AEG EFT600W, EFT925W, EFT6500X, EFT627K, DAEFT513WE User Manual [ar]

...
Operating Instructions Mode d’emploi Bedienungsanleitung Gebruiksaanwijzing Istruzioni per l’uso
Manual de instrucciones Manual de instruções
Deze kap is geschikt om aan de muur te worden geïnstalleerd, boven een kookplaat die tegen een wand is geplaatst. Hij kan worden gebruikt in de afzuigversie (af-voer naar buiten) of in de filterversie (recycling binnen). In de winter kan het wenselijk zijn de kap als cirkulatiekap te gebruiken; de prestatie is dan wel aanzienlijk minder dan bij gebruik als afzuigkap.
Het is bovendien van uiterlijk belang dat de installatie van de wasemkap door een vakman uitgevoerd wordt. De fabrikant wijst iedere verantwoordelijkheid voor schade, die te wijten is aan een niet juiste of niet volgens de regels uitgevoerde installatie, af.
1-VEILIGHEIDSMAATREGELEN
1.1 - Sluit de inbouwgroep niet aan, aan voor verbrandings bestemde afvoerkanalen aan (CVC, schouwen, enz.).
1.2 - Verzeker er U van dat de netsapnning met de in de inbouwgroep aangegeven spanning overeenstemt.
1.3 - De inbouwgroep met een tweepolige schakelaar voorzien van min. 3mm contactopeningen, aan het elektriciteitsnet verbinden.
1.4 - Vergewis er U van voor geaarde wasemkappen, is het noodzakelijk na te gaan.
1.5 - De wasemkappen van Klasse II hebben een dubbele isolering: zij mogen niet worden verbonden met een geaarde stekker, maar moeten worden aangesloten met een eenvoudige tweepolige stekker.
1.6 - De minimum veiligheidsafstand tussen kookplaat en inbouwgroep is 65 cm.
1.7 - Flambeer niet onder de inbouwgroep.
1.8 - Gedurende hun gebruik, frituurpannen in het oog houden: oververhitte olie is ontvlambaar.
1.9 - Haal de stekker uit het stopkontakt of schakel de hoofdschakelaar uitalvorens eender welke reinings- of onderhoudswerkzaamheid uit te voeren.
1.10 - Indien in hetzelfde vertrek hetzij een inbouwwasemkap alsook een niet elektrisch aangedreven apparaat (zoals b.v. gasapparaten) geinstalleerd zijn, is het noodzakelijk een aangepaste verluchting van het vertrek te voorzien. Om geen gevaar te lopen, mag de ruimtelijke depressie 0,04 mbaar niet overschrijden. Op deze wijze voorkomt U een terugkeer van uitlaatgassen.
2-AANWIJZINGEN VOOR DE INSTALLATIE
2.1-Openen en verwijderen van het rooster
Om het rooster te openen schruift u de twee schruifjes, links en rechts, naar de richting van het midden van de kap. Het rooster kan nu om-laag geklapt worden en blijft op de achterstiften hangen. Om het rooster geheel te verwijderen schuift u de rechterkant iets naar u toe waardoor de stift uit de sleuf vrijkomt.
2.2-Montage onder een keukenkastje
Er zij twee mogelijkheden: a - Door middel van de bijgeleverde schroeven 3,5 x 16 mm vanuit het keukenkastje; dan moet u eerst door middel van de boormal gaatjes in de bodem van het kastje boren. b - Door middel van niet bijgeleverde korte houtschroeven vanuit de kap; kan moet u eerst het rooster verwijderen, de kap op z'n plaats houden en de slobgaten onder op de bodem van het kastje aftekenen. Vervolgens draait u de schroeven in de bodem en schuift u de kap, door middel van de slob-gaten, over de schroeven. Schroeven nu aantrekken.
2.3-Montage aan de wand
Er zijn twee mogelijkheden: a - Direkte montage tegen de wand, door middel van de slobgaten in de achterkant van de kap. Door middel van de boormal of aftekenen vanuit de kap, boort u twee gaten van tenminste 8 mm in
12
de wand. Dan plaatst u de bij de gebruikte boormaat behorende pluggen en draait u schroeven tot op 5 mm in de pluggen. Vervolgens hangt u de kap, door middel van de slobgaten over de schroefkoppen en trekt de schroeven aan. b - Montage door middel van ophangbeugels. Dit setje is als accessoire apart leverbaar. Zie de daarbij geleverde instrukties.
2.4-Keuze afzuigen of cirkuleren
a - Afzuigen:
Afhankelijk van het model is de kap uitgerust met een 100 mm Ø of 120 mm Ø flens voor de aansluiting van een slang of buis. De opening welke niet benut wordt moet met het meege-leverde deksel afgesloten worden. Voor de plaatsbepaling van het doorvoergat in de wand (achter-afvoer) of in het keukenkastje (boven­afvoer) gebruikt u de boormal. De schuifhendel in het ventilatorhuis schuift u naar links, dat is de positie «afzuigen». U gebruikt geen koolstoffilter.
b - Cirkuleren:
Een eventueel aangesloten afvoerslang- of buis behoeft niet verwijderd of afgesloten te worden. De afsluiting naar buiten gebeurt inwendig zodra u de schruifhendel in het ventilatorhuis naar rechts schuift, dat is de positie «cirkuleren». Ten behoeve van de geurverwijdering plaatst u een, als accessoire leverbaar, koolstoffilter op het ventilatorhuis. Afhankelijk van het model wordt het koolstoffilter levestigd door middel van een bajonetbevestiging (draaiende bewe-ging) of door middel van een centrale schroef.
2.5-Elektrische aansluiting en controle van de werking
1 - De waarschuwingen onder 2.2, 2.3, 2.4 en 2.5 en paragraaf 2 betreffende de veiligheid moeten nauwgezet in acht worden genomen. 2 - Wanneer de elektrische aansluiting eenmaal is uitgevoerd, moet worden nagegaan of de verlichting, de aanschakeling van de motor en het veranderen van de snelheid correct functioneren.
3-HET GEBRUIK
3.1 - De bedieningsschakelaars op het bedieningspa-neel wijzen de weg vanzelf. Afhankelijk van het model is uw wasemkap uitgevoerd met twee of meer snelheden. Wij adviseren u om tijdens het koken de hoogste snelheid te kiezen. Indien u de kap «cirkulerend» gebruikt, advi-seren wij u om na het koken de kap nog circa een half uur op een lagere of laagste snelheid in werking te laten. De verlichting kunt u onafhankelijk van het in werding zijn van de kap in- of uitschakelen.
3.2 - Leest u nog even de punten 1.2, 1.5, 1.6 en 1.7.
4-ONDERHOUD
Korrekt onderhoud bevordert de goede werking van de kap en is voor de veiligheid op langere termijn belangrijk.
4.1-Het filter
Het vetfilter bevindt zich, door veerstrippen vastgehouden, aan de binnenkant van het rooster. Omwille van brandveiligheid en goed werkings-rendement is het beslist noodzakelijk dat het vetfilter gewassen of vervangen wordt. Wij wijzen er op dat zich ophopend vet in brand kan vliegen. In principe zijn er drie soorten vetfilters. Afhankelijk van het model is uw wasemkap met één daarvan uitgerust. De andere soort is als accessoire leverbaar. a - Een dun, cirka 1 mm, vetfilter van kunststofvezel mag niet gewassen worden, maar moet u min­stens iedere twee maanden vervangen. Soms zijn deze filters voorzien "verzadigings-indikatoren"; dat kunnen strepen of stippen zijn die verkleuren zodra het filter vol raakt.
13
b - Een dik, cirka 10 mm, vetfilter van kunststof-vezel mag, in lauwwarm water en wat wasmid-del, 5 tot 6 keer gewassen worden. Doet u dat in ieder geval minstens elke twee maanden. Op natuurlijke wijze laten drogen vóór u het in het rooster terugplaatst. Niet in de droogstrom-mel of over een radiator drogen. Een metaal-vetfilter kunt u iedere maand rei-nigen met warm water en een huishoudschoon-maakmiddel of afwasmiddel. Reinigen in de afwasmachine is geen bezwaar. Goed laten drogen vóór u het in het rooster te­rugplaatst.
4.2-Het koolstoffilter
Het koolstoffilter, wat u gebruikt indien u de kap "cirkulerend" laat werken, dient om geuren te absorberen. Ook dit filter raakt op een gegeven moment verzadigd met stoffen die zowel uit het voedsel als uit verbrandingsresten (gas) afkomstig zijn. Door chemische reakties met het koolstof kunnen, bij verzadiging, gevaarlijke stoffen in het filter onstaan die zich in het vertrek kunnen verspreiden. Wij adviseren u dan ook dit filter, afhankelijk van hoe vaak u de kap gebruikt, 2 tot 4 keer per jaar te vervangen. Bovendien werkt een vers filter uiteraard veel beter dan een verzadigd filter.
4.3-De verlichting
Afhankelijk van het model is uw wasemkap met één of twee verlichtingslampjes uitgerust. Neem, vóór een lampje vervangt, even de steker uit het stopkontakt. Het vervangende lampje mag niet groter in vermogen (watt) zijn dan op het typeplaatje (achterin de kap) staat aangegeven.
4.4-Schoonmaken
De buitenkant van de kap kunt u, naar behoefte, schoonmaken met lauwwarm water en een huishoudschoonmaakmiddel wat niet krast. Neem, zeker als u ook de binnenkant gaat schoonmaken, eerst de steker uit het stopkon-takt. Gebruik geen drijfnatte, maar een vochtige doek.
14
GENERALITÀ
Questa cappa è predisposta per essere installata a muro, sopra un piano di cottura posizionato a ridosso di una parete. Può essere utilizzata in versione aspirante (evacuazione esterna), oppure in versione filtrante (riciclo interno). Le migliori prestazioni si ottengono nella versione aspirante: tuttavia nel periodo invernale può essere conveniente utilizzare la cappa in versione filtrante per evitare dispersioni di calore.
Si raccomanda che l’installazione venga effettuata da personale specializzato, rispettando tutte le prescrizioni delle autorità competenti relative allo scarico dell’aria da evacuare. Il produttore declina qualsiasi responsabilità per danni dovuti ad installazione non corretta o non conforme alle regole dell’arte.
1-AVVERTENZE PER LA SICUREZZA
1.1 - Non collegare la cappa a condotti di scarico dei fumi prodotti da combustione (caldaie, cami­netti, ecc...).
1.2 - Verificare che la tensione di rete corrisponda a quella riportata nella targhetta posta all’interno della cappa.
1.3 - Collegare la cappa alla rete interponendo un interruttore bipolare con apertura dei contatti di almeno 3 mm.
1.4 - Per cappe provviste di terra, accertarsi che l’impianto elettrico domestico garantisca un corretto funzionamento.
1.5 - Le cappe in classe II hanno il doppio isolamento; non devono essere collegate con una spina con messa a terra, ma vanno collegate con una semplice spina bipolare.
1.6 - La distanza minima di sicurezza tra il piano di cottura e la cappa è di 65 cm.
1.7 - Non fare cucine alla fiamma sotto la cappa.
1.8 - Controllare le friggitrici durante l’uso: l’olio surriscaldato potrebbe infiammarsi.
1.9 - Prima di procedere a qualsiasi operazione di pulizia o di manutenzione, disinserire l’apparec­chio togliendo la spina o agendo sull’interruttore generale.
1.10 - Nel caso in cui nella stanza vengano utilizzati sia la cappa che apparecchi non azionati da energia elettrica (ad esempio apparecchi utilizzatori a gas), si deve provvedere ad una aerazione sufficiente dell’ambiente. Un uso proprio e senza rischi si ottiene quando la depressione massima del locale non supera 0,04 mBar; si evita in questo modo un ritorno dei gas di scarico.
2-INSTALLAZIONE
Alcuni sistemi di installazione prevedono l'apertura e la rimozione della griglia di aspirazione.
2.1-Apertura e rimozione della griglia di aspirazione
Per aprire la griglia, far scorrere verso il centro i tastini posti nella parte inferiore della cappa. Aprire la visiera. La griglia scenderà ruotando intorno ai due perni posteriori. Con griglia aperta e verticale, far scorrere il perno posteriore di destra in avanti lungo l'asola laterale fino a provocarne la fuoriuscita.
2.2-Installazione sottopensile
a - Pensile preforato: collegare la cappa al pensile attraverso i fori predisposti sulla base del pensile, utilizzando le 4 viti 4,2 x 44,4 in dotazione. Non è necessario aprire la griglia. b - Pensile non forato:
b.1 - Se alla cappa è allegata una maschera di foratura, seguire le istruzioni riportate su di essa. b.2 -Se non c'è maschera, aprire la griglia, appoggiare la cappa contro la base del pensile e avvitare dall'interno direttamente al legno con viti 3,5 x 16, non in dotazione.
2.3-Installazione a muro
a - Con l'ausilio della eventuale maschera di foratura fare 2 fori Ø 8 nel muro, applicare i due tasselli, inserire due viti 4,2 x 44,4 lasciando 5 mm non avvitati, rimuovere la griglia di aspirazione, aggan­ciare la cappa alle due viti negli appositi fori asolati posteriori e procedere dall'interno al serraggio
15
Loading...
+ 9 hidden pages