Bedankt dat u voor dit AEG-product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen
om vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het
leven gemakkelijker helpen maken met functies die gewone apparaten wellicht
niet hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er
optimaal van kunt profiteren.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en
onderhoudsinformatie:
www.aeg.com/webselfservice
Registreer uw product voor een betere service:
www.registeraeg.com
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw
apparaat:
www.aeg.com/shop
KLANTENSERVICE
Gebruik altijd originele onderdelen.
Als u contact opneemt met de klantenservice zorg dat u de volgende gegevens
bij de hand hebt: model, productnummer, serienummer.
Deze informatie wordt vermeld op het typeplaatje.
Waarschuwing / Belangrijke veiligheidsinformatie
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.
VEILIGHEIDSINFORMATIE
1.
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor
installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is
niet verantwoordelijk voor letsel of schade veroorzaakt
door een verkeerde installatie of verkeerd gebruik.
NEDERLANDS
Bewaar de instructies altijd op een veilige en
toegankelijke plaats voor toekomstig gebruik.
1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
• Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8
jaar en ouder en door mensen met beperkte
lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens
of een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder
toezicht staan of instructies hebben gekregen over het
veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de
eventuele gevaren begrijpen.
• Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
• Reiniging en onderhoud van het apparaat mag niet
worden uitgevoerd door kinderen zonder toezicht.
• Houd alle verpakking uit de buurt van kinderen en
gooi het op passende wijze weg.
1.2 Algemene veiligheid
• Dit apparaat is bedoeld voor huishoudelijk gebruik of
gelijksoortige toepassingen zoals:
– Boerderijen, personeelskeukens in winkels,
kantoren of andere werkomgevingen
– Door gasten in hotels, motels, bed&breakfasts en
andere woonomgevingen
• Houd de ventilatieopeningen altijd vrij van
obstructies; dit geldt zowel voor losstaande als
ingebouwde modellen.
• Gebruik geen mechanische of andere middelen om
het ontdooiproces te versnellen, behalve die
middelen die door de fabrikant zijn aanbevolen.
• Let op dat u het koelcircuit niet beschadigt.
• Gebruik geen elektrische apparaten in de koelkast,
tenzij deze door de fabrikant worden aanbevolen.
• Gebruik geen waterstralen of stoom om het apparaat
te reinigen.
• Maak het apparaat schoon met een vochtige, zachte
doek. Gebruik alleen neutrale schoonmaakmiddelen.
3
www.aeg.com4
Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes,
oplosmiddelen of metalen voorwerpen.
• Bewaar geen explosieve substanties zoals spuitbussen
met drijfgas in dit apparaat.
• Als de voedingskabel beschadigd is, moet de
fabrikant, een erkende serviceverlener of een
gekwalificeerd persoon deze vervangen teneinde
gevaarlijke situaties te voorkomen.
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
2.1 Montage
WAARSCHUWING!
Alleen een erkende
installatietechnicus mag het
apparaat installeren.
• Verwijder de verpakking en de
transportbouten.
• Installeer en gebruik geen
beschadigd apparaat.
• Volg de installatie-instructies op die
zijn meegeleverd met het apparaat.
• Wees altijd voorzichtig bij het
verplaatsen van het apparaat omdat
het zwaar is. Gebruik altijd
veiligheidshandschoenen en gesloten
schoeisel.
• Zorg ervoor dat rond het apparaat
lucht kan circuleren.
• Bij de eerste installatie of na het
omdraaien van de deur moet u
minstens 4 uur wachten voordat u het
apparaat op de stroom aansluit.
Hierdoor kan de olie terug in de
compressor stromen.
• Trek de stekker uit het stopcontact
voordat u handelingen aan het
apparaat uitvoert (bijv. het omdraaien
van de deur).
• Installeer het apparaat niet in de
nabijheid van radiatoren, fornuizen,
ovens of kookplaten.
• Installeer het apparaat niet op een
plaats met direct zonlicht.
• Gebruik dit apparaat niet in ruimtes
die te vochtig of te koud zijn, zoals
bijgebouwen, garages of wijnkelders.
• Til de voorkant van het apparaat op
als u hem wilt verplaatsen, om krassen
op de vloer te voorkomen.
2.2 Aansluiting op het
elektriciteitsnet
WAARSCHUWING!
Gevaar voor brand en
elektrische schokken.
• Dit apparaat moet worden
aangesloten op een geaard
stopcontact.
• Zorg ervoor dat de parameters op het
vermogensplaatje overeenkomen met
elektrische vermogen van de
netstroom.
• Gebruik altijd een juist geïnstalleerd
schokbestendig stopcontact.
• Gebruik geen meerwegstekkers en
verlengsnoeren.
• Zorg dat u de elektrische onderdelen
(hoofdstekker, kabel, compressor) niet
beschadigt. Neem contact met de
erkende servicedienst of een
elektricien om de elektrische
onderdelen te wijzigen.
• De stroomkabel moet lager blijven
dan het niveau van de stopcontact.
• Steek de stekker pas in het
stopcontact als de installatie is
voltooid. Zorg ervoor dat het
netsnoer na installatie bereikbaar is.
• Trek niet aan het netsnoer om het
apparaat los te koppelen. Trek altijd
aan de stekker.
2.3 Gebruik
WAARSCHUWING!
Gevaar op letsel,
brandwonden of elektrische
schokken.
NEDERLANDS
5
• De specificatie van het apparaat mag
niet worden veranderd.
• Plaats geen elektrische apparaten
(bijv. ijsmachines) in het apparaat
tenzij uitdrukkelijk geschikt verklaard
door de fabrikant.
• Zorg ervoor dat u het koelcircuit niet
beschadigt. Het bevat isobutaan
(R600a), aardgas met een hoge
ecologische compatibiliteit. Dit gas is
ontvlambaar.
• Als er schade aan het koelcircuit
optreedt, zorg er dan voor dat er zich
geen vlammen en andere
ontstekingsbronnen in de kamer
bevinden. Ventileer de kamer goed.
• Zet geen hete items op de
kunststofonderdelen van het
apparaat.
• Plaats geen koolzuurhoudende
dranken in het vriesvak. Dit zal extra
druk in de drankfles veroorzaken.
• Bewaar geen ontvlambare gassen en
vloeistoffen in het apparaat.
• Plaats geen ontvlambare producten
of gerechten die vochtig zijn gemaakt
met ontvlambare producten in, bij of
op het apparaat.
• Raak de compressor of condensator
niet aan. Ze zijn heet.
• Zorg ervoor dat u nooit met natte of
vochtige handen items uit het vriesvak
verwijderd of aanraakt.
• Vries ontdooide voedingswaren nooit
opnieuw in.
• Bewaar de voedingswaren volgens de
instructies op de verpakking.
• Schakel het apparaat uit en trek de
stekker uit het stopcontact voordat u
onderhoudshandelingen verricht.
• Het koelcircuit van dit apparaat bevat
koolwaterstoffen. Enkel bevoegde
personen mogen de eenheid
onderhouden en herladen.
• Controleer regelmatig de afvoer van
het apparaat en reinig het indien
nodig. Indien de afvoer verstopt is, zal
er water op de bodem van het
apparaat liggen.
2.5 Verwijdering
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of
verstikking.
• Haal de stekker uit het stopcontact.
• Snij het netsnoer van het apparaat af
en gooi dit weg.
• Verwijder de deur om te voorkomen
dat kinderen en huisdieren
opgesloten raken in het apparaat.
• Het koelcircuit en de
isolatiematerialen van dit apparaat
zijn ozonvriendelijk.
• Het isolatieschuim bevat ontvlambare
gassen. Neem contact met uw
plaatselijke overheid voor informatie
m.b.t. correcte afvalverwerking van
het apparaat.
• Veroorzaak geen schade aan het deel
van de koeleenheid dat zich naast de
warmtewisselaar bevindt.
2.4 Onderhoud en reiniging
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of schade
aan het apparaat.
12345
www.aeg.com
6
3. BEDIENING
3.1 Bedieningspaneel
Groen controlelampje stroom aan/uit
1
Thermostaatknop en aan/uit
2
schakelaar
Geel FROSTMATIC-indicatielampje
3
3.2 Inschakelen
Laat het apparaat na plaatsing 4 uur
staan.
1. Steek dan de stekker in het
stopcontact.
2. Draai de temperatuurregelaar naar
rechts naar een middelmatige
positie.
Het groene controlelampje aan/uit
gaat branden en het rode
controlelampje alarm gaat
knipperen.
Als het groene aan/uit
controlelampje gaat branden
betekent dit dat het apparaat is
ingeschakeld.
Als het rode controlelampje
gaat knipperen en u het
alarmsignaal hoort, betekent
dit dat het vriesvak niet op
de juiste temperatuur is.
Druk op de stopknop van
het geluidssignaal en de
FROSTMATIC-schakelaar
om het geluidsalarm uit te
schakelen. Het
indicatielampje alarm blijft
knipperen totdat de normale
omstandigheden zijn
hersteld.
Stopknop voor geluidsignaal en
4
FROSTMATIC-schakelaar
Rood indicatielampje alarm
5
Als de vriezer voor de eerste
keer wordt ingeschakeld,
gaat het rode
controlelampje knipperen
tot de temperatuur is bereikt
die nodig is voor het
invriezen van voedsel.
3.3 Uitschakelen
1. Draai, om het apparaat uit te zetten,
de thermostaatknop naar de stand
O.
Het groene aan/uit-controlelampje gaat
uit.
2. Trek de stekker uit het stopcontact
om de stroomtoevoer naar het
apparaat af te sluiten.
3.4 Rood indicatielampje alarm
Onder normale omstandigheden zorgt
de temperatuur in de vriezer ervoor dat
het voedsel lang kan worden bewaard.
De temperatuurstijging boven een
bepaald niveau in de vriezer (-12 °C,
bijvoorbeeld door een eerdere
stroomstoring) wordt aangeduid met het
knipperen van het rode controlelampje
en wordt het geluidsalarm gegeven.
NEDERLANDS7
1. Druk op de stopknop voor het
geluidssignaal. Het geluidsalarm
schakelt uit.
Het rode Controlelampje
blijft knipperen tot de
temperatuur is bereikt die
nodig is voor het invriezen
van voedsel.
3.5 Temperatuurregelaar
LET OP!
Plaats ter voorkoming van
schade geen zware noch
hete voorwerpen bovenop
het apparaat.
De temperatuur in het apparaat wordt
geregeld door de thermostaatknop op
het bedieningspaneel.
Ga als volgt te werk om het apparaat in
werking te stellen:
• draai de temperatuurregelaar op een
lagere stand voor de minimale
koudestand.
• draai de temperatuurregelaar op een
hogere stand voor de maximale
koudestand.
Een gemiddelde instelling is
over het algemeen het
meest geschikt.
De exacte instelling moet echter worden
gekozen rekening houdend met het feit
dat de temperatuur in het apparaat
afhankelijk is van:
• de kamertemperatuur
• hoe vaak de deur wordt geopend
• de hoeveelheid voedsel die wordt
bewaard
• de plaats van het apparaat
3.6 FROSTMATIC-functie
Als er meer dan 3-4 kg voedsel wordt
ingevroren:
1. Druk 6-24 uur voordat er vers voedsel
in de vriezer wordt geplaatst
gedurende 2-3 seconden op de knop
FROSTMATIC om de functie
FROSTMATIC te activeren. Het gele
controlelampje FROSTMATIC gaat
branden. De compressor zal constant
gaan lopen om ervoor te zorgen dat
het verse voedsel zo snel mogelijk
wordt ingevroren.
Het is mogelijk om de
functie te allen tijde te
deactiveren door
gedurende 2-3
seconden op de knop
FROSTMATIC te
drukken.
2. Plaats het voedsel in het vriesvak of
de vriesvakken en laat de functie
FROSTMATIC nog eens 24 uur aan
staan.
3. Druk als het voedsel eenmaal is
ingevroren gedurende 2- 3 seconden
op de knop FROSTMATIC en het
gele controlelampje FROSTMATIC
gaat uit.
4. Verplaats het bevroren voedsel van
de vriesvakken naar de
bewaarvakken om plaats te maken
voor in te vriezen voedsel.
4.
DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
4.1 Vers voedsel invriezen
Het vriesvak is geschikt voor het
invriezen van vers voedsel en om
diepvriesvoedsel langere tijd te bewaren.
Activeer om vers voedsel in te vriezen de
functie FROSTMATIC en leg het in te
vriezen voedsel in het vriesvak.
Plaats het verse in te vriezen voedsel in
het bovenste vak.
De maximale hoeveelheid voedsel die in
24 uur ingevroren kan worden is vermeld
op het typeplaatje, een etiket dat aan
de binnenkant van het apparaat zit.
Het invriesproces duurt 24 uur. voeg
tijdens deze periode geen ander voedsel
toe om in te vriezen.
Wanneer het invriesproces is voltooid, de
vereiste temperatuur weer instellen (zie
"FROSTMATIC functie").
8
www.aeg.com
4.2 Het bewaren van
ingevroren voedsel
Als u het apparaat voor het eerst of na
een periode dat het niet gebruikt is
inschakelt, dient u het apparaat minstens
2 uur op een hoge instelling te laten
werken voordat u er producten in plaatst.
In het geval van onbedoelde
ontdooiing, bijvoorbeeld als
de stroom langer is
uitgevallen dan de duur die
op de kaart met technische
kenmerken onder
"maximale bewaartijd bij
stroomuitval" is vermeld,
moet het ontdooide voedsel
snel geconsumeerd worden
of onmiddellijk bereid
worden en dan weer worden
ingevroren (nadat het
afgekoeld is).
5. AANWIJZINGEN EN TIPS
5.1 Normale bedrijfsgeluiden:
De volgende geluiden zijn normaal
tijdens de werking:
• Een zacht gorgelend en borrelend
geluid als het koelmiddel door
leidingen wordt gepompt.
• Een zoemend en kloppend geluid van
de compressor als het koelmiddel
wordt rondgepompt.
• Een plotseling krakend geluid uit de
binnenkant van het apparaat
veroorzaakt door thermische
uitzetting (een natuurlijk en
ongevaarlijk natuurkundig fenomeen).
• Een zacht klikkend geluid van de
thermostaat als de compressor aan of
uit gaat.
5.2 Tips voor
energiebesparing
• De deur niet vaker openen of open
laten staan dan strikt noodzakelijk.
5.3 Tips voor het invriezen
Om u te helpen het voedsel zo goed
mogelijk in te vriezen, volgen hier een
paar belangrijke tips:
4.3 Ontdooien
Diepgevroren of ingevroren voedsel kunt
u, voordat het gebruikt wordt, in het
koelvak of op kamertemperatuur laten
ontdooien, afhankelijk van de
hoeveelheid tijd die hiervoor nodig is.
Kleine stukken kunnen zelfs rechtstreeks
vanuit de vriezer gekookt worden als ze
nog bevroren zijn: in dat geval zal de
bereiding iets langer duren.
• de maximale hoeveelheid voedsel die
in 24 uur ingevroren kan worden, staat
vermeld op het typeplaatje;
• het invriesproces duurt 24 uur. Tijdens
deze periode moet er geen ander in
te vriezen voedsel worden
toegevoegd;
• vries alleen vers en grondig
schoongemaakte levensmiddelen van
uitstekende kwaliteit in;
• bereid het voedsel in kleine porties
voor, zo kan het snel en volledig
worden ingevroren en zo kunt u later
alleen die hoeveelheid laten
ontdooien die u nodig heeft;
• wikkel het voedsel in aluminiumfolie
of plastic en zorg ervoor dat de pakjes
luchtdicht zijn;
• leg vers, nog niet ingevroren voedsel
niet tegen het al ingevroren voedsel,
om te voorkomen dat dit laatste warm
wordt;
• mager voedsel kan beter worden
ingevroren dan vet voedsel. Zout
zorgt dat het voedsel in de vriezer
minder lang goed blijft;
• water bevriest, als dit rechtstreeks uit
het vriesvak geconsumeerd wordt,
kan het aan de huid vastvriezen;
NEDERLANDS
9
• het is aan te bevelen de invriesdatum
op elk pakje te vermelden, dan kunt u
zien hoe lang het al bewaard is.
5.4 Tips voor het bewaren van
ingevroren voedsel
Om de beste resultaten van dit apparaat
te verkrijgen, dient u
• verzeker u ervan dat de commercieel
ingevroren levensmiddelen op
geschikte wijze door de
detailhandelaar werden opgeslagen;
6. ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
6.1 Algemene waarschuwingen
LET OP!
Voordat u welke
onderhoudshandeling dan
ook verricht, de stekker uit
het stopcontact trekken.
Dit apparaat bevat
koolwaterstoffen in de
koeleenheid. Onderhoud en
hervullen mag alleen
uitgevoerd worden door
bevoegde technici.
De toebehoren en
onderdelen van het
apparaat zijn niet geschikt
om in een afwasmachine
gewassen te worden.
6.2 De binnenkant
schoonmaken
Voordat u het apparaat voor de eerste
keer gebruikt, wast u de binnenkant en
de interne accessoires met lauwwarm
water en een beetje neutrale zeep om de
typische geur van een nieuw product
weg te nemen. Droog daarna grondig af.
• zorg ervoor dat de ingevroren
levensmiddelen zo snel mogelijk van
de winkel naar uw vriezer gebracht
worden;
• de deur niet vaker te openen of open
te laten staan dan strikt noodzakelijk;
• als voedsel eenmaal ontdooid is,
bederft het snel en kan het niet
opnieuw worden ingevroren;
• bewaar het voedsel niet langer dan
de door de fabrikant aangegeven
bewaarperiode.
LET OP!
Gebruik geen
reinigingsmiddelen,
schuurpoeders, chloor of
reinigers op oliebasis. Deze
beschadigen de afwerking.
6.3 Periodieke reiniging
LET OP!
Trek niet aan leidingen en/of
kabels aan de binnenkant
van de kast en verplaats of
beschadig ze niet.
LET OP!
Zorg ervoor dat u het
koelsysteem niet
beschadigt.
LET OP!
Til de voorkant van de
koelkast op als u hem wilt
verplaatsen, om krassen op
de vloer te voorkomen.
Het apparaat moet regelmatig worden
schoongemaakt:
1. Maak de binnenkant en de
accessoires schoon met lauw water
en wat neutrale zeep.
2. Controleer de afdichtingen
regelmatig en wrijf ze schoon om u
ervan te verzekeren dat ze schoon en
vrij van restjes zijn.
3. Spoel ze af en maak ze grondig
droog.
www.aeg.com10
4. Maak indien toegankelijk de
condensor en de compressor aan de
achterkant van het apparaat schoon
met een borstel.
Deze handeling zal de prestatie van
het apparaat verbeteren en het
elektriciteitsverbruik besparen.
6.4 De vriezer ontdooien
LET OP!
Gebruik nooit scherpe
metalen hulpmiddelen om
de rijp van de verdamper te
krabben, deze zou
beschadigd kunnen raken.
Gebruik geen mechanische
of andere middelen om het
ontdooiproces te versnellen,
behalve die middelen die
door de fabrikant zijn
aanbevolen. Een
temperatuurstijging tijdens
het ontdooien van de
ingevroren levensmiddelen,
kan de veilige bewaartijd
verkorten.
Stel ongeveer 12 uur
voordat u gaat ontdooien
een lagere temperatuur in
om voldoende koudereserve
op te bouwen voor de
onderbreking tijdens de
werking.
Een zekere hoeveelheid rijp zal zich altijd
vormen op de schappen van de vriezer
en rond het bovenste vak.
Ontdooi de vriezer wanneer de rijplaag
een dikte van ongeveer 3-5 mm bereikt
heeft.
1. Trek de stekker uit het stopcontact of
schakel het apparaat uit.
2. Verwijder al het ingevroren voedsel,
wikkel het in een paar lagen
krantenpapier en leg het op een
koele plaats.
WAARSCHUWING!
Raak ingevroren voedsel
niet met natte handen
aan. Uw handen kunnen
dan aan de producten
vastvriezen.
3. Laat de deur open staan en steek de
kunststof schraper in de daarvoor
bedoelde opening in het midden van
de bodem, plaats er een opvangbak
onder om het dooiwater op te
vangen.
Om het ontdooiproces te versnellen
kunt u een bak warm water in het
vriesvak zetten. Verwijder bovendien
stukken ijs die afbreken voordat het
ontdooien voltooid is.
4. Na afloop van het ontdooien de
binnenkant grondig droog maken en
de schraper bewaren voor
toekomstig gebruik.
5. Zet het apparaat aan.
Plaats na drie uur het eerder verwijderde
voedsel terug in het vriesvak.
6.5 Periodes dat het apparaat
niet gebruikt wordt
Neem de volgende
voorzorgsmaatregelen als het apparaat
gedurende lange tijd niet gebruikt
wordt:
1. Trek de stekker uit het stopcontact.
2. Verwijder al het voedsel.
3. Ontdooi het apparaat en toebehoren
(indien nodig) en maak alles schoon.
4. Laat de deur/deuren open staan om
onaangename luchtjes te
voorkomen.
WAARSCHUWING!
Als u uw apparaat
ingeschakeld wilt laten,
vraag dan iemand om het zo
nu en dan te controleren,
om te voorkomen dat het
bewaarde voedsel bederft,
als de stroom uitvalt.
7. PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
7.1 Problemen oplossen
ProbleemMogelijke oorzaakOplossing
Het apparaat werkt niet.Het apparaat is uitgescha-
keld.
De stekker zit niet goed in
het stopcontact.
Er staat geen spanning op
het stopcontact.
Het apparaat maakt lawaai.Het apparaat is niet stevig
en stabiel geplaatst.
Er is een hoorbaar of zichtbaar alarm.
Stroomindicatielampje knippert.
De compressor werkt continu.
Er zijn grote hoeveelheden
De omgevingstemperatuur
De kast is recent ingeschakeld.
De temperatuur in het apparaat is te hoog.
Er is een fout opgetreden in
de temperatuurmeting.
Het apparaat functioneert
niet goed.
De temperatuur in het apparaat is te hoog.
De temperatuur is niet goed
ingesteld.
voedsel tegelijk in de vriezer
geplaatst.
is te hoog.
NEDERLANDS11
Zet het apparaat aan.
Steek de stekker goed in het
stopcontact.
Sluit een ander elektrisch apparaat op het stopcontact
aan. Neem contact op met
een gekwalificeerd elektricien.
Controleer of het apparaat
stabiel staat.
Zie 'Deur Open Alarm' of
'Alarm Hoge Temperatuur'.
Zie 'Deur Open Alarm' of
'Alarm Hoge Temperatuur'.
Neem contact op met een
erkend elektromonteur of de
dichtstbijzijnde klantenservice.
Neem contact op met een
erkend elektromonteur of de
dichtstbijzijnde klantenservice.
Neem contact op met een
erkend elektromonteur of de
dichtstbijzijnde klantenservice.
Raadpleeg het hoofdstuk
'Bediening'.
Wacht een paar uur en controleer dan nogmaals de
temperatuur.
Zie het typeplaatje voor de
klimaatklasse.
www.aeg.com12
ProbleemMogelijke oorzaakOplossing
Het voedsel dat in het appa-
raat werd geplaatst, was te
warm.
De deur is niet goed gesloten.
De functie FROSTMATIC is
ingeschakeld.
Er is te veel rijp en ijs.De deur is niet correct ge-
sloten of de deurpakking is
vervormd/vies.
De dop van de waterafvoer
bevindt zich niet op de juiste
plaats.
De producten zijn niet op de
juiste wijze verpakt.
De temperatuur is niet goed
ingesteld.
De compressor start niet onmiddellijk na het drukken op
Dit is normaal, er is geen
storing.
FROSTMATIC, of na het veranderen van de temperatuur.
De temperatuur kan niet
worden ingesteld.
De deur is verkeerd uitgelijnd of komt tegen het ven-
De functie FROSTMATIC is
ingeschakeld.
Het apparaat staat niet wa-
terpas.
tilatierooster aan.
De temperatuur in het apparaat is te laag/hoog.
De temperatuurknop is niet
goed ingesteld.
De deur is niet goed geslo-
ten.
De temperatuur van het
voedsel is te hoog.
Er worden veel producten
tegelijk bewaard.
Laat voedsel afkoelen tot kamertemperatuur voordat u
het opslaat.
Zie 'De deur sluiten'.
Raadpleeg de "functie
FROSTMATIC".
Zie 'De deur sluiten'.
Plaats de dop voor de waterafvoer op de juiste manier.
Pak de producten beter in.
Raadpleeg het hoofdstuk
'Bediening'.
De compressor start na enige tijd.
Schakel FROSTMATIC handmatig uit of wacht tot de
functie automatisch reset om
de temperatuur in te stellen.
Raadpleeg "functie FROSTMATIC"
Zie 'Waterpas zetten'.
Stel een hogere/lagere temperatuur in.
Zie 'De deur sluiten'.
Laat het voedsel afkoelen tot
kamertemperatuur voordat u
het conserveert.
Conserveer minder producten tegelijk.
ProbleemMogelijke oorzaakOplossing
Deur gaat niet makkelijk
open.
De dikte van de rijp is meer
dan 4-5 mm.
De deur is te vaak geopend. Open de deur alleen als het
De functie FROSTMATIC is
ingeschakeld.
Er is geen koude luchtcirculatie in het apparaat aanwezig.
U probeerde de deur na het
sluiten meteen weer te openen.
Ontdooi het apparaat.
nodig is.
Raadpleeg de "functie
FROSTMATIC".
Zorg ervoor dat er koude
luchtcirculatie in het apparaat aanwezig is.
Wacht een paar seconden
tussen het sluiten en weer
openen van de deur.
NEDERLANDS
13
Bel, wanneer het advies niet
tot resultaten leidt, de
dichtstbijzijnde
klantenservice voor dit merk.
7.2 De deur sluiten
1. Maak de afdichtingen van de deur
schoon.
8. MONTAGE
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
8.1 Plaatsing
Installeer het apparaat op een droge,
goed geventileerde plaats binnen waar
de omgevingstemperatuur overeenkomt
met de klimaatklasse die vermeld is op
het typeplaatje van het apparaat.
Klimaatklasse
SN+10°C tot + 32°C
N+16°C tot + 32°C
ST+16°C tot + 38°C
T+16°C tot + 43°C
Omgevingstemperatuur
2. Stel de deur, indien nodig, af.
Raadpleeg "Montage".
3. Vervang, indien nodig, de defecte
deurafdichtingen. Neem contact op
met een erkend servicecentrum.
Bij bepaalde modeltypes
kunnen er functionele
problemen ontstaan als deze
temperaturen niet worden
gerespecteerd. De juiste
werking van het apparaat
kan enkel gegarandeerd
worden als het opgegeven
temperatuurbereik wordt
gerespecteerd. Als u twijfels
hebt over waar het apparaat
te installeren, raadpleeg dan
de verkoper, de
klantenservice of de
dichstsbijzijnde erkende
servicedienst.
8.2 Nivellering
Zorg ervoor dat het apparaat waterpas
staat wanneer u het plaatst. Deze stand
kan bereikt worden met de twee
afstelbare voetjes die aan de voorkant en
2
4
1
3
100 mm
15 mm15 mm
14
www.aeg.com
onderkant van het apparaat bevestigd
zijn.
8.3 Afstandhouders achterkant
U vindt de twee afstandhouders in de zak
van de gebruikershandleiding.
1. Draai de schroef los.
2. Plaats de afstandhouder onder de
schroef.
3. Draai de afstandshouder in de juiste
positie.
4. Draai de schroeven opnieuw aan.
wandkast zetten. De afstelbare voetjes
aan de onderkant van het apparaat
garanderen een nauwkeurig horizontale
uitlijning.
8.5 Omkeerbaarheid van de
deur
WAARSCHUWING!
Voordat werkzaamheden
worden uitgevoerd, moet u
zich ervan verzekeren dat de
stekker uit het stopcontact is
getrokken.
8.4 Locatie
De stroomtoevoer aan het
apparaat moet verbroken
kunnen worden; de stekker
moet daarom na de
installatie gemakkelijk
toegankelijk zijn.
Het apparaat moet ver van hittebronnen,
zoals radiatoren, boilers, direct zonlicht
enz., vandaan worden geïnstalleerd. Zorg
er voor dat lucht vrij kan circuleren aan
de achterkant van het keukenkastje. Als
het apparaat onder een wandkast wordt
geplaatst, moet de minimale afstand
tussen de bovenkant van de kast en de
wandkast ten minste 100 mm bedragen
om optimale prestaties te garanderen.
Voor de beste prestatie kunt u het
apparaat echter beter niet onder een
LET OP!
Om de volgende
handelingen uit te voeren,
raden we aan dit te doen
met de hulp van iemand
anders die de deuren van
het apparaat tijdens de
werkzaamheden stevig
vasthoudt.
1. Kantel het apparaat voorzichtig naar
achteren, zodat de compressor de
vloer niet kan raken.
2. Schroef beide afstelbare voetjes los.
2
1
1
2
3
4
NEDERLANDS
15
3. Draai de schroeven van het onderste
deurscharnier los.
4. Verwijder de deur van het apparaat
door deze iets omlaag te trekken.
5. Schroef de bovenste
deurscharnierpen los en monteer
deze aan de andere kant.
6. Installeer de deur van het apparaat
op de bovenste deurscharnierpen.
7. Verwijder het onderste scharnier.
Verplaats de deurscharnierpen in de
richting van de pijl.
8. Draai de schroef los en monteer deze
aan de andere kant.
9. Installeer het onderste scharnier aan
de tegenovergestelde kant waarbij u
de stand van de deur ongewijzigd
laat.
10. Monteer de ene schroef op de plaats
die is vrijgekomen aan de andere
kant evenals de stelvoetjes (2 stuks).
11. Verwijder en installeer de handgreep
aan de andere kant.
8.6 Aansluiting op het
elektriciteitsnet
• Zorg er vóór het aansluiten voor dat
• Dit apparaat moet worden
LET OP!
Zet het apparaat op zijn
plaats, zet het waterpas,
wacht minstens vier uur en
steek dan de stekker in het
stopcontact.
Voer een eindcontrole uit en
verzeker u ervan dat:
• Alle schroeven zijn
aangedraaid.
• De magnetische
afdichtstrip vast zit aan
de kast.
• De deur goed open en
dicht gaat.
Als de
omgevingstemperatuur laag
is (bijv. in de winter), kan het
zijn dat het deurrubber niet
precies op de kast past.
Wacht in dat geval tot de
deurrubber zich op een
natuurlijke wijze zet.
Als u bovenstaande
handelingen liever niet zelf
uitvoert, neem dan contact
op met de dichtstbijzijnde
klantenservice. Een vakman
van de klantenservice zal de
draairichting van de deuren
op uw kosten veranderen.
het voltage en de frequentie op het
typeplaatje overeenkomen met de
stroomtoevoer in uw huis.
aangesloten op een geaard
stopcontact. De netsnoerstekker is
www.aeg.com16
voorzien van een contact voor dit
doel Als het stopcontact niet geaard
is, sluit het apparaat dan aan op een
afzonderlijk aardepunt, in
overeenstemming met de geldende
regels, raadpleeg hiervoor een
gekwalificeerd elektricien
9. TECHNISCHE GEGEVENS
9.1 Technische gegevens
In hoogtemm850
Breedtemm595
Dieptemm635
Maximale bewaartijd bij stroomuitvalUur24
SpanningVolt230 - 240
FrequentieHz50
De technische gegevens staan op het
typeplaatje aan de binnen- of buitenkant
van het apparaat en op het energielabel.
10. MILIEUBESCHERMING
Recycle de materialen met het symbool
. Gooi de verpakking in een geschikte
verzamelcontainer om het te recyclen.
Help om het milieu en de
volksgezondheid te beschermen en
recycle het afval van elektrische en
elektronische apparaten. Gooi apparaten
• De fabrikant kan niet aansprakelijk
gesteld worden als bovenstaande
veiligheidsvoorschriften niet
opgevolgd worden.
• Dit apparaat voldoet aan de EEGrichtlijnen.
gemarkeerd met het symbool niet weg
met het huishoudelijk afval. Breng het
product naar het milieustation bij u in de
buurt of neem contact op met de
gemeente.
Loading...
+ 36 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.