AEG EWF166110W User Manual [nl]

gebruiksaanwijzing
Wasmachine
EWF 146110 W EWF 166110 W
2 electrolux
Electrolux. Thinking of you.
Ga voor meer van onze ideeën naar www.electrolux.com
INHOUD
Veiligheidsinformatie 2 Beschrijving van het product 4 Bedieningspaneel 5 Het eerste gebruik 7 Dagelijks gebruik 7 Nuttige aanwijzingen en tips 10 Wasprogramma's 11
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Belangrijk! Zorgvuldig lezen en voor toekomstige raadpleging bewaren.
• De veiligheid van uw apparaat voldoet aan de voorschriften en de wettelijke ver­eisten met betrekking tot de veiligheid van apparaten Wij vinden echter dat wij, als fabrikant, de plicht hebben u de vol­gende veiligheidsaanwijzingen te geven.
• Het is erg belangrijk dat deze gebruiks­aanwijzing bij de machine bewaard zodat u later nog eens iets kunt nalezen. Als het apparaat aan iemand anders verkocht of geschonken wordt, of als u verhuist en de machine achterlaat, zorg er dan voor dat de gebruiksaanwijzing bij het appa­raat blijft zodat de nieuwe eigenaar ken­nis kan nemen van de werking van het ap­paraat en de bijbehorende waarschuwin­gen.
• U MOET deze gebruiksaanwijzing aan­dachtig doorlezen voordat u de machine te installeert of in gebruik neemt.
• Controleer uw machine op eventuele schade, die ontstaan kan zijn tijdens het transport, voordat u hem in gebruik neemt. Sluit nooit een beschadigde ma­chine aan. Als er onderdelen zijn bescha­digd, neem dan contact op met uw leve­rancier.
• Als de machine in de winter wordt afgele­verd, als de temperatuur onder nul is. Zet de wasmachine 24 uur in een ruimte met kamertemperatuur voordat u hem in ge­bruik neemt.
Onderhoud en reiniging 14 Problemen oplossen 18 Technische gegevens 20 Verbruikswaarden 21 Montage 21 Aansluiting aan het elektriciteitsnet 25 Milieubescherming 25
Wijzigingen voorbehouden
Algemene veiligheid
• Het is gevaarlijk om de specificaties te wij­zigen of om te proberen op enigerlei wijze veranderingen aan te brengen aan dit ap­paraat.
• Tijdens wasprogramma's op hoge tempe­ratuur kan het deurglas heet worden. Niet aanraken!
• Zorg ervoor dat kleine kinderen en huis­dieren niet in de trommel klimmen. Om dit te voorkomen dient u de trommel vóór het gebruik te controleren.
• Voorwerpen als munten, veiligheidsspel­den, spijkers, schroeven, stenen of ande­re harde, scherpe materialen kunnen gro­te schade aan het apparaat toebrengen en mogen niet in het apparaat terechtko­men.
• Gebruik alleen de aanbevolen hoeveel­heid wasverzachter en wasmiddel. Als u te veel doseert, kunnen kledingstukken beschadigd raken. Raadpleeg de aanbe­velingen van de fabrikant met betrekking tot de hoeveelheden.
• Was kleine artikelen zoals sokken, veters, wasbare ceintuurs enz. in een waszak of kussensloop, omdat deze tussen de kuip en de trommel terecht kunnen komen.
• Gebruik uw wasautomaat niet om artike­len met baleinen, materialen zonder zoom of gescheurde materialen te was­sen.
• Trek na gebruik, reiniging en onderhoud van de machine altijd de stekker uit het stopcontact en draai de kraan dicht.
• Probeer in geen geval zelf de machine te repareren. Reparaties uitgevoerd door on-
electrolux 3
deskundigen kunnen lichamelijk letsel of ernstige schade aan de machine veroor­zaken. Neem contact op met een Klanten­service bij u in de buurt. Vraag altijd om originele vervangingsonderdelen.
Installatie
• Dit apparaat is zwaar. Wees voorzichtig als u het apparaat verplaatst.
• Controleer bij het uitpakken van het appa­raat of dit niet is beschadigd. Gebruik het apparaat bij twijfel niet en neem contact op met de Klantenservice.
• Alle verpakkingsmaterialen en transport­bouten moeten vóór het gebruik worden verwijderd. Als dit wordt nagelaten kan dit ernstige schade aan het product en an­dere eigendommen tot gevolg hebben. Zie het desbetreffende hoofdstuk in de ge­bruiksaanwijzing.
• Controleer na de installatie van het appa­raat of het niet op de toevoer- en afvoers­lang staat en of het werkblad het aansluit­snoer niet platdrukt tegen de muur.
• Als het apparaat op een tapijtvloer wordt geplaatst, dient de hoogte van de stelpoo­tjes te worden aangepast om de lucht on­der het apparaat toch goed te kunnen la­ten circuleren.
• Let er altijd op of er na de installatie geen water lekt uit de slangen en de aansluitin­gen.
• Als het apparaat geïnstalleerd is op een plaats waar het kan vriezen, lees dan het hoofdstuk "Bevriezingsgevaren.
• Eventuele voor de installatie van dit appa­raat noodzakelijke loodgieterswerkzaam­heden, moeten worden uitgevoerd door een gekwalificeerde loodgieter.
• Eventuele voor de installatie van het appa­raat noodzakelijke elektrotechnische werkzaamheden, moeten worden uitge­voerd door een gekwalificeerde elektricien.
Gebruik
• Dit apparaat is bestemd voor huishoude­lijk gebruik. Het is niet toegestaan het ap­paraat te gebruiken voor andere doelein­den dan waarvoor het is bestemd.
• Was in de machine alleen textiel dat ge­schikt is voor machinaal wassen. Volg de instructies op het wasvoorschrift in de kle­ding.
• Doe niet te veel wasgoed in de machine. Zie de "Wasprogramma"-tabel.
• Voordat u gaat wassen, dient u ervoor te zorgen dat alle zakken leeg zijn en dat al­le knopen en ritsen dicht zijn. Was geen gerafelde of gescheurde artikelen. Behan­del vlekken zoals verf, inkt, roest en gras eerst voordat u artikelen met dit soort vlek­ken gaat wassen. Beugelbeha's mogen NIET machinaal worden gewassen.
• Kledingstukken die in aanraking zijn ge­weest met vluchtige petroleumproducten mogen niet in de machine gewassen wor­den. Als vluchtige reinigingsvloeistoffen zijn gebruikt, dient u ervoor te zorgen dat de vloeistof uit het kledingstuk is verwij­derd voordat u het in de wasautomaat doet.
• Trek de stekker nooit aan het snoer uit het stopcontact; maar aan de stekker zelf.
• Gebruik de wasmachine nooit als het aan­sluitsnoer, het bedieningspaneel, het werkblad of de sokkel beschadigd zijn, waardoor de binnenkant van de wasma­chine toegankelijk is.
Veiligheid van kinderen
• Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door personen (met inbegrip van kinde­ren) met beperkte lichamelijke of verstan­delijke vermogens of een gebrek aan er­varing en kennis, tenzij dit onder toezicht gebeurt van een voor hun veiligheid ver­antwoordelijke persoon of tenzij zij van een dergelijke persoon instructie hebben ontvangen over het gebruik van het appa­raat
• Houd kinderen uit de buurt om te voorko­men dat ze met het apparaat spelen
• De verpakkingsmaterialen (zoals plastic fo­lie en polystyreen) kunnen een gevaar op­leveren voor kinderen - verstikkingsge­vaar! Houd ze buiten het bereik van kinde­ren.
• Berg alle wasmiddelen op een veilige plaats, buiten het bereik van kinderen, op.
• Zorg ervoor dat kinderen of huisdieren niet in de trommel kunnen klimmen. Om te voorkomen dat kinderen of huisdieren in de trommel vast komen te zitten, heeft deze machine een speciale functie. Om deze functie te activeren draait u de knop (zonder deze in te drukken) aan de bin-
4 electrolux
nenkant van de deur naar rechts tot de groef horizontaal staat. Gebruik zo nodig een muntstuk.
Om deze functie uit te schakelen en de mogelijkheid te herstellen om de deur te sluiten, draait u de knop naar links tot de groef verticaal staat.
BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
Uw nieuwe apparaat voldoet aan alle moderne eisen voor een effectieve behandeling van wasgoed met een laag verbruik van water, energie en wasmiddel. Zijn nieuwe was­systeem maakt het volledige gebruik van wasmiddel mogelijk en vermindert het water­verbruik om energie te besparen.
1 2
1 Wasmiddellade 2 Bedieningspaneel 3 Deurhandgreep
3
4
5
6
4 Typeplaatje 5 Afvoerpomp 6 Verstelbare pootjes
electrolux 5
Wasmiddellade
Vakje voor wasmiddel voor de voorwas­en inweekfase of voor vlekkenverwijderaar die gebruikt wordt tijdens de vlekkenverwij­deringsfase (indien beschikbaar). Het voor­was- en inweekmiddel wordt aan het begin van het wasprogramma ingespoeld. De vlek­kenverwijderaar wordt tijdens de vlekkenver­wijderingsfase ingespoeld.
Vakje voor waspoeder of vloeibaar was­middel voor de hoofdwas. Als u vloeibaar wasmiddel gebruikt, schenk dit dan in net voordat u het programma start.
Vakje voor vloeibare toevoegingen (was­verzachter, stijfsel). Volg de aanbevelingen van de fabrikant van het product voor de gebruikte hoeveelheid en zorg dat u het merkteken «MAX» in de wasmiddellade niet overschrijdt. Wasver­zachter of stijfsel moet in het vakje voor vloei­bare toevoegingen worden gegoten voor­dat u het wasprogramma start.
BEDIENINGSPANEEL
Hieronder staat een afbeelding van het bedieningspaneel. Het laat de programmakeu­zeknop zien alsook de toetsen en controlelampjes. Deze onderdelen worden op de vol­gende pagina's met verwijzing naar de relevante nummers uitgelegd.
1 2 3 4 5 6 7
1
PROGRAMMAKEUZEKNOP
2
Toets KORT Centrifugeren
3 OPTIES toets 4 Toets EXTRA SPOELEN 5
Toets START/PAUZE
6 Toets UITGESTELDE START 7
Controlelampje
Programmakeuzeknop
Hiermee kunt u het apparaat aan/uit scha­kelen en/of een programma selecteren.
Toets centrifugeren
Door op deze toets te drukken kunt u de centrifugesnelheid van het geselecteerde programma wijzigen.
6 electrolux
Nachtcyclus
Als u deze optie kiest, zal de machine het water na de laatste spoelgang niet afvoeren en de centrifugegangen worden onder­drukt, zodat het wasgoed niet kreukt. Deze wascyclus is zeer stil en geschikt om 's nachts of in de voordeeluren te gebruiken. Bij sommige programma's gebruiken de spoelgangen meer water. Voordat de deur wordt geopend, moet het water worden weggepompt. Om het water weg te pom­pen leest u paragraaf "Aan het einde van het programma".
Spoelstop
Als u deze functie kiest, wordt het laatste spoelwater niet weggepompt om te voorko­men dat het wasgoed kreukelt. Voordat de deur wordt geopend, moet het water wor­den weggepompt. Om het water weg te pompen leest u paragraaf "Aan het einde van het programma".
Voorwas
Als u deze optie kiest, voert de machine een voorwascyclus uit voordat de hoofdwas­fase begint. De wastijd zal worden ver­lengd. Deze optie wordt aanbevolen voor sterk vervuild wasgoed.
Dagelijks
Door op deze toets te drukken wordt de wasduur verkort. Te gebruiken voor licht ver­vuilde was.
Supersnel
Korte cyclus voor licht vervuild wasgoed of voor was die alleen opgefrist moet worden. Wij adviseren u om een kleinere hoeveel­heid was in de machine te doen.
Extra spoelen
Dit apparaat is ontworpen om energie te be­sparen. Als het noodzakelijk is het wasgoed te spoelen met een extra hoeveelheid water (extra spoelgang), kiest u deze optie. De ma­chine voert enkele extra spoelgangen uit. De-
ze optie wordt aanbevolen voor personen die allergisch zijn voor wasmiddelen en in ge­bieden waar het water erg zacht is.
Uitgestelde start
Het starten van het programma kan met de­ze toets 3, 6 of 9 uur worden uitgesteld.
Start/Pauze
Met deze toets kunt u het geselecteerde pro­gramma starten of onderbreken.
Controlelampjes
7.1
7.2
7.3
Nadat de toets 5 is ingedrukt, gaat het con­trolelampje WASSEN (7.1) aan. Als het con­trolelampje 7.1 aan gaat, betekent dit dat de machine in werking is. Als het programma is afgelopen, gaat het controlelampje voor het einde van het pro­gramma (7.3) branden. Het controlelampje DEUR (7.2) gaat aan, als het programma start en geeft aan wan­neer de deur kan worden geopend:
• lampje uit de deur kan niet geopend wor­den. De machine is in werking of is ge­stopt, maar er zit nog water in de trommel
• lampje uit: de deur kan nu geopend wor­den. Het programma is afgelopen of het water is weggepompt.
• lampje knippert: de deur wordt geopend
Tabel met symbolen - Programmakeuzeknop
= Katoen = Economy (zuinig)
= Synthetica = Fijne was
electrolux 7
= Wol = Handwas
= Pompen = Centrifugeren
= Miniprogramma
Symbolentabel - Toetsen en controlelampjes
= Nachtcyclus = Deur vergrendeld
= Spoelstop = Einde programma
= Extra spoelen = Uitgestelde start
= Was
= Spoelgangen
HET EERSTE GEBRUIK
• Zorg ervoor dat de elektrische aan­sluiting en de wateraansluiting vol­doen aan de installatie-instructies.
• Verwijder het polystyreenblok en evt. andere materialen uit de trommel.
• Giet 2 liter water in het vakje voor het hoofdwasmiddel dellade om de ECO -klep te active-
van de wasmid-
ren. Laat vervolgens het katoenpro­gramma op de hoogste temperatuur draaien, zonder wasgoed in de ma­chine, zodat eventuele fabricageres­ten uit de trommel en de kuip wor­den verwijderd. Giet een halve maat­beker wasmiddel in het vakje voor de hoofdwas en start de machine.
DAGELIJKS GEBRUIK
Wasgoed in de machine doen
Open de deur voorzichtig door de hand­greep naar buiten te trekken. Doe het was­goed stuk voor stuk in de trommel; schud het eerst zo goed mogelijk uit. Sluit de vul­deur.
middel af, giet het vervolgens in het vak voor de hoofdwas
als het geselecteerde programma/de optie dit vereist (zie voor meer informatie "Was­middeldoseervakje")
of in een ander vak
Wasmiddel en wasverzachter doseren
Trek de wasmiddellade zo ver mogelijk naar buiten. Meet de vereiste hoeveelheid was-
Giet indien gewenst wasverzachter in het vakje de markering "MAX" in de lade overschrij­den). Schuif de wasmiddellade er weer voor­zichtig in.
(de gebruikte hoeveelheid mag niet
8 electrolux
Kies het gewenste programma met de programmakeuzeknop (1)
Draai de programmakeuzeknop op het ge­wenste programma. De wasmachine selec­teert automatisch een maximaal centrifuge­toerental voor het programma dat u geko­zen heeft. U kunt deze waarde veranderen met de bijbehorende toets. Het groene con­trolelampje van toets 5 begint te knipperen De programmakeuzeknop kan met de klok mee of tegen de klok in worden gedraaid. Draai naar stand « O » om het programma te resetten/De machine uit te schakelen
Aan het einde van het programma moet de programmakeuzeknop op stand O worden gezet om de machine uit te schakelen
Let op! Als u de
programmakeuzeknop op een ander programma zet, wanneer de machine in werking is, gaat het rode controlelampje van de toets 5 3 keer knipperen om aan te geven dat er een verkeerde keuze is gemaakt De machine zal het nieuw gekozen programma niet uitvoeren.
Verlaag de centrifugesnelheid door op toets 2 te drukken
Wanneer het gewenste programma is geko­zen, stelt uw machine automatisch het maxi­male centrifugetoerental voor dat program­ma voor. Druk herhaaldelijk op toets 2 om de centrifu­gesnelheid te veranderen, als u wilt dat uw wasgoed op een andere snelheid wordt ge-
centrifugeerd Het desbetreffende lampje licht op.
Selecteer de beschikbare opties door te drukken op toetsen 2, 3 en 4
Afhankelijk van het programma, kunnen er verschillende functies gecombineerd wor­den. Deze functies moeten geselecteerd worden, nadat u het gewenste programma gekozen heeft en voordat het programma start. Als deze toetsen worden ingedrukt, gaan de bijbehorende controlelampjes aan. Als zij opnieuw worden ingedrukt, gaan de contro­lelampjes uit. Als er een verkeerde optie is gekozen, knippert het geïntegreerde rode controlelampje van de toets 5 3 keer.
Zie voor de mogelijke combinaties van wasprogramma's en opties hoofdstuk 'Wasprogramma's'.
Selecteer de uitgestelde start door op toets 6 te drukken
Als u de start wilt uitstellen, druk dan her­haaldelijk op toets 6 , voordat u de machine start Het desbetreffende lampje licht op. U moet deze optie kiezen nadat u het pro­gramma hebt ingesteld en voordat u het pro­gramma start U kunt de uitsteltijd te allen tijde annuleren of wijzigen, voordat u op toets 5 drukt. De uitgestelde start kiezen
1. Kies het programma en de gewenste op­ties.
2. Kies het Startuitstel met toets 6 .
3. Druk op toets 5 : – de machine begint de tijd af te tellen
in uren
– Het programma zal beginnen als het
gekozen uitstel is afgelopen. De uitgestelde start annuleren nadat u het programma gestart heeft
1. zet de wasmachine op PAUZE door op
toets 5 te drukken
2. Druk eenmaal op toets 6 , het lampje
van het gekozen startuitstel gaat uit
3. Druk nogmaals op toets 5 om het pro-
gramma te starten De Uitgestelde start kan niet gekozen wor­den bij het programma POMPEN .
electrolux 9
Belangrijk! Het gekozen uitstel kan alleen worden veranderd nadat u het wasprogramma opnieuw hebt gekozen. De deur blijft gedurende het uitstel vergren­deld. Als u de deur toch wilt openen, moet u de wasmachine eerst op PAUZE zetten (door op toets 5 te drukken) en een paar mi­nuten te wachten Nadat u de deur weer ge­sloten heeft drukt u weer op de toets 5 .
Start het programma door te drukken op toets 5
Druk op toets 5 , om het gekozen program­ma te starten. Het bijbehorende rode con­trolelampje stopt met knipperen. De contro­lelampjes 7.1 en 7.2 gaan branden om aan te geven dat het apparaat begint te werken en dat de deur vergrendeld is. Om een lopend programma te onderbre­ken, drukt u op toets 5 : het bijbehorende groene controlelampje begint te knipperen Om het programma opnieuw te starten van­af het punt waarop het werd onderbroken, toets 5 nogmaals indrukken . Als u een uitgestelde start gekozen heeft, begint de machine af te tellen Als er een verkeerde optie is gekozen, knip­pert het rode controlelampje van de toets 5 3 keer.
Een optie of lopend programma wijzigen
Het is mogelijk om een optie te veranderen voordat het programma deze uitvoert Voordat u iets kunt veranderen, moet u de wasmachine laten pauzeren door op de toets 5 te drukken. U kunt een lopend programma alleen veran­deren door het te resetten Draai de program­makeuzeknop op O en daarna op de stand van het nieuwe programma. Start het nieu­we programma door nogmaals op toets 5 te drukken. Het water in de kuip zal niet wor­den weggepompt
Een programma onderbreken
Druk op toets 5 om een lopend programma te onderbreken. Het bijbehorende groene controlelampje begint te knipperen Druk nogmaals op de toets om het program­ma opnieuw te starten .
Een programma annuleren
Draai de keuzeknop op
om een lopend
programma te annuleren.
U kunt nu een nieuw programma kiezen.
De deur openen
Nadat het programma gestart is (of tijdens de uitgestelde start), is de deur vergren­deld. Als u hem moet openen, moet u het apparaat eerst laten pauzeren door op de toets 5 te drukken. Na enkele minuten gaat het lampje 7.2 uit en kunt u de deur openen. Als dit lampje aan blijft en de deur is vergren­deld, betekent dit dat de machine al aan het opwarmen was of dat het waterniveau te hoog is Probeer in ieder geval de deur niet te forceren! Als u de deur niet kunt openen terwijl dit toch nodig is, schakelt u de machine uit door de keuzeknop op
te draaien. Na en-
kele minuten kan de deur worden geopend
(let op het waterniveau en de tempera­tuur!) .
Nadat u de deur gesloten heeft, moet u het programma opnieuw selecteren en op de toets 5 drukken.
aan het einde van het programma
De machine stopt automatisch. Het contro­lelampje van toets 5 en de controlelampjes
7.1 en 7.2 gaan uit. Het lampje 7.3 gaat bran­den. Als een programma of een optie is gekozen waarbij water in de trommel achterblijft, blijft het controlelampje 7.2 aan en blijft de deur vergrendeld om aan te geven dat er water weggepompt moet worden voordat de deur geopend wordt. Volg onderstaande instructies om het water af te voeren:
1.
Zet de programmakeuzeknop op
.
2. Kies het programma pompen of centrifu-
geren.
3. Verlaag indien nodig de centrifugesnel-
heid met de betreffende toets.
4.
Als u op de toets 5 drukt: Aan het einde van het programma gaat het controlelampje 7.2 uit om aan te geven dat de deur geopend kan worden. Draai de pro-
grammakeuzeknop op
om de machine uit te schakelen. Verwijder het wasgoed uit de trommel en controleer goed of de trommel helemaal leeg is. Als u niet van plan bent om nog een was te doen, sluit dan de waterkraan. Laat
10 electrolux
de deur open staan om vorming van schim­mel en onaangename luchtjes te voorkomen.
Stand-by : zodra het programma is af­gelopen, wordt het energiebesparende systeem geactiveerd en gaan de con-
NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
De was sorteren
Houd u aan de wassymbolen op de etiket­ten, waarvan elk kledingstuk voorzien is, en de wasvoorschriften van de fabrikant. Sor­teer het wasgoed als volgt: wit, bont, syn­thetisch, fijne was, wol.
Voordat u de was in de machine doet
Was witte en bonte was nooit samen. Wit kan in de was zijn "witheid" verliezen. Nieuwe bonte weefsels kunnen uitlopen als zij de eerste keer worden gewassen; was dit soort kleding de eerste keer dan ook apart. Knoop kussenslopen dicht, sluit ritsen, haak­jes en drukknopen. Bind ceintuurs of lange riemen vast. Verwijder hardnekkige vlekken vóór het was­sen. Wrijf bijzonder vervuilde delen in met een speciaal wasmiddel of reinigingspasta. Behandel vitrage met speciale zorg. Verwij­der haken of stop ze in een zak of net.
Vlekken verwijderen
De kans bestaat dat hardnekkige vlekken niet kunnen worden verwijderd met alleen water en wasmiddel. Het is daarom aan te bevelen vlekken eerst te behandelen alvo­rens het kledingstuk te wassen. Bloed: behandel verse bloedvlekken met koud water. Laat opgedroogde vlekken een nacht in water met een speciaal wasmiddel inweken; daarna de vlek met het sop uitwas­sen. Verf op oliebasis: bevochtig de vlek met wasbenzine, leg het kledingstuk op een zachte doek en dep de vlek; herhaal de be­handeling enkele keren. Opgedroogde vetvlekken: bevochtig de vlek met terpentine, leg het kledingstuk op een zacht oppervlak en dep de vlek met de vingertoppen en een katoenen doek. Roest: oxaalzuur opgelost in warm water of een roestverwijderingsproduct dat koud
1) Gebruik geen aceton op kunstzijde.
trolelampjes aan. Door op een willekeu­rige toets te drukken, haalt u het appa­raat uit de energiebesparende stand.
wordt gebruikt. Wees voorzichtig met oude roestvlekken omdat de cellulosestructuur in dat geval beschadigd zal zijn en de kans groot is dat de vlek een gat wordt. Schimmelvlekken: behandel de vlek met bleekmiddel; goed uitspoelen (alleen witte en kleurechte weefsels). Gras: licht inzepen en de vlek met bleekmid­del behandelen (alleen witte en kleurechte weefsels). Balpeninkt en lijm: bevochtig met ace-
1)
ton
, leg het kledingstuk op een zachte doek en dep de vlek. Lippenstift: bevochtig de vlek met aceton zoals hierboven, vervolgens de vlekken met brandspiritus behandelen. Behandel evt. achtergebleven sporen met bleekmiddel. Rode wijn: laten inweken in water en was­middel, uitspoelen en behandelen met azijn­zuur of citroenzuur, vervolgens uitspoelen. Behandel evt. achtergebleven sporen met bleekmiddel. Inkt: bevochtig de stof afhankelijk van het
type inkt eerst met aceton
1)
en dan met azijn­zuur; behandel evt. achtergebleven sporen op wit textiel met bleekmiddel; daarna gron­dig uitspoelen. Teervlekken: eerst behandelen met vlek­kenverwijderaar, brandspiritus of wasbenzi­ne, vervolgens inwrijven met reinigingspasta.
Wasmiddelen en nabehandelingsmiddelen
Een goed wasresultaat is ook afhankelijk van de keuze van het wasmiddel en het ge­bruik van de juiste hoeveelheden om verspil­ling te voorkomen en het milieu te sparen. Ofschoon zij biologisch afbreekbaar zijn be­vatten wasmiddelen stoffen die - in grote hoeveelheden - de broze balans van de na­tuur kunnen verstoren. De keuze van het wasmiddel hangt af van het type stof (fijne was, wol, katoen, enz.),
electrolux 11
de kleur, wastemperatuur en de mate van vervuiling. Alle in de handel verkrijgbare machinewas­middelen kunnen in deze machine worden gebruikt:
• waspoeder voor alle soorten weefsels;
• waspoeder voor tere weefsels (60°C max) en wol;
• vloeibare wasmiddelen, bij voorkeur voor wasprogramma's op lage temperatuur (60°C max) voor alle soorten weefsels, of speciaal voor alleen wol.
De wasmiddelen en nabehandelingsmidde­len moeten in het juiste vakje van de was­middellade worden gedaan voordat het was­programma wordt gestart. Als gebruik wordt gemaakt van vloeibaar wasmiddel, dient een programma zonder voorwas te worden gekozen. De wasautomaat is uitgerust met een recir­culatiesysteem dat een optimaal gebruik van geconcentreerd wasmiddel mogelijk maakt. Volg de aanbevelingen van de fabrikant op voor wat betreft de te gebruiken hoeveelhe-
Hoeveelheid wasmiddel
Het type en de te gebruiken hoeveelheid wasmiddel hangen af van het type weefsel, de hoeveelheid wasgoed, de mate van ver­vuiling en de hardheid van het water. Volg de instructies van de wasmiddelenfa­brikant over de te gebruiken hoeveelheden. Gebruik minder wasmiddel als:
• als u een kleine lading wast;
• het wasgoed licht vervuild is;
• er veel schuimvorming is tijdens het was­sen.
Graden van waterhardheid
De hardheid van water wordt geclassifi­ceerd in zogenaamde hardheidsgraden. In­formatie over de hardheid van het water in uw omgeving kan worden verkregen bij het desbetreffende waterleidingbedrijf. Als de waterhardheid middelmatig of hoog is, ra­den we aan een waterontharder toe te voe­gen, waarbij u altijd de instructies van de fa­brikant opvolgt. Als de hardheid van het wa­ter zacht is, pas dan de hoeveelheid was-
middel aan. den en overschrijd het «MAX» teken in de wasmiddellade niet .
WASPROGRAMMA'S
Programma Maximale en minimale temperatuur Programmabeschrijving Maximale centrifugesnelheid Maximale belading Type wasgoed
KATOEN
95°-60° Hoofdwas - spoelgangen Lang centrifugeren bij maximale centrifugesnelheid (1400/1600 tpm afhankelijk van model) Max. belading 6 kg - Gered. lading 3 kg Wit en kleurecht katoen (zwaar tot normaal vervuild was­goed).
Opties
CENTRIFUGEREN
NACHTCYCLUS
SPOELSTOP
VOORWAS
KORT
EXTRA KORT
EXTRA SPOELING
1)
Wasmiddel
Vakje
2)
12 electrolux
Programma Maximale en minimale temperatuur Programmabeschrijving Maximale centrifugesnelheid Maximale belading Type wasgoed
KATOEN ECO
60° Hoofdwas - spoelgangen Lang centrifugeren bij maximale centrifugesnelheid (1400/1600 tpm afhankelijk van model) Max. belading 6 kg Voor wit en bont katoen (normaal vervuilde artikelen). Dit programma kan worden geselecteerd voor licht of nor­maal vervuilde katoenen wasgoed. De temperatuur wordt verlaagd en de wastijd wordt verlengd. Zo wast u doeltref­fend en bespaart u energie.
KATOEN ECO 40° Hoofdwas - spoelgangen Lang centrifugeren bij maximale centrifugesnelheid (1400/1600 tpm afhankelijk van model) Max. belading 6 kg Bont katoen (licht vervuild wasgoed). Dit programma kan worden geselecteerd voor licht of nor­maal vervuilde katoenen wasgoed. De temperatuur wordt verlaagd en de wastijd wordt verlengd. Zo wast u doeltref­fend en bespaart u energie.
KATOEN 40°- KOUD Hoofdwas - spoelgangen Lang centrifugeren bij maximale centrifugesnelheid (1400/1600 tpm afhankelijk van model) Max. belading 6 kg - Gered. lading 3 kg
Bont katoen (licht vervuild wasgoed).
SYNTHETICA
60°- KOUD Hoofdwas - spoelgangen Maximale centrifugesnelheid 900 tpm Max. belading 3 kg - Gered. lading 1,5 kg Synthetische of gemengde stoffen: ondergoed, gekleur­de kledingstukken, krimpvrije overhemden, blouses.
LAGE TEMP. 40°-30° Hoofdwas - spoelgangen Maximale centrifugesnelheid 700 tpm Max. belading 3 kg - Gered. lading 1,5 kg
Fijne was: acryl, viscose, polyester.
Opties
CENTRIFUGEREN
NACHTCYCLUS
SPOELSTOP
VOORWAS
EXTRA SPOELING
CENTRIFUGEREN
NACHTCYCLUS
SPOELSTOP
VOORWAS
EXTRA SPOELING
CENTRIFUGEREN
NACHTCYCLUS
SPOELSTOP
VOORWAS
KORT
EXTRA KORT
1)
EXTRA SPOELING
CENTRIFUGEREN
NACHTCYCLUS
SPOELSTOP
VOORWAS
KORT
EXTRA KORT
1)
EXTRA SPOELING
NACHTCYCLUS
SPOELSTOP
VOORWAS
KORT
EXTRA KORT
1)
EXTRA SPOELING
Wasmiddel
Vakje
2)
2)
2)
2)
2)
Programma Maximale en minimale temperatuur Programmabeschrijving Maximale centrifugesnelheid Maximale belading Type wasgoed
WOL/ HANDWAS
40°- KOUD Hoofdwas - spoelgangen Maximale centrifugesnelheid 900 tpm Max. lading 2 kg Wasprogramma voor in de machine te wassen en met de hand te wassen wollen artikelen en fijne was waarin het «handwas»-symbool staat. Opmerking : Een enkel of groot stuk wasgoed kan een verkeerd evenwicht van de trommel tot gevolg hebben. Als de machine de laatste cen­trifugefase niet uitvoert, voeg dan meer wasgoed toe, ver­deel de lading handmatig opnieuw en kies vervolgens het centrifugeprogramma.
SPOELEN
Spoelgangen Lang centrifugeren bij maximale centrifugesnelheid (1400/1600 tpm afhankelijk van model) Max. belading 6 kg Met dit programma is het mogelijk om katoenen kleding­stukken die met de hand gewassen zijn, uit te spoelen en te centrifugeren. Om de spoelactie te intensiveren, selec­teert u de optie EXTRA SPOELING. De machine zal extra spoelgangen uitvoeren.
POMPEN Water wegpompen Max. belading 6 kg Om het laatste spoelwater af te voeren bij programma's met de Spoelstop- en Nachtcyclusoptie.
CENTRIFUGEREN Pompen en lang centrifugeren Lang centrifugeren bij maximale centrifugesnelheid (1400/1600 tpm afhankelijk van model) Max. belading 6 kg Aparte centrifugegang voor kledingstukken die met de hand gewassen moeten worden en na programma's met de spoelstop- en nachtcyclusoptie. U kunt de snelheid met behulp van de betreffende toets aanpassen aan de stoffen die gecentrifugeerd moeten worden.
MINI 30° Hoofdwas - Spoelgangen - Kort centrifugeren Maximale centrifugesnelheid 700 tpm Max. lading 3 kg Ideaal voor wasgoed dat licht vervuild is of dat alleen opge­frist moet worden
electrolux 13
Opties
Wasmiddel
Vakje
CENTRIFUGEREN
NACHTCYCLUS
SPOELSTOP
CENTRIFUGEREN
NACHTCYCLUS
SPOELSTOP
EXTRA SPOELING
CENTRIFUGEREN
14 electrolux
Programma Maximale en minimale temperatuur Programmabeschrijving Maximale centrifugesnelheid Maximale belading Type wasgoed
= OFF
Om het lopende programma te annuleren of om de machine uit te schakelen.
1) Als u de optie Extra kort selecteert door te drukken op toets 3 , raden we u aan de maximale belading te
beperken, zoals aangegeven. (Gered. lading = gereduceerde lading). Maximale belading is wel mogelijk, maar de wasresultaten zullen minder goed zijn.
2) Als u gebruik maakt van vloeibaar wasmiddel, moet u een programma zonder VOORWAS selecteren.
Opties
Wasmiddel
Vakje
ONDERHOUD EN REINIGING
Waarschuwing! U moet het apparaat loskoppelen van de elektrische voeding, voordat u welke reinigings- of onderhoudswerkzaamheden dan ook kunt uitvoeren.
Ontkalken
Het water dat wij gebruiken bevat gewoon­lijk kalk. Het is aan te bevelen om regelma­tig een waterontharder in de machine te ge­bruiken. Doe dit apart van het wassen van wasgoed en volgens de aanwijzingen van de fabrikant van de waterontharder. Hier­mee voorkomt u de vorming van kalkaan­slag.
Na elke wasbeurt
Laat de deur een tijdje open staan. Dit helpt om de vorming van schimmel en onaange­name luchtjes in het apparaat te voorko­men. Door de deur een tijdje open te laten staan na een wascyclus blijft de afdichting van de deur ook beter bewaard.
Onderhoudswasbeurt
Bij wasbeurten op lage temperaturen is het mogelijk dat er aanslag aan de binnenkant van de trommel blijft zitten. Wij raden u daarom aan regelmatig een on­derhoudswasbeurt uit te voeren. Om een onderhoudswasbeurt uit te voeren:
• Moet de trommel leeg zijn.
• Moet u het heetste wasprogramma voor
katoen kiezen.
• Gebruik een normale hoeveelheid was-
middel, dit moet waspoeder zijn met bio­logische eigenschappen.
Schoonmaken van de buitenkant
Maak de buitenkant van het apparaat alleen
schoon met water en zeep, droog het daar-
na grondig af.
Belangrijk! Gebruik geen brandspiritus,
oplosmiddelen of soortgelijke producten om
de buitenkant van de machine te reinigen.
De wasmiddellade schoonmaken
De wasmiddellade moet regelmatig worden
schoongemaakt.
De lade voor was- en nabehandelingsmid-
delen moet regelmatig worden schoonge-
maakt.
Verwijder de lade door de vergrendeling
naar beneden te drukken en de lade naar
buiten te trekken.
Spoel de lade af onder een kraan om even-
tuele resten waspoeder te verwijderen.
Om het schoonmaken te vergemakkelijken
kan het bovenste gedeelte van het vakje
voor nabehandelingsmiddelen verwijderd
electrolux 15
worden. Maak alle onderdelen schoon met water.
Maak de onderdelen van de wasmiddellade schoon met een borstel.
Wastrommel
Roestaanslag in de trommel kan voorko­men vanwege roestende vreemde voorwer­pen in de was of door leidingwater dat ijzer bevat.
Belangrijk! Maak de trommel niet schoon met zure ontkalkingsmiddelen, schuurmiddelen die chloor bevatten of staalwol.
1. Verwijder alle roestaanslag op de trom-
mel met een reinigingsmiddel voor roest­vrij staal.
2. Draai een wascyclus zonder was in de trommel om restanten van reinigingsmid­delen te verwijderen. Programma: Kort katoenprogramma op maximale temperatuur en voeg ong. een kwart maatbeker wasmiddel toe.
Deurrubber
Controleer van tijd tot tijd het deurrubber en haal evt. aanwezige voorwerpen weg die in de manchet terecht zijn gekomen.
Afvoerpomp
De pomp moet regelmatig worden gecon­troleerd en in het bijzonder als:
• de machine niet pompt en/of niet centrifu-
geert;
• de machine tijdens het pompen een ab-
normaal geluid maakt als gevolg van vei­ligheidsspelden, munten, enz. die de pomp blokkeren.
• een probleem met de waterafvoer wordt
gedetecteerd (zie hoofdstuk "Wat te doen als..." voor meer informatie).
Waarschuwing! Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u de pompdeur opent.
Ga hiervoor als volgt te werk:
1. trek de stekker uit het stopcontact.
2. Wacht indien nodig tot het water is af-
gekoeld.
3. Open het pompdeurtje.
16 electrolux
4. Plaats een opvangbak dichtbij de pomp om het vrijkomende water op te vangen.
5. Trek de noodafvoerslang naar buiten, plaats hem in de opvangbak en verwij­der de dop.
6. Als er geen water meer naar buiten komt, schroef dan het deksel van de pomp los door deze naar links te draai­en en verwijder het filter. Gebruik indien nodig een tang. Houd altijd een oude doek bij de hand om het eventueel ge­morste water te kunnen opvegen. Spoel het filter af onder een kraan om eventuele resten waspoeder te verwijde­ren.
7. Verwijder vreemde materialen en was­poeder van het filter en het schoepenrad.
8. Controleer nauwkeurig of het schoepen­rad draait (het draait schokkering). Als het niet draait dient u contact op te ne­men met de klantenservice.
9. Plaats de dop terug op de noodafvoers­lang en zet de slang terug op zijn plaats.
10. Vervang het filter in de pomp door het op de juiste wijze in de speciale gelei­ders te plaatsen. Schroef de pompklep stevig vast door he t naar rechts te draai­en.
11. Sluit het pompdeurtje.
Waarschuwing!
Als het apparaat in werking is en afhankelijk van het gekozen programma kan er heet wa­ter in de pomp aanwezig zijn. Verwijder het pompdeksel nooit tijdens een wascyclus, wacht altijd tot de machine de cyclus heeft afgemaakt en u het wasgoed uit de trommel heeft gehaald. Wanneer u het deksel weer vastschroeft, dient u goed te controleren of het stevig is vastgezet om lekkages te voorkomen en te voorkomen dat jonge kinderen het kunnen verwijderen.
De watertoevoerfilters schoonmaken
Als u merkt dat het langer duurt om de ma­chine met water te vullen, controleer dan of het zeefje in de watertoevoerslang niet is ver­stopt.
1. Draai de waterkraan dicht.
2. Schroef de watertoevoerslang los.
3. Reinig het zeefje in de slang met een har­de borstel.
electrolux 17
4. Schroef de waterslang weer op de kraan.
5. Schroef de slang los van de machine. Houd een oude doek bij de hand om eventueel gemorst water te kunnen op­vegen.
6. Maak het filter in de klep schoon met een stevige borstel of met een doek.
7. Schroef de slang terug op de machine en zorg dat de aansluiting stevig vastzit.
8. Draai de waterkraan open.
Machine legen in geval van nood
Ga, als het water niet wordt afgevoerd, als volgt te werk om de machine leeg te laten lopen:
1. trek de stekker uit het stopcontact;
2. draai de waterkraan dicht;
3. wacht indien nodig totdat het water is af­gekoeld;
4. open het pompdeurtje;
5. zet een opvangbak op de vloer en houd het uiteinde van de noodafvoerslang in
18 electrolux
de bak. Trek de stop eruit. Het water zou door de zwaartekracht in de opvang­bak moeten lopen. Plaats als de opvang­bak vol is de stop terug op de slang. Gooi de opvangbak leeg. Herhaal deze procedure totdat er geen water meer uit de slang komt;
6. reinig indien nodig de pomp, zoals hier­boven beschreven;
7. plaats de stop terug op de noodafvoers­lang en zet de slang terug op zijn plaats;
8. schroef de pomp weer vast en sluit het deurtje.
Voorzorgsmaatregelen bij vorst
Als de machine op een plaats staat waar de temperatuur tot beneden het vriespunt kan dalen, ga dan als volgt te werk
1. Sluit de kraan en schroef de watertoe­voerslang los van de kraan
2. Plaats het uiteinde van de noodafvoers­lang en van de toevoerslang in een op de vloer geplaatste opvangbak en laat het aanwezige water weglopen
3. Schroef de watertoevoerslang weer aan de kraan en zet de noodafvoerslang
PROBLEMEN OPLOSSEN
Bepaalde problemen zijn het gevolg van een gebrek aan eenvoudig onderhoud of van onoplettendheid; dergelijke problemen kunnen gemakkelijk zonder de hulp van een monteur worden opgelost. Controleer voor­dat u contact opneemt met onze serviceaf­deling eerst de onderstaande checklist. Tijdens de werking van de machine is het mogelijk dat het rode controlelampje van
Probleem Mogelijke oorzaak/oplossing
De deur is niet gesloten (rode lampje toets 5 knippert)
• Doe de deur stevig dicht. De stekker zit niet goed in het stopcontact.
• Steek de stekker in het stopcontact. Er staat geen spanning op het stopcontact.
• Controleer de elektrische installatie in uw woning.
De wasmachine start niet:
De hoofdzekering is doorgebrand.
• Vervang de zekering. De keuzeknop is niet goed ingesteld en er is niet op toets 5 gedrukt.
• Draai de keuzeknop en druk nogmaals op toets 5 . De uitgestelde start is gekozen.
• Als het wasgoed meteen gewassen moet worden, annuleert u de uitgestelde start.
weer op zijn plaats na eerst de stop te
hebben teruggeplaatst Daardoor wordt evt. in de machine achter­gebleven water verwijderd en wordt de vor­ming van ijs en daardoor beschadiging van de machine voorkomen Als u de machine weer wilt gebruiken, con­troleer dan of de omgevingstemperatuur bo­ven de 0°C ligt Opmerking! Dit apparaat is bedoeld voor gebruik bij normale kamertemperatuur. Fa­brikant is niet verantwoordelijk voor bevrie­zingsschade.
Belangrijk! Elke keer dat u het water met behulp van de noodafvoerslang afvoert, moet u 2 liter water in het vakje voor het hoofdwasmiddel van de wasmiddellade gieten en daarna het pompprogramma laten draaien. Dit schakelt de SPAARKLEP
-voorziening in, waarmee voorkomen wordt dat een gedeelte van het wasmiddel bij de volgende wasbeurt ongebruikt blijft
toets 5 knippert, om aan te geven dat de machine niet werkt Druk, nadat het probleem is verholpen, op toets 5 om het programma opnieuw te star­ten. Als het probleem zich na alle controles nog steeds voordoet, neemt u contact op met onze serviceafdeling.
Probleem Mogelijke oorzaak/oplossing
De machine wordt niet met water gevuld:
Er stroomt water in de ma­chine en dat loopt meteen weer weg:
De machine pompt het wa­ter niet weg en/of centrifu­geert niet:
Er ligt water op de vloer:
Onbevredigende wasresul­taten:
De deur gaat niet open:
electrolux 19
De waterkraan is dicht (rode lampje toets 5 knippert)
• Draai de waterkraan open. De toevoerslang is bekneld of geknikt (rode lampje toets 5 knippert).
• Controleer de aansluiting van de watertoevoerslang. Het filter in de toevoerslang of het inlaatventielfilter is verstopt (het rode indicatielampje 5 knippert).
• Maak de watertoevoerfilters schoon (Zie 'De watertoevoerfilters schoonmaken' voor meer informatie).
De deur is niet goed gesloten (rode lampje toets 5 knippert)
• Doe de deur stevig dicht.
Het uiteinde van de afvoerslang bevindt zich te laag.
• Zie de betreffende paragraaf in het hoofdstuk "Waterafvoer".
De afvoerslang is bekneld of geknikt(rode lampje toets 5 knippert)
• Controleer de aansluiting van de afvoerslang.
Het afvoerfilter is verstopt (rode lampje toets 5 knippert)
• Maak het afvoerfilter schoon.
Er is een optie of programma gekozen waarbij het water in de trom­mel niet wordt weggepompt of een programma dat alle spoelgan­gen onderdrukt.
• Kies het programma pompen of centrifugeren.
Het wasgoed is niet gelijkmatig in de trommel verdeeld.
• Verdeel het wasgoed opnieuw.
Er is te veel of een verkeerd wasmiddel gebruikt (te veel schuimvor­ming).
• Verminder de hoeveelheid wasmiddel of gebruik een ander mid­del.
Controleer of een van de koppelingen van de toevoerslang lekka­ge vertoont. Dit is niet altijd gemakkelijk te zien, omdat het water langs de slang naar beneden loopt; controleer of de slang vochtig is.
• Controleer de aansluiting van de watertoevoerslang.
De afvoer- of toevoerslang is beschadigd.
• Vervang deze door een nieuwe.
De dop op de noodafvoerslang is na het schoonmaken niet terug­geplaatst of het filter is niet goed vastgeschroefd.
• Zet de dop terug op de noodafvoerslang en draai het filter volle­dig aan.
Er is te weinig of een verkeerd wasmiddel gebruikt.
• Gebruik meer wasmiddel of gebruik een ander middel.
Hardnekkige vlekken zijn niet vóór het wassen behandeld.
• Gebruik normaal in de handel verkrijgbare producten om hard­nekkige vlekken te behandelen.
De juiste temperatuur was niet gekozen.
• Controleer of u de juiste temperatuur hebt gekozen.
Te veel wasgoed in de trommel.
• Verminder het wasgoed in de trommel.
Het programma loopt nog.
• Wacht tot het wasprogramma is afgelopen.
De deur is niet ontgrendeld.
• Wacht tot het controlelampje 7.2 uit is.
Er staat water in de trommel.
• Kies het programma voor pompen of centrifugeren om het wa­ter te verwijderen.
20 electrolux
Probleem Mogelijke oorzaak/oplossing
De transportbouten en het verpakkingsmateriaal zijn niet verwijderd.
• Controleer of de machine correct geïnstalleerd is.
De steunvoetjes zijn niet afgesteld.
De machine staat te schud­den of maakt lawaai:
• Controleer of de machine goed waterpas staat.
Het wasgoed is niet gelijkmatig in de trommel verdeeld.
• Verdeel het wasgoed opnieuw.
Mogelijk bevat de trommel te weinig wasgoed.
• Plaats meer wasgoed in de trommel.
de elektronische voorziening voor het detecteren van een verkeerd evenwicht is ingeschakeld, omdat het wasgoed niet gelijkmatig in de trommel is verdeeld. Het wasgoed wordt opnieuw verdeeld door­dat de machine de trommel in tegenovergestelde richting rond­draait. Dit kan verschillende keren nodig zijn voordat de verkeerde
Centrifugeren begint traag of de machine centrifugeert niet:
balans verdwijnt en het normale centrifugeren kan worden hervat. Als het wasgoed na 10 minuten nog steeds niet gelijkmatig in de trommel is verdeeld, zal de machine niet centrifugeren. Verdeel het wasgoed in dat geval met de hand in de trommel en selecteer het programma centrifugeren.
• Verdeel het wasgoed opnieuw.
De lading is te klein.
• Voeg meer wasgoed toe, verdeel de lading handmatig opnieuw en kies vervolgens het programma centrifugeren.
De machine is uitgerust met een type motor die vergeleken met an-
De machine maakt een vreemd geluid:
dere traditionele motoren een vreemd geluid maakt. Deze nieuwe motor zorgt voor een soepelere start en een betere verdeling van het wasgoed in de trommel tijdens het centrifugeren en voor een betere stabiliteit van de machine.
Er is geen water zichtbaar in de trommel:
Machines die gebaseerd zijn op moderne technologie werken erg zuinig en verbruiken weinig water zonder dat dit ten koste gaat van de prestatie van de machine.
Als u het probleem niet kunt vinden of op­lossen, neem dan contact op met onze Klan­tenservice. Noteer alvorens te bellen het mo­del, serienummer en de aankoopdatum van de machine: de Klantenservice zal om deze informatie vragen.
TECHNISCHE GEGEVENS
Afmetingen Breedte
Hoogte Diepte
.. .
. .. . . . . o
N r.
.
e
.
S
..
...
.
.
.
..
..
.
.
o .. .
N d
.
o
d
M
ro
P
Mod. ... ... ...
Prod. No. ... ... ...
Ser. No. ... ... ...
60 cm 85 cm 63 cm
electrolux 21
Elektrische aansluiting Informatie over de elektrische aansluiting staat op het typeplaatje
Leidingwaterdruk Minimaal
Maximale belading Katoen 6 kg
Centrifugetoerental Maximaal 1400 tpm (EWF 146110 W)
aan de binnenkant van de deur van het apparaat.
Maximaal
0,05 MPa 0,8 MPa
1600 tpm (EWF 166110 W)
VERBRUIKSWAARDEN
Programma Energieverbruik
Witte katoen 95° 2.0 61 135
Katoen 60° 1.3 58 125
Katoen ECO 60°
Katoen 40° 0.7 58 120
Synthetische stoffen 40°
Fijne was 40° 0.55 60 65
Wol/Handwas 30° 0.25 53 55
1) Het programma "Katoen ECO" op 60°C met een belading van 6 kg is het referentieprogramma voor de gegevens die op het energielabels staan, overeenkomstig de richtlijnen 92/75/EEG.
1)
(kWh)
1.02 46 150
0.6 50 80
De verbruiksgegevens in deze tabel zijn slechts richtlijnen, ze kunnen variëren afhanke­lijk van de hoeveelheid en soort wasgoed, de temperatuur van het aangevoerde water en de omgevingstemperatuur.
Waterverbruik (liter) Programmaduur (Mi-
nuten)
MONTAGE
Uitpakken
Alle transportbouten en verpakkingsmateria­len moeten worden verwijderd alvorens de machine in gebruik te nemen. Wij raden u aan alle transportbeveiligingen te bewaren, zodat zij kunnen worden ge­monteerd als de machine ooit nog eens moet worden vervoerd.
1. Nadat u al het verpakkingsmateriaal ver-
wijderd heeft, de machine voorzichtig op zijn achterkant leggen om de basis van piepschuim van de onderkant te kunnen verwijderen
2. Verwijder het aansluitsnoer en de af­voerslang van de slanghouders op de achterkant van het apparaat
22 electrolux
3. Draai de drie bouten los.
5. Open de vuldeur en verwijder het poly­styreen blokje dat op de afdichting van de deur zit.
4. Schuif de betreffende kunststof afstand­houders naar buiten.
6. Maak het kleine gaatje aan de boven­kant en de twee grotere gaten dicht met de plastic doppen die in het zakje bij de gebruiksaanwijzing zitten.
electrolux 23
Opstellen
Installeer de machine op een vlakke harde vloer. Zorg er voor dat de luchtcirculatie rond de machine niet wordt belemmerd door tapijten, kleedjes enz. Controleer of de machine vrij staat van de muur of andere keukenmeubelen. Zet de wasmachine wa­terpas door de pootjes hoger of lager te zet­ten. Het kan enige moeite kosten om de pootjes te verstellen omdat ze voorzien zijn van een zelfborgende moer, maar de machi­ne MOET horizontaal en stabiel staan. Con­troleer de afstelling, indien nodig, met een luchtbelwaterpas. Alle noodzakelijke afstel­lingen kunnen uitgevoerd worden met een moersleutel. Zorgvuldige horizontale afstel­ling voorkomt trillingen, lawaai of verschui­ving van de machine tijdens de werking.
Let op! Leg nooit karton, hout of iets dergelijks onder de machine om oneffenheden van de vloer te compenseren.
Watertoevoer
Een waterslang is meegeleverd; deze is te vinden in de trommel van de machine. Ge­bruik voor aansluiting op de waterleiding niet de slang van uw vorige machine.
Belangrijk! Dit apparaat moet aangeslo­ten worden op een koud watertoevoer.
1. Open de vuldeur en neem de toevoers­lang uit de trommel.
2. Sluit de slang met de haakse aansluiting op de machine aan. Bevestig de toe­voerslang niet naar beneden gericht. Be­vestig de slang altijd onder een hoek naar links of naar rechts, afhankelijk van de plaats waar de waterkraan zich be­vindt.
35°
45°
3. Breng de slang in de juiste positie door de ringmoer los te draaien. Als de toe-
24 electrolux
voerslang zich in de juiste positie be­vindt, draai de ringmoer dan weer vast om lekkage te voorkomen.
4. Sluit de slang aan op een kraan met 3/4"­schroefdraad. Gebruik altijd de bij de ma­chine geleverde slang.
De toevoerslang mag niet worden verlengd. Als de slang te kort is en u de kraan niet wilt verplaatsen, zult u een nieuwe, langere slang moeten kopen die speciaal voor dit doel is gemaakt.
Waterstop
De toevoerslang is voorzien van een water­stop, een beveiligingsvoorziening tegen schade veroorzaakt door waterlekkage die kan ontstaan door natuurlijke slijtage van de slang. Deze storing wordt aangegeven door een rood vlak in venster "A" . Indien dit ge­beurt, de kraan dichtdraaien en contact op­nemen met de Klantenservice om de slang te laten vervangen.
Waterafvoer
Het uiteinde van de afvoerslang kan op drie manieren worden geplaatst.
Over de rand van een afvoer buigen met behulp van de plastic slanggeleider die bij de machine is meegeleverd. Zorg er in dit geval voor dat het uiteinde niet van de rand kan losschieten als de was­automaat aan het leeglopen is. U kunt de slang met een stuk touw aan de kraan vastbinden of aan de wand bevestigen.
In een aftakking van een gootsteenaf- voer. De aftakking dient zich boven de si­fon te bevinden, zodat de bocht zich ten minste 60 cm boven de grond bevindt.
Direct in een afvoerpijp op een hoog- te van niet minder dan 60 cm en niet meer dan 90 cm. Het einde van de af­voerslang moet altijd geventileerd zijn, d.w.z. dat de binnendiameter van de af­voerpijp groter moet zijn dan de buitendi­ameter van de afvoerslang. De afvoers­lang mag niet geknikt zijn.
A
electrolux 25
De afvoerslang kan verlengd worden tot een maximum van 4 meter. Een extra afvoers­lang en koppelstuk zijn verkrijgbaar bij de Klantenservice bij u in de buurt.
AANSLUITING AAN HET ELEKTRICITEITSNET
Informatie over de elektrische aansluiting staat op het typeplaatje aan de binnenkant van de deur van het apparaat. Controleer of de elektrische installatie in uw woning geschikt is voor het maximale vereis­te vermogen; houd hierbij rekening met an­dere apparaten die in gebruik zijn.
Sluit de machine aan op een geaard stopcontact.
De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden voor schade of
letsel die voortkomt uit het niet opvolgen van bovengenoemde veiligheidsvoorschriften.
Het aansluitsnoer moet na de installatie van de machine toegankelijk zijn.
Indien de voedingskabel moet worden vervangen, dan moet dit gebeuren door onze Klantenservice.
MILIEUBESCHERMING
Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als huishoudafval mag worden behandeld, maar moet worden afgegeven bij een verzamelpunt waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de juiste manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijke negatieve gevolgen voor mens en milieu die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalverwerking. Voor gedetailleerdere informatie over het recyclen van dit product, kunt u contact opnemen met de gemeente, de gemeentereiniging of de winkel waar u het product hebt gekocht.
Verpakkingsmaterialen
Materialen met het symbool baar. >PE<=polyethyleen >PS<=polystyreen >PP<=polypropyleen Dit betekent dat ze gerecycled kunnen wor­den als u ze netjes weggooit in de daarvoor bestemde containers.
Milieutips
Om water en energie te besparen en om het milieu te helpen beschermen, raden wij u aan de volgende tips ter harte te nemen:
• Normaal vuile was kan zonder voorwas worden gewassen om wasmiddel, water en tijd te besparen (ook het milieu wordt zo beschermd!).
zijn recycle-
26 electrolux
• De machine werkt economischer als hij volledig wordt gevuld.
• Met de juiste voorbehandeling kunnen vlekken en vuil worden verwijderd; het wasgoed kan daarna bij een lagere tem­peratuur worden gewassen.
• Doseer het wasmiddel aan de hand van de waterhardheid, de mate van vervuiling van het wasgoed en de hoeveelheid was­goed.
electrolux 27
www.electrolux.com/shop
192989390-A-332010
Loading...