Aeg A92970GNM0 User Manual

A92970GNM0 NL Gebruiksaanwijzing 2
FR Notice d'utilisation 21 DE Benutzerinformation 40
www.aeg.com
2
INHOUD
1. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
2. BEDIENINGSPANEEL . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
3. DAGELIJKS GEBRUIK . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
4. NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
6. PROBLEMEN OPLOSSEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
7. MONTAGE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
8. GELUIDEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18
9. TECHNISCHE GEGEVENS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
VOOR PERFECTE RESULTATEN
Bedankt dat u voor dit AEG product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven gemakkelijker helpen maken – functies die gewone apparaten wellicht niet hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt profiteren.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en onderhoudsinformatie:
www.aeg.com
Registreer uw product voor een betere service:
www.aeg.com/productregistration
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw apparaat:
www.aeg.com/shop
KLANTENSERVICE
Wij raden altijd het gebruik van originele onderdelen aan. Zorg er als u contact opneemt met de klantenservice voor dat u de volgende gegevens bij de hand hebt. De informatie staat op het typeplaatje. model, productnummer, serienummer.
Waarschuwing - Belangrijke veiligheidsinformatie. Algemene informatie en tips Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.
NEDERLANDS 3
1.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
In het belang van uw veiligheid en om een correct gebruik te kunnen waarbor­gen is het van belang dat u, alvorens het apparaat te installeren en in gebruik te nemen, deze gebruiksaanwijzing, inclu­sief de tips en waarschuwingen, grondig doorleest. Om onnodige vergissingen en ongevallen te voorkomen is het be­langrijk ervoor te zorgen dat alle mensen die het apparaat gebruiken, volledig be­kend zijn met de werking ervan en de veiligheidsvoorzieningen. Bewaar deze instructies en zorg ervoor dat zij bij het apparaat blijven als het wordt verplaatst of verkocht, zodat iedereen die het ap­paraat gedurende zijn hele levensduur gebruikt, naar behoren is geïnformeerd over het gebruik en de veiligheid van het apparaat. Voor de veiligheid van mensen en eigen­dommen dient u zich aan de voorzorgs­maatregelen uit dit instructieboekje te houden, de fabrikant is niet verantwoor­delijk voor schade die door het niet op­volgen van de aanwijzingen veroorzaakt is.
• Als dit apparaat, dat voorzien is van
1.2 Algemene veiligheid
Houd de ventilatieopeningen altijd vrij van obstructies; dit geldt zowel voor los­staande als ingebouwde modellen.
• Dit apparaat is bedoeld voor het be-
1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
• Dit apparaat is niet bedoeld voor ge­bruik door personen (waaronder be­grepen kinderen) met verminderde fy­sieke, zintuiglijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis, tenzij dit onder toezicht gebeurt van een voor hun veiligheid verantwoordelijke persoon of tenzij zij van een dergelijke persoon instructie hebben ontvangen over het gebruik van het apparaat.
Houd kinderen uit de buurt om te voorkomen dat ze met het apparaat gaan spelen.
• Houd alle verpakkingsmateriaal buiten het bereik van kinderen. Gevaar voor verstikking.
• Als u het apparaat afdankt trek dan de stekker uit het stopcontact, snij de voedingskabel door (zo dicht mogelijk bij het apparaat) en verwijder de deur om te voorkomen dat kinderen een elektrische schok krijgen of zichzelf in het apparaat opsluiten.
• Gebruik geen mechanische hulpmid-
• Gebruik geen andere elektrische ap-
• Let op dat u het koelcircuit niet be-
• Het koelmiddel isobutaan (R600a) be-
een magnetische deursluiting, een ou­der apparaat vervangt, dat voorzien is van een veerslot (slot) op de deur of het deksel, zorg er dan voor dat u het slot onbruikbaar maakt voordat u het oude apparaat weggooit. Dit voor­komt dat kinderen er in opgesloten kunnen raken.
WAARSCHUWING!
waren van levensmiddelen en/of dran­ken in een gewoon huishouden en ge­lijkaardig gebruik zoals:
– personeelskeukens in winkels, kan-
toren of andere werkomgevingen;
– door gasten in hotels, motels en an-
dere residentiële omgevingen; – bed-and-breakfast-accommodatie; – catering en gelijkaardige niet-com-
mercieel gebruik.
delen of kunstgrepen om het ontdooi­proces te versnellen.
paraten (bijvoorbeeld ijsmachines) in koelkasten, tenzij ze voor dit doel goedgekeurd zijn door de fabrikant.
schadigt.
vindt zich in het koelcircuit van het ap­paraat, dit is een natuurlijk gas dat weliswaar milieuvriendelijk is, maar ook uiterst ontvlambaar.
Controleer of de onderdelen van het koelcircuit tijdens transport en installa­tie van het apparaat niet beschadigd zijn geraakt.
Indien het koelcircuit beschadigd is: – open vuur en ontstekingsbronnen
vermijden
www.aeg.com
4
– de ruimte waar het apparaat zich
bevindt grondig ventileren
• Het is gevaarlijk om wijzigingen aan te brengen in de specificaties of dit pro­duct op enigerlei wijze te modificeren. Een beschadigd netsnoer kan kortslui­ting, brand en/of een elektrische schok veroorzaken.
WAARSCHUWING!
Alle elektrische onderdelen (net­snoer, stekker, compressor) mo­gen om gevaar te voorkomen uitsluitend worden vervangen door een erkende onderhouds­dienst of gekwalificeerd onder­houdspersoneel.
1.
Het netsnoer mag niet verlengd worden.
2.
Verzeker u ervan dat de stekker niet platgedrukt of beschadigd wordt door de achterkant van het apparaat. Een platgedrukte of be­schadigde stekker kan oververhit raken en brand veroorzaken.
3.
Verzeker u ervan dat u de stekker van het apparaat kunt bereiken.
4.
Trek niet aan het snoer.
5.
Als de stekker los zit, steek hem dan niet in het stopcontact. Dan bestaat er een risico op een elek­trische schok of brand.
6.
U mag het apparaat niet gebrui­ken zonder het afdekkapje (indien van toepassing) van het lampje.
• Dit apparaat is zwaar. Wees voorzich­tig als u het apparaat verplaatst.
• Haal geen artikelen uit het vriesvak en raak ze niet aan als uw handen voch­tig/nat zijn, dit kan uw huid beschadi­gen of vrieswonden veroorzaken.
• Stel het apparaat niet langdurig bloot aan direct zonlicht.
• De eventuele gloeilampen in dit appa­raat zijn speciaal geselecteerd en uit­sluitend bedoeld voor gebruik in huis­houdelijke apparaten. De lampjes zijn niet geschikt voor de verlichting van ruimtes.
1.3 Dagelijks gebruik
• Zet geen hete potten op de kunststof onderdelen in het apparaat.
• Bewaar geen brandbare gassen of vloeistoffen in het apparaat, deze kun­nen ontploffen.
• Zet geen levensmiddelen direct tegen de luchtopening in de achterwand. (Als het apparaat rijpvrij is)
• Diepgevroren voedsel mag niet op­nieuw worden ingevroren als het een­maal ontdooid is.
• Bewaar voorverpakte diepvriesproduc­ten volgens de aanwijzingen van de fabrikant.
• U dient zich strikt te houden aan de aanbevelingen van de fabrikant van het apparaat met betrekking tot het bewaren van voedsel. Raadpleeg de betreffende aanwijzingen.
• Leg geen koolzuurhoudende of mous­serende dranken in de vriezer, deze veroorzaken druk op de fles die daar­door kan ontploffen, dit kan schade toebrengen aan het apparaat.
• IJslollies kunnen vrieswonden veroor­zaken als ze rechtstreeks vanuit het apparaat geconsumeerd worden.
1.4 Onderhoud en reiniging
• Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhoudshandelingen verricht.
• Maak het apparaat niet schoon met metalen voorwerpen.
• Gebruik geen scherpe voorwerpen om ijs van het apparaat te krabben. Ge­bruik een kunststof schraper.
• Gebruik nooit een haardroger of an­der verwarmingsapparaat om het ont­dooien te versnellen. Oververhitting kan de kunststof binnenkant beschadi­gen, en door binnendringend vocht kan het apparaat onder stroom komen staan.
1.5 Installatie
Voor de aansluiting van elektrici­teit dienen de instructies in de desbetreffende paragrafen nauwgezet te worden opge­volgd.
• Pak het apparaat uit en controleer of er beschadigingen zijn. Sluit het appa­raat niet aan als het beschadigd is.
Meld mogelijke beschadigingen on­middellijk bij de winkel waar u het ap­paraat gekocht heeft. Gooi in dat ge­val de verpakking niet weg.
• Wij adviseren u om 4 uur te wachten voordat u het apparaat aansluit, dan kan de olie terugvloeien in de com­pressor.
• Rond het apparaat dient adequate luchtcirculatie te zijn, anders kan dit tot oververhitting leiden. Om voldoen­de ventilatie te verkrijgen de instruc­ties met betrekking tot de installatie opvolgen.
• De achterkant dient zo mogelijk tegen een muur geplaatst te worden, tenein­de te voorkomen dat hete onderdelen (compressor, condensator) aangeraakt kunnen worden en brandwonden ver­oorzaken.
• Het apparaat mag niet vlakbij radiato­ren of kooktoestellen geplaatst wor­den.
• Verzeker u ervan dat de stekker be­reikbaar is nadat het apparaat geïn­stalleerd is.
• Aansluiten op de drinkwatervoorzie­ning (indien voorzien van een water­aansluiting).
1.6 Onderhoud
• Alle elektrotechnische werkzaamhe­den die noodzakelijk zijn voor het uit-
NEDERLANDS 5
voeren van onderhoud aan het appa­raat, dienen uitgevoerd te worden door een gekwalificeerd elektricien of competent persoon.
• Dit product mag alleen worden onder­houden door een erkend onderhouds­centrum en er dient alleen gebruik te worden gemaakt van originele reser­veonderdelen.
1.7 Bescherming van het
milieu
Dit apparaat bevat geen gassen die de ozonlaag kunnen bescha­digen, niet in het koelcircuit en evenmin in de isolatiematerialen. Het apparaat mag niet worden weggegooid bij het normale huishoudelijke afval. Het isolatie­schuim bevat ontvlambare gas­sen: het apparaat moet wegge­gooid worden conform de van toepassing zijnde regels die u bij de lokale overheidsinstanties kunt verkrijgen. Voorkom be­schadiging aan de koeleenheid, vooral aan de achterkant bij de warmtewisselaar. De materialen die gebruikt zijn voor dit appa­raat en die voorzien zijn van het
symbool
zijn recyclebaar.
2. BEDIENINGSPANEEL
Display (weergave)
1
Toets om de temperatuur hoger te
2
zetten Toets om de temperatuur lager te
3
zetten OK-toets
4
1
56 4 3 2
Mode-toets
5
ON/OFF-toets
6
Het is mogelijk om het vooraf ingestelde geluid van toetsen te wijzigen in een hard geluid door de Mode -toets en de toets om de temperatuur kouder te zet­ten, tegelijkertijd gedurende enkele se-
www.aeg.com
6
conden in te drukken. U kunt deze wijzi­ging ongedaan maken.
2.1 Display/Indicatielampje
A B C
F E D
A)
Weergave timer
B)
FROSTMATIC-functie
C)
Temperatuurweergave
D)
Alarmlampje
E)
Kinderslotfunctie
F)
Minute Minder-functie
3.
Trek de stekker uit het stopcontact om de stroomtoevoer naar het ap­paraat af te sluiten.
2.4 Temperatuurregeling
De ingestelde temperatuur van de vrie­zer kan worden aangepast door op de temperatuurknop te drukken. Standaard ingestelde temperatuur:
• -18 °C voor de vriezer
De temperatuurweergave toont de inge­stelde temperatuur. De ingestelde temperatuur zal binnen 24 uur worden bereikt.
Na een stroomonderbreking blijft de ingestelde temperatuur opgeslagen.
2.2 Inschakelen
Ga als volgt te werk om het apparaat in te schakelen:
1.
Steek de stekker in het stopcontact.
2.
Druk op de ON/OFF -knop als het display uit is.
3.
Het alarm kan na een paar seconden afgaan.
Zie 'Alarm hoge temperatuur' voor informatie over het resetten van het alarm.
4.
Als "dEMo" verschijnt op het dis­play, staat het apparaat in de de­monstratiestand. Zie 'Problemen op­lossen'.
5.
Het temperatuurlampje toont de in-
gestelde standaardtemperatuur. Zie 'Temperatuurregeling' om een ande­re temperatuur in te stellen.
Als de deur gedurende enkele minuten open blijft staan, gaat de verlichting automatisch uit. De verlichting wordt gereset door de deur te sluiten en weer te openen.
2.3 Uitschakelen
Ga als volgt te werk om het apparaat uit te schakelen:
1.
Druk de ON/OFF-toets gedurende
een paar seconden in.
2.
Het display wordt uitgeschakeld.
2.5 FROSTMATIC-functie
Om de functie aan te zetten:
1.
Druk op de Mode-toets tot het bij­behorende pictogram verschijnt.
Het FROSTMATIC-lampje knippert.
2.
Druk op de toetsOK om te bevesti­gen.
Het FROSTMATIC-lampje wordt ge-
toond. Deze functie stopt automatisch na 52 uur. Om de functie uit te schakelen voor de­ze automatisch afloopt:
1.
Druk op de Mode-knop tot het
FROSTMATIC-lampje knippert.
2.
Druk op de toetsOK om te bevesti-
gen.
3.
Het FROSTMATIC-lampje gaat uit.
De functie gaat uit door een an­dere ingestelde vriezertempera­tuur te selecteren.
2.6 Minute Minder-functie
DeMinute Minder-functie wordt gebruikt om een akoestisch alarm in te stellen op een bepaalde tijd. Dit is bijvoorbeeld nuttig wanneer een recept gedurende een bepaalde tijd moet afkoelen of wan­neer u niet wilt vergeten dat u flessen in de vriezer hebt geplaatst om ze snel te laten afkoelen. Om de functie aan te zetten:
1.
Druk op de Mode-knop tot het bij­behorende pictogram verschijnt.
Het Minute Minder indicatielampje knippert.
De Timer toont gedurende enkele seconden de ingestelde waarde (30 minuten).
2.
Druk op de knop Temperatuur kou­der of de knop Temperatuur warmer om de waarde van de timer te wijzi­gen van 1 tot 90 minuten.
3.
Druk op de OK-toets om te bevesti­gen.
Het Minute Minder -indicatielampje wordt weergegeven.
De timer begint te knipperen (min). Op het einde van de aftelling knippert het Minute Minder -lampje en klinkt een alarm:
1.
Verwijder alle drankjes uit het vries-
vak.
2.
Druk op de OK -knop om de klank
uit te schakelen en de functie te be-
eindigen. De functie kan op elk moment worden uitgeschakeld tijdens het aftellen:
1.
Druk op de Mode-knop tot het Mi-
nute Minder -lampje knippert.
2.
Druk op de OK-toets om te bevesti-
gen.
3.
Het Minute Minder -lampje gaat uit. U kunt de tijd tijdens het aftellen en na afloop altijd wijzigen door op de knop Temperatuur kouder en de knop Tem­peratuur warmer te drukken.
2.7 Kinderslot-functie
Selecteer de kinderslotfunctie om de be­diening van de knoppen te vergrendelen tegen onbedoelde bediening. Voor inschakeling van de functie:
1.
Druk op de Mode-knop tot het bij-
behorende pictogram verschijnt.
2.
Het indicatielampje Kinderslot knip-
pert.
3.
Druk op de OK-knop om te bevesti-
gen.
NEDERLANDS 7
Het indicatielampje Kinderslot wordt getoond.
Voor uitschakeling van de functie:
1.
Druk op de Mode-knop tot het indi­catielampje Kinderslot knippert.
2.
Druk op de OK-knop om te bevesti­gen.
3.
Het indicatielampje Kinderslot gaat uit.
2.8 Alarm bij hoge temperatuur
Een temperatuurstijging in het vriesvak (bijvoorbeeld doordat de stroom is uit­gevallen of doordat de deur open staat) wordt aangegeven door:
• knipperende indicatielampjes van het alarm en de vriezertemperatuur
• het geluid van de zoemer.
Om het alarm te resetten:
1.
Druk op een willekeurige toets.
2.
De zoemer gaat uit.
3.
De temperatuurweergave van de vriezer toont de hoogste tempera­tuur gedurende een aantal secon­den. En toont dan weer de ingestel­de temperatuur.
4.
Het indicatielampje alarm blijft knip­peren totdat de normale omstandig­heden zijn hersteld.
2.9 Alarm bij open deur
Als de deur enkele minuten heeft open­gestaan, klinkt er een geluidsalarm. Het alarm voor een geopende deur bestaat uit:
• een knipperende alarmindicatie
• een zoemer.
Als de normale omstandigheden zijn hersteld (deur gesloten), wordt het akoestische alarm uitgeschakeld. Tijdens het alarm kan de zoemer worden uitgeschakeld door op een willekeurige knop te drukken.
www.aeg.com
8
3. DAGELIJKS GEBRUIK
3.1 Vers voedsel invriezen
De vriezer is geschikt voor het invriezen van vers voedsel en om diepvriesvoedsel langere tijd te bewaren. Om kleine hoeveelheden vers voedsel in te vriezen is het niet nodig om de instel­ling te veranderen. Om vers voedsel in te vriezen, activeer de FROSTMATIC-functie ten minste 24 uur voordat u het in te vriezen voedsel in het vriesvak legt. Het is mogelijk om vers voedsel dat moet worden ingevroren in alle compar­timenten te plaatsen, behalve de laag­ste. De maximale hoeveelheid voedsel die in 24 uur ingevroren kan worden is vermeld op het typeplaatje, een etiket dat aan de binnenkant van het apparaat zit. Het invriesproces duurt 24 uur: voeg tij­dens deze periode geen ander voedsel toe om in te vriezen.
3.2 Het bewaren van ingevroren voedsel
Als u het apparaat voor het eerst of na een periode dat het niet gebruikt is in­schakelt, het apparaat minstens 2 uur la­ten werken voordat u er producten in plaatst. De vriesmanden zorgen ervoor dat u het voedselpakket dat u wenst, snel en mak-
kelijk kan vinden. Indien grote hoeveel­heden voedsel moeten worden be­waard, verwijder dan alle lades behalve de onderste mand die nodig is voor een goede luchtcirculatie. Het voedsel kan op alle legplateaus behalve het boven­ste plateau tot 15 mm ver naar de deur uitsteken.
In het geval van onbedoelde ont­dooiing, bijvoorbeeld als de stroom langer is uitgevallen dan de duur die op de kaart met technische kenmerken onder 'tijdsduur' is vermeld, moet het ontdooide voedsel snel geconsu­meerd worden of onmiddellijk bereid worden en dan weer wor­den ingevroren (nadat het afge­koeld is).
3.3 Ontdooien
Diepgevroren of ingevroren voedsel kunt, voordat het gebruikt wordt, in het koelvak of op kamertemperatuur laten ontdooien, afhankelijk van de hoeveel­heid tijd die hiervoor nodig is. Kleine stukken kunnen zelfs rechtstreeks vanuit de vriezer gekookt worden als ze nog bevroren zijn: in dat geval zal de be­reiding iets langer duren.
3.4 Plank boven ijsmaker
De plank boven de ijsmaker kan niet worden verwijderd.
3.5 Ijsverdeler
NEDERLANDS 9
Het ijs wordt verdeeld als u de knop in tegenwijzerzin draait. Stop de verdeling van het ijs door de knop terug naar de beginpositie te draaien.
www.aeg.com
10
3.6 Vrieslades en glasplaten uit de vriezer verwijderen
Enkele vrieslades hebben een limietstop om te voorkomen dat ze per ongeluk verschuiven of vallen. Trek om het mand­je uit de vriezer te halen, hem naar u toe
2
1
1
en als het niet verder kan, verwijdert u het mandje door de voorkant naar bo­ven te kantelen Bij het terugzetten tilt u de voorkant van de korf een beetje op en schuift u hem gekanteld in de vriezer. Zodra de lades over de eindpunten heen zijn, kunt u de korf terug op zijn plaats schuiven.
Het apparaat is uitgerust met palletjes om de glasplaten vast te zetten. De platen moeten worden opgetild (1) aan elke kant en dan naar achteren wor­den getrokken (2). De glazen legplanken die uitgerust zijn met uitschuifbare rollers zijn bevestigd d.m.v. slotpennen.
2
1
1
Om deze te verwijderen gaat u als volgt te werk:
1.
Gebruik een schroevendraaier om de slotpen aan elke zijde van de uit­schuifbare roller los te maken.
2.
Trek dan beide slotpennen naar bui­ten (1).
3.
Trek daarna de glazen legplank naar buiten (2).
1
2
1
3.7 De binnenkant schoonmaken
Voordat u het apparaat voor de eerste keer gebruikt, wast u de binnenkant en de interne accessoires met lauwwarm water en een beetje neutrale zeep om de typische geur van een nieuw product weg te nemen. Droog daarna grondig af.
Gebruik geen oplosmiddelen of schuurmiddelen. Deze beschadi­gen de lak.
Controleer of het water via de afvoers­lang op de achterkant van de kast in de lekbak terecht komt
4. NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
NEDERLANDS 11
4.1 Tips voor het invriezen
Om u te helpen om het beste van het in­vriesproces te maken, volgen hier een paar belangrijke tips:
• de maximale hoeveelheid voedsel die in 24 uur ingevroren kan worden. is vermeld op het typeplaatje;
• het invriesproces duurt 24 uur. Voeg gedurende deze periode niet meer in te vriezen voedsel toe;
• vries alleen vers en grondig schoonge­maakte levensmiddelen van uitsteken­de kwaliteit in;
• bereid het voedsel in kleine porties voor, zo kan het snel en volledig wor­den ingevroren en zo kunt u later al­leen die hoeveelheid laten ontdooien die u nodig heeft;
• wikkel het voedsel in aluminiumfolie of plastic en zorg ervoor dat de pakjes luchtdicht zijn;
• leg vers, nog niet ingevroren voedsel niet tegen het al ingevroren voedsel, om te voorkomen dat dit laatste warm wordt;
• smalle pakjes zijn makkelijker op te bergen dan dikke; zout maakt voedsel minder lang houdbaar;
• water bevriest, als dit rechtstreeks uit het vriesvak geconsumeerd wordt, kan het aan de huid vastvriezen;
• het is aan te bevelen de invriesdatum op elk pakje te vermelden, dan kunt u zien hoe lang het al bewaard is;
4.2 Tips voor het bewaren van
ingevroren voedsel
Om de beste resultaten van dit apparaat te verkrijgen, dient u:
• verzeker u ervan dat de commercieel ingevroren levensmiddelen op ge­schikte wijze door de detailhandelaar werden opgeslagen;
• zorg ervoor dat de ingevroren levens­middelen zo snel mogelijk van de win­kel naar uw vriezer gebracht worden;
• de deur niet vaker te openen of open te laten staan dan strikt noodzakelijk
• als voedsel eenmaal ontdooid is, be­derft het snel en kan het niet opnieuw worden ingevroren;
• bewaar het voedsel niet langer dan de door de fabrikant aangegeven be­waarperiode.
www.aeg.com
12
5. ONDERHOUD EN REINIGING
LET OP!
Voordat u welke onderhoudshan­deling dan ook verricht, de stek­ker uit het stopcontact trekken.
Het koelcircuit van dit apparaat bevat koolwaterstoffen; onder­houd en herladen mag alleen uit­gevoerd worden door bevoegde technici.
5.1 Periodieke reiniging
Het apparaat moet regelmatig worden schoongemaakt:
• maak de binnenkant en de accessoires schoon met lauw water en wat neutra­le zeep.
• controleer de deurrubbers regelmatig en wrijf ze schoon om u ervan te ver­zekeren dat ze schoon en vrij van res­tjes zijn.
• Spoel ze af en maak ze grondig droog.
Trek niet aan leidingen en/of ka­bels aan de binnenkant van de kast en verplaats of beschadig ze niet. Gebruik nooit schoonmaakmid­delen, schuurpoeders, erg ge­parfumeerde reinigingsproduc­ten en waspolijstmiddelen om de binnenkant schoon te maken, aangezien deze het oppervlak beschadigen en een sterke geur achterlaten.
Maak de condensor (zwart rooster) en de compressor aan de achterkant van het apparaat schoon met een borstel. Deze handeling zal de prestatie van het appa­raat verbeteren en het energieverbruik verminderen.
Zorg ervoor dat u het koelsys­teem niet beschadigt.
Til de voorkant van de koelkast op als u hem wilt verplaatsen, om krassen op de vloer te voorko­men.
Veel normaal verkrijgbare keukenreini­gers bevatten chemicaliën die de kunst-
stoffen die in dit apparaat gebruikt zijn kunnen aantasten/beschadigen. Gebruik daarom een zachte doek met warm wa­ter met neutrale zeep om de buitenkant van de kast schoon te maken.
Gebruik geen reinigings- of schuurmiddelen, deze kunnen de lak, het roestvrij staal en de be­schermlaag tegen vingerafdruk­ken beschadigen.
Steek, na het schoonmaken van het ap­paraat, de stekker weer in het stopcon­tact.
5.2 De ijsmaker reinigen
Reinig zo nodig het ijsreservoir en ge­bruik uitsluitend een zachte doek en warm water. Zorg ervoor dat het ijsreservoir helemaal droog is voordat u het weer terug­plaatst.
Gebruik geen reinigingsmidde­len of schurende pasta.
5.3 Het ontdooien van de vriezer
Het vriesvak van dit model is een "no­frost"-type. Dit betekent dat zich in het vriesvak geen ijs vormt als deze in bedrijf is, noch tegen de wanden noch op de le­vensmiddelen. Het voorkomen van ijsvorming wordt ge­realiseerd door een continue circulatie van koude lucht in het vak, die aange­dreven wordt door een automatisch ge­regelde ventilator.
5.4 Periodes dat het apparaat niet gebruikt wordt
Neem de volgende voorzorgsmaatrege­len als het apparaat gedurende lange tijd niet gebruikt wordt:
1.
De ijsmaker uitzetten
2.
Draai de waterkraan dicht
3.
Het ijsreservoir legen
4.
trek de stekker uit het stopcontact
5.
Haal al het voedsel eruit
6.
Maak het apparaat en alle toebeho­ren schoon
7.
Laat de deur/deuren open staan om onaangename luchtjes te voorko-
men. Als de ijsmaker weer start, gebruik dan geen ijs dat op de eerste dag is gepro­duceerd om zeker te weten dat u een verse smaak heeft.
5.5 Het ventilatierooster schoonmaken
6. PROBLEMEN OPLOSSEN
NEDERLANDS 13
Als uw apparaat aan blijft staan, vraag dan iemand om het zo nu en dan te controleren, om te voorkomen dat het bewaarde voedsel bederft als de stroom uitvalt.
Het ventilatierooster kan worden verwij­derd om het schoon te maken. Zet de deur helemaal open:
• Maak de onderste rand van het roos­ter los door het naar boven/naar bui­ten te trekken.
• Trek het rooster recht naar buiten om het volledig te verwijderen.
• Maak de ruimte onder de koelkast schoon met een stofzuiger.
Tijdens de werking van het apparaat kunnen vaak kleine, maar storende pro­blemen optreden waarvoor niet meteen een monteur hoeft te worden gebeld. Om onnodige onderhoudskosten te voorkomen, wordt in de onderstaande tabel informatie gegeven over deze pro­blemen.
De werking van het apparaat gaat gepaard met bepaalde ge­luiden (geluid van compressor en circulatie). Dat is geen probleem, maar de normale werking.
Het apparaat werkt niet continu dus als de compressor stopt, be­tekent dit niet dat er geen stroom is. Daarom moet u geen elektrische onderdelen van het apparaat aanraken voordat u de stroom hebt uitgeschakeld.
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Het apparaat maakt lawaai.
Het apparaat is niet ste­vig en stabiel geplaatst.
Controleer of het apparaat stabiel staat (alle pootjes en wielen moeten op de vloer staan). Zie 'Waterpas zetten'.
De zoemer klinkt. Het pictogram Alarm
De temperatuur in de vriezer is te hoog.
Zie 'Alarm hoge tempera­tuur'.
knippert.
De deur is niet goed ge-
Zie 'Alarm deur open'.
sloten.
www.aeg.com
14
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
er wordt een vier­kantje boven- of on­derin het tempera­tuurdisplay weerge­geven.
Er is een fout opgetreden in de temperatuurmeting.
Neem contact op met de klantenservice (het koelsys­teem blijft werken om uw levensmiddelen koud te houden, maar de tempera­tuur kan niet aangepast worden).
“dEMo” verschijnt op het display.
Het apparaat staat in de demonstratiemodus.
Houd de OK-toets onge­veer 10 seconden inge­drukt tot een lange zoe­mer te horen is en de dis­play kort dooft: het appa­raat gaat weer werken.
De compressor werkt continu.
De deur is niet goed ge-
De thermostaatknop staat misschien niet goed.
Stel een hogere tempera­tuur in.
Zie 'De deur sluiten'.
sloten.
De deur is te vaak geo-
pend.
De temperatuur van het
voedsel is te hoog.
Laat de deur niet langer dan nodig openstaan.
Laat het voedsel afkoelen tot kamertemperatuur voordat u het conserveert.
De omgevingstempera-
tuur is te hoog.
Er is te veel rijp en ijs.
De deur is niet goed ge­sloten.
Het deurrubber is ver-
Verlaag de omgevingstem­peratuur.
Zie 'De deur sluiten'.
Zie 'De deur sluiten'.
vormd of vies.
De temperatuur in het apparaat is te
De thermostaatknop staat misschien niet goed.
Stel een hogere tempera­tuur in.
koud.
De temperatuur in het apparaat is te
De thermostaatknop staat misschien niet goed.
Stel een koudere tempera­tuur in.
warm.
De deur is niet goed ge-
Zie 'De deur sluiten'.
sloten.
De temperatuur van het
voedsel is te hoog.
Laat het voedsel afkoelen tot kamertemperatuur voordat u het conserveert.
De temperatuur in de vriezer is te warm.
Er zijn grote hoeveelhe-
Producten liggen te dicht op elkaar.
den voedsel tegelijk in de vriezer geplaatst.
Berg de producten zoda­nig op dat er koude lucht kan circuleren.
Leg kleinere hoeveelheden voedsel tegelijk in de vrie­zer.
NEDERLANDS 15
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Het apparaat werkt niet.
De stekker zit niet goed
Het apparaat krijgt geen
Het apparaat is uitge­schakeld
in het stopcontact.
stroom. Er staat geen spanning op het stopcon­tact.
Schakel het apparaat in.
Steek de stekker goed in het stopcontact.
Sluit een ander elektrisch apparaat aan op het stop­contact. Controleer de ze­kering. Neem contact op met een gekwalificeerd elektricien.
Geen ijs De ijsmaker is niet inge-
schakeld.
Raadpleeg "De ijsmaker aan en uit zetten".
Geen watertoevoer. Voer de nodige maatrege-
len uit bij de watertoevoer.
Het lampje brandt niet.
De deur heeft te lang
Het lampje is stuk. Zie 'Het lampje vervan-
gen'. Sluit de deur.
opengestaan.
De deur komt tegen het ventilatierooster
Het apparaat staat niet waterpas.
Zie 'Waterpas zetten'.
aan.
De deur is niet goed uitgelijnd.
Bel, wanneer het advies niet tot resultaten leidt, de dichtstbijzijnde klantenservice voor dit merk.
6.1 Het lampje vervangen
Het apparaat is uitgerust met een LED­lampje dat een lange levensduur heeft. Alleen een onderhoudsmonteur mag de verlichting vervangen. Neem contact op met uw servicecentrum.
Het apparaat staat niet waterpas.
2.
3.
Zie 'Waterpas zetten'.
Stel de deur, indien nodig, af. Raad­pleeg "Montage".
Vervang, indien nodig, de defecte deurafdichtingen. Neem contact op met de klantenservice.
6.2 De deur sluiten
1.
Maak de afdichtingen van de deur schoon.
7. MONTAGE
WAARSCHUWING!
Lees voor uw eigen veiligheid en correcte werking van het appa­raat eerst de "veiligheidsinforma­tie" aandachtig door, alvorens het apparaat te installeren.
7.1 Opstelling
Installeer dit apparaat op een plaats waar de omgevingstemperatuur over­eenkomt met de klimaatklasse die ver-
www.aeg.com
16
meld is op het typeplaatje van het appa­raat:
7.2 Locatie
Kli-
Omgevingstemperatuur maat­klasse
SN +10°C tot + 32°C N +16°C tot + 32°C ST +16°C tot + 38°C T +16°C tot + 43°C
50 mm
7.3 Elektrische aansluiting
Zorg er vóór het aansluiten voor dat het voltage en de frequentie op het typepla­tje overeenkomen met de stroomtoe­voer in uw huis. Het apparaat moet geaard zijn. De net­snoerstekker is voorzien van een contact voor dit doel. Als het stopcontact niet geaard is, sluit het apparaat dan aan op
Als het apparaat onder een wandkast wordt geplaatst, moet de minimale af­stand tussen de bovenkant van de koel­kast en de wandkast ten minste 40 mm bedragen om optimale prestaties te ga­randeren. Voor de beste prestatie kunt u het apparaat echter beter niet onder een wandkast zetten. De ventilatieruimte kan zich bevinden:
• Direct boven het apparaat
• Achter en boven de bovenste kast In dat geval moet de ruimte achter de
achterste kast minstens 50 mm diep zijn.
een afzonderlijk aardepunt, in overeen­stemming met de geldende regels, raadpleeg hiervoor een gekwalificeerd elektricien. De fabrikant neemt geen verantwoorde­lijkheid op zich als de bovenstaande vei­ligheidsmaatregelen niet worden nage­leefd. Dit apparaat voldoet aan de EU. richtlij­nen.
7.4 Het verwijderen van de transportsteun
Uw apparaat is voorzien van een trans­portsteun om te ervoor te zorgen dat de deur tijdens transport niet open kan gaan. Ga als volgt te werk om deze te verwij­deren:
• Open de deur.
• Verwijder de transportsteun van de zij­kanten van de deur.
Sommige modellen zijn voorzien van een geluiddempende mat onder de kast. Verwijder deze mat niet.
7.5 Afstandhouders achterkant
• Plaats de afstandsstukken die in het accessoirezakje zijn bijgeleverd zoals afgebeeld.
• Plaats de afstandsstukken op de beu­gels van de condensator (zwart roos­ter) aan de achterzijde van het appa­raat.
NEDERLANDS 17
7.6 De waterslang aansluiten.
De wateraansluiting dient te verlopen via een kraan met een 3/4" draad binnen 1,5 m van het apparaat. Dit dient te worden uitgevoerd door een erkend loodgieter. In de handel zijn verschillende goedge­keurde kranen en kraansets verkrijgbaar. De waterslang mag geen knik bevatten, niet bekneld worden of in scherpe boch­ten liggen. De veiligheidsklep in een verpakking in het apparaat moet gebruikt worden om overstroming te voorkomen.
Alvorens de veiligheidsklep op de kraan geplaatst wordt, draai de pijl in tegen­wijzerzin tot het cijfer 10 d.m.v. de inge­sloten plastic sleutel. Plaats de veiligheidsklep op de kraan en laat ten minste 10 liter water door het apparaat stromen. Alvorens het apparaat aan te sluiten, draai de pijl naar het cijfer 1 op de veilig­heidsklep. Als de veiligheidsklep gesloten werd, koppel ze los en druk op de rode plunjer in het onderste deel van het apparaat. Voordat het apparaat op zijn definitieve plaats wordt gezet, moet gecontroleerd worden of de wateraansluiting correct is
www.aeg.com
18
uitgevoerd en of de aansluitingen op de waterkraan geen lekkage vertonen. Draai de schroef met de hand vast. Zorg ervoor dat de pakking goed op de aansluiting is aangebracht.
7.7 Nivellering
Wij adviseren het apparaat op een "drai­nage"mat voor koel-/vrieskasten te zet­ten om een eventuele lekkage eenvoudi­ger te kunnen ontdekken.
Zorg ervoor dat het apparaat waterpas staat wanneer u het plaatst. Stel de pootjes, indien nodig, af met de bijgele­verde sleutel.
7.8 De ijsmaker voor de eerste keer gebruiken.
Zorg voor een goede aansluiting op de watertoevoer, zie 'De waterslang aanslui­ten'.
1.
Draai de kraan van de wateraanslui­ting open.
2.
Start de vriezer en de ijsmaker start
automatisch. Als een voldoende lage temperatuur is bereikt, wordt de machine gevuld met water.
8. GELUIDEN
Tijdens normaal gebruik hoort u gelui­den (compressor, koelmiddelcirculatie).
OK
Gebruik geen ijs dat op de eerste dag is geproduceerd om een verse smaak te garanderen.
7.9 Omkeerbaarheid van de deur
De draairichting van de deur kan niet worden veranderd.
SSSRR
R!
HISSS!
CLICK!
BRRR!
CRACK!
BLUBB!
Loading...
+ 42 hidden pages