AEG E3151-5-M User Manual [nl]

E3151-5
Gebruiksaanwijzing Elektrisch
inbouwfornuis
Inhoud2
1
Wij danken u voor uw keuze voor een van onze producten van hoogwaardige kwaliteit.
Lees deze gebruiksaanwijzing alstublieft zorgvuldig door, zo kunt u zeker zijn van opti­male en professionele prestaties van uw apparaat. De handleiding zal u in staat stellen
om alle processen perfect en op de meest efficiënte wijze te laten verlopen. Wij advise-
raadplegen. Geef deze handleiding ook aan een eventuele toekomstige eigenaar van het
Inhoud
ren u deze handleiding op een veilige plaats te bewaren, dan kunt u hem te allen tijde
apparaat.
Wij wensen u veel plezier met uw nieuwe apparaat.
Gebruiksaanwijzing 3
Veiligheidsvoorschriften 3
Totaalaanzicht 4 Bedieningspaneel 5 Uitrusting oven 5 Accessoires oven 6
Voor het in gebruik nemen 7
Dagtijd instellen en wijzigen 7 Reinigen voor het in gebruik nemen 8
Bedienen van de kookzones 8
Kookstand instellen 9
Bedienen van de oven 10
Oven in- en uitschakelen 10 Ovenfuncties 11 Rooster, baakplaat en vetopvangbak plaatsen 11 Vetfilter plaatsen/verwijderen 12 Klokfuncties 13
Toepassingen, tabellen en tips 19
In deze gebruiksaanwijzing worden de volgende symbolen gebruikt:
Belangrijke informatie over uw persoonlijke veiligheid en informatie over het voorkomen van schade aan het apparaat.
3 Algemene informatie en tips
Kooktabel 19 Bakken 20 Braden 26 Vlak-grilleren 28 Ontdooien 29 Drogen met hetelucht 29 Wecken 30
Reiniging en onderhoud 31
Buitenkant apparaat 31 Binnenkant oven 31 Accessoires 31 Vetfilter 31 Inschuifroosters 32 Ovenverlichting 33 Bovenwand van de oven 33 Bakovendeur 34 Het glas van deur van de bakoven 36
Wat is er aan de hand als … 40
Afvalverwerking 41
Service 42
2 Milieu-informatie
Gebruiksaanwijzing
1 Veiligheidsvoorschriften
Elektrische veiligheid
Het apparaat mag uitsluitend door een erkend installateur worden aangesloten.
In geval van storingen of beschadiging van het apparaat: zekeringen in de huisinstal-
latie uitschakelen.
Reparaties aan het apparaat mogen uitsluitend door vakmensen worden uitge- voerd. Door onvakkundig uitgevoerde reparaties kunnen grote gevaren ontstaan. Wend u bij reparaties altijd tot onze service-afdeling of uw vakhandel.
Veiligheid voor kinderen
Kleine kinderen nooit alleen laten terwijl het apparaat in gebruik is.
Veiligheid tijdens het gebruik
Personen (waaronder begrepen kinderen) die op grond van hun fysieke, sensorische of verstandelijke vermogens, dan wel op grond van onervarenheid of onkunde niet in staat zijn het apparaat veilig te gebruiken, dienen dit apparaat niet zonder het toe­zicht of zonder de instructies van een verantwoordelijke persoon te gebruiken.
Dit apparaat mag alleen in het huishouden voor koken, braden, bakken van levensmid­delen worden gebruikt.
Wees voorzichtig bij het aansluiten van elektrische apparaten op stopcontacten in de buurt van het apparaat. Snoeren mogen niet in aanraking komen of onder de hete ovendeur ingeklemd raken.
Waarschuwing: Verbrandingsgevaar! Bij gebruik wordt de ovenruimte heet.
Als u alcoholische ingrediënten in de oven gebruikt, kan evt. een licht ontvlambaar al-
cohol-luchtmengsel ontstaan. Open de deur in dat geval voorzichtig. Kom niet met vuur of vonken in de buurt van de oven.
3Gebruiksaanwijzing
3 Aanwijzing met betrekking tot acrylamide
Volgens de laatste wetenschappelijke inzichten kan een intensieve bruining van levens­middelen, met name bij zetmeelhoudende producten, een gevaar voor de gezondheid door acrylamide veroorzaken. Om die reden adviseren wij levensmiddelen zoveel moge­lijk bij lage temperaturen te bereiden en de gerechten niet te veel te bruinen.
Op deze manier voorkomt u beschadiging van het apparaat
Bekleed de oven niet met aluminiumfolie en plaats geen bakplaten, pannen, enzo­voort op de bodem omdat daarmee het email van de oven door de ontstane hittecon­centratie wordt beschadigd.
Fruitsappen die van de bakplaat druppelen, veroorzaken vlekken die niet kunnen wor­den verwijderd. Gebruik een diepe bakplaat voor gebak dat erg vochtig is.
Plaats geen gewicht op de geopende ovendeur.
Giet water nooit rechtstreeks in de hete oven. Hierdoor kan het email worden bescha-
digd en kunnen verkleuringen ontstaan.
Beschrijving van het apparaat4
Als gevolg van heftige stoten, vooral op de randen van de buitenste glasplaat, kan het glas breken.
Bewaar geen brandbaar materiaal in de oven. Bij het inschakelen van de oven kan dit ontbranden.
Bewaar geen vochtige levensmiddelen in de oven. Het email kan hierdoor beschadigd raken.
Bewaar na het uitschakelen van de koelventilator geen open gerechten in de oven. In de ovenruimte of op de deurruiten kan vocht neerslaan dat ook op uw meubelen te­recht kan komen.
3 Informatie emaillaag
Kleurveranderingen van de emaillaag van de oven als gevolg van het gebruik zijn niet van invloed op de deugdelijkheid van het apparaat voor regulier of contractueel gebruik. Dit zijn derhalve geen gebreken in de zin van het recht op garantie.
Beschrijving van het apparaat
Totaalaanzicht
Bedieningspaneel
Deurgreep
Glazen deur
Bedieningspaneel
Bedrijfscontrolelampje
Klokfunctietoetsen
Ovenfuncties
5Beschrijving van het apparaat
Temperatuurcontrolelampje
Tijdsindicatie
Temperatuurkeuze
Kookzoneschakelaar
Uitrusting oven
Inzetniveaus
Kookzoneschakelaar
Bovenwarmte en grillelement
Ovenverlichting
Vetfilter
Verwarmingselement in de achterwand Ventilator
Onderwarmte
Uitneembaar inschuifrooster
Beschrijving van het apparaat6
Dampafvoer uit de oven
De damp uit de oven wordt via het achterin de kookplaat liggende kanaal direct naar boven geleid.
Binnenkant deur
Aan de binnenkant van de ovendeur is de num­mering van de inzetniveaus van de oven­weergegeven. Bovendien treft u beknopte informatie aan over de ovenfuncties, aanbevolen inzetniveaus en temperaturen voor de bereiding van de meest gebruikelijke gerechten.
Accessoires oven
Rooster
Voor servies, bak- en braadvormen, braden en grillen.
Bakplaat
Voor gebak en koekjes.
Vetopvangbak
De vetopvangbak dient bij het baken en braden resp. als opvangbak voor het vet.
Voor het in gebruik nemen
Dagtijd instellen en wijzigen
3 De oven functioneert alleen als u de tijd hebt ingesteld.
Na het aansluiten van de elektriciteit of na een stroomstoring knippert het functielampje Dagtijd automatisch.
1. Om een reeds ingestelde dagtijd te veranderen drukt u de toets Selectie zo vaak in, tot het functielampje Dagtijd knippert.
2. Met de toets of de juiste tijd instellen.
7Voor het in gebruik nemen
Na ca. 5 seconden stopt het knipperen en geeft de klok de ingestelde tijd aan.
Het apparaat is klaar voor gebruik.
3 De dagtijd kan alleen worden gewijzigd als er
geen automatische functie (Duur of Einde ) is ingesteld.
Bedienen van de kookzones8
Reinigen voor het in gebruik nemen
Voordat u de oven in gebruik neemt, moet u hem grondig reinigen.
1 Attentie: Gebruik geen scherpe, schurende reinigingsmiddelen! De oppervlakte kan be-
schadigd worden.
3 Bij metalen fronten in de handel verkrijgbare onderhoudsmiddelen gebruiken.
1. Schakelaar ovenfunctie op ovenverlichting zetten.
2. Alle accessoires en inschuifroosters uit de oven nemen en met een warm sopje schoon-
maken.
3. Oven ook met een warm sopje afnemen en drogen.
4. Front van het apparaat alleen met een vochtige doek afnemen.
Bedienen van de kookzones
3 Lees ook de gebruiksaanwijzing van uw inbouw-kookplaat. Daarin vindt u belangrijke in-
formatie m.b.t. pannen, bediening, reiniging en onderhoud.
Kookstanden
In de bereiken 1 - 9 kunt u de kookstanden instellen.
Tussenstanden kunt u in de bereiken 2 tot 7 kiezen.
1 = laagste vermogen 9 = hoogste vermogen
2 Schakel de kookzone ca. 5-10 minuten voor het einde van de kooktijd uit om gebruik te
maken van de restwarmte. Zo bespaart u elektrische energie.
3 Het fornuis is met verzonken kookzoneschakelaars uitgerust.
Voor het gebruik de kookzoneschakelaar indrukken. De schakelaar komt dan naar buiten.
Kookstand instellen
1. Kookstand kiezen.
9Bedienen van de kookzones
links voor links achter rechts achter rechts voor
Kookzoneschakelaar
2. Om te stoppen met koken terugdraaien naar de uit-stand.
Bedienen van de oven10
Bedienen van de oven
3 De oven is van verzinkbare schakelaars voor oven-functies en temperatuurkeuze uit-
gerust. Druk voor het gebruik ervan op de betreffende schakelaar. De schakelaar komt dan naar buiten.
Oven in- en uitschakelen
Bedrijfscontrolelampje
Temperatuurcontrolelampje
Ovenfuncties
1. Zet de functiekiezer van de oven in de gewenste stand.
2. Zet de temperatuurkiezer op de gewenste temperatuur.
Het bedrijfscontrolelampje is aan zolang de oven in gebruik is. Het temperatuurcontrolelampje is aan zolang de verwarming van de oven aan staat.
3. Om de oven uit te schakelen moet u de functiekiezer en de temperatuurkiezer van de oven beide in de Uit stand zetten.
Temperatuurkeuze
3 Koelventilator
Zodra de oven in gebruik wordt genomen wordt de ventilator automatisch ingeschakeld om de oppervlakken van het apparaat koel te houden. Nadat de oven is uitgeschakeld blijft de ventilator nog verder lopen om het apparaat af te koelen en wordt dan automa­tisch uitgeschakeld.
Ovenfuncties
Voor de oven zijn de volgende functies beschikbaar:
11Bedienen van de oven
Ovenfunctie Toepassing
Licht Met deze functie kunt u de binnenzijde van de oven verlichten,
bijvoorbeeld om deze schoon te maken.
Hetelucht met ring Voor het bakken op maximaal drie niveaus tegelijk.
Stel de temperatuur van de oven 20 tot 40 °C lager in dan bij boven-/onderwarmte.
Pizza hetelucht Voor het bakken op een niveau voor gerechten die een inten-
sievere bruining en knapperigheid van de bodem vragen.
Stel de temperatuur van de oven 20 tot 40 °C lager in dan bij boven-/onderwarmte.
Conventioneel Voor het bakken en braden op één niveau.
Onderwarmte Voor het afbakken van gebak met een brosse bodem.
Ontdooien Voor het gedeeltelijk of geheel ontdooien van bijvoorbeeld
gebak, boter, brood, fruit of andere bevroren levensmiddelen.
Grill klein Voor het grilleren van vlakke levensmiddelen, die in het mid-
den van het rooster worden geplaatst en om te roosteren.
Grill groot Voor het grilleren van vlakke levensmiddelen in grotere hoe-
veelheden en om te roosteren.
Infratherm Voor het braden van grotere stukken vlees of gevogelte op één
niveau. Deze functie is ook geschikt voor gratineren.
Rooster, baakplaat en vetopvangbak plaatsen
3 Uittrek- en kantelbeveiliging
Ter beveiliging tegen het uittrekken, hebben alle inschuifdelen aan de linker kant een kleine bolling naar onderen. Schuif de inschuifdelen er zo in dat de bolling in het bakgedeelte zich achterin bevindt. Deze bolling is ook belangrijk voor de kantelbeveiliging van de inschuifdelen.
Baakplaat resp. vetopvangbak plaatsen:
Schuif de bakplaat resp. de vetopvangbak tus­sen de geleidestangen van het gekozen niveau.
Bedienen van de oven12
Rooster plaatsen:
Plaats het rooster zodanig, dat de beide voetjes naar onder wijzen. Schuif het rooster tussen de geleidestangen van het gekozen niveau.
3 Door de verhoogde lijst die om het rooster
loopt, is het vaatwerk bovendien beschermd te­gen afglijden.
Rooster en vetopvangbak plaatsen:
Plaats het rooster op de vetopvangbak. Schuif de vetopvangbak tussen de geleidestan­gen van het gekozen niveau.
Vetfilter plaatsen/verwijderen
Het vetfilter alleen gebruiken bij het bra­den, om het verwarmingselement in de achter-
wand te beschermen tegen vetspatten.
Vetfilter plaatsen
Vetfilter bij de greep vastpakken en de beide steuntjes van boven naar beneden in de opening tegen de achterwand van de oven (ventilatoropening) plaatsen.
Vetfilter verwijderen
Het vetfilter bij de greep vastpakken en naar boven uit de oven nemen.
Klokfuncties
13Bedienen van de oven
Tijdsindicatie FunctielampjesFunctielampjes
Toets
Toets Selectie
Kookwekker
Om een korte tijd in te stellen. Na afloop klinkt een signaal. Deze functie heeft geen invloed op de werking van de oven.
Duur
Om in te stellen hoe lang de oven ingeschakeld moet zijn.
Einde
Om in te stellen wanneer de oven weer moet worden uitgeschakeld.
Dagtijd
Met deze functie kunt u de dagtijd instellen, veranderen of opvragen (zie ook het hoofdstuk „Voor het in gebruik nemen“).
Toets
Bedienen van de oven14
3 Aanwijzingen met betrekking tot de klokfuncties
Na het selecteren van een functie knippert het bijbehorende functielampje
ca. 5 seconden. Gedurende deze tijd kunnen met de toetsen of de gewenste tij­den worden ingesteld.
Na het instellen van de gewenste tijd knippert het functielampje opnieuw
ca. 5 seconden. Daarna blijft het functielampje branden. De ingestelde tijd begint te lopen.
De signaaltoon kan worden uitgeschakeld door op een willekeurige toets te drukken.
De gewenste ovenfunctie en oventemperatuur kunnen voor of na het instellen van de
klokfuncties Duur en Einde worden gekozen.
Na afloop van het bereidingsproces draait u de schakelaars voor de ovenfunctie en de
temperatuurkeuze weer op de positie UIT.
2 Uitschakelen van de tijdsaanduiding
Door het uitschakelen van de tijdsaanduiding kunt u energie besparen.
Tijdsaanduiding uitschakelen
Druk twee willekeurige toetsen net zo lang in tot de aanduiding donker wordt.
Tijdsaanduiding inschakelen
Druk een willekeurige toets zo lang in tot de dagtijd weer in het display verschijnt.
3 Het display kan alleen worden uitgeschakeld wanneer niet een van de klokfuncties
Duur , Einde of Kookwekker in gebruik is.
Loading...
+ 30 hidden pages