunctie (max. 23 uur en 59 min).
Als u de tijd voor een klokfunctie instelt, begint het aftellen van de tijd na 5 seconden.
Als u de klokfuncties: Duur, Eindtijd, schakelt het apparaat de warmte­elementen na 90 % van de ingestelde tijd uit. Het apparaat gebruikt de restwarmte om het kookproces voor te zetten totdat de tijd is verstreken (3
- 20 minuten).

8.2 De klokfuncties instellen

Alvorens u de functies: Duur, Eindtijd, moet u een verwarmingsfunctie en temperatuur instellen. Het apparaat wordt automatisch uitgeschakeld. U kunt de functies: Duur en Eindtijd tegelijkertijd gebruiken als u wilt dat het apparaat op een later tijdstip wordt geactiveerd of juist uitgezet.
1. Stel de verwarmingsfunctie in.
Page 21
NEDERLANDS 21
2. Druk herhaaldelijk op totdat het
display de benodigde klokfunctie en het bijhorende symbool weergeeft.
3. Druk op or om de gewenste
tijd in te stellen.
4. Druk op om te bevestigen. Wanneer de tijd is verstreken, klinkt er een geluidssignaal. Het apparaat wordt uitgeschakeld. Op het display verschijnt een melding.
5. Druk op een symbool om het signaal
uit te zetten.

8.3 Heat+Hold

Voorwaarden voor de functie:
• De ingestelde temperatuur is hoger dan 80 °C.
• De functie: Duur wordt ingesteld.
De functie: Heat+Hold houdt het voorbereide gerecht gedurende 30 minuten warm op 80 °C. Deze functie wordt ingeschakeld wanneer de bak- of braadprocedure is geëindigd.
U kunt de functie in- of uitschakelen in het menu: Basis Instellingen.
1. Schakel het apparaat in.
2. Selecteer de verwarmingsfunctie.
3. Stel de temperatuur boven 80 °C in.
4. Druk herhaaldelijk op
display toont: Heat+Hold.
5. Druk op om te bevestigen. Wanneer de functie is voltooid, klinkt er een geluidssignaal. De functie blijft aan staan als u de verwarmingsfuncties verandert.
tot het

8.4 Verleng Tijd

De functie: Verleng Tijd zorgt dat de verwarmingsfunctie door blijft gaan als de Duur is geëindigd.
Van toepassing op alle verwarmingsfuncties met Duur of Automatisch Wegen.
1. Wanneer de bereidingstijd is
voltooid, klinkt er een geluidssignaal.
Druk op een willekeurig symbool. Op het display wordt het bericht weergegeven.
2. Druk op om te activeren of om
te annuleren.
3. Stel de lengte van de functie in.
4. Druk op .

9. AUTOMATISCHE PROGRAMMA'S

WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.

9.1 Online recepten

Op onze website vindt u de recepten voor de automatische programma's van dit apparaat. Om het juiste Receptenboek te vinden, controleer het productnummer op het classificatieplaatje op de voorzijde van het frame van de binnenkant van het apparaat.

9.2 Kook- En Bakassistent met Receptenautomaat

Dit apparaat bevat een serie recepten die u kunt gebruiken. De recepten kunnen niet worden gewijzigd.
1. Schakel het apparaat in.
2. Selecteer het menu: Kook- En
Bakassistent. Druk op om te
bevestigen.
3. Selecteer de categorie en het
gerecht. Druk op om te
bevestigen.
4. Een recept selecteren. Druk op om
te bevestigen.
Page 22
www.aeg.com22
Bij gebruik van de functie: Handmatig, gebruikt het apparaat de automatische instellingen. U kunt ze veranderen, net als bij andere functies.

9.3 Kook- En Bakassistent met Automatisch Wegen

Deze functie berekent automatisch de braadtijd. Als u de functie wilt gebruiken, moet u het gewicht van het gerecht instellen.
1. Schakel het apparaat in.
2. Selecteer het menu: Kook- En
Bakassistent. Druk op om te bevestigen.
3. Selecteer de categorie en het
gerecht. Druk op bevestigen.
om te
4. Tik op of om het gewicht van
het gerecht in te stellen. Druk op om te bevestigen.
Het automatische programma start.
5. U kunt het gewicht te allen tijde
wijzigen. Tik op of om de letter te wijzigen.
6. Wanneer de tijd is verstreken, klinkt
er een geluidssignaal. Druk op een symbool om het geluidsignaal uit te zetten.

10. GEBRUIK VAN DE ACCESSOIRES

WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.
Bij sommige programma's moet het voedsel na 30 minuten worden gekeerd. Op het display verschijnt een herinnering.

10.1 De accessoires plaatsen

Gebruik uitsluitend geschikt kookgerei en materiaal.
WAARSCHUWING!
Zie hoofdstuk "magnetronmodus".
Bakrooster: Plaats het rooster tussen de
geleidestangen van de roostersteun en zorg ervoor dat de pootjes omlaag staan.
Braadpan: Plaats de braadpan tussen de
geleidestangen van de inschuifrails.
Bakrooster en braadpan samen: Schuif de braadpan tussen de
geleidestangen van de roostersteun en
Page 23
NEDERLANDS 23
het rooster op de roostersteun er boven en zorg er hierbij voor dat de pootjes naar beneden wijzen.

11. EXTRA FUNCTIES

11.1 Favoriet

U kunt uw favoriete instellingen als duur, temperatuur of verwarmingsfunctie opslaan. De instellingen zijn beschikbaar in het menu: Favoriet. U kunt 20 programma's opslaan.
U kunt Magnetron- en magnetron-combifuncties niet opslaan als favorieten.

Een programma opslaan

1. Schakel het apparaat in.
2. Stel een verwarmingsfunctie of een
automatisch programma in.
3. Raak herhaaldelijk aan totdat het
display het volgende weergeeft: OPSLAAN.
4. Druk op om te bevestigen. Het display geeft de eerste vrije geheugenpositie weer.
5. Druk op om te bevestigen.
6. Voer de naam van het programma in.
De eerste letter knippert.
7. Tik op of om de letter te
wijzigen.
8. Druk op De volgende letter knippert.
9. Herhaal stap 7 indien nodig.
10. Druk op en houdt de knop
ingedrukt om op te slaan. U kunt een geheugenpositie overschrijven. Wanneer het display de eerste vrije geheugenpositie aangeeft,
.
Kleine inkepingen bovenaan verhogen de veiligheid. Deze inkepingen zorgen er ook voor dat ze niet omkantelen. De hoge rand rond het rooster voorkomt dat het kookgerei van het rooster afglijdt.
tik op of en druk op om een bestaand programma te overschrijven.
U kunt de naam van een programma wijzigen in het menu: Wijzig Programmanaam.

Het programma inschakelen

1. Schakel het apparaat in.
2. Selecteer het menu: Favoriet.
3. Druk op
4. Selecteer de naam van uw favoriete
programma.
5. Druk op om te bevestigen.
om te bevestigen.

11.2 Gebruik van het Kinderslot

Als het Kinderslot aanstaat, kan het apparaat niet per ongeluk worden geactiveerd.
1. Raak aan om het display in te
schakelen.
2. Druk tegelijkertijd op en totdat
het display een bericht weergeeft. Om het Kinderslot te deactiveren, herhaal stap 2.

11.3 Toetsblokkering

Deze functie voorkomt dat een verwarmingsfunctie per ongeluk wordt ingeschakeld. U kunt de functie alleen inschakelen als het apparaat in werking is.
1. Schakel het apparaat in.
Page 24
www.aeg.com24
2. Stel de verwarmingsfunctie of -
instelling in.
3. Druk herhaaldelijk op tot het
display toont: Toetsblokkering.
4. Druk op om te bevestigen. Druk om de functie uit te schakelen op
. Op het display verschijnt een melding. Druk herhaaldelijk op en vervolgens op om te bevestigen.
Als u het apparaat uitschakelt, wordt de functie ook uitgeschakeld.

11.4 Set + Go

Met deze functie kunt u een verwarmingsfunctie (of programma) instellen en later met een aanraking van een symbool gebruiken.
1. Schakel het apparaat in.
2. Stel de verwarmingsfunctie in.
3. Druk herhaaldelijk op tot het
display het volgende toont: Duur.
4. Stel de tijd in.
5. Druk herhaaldelijk op tot het
display het volgende toont: Set + Go.
6. Druk op Druk op een symbool (behalve voor )
om de functie te starten: Set + Go. De ingestelde verwarmingsfunctie start.
Wanneer de verwarmingsfunctie is voltooid, klinkt er een geluidssignaal.
om te bevestigen.
uit als er een ovenfunctie in werking is en u geen instellingen wijzigt.
Temperatuur (°C) Uitschakeltijd (u)
30 - 115 12.5
120 - 195 8.5
200 - 230 5.5
De Automatische uitschakeling werkt niet met de functies: Binnenverlichting, Duur, Eindtijd.

11.6 Helderheid van het display

Er zijn twee standen voor de helderheid van het display:
• Helderheid 's nachts - wanneer het apparaat uit staat, is de helderheid van het display tussen 22:00 en 06:00 lager. Helderheid overdag:
– als het apparaat aan staat. – als u tijdens helderheid 's nachts
een symbool aanraakt (behalve AAN/UIT), keert het display gedurende 10 seconden terug naar helderheid voor overdag.
– als het apparaat uit staat en u de
volgende functie hebt ingesteld: Kookwekker. Wanneer de functie eindigt, keert het display terug naar helderheid voor 's nachts.
• Toetsblokkering is aan wanneer de verwarmingsfunctie actief is.
• Het menu: Basis Instellingen stelt u in staat de volgende functie in en uit te schakelen: Set + Go.
11.5
Automatische
uitschakeling
Om veiligheidsredenen schakelt het apparaat na bepaalde tijd automatisch

11.7 Koelventilator

Als het apparaat in werking is, wordt de koelventilator automatisch ingeschakeld om de oppervlakken van het apparaat koel te houden. Na het uitschakelen van het apparaat kan de ventilatie doorgaan totdat het apparaat is afgekoeld.
Page 25

12. AANWIJZINGEN EN TIPS

NEDERLANDS 25
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.
De temperaturen en baktijden in de tabellen zijn slechts als richtlijn bedoeld. Deze zijn afhankelijk van de recepten en de kwaliteit en de hoeveelheid van de gebruikte ingrediënten.

12.1 Nuttige tips voor speciale opwarmfuncties van de oven

Warmhouden
Gebruik deze functie om voedsel warm te houden.
De temperatuur wordt automatisch ingesteld op 80°C.
Borden Warmen
Voor het verwarmen van borden en schalen.
Verdeel de borden en schalen gelijkmatig over het ovenrek. Verplaats de stapels halverwege de verwarmingstijd (boven- en onderkant omwisselen).
De automatische temperatuur is 70 °C. Aanbevolen rekstand: 3.

12.2 Bakken

• Uw oven kan anders bakken of roosteren dan het apparaat dat u tot nu toe gebruikt heeft. Pas uw normale instellingen zoals temperatuur, gaartijd en ovenniveau aan de tabelwaarden aan.
• Gebruik de eerste keer de laagste temperatuur.
Als u voor een speciaal recept de instelling niet kunt vinden, zoek dan naar een soortgelijk recept.
• Bij het bereiden van cake op meerdere niveaus kan de baktijd ca. 10 - 15 minuten langer zijn.
• Als de cake niet overal even hoog is, wordt de cake in het begin van het bakproces niet overal even bruin. Verander in dit geval de temperatuurinstelling niet. De verschillen verminderen tijdens het bakproces.
• Tijdens het bakken kunnen bakplaten in de oven vervormen. Wanneer de bakplaten afkoelen, verdwijnt de vervorming.

12.3 Baktips

Bakresultaat Mogelijke oorzaak Oplossing
De onderkant van de cake is niet voldoende gebruind.
De cake zakt in en wordt klef, klonterig, streperig.
De cake zakt in en wordt klef, klonterig, streperig.
De rekstand is incorrect. Plaats de cake op een lagere
rekstand.
De oventemperatuur is te hoog.
Te korte baktijd. Baktijd verlengen. U kunt de
De volgende keer dat u een cake bakt, stelt u de baktem­peratuur lager in.
baktijd niet verlagen door een hogere temperatuur in te stellen.
Page 26
www.aeg.com26
Bakresultaat Mogelijke oorzaak Oplossing
De cake zakt in en wordt klef, klonterig, streperig.
De cake is te droog. De oventemperatuur is te
De cake is te droog. Te lange baktijd. De volgende keer dat u een
De cake wordt ongelijkmatig bruin.
De cake wordt ongelijkmatig bruin.
De cake wordt niet gaar bin­nen de aangegeven baktijd.
Er zit te veel vloeistof in het mengsel.
laag.
De oventemperatuur is te hoog en de baktijd te kort.
Het deeg is niet gelijkmatig verdeeld.
De oventemperatuur is te laag.
Minder vocht gebruiken. Let op de kneedtijden, vooral bij het gebruik van keukenma­chines.
De volgende keer dat u een cake bakt, stelt u de baktem­peratuur hoger in.
cake bakt, gebruikt u een kortere baktijd.
De baktemperatuur lager in­stellen en de baktijd verlen­gen.
Verdeel het deeg gelijkma­tig over de bakplaat.
De volgende keer dat u een cake bakt, stelt u de baktem­peratuur een beetje hoger in.

12.4 Bakken op 1 ovenniveau

Bakken in een bakblik
Gerecht Functie Tempera-
tuur (°C)
Tulband of brioche Multi Hetelucht 150 - 160 50 - 70 2
Moskovisch gebak/ vruchtencake
Sponge cake / Cake, zacht
Sponge cake / Cake, zacht
Taartbodem van zand­taartdeeg
Taartbodem - zacht ca­kedeeg
Apple pie / Appeltaart (2 vormen Ø 20 cm, dia­gonaal geplaatst)
1)
Multi Hetelucht 140 - 160 70 - 90 2
Multi Hetelucht 140 - 150 35 - 50 2
Boven + On­derwarmte
Multi Hetelucht 170 - 180 10 - 25 2
Multi Hetelucht 150 - 170 20 - 25 2
Multi Hetelucht 160 70 - 90 2
160 35 - 50 2
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Page 27
NEDERLANDS 27
Gerecht Functie Tempera-
Tijd (min) Rooster-
tuur (°C)
Apple pie / Appeltaart (2 vormen Ø 20 cm, dia-
Boven + On­derwarmte
180 70 - 90 1
gonaal geplaatst)
Kwarktaart, bakplaat
1)
Oven voorverwarmen.
2)
Gebruik de braadpan.
2)
Boven + On­derwarmte
160 - 170 60 - 90 1
Gebak op bakplaat
Gerecht Functie Tempera-
Tijd (min) Rooster-
tuur (°C)
Vlechtbrood/broodkrans Boven + On-
170 - 190 30 - 40 2
derwarmte
Kerststol
1)
Brood (roggebrood)
1)
Boven + On­derwarmte
Boven + On­derwarmte
160 - 180 50 - 70 2
2
eerst 230 20
vervolgens 160 - 180 30 - 60
Roomsoezen / Eclairs
Biscuitrol
1)
Boven + On-
1)
derwarmte
Boven + On­derwarmte
190 - 210 20 - 35 2
180 - 200 10 - 20 2
Kruimeltaart (droog) Multi Hetelucht 150 - 160 20 - 40 3
Boter-/Suikerkoek
1)
Vruchtentaart (bereid
Boven + On­derwarmte
Multi Hetelucht 150 - 160 35 - 55 3
190 - 210 20 - 30 2
met gistdeeg/spons-
2)
deeg)
Vruchtentaart (bereid met gistdeeg/spons-
2)
deeg)
Vruchtentaart met krui-
Boven + On-
170 35 - 55 1
derwarmte
Multi Hetelucht 160 - 170 40 - 80 3
meldeeg
hoogte
hoogte
Page 28
www.aeg.com28
Gerecht Functie Tempera-
Tijd (min) Rooster-
tuur (°C)
Plaatkoek met kwetsba­re garnering (bijvoor-
Boven + On­derwarmte
160 - 180 40 - 80 2
beeld kwark, room, pud­dingvulling)
1)
Oven voorverwarmen.
2)
Gebruik de braadpan.
1)
Koekjes
Gerecht Functie Tempera-
Tijd (min) Rooster-
tuur (°C)
Zandkoekjes Multi Hetelucht 150 - 160 10 - 20 3
Short bread / Zandtaart-
Multi Hetelucht 140 20 - 35 3
deeg/ Deegreepjes
Short bread / Zandtaart­deeg/ Deegreepjes
Koekjes gemaakt van
1)
Boven + On­derwarmte
160 20 - 30 2
Multi Hetelucht 150 - 160 15 - 20 2
roerdeeg
Eiwitgebak, schuimge-
Multi Hetelucht 80 - 100 120 - 150 1
bak
Bitterkoekjes Multi Hetelucht 100 - 120 30 - 50 3
Koekjes gemaakt van
Multi Hetelucht 150 - 160 20 - 40 3
gistdeeg
Klein bladerdeegge-
1)
bak
Broodjes
1)
Small cakes Kleine ca-
1)
kes
Small cakes Kleine ca-
1)
kes
1)
Oven voorverwarmen.
Multi Hetelucht 170 - 180 20 - 30 3
Boven + On-
190 - 210 10 - 25 2
derwarmte
Multi Hetelucht 160 20 - 35 3
Boven + On-
170 20 - 35 2
derwarmte
hoogte
hoogte
Page 29

12.5 Ovenschotels en gegratineerde gerechten

NEDERLANDS 29
Gerecht Functie Temperatuur
(°C)
Pastaschotel Boven + Onder-
warmte
Lasagne Boven + Onder-
warmte
Circulatiegrill 210 - 230 10 - 20 1
Groentegratin
Stokbroden be­dekt met ge­smolten kaas
Zoete ovenscho­tels
Visschotels Boven + Onder-
Gevulde groen-teMulti Hetelucht 160 - 170 30 - 60 1
1)
Oven voorverwarmen.
1)
Multi Hetelucht 160 - 170 15 - 30 1
Boven + Onder­warmte
warmte
180 - 200 45 - 60 1
180 - 200 25 - 40 1
180 - 200 40 - 60 1
180 - 200 30 - 60 1
Tijd (min) Roosterhoogte
12.6 Bakken op meerdere
niveaus
Gebruik de functie: Multi Hetelucht.
Gebak op bakplaat
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Rooster-
hoogte
160 - 180 25 - 45 1 / 3
Roomsoezen / Eclairs
Kruimeltaart 150 - 160 30 - 45 1 / 3
1)
Oven voorverwarmen.
Klein gebak/cakejes/gebak/broodjes
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Rooster-
Zandkoekjes 150 - 160 20 - 40 1 / 3
Short bread / Zand­taartdeeg/ Deegreep­jes
Koekjes gemaakt van roerdeeg
1)
hoogte
140 25 - 45 1 / 3
160 - 170 25 - 40 1 / 3
Page 30
www.aeg.com30
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Rooster-
Eiwitgebak, schuimge­bak
Bitterkoekjes 100 - 120 40 - 80 1 / 3
Koekjes gemaakt van gistdeeg
80 - 100 130 - 170 1 / 3
160 - 170 30 - 60 1 / 3
hoogte

12.7 Lage Temperatuur Garen

Gebruik deze functie voor het bereiden van zachte, magere stukken vlees en vis. Deze functie is niet geschikt voor suddervlees of een vet varkensbraadstuk.
WAARSCHUWING!
Zie het hoofdstuk 'Nuttige aanwijzingen en tips'.
1. Braad het vlees aan in een pan op de
2. Plaats het vlees samen met de hete
Altijd zonder deksel garen als u gebruik maakt van de functie.
kookplaat op een zeer hoge stand gedurende 1 - 2 minuten aan elke kant.
braadpan in de oven op het
In de eerste 10 minuten kunt u een oventemperatuur instellen tussen 80°C en 150°C. De standaard is 90°C. Nadat
bakrooster.
3. Selecteer de functie: Lage
Temperatuur Garen.
de temperatuur is ingesteld, blijft de oven werken bij 80°C. Gebruik de automatische lage temperatuur garen niet voor gevogelte.
Gerecht Gewicht (kg) Temperatuur
(°C)
Biefstuk 1 - 1.5 150 120 - 150 1
Runderbiefstuk 1 - 1.5 150 90 - 110 1
Geroosterd kalfsvlees 1 - 1.5 150 120 - 150 1
Steak 0.2 - 0.3 120 20 - 40 1
Tijd (min) Rooster-

12.8 Pizza Hetelucht

hoogte
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
200 - 230 15 - 20 3
Pizza (dunne korst)
Pizza (met veel garne-
2)
ring)
Taarten 180 - 200 40 - 55 3
Spinazietaart 160 - 180 45 - 60 3
1)
180 - 200 20 - 30 3
Page 31
NEDERLANDS 31
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Quiche Lorraine (hartige taart)
Zwitserse flan 170 - 190 45 - 55 3
Kwarktaart 140 - 160 60 - 90 3
Appeltaart, bedekt 150 - 170 50 - 60 3
Groentetaart 160 - 180 50 - 60 3
Ongedesemd brood
Bladerdeegtaart
Flammekuchen
Piroggen (Russische vari­ant op calzone)
1)
Oven voorverwarmen.
2)
Gebruik de braadpan.
1)
1)
1)
170 - 190 45 - 55 3
230 10 - 20 3
1)
160 - 180 45 - 55 3
230 12 - 20 3
180 - 200 15 - 25 3

12.9 Roosteren

• Gebruik voor het roosteren hittebestendige ovenschalen. Zie de instructies van de fabrikant van de ovenschalen. Grote braadstukken kunt u direct in
• de diepe braadpan roosteren (indien aanwezig) of op een rooster boven de braadpan.
• Schenk wat vloeistof in de braadpan om te voorkomen dat de vleessappen of het vet op het oppervlak inbranden.
• Alle soorten vlees die een korst moeten krijgen, kunt u in de braadschaal zonder deksel braden.

12.10 Tabel braadstukken

Rundsvlees
Gerecht Functie Gewicht
(kg)
Stoofvlees Boven +
Onder­warmte
1 - 1.5 200 230 60 - 80 1
Vermo­gen (Watt)
• Indien nodig het braadstuk na 1/2 ­2/3 van de gaartijd keren.
• Om het vlees sappiger te houden:
– braad mager vlees in een
braadpan met deksel of gebruik een braadzak.
– rooster vlees en vis in stukken die
minimaal 1 kg wegen.
– besprenkel grote braadstukken
en gevogelte diverse keren tijdens het braden met het eigen vleessap.
Tempera­tuur (°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Page 32
www.aeg.com32
Varkensrug
Gerecht Functie Gewicht
Schouder­stuk, nek­stuk, ham­lap
Gehakt­brood
Varkens­schenkel (voorge­kookt)
Circula­tiegrill
Circula­tiegrill
Circula­tiegrill
Kalfsvlees
Gerecht Functie Gewicht
Geroo­sterd kalfs­vlees
Kalfs­schenkel
Circula­tiegrill
Circula­tiegrill
Vermo-
(kg)
1 - 1.5 200 160 - 180 50 - 70 1
0.75 - 1 200 160 - 170 35 - 50 1
0.75 - 1 200 150 - 170 60 - 75 1
(kg)
1 200 160 - 180 50 - 70 1
1.5 - 2 200 160 - 180 75 - 100 1
gen (Watt)
Vermo­gen (Watt)
Tempera­tuur (°C)
Tempera­tuur (°C)
Tijd (min) Rooster-
Tijd (min) Rooster-
hoogte
hoogte
Lamsvlees
Gerecht Functie Gewicht
(kg)
Lamsbout, geroosterd lamsvlees
Circula­tiegrill
1 - 1.5 200 150 - 170 50 - 70 1
Gevogelte
Gerecht Functie Gewicht
(kg)
Stukken gevogelte
Halve kip Circula-
Kip, haan­tje
Circula­tiegrill
tiegrill
Circula­tiegrill
0,2 - 0,25 elk
0,4 - 0,5 elk
1 - 1.5 200 190 - 210 30 - 45 1
Vermo­gen (Watt)
Vermo­gen (Watt)
200 200 - 220 20 - 35 1
200 190 - 210 25 - 40 1
Tempera­tuur (°C)
Tempera­tuur (°C)
Tijd (min) Rooster-
Tijd (min) Rooster-
hoogte
hoogte
Page 33
NEDERLANDS 33
Gerecht Functie Gewicht
(kg)
Eend Circula-
tiegrill
1.5 - 2 200 180 - 200 45 - 65 1
Vis (gestoomd)
Gerecht Functie Gewicht
(kg)
Hele vis Boven
+ On­der­warmte
1 - 1.5 200 210 - 220 30 - 45 1
Gerechten
Gerecht Functie Gewicht
(kg)
Zoete ge­rechten
Gekruide gerechten met ge­kookte in­grediënten (noodles, groente)
Gekruide gerechten met rauwe ingrediën­ten (aard­appelen, groente)
Multi Hete­lucht
Multi Hete­lucht
Multi Hete­lucht
- 200 160 - 180 20 - 35 1
- 400 - 600 160 - 180 20 - 45 1
- 400 - 600 160 - 180 30 - 45 2
Vermo­gen (Watt)
Vermo­gen (Watt)
Vermo­gen (Watt)
Tempera­tuur (°C)
Tempera­tuur (°C)
Tempera­tuur (°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Tijd (min) Rooster-
hoogte

12.11 Grill

• Grill alltijd met de maximale temperatuurinstelling. Rooster in de rekstand plaatsen, zoals
• aangeraden in grilleertabel.
• Altijd de pan plaatsen om vet op te vangen op de eerste rekstand.
• Alleen platte stukken vlees of vis grillen.
• Lege oven met grilfuncties altijd 5 minuten voorverwarmen.
LET OP!
Tijdens het grillen moet de ovendeur altijd gesloten zijn.
Page 34
www.aeg.com34
Grill
Gerecht Temperatuur
(°C)
Biefstuk, medi-um210 - 230 30 - 40 30 - 40 1
Tijd (min) Roosterhoogte
1e kant 2e kant
Runderfilet, me­dium
Varkensrug 210 - 230 30 - 40 30 - 40 1
Kalfsrug 210 - 230 30 - 40 30 - 40 1
Lamsrug 210 - 230 25 - 35 20 - 35 1
Hele vis, 500 ­1000 g
230 20 - 30 20 - 30 1
210 - 230 15 - 30 15 - 30 1
Grill Intens
Gerecht Tijd (min) Roosterhoogte
1e kant 2e kant
Burgers / Burgers 9 - 13 8 - 10 3
Varkenshaas 10 - 12 6 - 10 2
Worstjes 10 - 12 6 - 8 3
Runderfilet / kalfs­biefstukken
Toast / Geroosterd brood
Brood met iets erop 6 - 8 - 2

12.12 Bevroren gerechten

• Haal het voedsel uit de verpakking. Doe het voedsel op een bord.
7 - 10 6 - 8 3
1 - 3 1 - 3 3
Gebruik voor het afdekken geen
• borden of schotels. Hierdoor kan de ontdooitijd worden verlengd.
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Pizza, bevroren 200 - 220 15 - 25 3
American pizza, bevro­ren
Pizza, gekoeld 210 - 230 13 - 25 3
Pizza snacks, bevroren 180 - 200 15 - 30 3
Patat, dun
1)
190 - 210 20 - 25 3
210 - 230 20 - 30 3
Page 35
NEDERLANDS 35
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Patat, dik
1)
Aardappelpartjes / ­kroketjes
1)
210 - 230 25 - 35 3
210 - 230 20 - 35 3
Rösties 210 - 230 20 - 30 3
Lasagne/Cannelloni,
170 - 190 35 - 45 2
vers
Lasagne / Cannelloni,
160 - 180 40 - 60 2
bevroren
Kippenvleugels 190 - 210 20 - 30 3
1)
Tussen het bakken door 2 tot 3 keer keren.
Tabel voor diepvries- en kant-en-klaargerechten
Gerecht Functie Tempera-
Tijd (min) Roosterhoogte
tuur (°C)
Pizza, bevroren
Boven + Onder-
1)
warmte
volgens aanwijzin­gen van de
volgens aanwij­zingen van de fa­brikant
2
fabrikant
Patates frites (300 - 600 g)
Baguettes
3)
Boven + Onder-
2)
warmte of Circula­tiegrill
Boven + Onder­warmte
200 - 220 volgens aanwij-
zingen van de fa­brikant
volgens aanwijzin­gen van de
volgens aanwij­zingen van de fa­brikant
2
2
fabrikant
Vruchtencake Boven + Onder-
warmte
volgens aanwijzin­gen van de
volgens aanwij­zingen van de fa­brikant
2
fabrikant
1)
Oven voorverwarmen.
2)
Tussen het bakken door 2 tot 3 keer keren.
3)
Oven voorverwarmen.

12.13 Ontdooien

• Haal het gerecht uit de verpakking en plaats het op een bord.
Gebruik het eerste roosterniveau vanaf de bodem.
• Bedek het bord niet met een kom of ander bord, aangezien het ontdooien hierdoor langer kan duren.
Page 36
www.aeg.com36
Gerecht Gewicht Ontdooitijd
(min.)
Kip 1 kg 100 - 140 20 - 30 Kip op een omgedraaid schoteltje
Vlees 1 kg 100 - 140 20 - 30 Halverwege de bereidingstijd om-
Vlees 500 g 90 - 120 20 - 30 Halverwege de bereidingstijd om-
Forel 150 g 25 - 35 10 - 15 -
Aardbei-en300 g 30 - 40 10 - 20 -
Boter 250 g 30 - 40 10 - 15 -
Room 2 x 200 g 80 - 100 10 - 15 Klop de nog licht bevroren slag-
Gebak 1,4 kg 60 60 -

12.14 Inmaken

• Gebruik alleen weckpotten van dezelfde afmetingen. Gebruik geen weckpotten met een
• draai- of bajonetsluiting en metalen bakken.
• Gebruik het eerste rooster van de bodem van deze functie.
• Zet niet meer dan zes wekflessen van 1 liter op het bakrooster.
• Vul de glazen potten gelijkmatig en
Nadooitijd (min)
Opmerkingen
in een groot bord leggen. Halver­wege de bereidingstijd omdraai­en.
draaien.
draaien.
room.
• De weckpotten mogen elkaar niet raken.
• Vul ca. 1/2 liter water op de bakplaat, zodat er voldoende vocht in de oven ontstaat.
• Als de vloeistof in de weckpotten begint te borrelen (na ca. 35 - 60 minuten bij weckpotten van 1 liter), stop de oven of verlaag de temperatuur tot 100 °C (raadpleeg de tabel).
sluit ze af met een klem.
Zachte vruchten
Gerecht Temperatuur (°C) Inmaken/wecken
tot het parelen be­gint (min)
Aardbeien / bosbes­sen / frambozen / rij­pe kruisbessen
160 - 170 35 - 45 -
Door blijven koken op 100 °C (min.)
Page 37
NEDERLANDS 37
Steenvruchten
Gerecht Temperatuur (°C) Inmaken/wecken
tot het parelen be­gint (min)
Peren / kweeperen / pruimen
160 - 170 35 - 45 10 - 15
Door blijven koken op 100 °C (min.)
Groenten
Gerecht Temperatuur (°C) Inmaken/wecken
tot het parelen be­gint (min)
Wortelen
Komkommers 160 - 170 50 - 60 -
Gemengde augur­ken
Koolrabi / erwten / asperges
1)
1)
Na uitschakeling in de oven laten staan.
160 - 170 50 - 60 5 - 10
160 - 170 50 - 60 5 - 10
160 - 170 50 - 60 15 - 20
Door blijven koken op 100 °C (min.)

12.15 Drogen

Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (u) Roosterhoogte
Bonen 60 - 70 6 - 8 3
Paprika's 60 - 70 5 - 6 3
Soepgroenten 60 - 70 5 - 6 3
Paddenstoelen 50 - 60 6 - 8 3
Kruiden 40 - 50 2 - 3 3
Pruimen 60 - 70 8 - 10 3
Abrikozen 60 - 70 8 - 10 3
Schijfjes appel 60 - 70 6 - 8 3
Peren 60 - 70 6 - 9 3

12.16 Brood

Voorverwarmen wordt niet aanbevolen.
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Witbrood 180 - 200 40 - 60 2
Baguette 200 - 220 35 - 45 2
Page 38
www.aeg.com38
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Brioche 160 - 180 40 - 60 2
Ciabatta 200 - 220 35 - 45 2
Roggebrood 180 - 200 50 - 70 2
Bruin brood 180 - 200 50 - 70 2
Volkoren brood 170 - 190 60 - 90 2

12.17 Bereidingstabels voor de magnetron

Zet indien niet anders aangegeven het voedsel op de bodemplaat in de ruimte op een bord of in een magnetronschaal.
Vlees ontdooien
Gerecht Vermogen
(Watt)
Hele stukken vlees
Steak 200 0.2 3 - 5 5 - 10 Halverwege
Half-om-half gehakt
Goulash 200 0.5 10 - 15 10 - 15 Halverwege
200 0.5 10 - 12 10 - 15 Halverwege
200 0.5 10 - 15 10 - 15 Halverwege
Gewicht (kg) Tijd (min) Rusttijd
(min)
Opmerkin­gen
de berei­dingstijd om­draaien.
de berei­dingstijd om­draaien, ont­dooide delen verwijderen.
de berei­dingstijd om­draaien, ont­dooide delen verwijderen.
de berei­dingstijd om­draaien, ont­dooide delen verwijderen.
Page 39
NEDERLANDS 39
Gevogelte ontdooien
Gerecht Vermogen
(Watt)
Kip 200 1 25 - 30 10 - 20 Halverwege
Kippenborst 200 0.1 - 0.2 3 - 5 10 - 15 Halverwege
Kippenbou­tjes
eend 200 2 45 - 60 20 - 30 Halverwege
200 0.1 - 0.2 3 - 5 10 - 15 Halverwege
Gewicht (kg) Tijd (min) Rusttijd
(min)
Opmerkin­gen
de berei­dingstijd om­draaien, ont­dooide delen met alumini­umfolie be­dekken.
de berei­dingstijd om­draaien, ont­dooide delen met alumini­umfolie be­dekken.
de berei­dingstijd om­draaien, ont­dooide delen met alumini­umfolie be­dekken.
de berei­dingstijd om­draaien, ont­dooide delen met alumini­umfolie be­dekken.
Vis ontdooien
Gerecht Vermogen
(Watt)
Hele Vis 100 0.5 10 - 15 15 - 20 Halverwege
Visfilets 100 0.5 10 - 12 15 - 20 Halverwege
Gewicht (kg) Tijd (min) Rusttijd
(min)
Opmerkin­gen
de berei­dingstijd om­draaien.
de berei­dingstijd om­draaien.
Page 40
www.aeg.com40
Worstjes ontdooien
Gerecht Vermogen
(Watt)
Gesneden worst
100 0.1 2 - 4 20 - 40 Halverwege
Gewicht (kg) Tijd (min) Rusttijd
(min)
Zuivelproducten ontdooien
Gerecht Vermogen
(Watt)
Kwark 100 0.25 10 - 15 25 - 30 Aluminium-
Boter 100 0.25 3 - 5 15 - 20 Aluminium-
Kaas 100 0.25 3 - 5 30 - 60 Aluminium-
Room 100 0.2 7 - 12 20 - 30 Aluminium
Gewicht (kg) Tijd (min) Rusttijd
(min)
Opmerkin­gen
de berei­dingstijd om­draaien.
Opmerkin­gen
delen verwij­deren, hal­verwege de bereidings­tijd omdraai­en.
delen verwij­deren, hal­verwege de bereidings­tijd omdraai­en.
delen verwij­deren, hal­verwege de bereidings­tijd omdraai­en.
deksel verwij­deren, hal­verwege de bereidings­tijd roeren.
Taart/koekjes ontdooien
Gerecht Vermogen
(Watt)
Gistdeeg 100 1 stuk 2 - 3 15 - 20 Bord halver-
Gewicht Tijd (min) Rusttijd
(min)
Opmerkin­gen
wege de be­reidingstijd omdraaien.
Page 41
NEDERLANDS 41
Gerecht Vermogen
(Watt)
Gewicht Tijd (min) Rusttijd
(min)
Opmerkin­gen
Kwarktaart 100 1 stuk 2 - 4 15 - 20 Bord halver-
wege de be­reidingstijd omdraaien.
Cake (gebak) 100 1 stuk 1 - 2 15 - 20 Bord halver-
wege de be­reidingstijd omdraaien.
Droge cake 100 1 stuk 2 - 4 15 - 20 Bord halver-
wege de be­reidingstijd omdraaien.
Vruchtencake 100 1 stuk 1 - 2 15 - 20 Bord halver-
wege de be­reidingstijd omdraaien.
Brood 100 1 kg 15 - 20 10 - 15 Halverwege
de berei­dingstijd om­draaien.
Gesneden brood
100 0,5 kg 8 - 12 10 - 15 Halverwege
de berei­dingstijd om­draaien.
Broodjes 100 4 broodjes 5 - 8 5 - 10 Halverwege
de berei­dingstijd om­draaien.
Fruit ontdooien
Gerecht Vermogen
(Watt)
Gewicht (kg) Tijd (min) Rusttijd
(min)
Opmerkin­gen
Aardbeien 100 0.3 8 - 12 10 - 15 Bedekt ont-
dooien, hal­verwege de bereidings­tijd roeren.
Pruimen, ker­sen, frambo­zen, bramen, abrikozen
100 0.25 8 - 10 10 - 15 Bedekt ont-
dooien, hal­verwege de bereidings­tijd roeren.
Page 42
www.aeg.com42
Koken/smelten
Gerecht Vermogen
(Watt)
Chocolade / chocolade­laagje
Boter 200 0.1 2 - 4 - Halverwege
600 0.15 2 - 3 - Halverwege
Gewicht (kg) Tijd (min) Rusttijd
(min)
Opmerkin­gen
de berei­dingstijd roe­ren.
de berei­dingstijd roe­ren.
Ontdooien, verwarmen
Gerecht Vermogen
(Watt)
Babyvoeding in potjes
Babymelk (fles, 180 ml)
Kant-en­klaargerecht
Bevroren kant-en­klaarmaaltij­den
Melk 1000 1 kopje, on-
Water 1000 1 kopje, on-
300 0,2 kg 2 - 3 - Halverwege
1000 0,2 kg 0:20 - 0:40 - Lepel in de
600 0,4 – 0,5 kg 14 - 20 5 Aluminium
400 0,4 – 0,5 kg 4 - 6 5 Aluminium
Gewicht Tijd (min) Rusttijd
(min)
1:15 - 1:45 - Lepel in het geveer 200 ml
1:30 - 2 - Lepel in het geveer 200 ml
Opmerkin­gen
de berei­dingstijd roe­ren. Contro­leer de tem­peratuur.
fles steken, roeren en temperatuur controleren.
afdekking verwijderen, halverwege de berei­dingstijd om­draaien.
afdekking verwijderen, halverwege de berei­dingstijd om­draaien.
bakje doen.
bakje doen.
Page 43
NEDERLANDS 43
Gerecht Vermogen
(Watt)
Gewicht Tijd (min) Rusttijd
(min)
Opmerkin­gen
Saus 600 200 ml 1 - 2 - Halverwege
de berei­dingstijd roe­ren.
Soep 600 300 ml 2 - 4 - Halverwege
de berei­dingstijd roe­ren.
Bereidingstabel
Gerecht Vermogen
(Watt)
Gewicht Tijd (min) Rusttijd
(min)
Opmerkin­gen
Hele vis 500 0,5 kg 8 - 10 - Afgedekt ko-
ken, het bak­je tijdens het bereiden meerdere malen om­draaien.
Visfilets 500 0,5 kg 6 - 8 - Afgedekt ko-
ken, het bak­je tijdens het bereiden meerdere malen om­draaien.
Groenten met een kor­te berei­dingstijd,
1)
vers
600 0,5 kg 12 - 16 - Ongeveer 50
ml water toe­voegen, af­gedekt berei­den, halver­wege de be­reidingstijd roeren.
Groenten met een kor­te berei­dingstijd, be-
1)
vroren
600 0,5 kg 14 - 18 - Ongeveer 50
ml water toe­voegen, af­gedekt berei­den, halver­wege de be­reidingstijd roeren.
Page 44
www.aeg.com44
Gerecht Vermogen
(Watt)
Groenten
600 0,5 kg 14 - 20 - Ongeveer 50 met een lan­ge berei­dingstijd,
1)
vers
Gewicht Tijd (min) Rusttijd
(min)
Opmerkin­gen
ml water toe­voegen, af­gedekt berei­den, halver­wege de be­reidingstijd roeren.
Groenten met een lan­ge berei­dingstijd, be-
vroren
600 0,5 kg 18 - 24 - Ongeveer 50
1)
ml water toe­voegen, af­gedekt berei­den, halver­wege de be­reidingstijd roeren.
Aardappelen in de schil
1000 0,8 kg + 600ml5 - 7 300 W / 15-20Bedekt berei-
den, halver­wege de be­reidingstijd roeren.
Rijst 1000 0,3 kg + 600ml4 - 6 - Bedekt berei-
den, halver­wege de be­reidingstijd roeren.
Popcorn 1000 - 3 - 4 - Doe de pop-
corn op een bord op het laagste ni­veau.
1)
Alle groenten afgedekt in de container koken.
Tabel voor de Combi-functie
• Uitsluitend voor bepaalde modellen.
Gebruik de functies: Grill en magnetron.
Page 45
2
3
1
NEDERLANDS 45
Gerecht Ovengerei Ver-
mo­gen (Watt )
2 kippenhelf­ten (2 x 0,55 kg)
gratinaardap­pelen (1 kg)
Varkens­braadstuk, hals (1,1 kg)
Ronde glazen schaal, Ø 26 cm
Gratinschotel 300 200 40 2 10 min. laten
Glazen schotel met zeef
300 220 40 2 Na 20 min.
300 200 70 1 Regelmatig

13. ONDERHOUD EN REINIGING

WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.

13.1 Opmerkingen over schoonmaken

• Maak de voorkant van het apparaat
schoon met een zachte doek en een warm sopje.
• Gebruik voor metalen oppervlakken
een specifiek reinigingsmiddel.
• Reinig de binnenkant van het
apparaat na elk gebruik. Vetophoping of andere voedingsresten kunnen brand veroorzaken. Het gevaar is groter voor de grillpan.
• Verwijder voedselresten en vetten
voorzichtig van de bovenkant van de ovenruimte.
• Verwijder hardnekkig vuil met een
speciale ovenreiniger.
• Reinig alle accessoires na elk gebruik
en laat ze drogen. Gebruik een zachte doek met een warm sopje en een reinigingsmiddel.
• Toebehoren met antiaanbaklaag
mogen niet worden schoongemaakt met een agressief reinigingsmiddel, voorwerpen met scherpe randen of een afwasautomaat. Dit kan de antiaanbaklaag beschadigen.
• Droog de oven als de ovenruimte nat

13.2 Verwijderen van de geleiders

Zorg ervoor dat het apparaat is afgekoeld voordat u onderhoud verricht. Gevaar voor brandwonden.
Om het apparaat te reinigen, verwijder de inschuifrails.
1. Inschuifrails voorzichtig naar boven
2. Trek de inschuifrail bij de voorkant uit
3. Geleiders uit de achterste ophanging
Installeer de geleiders in de omgekeerde volgorde.
Tempe­ratuur (°C)
Tijd (min)
Roos­ter­hoog­te
is na gebruik.
toe uit de voorste ophanging trekken.
de zijwand.
trekken.
Opmerkin­gen
omdraaien, dan 5 min. la­ten rusten.
rusten.
omdraaien, 10 min. laten rus­ten.
Page 46
www.aeg.com46

13.3 Het lampje vervangen

Leg een doek op de bodem van de binnenkant van het apparaat. Dit voorkomt schade aan het afdekglas en de ovenruimte.
WAARSCHUWING!
Gevaar voor elektrocutie! Maak de zekering los voordat u de lamp vervangt. De lamp en het afdekglas kunnen heet zijn.
LET OP!
Houd de halogeenlamp altijd met een doek vast om te voorkomen dat er vetrestjes op de ovenlamp verbranden.

14. PROBLEEMOPLOSSING

WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.

14.1 Wat moet u doen als…

Probleem Mogelijke oorzaak oplossing
U kunt de oven niet inscha­kelen of bedienen.
De oven wordt niet warm. De oven is uitgeschakeld. Schakel de oven in.
De oven wordt niet warm. De klok is niet ingesteld. Stel de klok in.
De oven wordt niet warm. De benodigde kookstanden
De oven wordt niet warm. De automatische uitschake-
De oven wordt niet warm. Het kinderslot is geacti-
De oven wordt niet warm. De deur is niet goed geslo-
De oven is niet aangesloten op een stopcontact of is niet goed geïnstalleerd.
zijn niet ingesteld.
ling is actief.
veerd.
ten.
1. Schakel het apparaat uit.
2. Verwijder de zekeringen in de
zekeringenkast, of schakel de stroomonderbreker uit.

Het bovenste lampje

1. Draai het afdekglas van de lamp naar
rechts en verwijder het.
2. Reinig het afdekglas.
3. Vervang de lamp door een geschikte
300 °C hittebestendige lamp.
4. Plaats het afdekglas terug.
Controleer of de oven goed is aangesloten op het stop­contact (zie het aansluitdia­gram indien beschikbaar).
Zorg ervoor dat de instellin­gen correct zijn.
Raadpleeg 'Automatisch uit­schakelen'.
Raadpleeg 'Het kinderslot gebruiken'.
Sluit de deur volledig.
Page 47
NEDERLANDS 47
Probleem Mogelijke oorzaak oplossing
De oven wordt niet warm. De zekering is doorgesla-
gen.
Het lampje brandt niet. Het lampje is stuk. Vervang het lampje.
Het display toont een fout­code die niet in deze tabel staat.
Stoom en condens slaan neer op de gerechten en in de ovenruimte.
Het apparaat staat aan maar wordt niet warm. De ventila­tor werkt niet. Op het dis­play verschijnt
"Demo".
Er is een elektrische fout. • Schakel de oven uit via
Het gerecht heeft te lang in de oven gestaan.
De demofunctie is ingescha­keld.
Controleer of de zekering de oorzaak van de storing is. Als de zekeringen keer op keer doorslaan, neemt u contact op met een erkende installa­teur.
de huiszekering of de vei­ligheidsschakelaar in de zekeringkast en schakel deze weer in.
Neem contact op met de klantenservice wanneer de foutcode opnieuw wordt weergegeven.
Laat gerechten na het berei­den niet langer dan 15 - 20 minuten in de oven staan.
1. Schakel het apparaat uit.
2.
Druk op ingedrukt totdat het ap­paraat aan- en uitscha­kelt.
Houd
3. kertijd ingedrukt totdat er een signaal te horen is en "Demo" uitgaat.
en houd dit
en tegelij-

14.2 Onderhoudgegevens

Als u niet zelf het probleem kunt verhelpen, neem dan contact op met uw
Het typeplaatje bevindt zich voor aan de binnenkant van het apparaat. Verwijder het typeplaatje niet uit de ovenruimte.
verkoper of de serviceafdeling. De contactgegevens van het
servicecentrum staan op het typeplaatje.
Wij adviseren u om de gegevens hier te noteren:
Model (MOD.) .........................................
Productnummer (PNC) .........................................
Serienummer (S.N.) .........................................
Page 48
www.aeg.com48
15. MILIEUBESCHERMING
Recycle de materialen met het symbool
. Gooi de verpakking in een geschikte verzamelcontainer om het te recyclen. Help om het milieu en de volksgezondheid te beschermen en recycle het afval van elektrische en elektronische apparaten. Gooi apparaten
gemarkeerd met het symbool niet weg met het huishoudelijk afval. Breng het product naar het milieustation bij u in de buurt of neem contact op met de gemeente.
*
Page 49
NEDERLANDS 49
Page 50
www.aeg.com50
Page 51
NEDERLANDS 51
Page 52
www.aeg.com/shop
867335006-B-012017
Loading...