AEG E3151-5-M User Manual [nl]

E3151-5
Gebruiksaanwijzing Elektrisch
inbouwfornuis
Inhoud2
1
Wij danken u voor uw keuze voor een van onze producten van hoogwaardige kwaliteit.
Lees deze gebruiksaanwijzing alstublieft zorgvuldig door, zo kunt u zeker zijn van opti­male en professionele prestaties van uw apparaat. De handleiding zal u in staat stellen
om alle processen perfect en op de meest efficiënte wijze te laten verlopen. Wij advise-
raadplegen. Geef deze handleiding ook aan een eventuele toekomstige eigenaar van het
Inhoud
ren u deze handleiding op een veilige plaats te bewaren, dan kunt u hem te allen tijde
apparaat.
Wij wensen u veel plezier met uw nieuwe apparaat.
Gebruiksaanwijzing 3
Veiligheidsvoorschriften 3
Totaalaanzicht 4 Bedieningspaneel 5 Uitrusting oven 5 Accessoires oven 6
Voor het in gebruik nemen 7
Dagtijd instellen en wijzigen 7 Reinigen voor het in gebruik nemen 8
Bedienen van de kookzones 8
Kookstand instellen 9
Bedienen van de oven 10
Oven in- en uitschakelen 10 Ovenfuncties 11 Rooster, baakplaat en vetopvangbak plaatsen 11 Vetfilter plaatsen/verwijderen 12 Klokfuncties 13
Toepassingen, tabellen en tips 19
In deze gebruiksaanwijzing worden de volgende symbolen gebruikt:
Belangrijke informatie over uw persoonlijke veiligheid en informatie over het voorkomen van schade aan het apparaat.
3 Algemene informatie en tips
Kooktabel 19 Bakken 20 Braden 26 Vlak-grilleren 28 Ontdooien 29 Drogen met hetelucht 29 Wecken 30
Reiniging en onderhoud 31
Buitenkant apparaat 31 Binnenkant oven 31 Accessoires 31 Vetfilter 31 Inschuifroosters 32 Ovenverlichting 33 Bovenwand van de oven 33 Bakovendeur 34 Het glas van deur van de bakoven 36
Wat is er aan de hand als … 40
Afvalverwerking 41
Service 42
2 Milieu-informatie
Gebruiksaanwijzing
1 Veiligheidsvoorschriften
Elektrische veiligheid
Het apparaat mag uitsluitend door een erkend installateur worden aangesloten.
In geval van storingen of beschadiging van het apparaat: zekeringen in de huisinstal-
latie uitschakelen.
Reparaties aan het apparaat mogen uitsluitend door vakmensen worden uitge- voerd. Door onvakkundig uitgevoerde reparaties kunnen grote gevaren ontstaan. Wend u bij reparaties altijd tot onze service-afdeling of uw vakhandel.
Veiligheid voor kinderen
Kleine kinderen nooit alleen laten terwijl het apparaat in gebruik is.
Veiligheid tijdens het gebruik
Personen (waaronder begrepen kinderen) die op grond van hun fysieke, sensorische of verstandelijke vermogens, dan wel op grond van onervarenheid of onkunde niet in staat zijn het apparaat veilig te gebruiken, dienen dit apparaat niet zonder het toe­zicht of zonder de instructies van een verantwoordelijke persoon te gebruiken.
Dit apparaat mag alleen in het huishouden voor koken, braden, bakken van levensmid­delen worden gebruikt.
Wees voorzichtig bij het aansluiten van elektrische apparaten op stopcontacten in de buurt van het apparaat. Snoeren mogen niet in aanraking komen of onder de hete ovendeur ingeklemd raken.
Waarschuwing: Verbrandingsgevaar! Bij gebruik wordt de ovenruimte heet.
Als u alcoholische ingrediënten in de oven gebruikt, kan evt. een licht ontvlambaar al-
cohol-luchtmengsel ontstaan. Open de deur in dat geval voorzichtig. Kom niet met vuur of vonken in de buurt van de oven.
3Gebruiksaanwijzing
3 Aanwijzing met betrekking tot acrylamide
Volgens de laatste wetenschappelijke inzichten kan een intensieve bruining van levens­middelen, met name bij zetmeelhoudende producten, een gevaar voor de gezondheid door acrylamide veroorzaken. Om die reden adviseren wij levensmiddelen zoveel moge­lijk bij lage temperaturen te bereiden en de gerechten niet te veel te bruinen.
Op deze manier voorkomt u beschadiging van het apparaat
Bekleed de oven niet met aluminiumfolie en plaats geen bakplaten, pannen, enzo­voort op de bodem omdat daarmee het email van de oven door de ontstane hittecon­centratie wordt beschadigd.
Fruitsappen die van de bakplaat druppelen, veroorzaken vlekken die niet kunnen wor­den verwijderd. Gebruik een diepe bakplaat voor gebak dat erg vochtig is.
Plaats geen gewicht op de geopende ovendeur.
Giet water nooit rechtstreeks in de hete oven. Hierdoor kan het email worden bescha-
digd en kunnen verkleuringen ontstaan.
Beschrijving van het apparaat4
Als gevolg van heftige stoten, vooral op de randen van de buitenste glasplaat, kan het glas breken.
Bewaar geen brandbaar materiaal in de oven. Bij het inschakelen van de oven kan dit ontbranden.
Bewaar geen vochtige levensmiddelen in de oven. Het email kan hierdoor beschadigd raken.
Bewaar na het uitschakelen van de koelventilator geen open gerechten in de oven. In de ovenruimte of op de deurruiten kan vocht neerslaan dat ook op uw meubelen te­recht kan komen.
3 Informatie emaillaag
Kleurveranderingen van de emaillaag van de oven als gevolg van het gebruik zijn niet van invloed op de deugdelijkheid van het apparaat voor regulier of contractueel gebruik. Dit zijn derhalve geen gebreken in de zin van het recht op garantie.
Beschrijving van het apparaat
Totaalaanzicht
Bedieningspaneel
Deurgreep
Glazen deur
Bedieningspaneel
Bedrijfscontrolelampje
Klokfunctietoetsen
Ovenfuncties
5Beschrijving van het apparaat
Temperatuurcontrolelampje
Tijdsindicatie
Temperatuurkeuze
Kookzoneschakelaar
Uitrusting oven
Inzetniveaus
Kookzoneschakelaar
Bovenwarmte en grillelement
Ovenverlichting
Vetfilter
Verwarmingselement in de achterwand Ventilator
Onderwarmte
Uitneembaar inschuifrooster
Beschrijving van het apparaat6
Dampafvoer uit de oven
De damp uit de oven wordt via het achterin de kookplaat liggende kanaal direct naar boven geleid.
Binnenkant deur
Aan de binnenkant van de ovendeur is de num­mering van de inzetniveaus van de oven­weergegeven. Bovendien treft u beknopte informatie aan over de ovenfuncties, aanbevolen inzetniveaus en temperaturen voor de bereiding van de meest gebruikelijke gerechten.
Accessoires oven
Rooster
Voor servies, bak- en braadvormen, braden en grillen.
Bakplaat
Voor gebak en koekjes.
Vetopvangbak
De vetopvangbak dient bij het baken en braden resp. als opvangbak voor het vet.
Voor het in gebruik nemen
Dagtijd instellen en wijzigen
3 De oven functioneert alleen als u de tijd hebt ingesteld.
Na het aansluiten van de elektriciteit of na een stroomstoring knippert het functielampje Dagtijd automatisch.
1. Om een reeds ingestelde dagtijd te veranderen drukt u de toets Selectie zo vaak in, tot het functielampje Dagtijd knippert.
2. Met de toets of de juiste tijd instellen.
7Voor het in gebruik nemen
Na ca. 5 seconden stopt het knipperen en geeft de klok de ingestelde tijd aan.
Het apparaat is klaar voor gebruik.
3 De dagtijd kan alleen worden gewijzigd als er
geen automatische functie (Duur of Einde ) is ingesteld.
Bedienen van de kookzones8
Reinigen voor het in gebruik nemen
Voordat u de oven in gebruik neemt, moet u hem grondig reinigen.
1 Attentie: Gebruik geen scherpe, schurende reinigingsmiddelen! De oppervlakte kan be-
schadigd worden.
3 Bij metalen fronten in de handel verkrijgbare onderhoudsmiddelen gebruiken.
1. Schakelaar ovenfunctie op ovenverlichting zetten.
2. Alle accessoires en inschuifroosters uit de oven nemen en met een warm sopje schoon-
maken.
3. Oven ook met een warm sopje afnemen en drogen.
4. Front van het apparaat alleen met een vochtige doek afnemen.
Bedienen van de kookzones
3 Lees ook de gebruiksaanwijzing van uw inbouw-kookplaat. Daarin vindt u belangrijke in-
formatie m.b.t. pannen, bediening, reiniging en onderhoud.
Kookstanden
In de bereiken 1 - 9 kunt u de kookstanden instellen.
Tussenstanden kunt u in de bereiken 2 tot 7 kiezen.
1 = laagste vermogen 9 = hoogste vermogen
2 Schakel de kookzone ca. 5-10 minuten voor het einde van de kooktijd uit om gebruik te
maken van de restwarmte. Zo bespaart u elektrische energie.
3 Het fornuis is met verzonken kookzoneschakelaars uitgerust.
Voor het gebruik de kookzoneschakelaar indrukken. De schakelaar komt dan naar buiten.
Kookstand instellen
1. Kookstand kiezen.
9Bedienen van de kookzones
links voor links achter rechts achter rechts voor
Kookzoneschakelaar
2. Om te stoppen met koken terugdraaien naar de uit-stand.
Bedienen van de oven10
Bedienen van de oven
3 De oven is van verzinkbare schakelaars voor oven-functies en temperatuurkeuze uit-
gerust. Druk voor het gebruik ervan op de betreffende schakelaar. De schakelaar komt dan naar buiten.
Oven in- en uitschakelen
Bedrijfscontrolelampje
Temperatuurcontrolelampje
Ovenfuncties
1. Zet de functiekiezer van de oven in de gewenste stand.
2. Zet de temperatuurkiezer op de gewenste temperatuur.
Het bedrijfscontrolelampje is aan zolang de oven in gebruik is. Het temperatuurcontrolelampje is aan zolang de verwarming van de oven aan staat.
3. Om de oven uit te schakelen moet u de functiekiezer en de temperatuurkiezer van de oven beide in de Uit stand zetten.
Temperatuurkeuze
3 Koelventilator
Zodra de oven in gebruik wordt genomen wordt de ventilator automatisch ingeschakeld om de oppervlakken van het apparaat koel te houden. Nadat de oven is uitgeschakeld blijft de ventilator nog verder lopen om het apparaat af te koelen en wordt dan automa­tisch uitgeschakeld.
Ovenfuncties
Voor de oven zijn de volgende functies beschikbaar:
11Bedienen van de oven
Ovenfunctie Toepassing
Licht Met deze functie kunt u de binnenzijde van de oven verlichten,
bijvoorbeeld om deze schoon te maken.
Hetelucht met ring Voor het bakken op maximaal drie niveaus tegelijk.
Stel de temperatuur van de oven 20 tot 40 °C lager in dan bij boven-/onderwarmte.
Pizza hetelucht Voor het bakken op een niveau voor gerechten die een inten-
sievere bruining en knapperigheid van de bodem vragen.
Stel de temperatuur van de oven 20 tot 40 °C lager in dan bij boven-/onderwarmte.
Conventioneel Voor het bakken en braden op één niveau.
Onderwarmte Voor het afbakken van gebak met een brosse bodem.
Ontdooien Voor het gedeeltelijk of geheel ontdooien van bijvoorbeeld
gebak, boter, brood, fruit of andere bevroren levensmiddelen.
Grill klein Voor het grilleren van vlakke levensmiddelen, die in het mid-
den van het rooster worden geplaatst en om te roosteren.
Grill groot Voor het grilleren van vlakke levensmiddelen in grotere hoe-
veelheden en om te roosteren.
Infratherm Voor het braden van grotere stukken vlees of gevogelte op één
niveau. Deze functie is ook geschikt voor gratineren.
Rooster, baakplaat en vetopvangbak plaatsen
3 Uittrek- en kantelbeveiliging
Ter beveiliging tegen het uittrekken, hebben alle inschuifdelen aan de linker kant een kleine bolling naar onderen. Schuif de inschuifdelen er zo in dat de bolling in het bakgedeelte zich achterin bevindt. Deze bolling is ook belangrijk voor de kantelbeveiliging van de inschuifdelen.
Baakplaat resp. vetopvangbak plaatsen:
Schuif de bakplaat resp. de vetopvangbak tus­sen de geleidestangen van het gekozen niveau.
Bedienen van de oven12
Rooster plaatsen:
Plaats het rooster zodanig, dat de beide voetjes naar onder wijzen. Schuif het rooster tussen de geleidestangen van het gekozen niveau.
3 Door de verhoogde lijst die om het rooster
loopt, is het vaatwerk bovendien beschermd te­gen afglijden.
Rooster en vetopvangbak plaatsen:
Plaats het rooster op de vetopvangbak. Schuif de vetopvangbak tussen de geleidestan­gen van het gekozen niveau.
Vetfilter plaatsen/verwijderen
Het vetfilter alleen gebruiken bij het bra­den, om het verwarmingselement in de achter-
wand te beschermen tegen vetspatten.
Vetfilter plaatsen
Vetfilter bij de greep vastpakken en de beide steuntjes van boven naar beneden in de opening tegen de achterwand van de oven (ventilatoropening) plaatsen.
Vetfilter verwijderen
Het vetfilter bij de greep vastpakken en naar boven uit de oven nemen.
Klokfuncties
13Bedienen van de oven
Tijdsindicatie FunctielampjesFunctielampjes
Toets
Toets Selectie
Kookwekker
Om een korte tijd in te stellen. Na afloop klinkt een signaal. Deze functie heeft geen invloed op de werking van de oven.
Duur
Om in te stellen hoe lang de oven ingeschakeld moet zijn.
Einde
Om in te stellen wanneer de oven weer moet worden uitgeschakeld.
Dagtijd
Met deze functie kunt u de dagtijd instellen, veranderen of opvragen (zie ook het hoofdstuk „Voor het in gebruik nemen“).
Toets
Bedienen van de oven14
3 Aanwijzingen met betrekking tot de klokfuncties
Na het selecteren van een functie knippert het bijbehorende functielampje
ca. 5 seconden. Gedurende deze tijd kunnen met de toetsen of de gewenste tij­den worden ingesteld.
Na het instellen van de gewenste tijd knippert het functielampje opnieuw
ca. 5 seconden. Daarna blijft het functielampje branden. De ingestelde tijd begint te lopen.
De signaaltoon kan worden uitgeschakeld door op een willekeurige toets te drukken.
De gewenste ovenfunctie en oventemperatuur kunnen voor of na het instellen van de
klokfuncties Duur en Einde worden gekozen.
Na afloop van het bereidingsproces draait u de schakelaars voor de ovenfunctie en de
temperatuurkeuze weer op de positie UIT.
2 Uitschakelen van de tijdsaanduiding
Door het uitschakelen van de tijdsaanduiding kunt u energie besparen.
Tijdsaanduiding uitschakelen
Druk twee willekeurige toetsen net zo lang in tot de aanduiding donker wordt.
Tijdsaanduiding inschakelen
Druk een willekeurige toets zo lang in tot de dagtijd weer in het display verschijnt.
3 Het display kan alleen worden uitgeschakeld wanneer niet een van de klokfuncties
Duur , Einde of Kookwekker in gebruik is.
Kookwekker
1. Toets Selectie zo vaak indrukken, tot het
functielampje Kookwekker knippert.
2. Met de toets of de gewenste Kookwekker instellen (max. 2 uur 30 minuten).
Na ca. 5 seconden geeft de indicatie de reste­rende tijd aan. Het functielampje Kookwekker brandt.
15Bedienen van de oven
Wanneer de tijd is verstreken, knippert het functielampje en klinkt er gedurende 2 minuten een signaal. De signaaltoon kan worden uitgeschakeld door op een willekeurige toets te drukken.
Bedienen van de oven16
Duur
1. Toets Selectie zo vaak indrukken, tot het
functielampje Duur knippert.
2. Met de toets of de gewenste bereidings- tijd instellen.
Na ca. 5 seconden schakelt de indicatie terug naar de dagtijd. Het functielampje Duur brandt.
Wanneer de tijd is verstreken, knippert het functielampje, klinkt er gedurende 2 minuten een signaal en wordt de oven uitgeschakeld.
3. De signaaltoon en het programma kunnen wor­den uitgeschakeld door op een willekeurige toets te drukken.
Einde
1. Toets Selectie zo vaak indrukken, tot het
functielampje Einde knippert.
2. Met de toets of de gewenste uitschakel- tijd instellen.
Na ca. 5 seconden schakelt de indicatie terug naar de dagtijd. Het functielampje Einde brandt.
17Bedienen van de oven
Wanneer de tijd is verstreken, knippert het functielampje, klinkt er gedurende 2 minuten een signaal en wordt de oven uitgeschakeld.
3. De signaaltoon en het programma kunnen wor­den uitgeschakeld door op een willekeurige toets te drukken.
Bedienen van de oven18
Duur en Einde gecombineerd
3 Duur en Einde kunnen gelijktijdig worden gebruikt wanneer de oven op een later
tijdstip automatisch moet worden in- en uitgeschakeld.
1. Met de functie Duur de tijd instellen, die het
gerecht nodig heeft. In dit geval 1 uur.
2. Met de functie Einde het tijdstip instellen, waarop het gerecht klaar moet zijn. In dit geval 14:05.
De functielampjes Duur en Einde branden en in het display wordt de tijd aangegeven. In dit geval 12:05.
De oven wordt op het berekende tijdstip auto­matisch ingeschakeld. In dit geval 13:05.
En na afloop van de ingevoerde duur wordt de oven weer uitgeschakeld. In dit geval 14:05.
Toepassingen, tabellen en tips
Kooktabel
De gegevens in de volgende tabel dienen slechts als richtlijn.
Kook-
Kookproces Geschikt voor Duur Aanwijzingen/tips
stand
0 Nawarmte, uit-stand
1
1-2
2-3 Wellen
3-4
4-5 Koken
6-7
7-8
9
Warm
houden
Smelten
Stollen
Stomen
Stoven
Zacht
braden
Sterk
braden
Aan de
kook bren-
gen Aan-
bra den
Frituren
Warm houden van gare ge-
rechten
Hollandaisesaus,
smelten van boter,
chocolade, gelatine
Schuimomelet, bouillon met
ei
Wellen van rijst en melkge-
rechten
Verhitten van kant-en-klaar-
gerechten
Stoven van groente, vis
Vlees sudderen
Koken van aardappels 20-60 min.
Koken van grotere hoeveel-
heden, eenpansgerechten en
soep
Schnitzel, cordon bleu, kar-
bonade, gehaktballen, braad-
worst, lever, roux, eieren,
omelets, oliebollen
Aardappel koekjes, lende-
stukken, steaks, pannenkoe-
ken
Aan de kook brengen van grotere hoeveelheden water, pasta koken, aan-
braden van vlees (goulash, stoofvlees), frituren van patates frites
Naar behoef-
te
5-25 min. Tussendoor omroeren
10-40 min. Met deksel bereiden
25-50 min.
20-45 min.
60-150 min.
Voortdurend
bakken
5-15 min.
per pan
Afdekken
Minimaal dubbele hoe-
veelheid vloeistof aan de
rijst toevoegen, melkge­rechten tussendoor roe-
Bij groente weinig vocht
toevoegen (een paar eet-
gebruiken, bijvoorbeeld:
Tot 3 l vloeistof plus in-
ren
lepels)
Weinig vloeistof
max.
¼ l water per
750 g aardappels
grediënten
Tussendoor keren
Tussendoor keren
19Toepassingen, tabellen en tips
Toepassingen, tabellen en tips20
3 Wij adviseren om bij het aan de kook brengen of het aanbraden de hoogste kookstand in
te stellen en vervolgens gerechten met een langere kooktijd op de gewenste kookstand gaar te laten worden.
1 Oververhitte vetten en oliën vatten zeer snel vlam. Let op! Brandgevaar!
Bakken
Ovenfunctie: Hetelucht met ring of Conventioneel Bakvormen
Voor Conventioneel zijn vormen van donker metaal en gecoate vormen geschikt.
Voor Hetelucht met ring zijn ook vormen van licht metaal geschikt.
Inbrengsleuven
Bakken met Conventioneel is altijd slechts op één niveau mogelijk.
Met Hetelucht met ring kunt u op maximaal 3 bakplaten tegelijk bakken:
1 bakplaat: bijvoorbeeld inzetniveau 3
1 bakvorm: bijvoorbeeld inzetniveau 1
2 bakplaten: bijvoorbeeld inzetniveau 1 en 3
3 bakplaten: inzetniveau 1, 3 en 5
21Toepassingen, tabellen en tips
Algemene aanwijzingen
Bakblik met de schuine kant naar voren plaatsen!
U kunt met Conventioneel of Hetelucht met ring ook twee vormen tegelijk
naast elkaar op het rooster bakken. Het bakproces duurt nauwelijks langer.
3 Bij diepgevroren gerechten kunnen de geplaatste bakplaten tijdens het gaarproces kr-
omtrekken. Dit wordt veroorzaakt door het grote temperatuurverschil tussen het diep­gevroren gerecht en de oventemperatuur. Als de bakplaten zijn afgekoeld trekken ze weer recht.
Aanwijzingen bij de baktabellen
In de tabellen vindt u een keuze aan gerechten met de bijbehorende temperatuurvoor­schriften, tijden en inzetniveaus.
De temperaturen en baktijden zijn richtwaarden. De waarden zijn namelijk afhankelijk
van de samenstelling van het deeg, de hoeveelheid en de bakvorm.
Wij adviseren om de eerste keer de laagste temperatuurwaarde in te stellen en pas in-
dien gewenst, bijv. als een sterkere bruining is gewenst of als de baktijd te lang duurt, een hogere temperatuur te kiezen.
Als u geen concrete aanwijzingen kunt vinden voor uw eigen recept, kijkt u dan bij een
soortgelijk gebak.
Bij het op meerdere niveaus bakken van gebak op bakplaten of in vormen kan de bak-
tijd 10-15 minuten langer zijn.
Bereid vochtig gebak, zoals bijvoorbeeld pizza's en vruchtengebak, op één niveau.
Als het gebak niet overal even hoog is, wordt het gebak in het begin van het bakproces
niet overal even bruin. Verander in dit geval de temperatuurinstelling niet. In de loop van het bakproces wordt het gebak overal even bruin.
Uw nieuwe oven kan een ander bak-/braadgedrag vertonen als uw oude apparaat. Pas
daarom de instellingen (temperatuur, baktijden) en inzetniveaus zoals u die gewend bent aan de aanbevelingen in de onderstaande tabel aan.
2 Bij langere baktijden kunt u de oven ca. 10 minuten voor het einde van de baktijd uit-
schakelen, om de nawarmte te gebruiken. Tenzij anders aangegeven, gelden de waarden in de tabellen voor het plaatsen van een gerecht in de koude oven.
Baktabel
Bakken op één inzetniveau
Soort
gebak
Gebak in vormen
Tulband Hetelucht met ring 1 150-160 0:50-1:10
Zandgebak/koningstaart Hetelucht met ring 1 140-160 1:10-1:30
Biscuittaart Hetelucht met ring 1 140 0:25-0:40
Biscuittaart Conventioneel 1 160 0:25-0:40
Ovenfunctie
Inzet-ni-
veau
Temperatuur
°C
Tijd
uur: min.
Toepassingen, tabellen en tips22
Soort
gebak
Taartbodem van zandtaart-
Ovenfunctie
Hetelucht met ring 3 170-180
Inzet-ni-
veau
Temperatuur
°C
1)
Tijd
uur: min.
0:10-0:25
deeg
Taartbodem van roerdeeg Hetelucht met ring 3 150-170 0:20-0:25
Dichte appeltaart Conventioneel 1 170-190 0:50-1:00
Appeltaart (2vormen
Hetelucht met ring 1 160 1:10-1:30
Ø20cm, diagonaal geplaatst)
Appeltaart (2vormen
Conventioneel 1 180 1:10-1:30
Ø20cm, diagonaal geplaatst)
Hartige taart (bijv. quiche
Hetelucht met ring 1 160-180 0:30-1:10
lorraine)
Kwarktaart Conventioneel 1 170-190 1:00-1:30
Gebak op het bakblik
Gistbroodje/-krans Conventioneel 3 170-190 0:30-0:40
1)
230
160-180
1)
1)
1)
0:40-1:00
0:25
0:30-1:00
0:15-0:30
0:10-0:20
Kerststol Conventioneel 3 160-180
Brood (roggebrood)
Conventioneel 1
-eerst
-dan
Roomsoezen/tompoezen Conventioneel 3 160-170
Biscuitrol Conventioneel 3 180-200
Kruimelgebak droog Hetelucht met ring 3 150-160 0:20-0:40
Boter-/suikerkoek Conventioneel 3 190-210
Vruchtentaart (op gistdeeg/roerdeeg)
Vruchtentaart (op gistdeeg/roerdeeg)
2)
2)
Vruchtentaart op zandtaart-
Hetelucht met ring 3 150 0:35-0:50
Conventioneel 3 170 0:35-0:50
Hetelucht met ring 3 160-170 0:40-1:20
1)
0:15-0:30
deeg
Plaatkoek met kwetsbaar
Conventioneel 3 160-180
1)
0:40-1:20 beleg (bijv. kwark, room, honing)
Pizza (met veel beleg)
2)
Hetelucht met ring 1 180-200
Pizza (dun) Hetelucht met ring 1 200-220
1)
1)
0:30-1:00
0:10-0:25
Turks brood Hetelucht met ring 1 200-220 0:08-0:15
Zwitsers fruitpuddinkje Hetelucht met ring 1 180-200 0:35-0:50
Koekjes
Koekjes van zandtaartdeeg Hetelucht met ring 3 150-160 0:06-0:20
Sprits Hetelucht met ring 3 140 0:20-0:30
Sprits Conventioneel 3 160
1)
0:20-0:30
23Toepassingen, tabellen en tips
Soort
gebak
Ovenfunctie
Inzet-ni-
veau
Temperatuur
°C
Tijd
uur: min.
Koekjes van roerdeeg Hetelucht met ring 3 150-160 0:15-0:20
Schuimgebak, baiser Hetelucht met ring 3 80-100 2:00-2:30
Bitterkoekjes Hetelucht met ring 3 100-120 0:30-0:60
Koekjes van gistdeeg Hetelucht met ring 3 150-160 0:20-0:40
Koekjes van bladerdeeg Hetelucht met ring 3 170-180
Broodjes Hetelucht met ring 3 160
Broodjes Conventioneel 3 180
Kleine cakejes (20stuks/blik) Hetelucht met ring 3 140
Kleine cakejes (20stuks/blik) Conventioneel 3 170
1)
0:20-0:30
1)
1)
1)
1)
0:20-0:35
0:20-0:35
0:20-0:30
0:20-0:30
1) Oven voorverwarmen
2) Opvangplaat of braadslede gebruiken
Bakken op meerdere niveaus
Hetelucht met
ring
Soort gebak
Niveau van onderen
2 niveaus 3 niveaus
Gebak op de bakplaat
Roomsoezen/tompoezen 1/4 --- 160-180
Droog kruimelgebak 1/3 --- 140-160 0:30-0:60
Koekjes
Koekjes van zandtaartdeeg 1/3 1/3/5 150-160 0:15-0:35
Sprits 1/3 1/3/5 140 0:20-0:60
Koekjes van roerdeeg 1/3 --- 160-170 0:25-0:40
Schuimgebak, baiser 1/3 --- 80-100 2:10-2:50
Bitterkoekjes 1/3 --- 100-120 0:40-1:20
Met gist gebakken koekjes 1/3 --- 160-170 0:30-0:60
Koekjes van bladerdeeg 1/3 --- 170-180
Broodjes 1/4 --- 160 0:30-0:45
Kleine cakejes (20stuks/blik) 1/4 --- 140
1) Oven voorverwarmen
Hetelucht met
ring
Tempera-
tuur ºC
1)
1))
1)
Tijd
uur: min.
0:35-0:60
0:30-0:50
0:25-0:40
Toepassingen, tabellen en tips24
Baktips
Bakresultaat Mogelijke oorzaak Oplossing
De onderkant van het ge­bak is te licht van kleur
Het gebak zakt in (wordt klef, papperig, vochtig)
Gebak is te droog Te lage baktemperatuur Baktemperatuur hoger instellen
Gebak wordt ongelijkma­tig bruin
Gebak wordt niet gaar binnen de aangegeven baktijd
Verkeerde inschuifhoogte Gebak lager inschuiven
Te hoge baktemperatuur Baktemperatuur iets lager in-
stellen
Te korte baktijd Baktijd verlengen
Baktijden kunnen niet worden verkort door een hogere bak­temperatuur
Te veel vocht in het deeg Gebruik minder vloeistof
Let op de kneedtijden, in het bij­zonder bij het gebruik van keu­kenmachines
Te lange baktijd Baktijd verkorten
Te hoge baktemperatuur en te korte baktijd
Het deeg is ongelijkmatig ver­deeld
Baktemperatuur lager instellen en baktijd verlengen
Het deeg gelijkmatig over de bakplaat verdelen
Vetfilter is geplaatst Vetfilter verwijderen
Te lage temperatuur Baktemperatuur iets hoger in-
stellen
Vetfilter is geplaatst Vetfilter verwijderen
Tabel Pizza hetelucht
25Toepassingen, tabellen en tips
Soort gebak Inzetniveau
Temperatuur
°C
Pizza (dun) 1 180 - 200
1)
Tijd
uur: min.
20 - 30
Pizza (met veel beleg) 1 180 - 200 20 - 30
Swabische pizza 1 180 - 200 45 - 60
Spinazietaart 1 160 -180 45 - 60
Quiche Lorraine 1 170 - 190 40 - 50
Kwarktaart, rond 1 140 - 160 60 - 90
Kwarktaart op bakplaat 1 140 - 160 50 - 60
Appeltaart, dicht 1 150 - 170 50 - 70
Groentetaart 1 160 - 180 50 - 60
Turks brood 1 250 - 270
Bladerdeegtaart 1 160 - 180
Flammekuchen (brood) 1 250 - 270
Piroggen (gevulde broodjes) 1 180 - 200
1)
1)
1)
1)
10 - 20
40 - 50
12 - 20
15 - 25
1) Oven voorverwarmen
Tabel voor ovenschotels en gegratineerde gerechten
Tempera-
Gerecht Ovenfunctie Inzetniveau
tuur
°C
Pastaschotel Conventioneel 1 180-200 0:45-1:00
Lasagne Conventioneel 1 180-200 0:25-0:40
Gegratineerde groenten
Gegratineerd stokbrood
1)
1)
Hetelucht met ring 1 160-170 0:15-0:30
Hetelucht met ring 1 160-170 0:15-0:30
Zoete ovenschotels Conventioneel 1 180-200 0:40-0:60
Visschotels Conventioneel 1 180-200 0:30-1:00
Gevulde groenten Hetelucht met ring 1 160-170 0:30-1:00
1) Oven voorverwarmen
Tijd
uur: min.
Toepassingen, tabellen en tips26
Tabel diepgevroren kant-en-klaargerechten
Braden
Gerecht Ovenfunctie Inzetniveau
Diepvriespizza Conventioneel 3
Patates frites (500 g)
Stokbrood Conventioneel 3
Vruchtentaart Conventioneel 3
1) Opmerking: patates frites tussendoor 2 tot 3 keer draaien.
1)
Hetelucht met ring 3 200-220°C
Temperatuur
°C
volgens aanwij-
zingen van de
fabrikant
volgens aanwij-
zingen van de
fabrikant
volgens aanwij-
zingen van de
fabrikant
Tijd
volgens aanwij-
zingen van de
fabrikant
volgens aanwij-
zingen van de
fabrikant
volgens aanwij-
zingen van de
fabrikant
volgens aanwij-
zingen van de
fabrikant
Ovenfunctie: Conventioneel of Infratherm Braadservies
Om te braden is ieder hittebestendig servies geschikt (zie opgave fabrikant!).
Grote braadstukken kunt u direct in de braadslede braden of op het rooster met
hieronder de braadslede.
Wij adviseren alle magere vleessoorten in een braadpan met deksel te braden. Op deze manier blijft het vlees sappiger.
Alle soorten vlees die een korstje moeten krijgen, kunt u in een braadpan zonder deksel braden.
3 Aanwijzingen met betrekking tot de braadtabel
De gegevens in de volgende tabel dienen slechts als richtlijn.
Wij raden u aan vlees en vis pas vanaf 1 kg in de oven te braden.
Om het inbranden van vrijkomende vleessappen of vet te voorkomen, adviseren wij
een beetje vloeistof in het braadservies te doen.
Braadstukken naar behoefte (na 1/2 - 2/3 van de braadtijd) keren.
Grote braadstukken en gevogelte gedurende de braadtijd meerdere keren met braad-
vocht begieten. Daarmee bereikt u een beter braadresultaat.
Schakel de oven ca. 10 minuten voor het einde van de braadtijd uit, om te profiteren van de restwarmte.
Braadtabel
27Toepassingen, tabellen en tips
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie
Rundvlees
Stoofvlees 1-1,5 kg
Rosbief of ossenhaas per cm dikte
- Van binnen rood (rare)
- van binnen roze (medium)
- doorbakken (well done)
Varkensvlees
Schouderstuk, nekstuk, ham
Kotelet, casselerrib 1-1,5 kg Infratherm 1 170-180 1:00-1:30
Gehakt 750 g-1 kg Infratherm 1 160-170 0:45-1:00
Kalfsvlees
Kalfsbraadstuk 1 kg Infratherm 1 160-180 1:30-2:00
Kalfsbout 1,5-2 kg Infratherm 1 160-180 2:00-2:30
Lamsvlees
Lamsbout, lamsgebraad
Lamsrug 1-1,5 kg Infratherm 1 160-180 1:00-1:30
Wild
Hazenrug, hazenbout tot 1 kg
Ree-/hertenrug 1,5-2 kg
Ree-/hertenbout 1,5-2 kg
Gevogelte
Stukken gevogelte
Halve kip
Kip, poularde 1-1,5 kg Infratherm 1 190-210 0:45-1:15
Eend 1,5-2 kg Infratherm 1 180-200 1:15-1:45
per cm
dikte
per cm
dikte
per cm
dikte
1-1,5 kg Infratherm 1 160-180 1:30-2:00
1-1,5 kg Infratherm 1 150-170 1:15-2:00
per 200-
250g
per 400-
500g
Conventio-
neel
Infratherm 1 190-2001)0:05-0:06
Infratherm 1 180-190 0:06-0:08
Infratherm 1 170-180 0:08-0:10
Conventio-
neel
Conventio-
neel
Conventio-
neel
Infratherm 1 200-220 0:35-0:50
Infratherm 1 190-210 0:35-0:50
Inzet-
niveau
Tempera-
tuur
°C
1 200-250 2:00-2:30
3 220-2501)0:25-0:40
1 210-220 1:15-1:45
1 200-210 1:30-2:15
Tijd
uur: min.
Toepassingen, tabellen en tips28
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie
Gans 3,5-5 kg Infratherm 1 160-180 2:30-3:30
Kalkoen 2,5-3,5 kg Infratherm 1 160-180 1:45-2:30
Kalkoen 4-6 kg Infratherm 1 140-160 2:30-4:00
Vis (stoven)
Hele vissen 1-1,5 kg
1) Oven voorverwarmen
Conventio-
neel
Inzet-
niveau
Tempera-
tuur
1 210-220 0:45-1:15
Vlak-grilleren
Ovenfunctie: Grill klein of Grill groot met maximale temperatuurinstelling
1 Let op: bij het grilleren moet de ovendeur altijd gesloten zijn.
3 De lege oven met de grillfuncties altijd 5 minuten voorverwarmen!
Voor grillen het rooster op het aanbevolen gebruiksniveau plaatsen.
De opvangbak altijd op het 1e gebruiksniveau van onderaf plaatsen.
De grilltijden zijn richtwaarden.
Grilleren is bijzonder geschikt voor platte stukken vlees en vis.
Grilltabel
Tijd
°C
uur: min.
Gerecht Inzetniveau
Frikadellen 4 8-10 min. 6-8 min.
Varkenshaas 4 10-12 min. 6-10 min.
Braadworst 4 8-10 min. 6-8 min.
Runderhaas, kalfsfilet 4 6-7 min. 5-6 min.
Runderfilet, rosbief (ca. 1 kg) 3 10-12 min. 10-12 min.
Geroosterd brood
Snacks op toast 3 6-8 min. ---
1) Niet voorverwarmen
1)
3 4-6 min. 3-5 min.
1e zijde 2e zijde
Tijd
Ontdooien
Ovenfunctie: Ontdooien (zonder temperatuurinstelling)
Uitgepakte etenswaren op een bord op het rooster plaatsen.
Gebruik voor het afdekken geen borden of schotels, omdat deze de ontdooitijd aan-
Om te ontdooien plaatst u het rooster op het eerste niveau van onderen.
Ontdooitabel
29Toepassingen, tabellen en tips
zienlijk verlengen.
Gerecht
Kip, 1000 g 100-140 20-30
Vlees, 1000g 100-140 20-30 Na de helft van de tijd keren
Vlees, 500g 90-120 20-30 Na de helft van de tijd keren
Forel, 150g 25-35 10-15 ---
Aardbeien, 300g 30-40 10-20 ---
Boter, 250g 30-40 10-15 ---
Slagroom, 2 x 200g 80-100 10-15
Gebak, 1400g 60 60 ---
Drogen met hetelucht
Ovenfunctie: Hetelucht met ring
Gebruik hiervoor een met boterhampapier of bakpapier belegd rooster.
U bereikt een beter resultaat als u na de helft van de tijd de oven uitschakelt, opent en
gedurende de nacht laat afkoelen.
Daarna het gerecht verder laten drogen.
Gerecht
Groenten
Bonen 60-70 3 1 / 4 6-8
Paprika (reepjes) 60-70 3 1 / 4 5-6
Soepgroenten 60-70 3 1 / 4 5-6
Paddestoelen 50-60 3 1 / 4 6-8
Kruiden 40-50 3 1 / 4 2-3
Fruit
Pruimen 60-70 3 1 / 4 8-10
Ontdooitijd
min.
Temperatuur in
°C
Nadooitijd
min.
Kip op een omgekeerd schoteltje in een groot bord leggen Na de helft van de tijd keren
Slagroom kan ook met nog licht bevroren deeltjes goed worden geklopt
Inzetniveau
1 niveau 2 niveaus
Opmerking
Tijd in uren
(richtwaarde)
Toepassingen, tabellen en tips30
Wecken
Gerecht
Abrikozen 60-70 3 1 / 4 8-10
Appelschijven 60-70 3 1 / 4 6-8
Peren 60-70 3 1 / 4 6-9
Temperatuur in
°C
Inzetniveau
1 niveau 2 niveaus
Tijd in uren
(richtwaarde)
Ovenfunctie: Onderwarmte
Gebruik voor het inmaken/wecken alleen in de handel gebruikelijke glazen van het­zelfde formaat.
Glazen met een schroefdeksel - of bajonetsluiting en metalen blikken zijn on­geschikt.
Voor het wecken gebruikt u het eerste inzetniveau van onderen.
Gebruik voor het wecken de bakplaat. Hierop kunt u maximaal zes glazen met elk een
inhoud van één liter plaatsen.
De glazen moeten allemaal tot dezelfde hoogte zijn gevuld en zijn dichtgeklemd.
Plaats de glazen zodanig op de bakplaat, dat ze elkaar niet aanraken.
Giet ca. 1/2 liter water in de bakplaat, zodat er voldoende vocht in de oven ontstaat.
Zodra de vloeistof in de eerste glazen begint te parelen (bij 1-liter-glazen na ca. 35-60
minuten), schakelt u de oven uit of verlaagt u de temperatuur tot 100°C (zie de tabel).
Wecktabel
De opgegeven wecktijden en temperaturen zijn richtwaarden.
Product
Bessen
Aardbeien, bosbessen, frambozen, rijpe kruisbessen
Onrijpe kruisbessen 160-170 35-45 10-15
Steenvruchten
Peren, kweeperen, pruimen 160-170 35-45 10-15
Groente
1)
Wortels
Paddestoelen
Komkommers 160-170 50-60 ---
Gemengd tafelzuur 160-170 50-60 15
Koolrabi, erwten, asperges 160-170 50-60 15-20
Bonen 160-170 50-60 ---
1) In de uitgeschakelde oven laten staan
1)
Temperatuur
in°C
160-170 35-45 ---
160-170 50-60 5-10
160-170 40-60 10-15
Wecken tot het
parelen begint
in min.
Doorkoken bij
100 °C
in min.
31Reiniging en onderhoud
Reiniging en onderhoud
1 Waarschuwing: Voor het reinigen moet het apparaat zijn uitgeschakeld en zijn afge-
koeld.
Waarschuwing: Om veiligheidsredenen het apparaat niet reingen met een stoom- of hogedrukreiniger.
Let op: geen schuurmiddelen, scherp reinigingsgereedschap of schuursponsjes gebruiken.
Geen bijtende schuurmiddelen of scherpe metalen schrapers gebruiken om het glas van de ovendeur te reinigen. Hierdoor kan het oppervlak bekrast raken en kan het glas uiteindelijk breken.
Buitenkant apparaat
De voorkant van het apparaat met een zachte doek en een warm sopje afnemen.
Bij een metalen front een in de handel verkrijgbaar onderhoudsmiddel gebruiken.
Geen schuurmiddelen en schuursponsjes gebruiken.
Binnenkant oven
Reinig het apparaat na elk gebruik. Op deze manier brandt het vuil namelijk niet in en kunt u het makkelijk verwijderen.
1. Schakel de ovenverlichting in om de oven goed schoon te kunnen maken.
2. Maak de oven na elk gebruik schoon met een sopje en droog de oven na.
3 Hardnekkig vuil kan worden verwijderd met een speciale ovenreiniger.
1 Let op: neem bij gebruik van ovenspray altijd de aanwijzingen van de fabrikant in acht!
Accessoires
Alle inschuifdelen (rooster, bakplaat, inschuifroosters enz.) elke keer na het gebruik af­wassen en goed afdrogen. Kort laten inweken zorgt voor makkelijker schoonmaken.
Vetfilter
1. Het vetfilter in een heet sopje of in de afwasautomaat reinigen.
2. Als het vuil sterk is ingebrand in wat water en 2-3 eetlepels afwasmiddel voor afwasauto-
maten uitkoken.
Reiniging en onderhoud32
Inschuifroosters
Om de zijwanden schoon te maken kunnen de inschuifroosters links en rechts in de oven worden losgenomen.
Inschuifroosters losnemen
Roosters eerst voor van de ovenwand wegtrek­ken (1) en dan achter losnemen (2).
Inschuifroosters inzetten
3 Belangrijk! De afgeronde einden van de gelei-
dingsstangetjes moeten naar voren wijzen!
Bij het inzetten de roosters eerst achter weer inhangen (1) en dan voor inzetten en aandruk­ken (2).
33Reiniging en onderhoud
Ovenverlichting
1 Waarschuwing: Kans op kortsluiting! Voor het vervangen van de ovenlamp:
oven uitschakelen!zekeringen in de huisinstallatie uitdraaien resp. uitschakelen.
3 Om de ovenlamp en het afdekglas te beschermen een doekje op de bodem van de oven
leggen.
Ovenlamp vervangen/glas reinigen
1. Afdekglas linksom draaien, losnemen en
schoonmaken.
2. Indien nodig:
oververlichting 25 watt, 230 V 300 °C hit­tebestendig
vervangen.
3. Afdekglas weer aanbrengen.
Bovenwand van de oven
Om het reinigen van de bovenwand van de oven te vereenvoudigen kan het bovenste verwarmingselement worden neergeklapt.
Verwarmingselement neerklappen
1 Waarschuwing: Verwarmingselement alleen
neerklappen als de oven is uitgeschakeld en er geen verbrandingsgevaar meer bestaat!
1. Inschuifroosters aan de zijkant losnemen.
2. Het verwarmingselement van voren vastpak-
ken en over het nokje aan de binnenkant van de oven naar voren trekken.
3. Het verwarmingselement klapt nu naar bene­den.
1 Attentie: Druk het verwarmingselement niet
met geweld naar beneden! Het verwarmingse­lement kan afbreken.
Bovenwand van de oven reinigen
Reiniging en onderhoud34
Verwarmingselement bevestigen
1. Verwarmingselement tegen de bovenwand van
de oven drukken.
2. Het verwarmingselement tegen de veerkracht naar voren trekken en over het nokje geleiden.
3. In de klemmen laten vallen.
4. Inschuifroosters inzetten.
1 Attentie: Het verwarmingselement moet aan
beide kanten boven het nokje in de binnenwand van de oven liggen en goed op z'n plek zitten.
Bakovendeur
Om het binnenste van de bakoven gemakkelijker te kunnen kunt u de bakovendeur van uw apparaat eruit halen.
Bakovendeur eruit halen
1. Bakovendeur volledig openen.
2. Klemhendel (A) aan de beide scharnieren van de deur volledig uitklappen.
3. Sluit de bakovendeur tot de eerste vergrendel-
stand (circa 45°).
4. Pak met beide handen de zijkanten van de ba­kovendeur vast en trek de deur van de bakoven schuin naar boven er uit (Let op : Zwaar!).
3 Leg de bakovendeur met de buitenkant naar
boven op een zacht, vlak oppervlak neer, bij­voorbeeld op een deken, om krassen te vermij­den.
Bakovendeur erin schuiven
1. Pak met beide handen de bakovendeur aan de
kant van de greep vast en houd deze in een hoek van circa 45°. Plaats de uitsparingen aan de onderkant van de bakovendeur op de scharnieren van de bakoven. Laat de deur tot de aanslag naar onder glijden.
35Reiniging en onderhoud
2. Bakovendeur volledig openen.
Reiniging en onderhoud36
3. Zet de klemhendel (A) aan de beide deur­scharnieren terug in de oorspronkelijke positie.
4. Bakovendeur sluiten.
Het glas van deur van de bakoven
De bakovendeur is uitgerust met drie achter elkaar aangebrachte glasplaten. De binnen­ste glasplaten kunnen eraf gehaald worden, tijdens het reinigen.
1 Let op! Als er kracht wordt uitgeoefend, vooral aan de zijkanten van de voorruit, kan het
glas breken.
De glasplaten van de deur demonteren
1. Bakovendeur volledig openen.
2. Klemhendel (A) aan de beide scharnieren van de deur volledig uitklappen.
3. Sluit de bakovendeur tot de eerste vergrendel-
stand (circa 45°).
4. Pak de deurafschermer (B) aan de bovenkant van de deuraan beide kanten vast en druk deze naar binnen om de klemvergrendeling los te maken. Trek vervolgens de deurafschermer van boven eraf.
5. Pak de glasplaten een voor een aan de rand vast en trek ze uit de geleiding vanaf boven eruit.
37Reiniging en onderhoud
Reinig de glasplaten
Reinig grondig de glasplaten met spoelmiddel. Droog daarna de glasplaten goed af.
Glasplaten weer terug in de deur zetten
1. Schuif aan de onderkant van deur de glasplaten
een voor een schuin vanaf boven in het profiel van de deur en laat ze zakken.
3 Zet eerst de kleine glasplaat erin en daarna de
grote.
Reiniging en onderhoud38
2. Pak de deurafschermer (B) aan de zijkanten vast, breng deze aan de binnenkant van de rand van de deur aan en steek vervolgens de deuraf­schermer (B) op de bovenkant van de deur.
3 Aan de openzijde van de deurafschermer (B)
bevindt zich een geleiderail (C). Deze moet tus­sen de buitenste deurruit en de geleidehoek (D)
erin worden geschoven. De klemvergrendeling (E) moet vast gezet zijn.
3. Bakovendeur volledig openen.
4. Zet de klemhendel (A) aan de beide deurschar-
nieren terug in de oorspronkelijke positie.
5. Bakovendeur sluiten.
39Reiniging en onderhoud
Wat is er aan de hand als …40
Wat is er aan de hand als
Storing Mogelijke oorzaak Oplossing
De kookzones functioneren niet.
De oven wordt niet warm De oven is niet ingeschakeld Oven inschakelen
De ovenverlichting valt uit De lamp van de ovenverlich-
Wanneer u de storing niet kunt verhelpen met de hierboven gegeven aanwijzin­gen, neem dan contact op met uw vakhandel of met onze service-afdeling.
Zie de gebruiksaanwijzing van de inbouwkookplaat
De dagtijd is niet ingesteld Dagtijd instellen
De vereiste instellingen zijn niet uitgevoerd
De zekering in de huisinstalla­tie (stoppenkast) is gespron­gen
ting is defect
Instellingen controleren
Zekering controleren. Als de zekeringen meerdere malen doorbranden, neem dan contact op met een erkend elektricien.
Lamp van de ovenverlichting vervangen
1 Waarschuwing! Reparaties aan het apparaat mogen alleen door vakmensen worden
uitgevoerd. Onvakkundige reparaties kunnen tot aanzienlijke risico's voor de gebruiker leiden.
3 Bij een onjuiste bediening wordt het bezoek van de servicetechnicus ook tijdens de ga-
rantieperiode in rekening gebracht.
3 Aanwijzingen voor apparaten met een metalen voorzijde:
Vanwege de koele voorzijde van uw apparaat kan er zich, na het openen van de oven­deur tijdens of kort na het bakken of braden, gedurende korte tijd condens vormen op de binnenkant van het deurvenster.
Afvalverwerking
2 Verpakkingsmateriaal
De verpakkingsmaterialen zijn niet schadelijk voor het milieu en herbruikbaar. De kunst­stoffen hebben de volgende aanduidingen, bijv. >PE<, >PS<, enz. Verwijder de verpak­kingsmaterialen in overeenstemming met de aanduiding bij de gemeentelijke inzamelplaatsen in de daarvoor bestemde containers.
2 Oud apparaat verwijderen
41Afvalverwerking
Het symbool huishoudafval mag worden behandeld. Het moet echter naar een plaats worden ge­bracht waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de correcte manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijk voor mens en milieu negatieve gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalbehandeling. Voor meer details in verband met het recyclen van dit product, neemt u het best contact op met de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast met de verwijdering van huishoudafval of de winkel waar u het product hebt gekocht.
W op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als
1 Waarschuwing: Opdat er geen gevaar meer kan ontstaan, moeten afgedankt apparaten
voor het weggooien onbruikbaar worden gemaakt.
Stekker uit het stopcontact trekken en aansluitsnoer van het apparaat verwijde­ren.
Service42
Service
Controleer bij technische storingen eerst of u met behulp van de gebruiksaanwijzing (hoofdstuk „Wat te moet doen als…“) het probleem zelf kunt oplossen.
Wanneer u het probleem niet kunt oplossen, neemt u contact op met onze service-afde­ling.
Om u snel te kunnen helpen, hebben wij de vol­gende gegevens nodig:
ModelaanduidingProductnummer (PNC)Serienummer (S-No.)
Soort storingEventuele foutmelding die het apparaat aan-
Om ervoor te zorgen dat u de benodigde num­mers van uw apparaat bij de hand heeft, raden wij u aan deze hier te noteren:
Modelaanduiding: .....................................
PNC: .....................................
(u vindt deze nummers op het typeplaatje)
geeft
S-No: .....................................
43
www.electrolux.com
www.aeg-electrolux.nl www.aeg-electrolux.be
822 721 194-A-110608-01 Wijzigingen voorbehouden
Loading...