AEG FAVORIT 35020 I User Manual [nl]

FAVORIT 35020 I
Gebruiksaanwijzing Manual de instrucciones
Afwasmachine
Lavavajillas
Inhoud
2
Wij danken u voor uw keuze voor een van onze producten van hoogwaardige
kwaliteit.
Wij wensen u veel plezier met uw nieuwe apparaat.
Inhoud
Gebruiksaanwijzing 3
Veiligheidsinformatie 3
Correct gebruik 3 Algemene veiligheid 3 De veiligheid van kinderen 4 Installatie 4
Beschrijving van het product 5 Bedieningspaneel 5
programmaschakelaar en controlelampje aan/uit 6
Het eerste gebruik 6 De waterontharder instellen 7
Handmatig instellen 7 Elektronisch instellen 8
Gebruik van zout voor de vaatwasser 8 Gebruik van glansspoelmiddel 9
De glansmiddeldosering in te stellen 10
Dagelijks gebruik 10 De vaatwasser inruimen 11
Het onderrek 12 De bestekmand 12 Bovenrek 13 De hoogte van het bovenrek aanpassen
14
Gebruik van vaatwasmiddelen 15
Afwasmiddel doseren 15 Gebruik van gecombineerde afwasmiddeltabletten 16
Afwasprogramma's 17 Een wasprogramma selecteren en starten
18
Het programma instellen en starten met "uitgestelde start" 18
De vaatwasser uitruimen 19 Onderhoud en reiniging 19
De filters reinigen 19 De sproeiarmen reinigen 21 Buitenkant 21 De binnenkant van de machine reinigen
Als de afwasmachine langere tijd niet wordt gebruikt 21 Voorzorgsmaatregelen bij vorst 21 De machine verplaatsen 21
Problemen oplossen 21 Technische gegevens 23 Aanwijzingen voor testinstituten 23
Montage-instructies 24
Montage 24
Bevestigen aan de aangrenzende keukenmeubelen 25 Waterpas installatie 25
Aansluiting aan de waterleiding 25
Wateraansluitingen 25 Watertoevoerslang met veiligheidsklep
Aansluiting waterafvoerslang 26
Aansluiting aan het elektriciteitsnet 28 Milieubescherming 28
Verpakkingsmateriaal 28
21
26
Veiligheidsinformatie
Wijzigingen voorbehouden
Gebruiksaanwijzing
Veiligheidsinformatie
In het belang van uw veiligheid en om een correct gebruik te kunnen waarborgen is het van belang dat u, alvorens het apparaat te installeren en in gebruik te nemen, deze ge­bruiksaanwijzing, inclusief de tips en waarschuwingen, grondig doorleest. Om onnodige vergissingen en ongevallen te voorkomen is het belangrijk te waarborgen dat alle mensen die het apparaat gebruiken, volledig bekend zijn met de werking ervan en de veiligheids­voorzieningen. Bewaar deze instructies en zorg ervoor dat zij bij het apparaat blijven als het wordt verplaatst of verkocht, zodat iedereen die het apparaat gedurende zijn hele levensduur gebruikt, naar behoren is geïnformeerd over het gebruik en de veiligheid van het apparaat.
Correct gebruik
• Deze afwasmachine is uitsluitend bedoeld voor het reinigen van huishoudelijke ge­bruiksvoorwerpen die geschikt zijn voor reiniging in een afwasmachine.
• Doe geen oplosmiddelen in de afwasmachine. Dit kan een explosie veroorzaken.
• Messen en andere voorwerpen met scherpe punten moeten met de punt naar beneden in de bestekmand worden geplaatst of horizontaal in het bovenrek worden gelegd.
• Gebruik alleen producten (afwasmiddel, zout en glansmiddel) die geschikt zijn voor af­wasmachines.
• Open de deur niet als het apparaat in werking is; er kan hete stoom ontsnappen.
• Neem geen serviesgoed uit de afwasmachine voordat het afwasprogramma is afgelopen.
• Trek na het gebruik de stekker uit het stopcontact en draai de waterkraan dicht.
• Dit product mag alleen worden onderhouden door een daartoe bevoegde servicemonteur en er dient alleen gebruik te worden gemaakt van originele reserveonderdelen.
• Onder geen voorwaarde moet u proberen de afwasmachine zelf te repareren. Reparaties die worden uitgevoerd door onervaren personen veroorzaken letsel of storingen. Raad­pleeg ELECTROLUX Service. Sta te allen tijde op het gebruik van originele reserveonder­delen.
3
Algemene veiligheid
• Afwasmiddelen kunnen chemische brandwonden veroorzaken aan de ogen, de mond en de keel. Deze kunnen levensbedreigend zijn! Houd u aan de veiligheidsinstructies van de afwasmiddelfabrikant.
• Het water in uw afwasmachine is geen drinkwater. Resten van afwasmiddel kunnen nog in de machine aanwezig zijn.
• Zorg ervoor dat de deur van de afwasmachine altijd gesloten is als het apparaat niet wordt in- of uitgeruimd. Zo voorkomt u dat iemand over de open deur struikelt en zich bezeert.
• Ga niet op de open deur zitten of staan.
Veiligheidsinformatie
4
De veiligheid van kinderen
• Dit apparaat is bestemd voor gebruik door volwassenen. Laat kinderen de afwasmachine niet zonder toezicht gebruiken.
• Houd alle verpakkingsmateriaal buiten het bereik van kinderen. Gevaar voor verstikking.
• Bewaar alle afwasmiddelen op een veilige plaats buiten het bereik van kinderen.
• Houd kinderen uit de buurt van de afwasmachine als de deur open staat.
Installatie
• Controleer uw afwasmachine op eventuele transportschade. Sluit nooit een beschadigde machine aan. Neem contact op met uw leverancier als de machine beschadigd is.
• Alle verpakkingsmaterialen moeten verwijderd worden voordat u het apparaat in gebruik neemt.
• Alle elektrische en loodgieterswerkzaamheden die nodig zijn voor de installatie van dit apparaat moeten worden uitgevoerd door een gekwalificeerd en competent persoon.
• Om veiligheidsredenen is het gevaarlijk wijzigingen aan te brengen in de specificaties of dit product op enigerlei wijze te modificeren.
• Gebruik de afwasmachine nooit als het aansluitsnoer of de waterslangen beschadigd zijn; of als het bedieningspaneel, het werkblad of de plint zodanig beschadigd zijn dat het inwendige van de machine vrij toegankelijk is. Raadpleeg ELECTROLUX Service om gevaarlijke situaties te voorkomen.
• In de behuizing van de afwasmachine mogen geen gaten worden geboord ter voorko­ming van schade aan hydraulische en elektrische onderdelen.
WAARSCHUWING!
Voor de aansluiting van elektriciteit en water dienen de instructies in de desbetreffende paragrafen nauwgezet te worden opgevolgd.
Beschrijving van het product
1 Het bovenrek 2 Aanpassen van de instelling van de waterhardheid 3 Zoutreservoir 4 Afwasmiddeldoseerbakje 5 Glansmiddeldoseerbakje 6 Typeplaatje 7 Filters 8 Onderste sproeiarm 9 Bovenste sproeiarm
Beschrijving van het product
5
Bedieningspaneel
Het eerste gebruik
6
1
Programmaschakelaar
2
START/ RESET toets
3
Toets uitgestelde start
4
Controlelampjes
5
Controlelampje Aan/uit
6
Programma-aanwijzer
Wassen
Controlelampjes
brandt tijdens de afwas- en spoelfase.
Drogen
Einde programma
Zout bijvullen
1)
Glansmiddel
1)
1) De controlelampjes voor zout en glansmiddel branden nooit als een afwasprogramma bezig is, zelfs als bijvullen
van zout en glansmiddel noodzakelijk is.
brandt tijdens de droogfase.
Gaat branden als een afwasprogramma is afge­lopen. Heeft ook andere visuele signalerings­functies zoals:
• het instellen van de waterontharder,
• melding van een alarm als gevolg van storing van de machine.
Gaat branden als speciaal zout moeten worden bijgevuld.
Gaat branden als glansmiddel moet worden bij­gevuld.
programmaschakelaar en controlelampje aan/uit
Een afwasprogramma kiest u door de programmaknop met de klok mee of tegen de klok in te draaien, totdat de programma-aanwijzer op de knop overeenkomt met het gewenste afwasprogramma op het bedieningspaneel.
Het controlelampje aan/uit brandt (positie AAN)
Om het apparaat uit te schakelen draait u de programmaknop totdat de programma-
aanwijzer correspondeert met het controlelampje aan/uit. Het controlelampje aan/ uit gaat uit (positie UIT).
Met behulp van de programmaschakelaar kan ook de waterontharder worden geactiveerd.
Het eerste gebruik
Voordat u uw afwasmachine in gebruik neemt:
De waterontharder instellen
• Zorg ervoor dat de elektrische aansluiting en de wateraansluiting voldoen aan de in­stallatie-instructies
• Verwijder alle verpakkingsmaterialen uit de binnenkant van het apparaat
• De waterontharder instellen
• Giet 1 liter water in het zoutreservoir en vul het reservoir vervolgens met regenereerzout
• Vul het glansmiddeldoseerbakje
Als u gebruik wilt maken van gecombineerde afwasmiddeltabletten ("3 in 1", "4 in 1", "5 in 1" etc... ) volg dan de instructies in "Gebruik van afwasmiddel" op.
De waterontharder instellen
De afwasmachine is uitgerust met een waterontharder die is ontworpen om mineralen en zouten uit het leidingwater te verwijderen die een schadelijk of negatief effect zouden hebben op de werking van het apparaat. Hoe hoger het gehalte van deze mineralen en zouten is, des te harder is het water. De hardheid van water wordt gemeten in equivalente eenheden, Duitse hardheid (°dH), Franse hardheid (°TH) en mmol/l (millimol per liter - internationale eenheid voor de hardheid van water). De ontharder moet worden ingesteld in overeenstemming met de hardheid van het water in uw omgeving. Uw waterleidingbedrijf kan u informeren over de hardheid van het water in uw woonplaats. De waterontharder moet op beide manieren worden ingesteld: handmatig, met behulp van de waterhardheidstoets en elektronisch.
Waterhardheid Aanpassen van de waterhard-
heidsinstelling
°dH °TH mmol/l handmatig elektronisch
51 - 70 91 - 125 9,1 - 12,5 2 niveau 10 ja 43 - 50 76 - 90 7,6 - 8,9 2 niveau 9 ja 37 - 42 65 - 75 6,51 - 7,5 2 niveau 8 ja 29 - 36 51 - 64 5,1 - 6,4 2 niveau 7 ja 23 - 28 40 - 50 4,0 - 5,0 2 niveau 6 ja 19 - 22 33 - 39 3,3 - 3,9 2 niveau 5 ja 15 - 18 26 - 32 2,61 - 3,2 1 niveau 4 ja 11 - 14 19 - 25 1,9 - 2,5 1 niveau 3 ja
4 - 10 7 - 18 0,71 - 1,8 1 niveau 2 ja
< 4 < 7 < 0,7 1 niveau 1 nee
7
Gebruik van
zout
Handmatig instellen
De afwasmachine wordt in de fabriek ingesteld op stand 2.
Gebruik van zout voor de vaatwasser
8
1. Open de deur van de afwasmachine.
2. Neem het onderrek uit de afwasmachine.
3. Zet de waterhardheidsknop in stand 1 of 2 (zie tabel).
4. Plaats het onderrek terug.
Elektronisch instellen
De afwasmachine is in de fabriek ingesteld op stand 5.
1. De afwasmachine moet uitgeschakeld zijn. Houd de start/RESET-toets ingedrukt en draai de programmaschakelaar met de klok
mee totdat de programma-aanwijzer correspondeert met het eerste afwasprogramma.
2.
Laat de start/RESET-toets los, de aan/uit- en start/RESET-controlelampjes gaan knipperen. Dit geeft aan dat u de functie voor het instellen van de waterontharder hebt geactiveerd.
3.
Tegelijkertijd begint het controlelampje einde programma te knipperen. Het huidige niveau wordt aangegeven door het aantal keren dat het controlelampje
Einde programma knippert, samen met een onderbreking van 3 seconden. Voorbeelden:
5 keer knipperen, pauze, 5 keer knipperen, pauze, enz... = niveau 5 6 keer knipperen, pauze, 6 keer knipperen, pauze, enz... = niveau 6
4.
Druk op de start/RESET-toets om het niveau te wijzigen. Elke keer dat deze toets wordt ingedrukt, wordt het niveau gewijzigd.
Voorbeelden:
als het huidige niveau 5 is, wordt door START/RESET-functietoets één keer in te drukken, niveau 6 geselecteerd.
als het huidige niveau 10 is, wordt door START/RESET-toets één keer in te drukken, niveau 1 geselecteerd.
5. Schakel om de instelling in het geheugen op te slaan de afwasautomaat uit door de programmaschakelaar weer in de positie Uit te zetten.
Gebruik van zout voor de vaatwasser
WAARSCHUWING!
Gebruik alleen zout dat specifiek is bestemd voor gebruik in afwasmachines. Alle andere soorten zout die niet specifiek zijn ontwikkeld voor gebruik in een afwasmachine, in het bijzonder tafelzout, zullen schade toebrengen aan de waterontharder. Vul alleen zout bij vlak voordat u een van de volledige afwasprogramma's gaat starten. Hiermee wordt voor­komen dat gemorste zoutkorrels of zout water enige tijd op de bodem van de machine achterblijven, hetgeen corrosie kan veroorzaken.
Vullen:
Gebruik van glansspoelmiddel
1. Open de deur, neem het onderrek uit de machine en schroef het deksel van het zout­reservoir los door het tegen de wijzers van de klok in te draaien.
2.
Giet 1 liter water in het reservoir (dit is alleen nodig als de machine de eerste keer met zout wordt gevuld) .
3. Giet met behulp van de bijgeleverde trechter zout in het reservoir totdat het vol is.
4. Plaats het deksel terug en zorg er voor dat er geen zoutresten achterblijven op de schroefdraad of op de pakking.
5. Draai het deksel goed vast door het met de klok mee te draaien tot de aanslag (u hoort een klik).
Maak u geen zorgen als er bij het vullen met zout water uit de vulopening stroomt, dit is heel normaal.
Het zoutcontrolelampje op het bedieningspaneel kan 2-6 uur blijven branden nadat het zout is bijgevuld, ervan uitgaande dat de afwasmachine ingeschakeld blijft. Als u gebruik maakt van zout dat minder snel oplost, kan dit nog langer duren. De werking van de machine wordt hierdoor niet beïnvloed.
Gebruik van glansspoelmiddel
9
WAARSCHUWING!
Gebruik alleen merkglansmiddelen voor afwasmachines. Vul het glansmiddeldoseerbakje nooit met andere middelen (bijv. afwasmachinereinigings­middel, vloeibaar afwasmiddel). Dit zou het apparaat beschadigen.
Glansmiddel zorgt ervoor dat het serviesgoed grondig wordt gespoeld en vrij van vlekken en strepen opdroogt. Glansmiddel wordt tijdens de laatste keer spoelen automatisch gedoseerd.
1. Open het reservoir door op de ontgren­delknop (A) te drukken.
Dagelijks gebruik
10
2. Giet glansmiddel in het reservoir. Het maximale vulniveau wordt aangegeven door "max".
Het doseerbakje bevat ongeveer 110 ml glansmiddel, voldoende voor tussen de 16 en 40 afwascycli, afhankelijk van de inge­stelde dosering.
3. Zorg ervoor dat het deksel na het vullen goed wordt gesloten.
Neem eventueel bij het vullen gemorst glans­middel op met een absorberende doek om de volgende keer als u een programma draait bui­tensporige schuimvorming te voorkomen.
De glansmiddeldosering in te stellen
Stel de dosering van het glansmiddel in overeenstemming met de bereikte eind- en droog­resultaten in met behulp van de 6-standenschakelaar (stand 1 minimumdosering, stand 6 maximumdosering). De dosering wordt in de fabriek ingesteld op stand 4.
Verhoog de dosering als er na afloop van het pro­gramma waterdruppels of kalkvlekken op het ser­viesgoed achterblijven. Verlaag de dosering als er kleverige witachtige strepen op het serviesgoed achterblijven of een blauwzweem op glaswerk of op de lemmeten van messen.
Dagelijks gebruik
• Controleer of het nodig is regenereerzout of glansmiddel bij te vullen.
• Plaats bestek en serviesgoed in de afwasmachine.
• Afwasmiddel doseren.
• Selecteer een programma dat geschikt is voor het bestek en het serviesgoed.
• Start het afwasprogramma.
De vaatwasser inruimen
De vaatwasser inruimen
Sponzen, huishoudtextiel en voorwerpen die water kunnen absorberen mogen niet in de afwasmachine worden gereinigd.
• Voordat u het serviesgoed in de machine plaatst, dient u:
– alle etensresten en vuil te verwijderen. – Laat aangebakken etensresten in pannen eerst inweken
• Let bij het plaatsen van serviesgoed en bestek op de volgende punten:
– Borden en bestek mogen de draaibeweging van de sproeiarmen niet belemmeren. – Plaats holle voorwerpen zoals kopjes, glazen, pannen, enz. met de opening naar be-
neden zodat ze niet vol water lopen. – Borden en bestek mogen niet in elkaar liggen of elkaar bedekken. – Zorg er ter voorkoming van schade aan glaswerk voor dat glazen elkaar niet raken. – Leg kleine voorwerpen in de bestekmand.
• Voorwerpen van kunststof en pannen met teflon hebben de neiging waterdruppels vast te houden; deze voorwerpen drogen niet zo goed als voorwerpen van porselein en staal.
• Lichte voorwerpen (kunststofbakjes enz.) moeten in het bovenrek worden geplaatst en zo worden neergezet dat ze niet kunnen bewegen.
Het volgende serviesgoed en bestek is voor reiniging in de afwasmachine
niet geschikt: in beperkte mate geschikt:
• bestek met houten, hoornen, porseleinen of parelmoeren handgrepen.
• voorwerpen van kunststof die niet hittebe­stendig zijn.
• ouder bestek met gelijmde onderdelen die niet hittebestendig zijn.
• gelijmd bestek of gelijmde borden.
• tinnen of koperen voorwerpen.
• glaswerk van loodkristal.
• gemakkelijk roestende stalen voorwerpen.
•houten schotels.
• voorwerpen gemaakt van synthetische vezels.
Open de deur en schuif de rekken naar buiten om het serviesgoed te plaatsen.
• Reinig aardewerk alleen in de afwasmachine als het door de fabrikant specifiek wordt ge­kenmerkt als afwasmachinebestendig.
• Geglazuurde dessins kunnen vervagen als ze vaak in de afwasmachine gewassen worden.
• Zilveren en aluminium hebben de neiging om tijdens het reinigen te verkleuren: etensres­ten, bijv. eiwit, eidooier en mosterd, veroor­zaken op zilver vaak verkleuring en vlekken. Verwijder etensresten dan ook onmiddellijk van zilver, als dit niet meteen na gebruik wordt afgewassen.
11
De vaatwasser inruimen
12
Het onderrek
Het onderrek is geschikt voor steelpannen, deksels, borden, slakommen, bestek, enz.
Dekschalen en grote deksels moeten langs de rand van het rek worden gerangschikt om te garande­ren dat de sproeiarmen vrij kunnen draaien.
De bestekmand
WAARSCHUWING!
Rechtop geplaatste lange messen zijn een potentieel gevaar. Lang en/of scherp snijgereed­schap zoals bijvoorbeeld vleesmessen moeten horizontaal in het bovenrek worden gelegd. Pas op bij het plaatsen of uitnemen van scherpe voorwerpen zoals messen.
Opdat alle bestekdelen in de bestekmand door water worden omspoeld, moet u:
1. de roosterinzet op de bestekmand plaat­sen.
2. vorken en lepels met de greep naar onder­en in de bestekmand plaatsen.
Voor groter kookgerei, zoals gardes, een helft van het bestekrooster weghalen.
De vaatwasser inruimen
13
Bovenrek
Het bovenrek is geschikt voor borden (dessertbordjes, schotels, etensborden met een dia­meter tot 24 cm), slakommen, kopjes en glazen Plaats voorwerpen zo op en onder de kopjesrekken dat het water alle oppervlakken kan bereiken. Glazen met een lange voet kunnen ondersteboven in de kopjesrekken worden geplaatst. Voor hogere voorwerpen kunnen de kopjesrekken worden opgeklapt. Glazen met een lange voet kunnen ondersteboven in de kopjesrekken worden geplaatst. Voor hogere voorwerpen kunnen de kopjesrekken worden opgeklapt. Lichte voorwerpen (kunststofbakjes enz.) moeten in het bovenrek worden geplaatst en zo worden neergezet dat ze niet kunnen bewegen.
De vaatwasser inruimen
14
In het geval dat borden in het bovenrek worden geplaatst, moet u ze van achteren naar voren in het rek plaatsen, ze iets voorover zetten en er voor zorgen dat de voorkant van het laatste bord de deur raakt. Controleer alvorens de deur te sluiten dat de sproeiarmen vrij kunnen ronddraaien.
De hoogte van het bovenrek aanpassen
Als er zeer grote borden moeten worden afgewassen, kunt u deze in het onderrek plaatsen nadat u het bovenrek in zijn hoogste positie hebt geplaatst.
Maximale hoogte van borden in:
het bovenrek Onderrek
Met bovenrek in hoogste stand 20 cm 31 cm Met bovenrek in laagste stand 24 cm 27 cm
Ga als volgt te werk om het bovenrek in zijn hoogste stand te zetten:
Gebruik van vaatwasmiddelen
1. Trek de voorste vergrendelingen (A) van het bovenrek naar buiten en schuif het rek er uit.
2. Zet het rek terug in de hogere stand en zet de vergrendelingen (A) weer in hun oor­spronkelijke stand.
Als het rek in de hoogste stand staat, kunt u geen gebruik maken van de kopjesrekken.
WAARSCHUWING!
Sluit na het vullen van het apparaat altijd de deur, want een open deur kan gevaarlijk zijn.
Gebruik van vaatwasmiddelen
Gebruik uitsluitend afwasmiddelen die specifiek zijn bedoeld voor gebruik in afwasmachi­nes. Neem de aanbevelingen van de fabrikant voor dosering en bewaren op de verpakking van het afwasmiddel in acht.
Het gebruik van niet meer dan de juiste hoeveelheid afwasmiddel draagt bij aan minder milieuverontreiniging.
Afwasmiddel doseren
1. Open het deksel.
15
Gebruik van vaatwasmiddelen
16
2. Vul het afwasmiddelbakje (1) met afwas­middel. De markering geeft de doseerni­veaus aan:
20 = ca. 20 g afwasmiddel 30 = ca. 30 g afwasmiddel.
3. Alle programma's met voorwas hebben een extra dosering afwasmiddel nodig (5/10 g) dat in het afwasmiddelbakje voor de voorwas (2) moet worden gedaan.
Deze dosering wordt gebruikt tijdens de voorwasfase.
4. Bij gebruik van afwasmiddeltabletten, het tablet in vakje (1) leggen
5. Sluit het deksel en druk totdat het op zijn plaats klikt.
Afwasmiddeltabletten
Afwasmiddeltabletten van verschillende fabri­kanten lossen niet allemaal even snel op. Daar­om bereiken bepaalde afwasmiddeltabletten tijdens korte programma's niet hun volledige reinigingswerking. Kies daarom bij het gebruik van afwasmiddeltabletten lange programma's, om ervoor te zorgen dat tabletresten volledig worden verwijderd.
Gebruik van gecombineerde afwasmiddeltabletten
Dit zijn producten met een gecombineerde reinigings-, glans- en zoutfunctie. Ook kunnen zij verschillende andere middelen bevatten afhankelijk van de soort tabletten die u kiest ("3 in 1", "4 in 1", "5 in 1" etc...).
1. Controleer of deze producten geschikt zijn voor uw waterhardheid. Zie de instructies van de fabrikant.
2. Kies de laagste instelling voor de waterhardheid en de dosering van het glansmiddel.
3. Alvorens het afwasprogramma te starten eerst het afwasmiddeltablet in het afwas­middelbakje leggen.
Het zoutreservoir en de het glansmiddeldoseerbakje hoeven dan niet meer bijgevuld te worden. In dit geval gaat het controlelampje voor het glansmiddel altijd branden wanneer de machine wordt ingeschakeld (niet alle modellen zijn voorzien van een controlelampje voor het glansmiddel).
Als de droogresultaten niet bevredigend zijn, adviseren wij u:
1. het glansmiddeldoseerbakje te vullen met glansmiddel.
2. de dosering van het glansmiddel in te stellen op stand 2.
Afwasprogramma's
Als u besluit weer over te gaan op het gebruik van de standaardafwasmiddelen adviseren wij u:
1. Vul het zoutreservoir en het glansmiddeldoseerbakje opnieuw.
2. Stel de waterhardheid in op de hoogste stand en laat een normaal afwasprogramma, zonder serviesgoed, draaien.
3. de waterhardheid in te stellen in overeenstemming met de hardheid van het water in uw omgeving.
4. De glansmiddeldosering in te stellen.
Afwasprogramma's
17
Energie (kWh)
1,8 -2,0
0,9
1,5 - 1,7
1,0 - 1,2
0,1
1)
Water (liter)
22 - 24
9
23 - 25
14 - 16
5
Programma Mate van
INTENSIV CA­RE 70°
2)
30 MIN
NORMAL 65° Normaal
ECO 50°
Voorwas Alles Gedeeltelijke
1) De verbruikswaarden zijn bedoeld als richtlijn en zijn afhankelijk van de druk en de temperatuur van het water,
maar ook van de variaties in de netspanning en de hoeveelheid serviesgoed.
2) Ideaal voor gebruik bij een gedeeltelijk gevulde afwasmachine. Dit is het perfecte dagelijkse programma, speciaal
bedoeld voor een gezin bestaande uit 4 personen om alleen het serviesgoed van het ontbijt en het avondeten af te wassen.
3) Testprogramma voor testinstanties.
4) Voor dit programma hoeft geen afwasmiddel gebruikt te worden
vervuiling
Sterk ver­vuild
Licht ver­vuild
vervuild
3)
Normaal vervuild
Soort servies-
goed
Serviesgoed, bestek, pot­ten en pan­nen
Serviesgoed en bestek
Serviesgoed en bestek
Serviesgoed en bestek
lading (later op de dag verder te vul-
4)
len)
Beschrijving programma
Voorwas
Hoofdwas
Tussentijdse spoelgang
Laatste spoelgang
Verbruikswaarden
Drogen
Duur (minuten)
120 - 130
30
105 - 115
130 - 140
12
Loading...
+ 39 hidden pages