Wij danken u voor uw keuze voor een van onze producten van hoogwaardige kwaliteit.
Lees deze gebruiksaanwijzing alstublieft zorgvuldig door, zo kunt u zeker zijn van optimale en professionele prestaties van uw apparaat. De handleiding zal u in staat stellen
om alle processen perfect en op de meest efficiënte wijze te laten verlopen. Wij advise-
raadplegen. Geef deze handleiding ook aan een eventuele toekomstige eigenaar van het
Inhoud
ren u deze handleiding op een veilige plaats te bewaren, dan kunt u hem te allen tijde
• Het apparaat mag uitsluitend door een erkend installateur worden aangesloten.
• In geval van storingen of beschadiging van het apparaat: zekeringen in de huisinstal-
latie uitschakelen.
• Reparaties aan het apparaat mogen uitsluitend door vakmensen worden uitge-
voerd. Door onvakkundig uitgevoerde reparaties kunnen grote gevaren ontstaan.
Wend u bij reparaties altijd tot onze service-afdeling of uw vakhandel.
Veiligheid voor kinderen
• Kleine kinderen nooit alleen laten terwijl het apparaat in gebruik is.
Veiligheid tijdens het gebruik
• Personen (inclusief kinderen) die vanwege hun fysieke, zintuiglijke of mentale vermogens of hun onervarenheid of onkundigheid niet in staat zijn het apparaat veilig te
gebruiken, mogen dit apparaat uitsluitend onder toezicht of met aanwijzingen van
een verantwoordelijk persoon gebruiken.
• Dit apparaat mag alleen in het huishouden voor het koken, bakken en braden van gerechten worden gebruikt.
• Wees voorzichtig bij het aansluiten van elektrische apparaten op stopcontacten in de
buurt van het apparaat. Snoeren mogen niet ingeklemd raken onder de hete ovendeur.
• Waarschuwing: Verbrandingsgevaar! Bij gebruik wordt de binnenruimte van de
oven heet.
• Als u alcoholische ingrediënten in de oven gebruikt, kan eventueel een licht ontvlambaar alcohol-luchtmengsel ontstaan. Open de deur in dit geval voorzichtig. Kom niet
met hitte, vuur of vonken in de buurt van de oven.
3Gebruiksaanwijzing
3Aanwijzing met betrekking tot acrylamide
Volgens de laatste wetenschappelijke inzichten kan een intensieve bruining van levensmiddelen, met name bij zetmeelhoudende producten, een gevaar voor de gezondheid
door acrylamide veroorzaken. Om die reden adviseren wij levensmiddelen zoveel mogelijk bij lage temperaturen te bereiden en de gerechten niet te veel te bruinen.
Zo voorkomt u beschadiging van het apparaat
• Bekleed de oven niet met aluminiumfolie en plaats geen bakplaten, pannen enz. op de
bodem, omdat daarmee het email van de oven door de optredende hitteconcentratie
wordt beschadigd.
• Fruitsappen die van de bakplaat druppelen veroorzaken vlekken die niet kunnen worden verwijderd. Gebruik een diepe bakplaat voor gebak dat erg vochtig is.
• Plaats geen gewicht op de geopende ovendeur.
• Giet water nooit rechtstreeks in de hete oven. Hierdoor kan het email worden bescha-
digd en kunnen verkleuringen ontstaan.
Page 4
Beschrijving van het apparaat4
• Als er kracht wordt uitgeoefend, vooral op de randen van de buitenste glasplaat, kan
het glas breken.
• Bewaar geen brandbaar materiaal in de oven. Bij het inschakelen van de oven kan dit
ontbranden.
• Bewaar geen vochtige levensmiddelen in de oven. Het email kan beschadigd worden.
• Bewaar na het uitschakelen van de koelventilator geen open gerechten in de oven. In
de ovenruimte of op de deurruiten kan vocht neerslaan dat ook op uw meubelen terecht kan komen.
3Informatie emaillaag
Kleurveranderingen van de emaillaag van de oven als gevolg van het gebruik zijn niet
van invloed op de deugdelijkheid van het apparaat voor regulier of contractueel gebruik.
Dit zijn derhalve geen gebreken in de zin van het recht op garantie.
Beschrijving van het apparaat
Totaalaanzicht
Bedieningspaneel
Deurgreep
Ovendeur
Page 5
Bedieningspaneel
Bedrijfscontrolelampje
Tijdsindicatie
Klokfunctietoetsen
Ovenfuncties
5Beschrijving van het apparaat
Temperatuurcontrolelampje
Temperatuurkeuze
Kookzoneschakelaar
Uitrusting oven
Kookzoneschakelaar
Bovenwarmte en grillelement
Ovenverlichting
Vetfilter
Verwarmingselement in de
achterwand
Ventilator
Onderwarmte
Page 6
Beschrijving van het apparaat6
Inschuifniveaus
Aan de ovendeur bevinden zich 2 houders met
5 openingen voor het ophangen van de hulpstukken.
Binnenzijde deur
Aan de binnenzijde van de ovendeur is de
nummering van de inschuifniveaus aan beide
zijden weergegeven.
Bovendiene vindt u korte informatie over
oven-functies, aanbevolen inschuifniveaus en
temperaturen voor de bereiding van de gebruikelijkste gerechten.
Dampafvoer uit de oven
De damp uit de oven wordt via het achterin de
kookplaat liggende kanaal direct naar boven
geleid.
Accessoires oven
Inhangrooster
Voor serviesgoed, keukenvormen, gebraden en
gegrild vlees.
Inhangraam
Voor het inhangen voor bakplaat en braadslede
Page 7
Bakplaat
Voor gebak en koekjes.
Vetopvangbak
De vetopvangbak dient bij het baken en braden
resp. als opvangbak voor het vet.
Inlegrooster
Inzetstuk voor de braadslede voor braden en
grillen.
Voor het in gebruik nemen
7Voor het in gebruik nemen
Dagtijd instellen en wijzigen
3De oven functioneert alleen als u de tijd hebt ingesteld.
Na het aansluiten van de elektriciteit of na een
stroomstoring knippert het functielampje
Dagtijd automatisch.
1. Om een reeds ingestelde dagtijd te veranderen
drukt u de toets Selectie zo vaak in, tot het
functielampje Dagtijd knippert.
Page 8
Bedienen van de kookzones8
2. Met de toets of de juiste tijd instellen.
Na ca. 5 seconden stopt het knipperen en geeft
de klok de ingestelde tijd aan.
Het apparaat is klaar voor gebruik.
3De dagtijd kan alleen worden gewijzigd als er
geen automatische functie (Duur of
Einde) is ingesteld.
Reinigen voor het in gebruik nemen
Voordat u de oven voor de eerste keer gebruikt, moet u deze eerst grondig reinigen.
1Let op: Gebruik geen scherpe, schurende reinigingsmiddelen! Het oppervlak zou bescha-
digd kunnen worden.
3Gebruik voor metalen voorkanten de in de handel verkrijgbare onderhoudsmiddelen.
1. De schakelaar Ovenfuncties op Licht zetten.
2. Neem alle accessoires uit de oven en reinig deze met een warm sopje.
3. Reinig eveneens de oven met een warm sopje en droog hem daarna af.
4. Veeg de voorzijde af met een vochtige doek.
Bedienen van de kookzones
3Lees ook de gebruiksaanwijzing van uw inbouw-kookplaat. Daarin vindt u belangrijke in-
formatie m.b.t. pannen, bediening, reiniging en onderhoud.
De volgende beschrijving is niet van toepassing voor inductiekookzones.
Kookstanden
• In de bereiken 1-9 kunt u de kookstanden instellen
• Tussenstanden zijn mogelijk in de bereiken 2 t/m 7.
• Bovendien is iedere kookzoneschakelaar nog uitgerust met een automatisch
2Schakel de kookzone ca. 5-10 minuten voor het einde van de kooktijd uit om gebruik te
maken van de restwarmte. Zo bespaart u elektrische energie.
3Het fornuis is met verzonken kookzoneschakelaars uitgerust.
Voor het gebruik de kookzoneschakelaar indrukken. De schakelaar komt dan naar buiten.
links voorlinks achterrechts achterrechts voor
Kookzoneschakelaar
Kookstand instellen
1. Kookstand kiezen.
2. Om te stoppen met koken
terugdraaien naar de uit-stand.
3Het bijbehorende kookzone-bedrijfscontrole-
lampje brandt zolang de kookzone in gebruik is.
Page 10
Bedienen van de kookzones10
Bereiden met het automatische kooksysteem
Bij het bereiden met het automatische kooksysteem werkt de kookzone voor een bepaalde tijd op vol vermogen en schakelt vervolgens weer terug naar de ingestelde kookstand.
1. Draai de kookzoneschakelaar naar rechts tot de eindaanslag, om de kookactivering in te
schakelen.
2. Zet aansluitend de kookzoneschakelaar terug op de gewenste kookstand.
3. Als u het bereidingsproces wilt beëindigen dient u de schakelaar op de stand "0" te zet-
ten.
3Als u tijdens de opwarmtijd een hogere kookstand kiest, bijv. van "3" naar "6", wordt er
rekening gehouden met de reeds verstreken tijd voor de kookactivering. Kiest u een lagere kookstand dan wordt de kookactivering onmiddellijk beëindigd.
3U kunt het automatische kooksysteem ook beëindigen door de kookzoneschakelaar eerst
op de stand "0" te zetten en vervolgens weer op de gewenste kookstand.
Opwarmtijden bij het bereiden met het automatisch kooksysteem
Schakelaarstand:Opwarmtijd van het automatisch kooksysteem
A en 9 zonder Automatisch kooksysteem
A en 84,5 minuten
A en 73,5 minuten
.
A en 6
A en 62 minuten
.
A en 5
A en 510 minuten
.
A en 4
A en 46,5 minuten
.
A en 3
A en 35 minuten
.
A en 2
A en 22 minuten
A en 11 minuten
A enu0,5 minuten
3 minuten
12,5 minuten
8 minuten
5,5 minuten
3 minuten
3Houd de eerste bereidingsprocessen in de gaten. Daarbij kunt u bepalen welke kookstand
bij “uw servies” voor “uw gerechten en hoeveelheden” optimaal is.
Automatischeuitschakeling van de kookzones
Als één van de kookzones na een bepaalde tijd niet wordt uitgeschakeld of de kookstand
niet wordt veranderd, wordt de kookzone automatisch uitgeschakeld.
In de kookzone-indicatie van de uitgeschakelde kookzone verschijnt.
De kookzones worden uitgeschakeld bij:
• kookstand
• kookstand
• kookstand
• kookstand
.
1 - .2 na 6 uur
.
3 - .4 na 5 uur
.
4 - .5 na 4 uur
.
6 - .9 na 1,5 uur
Page 11
11Bedienen van de oven
In gebruik nemen na de automatischeuitschakeling
Om de kookzone opnieuw in gebruik te nemen na de automatische uitschakeling de ingeschakelde kookzoneschakelaar op de nul-stand draaien.
Daarna is de kookzone weer klaar voor het gebruik.
Bedienen van de oven
3De oven is van verzinkbare schakelaars voor oven-functies en temperatuurkeuze uit-
gerust. Druk voor het gebruik ervan op de betreffende schakelaar. De schakelaar komt
dan naar buiten.
Oven in- en uitschakelen
Bedrijfscontrolelampje
Temperatuurcontrolelampje
OvenfunctiesTemperatuurkeuze
1. Zet de functiekiezer van de oven in de gewenste stand.
2. Zet de temperatuurkiezer op de gewenste temperatuur.
Het bedrijfscontrolelampje is aan zolang de oven in gebruik is.
Het temperatuurcontrolelampje is aan zolang de verwarming van de oven aan staat.
3. Om de oven uit te schakelen moet u de functiekiezer en de temperatuurkiezer van de
oven beide in de Uit stand zetten.
3Koelventilator
Zodra de oven in gebruik wordt genomen wordt de ventilator automatisch ingeschakeld
om de oppervlakken van het apparaat koel te houden. Nadat de oven is uitgeschakeld
blijft de ventilator nog verder lopen om het apparaat af te koelen en wordt dan automatisch uitgeschakeld.
Page 12
Bedienen van de oven12
Ovenfuncties
Voor de oven zijn de volgende functies beschikbaar:
OvenfunctieToepassing
LichtMet deze functie kunt u de binnenzijde van de oven verlichten,
bijvoorbeeld om deze schoon te maken.
Hetelucht met ring Voor het bakken op maximaal drie niveaus tegelijk.
Stel de temperatuur van de oven 20 tot 40 °C lager in dan bij
boven-/onderwarmte.
Pizza heteluchtVoor het bakken op een niveau voor gerechten die een inten-
sievere bruining en knapperigheid van de bodem vragen.
Stel de temperatuur van de oven 20 tot 40 °C lager in dan bij
boven-/onderwarmte.
ConventioneelVoor het bakken en braden op één niveau.
OnderwarmteVoor het afbakken van gebak met een brosse bodem.
OntdooienVoor het gedeeltelijk of geheel ontdooien van bijvoorbeeld
gebak, boter, brood, fruit of andere bevroren levensmiddelen.
Grill klein Voor het grilleren van vlakke levensmiddelen, die in het mid-
den van het rooster worden geplaatst en om te roosteren.
Grill groot Voor het grilleren van vlakke levensmiddelen in grotere hoe-
veelheden en om te roosteren.
InfrathermVoor het braden van grotere stukken vlees of gevogelte op één
niveau.
Deze functie is ook geschikt voor gratineren.
Hulpstukken plaatsen
In de ovendeur bevinden zich 5 inschuifniveaus voor het ophangen van de hulpstukken.
Ophangrooster plaatsen
Ophangrooster pakken (1) en in het gewenste
inschuifniveau voeren. Ophangrooster naar onderen drukken (2) tot de aanslag.
3De inschuifniveaus wordne van onderen naar
boven geteld.
Page 13
Bakplaat of braadslede in het ophangraam
plaatsen:
Bakplaat of braadslede op borgpennen in het
ophangraam plaatsen.
3Bakplaat of braadslede alleen met ophangraam
plaatsen.
Rooster en braadslede samen plaatsen:
Bij het gezamenlijk gebruik van ophangraam en
braadslede eerst het ophangraam met de
braadslede en dan het ophangrooster op het
volgende niveau daarboven plaatsen.
13Bedienen van de oven
Grillset
De grillset omvat het inlegrooster en de braadslede. Het inlegrooster kan aan beide kanten worden gebruikt.
1Waarschuwing: Bij het verwijderen van de braadslede uit de hete oven is er gevaar voor
verbranding!
Inlegrooster diep plaatsen.
Inlegrooster ligt in de braadslede.
Braadslede op het gekozen inschuifniveau van
de ovendeur ophangen.
3Voor het braden van grotere stukken vlees of
gevogelte op één niveau.
Page 14
Bedienen van de oven14
Inlegrooster hoog plaatsen.
Inlegrooster sluit met rand van de braadslede
af.
Braadslede op het gekozen inschuifniveau van
de ovendeur ophangen.
3Voor het grillen van grotere hoeveelheden plat-
te levensmiddelen en om te roosteren.
Vetfilter plaatsen/verwijderen
Het vetfilter alleen gebruiken bij het braden, om het verwarmingselement in de achter-
wand te beschermen tegen vetspatten.
Vetfilter plaatsen
Vetfilter bij de greep vastpakken en de
beide steuntjes van boven naar beneden
in de opening tegen de achterwand van
de oven (ventilatoropening) plaatsen.
Vetfilter verwijderen
Het vetfilter bij de greep vastpakken en
naar boven uit de oven nemen.
Page 15
Klokfuncties
15Bedienen van de oven
TijdsindicatieFunctielampjesFunctielampjes
Toets
Toets Selectie
Kookwekker
Om een korte tijd in te stellen. Na afloop klinkt een signaal.
Deze functie heeft geen invloed op de werking van de oven.
Duur
Om in te stellen hoe lang de oven ingeschakeld moet zijn.
Einde
Om in te stellen wanneer de oven weer moet worden uitgeschakeld.
Dagtijd
Met deze functie kunt u de dagtijd instellen, veranderen of opvragen
(zie ook het hoofdstuk „Voor het in gebruik nemen“).
3Aanwijzingen met betrekking tot de klokfuncties
• Na het selecteren van een functie knippert het bijbehorende functielampje
ca. 5 seconden. Gedurende deze tijd kunnen met de toetsen of de gewenste tijden worden ingesteld.
• Na het instellen van de gewenste tijd knippert het functielampje opnieuw
ca. 5 seconden. Daarna blijft het functielampje branden. De ingestelde tijd begint te
lopen.
• De signaaltoon kan worden uitgeschakeld door op een willekeurige toets te drukken.
• De gewenste ovenfunctie en oventemperatuur kunnen voor of na het instellen van de
klokfuncties Duur en Einde worden gekozen.
• Na afloop van het bereidingsproces draait u de schakelaars voor de ovenfunctie en de
temperatuurkeuze weer op de positie UIT.
Toets
Page 16
Bedienen van de oven16
2Uitschakelen van de tijdsaanduiding
Door het uitschakelen van de tijdsaanduiding kunt u energie besparen.
Tijdsaanduiding uitschakelen
Druk twee willekeurige toetsen net zo lang in tot de aanduiding donker wordt.
Tijdsaanduiding inschakelen
Druk een willekeurige toets zo lang in tot de dagtijd weer in het display verschijnt.
3Het display kan alleen worden uitgeschakeld wanneer niet een van de klokfuncties
Duur, Einde of Kookwekker in gebruik is.
Kookwekker
1. Toets Selectie zo vaak indrukken, tot het
functielampje Kookwekker knippert.
2. Met de toets of de gewenste Kookwekker
instellen (max. 2 uur 30 minuten).
Na ca. 5 seconden geeft de indicatie de resterende tijd aan.
Het functielampje Kookwekker brandt.
Page 17
Wanneer de tijd is verstreken, knippert het
functielampje en klinkt er gedurende 2 minuten
een signaal.
De signaaltoon kan worden uitgeschakeld door
op een willekeurige toets te drukken.
Duur
1. Toets Selectie zo vaak indrukken, tot het
functielampje Duur knippert.
2. Met de toets of de gewenste bereidings-
tijd instellen.
17Bedienen van de oven
Na ca. 5 seconden schakelt de indicatie terug
naar de dagtijd. Het functielampje Duur
brandt.
Page 18
Bedienen van de oven18
Wanneer de tijd is verstreken, knippert het
functielampje, klinkt er gedurende 2 minuten
een signaal en wordt de oven uitgeschakeld.
3. De signaaltoon en het programma kunnen worden uitgeschakeld door op een willekeurige
toets te drukken.
Einde
1. Toets Selectie zo vaak indrukken, tot het
functielampje Einde knippert.
2. Met de toets of de gewenste uitschakel-
tijd instellen.
Na ca. 5 seconden schakelt de indicatie terug
naar de dagtijd.
Het functielampje Einde brandt.
Page 19
19Bedienen van de oven
Wanneer de tijd is verstreken, knippert het
functielampje, klinkt er gedurende 2 minuten
een signaal en wordt de oven uitgeschakeld.
3. De signaaltoon en het programma kunnen worden uitgeschakeld door op een willekeurige
toets te drukken.
Duur en Einde gecombineerd
3Duur en Einde kunnen gelijktijdig worden gebruikt wanneer de oven op een later
tijdstip automatisch moet worden in- en uitgeschakeld.
1. Met de functie Duur de tijd instellen, die het
gerecht nodig heeft.
In dit geval 1 uur.
2. Met de functie Einde het tijdstip instellen,
waarop het gerecht klaar moet zijn.
In dit geval 14:05.
De functielampjes Duur en Einde branden
en in het display wordt de tijd aangegeven.
In dit geval 12:05.
De oven wordt op het berekende tijdstip automatisch ingeschakeld.
In dit geval 13:05.
En na afloop van de ingevoerde duur wordt de
oven weer uitgeschakeld.
In dit geval 14:05.
Page 20
Toepassingen, tabellen en tips20
Toepassingen, tabellen en tips
Kooktabel
De gegevens in de volgende tabel dienen slechts als richtlijn.
Kook-
KookprocesGeschikt voorDuurAanwijzingen/tips
stand
0Nawarmte, uit-stand
Warm
u
houden
Smelten
1-2
Stollen
2-3Wellen
9
Stomen
Stoven
Zacht
braden
Sterk
braden
Aan de
kook bren-
gen Aan-
bra den
Frituren
3-4
4-5Koken
6-7
7-8
Warm houden van gare ge-
rechten
Hollandaisesaus,
smelten van boter,
chocolade, gelatine
Schuimomelet, bouillon met
ei
Wellen van rijst en melkge-
rechten
Verhitten van kant-en-klaar-
gerechten
Stoven van groente, vis
Vlees sudderen
Koken van aardappels20-60 min.
Koken van grotere hoeveel-
heden, eenpansgerechten en
soep
Schnitzel, cordon bleu, kar-
bonade, gehaktballen, braad-
worst, lever, roux, eieren,
omelets, oliebollen
Aardappel koekjes, lende-
stukken, steaks, pannenkoe-
ken
Aan de kook brengen van grotere hoeveelheden water, pasta koken, aan-
braden van vlees (goulash, stoofvlees), frituren van patates frites
Naar behoef-
te
5-25 min.Tussendoor omroeren
10-40 min.Met deksel bereiden
25-50 min.
20-45 min.
60-150 min.
Voortdurend
bakken
5-15 min.
per pan
Afdekken
Minimaal dubbele hoe-
veelheid vloeistof aan de
rijst toevoegen, melkgerechten tussendoor roe-
Bij groente weinig vocht
toevoegen (een paar eet-
gebruiken, bijvoorbeeld:
Tot 3 l vloeistof plus in-
ren
lepels)
Weinig vloeistof
max.
¼ l water per
750 g aardappels
grediënten
Tussendoor keren
Tussendoor keren
Page 21
21Toepassingen, tabellen en tips
3Wij adviseren om bij het aan de kook brengen of het aanbraden de hoogste kookstand in
te stellen en vervolgens gerechten met een
langere kooktijd op de gewenste kookstand gaar te laten worden.
1Oververhitte vetten en oliën vatten zeer snel vlam. Let op! Brandgevaar!
Bakken
Ovenfunctie: Hetelucht met ring of Conventioneel
Bakvormen
• Voor Conventioneel zijn vormen van donker metaal en vormen met een coating
geschikt.
• Voor Hetelucht met ring zijn ook lichte metaalvormen geschikt.
Inzetniveaus
• Bakken met Conventioneel is op een niveau mogelijk.
• Met Hetelucht met ring kunt u op max. 3 bakplaten tegelijk bakken.
1 bakplaat:
bijv. inschuifniveau 3
1 bakvorm:
bijv. inschuifniveau 1
Page 22
Toepassingen, tabellen en tips22
2 bakplaten:
bijv. inschuifniveaus 1 en 3
3 bakplaten:
Inschuifniveaus 1, 3 en 5
Algemene aanwijzingen
• Bakplaat en braadslede zijn slechts met inhangraam voor de ovendeur te gebruiken.
• U kunt met Conventioneel of Hetelucht met ring ook twee vormen tegelijkertijd
naast elkaar op het rooster bakken. De baktijd wordt nauwelijks langer.
3Bij diepgevroren gerechten kunnen de geplaatste bakplaten tijdens het gaarproces kr-
omtrekken. Dit wordt veroorzaakt door het grote temperatuurverschil tussen het diepgevroren gerecht en de oventemperatuur. Als de bakplaten zijn afgekoeld trekken ze
weer recht.
Aanwijzingen bij de baktabellen
In de tabellen vindt u een keuze aan gerechten met de bijbehorende temperatuurvoorschriften, bereidingstijden en inschuifniveaus.
• De temperaturen en baktijden zijn richtwaarden, aangezien deze waarden afhankelijk
zijn van de samenstelling van het deeg, de hoeveelheid en de bakvorm.
• We adviseren u om bij de eerste keer de lage termperatuurwaarde in te stellen en pas
indien nodig, bijv. wanneer het gebak bruiner moet worden of de baktijd te lang duurt,
een hogere temperatuur te kiezen.
• Als u voor uw eigen recept geen concrete gegevens vindt, oriënteer u dan op een
soortgelijk gebak.
• Bij het op meerdere niveaus bakken van gebak op bakplaten of in vormen kan de bak-
tijd 10-15 minuten langer zijn.
Page 23
23Toepassingen, tabellen en tips
• Vochtig gebak (bijv. pizza's, vruchtentaart etc.) worden op een niveau bereid.
• Als het gebak niet overal even hoog is, wordt het gebak aan het begin van het bakpro-
ces niet overal even bruin. Verander in dit geval de temperatuurinstelling niet. In de
loop van het bakproces wordt het gebak overal even bruin.
• Uw nieuwe oven kan een ander bak-/braadgedrag hebben dan de oven die u eerst had.
Pas daarom de instellingen (temperatuur, gaartijden) en de inzetniveaus waaraan u
was gewend aan aan de aanbevelingen in de volgende tabellen.
2Bij langere baktijden kunt u de oven ca. 10 minuten voor het einde van de baktijd uit-
schakelen, om gebruik te kunnen maken van de nawarmte.
Tenzij anders aangegeven gelden de tabellen voor het plaatsen van een gerecht in een
koude oven.
Baktabel
Bakken op één inzetniveau
Soort
gebak
Gebak in vormen
TulbandHetelucht met ring1150-1600:50-1:10
Zandgebak/koningstaartHetelucht met ring1140-1601:10-1:30
BiscuittaartHetelucht met ring11400:25-0:40
BiscuittaartConventioneel11600:25-0:40
Taartbodem van zandtaartdeeg
Taartbodem van roerdeegHetelucht met ring3150-1700:20-0:25
Dichte appeltaartConventioneel1170-1900:50-1:00
Appeltaart (2vormen
Ø20cm, diagonaal geplaatst)
Appeltaart (2vormen
Ø20cm, diagonaal geplaatst)
Hartige taart (bijv. quiche
lorraine)
KwarktaartConventioneel1170-1901:00-1:30
Gebak op het bakblik
Gistbroodje/-kransConventioneel3170-1900:30-0:40
KerststolConventioneel3160-180
Brood (roggebrood)
-eerst
-dan
Roomsoezen/tompoezenConventioneel3160-170
BiscuitrolConventioneel3180-200
Ovenfunctie
Hetelucht met ring3170-180
Hetelucht met ring11601:10-1:30
Conventioneel11801:10-1:30
Hetelucht met ring1160-1800:30-1:10
Conventioneel1
Inzet-
niveau
Temperatuur
°C
1)
1)
1)
230
160-180
1)
1)
Tijd
uur: min.
0:10-0:25
0:40-1:00
0:25
0:30-1:00
0:15-0:30
0:10-0:20
Page 24
Toepassingen, tabellen en tips24
Soort
gebak
Ovenfunctie
Inzet-
niveau
Temperatuur
°C
Tijd
uur: min.
Kruimelgebak droogHetelucht met ring3150-1600:20-0:40
Boter-/suikerkoekConventioneel3190-210
Vruchtentaart
(op gistdeeg/roerdeeg)
Vruchtentaart
(op gistdeeg/roerdeeg)
2)
2)
Vruchtentaart op zandtaart-
Hetelucht met ring31500:35-0:50
Conventioneel31700:35-0:50
Hetelucht met ring3160-1700:40-1:20
1)
0:15-0:30
deeg
Plaatkoek met kwetsbaar be-
Conventioneel3160-180
1)
0:40-1:20
leg (bijv. kwark, room, honing)
Pizza (met veel beleg)
2)
Hetelucht met ring1180-200
Pizza (dun)Hetelucht met ring1200-220
1)
1)
0:30-1:00
0:10-0:25
Turks broodHetelucht met ring1200-2200:08-0:15
Zwitsers fruitpuddinkjeHetelucht met ring1180-2000:35-0:50
Koekjes
Koekjes van zandtaartdeegHetelucht met ring3150-1600:06-0:20
SpritsHetelucht met ring31400:20-0:30
SpritsConventioneel3160
1)
0:20-0:30
Koekjes van roerdeegHetelucht met ring3150-1600:15-0:20
Schuimgebak, baiserHetelucht met ring380-1002:00-2:30
BitterkoekjesHetelucht met ring3100-1200:30-0:60
Koekjes van gistdeegHetelucht met ring3150-1600:20-0:40
Koekjes van bladerdeegHetelucht met ring3170-180
BroodjesHetelucht met ring3160
BroodjesConventioneel3180
Kleine cakejes (20stuks/blik)Hetelucht met ring3140
Kleine cakejes (20stuks/blik)Conventioneel3170
1)
0:20-0:30
1)
1)
1)
1)
0:20-0:35
0:20-0:35
0:20-0:30
0:20-0:30
1) Oven voorverwarmen
2) Opvangplaat of braadslede gebruiken
Page 25
Bakken op meerdere niveaus
25Toepassingen, tabellen en tips
Soort gebak
Hetelucht met
ring
Niveau van onderen
2 niveaus3 niveaus
Hetelucht met
ring
Tempera-
tuur ºC
Tijd
uur: min.
Gebak op de bakplaat
Roomsoezen/tompoezen1/4---160-180
1))
0:35-0:60
Droog kruimelgebak1/3---140-1600:30-0:60
Koekjes
Koekjes van zandtaartdeeg1/31/3/5150-1600:15-0:35
Sprits1/31/3/51400:20-0:60
Koekjes van roerdeeg1/3---160-1700:25-0:40
Schuimgebak, baiser1/3---80-1002:10-2:50
Bitterkoekjes1/3---100-1200:40-1:20
Met gist gebakken koekjes1/3---160-1700:30-0:60
Koekjes van bladerdeeg1/3---170-180
1)
0:30-0:50
Broodjes1/4---1600:30-0:45
Kleine cakejes (20stuks/blik)1/4---140
1)
0:25-0:40
1) Oven voorverwarmen
Baktips
BakresultaatMogelijke oorzaakOplossing
De onderkant van het gebak is te licht van kleur
Het gebak zakt in (wordt
klef, papperig, vochtig)
Gebak is te droogTe lage baktemperatuurBaktemperatuur hoger instellen
Verkeerde inschuifhoogteGebak lager inschuiven
Te hoge baktemperatuurBaktemperatuur iets lager in-
stellen
Te korte baktijdBaktijd verlengen
Baktijden kunnen niet worden
verkort door een hogere baktemperatuur
Te veel vocht in het deegGebruik minder vloeistof
Let op de kneedtijden, in het bijzonder bij het gebruik van keukenmachines
Te lange baktijdBaktijd verkorten
Page 26
Toepassingen, tabellen en tips26
BakresultaatMogelijke oorzaakOplossing
Gebak wordt ongelijkmatig bruin
Te hoge baktemperatuur en te
korte baktijd
Het deeg is ongelijkmatig verdeeld
Baktemperatuur lager instellen
en baktijd verlengen
Het deeg gelijkmatig over de
bakplaat verdelen
Vetfilter is geplaatstVetfilter verwijderen
Gebak wordt niet gaar
binnen de aangegeven
baktijd
Te lage temperatuurBaktemperatuur iets hoger in-
stellen
Vetfilter is geplaatstVetfilter verwijderen
Tabel Pizza hetelucht
Soort gebakInzetniveau
Temperatuur
°C
Pizza (dun)1180 - 200
1)
Tijd
uur: min.
20 - 30
Pizza (met veel beleg)1180 - 20020 - 30
Swabische pizza1180 - 20045 - 60
Spinazietaart1160 -18045 - 60
Quiche Lorraine1170 - 19040 - 50
Kwarktaart, rond1140 - 16060 - 90
Kwarktaart op bakplaat1140 - 16050 - 60
Appeltaart, dicht1150 - 17050 - 70
Groentetaart1160 - 18050 - 60
Turks brood1250 - 270
Bladerdeegtaart1160 - 180
Flammekuchen (brood)1250 - 270
Piroggen (gevulde broodjes)1180 - 200
1)
1)
1)
1)
10 - 20
40 - 50
12 - 20
15 - 25
1) Oven voorverwarmen
Tabel voor ovenschotels en gegratineerde gerechten
Tempera-
GerechtOvenfunctieInzetniveau
tuur
°C
PastaschotelConventioneel1180-2000:45-1:00
LasagneConventioneel1180-2000:25-0:40
Gegratineerde groenten
Gegratineerd stokbrood
1)
1)
Hetelucht met ring1160-1700:15-0:30
Hetelucht met ring1160-1700:15-0:30
Zoete ovenschotelsConventioneel1180-2000:40-0:60
Tijd
uur: min.
Page 27
27Toepassingen, tabellen en tips
Braden
Tempera-
GerechtOvenfunctieInzetniveau
VisschotelsConventioneel1180-2000:30-1:00
Gevulde groentenHetelucht met ring1160-1700:30-1:00
1) Oven voorverwarmen
tuur
°C
Tijd
uur: min.
Tabel diepgevroren kant-en-klaargerechten
GerechtOvenfunctieInzetniveau
DiepvriespizzaConventioneel3
Patates frites
(500 g)
StokbroodConventioneel3
VruchtentaartConventioneel3
1) Opmerking: patates frites tussendoor 2 tot 3 keer draaien.
1)
Hetelucht met ring3200-220°C
Ovenfunctie: Conventioneel of Infratherm
Braadservies
• Voor het braden is elk hittebestendig servies geschikt (zie opgave fabrikant!).
• Voor het braden kunt u de grillset gebruiken.
• Wij adviseren alle magere vleessoorten in een braadpan met deksel te braden. Op
deze manier blijft het vlees sappiger.
• Alle vleessoorten die een korstje moeten krijgen, kunt u in een braadpan zonder dek-
sel braden.
Temperatuur
°C
volgens aanwij-
zingen van de
fabrikant
volgens aanwij-
zingen van de
fabrikant
volgens aanwij-
zingen van de
fabrikant
Tijd
volgens aanwij-
zingen van de
fabrikant
volgens aanwij-
zingen van de
fabrikant
volgens aanwij-
zingen van de
fabrikant
volgens aanwij-
zingen van de
fabrikant
3Aanwijzingen bij de braadtabel
De gegevens in de volgende tabel dienen slechts als richtlijn.
• Wij adviseren vlees en vis pas vanaf 1 kg in de ovente braden.
• Om het inbranden van vrijkomende vleessappen of vet te voorkomen, adviseren wij
wat vloeistof in het braadservies te doen.
• Braadstukken naar behoefte na 1/2 - 2/3 van de bereidingstijd keren.
• Grote braadstukken en gevogelte gedurende de bereidingstijd meerdere keren met
braadvocht begieten. Daarmee bereikt u een beter braadresultaat.
• Schakel de oven ca. 10 minuten voor het einde van de braadtijd uit, om gebruik te
maken van de nawarmte.
1Waarschuwing: Voor het reinigen het apparaat uitschakelen en laten afkoelen.
Waarschuwing: Om veiligheidsredenen het apparaat niet met stoomblazers of hogedrukreinigers schoonmaken.
Let op: Gebruik geen bijtende schoonmaakmiddelen, scherpe voorwerpen of
vlekkenverwijderaars.
Reinig de glazen ovendeur niet met schuurmiddelen of metalen schrapers die krassen
kunnen veroorzaken op het oppervlak. Hierdoor kan het glas springen.
Buitenkant apparaat
• De voorkant van het apparaat met een zachte doek en een warm sopje afnemen.
• Bij een metalen front een in de handel verkrijgbaar onderhoudsmiddel gebruiken.
• Geen schuurmiddelen en schuursponsjes gebruiken.
Binnenkant oven
Reinig de oven na ieder gebruik. Verontreinigingen laten zich dan het makkelijkst verwijderen en kunnen dan niet aanbranden.
1. Schakel de ovenverlichting in om de oven goed te kunnen reinigen.
2. Reinig na ieder gebruik de oven met een sopje en droog hem goed af.
3. Deur van de ovenwagen voor reiniging eruit lichten.
3Hardnekkig vuil kan verwijderd worden met speciale ovenreinigers.
1Let op: Neem bij het gebruik van ovensprays altijd goed de aanwijzingen van de fabri-
kant in acht!
Hulpstukken
Alle hulpstukken na ieder gebruik afwassen en goed afdrogen. Om het schoonmaken te
vergemakkelijken kort laten inweken.
Vetfilter
1. Het vetfilter in een heet sopje of in de afwasautomaat reinigen.
2. Als het vuil sterk is ingebrand in wat water en 2-3 eetlepels afwasmiddel voor afwasauto-
maten uitkoken.
Page 33
33Reiniging en onderhoud
Ovenverlichting
1Waarschuwing: Kans op kortsluiting! Voor het vervangen van de ovenlamp:
– oven uitschakelen!
– zekeringen in de huisinstallatie uitdraaien resp. uitschakelen.
3Om de ovenlamp en het afdekglas te beschermen een doekje op de bodem van de oven
leggen.
Ovenlamp vervangen/glas reinigen
1. Afdekglas linksom draaien, losnemen en
schoonmaken.
2. Indien nodig:
oververlichting 40 watt, 230 V 300 °C hittebestendig
vervangen.
3. Afdekglas weer aanbrengen.
Bovenkant oven
Het bovenste verwarmingselement kan neergeklapt worden om de bovenkant van de
oven gemakkelijker te reinigen.
Verwarmingselement neerklappen
1Waarschuwing: Verwarmingselement alleen
neerklappen als de oven is uitgeschakeld en er
geen gevaar meer op verbranding bestaat!
1. Pak het verwarmingselement aan de voorkant
vast en trek het element naar voren.
2. Het verwarmingselement klapt nu naar onder.
1Let op: Druk het verwarmingselement niet met
geweld naar onder! Het verwarmingselement
kan afbreken.
Bovenkant oven reinigen
Page 34
Reiniging en onderhoud34
Verwarmingselement bevestigen
1. Het verwarmingselement terug aanbrengen tot
aan de bovenkant van de oven.
2. Het verwarmingselement tegen de veerkracht
naar voren trekken en over de uitsparing van de
oven leiden.
3. In de beugel vastklikken.
1let op: Het verwarmingselement moet aan bei-
de kanten boven de uitsparing van de binnenwand van de oven liggen en correct zijn
vastgeklikt.
Ovendeur
Om de ovendeur van uw apparaat gemakkelijker te kunnen schoonmaken kan deze worden uitgehangen.
Ovendeur verwijderen
1. Ovendeur eruit trekken.
2. Ovendeur met beide handen aan de zijkanten
vastpakken.
3. Ovendeur verticaal naar boven uit de geleidingsstangen trekken.
1Let op: Niet aan de deurgreep van de oven-
deur omhoogtrekken!
3Ovendeur met de buitenkant naar onderen op
een zachte, vlakke ondergrond leggen, bijvoorbeeld op een deken, om krassen te voorkomen.
Page 35
35Reiniging en onderhoud
Ovendeur plaatsen
1. Ovendeur vanaf de greepzijde met beide han-
den aan de zijkant vastpakken. Ovendeur
loodrecht op de geleidingsstaven zetten en
naar onderen laten glijden.
2. Ovendeur sluiten.
Deurglas ovenwagen
De deur van de ovenwagen is uitgerust met drie achter elkaar aangebrachte glazen ruiten De binnenste glasplaten kunnen voor reiniging verwijderd worden.
3Het verwijderen van de glazen ruiten in de deur van de ovenwagen, dient alleen plaats
te vinden als de deur eruit is gelicht.
1Let op! Bij heftige stoten, vooral tegen de zijkanten van de voorste glasplaat, kan het
glas breken.
Deurglas ovenwagen demonteren
1. Licht de deur van de ovenwagen eruit en leg de deur met de handgreep naar beneden
op een zachte, vlakke ondergrond.
2. Deurafdekking(B) aan de bovenkant van de
deur aan beide kanten vastpakken en naar binnen drukken om de klemsluiting te ontgrendelen. Vervolgens de deurafdekking eraf trekken.
3. Afdekking aan de zijkanten vastpakken. Licht
indrukken en in de richting van de deurgreep
schuiven. De afdekking springt uit de geleiding
en kan eraf worden gehaald. Afdekking aan
beide kanten verwijderen.
Page 36
Reiniging en onderhoud36
4. Deurglas ovenwagen een beetje heffen. Ach-
tereenvolgens aan de bovenrand vastpakken en
uit de geleiding trekken.
Deurglas ovenwagen reinigen
De ruiten van de deur van de ovenwagen grondig reinigen met afwas middel Daarna
zorgvuldig afdrogen.
Deurglas ovenwagen aanbrengen
1. De ruiten van de deur achtereenvolgens van
boven in het deurprofiel aan de onderkant van
de deur invoeren en laten zakken.
3Eerst de kleine glasplaat aanbrengen en daarna
de grotere glasplaten.
2. De afdekking aan de zijkant van het deurframe
zo aanbrengen dat beide ventilatie-openingen
in de richting van de deurgreep wijzen. Afdekking aandrukken en aanbrengen. Afdekking
klikt vast. Nogmaals aan beide kanten controleren of alles correct is aangebracht en goed
vast zit.
3. Deurafdekking (B) links en rechts vastpakken,
tegen de binnenkant van de deur rand plaatsen
en deurafdekking (B) op de bovenkant van de
deur vastdrukken.
Page 37
37Wat is er aan de hand als …
3Aan de open zijde van de deur af dekking (B)
bevindt zich een geleiderail (C). Deze moet
tussen de buitenste ruit van de deur en het
geleidingsprofiel (D) worden geschoven.
De klem sluiting (E) moet vastgeklikt zijn.
4. De deur van de ovenwagen weer aanbrengen.
Wat is er aan de hand als …
StoringMogelijke oorzaakOplossing
De kookzones functioneren
niet.
De oven wordt niet warmDe oven is niet ingeschakeldOven inschakelen
De ovenverlichting valt uitDe lamp van de ovenverlich-
Wanneer u de storing niet kunt verhelpen met de hierboven gegeven aanwijzingen, neem dan contact op met uw vakhandel of met onze service-afdeling.
Zie de gebruiksaanwijzing van de inbouwkookplaat
De dagtijd is niet ingesteldDagtijd instellen
De vereiste instellingen zijn
niet uitgevoerd
De zekering in de huisinstallatie (stoppenkast) is gesprongen
ting is defect
Instellingen controleren
Zekering controleren.
Als de zekeringen meerdere
malen doorbranden, neem dan
contact op met een erkend
elektricien.
Lamp van de ovenverlichting
vervangen
1Waarschuwing! Reparaties aan het apparaat mogen alleen door vakmensen worden
uitgevoerd. Onvakkundige reparaties kunnen tot aanzienlijke risico's voor de gebruiker
leiden.
3Bij een onjuiste bediening wordt het bezoek van de servicetechnicus ook tijdens de ga-
rantieperiode in rekening gebracht.
3Aanwijzingen voor apparaten met een metalen voorzijde:
Vanwege de koele voorzijde van uw apparaat kan er zich, na het openen van de ovendeur tijdens of kort na het bakken of braden, gedurende korte tijd condens vormen op de
binnenkant van het deurvenster.
Page 38
Afvalverwerking38
Afvalverwerking
2Verpakkingsmateriaal
De verpakkingsmaterialen zijn niet schadelijk voor het milieu en herbruikbaar. De kunststoffen hebben de volgende aanduidingen, bijv. >PE<, >PS<, enz. Verwijder de verpakkingsmaterialen in overeenstemming met de aanduiding bij de gemeentelijke
inzamelplaatsen in de daarvoor bestemde containers.
2Oud apparaat verwijderen
Het symbool
huishoudafval mag worden behandeld. Het moet echter naar een plaats worden gebracht waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt
dat dit product op de correcte manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijk voor mens
en milieu negatieve gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde
afvalbehandeling. Voor meer details in verband met het recyclen van dit product, neemt
u het best contact op met de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast met
de verwijdering van huishoudafval of de winkel waar u het product hebt gekocht.
W op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als
1Waarschuwing: Opdat er geen gevaar meer kan ontstaan, moeten afgedankt apparaten
voor het weggooien onbruikbaar worden gemaakt.
Stekker uit het stopcontact trekken en aansluitsnoer van het apparaat verwijderen.
Page 39
Service
Controleer bij technische storingen eerst of u met behulp van de gebruiksaanwijzing
(hoofdstuk „Wat te moet doen als…“) het probleem zelf kunt oplossen.
Wanneer u het probleem niet kunt oplossen, neemt u contact op met onze service-afdeling.
Om u snel te kunnen helpen, hebben wij de volgende gegevens nodig: