AEG EHS7043K User Manual [nl]

Page 1
Welkom in de wereld van Electrolux!Welkom in de wereld van Electrolux!
Welkom in de wereld van Electrolux!
Welkom in de wereld van Electrolux!Welkom in de wereld van Electrolux!
Gefeliciteerd, u hebt gekozen voor een eersteklas product van Electrolux. U zult hier jarenlang plezier aan beleven. Het is de ambitie van Electrolux om het huishou­den voor u gemakkelijker te maken door middel van een breed assortiment kwaliteit­sapparatuur. U vindt enkele voorbeelden hiervan op de voorzijde van deze gebruiks­aanwijzing. Neem de tijd om deze gebruiksaanwijzing te bestuderen zodat u kunt profiteren van de voordelen van uw nieuwe apparaat.
Wij beloven u een superieure gebruikerservaring en dus meer gemoedsrust.
Veel succes!
44
Page 2
Nederlands
De
De innovatieve kenmerken van uw kookplaat
BE
Uw nieuwe gaskookplaat heeft verschillende innovatieve functies die hem onderscheiden van conventionele gaskookplaten.
z Elektronische bediening van alle
functies.
z Tiptoetsbediening om de functies
eenvoudig te activeren door ze met een vinger aan te raken.
z Elektronische Timer om uw
bereidingen te programmeren.
z Automatische herontsteking van
de branders als de vlam onbedoeld uit is gegaan.
z Restwarmte indicator die
waarschuwt dat de pannendragers en de branders nog heet zijn.
z Kinderslot zodat de
bedieningsknoppen niet onbedoeld bediend kunnen worden.
z Algemene uitschakeling om alle
branders in een noodgeval tegelijk uit te zetten.
z Veiligheidsuitschakeling in geval
van stroomuitval of indien de branders niet aangaan.
45
Page 3
Inhoud
V oor de Gebruiker
De innovatieve kenmerken van uw gaskookplaat ........................................................45
Voor uw veiligheid.......................................................................................................47
Beschrijving van de kookplaat ....................................................................................49
Gebruiksaanwijzing ....................................................................................................50
Tiptoetsbediening..................................................................................................50
Het aansteken van de branders.............................................................................51
Het uitdoen van de branders .................................................................................53
Als de branders niet aangaan ...............................................................................53
Als de branders onbedoeld uitgaan (automatische herontsteking) ........................54
Alle branders tegelijk uitzetten..............................................................................55
Veiligheidsuitschakeling Brander ..........................................................................55
Veiligheidsuitschakeling Kookplaat.......................................................................55
Bescherming tegen oververhitting..........................................................................56
Kinderslot .............................................................................................................56
De Elektronische Timer.........................................................................................57
Het uitgaan van de brander programmeren ............................................................58
Het instellen van de Kookwekker ..........................................................................60
Veiligheids- en energiebesp aringsadvies ....................................................................61
Bereidingstabel ..........................................................................................................62
Reiniging en onderhoud..............................................................................................63
Periodiek onderhoud ..................................................................................................65
Als iets niet werkt ......... ..........................................................................................66
Garantie/serviceafdeling .............................................................................................79
Europese Garantie .....................................................................................................81
V oor de installateur
Instructies voor de installateur....................................................................................67
T echnische Gegevens ................................................................................................67
Elektrische aansluiting...............................................................................................70
Aanpassing aan verschillende soorten gas ................................................................71
Inbouw ........... ..........................................................................................................76
Plaatsingsmogelijkheden ...........................................................................................78
46
Page 4
Voor uw veiligheid
Dit nieuwe apparaat is eenvoudig in het gebruik. Desalniettemin is het belangrijk om dit boekje aandachtig door te lezen voordat u het apparaat installeert of voor de eerste keer gebruikt. Op die manier krijgt u de beste resultaten, voorkomt u verkeerd gebruik en kunt u het apparaat op volledig veilige manier gebruiken en ook het milieu respecteren.
Installatie
z Installatie van het apparaat en aansluiting
op de voedingsbron dient uitsluitend te worden verricht door GEKWALIFICEERD PERSONEEL. Zorg ervoor dat het apparaat van de voedingsbron is LOSGEKOPPELD voordat u welke handeling dan ook verricht.
z Zorg ervoor dat de lucht vrijelijk rond het
apparaat kan circuleren. Slechte ventilatie veroorzaakt zuurstofgebrek.
z Zorg ervoor dat de gas- en
elektriciteitstoevoer overeenkomen met het type dat op het typeplaatje staat, dit plaatje zit onder de voorste rand van de glazen afdekplaat.
z Dit toestel is niet aangesloten op een
afvoerkanaal voor verbrandingsgassen. Het moet geplaatst en aangesloten worden in overeenstemming met de geldende voorschriften. Bijzondere aandacht moet worden gegeven aan die punten die betrekking hebben op de ventilatie.
z Tijdens het gebruik van een
gaskookplaat ontstaat er warmte en vochtigheid in de ruimte waar het apparaat is geïnstalleerd. Zorg voor voortdurende luchtaanvoer, houd de luchtroosters in goede staat of installeer een afzuigkap.
z Tijdens langdurig gebruik van de
kookplaat moet de ventilatie verbeterd worden, door het openzetten van een raam of door de snelheid van de afzuigkap te verhogen.
z Controleer, na het uitpakken van het
apparaat, of er niets beschadigd is en of
de voedingskabel in uitstekende staat verkeert. Als dat niet het geval is, contact opnemen met uw dealer, voordat u het apparaat installeert.
z De fabrikant kan niet aansprakelijk
worden gesteld als deze veiligheidsmaatregelen niet in acht worden genomen.
Kinderslot
z Deze kookplaat is ontworpen voor
gebruik door volwassenen. Laat kinderen niet in de buurt van of met het apparaat spelen. Wij adviseren u dringend om de
kinderslotfunctie te activeren wanneer de kookplaat niet in gebruik is.
z Dit apparaat mag niet gebruikt worden
door kinderen of andere personen wiens lichamelijke, motorische of geestelijke gesteldheid of gebrek aan ervaring en kennis die daardoor het apparaat niet kunnen gebruiken zonder supervisie of instructies van een verantwoordelijk persoon om zeker te zijn van dat het apparaat veilig kan worden gebruikt.
z De kookplaat wordt heet tijdens het
gebruik en blijft een tijdje heet, nadat hij is uitgezet. De kookplaat is uitgerust met speciale indicatielampjes die de restwarmte aangeven (zie hoofdstuk “Een brander aansteken”). Kinderen dienen uit de buurt van het apparaat te worden gehouden tot het afgekoeld is en de restwarmtelampjes uit zijn gegaan.
47
Page 5
Tijdens het gebruik
z Dit instructieboekje moet bij het apparaat
bewaard worden, zodat u het in de toekomst kunt raadplegen. Zorg ervoor dat, als het apparaat verkocht wordt of aan iemand anders wordt gegeven, het boekje bij de nieuwe eigenaar terecht komt.
z Deze kookplaat is uitsluitend bedoeld
voor huishoudelijk gebruik. De kookplaat is niet ontworpen voor commerciële of industriële doeleinden.
z Het is gevaarlijk om veranderingen aan
te brengen aan de eigenschappen van dit apparaat.
z Houd het apparaat schoon. Etensresten
kunnen brandgevaar opleveren.
z Indien het apparaat niet goed werkt,
probeer dan nooit eigenhandig reparaties uit te voeren. Reparaties door niet gekwalificeerde personen kunnen schade en ongevallen veroorzaken. Raadpleeg de inhoud van dit boekje (zie hoofdstuk “Als iets niet werkt”). Als u de gewenste informatie niet kunt vinden, neem dan contact op met de dichtstbijzijnde Technische Dienst. Onderhoud van dit apparaat dient te worden uitgevoerd door een erkende Technische Dienst. Vraag altijd om originele onderdelen.
z Zet het apparaat, na gebruik, uit met de
hoofd AAN/UIT tiptoets en controleer of
het bijbehorende rode lampje uit is. Blokkeer daarna alle bedieningstoetsen van de kookplaat door op de "Hangslot"-
toets te drukken.
z Als u andere elektrische apparaten
gebruikt, zorg er dan voor dat de snoeren niet in aanraking komen met de hete onderdelen van deze kookplaat.
Milieu-informatie
z Alle gebruikte materialen zijn
milieuvriendelijk en recyclebaar. Draag bij tot het behoud van het milieu door gebruik te maken van gescheiden afvalinzameling.
z Gesloopte of niet langer gebruikte
apparaten zijn geen waardeloos afval. Door gescheiden afvalinzameling kunnen verschillende materialen die gebruikt zijn bij de vervaardiging van uw apparaat gerecycled worden.
z Informeer naar de huidige mogelijkheden
van afvalverwerking bij uw gespecialiseerde dealer, of bij uw gemeente.
z Wanneer u een oud apparaat afdankt,
maak het dan onbruikbaar door het snoer eraf te snijden.
Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als
huishoudafval mag worden behandeld. Het moet echter naar een plaats worden gebracht waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de correcte manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijk voor mens en milieu negatieve gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalbehandeling. Voor meer details in verband met het recyclen van dit product, neemt u het best contact op met de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast met de verwijdering van huishoudafval of de winkel waar u het product hebt gekocht.
Deze instructies gelden enkel voor de landen waarvan het indentificatiesymbool is aangebracht op het titelblad van het instructieboekje en het apparaat zelf.
48
Page 6
Beschrijving van de kookplaat
Timer
bedieningszone
Normale
brander
Sudder
Brander
Links
achter
bedienings
zone
Brander
Links voor bedieningszone
brander
Over deze gebruiksanwijzing
Normale
brander
Sterke
brander
Kinderslot
Hoofd
AAN/UIT schakelaar
Brander
Rechts achter bedienings zone
Brander
Rechts voor bedieningszone
Oderstaande symbolen vindt u in de tekst en hebben de voldende betekenis:
Aanwijzingen m.b.t. de veiligheid
))
)
))
UU
U
UU
Aanwijzingen m.b.t. het gebruik Adviezen en tips Informatie m.b.t. het milieu
Dit toestel voldoet aan de EG-richtlijn
89/336 EEG, 93/68 EEG, 90/396 EEG,
2006/95 EEG.
49
Page 7
Gebruiksaanwijzing
V oordat u het apparaat in gebruik neemt, alle verpakkingsmateriaal verwijderen, inclusief reclamelabels en beschermende folie.
Tiptoetsbediening
De kookplaat is uitgerust met tiptoetsbediening. Om uw kookplaat aan te zetten, de gewenste bediening met een vinger aanraken. Zorg ervoor dat u slechts één bedieningstoets tegelijkertijd aanraakt.
Dit zijn de symbolen voor de belangrijkste tiptoetsbedieningen met de bijbehorende indicatielampjes
Hoofd AAN/UIT tiptoets
Tiptoets Ontsteking Brander
Indicatielampjes vlamhoogte
Tiptoets om de vlamhoogte te vergroten.
Tiptoets om de vlamhoogte te verlagen.
Restwarmte indicator
Brander
bedieningszone
50
Page 8
)
brander
1. Raak gedurende ongeveer 3 seconden op hoofd AAN/UIT T iptoets aan om
de kookplaat aan te zetten. Het rode lampje naast de controlelampjes gaat branden, er klinkt een geluidssignaal en de kookplaat is klaar voor gebruik.
2. Raak de tiptoets Ontsteking Brander
van de gewenste brander aan. De
vlamhoogte-indicatielampjes direct rechtsboven de symbolen en gaan branden.
Het aansteken van een
3. Raak, binnen ongeveer 3 seconden, de Hoger of Lager tiptoets aan om de brander aan te steken.
- Indien de tiptoets is geselecteerd, zal de brander automatisch op maximale vlamhoogte gaan branden (alle vlamhoogte-indicatielampjes gaan branden).
51
Page 9
- Als de tiptoets is geselecteerd, zal de brander automatisch op gemiddelde vlamhoogte gaan branden (drie vlamhoogte-indicatielampjes gaan branden).
4. Om de hoogte van de vlam bij te stellen, de tiptoets Hoger of Lager aanraken.
Het restwarmtelampje gaat branden
zodra de brander is aangestoken.
Dit betekent dat de kookzone heet wordt: het restwarmtelampje blijft branden tot de pannendragers en de brander zijn afgekoeld.
52
Page 10
Het uitdoen van een
)
brander
1. Om een brander uit te doen de bijbehorende tiptoets Brander
Ontsteking aanraken. Alle
vlamhoogte-indicatielampjes gaan uit.
Het restwarmtelampje blijft branden tot de pannendrager en de brander zijn afgekoeld.
)
aangaan
Het ontstekingsmechanisme van de kookplaat geeft gedurende ongeveer 6 seconden een serie kleine vonkjes.
Als de vlam binnen dat tijdsbestek niet gaat branden, wordt de gastoevoer naar de brander onderbroken. Na 3 seconden, herhaalt het ontstekingsmechanisme de procedure automatisch gedurende weer 6 seconden.
Na drie mislukte ontstekingspogingen, wordt de brander door een veiligheidsmechanisme geblokkeerd. De vlamhoogte-indicatielampjes en het restwarmtelampje knipperen.
Voorzichtig! Wanneer een brander door het beveiligingsmechanisme is geblokkeerd, kunnen de bedieningstoetsen gedurende ongeveer 60 seconden niet gebruikt worden.
Na 60 seconden kunt u het beveiligingsmechanisme uitzetten door tegelijk de toetsen Hoger en Lager
aan te raken.
V olg daarna de instructies uit de paragraaf "Het aansteken van een brander".
Voorzichtig! Controleer of de deksel en de kroon goed op hun plaats zitten (zie het diagram).
Als de branders niet
A
B
C
D
A - Brander Deksel B - Brander kroon C - Vonkontsteking D - Thermokoppel
53
Page 11
Als het ontstekingsmechanisme nog steeds niet werkt, raadpleeg dan
hoofdstuk “Als iets niet werkt”. Gebruik nooit een gasaansteker als
het ontstekingsmechanisme niet goed werkt. Indien nodig een lucifer gebruiken.
Als de branders
)
onbedoeld uitgaan (automatische herontsteking)
Als de vlam van de brander onbedoeld uitgaat (tocht, overkoken van vloeistoffen, enz.), wordt de gastoevoer onmiddellijk onderbroken.
Na ongeveer 20 seconden, ontstekingsmechanisme de ontstekingsprocedure
Bij de ontsteking brandt de vlam eerst op maximale hoogte, daarna gaat hij automatisch terug naar de hoogte waarop hij was ingesteld toen de vlam onbedoeld uitging.
Als er drie ontstekingspogingen mislukken, wordt de brander door een beveiligingsmechanisme geblokkeerd. De vlamhoogte-indicatielampjes en het restwarmtelampje knipperen.
Voorzichtig! Wanneer een brander door het beveiligingsmechanisme is geblokkeerd, kunnen de bedieningstoetsen gedurende ongeveer 60 seconden niet gebruikt worden.
.
herhaalt het
Na 60 seconden kunt u het beveiligingsmechanisme uitzetten door
tegelijk de toetsen Hoger en Lager
aan te raken. V olg daarna de instructies uit de paragraaf "Het aansteken van een brander".
54
Page 12
)
Alle branders tegelijk uitzetten
In een onverwacht noodgeval (het overkoken
van vloeistoffen, gevaarlijke situatie voor kinderen, enz.), kunt u onmiddellijk alle branders van de kookplaat uitzetten door
de hoofd AAN/UIT toets aan te raken.
Veiligheidsuitschakeling
)
Brander
Als u een of meer branders gedurende lange tijd aan laat en niets doet (dat wil zeggen dat u gedurende 4 uur geen enkele toets aanraakt), zal elke aangestoken brander automatisch uitgezet worden en geblokkeerd worden door het beveiligingsmechanisme.
Voorzichtig! Wanneer een brander door het beveiligingsmechanisme is geblokkeerd, kunnen de bedieningstoetsen gedurende ongeveer 60 seconden niet gebruikt worden.
IAls u de brander selecteert die niet werkt met de Timer-toets , gaat code nummer 10 in het display van
de kookzone knipperen.
Na 60 seconden kunt u het beveiligingsmechanisme uitzetten door tegelijk de toetsen Hoger en Lager
aan te raken.
V olg daarna de instructies uit de paragraaf "Het aansteken van een brander".
Veiligheidsuit schakeling
)
Kookplaat
Als geen enkele brander werkt maar de kookplaat aan staat (het rode
indicatielampje boven de tiptoets brandt), zal de kookplaat automatisch
worden uitgeschakeld als er binnen 30 minuten geen enkele toets wordt aangeraakt.
55
Page 13
Bescherming tegen
)
oververhitting
Als de kookplaat intensief gebruikt wordt, bijv . als verschillende branders gedurende lange tijd op maximaal niveau branden, detecteert een temperatuursensor mogelijke oververhitting en worden alle branders automatisch op het minimum gezet. Als de temperatuur van de kookplaat nog steeds hoger wordt terwijl de vlamhoogte verlaagd is, worden alle branders automatisch uitgezet en worden ze door het beveiligingsmechanisme geblokkeerd.
Voorzichtig! Als het beveiligingsmechanisme de branders heeft geblokkeerd, kunnen de bedieningstoetsen gedurende ongeveer 60 seconden niet bediend worden.
Als u alle branders met de Timer-toets
selecteert (een voor een), gaat
code nummer 9 in het display van de kookzone knipperen.
Na 60 seconden kunt u alle branders weer
aandoen door de Omhoog- toets en de
Omlaag-toets van een van de branders tegelijk aan te raken.
Nadat het beveiligingsmechanisme is uitgeschakeld, wachten tot de kookplaat is afgekoeld voordat u hem weer gebruikt.
Kinderslot
)
Om te voorkomen dat kinderen aan de toetsen van de kookplaat komen, kunt u deze blokkeren.
1. Raak de “Hangslot” T oets gedurende
ongeveer 3 seconden aan. Het rode lampje naast het “Hangslot” symbool gaat branden en er klinkt een
geluidssignaal.
Nu zijn alle toetsen van de kookplaat
56
Page 14
geblokkeerd, behalve de hoofd AAN/UIT tiptoets. Elke aangestoken brander blijft werken, maar kan niet afgesteld worden.
2. Om de toetsen van de kookplaat te deblokkeren, de “Hangslot”- toets
ongeveer 3 seconden aanraken. Het rode lampje naast het “Hangslot” symbool gaat uit en er klinkt een geluidssignaal.
Wij adviseren u dringend om de kinderslotfunctie te activeren wanneer de kookplaat niet in gebruik is.
Indien de stroom uit zou vallen, slaat de kookplaat de instelling van het kinderslot op in het geheugen van het systeem. Als de toetsen op het moment van de stroomuitval geblokkeerd zijn, dan zijn ze nog steeds geblokkeerd als de stroomuitval is afgelopen.
De Elektronische Timer
Uw kookplaat is uitgerust met een elektronische timer waarmee u de tijdsduur van de bereiding kunt programmeren. De timer kan ook gebruikt worden als kookwekker, als de kookplaat niet in gebruik is.
Timer
bedieningszone
De kookplaat kan ook handmatig bediend worden, bijv. zonder iets te programmeren.
De timer werkt alleen als de kookplaat aangezet is met de hoofd AAN/UIT Toets.
Dit zijn de symbolen in de bedieningszone van de Timer:
Tiptoets om de Timer te activeren en een brander te kiezen.
Display bereidingstijd Display branderkeuze Tiptoets om de tijd te verlengen.
Tip toets om de tijd te verkorten.
57
Page 15
Het uitgaan van een
)
brander programmeren
Om het uitgaan van een brander te programmeren, als volgt te werk gaan:
1. Indien noodzakelijk, de kookplaat aanzetten door de hoofd AAN/UIT T oets
gedurende ongeveer 3 seconden aan
te raken.
2. Steek de brander aan en stel het vlamniveau in met de Omhoog of Omlaag toetsen (zie par. "Het aansteken van een brander").
3. Activeer de Timer door de Timer Toets
aan te raken en kies de gewenste
brander door de Timer Toets
meerdere malen aan te raken.
4. Stel de gewenste bereidingstijd in door de Omhoog en de Omlaag T oet sen aan te raken.
(max. tijdsduur: 99 minuten).
Nadat de bereidingstijd is ingesteld, kan de branderkeuze niet meer veranderd worden.
Als u een andere brander wilt gebruiken, moet u de bereidingstijd op nul zetten met de Omlaag
toets, en dan de branderkeuze veranderen door de Timer T oets aan te raken.
58
Page 16
5. De timer begint enkele seconden na het instellen van de bereidingstijd met aftellen.
6. Tijdens de laatste tien seconden, begint de timer te piepen om u te waarschuwen dat de bereidingstijd bijna is afgelopen.
7. Aan het einde van de bereidingstijd klinkt er een geluidssignaal. Om het
geluidssignaal uit te zetten de Timer
T oet s aanraken.
Om de bereidingstijd te veranderen:
1. U kunt te allen tijde de Omhoog of Omlaag toets aanraken om de
tijdsinstelling te veranderen.
Om de tijdsinstelling te annuleren:
1. Raak de Omlaag Toets aan om de
bereidingstijd op nul te zetten.
Het is mogelijk om het uitgaan van een ENKELE brander te
programmeren. U kunt de bereidingstijd ook instellen
als de brander al aangestoken is. U kunt, bijvoorbeeld, een pan met water aan de kook brengen, vervolgens groente, vlees of pasta toevoegen en dan de gewenste bereidingstijd programmeren.
Het restwarmtelampje blijft branden, ook al is de kookplaat uitgeschakeld, totdat de brander en de pannendragers afgekoeld zijn.
59
Page 17
Het instellen van de
)
kookwekker
U kunt de timer als eenvoudige kookwekker gebruiken als geen enkele brander is aangestoken.
De kookplaat moet wel geactiveerd zijn om de timer als kookwekker te kunnen gebruiken.
Ga als volgt te werk:
1. Indien nodig, de kookplaat activeren door de hoofd AAN/UIT T oets gedurende
ongeveer 3 seconden aan te raken.
2. Raak de Timer Toets aan om de
timer te activeren.
3. Raak de Omhoog of Omlaag toetsen aan om de gewenste tijd in te
stellen (max. tijdsduur: 99 minuten).
4. De timer begint enkele seconden na het instellen van de bereidingstijd met aftellen.
6. Tijdens de laatste tien seconden, begint de timer te piepen om u te waarschuwen dat de bereidingstijd bijna is afgelopen.
7. Aan het einde van de bereidingstijd klinkt er een geluidssignaal. Om het
geluidssignaal uit te zetten de Timer
T oe ts aanraken.
Om de tijdsinstelling te veranderen:
1. U kunt te allen tijde de Omhoog of Omlaag toets aanraken om de
tijdsinstelling van de kookwekker te veranderen.
Om de tijdsinstelling te annuleren:
1. Raak de Omlaag Toets aan om de
kookwekker op nul te zetten.
60
Page 18
Veiligheids- en energiebesparingsadvies
Voor een correct gebruik van de kookplaat
Om zeker te zijn van maximale efficiëntie van de branders en lager
gasverbruik, dient u uitsluitend potten
en pannen te gebruiken met een vlakke bodem die past op de maat van de gebruikte brander (zie tabel).
Als u een pan gebruikt die kleiner is dan de aanbevolen maat, zal de vlam zich buiten de bodem van de pan uitstrekken, waardoor het handvat heet zal worden.
Zet nooit pannen op de bedieningszones. Draai de vlam altijd laag of uit voordat u pannen van de branders haalt.
Wees voorzichtig als u voedsel in hete olie of vet bakt, oververhitte spetters kunnen makkelijk ontvlammen.
Om de ontsteking van de brander makkelijker te maken, de brander aansteken voordat u de pan op de pannendrager zet. Gebruik geen onstabiele of vervormde pannen op de kookplaat, deze kunnen ongelukken veroorzaken als ze omvallen of overkoken. Wij adviseren u te koken met de deksels op de pannen. Het gebruik van een snelkookpan levert extra energiebesparing en kortere bereidingstijd op.
Zodra een vloeistof kookt, de vlam lager draaien, zodat de vloeistof zachtjes blijft koken.
Vermijd het gebruik van stenen of aardewerken potten of gietijzeren platen. Gebruik evenmin
aluminium folie om de bovenkant van de kookplaat tijdens het gebruik te beschermen.
Diameter brander diameter diameter
min. max.
Groot (sterk) 160 mm 240 mm Medium (normaal) 120 mm 220 mm Klein (sudderen) 80 mm 160 mm
61
Page 19
Bereidingst abel
Aanbevolen bereidingstijd
GERECHTEN
Soepen Bouillon 15-20 minuten x Fish Court-bouillon x
Hollandaise x
Sauces Bechamel 10 minuten x
Aurore x Andijvie x
Groenten Erwten in saus 25-30 minuten x x
Provençaalse tomaten 15-20 minuten x x
(Waar geen aanbevelingen worden gedaan, de tijdsduur instellen volgens uw eigen wensen)
STERK
SUDDEREN
VERMOGEN
NORMAAL
BRANDER
Gebakken aardappelen x x Pasta x
Vlees Steak (in p an) x
Gebakken kalfslapje 10-12 minuten x
Frites bakken 18-22 minuten x
Beignets x Rijstpudding 35 minuten x Gestoofd fruit x x
Desserts Pannenkoeken 3-4 minuten x
Chocolade 5-6 minuten x Custard 15-20 minuten x
Wij adviseren u waar in de tabel twee branders worden aangegeven, die brander te kiezen die het meest geschikt is voor de hoeveelheid voedsel die bereid moet worden.
62
Page 20
Reiniging en onderhoud
Voordat u welke onderhouds- of reinigingshandeling dan ook gaat verrichten, moet u de kookplaat LOSKOPPELEN van het elektriciteitsnet en wachten tot hij is afgekoeld.
Dit apparaat kan niet gereinigd worden met stoom of een stoomreiniger.
Het bovenblad van de kookplaat
Wrijf regelmatig met een zachte, met warm
water nat gemaakte, goed uitgewrongen doek met een klein beetje afwasmiddel over het bovenblad van de kookplaat. Vermijd het gebruik van de volgende producten:
- allesreiniger en bleekmiddelen;
- pannensponsjes die niet geschikt zijn voor anti-aanbakpannen;
- pannensponsjes van staalwol;
- vlekkenverwijderaars voor bad/wastafel.
Als de kookplaat erg vuil is geworden, adviseren wij u een geschikt reinigingsmiddel te gebruiken.
Als er krassen of barsten te zien zijn op de glazen afdekplaat, het apparaat onmiddellijk loskoppelen van het elektriciteitsnet en contact opnemen met een Technische Dienst. Gebruik het apparaat niet voordat het gerepareerd is.
63
Page 21
De Pannendragers
De pannendragers ook met een sopje van afwasmiddel schoonmaken. Gebruik voor het verwijderen van lastige vlekken nooit een pannenspons van staalwol, een agressief schoonmaakmiddel, of een pannenspons met een harde laag. Gebruik voor het verwijderen van hardnekkig vuil daarvoor in de handel zijnde schoonmaakmiddelen zonder schurende werking. De pannendragers kunnen makkelijk verwijdert worden om de kookplaat te reinigen. Zorg ervoor dat na het schoonmaken van de kookplaat, de pannendragers goed op hun plaats liggen. Om de pannendragers goed neer te leggen, zorg ervoor dat de langste arm/vinger op het gat in de brander ligt. Op deze manier liggen de pannendragers stabiel (zie afb.).
Let op als u de pannendragers terug legt dat u de glazen bovenkant niet beschadigt.
De Branders
Was de branderdeksels en kronen regelmatig
met warm water met zeep, verwijder vlekken met een milde reinigingspasta. Een goed vochtig gemaakt pannensponsje van staalwol kan gebruikt worden als de vlekken erg hardnekkig blijken te zijn. Na het schoonmaken de kroon en de deksel met een zachte doek droogwrijven en ze daarna in de goede stand op de brander zetten. Voor hardnekkige vlekken, normaal niet­schurend reinigingsmiddel gebruiken of een in de handel verkrijgbaar specifiek reinigingsproduct. NOOIT schuursponsjes, staalwol of zure stoffen gebruiken.
64
Page 22
Het ontstekingssysteem
De elektrische ontsteking wordt verkregen door een ontstekingsbougie (letter C) en een metalen elektrode. Houd deze componenten goed schoon, om moeilijkheden bij het aansteken te voorkomen, en controleer of de gaatjes van de branderkroon niet verstopt zijn.
A
B
C
D
A - Brander Deksel B - Brander kroon C - V onkontsteking D - Thermokoppel
Periodiek onderhoud
Zorg ervoor dat de conditie en efficiëntie van de gasleiding en drukregelaars periodiek gecontroleerd worden. Als er storingen worden gevonden, vraag dan niet om reparatie maar laat het onderdeel altijd vervangen.
65
Page 23
Als iets niet werkt
Sommige problemen met de werking kunnen opgelost worden door eenvoudige onderhoudshandelingen en zonder tussenkomst van de T echnische Dienst.
PROBLEEM
DE KOOKPLAAT WERKT NIET
EEN BRANDER WERKT NIET
HET DUURT TE LANG VOOR DE GERECHTEN KLAAR ZIJN / DE GERECHTEN ZIJN TE SNEL KLAAR.
OORZAAK
z Er zijn zekeringen
doorgebrand in de elektrische installatie van uw huis, er zijn schakelaars uitgezet of er is geen spanning op het stopcontact.
z De kookplaat staat niet aan.
z De hoofdgaskraan is
gesloten.
z De gasfles is leeg. z De kookplaat is oververhit en
het beveiligingsmechanisme heeft de vier branders geblokkeerd.
z Het Kinderslot is per ongeluk
geactiveerd.
z Het beveiligingsmechanisme
heeft de brander geblokkeerd omdat de ontsteking meerdere malen mislukt is. De vlamhoogte­indicatielampjes en het restwarmtelampje knipperen.
z De pannen dragers of de
branderdeksel en kroon zijn na reiniging niet goed op hun plaats terug gezet.
z De gaatjes van de
branderkroon zijn verstopt.
z De storing duurt voort. z De afstelling van de
vlamhoogte is niet goed.
f OPLOSSING
f Laat de zekeringen
vervangen.
f Reset de schakelaars.
f Raak de hoofd Aan/Uit
tiptoets
f Draai de kraan open.
Koop een nieuwe gasfles.
f
f Laat de plaat afkoelen (zie
par. “Bescherming tegen oververhitting”).
f Schakel het Kinderslot uit
(zie par. “Kinderslot”).
Wacht 60 seconden, volg
f
daarna de instructies uit hoofdstuk: “Als de branders niet aangaan” op.
f Controleer de juiste stand
(zie par. “Als de branders niet aangaan”).
f Volg de aanwijzingen op
uit deel “Reiniging en onderhoud”.
f Neem contact op met een
erkende technische dienst.
f Zie het deel “Het
aansteken van een brander”
aan.
66
Page 24
Instructies voor de Installateur
Technische Gegevens
Vermogen gasbrander
Sterke brander (groot) 2.9 kW (G20/G25) - 2.7 (G30/G31) Normale brander (medium) 1.9 kW Sudderbrander (klein) 1.0 kW
Categorie II2E+3+ Apparaat gastoevoer instelling
Aardgas G20/G25 - 20/25 mbar Gastoevoer verbindingsstuk G 1/2"
Elektrisch voltage 230 V 50 Hz
Afmetingen van het apparaat
Breedte 730 mm
Diepte 510 mm
Afmetingen voor inbouw
Breedte 710 mm
Diepte 470 mm
Apparaat klasse 3
67
Page 25
zz
z De hierna volgende instructies zijn
zz
bestemd voor de erkende installateurs, om ervoor te zorgen dat installatie en onderhoud optimaal verlopen, volgens de geldende normen. De installatie moet conform de norm NBN D 51.003 “Installaties gevoed met stoolgas lichter dan lucht” worden uitgevoerd.
zz
z De zijwanden van de meubels mogen
zz
niet hoger komen dat het werkvlak van het toestel.
zz
z Plaats het toestel niet in de buurt van
zz
ontvlambare materialen (zoals gordijnen, handdoeken enz.).
zz
z Ontkoppel het kookplateau van de
zz
stroomtoevoer. Ingeval het plateau op de stroomtoevoer aangesloten moet blijven, moeten alle nodige voorzorgsmaatregelen worden getroffen.
Aansluiting gas
Monteer een afsluitkraan die erkend is door de AGB. Starre aansluitingen verdienen de voorkeur. Bij gebruik van een gasslang moet een door de AGB erkende slang met metalen omhulsel worden gebruikt.
Bij het gebruiken van flexiebele vaste verbindingen moet men er op letten dat de pijpen niet kunnen worden geplet of dichtgekneppen en niet in aanraking komen met bewegende delen. Let hier ook op wanneer de kookplaat wordt gecombineerd met een oven. Deze kookplateaus kunnen zowel worden gevoed met gas van Slochteren (G25) met een nominale druk van 25 mbar als met aardgas (G20) met een nominale druk van 20 mbar. Om te werken met deze twee soorten gas is geen extra afstelling nodig.
Alvorens de installatie uit te voeren moet u nagaan of de gastoevoer volstaat voor de correcte voeding van het plateau. Bij
68
Page 26
maximum verbruik mag de drukdaling maximum 5% bedragen. Deze drukdaling is afhankelijk van volgende factoren:
- maximum debiet van de gasmeter;
- diameter en lengte van de leidingen voor
en achter de meter;
- doorgangsopeningen van de verschillende
kranen in het circuit;
- diameter van de eventuele tussenstukken.
BELANGRIJK - Voor een correcte werking, een zuinig verbruik en een grotere levensduur van het kookplateau moet u ervoor zorgen dat de toevoerdruk overeenstemt met de waarden in de tabel.
De verstelbare aansluiting wordt door middel van een 1/2" moer vast gezet.
Alle componenten zoals weergegeven in de afbeelding zijn reeds in de fabriek gemonteerd.
Om een optimaal resultaat te garanderen, is het toestel voor vertek uit de fabriek getest.
Aansluiting
Maak de aansluiting op de gastoevoer met behulp van een onbuigzame metalen pijp met aansluitingen overeenkomstig de wettelijke voorschriften, of met behulp van een flexibile rvs-pijp overeenkomstig de wettelijke voorschriften, met een maximale lengte van 2 m. Bij het gebruik van flexibele metalen pijpen, er voor zorgen dat deze niet in contact komen met bewegende delen of bekneld kunnen raken. Wees ook voorzichtig wanneer aansluitingen voorzien zijn voor een oven en een bovencombinatie. De gasaansluiting van het apparaat is 1/2" cylindrisch, met mannelijke schroefdraad. Maak de aansluiting zonder het apparaat te belasten.
BELANGRIJK - Om de installatie te voltooien, kijk altijd de perfecte dirchtheid van de verbindingsstukken na door een zeepachtige oplossing te gebruiken, nooit een vlaam
A) Aansluitpijp met wartel B) Ringetje C) Draaibare messing elleboog
69
Page 27
Elektrische aansluiting
Het apparaat is ontworpen voor aansluiting op 230 V monofase elektrische voeding.
De aansluiting dient te worden uitgevoerd in overeenstemming met de van kracht zijnde wetten en voorschriften.
Voordat het apparaat wordt aangesloten:
1. controleer of de hoofdzekering en de elektrische installatie van het huis voldoende zijn voor de belasting (zie het classificatielabel);
2. controleer of de elektrische installatie conform de huidige voorschriften geaard is;
3. controleer of de contactdoos of de dubbelpolaire schakelaar makkelijk bereikbaar zijn nadat het apparaat in het meubel is ingebouwd.
Het apparaat is voorzien van een verbindingskabel. Deze moet voorzien worden van een geschikte stekker, die het vermogen zoals aangegeven op het classificatielabel kan verdragen. De stekker moet in een geschikt stopcontact worden gestoken. Als het apparaat direct wordt aangesloten op de elektrische installatie, dan is het noodzakelijk om een dubbelpolaire schakelaar te monteren tussen het apparaat en de elektrische voeding, met een afstand van 3 mm tussen de contacten van de schakelaar en van een soort dat geschikt is voor de vereiste belasting in overeenstemming met de huidige voorschriften. De verbindingskabel moet zodanig geplaatst worden dat hij nergens warmer kan worden dan 90 °C hoger dan de kamertemperatuur. De bruine fasekabel (die in het klemmenbord gemarkeerd is met een “L”) moet altijd zijn aangesloten op de netwerkfase.
Het elektrische snoer vervangen
Wanneer de kabel vervangen moet worden, uitsluitend gebruik maken van H05V2V2-F (T90), H05 BB-F kabels die geschikt zijn voor de belasting en de temperatuur. De geel/groene aardedraad dient ongeveer 2 cm langer te zijn dan de fasedraad en de neutrale draden (zie afb.). Test de verwarmingselementen, na aansluiting, door ze ongeveer 3 minuten aan te zetten.
Neutraal
Aarde (groen/geel)
70
Page 28
Aanpassing aan verschillende types gas
De inspuiters vervangen
1. Verwijder de pannendragers.
2. Verwijder de branderdeksels en kronen.
3. Gebruik een 7 mm dopsleutel om de inspuiters
los te schroeven en te verwijderen, vervang ze
door degene die vereist zijn voor het nieuwe
type gas (zie de tabel “Kenmerken van de
Branders”).
4. Zet de onderdelen weer terug op hun plaats
door dezelfde procedure omgekeerd uit te voeren.
5. Vervang het Gastype Label (bij de aansluiting op de gastoevoer) met het label dat overeenkomt met het nieuwe gastype. Het label zit in het plastic zakje met de accessoires.
Als de druk van het gas verschillend is of variabel ten opzichte van de gewenste druk, dan dient er een drukregelaar gemonteerd te worden op de gastoevoerleiding, in overeenstemming met de geldende voorschriften.
Kenmerken van de Branders
BRANDER TYPE
Sudder 1,0 0,33 7 0 0,095 0,111 50 73 71
Normaal 1,9 0,45 9 6 0,181 0,210 71 13 8 136
Sterk Aardgas:
NOMINAAL
THERMISCH THERMISCH
VERMOGEN VERMOGEN
kW kW Inspuiter m3/h
2,9 0,65 119 0,276 0,321 86 196 193
But/Prop:2,7
GEREDUCEERD
NOMINAAL STROOMKLASSE
20/25 mbar 28-30/37 mbar
referentie
AARDGAS VLOEIBAARGAS
Inspuiter
G20 G25
1/100
mm mm
20mbar 25mbar
referentie
1/100
g/h
G30 G31
71
Page 29
De kookplaat instellen op het nieuwe type gas
1. Indien nodig, de kookplaat activeren door de hoofd AAN/UIT T oets ongeveer 3
seconden aan te raken.
2. Raak de Timer T oe ts een paar keer aan om de sudderbrander (brander links
voor) te selecteren op het keuzedisplay .
3. Raak de Hoger Toets aan en blijf hem aanraken tot de waarde 99 op het tijdsdisplay wordt weergegeven. Raak daarna de Lager T oets aan en blijf hem aanraken tot de waarde 80 wordt weergegeven.
4. Raak daarna de Hoger Toets aan tot 83 wordt weergegeven. Op dit punt is de kookplaat ingesteld in de Gas Veranderen” modus en de huidige gasinstelling wordt op het display weergegeven:
- n0 betekent gas G20/G25 (20/25 mbar)
- n1 betekent gas G30/G31 (28-30/37 mbar)
72
Page 30
BELANGRIJK: door het instellen van
n2 kan de kookplaat niet werken.
4. Raak de Lager Toets aan om het gewenste type gas te selecteren.
5. Nadat het type gas geselecteerd is de kookplaat uitzetten met de hoofd AAN/
UIT T oets .
6. Raak de hoofd AAN/UIT T oet s weer aan om de kookplaat te activeren.
Het apparaat is automatisch ingesteld in de normale “Gebruikersmodus”.
7. Steek alle branders aan en zet ze allemaal op de laagste stand om de stabiliteit van de vlam te controleren (visuele controle).
8. Controleer tegelijkertijd hoe de vlam eruit ziet (visuele controle).
Als zowel de stabiliteit als het uiterlijk van de vlam goed zijn, is de instelling van de kookplaat op het nieuwe gastype voltooid. Als de stabiliteit van de vlam niet goed is, voer dan een extra afstelling uit zoals beschreven is in de volgende paragraaf.
Minimale bijstelling vlam
Ga als volgt te werk als de minimale vlaminstelling moet worden aangepast:
1. Volg de stappen zoals beschreven in de paragraaf “De kookplaat afstellen voor het nieuwe type gas” - punten 1, 2, 3 en
4.
2. Steek de brander die moet worden afgesteld aan door de ontstekingknop
van de brander aan te raken.
De brander gaat op de maximale vlamhoogte branden en, als hij met een regelmatige vlam brandt, gaat hij naar
de minimale vlamhoogte.
3. Als de minimale vlamhoogte te laag is of onvoldoende om de brander brandend te houden, raak dan de bedieningstoets
73
Page 31
voor Hoger of Lager aan voor de fijnafstelling (visuele controle).
4. Schakel de kookplaat uit met de ON/
OFF hoofdbedieningstoets.
74
Page 32
Inbouw
A = Sudderbrander
SR = Normale brander
R = Sterke brander
SR
510
Afb. 1
De kookplaat is ontworpen voor inbouw in modulaire keukenunits met een diepte van 550 - 600 mm en voorzien van geschikte kenmerken.
Inbouw in modulaire units met een diepte van 600 mm is ook mogelijk: in dit geval dient het uitzagen van het werkblad uitgevoerd te worden zoals weergegeven op Afb. 2. Het werkblad dient minimaal 30 mm dik te zijn. Als het werkblad dikker is dan 50 mm, kan de kookplaat op modulaire units van elke breedte geïnstalleerd worden. Units (meubilair, huishoudelijk apparaat, enz..) die zich naast de plaats waar de kookplaat is ingebouwd bevinden, mogen niet boven het werkblad uitsteken.
Afmetingen worden
gegeven
SR
in millimeters
R
A
730
Er dient minimaal 100 mm afstand te zijn tussen de uitgezaagde ruimte in het werkblad en aangrenzende muren die boven de werkhoogte uitsteken.
A) Werkblad
B) Verwijderbaar paneel
Afb. 2
75
Page 33
De afmetingen van de kookplaat en de afmetingen van de uit te zagen opening staan op afb. 1 en 2.
Het bevestigen van de kookplaat op het werkblad
Voordat de kookplaat in de uitgezaagde opening wordt geplaatst moet er op de buitenste rand, aan de onderkant van de kookplaat een zelfklevende afdichting worden bevestigd. Het is belangrijk dat er geen openingen in deze afdichting zitten om te voorkomen dat er vloeistoffen, die naast de plaat zijn gemorst, naar beneden, in het kastje eronder terecht komen.
Ga als volgt te werk:
)
1. Verwijder de pannendragers, de branderdeksels en kronen en draai de kookplaat ondersteboven, pas op dat de ontstekingsbougies en de thermokoppels hierbij niet beschadigd raken.
2. Bevestig de zelfklevende afdichting helemaal rond de glazen rand, zoals weergegeven op Afb. 3.
3. Plaats de kookplaat in het gat en druk hem naar beneden totdat de glasplaat en het werkblad goed tegen elkaar aan zitten, zoals weergegeven op Afb. 4. Met de veren aan de zijkant kunt u de plaat centreren.
Afb. 3
A
A) Afdichting Afb. 4
76
Page 34
Plaat singsmogelijkheden
Inbouw boven een keukenunit met deur
Let goed op bij de plaatsing in een keukenmeubel, om te voorkomen dat de onderkant van de kookplaat, die heet wordt tijdens het gebruik, in aanraking komt met het meubel. De aanbevolen oplossing ziet u op Afb. 5. Het paneel onder de kookplaat (“a”) moet makkelijk verwijderd kunnen worden, zodat een technicus, indien assistentie nodig zou zijn, makkelijk bij de kookplaat kan komen. Zie ook Afb. 2. De ruimte achter de keukenunit (“b”) kan gebruikt worden voor de aansluitingen.
Afmetingen zijn in mm weergegeven
Inbouw boven een keukenunit met oven
De uitsparingen voor de kookplaat en de oven moeten overeenkomen met de aanwijzingen op Afb. 6 en moeten voorzien zijn van openingen die een constante luchtaanvoer mogelijk maken. Twee mogelijke oplossingen om oververhitting te voorkomen zijn weergegeven op Afb. 7 en 8. De elektrische aansluitingen voor de kookplaat en de oven moeten gescheiden worden uitgevoerd, om veiligheidsredenen en ook om het mogelijk te maken de oven makkelijk te verwijderen uit de unit, indien dit nodig zou zijn.
Afb. 5
a) verwijderbaar paneel
b) ruimte voor aansluitingen
77
Page 35
Hangende keukenkastjes of afzuigkappen dienen geplaatst te worden op een hoogte van minimaal 650 mm boven de kookplaat (Afb.
6).
De elektronische gaskookplaat mag alleen geïnstalleerd worden boven een inbouwoven die voorzien is van een koelventilator.
Als de kookplaat geïnstalleerd wordt boven een inbouwoven die voorzien is van een pyrolytische reinigingsfunctie, mag de kookplaat niet gebruikt worden tijdens de pyrolitische reinigingscyclus van de oven.
Afb. 7 Afb. 8
Afb. 6
78
Page 36
Garantie/serviceafdeling
België
WAARBORGVOORWAARDEN
Onze toestellen worden met de grootst mogelijke zorgvuldigheid geproduceerd. Desondanks kan het voorkomen dat er een defect optreedt. Onze klantendienst zal dit op verzoek herstellen, zowel binnen als buiten de waarborgtermijn. De levensduur van het toestel wordt daardoor niet negatief beïnvloed.
Onderstaande waarborgvoorwaarden zijn gestoeld op de EU Richtlijn 99/44/EG en het
Burgerlijk Wetboek. De daaruit voortvloeiende rechten blijven onverlet.
Ook de waarborgverplichtingen van de verkoper naar de eindgebruiker blijven onaangetast.
Voor dit toestel verlenen wij waarborg volgens onderstaande voorwaarden:
1. Wij verhelpen kosteloos met inachtneming van de voorwaarden 2 tot en met 15
gebreken aan het toestel die zich openbaren binnen 24 maanden vanaf de datum van levering aan de eindgebruiker. Deze waarborgvoorwaarden zijn niet van toepassing in geval van professioneel of daarmee gelijk te stellen gebruik.
2. De waarborgprestatie houdt in dat het toestel kosteloos wordt teruggebracht in de
toestand die het had voor het defect optrad. Gebrekkige onderdelen worden hersteld of vervangen. Kosteloos vervangen onderdelen worden ons eigendom.
3. Het gebrek moet terstond gemeld worden, om mogelijke verdere schade te voorkomen.
4. Voor een beroep op waarborg dient het aankoopbewijs met aankoop- en/of
leveringsdatum te worden overlegd.
5. De waarborg heeft geen betrekking op schade aan kwetsbare onderdelen, zoals
(vitrokeramisch) glas, kunststof, rubber, die ontstaan is door onzorgvuldig gebruik
6. De waarborg heeft geen betrekking op kleine afwijkingen van de gestelde kwaliteit die
voor de waarde en deugdelijkheid van het toestel onbeduidend zijn.
7. De waarborg geldt evenmin voor schade veroorzaakt door:
- chemische en elektrochemische inwerking van water,
- abnormale milieuomstandigheden in het algemeen
- voor het toestel oneigenlijke bedrijfsomstandigheden
- contact met agressieve stoffen.
8. De waarborg heeft geen betrekking op gebreken door transportschade die buiten onze
verantwoordelijkheid is ontstaan, niet vakkundige installatie of montage, verkeerd ge­bruik, gebrekkig onderhoud, of het niet in acht nemen van de gebruiks- of montageaanwijzingen.
9. Het recht op waarborg vervalt wanneer het defect werd veroorzaakt door herstelling of
ingrepen door derden die niet bevoegd of niet deskundig zijn, of wanneer het toestel voorzien werd van toebehoren of onderdelen die niet origineel zijn en daardoor een defect veroorzaken.
10.Toestellen die gemakkelijk kunnen worden vervoerd dienen te worden overhandigd of
gezonden naar onze klantendienst. Herstelling ter plaatse kan slechts worden gevraagd voor grote of ingebouwde toestellen.
11. Indien het toestel zodanig is ingebouwd, ondergebouwd, opgehangen of geplaatst dat
de benodigde tijd voor het in- en uitbouwen samen meer dan 30 minuten bedraagt, dan worden de hierdoor ontstane extra kosten aan de gebruiker in rekening gebracht. Schade die ontstaat door abnormale in- of uitbouw komt ten laste van de gebruiker.
79
Page 37
12. Indien binnen de waarborgperiode de herstelling van hetzelfde gebrek meermaals mislukt of de herstellingkosten disproportioneel zijn wordt in overleg met de gebruiker een gelijkwaardige vervanging geleverd. In geval van vervanging behouden we ons het recht voor om een vergoeding te rekenen naar rato van de verstreken gebruiksperiode.
13. Herstelling onder waarborg heeft geen verlenging van de waarborgtermijn noch aanvang van een nieuwe waarborgtermijn tot gevolg.
14. Op herstellingen geven wij een waarborg van 12 maanden, uitsluitend op hetzelfde gebrek.
15. Verdere of andere rechten, in het bijzonder vergoeding van schade ontstaan buiten het toestel, zijn uitgesloten voor zover een aansprakelijkheid niet wettelijk is vastge­legd. In geval van aansprakelijkheid zal een vergoeding de aankoopwaarde van het toestel niet overtreffen.
Deze waarborgvoorwaarden gelden voor in België gekochte en/of in gebruik zijnde toestellen. Indien een toestel naar het buitenland wordt gebracht dient de gebruiker na te gaan of het toestel voldoet aan de technische voorwaarden ( o.a. spanning, frequentie, installatievoorschriften, gassoort, klimaatomstandigheden) in het betreffende land. Voor in het buitenland aangeschafte toestellen dient de gebruiker zich zelf te vergewissen van de bepalingen in België. Noodzakelijke of gewenste aanpassingen vallen niet onder de waar­borg, en kunnen niet altijd worden aangebracht.
Ook na afloop van de waarborgtermijn staat onze klantendienst u ter beschikking.
Adres Klantendienst:
België
Tel: Fax: Electrolux Home Products Belgium Consumer services 02/363.04.44 02/363.04.00 ELECTROLUX SERVICE 02/363.04.60 Bergensesteenweg 719 1502 Lembeek E-mail: consumer.services@electrolux.be
Luxemburg
ELECTROLUX HOME PRODUCTS Consumer services00 35242431-1 0035242 431-360 Rue de Bitbourg. 7 L-1273 Luxembourg-Hamm E-mail: consumer-service.luxembourg@electrolux.lu
80
Page 38
Europese Garantie
Dit apparaat wordt door Electrolux in elk van de achter in deze handleiding ge­noemde landen gedurende de in het bij het apparaat behorende garantiebewijs genoemdeb periode of anderszins bij de wet gegarandeerd. Als u van een van deze landen verhuist naar een ander van de hieronder genoemde landen, verhuist de garantie op het apparaat met u mee. De volgende beperkingen zijn hierop van toepassing:
• De garantie op het apparaat begint op de datum van eerste aankoop van het apparaat.
Deze datum dient te worden aangetoond door overlegging van een geldig, door de verkoper van het apparaat afgegeven ankoopbewijs.
• De garantie op het apparaat geldt voor dezelfde periode en in dezelfde mate voor
arbeidsloon en onderdelen als van toepassing in uw nieuwe land van vestiging op dit specifieke model of deze specifieke serie apparaten.
• De garantie op het apparaat is persoonlijk, geldt dus voor de oorspronkelijke koper van het
apparaat en kan niet worden overgedragen op een andere gebruiker.
• Het apparaat wordt geïnstalleerd en gebruikt in overeenstemming met de door Electrolux
afgegeven instructies en wordt alleen in huis gebruikt, dat wil zeggen, het apparaat wordt niet gebruikt voor commerciële doeleinden.
• Het apparaat wordt geïnstalleerd in overeenstemming met alle relevante voorschriften die
in uw nieuwe land van vestiging van kracht zijn.
De voorwaarden van deze Europese garantie tasten geen van de aan u bij de wet verleende rechten aan.
81
Page 39
82
Page 40
83
Page 41
www .electrolux.be
35692-9002 01/07 R.0
Loading...