AEG 65843 G User Manual [nl]

65843 G
Gebruiksaanwijzing Operating instuctions
BE
Gaskookplaat
Gas hob
2
Welkom in de wereld van Electrolux!
jarenlang plezier aan beleven.
Het is de ambitie van Electrolux om het huishouden voor u gemakkelijker te maken
door middel van een breed assortiment kwaliteitsapparatuur.
U vindt enkele voorbeelden hiervan op de voorzijde van deze gebruiksaanwijzing.
Neem de tijd om deze gebruiksaanwijzing te bestuderen zodat u kunt profiteren van de voordelen van uw nieuwe apparaat. Wij beloven u een superieure gebruikerservaring en dus meer gemoedsrust.
Veel succes!
3
Inhoud
Voor de gebruiker
Waarschuwingen en adviezen ............................................................................................................. 4
Uitvoering .................................................................................................................................................. 7
Aanwijzingen voor de gebruiker ........................................................................................................ 8
Het gebruik ............................................................................................................................................. 10
Onderhoud .............................................................................................................................................. 11
Garantie/serviceafdeling ..................................................................................................................... 22
Europese Garantie ................................................................................................................................. 24
Voor de installateur
Technische gegevens ............................................................................................................................ 13
Waarschuwingen voor de installateur ............................................................................................ 14
Aanpassing aan verschillend gastype .............................................................................................. 16
Elektrische aansluiting......................................................................................................................... 18
Inbouw en montage ............................................................................................................................. 19
Inbouwmogelijkheden ......................................................................................................................... 21
Over deze gebruiksaanwijzing
Onderstaande symbolen vindt u in de tekst en hebben de volgende betekenis:
Aanwijzingen m.b.t. de veiligheid
Aanwijzingen m.b.t. het gebruik
!
Adviezen en tips
Informatie m.b.t. het milieu
Dit apparaat voldoet aan de EU-richtlijnen:
2006/95 - 89/336 - 90/396 - 93/68
en de daarbij behorende besluiten.
Deze instructies gelden enkel voor de landen waarvan het identificatiesymbool is aangebracht op het titelblad van het instructieboekje en het apparaat zelf.
4
Nederlands
Waarschuwingen en adviezen
Deze waarschuwingen zijn bedoeld voor uw en andermans veiligheid. U wordt geacht ze gelezen te hebben, alvorens u het apparaat installeert en/of in gebruik neemt.
Installatie
• Het installeren en aansluiten van het
apparaat dient door een erkend installa-
teur te geschieden.
• Sluit het apparaat aan op het juiste type
gas, zoals vermeld op de sticker naast de
gasaansluiting van de kookplaat.
• Tijdens het gebruik produceert de
kookplaat warmte en vocht. Zeker tijdens
een langdurig gebruik. Zorg dan voor een
goede ventilatie door de afzuigkap in te
schakelen of door een raam open te
zetten.
• Controleer het apparaat na het uitpakken
op beschadigingen. Controleer ook het
aansluitsnoer op beschadigingen. Neem
in geval van beschadiging contact op met
uw leverancier.
• De fabrikant wijst elke aansprakelijkheid
ten aanzien van schade of letsel af, indien
bovenstaande veiligheidsmaatregelen
niet zijn getroffen of in acht genomen.
Tijdens het gebruik
• Dit apparaat is bedoeld en gemaakt voor
het gebruik door volwassenen. Het is
gevaarlijk om kinderen het apparaat te
laten bedienen of als speelgoed te laten
gebruiken.
• Dit toestel is niet aangesloten op een
afvoerkanaal voor verbrandingsgassen.
Het moet geplaatst en aangesloten
worden in overeenstemming met de
geldende voorschriften. Bijzondere
aandacht moet worden gegeven aan die
punten die betrekking hebben op de
ventilatie.
• Installatie en aansluiting dienen door een daartoe erkend installateur uitgevoerd te worden, volgens de hem bekende voorschriften. Bij aflevering door de fabrikant of importeur is het kookplateau uitsluitend geschikt voor gebruik op aardgas. Een eventuele ombouw voor het gebruik op flessengas, mag alleen door een erkend installateur gebeuren, onder gebruikmaking van origineel, door de fabrikant van het kookplateau geleverd ombouwmateriaal.
• Een eventueel noodzakelijke wijziging van de gas- en/of elektriciteitsvoorzieningen ten behoeve van de installatie van dit apparaat, dienen eveneens door een erkend installateur uitgevoerd te worden.
• Het is gevaarlijk om, in welke vorm dan ook, dit apparaat of de eigenschappen daarvan te veranderen.
• Gebruik nooit te kleine of onstabiel staande pannen.
• Wees uiterst voorzichtig met olie en vet.
• Houd tijdens het in gebruik zijn van het kookplateau kinderen uit de buurt.
• Indien het kookplateau van een deksel voorzien is, dan is het deksel bedoeld voor het vrijhouden van stof in gesloten toestand en voor het opvangen van spatten in open toestand.
• Gebruik het deksel nergens anders voor.
• Maak het deksel altijd schoon voor u het sluit en wacht met sluiten tot de branders afgekoeld zijn.
• Regelmatig schoonmaken, in feite na elk gebruik, voorkomt lelijk worden van de materiaaloppervlakken en slecht functioneren van de branders en eventuele bougies.
5
• Draai altijd eerst de vlam laag of uit vóór u een pan van het plateau neemt.
• Overtuig u ervan dat de knoppen in de uit-stand staan zodra u het plateau niet meer gebruikt.
• Door het gebruik van een kooktoestel op gas wordt et warmte en vochtigheid geproduceerd in het lokaal waar het toestel is opgesteld. Waak erover dat de keuken goed verlucht wordt waarbij u de natuurlijke verluchting openlaat of een mechanische voorziening aanbrengt (mechanische dampkap).
• Een langduring en intensief gebruik van het toestel kan een bijkomende verluchting vereisen, bijv. door het openen van een raam, of een efficiëntere verluchting , bijv. door het vermogen van de mechanische ventilatie te verhogen, als deze aanwezing is.
• Een brander behoort rondom te branden. Vermijd sterke tocht. Indien, onder nor­male omstandigheden, een brander niet rondom brandt, maak de brander dan schoon volgens de aanwijzingen in het instruktieboekje. Helpt dat niet, raadpleeg dan uw installateur of de servicedienst.
• Tracht, in geval van storing of defect, dit apparaat niet zelf te repareren. Reparaties welke door niet-deskundige personen uitgevoerd worden, kunnen tot schade of letsel leiden.
• Laat inspectie-en/of herstelwerk­zaamheden uitvoeren door de Electrolux Klantenservice. Alleen originele Electrolux-onderdelen voldoen aan alle eisen!
Veiligheid van kinderen
• Houd tijdens het in gebruik zijn van de kookplaat kinderen uit de buurt. Ook na het uitschakelen blijft het apparaat lang heet. Let op dat kinderen de warme delen niet aanraken tijdens het afkoelen.
• Dit apparaat mag niet gebruikt worden door kinderen of andere personen wiens lichamelijke, motorische of geestelijke gesteldheid of gebrek aan ervaring en kennis die daardoor het apparaat niet kunnen gebruiken zonder supervisie of instructies van een verantwoordelijk persoon om zeker te zijn van dat het apparaat veilig kan worden gebruikt.
• Laat inspectie- en/of herstelwerkzaamhe­den uitvoeren door ELECTROLUX SERVICE en laat geen andere dan originele DISTRI­PARTS onderdelen plaatsen.
Service
• Reparaties aan het apparaat mogen alleen door vakmensen worden uitgevoerd. Onvakkundige reparaties kunnen tot aanzienlijke risico's leiden.
6
Informatie m.b.t. het milieu
Houd bij het weggooien van de verpak-
king rekening met de veiligheid en het milieu.
Als u een oud apparaat afdankt, maak het dan onbruikbaar door het aansluitsnoer af te snijden.
Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als huishoudafval mag worden behandeld. Het moet echter naar een plaats worden gebracht waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de correcte manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijk voor mens en milieu negatieve gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalbehandeling. Voor meer details in verband met het recyclen van dit product, neemt u het best contact op met de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast met de verwijdering van huishoudafval of de winkel waar u het product hebt gekocht.
Het is uiterst belangrijk dat het bij het apparaat behorende instructieboekje bewaard blijft. Zou het apparaat door u aan iemand anders gegeven of verkocht worden, of zou het apparaat in het huis van waaruit u verhuist achterblijven, dan dient de nieuwe gebruik(st)er over het instuctieboekje en de daarin opgenomen waarschuwingen te kun­nen beschikken.
Deze instructies gelden alleen voor de landen waarvan het identificatiesymbool is aan­gebracht op het titelblad van het instructieboekje en het apparaat zelf.
Uitvoering
7
2
1 Kleinbrander
2 Normaalbrander
3 Wokbrander
4 Bedieningsknoppen
2
4
3
1
8
Aanwijzingen voor de gebruiker
Bedieningsknoppen
De bedieningsknoppen van de branders hebben drie standen:
Steek de brander altijd aan voordat u er een pan opzet.
Elke bedieningsknop is uitgerust meteen controlelampje dat, afhankelijkvan het warmte niveau dat uselecteert, oplicht.
!
Druk de bij de brander horende knop ge­heel in en draai hem op de hoogste stand
( ).
5 seconden geheel ingedrukt. Dat is nodig om de vlambeveiliging in te schakelen. De vlam beveiliging voorkomt, dat het gas blijft doorstromen, als de vlam uitwaait of uitgaat door een storing in het gasnet. Zet vervolgens de knop in de gewenste stand.
Mocht na verschillende pogingen de brander niet aan gaan, controleer dan of de vlamverdeler (afb. - B) en het branderdek­sel (afb. - A) goed op hun plaats liggen.
Om de brander uit te schakelen draait u de knop rechtsom op de UIT "•" stand.
gesloten - uit maximale gastoevoer
minimale gastoevoer
Geïntegreerde ontsteking
Maar houdt vervolgens de knop nog
Luciferontsteking
Steek de lucifer aan. Druk de knop van de betreffendebrander in en draai hem linksom. Steek de brander direkt aan. Zet vervolgens de knop in de gewens­te stand.
Wokbrander
A B
D
C
A - Branderdeksel B - Vlamverdeler C - Vonkontsteking
D - Vlambeveiliging
Het ontstekingsmechanisme mag niet langer dan 15 seconden ingedrukt worden. Als de brander niet aan is na 15 seconden, wacht dan minstens 1 minuut voordat u het nogmaals probeert.
Als de brander per ongeluk dooft, zet dan de knop op UIT "
minstens 1 minuut voordat u het nogmaals probeert.
Wees voorzichtig als u olie of ande­re vetstoffen gebruikt (zoals bij het frituren). Olie en vet ontbranden gemakkelijk bij oververhitting.
Waarschuwing
Druk nooit op de knop van de brander als het branderdeksel niet op de bran­der ligt. Doet u dat wel, dan kan de ontstekingsunit z’n zeer hoge span­ning niet kwijt hetgeen tot beschadi­ging van de ontstekingsunit kan lei­den.
" en wacht
9
Belangrijk: Ontsteek eerst de brander en plaats dan de pan boven de bran­der.
Zet altijd eerst de brander lager of uit voordat u de pan van de brander neemt.
10
Het Gebruik
Optimaal rendement
Voor een optimaal rendement moet de diameter van de pan aangepast zijn aan de brander, zodat de vlammen niet langs de zij­kant uitslaan (zie tabel). Wij adviseren ook om de vlam lager te zetten zodra het kookpunt bereikt is.
• Gebruik alleen pannen met een vlakke
bodem.
Wees voorzichtig als u olie of ande­re vetstoffen gebruikt (zoals bij het frituren). Olie en vet ontbranden gemakkelijk bij oververhitting.
Voor een juist gebruik van de kookplaat
Om minder gas te verbruiken en een beter rendement te behalen, alleen pannen gebruiken met een platte bodem en met afmetingen die geschikt zijn voor de branders, zoals aangegeven in de tabel onderaan deze pagina. Let er bovendien op dat u, zodra een vloeistof gaat koken, de vlam lager zet op een stand die voldoende is om de vloeistof aan de kook te houden.
Tijdens bereidingsmethoden waarbij vetten of oliën gebruikt worden uw gerechten goed in de gaten houden; deze stoffen kunnen, wanneer ze op hoge temperatuur gebracht worden, in brand vliegen.
Roestvrij staal kan, als het blootgesteld wordt aan extreme hitte, bruin worden. Daarom raden wij langdurig gebruik van een grillsteen, schaal van ongeglazuurd aardewerk of pan van gietijzer af. Vermijd het gebruik van aluminiumfolie om de kookplaat tijdens het gebruik te beschermen.
Vergewis u ervan dat de pannen niet uitsteken buiten de randen van de kookplaat en dat ze midden op de branders staan teneinde minder gas te verbruiken.
Zet geen onstabiele of vervormde pannen op de branders: ze zouden om kunnen vallen of de inhoud zou over de rand kunnen lopen, waardoor ongelukken kunnen ontstaan.
De pannen mogen niet op de bedieningszone staan.
Brander minimale maximale
diameter diameter
Wok 180 mm 260 mm Normaal achter 120 mm 220 mm
voor 120mm 180 mm
Sudder 80 mm 160 mm
Onderhoud
Trek voordat u de kookplaat gaat schoonmaken altijd eerst de stekker uit het stopcontact en laat de kookplaat afkoelen.
Voor het reinigen van de emaille delen mag nooit een agressief middel gebruikt worden. Maak een sopje van warm water met afwasmiddel.
Maak zeer regelmatig de branders schoon, verwijder voedselresten, maak de branderringen en -deksels goed droog met een zacht doekje voordat u ze weer terug zet.
De pannendragers ook met een sopje van afwasmiddel schoonmaken.
Gebruik voor het verwijderen van lastige vlekken nooit een pannenspons van staalwol, een agressief schoonmaakmiddel of een pannenspons met een harde laag. Gebruik voor het verwijderen van hardnekkig vuil daarvoor in de handel zijnde schoonmaakmiddelen zonder schurende werking.
Laat geen zure of alkalische stoffen (bijv. azijn, zout, citroensap enz...) op de kookplaat liggen.
11
12
De pannendragers van de kookplaat
De kookplaten zijn voorzien van pannendragers van geëmailleerd ijzer, die dun en licht zijn of van gietijzer, die dikker en zwaarder zijn.
De pannendragers kunnen van de kookplaat verwijderd worden zodat ze beter kunnen worden schoongemaakt.
Wij adviseren u de gietijzeren pannendragers niet op de kookplaat neer te zetten om te voorkomen dat deze bekrast wordt of beschadigd raakt.
De pannendragers van geëmailleerd ijzer kunnen ook in de afwasmachine gewassen worden.
Zet de pannendragers, nadat ze gereinigd zijn, terug op hun plaats en controleer of ze goed staan.
Voor een juiste werking van de branders moet u ervoor zorgen dat de pannendragers met de concentrische spaken op de brander staan, zoals afgebeeld in figuur.
Vonkontsteking
De vonkontsteking, bestaand uit een elektrode gevat in een keramisch omhulsel, moet vrij worden gehouden van voedselresten en vocht, omdat anders de ontsteking niet functioneert .
Controleer of de branderring poorten schoon zijn.
JA
GEEN
Periodiek onderhoud
Laat af en toe door een erkend installa­teur of ELECTROLUX SERVICE controleren of de gasslang en/of gasaansluiting nog in een goede staat verkeren.
Technische gegevens
13
Afmetingen in mm:
Inbowopening
Breedte 560 mm Diepte 480 mm
Kookplaat
Breedte 594 mm Diepte 510 mm
Vermogen gasbranders
Wokbrander 4,0 kW Normaalbrander 2,0 kW Sudderbrander 1,0 kW
Aansluiting aan 230 V ~ 50 Hz Categorie II2E+3+ Voeding gas
Aardgas G20/G25 - 20/25 mbar
Apparaat klasse 3
TYPE MAXIMALE MINIMALE NOMINALE AFGIFTE
BRANDER WARMTE- WARMTE-
Sudderbrander 1,0 0,33 70 0,095 0,111 50 73 71
Normaalbrander 2,0 0,45 96 0,190 0,221 71 145 143
AFGIFTE AFGIFTE AARDGAS GAS LPG
kW kW 28-30/37 mbar
Sproieres
100/mm 20 mbar 25 mbar 100/mm
3
m
/h g/h
G20 G25
Sproieres
G30 G31
Wokbrander
Diameters bypassDiameters bypass
Diameters bypass
Diameters bypassDiameters bypass
4,0 1,2 146 0,381 0,443 98 291 286
Brander Ø Bypass 1/100 mm.
Sudderbrander 28 Normaalbrander 32 Wokbrander 56
14
Aanwijzingen voor de installateur
De volgende gebruiks-aanwijzingen zijn tot een gekwalificeerd technicus gericht, die de installatie uitvoert, zodat hij de installatie en de verbindingen op de juiste manier kan uitvoeren, de huidige wetten en normen in acht nemende. Iedere tussenkomst na aansluiting dient te worden uitgevoerd met afgekoppelde of uit-geschakelde stroomtoevoer. De installatie en de elektrische aansluiting van het apparaat moeten door een erkend vakman gebeuren.
De zijwanden van de meubels mogen
niet hoger komen dat het werkvlak van het toestel.
Plaats het toestel niet in de buurt van
ontvlambare materialen (zoals gordijnen, handdoeken enz.).
De hierna volgende instructies zijn
bestemd voor de erkende installateurs, om ervoor te zorgen dat installatie en onderhoud optimaal verlopen, volgens de geldende normen. De installatie moet conform de norm NBN D 51.003 “Installaties gevoed met stoolgas lichter dan lucht” worden uitgevoerd.
Ontkoppel het kookplateau van de
stroomtoevoer. Ingeval het plateau op de stroomtoevoer aangesloten moet blijven, moeten alle nodige voorzorgsmaatregelen worden getroffen.
Monteer een afsluitkraan die erkend is door de AGB. Starre aansluitingen verdienen de voorkeur. Bij gebruik van een gasslang moet een door de AGB erkende slang met metalen omhulsel worden gebruikt.
Bij het gebruiken van flexiebele vaste verbindingen moet men er op letten dat de pijpen niet kunnen worden geplet of dichtgekneppen en niet in aanraking komen met bewegende delen. Let hier ook op
wanneer de kookplaat wordt gecombineerd met een oven.
Deze kookplateaus kunnen zowel worden gevoed met gas van Slochteren (G25) met een nominale druk van 25 mbar als met aardgas (G20) met een nominale druk van 20 mbar. Om te werken met deze twee soorten gas is geen extra afstelling nodig.
Alvorens de installatie uit te voeren moet u nagaan of de gastoevoer volstaat voor de correcte voeding van het plateau. Bij maxi­mum verbruik mag de drukdaling maximum 5% bedragen. Deze drukdaling is afhankelijk van volgende factoren:
- maximum debiet van de gasmeter;
- diameter en lengte van de leidingen
voor en achter de meter;
- doorgangsopeningen van de
verschillende kranen in het circuit;
- diameter van de eventuele
tussenstukken. Belangrijk - Voor een correcte
werking, een zuinig verbruik en een grotere levensduur van het kookplateau moet u ervoor zorgen dat de toevoerdruk overeenstemt met de waarden in de tabel.
15
afb. 1
A) Aansluitpijp met wartel B) Ringetje C) Draaibare messing
elleboog
Gasaansluiting
De verstelbare aansluiting wordt door middel van een 1/2" moer vast gezet. Alle componenten zoals weergegeven in de afbeelding zijn reeds in de fabriek gemonteerd.
Om een optimaal resultaat te garanderen, is het toestel voor vertek uit de fabriek getest.
Belangrijk - Om de installatie te voltooien, kijk altijd de perfecte dirchtheid van de verbindingsstukken na door een zeepachtige oplossing te gebruiken, nooit een vlaam.
16
Aanpassing aan verschillend gastype
Aanwijzingen m.b.t. de veiligheid
Het ingestelde type gas is aangegeven op een sticker naast de gasaansluiting. Bij ombouw moet de sticker worden vervangen.
Het ombouwen van gasinstallaties mag alleen door een erkend installateur uitge­voerd worden.
Vóór het ombouwen moet het apparaat worden losgekoppeld van gas- en stroomvoorziening: draai de gaskraan dicht en schakel de zekeringen in de huisinstallatie uit.
Vervangen van de sproeiers
1) Verwijder de roosters.
2) Neem het bovenste gedeelte en de
gasontstekers.
3) Met een steeksleutel van 7 schroeft U de
gassproeiers los en neemt U ze weg, om ze
te vervangen door diegene die
overeenstemmen met het type gas (zie
tabel-pagina 13).
4) Hermonteer de delen door dezelfde
handelingen te volgen, in tegengestelde
zin.
5) Vervang het indentificatieplaatje
(geplaatst vlakbij de gastoevoerpijp) door
het plaatje dat oveneenstemt met het
nieuwe gastype. Dit identificatieplaatje
vindt u in de verpakking van het
inspuitstuk meegeleverd met het toestel.
Indien de gasdruk verschillend is (of variabel) van dewelke voorzien, is het noodzakelijk een gepaste drukregelaar te plaatsen op de inlaattube, conform aan de normen.
afb. 2
Regeling gaspitten
1) Ontsteek de brander.
2) Breng de toets op de positie van de
kleinste vlam.
3) Verwijder de toets.
4) Regel de bypass vijs met een dunne
schroevendraaier.
In geval van transformatie van aardgas
noor flessengas, het by-pass schroofje
van de kranen goed vastschroeven.
In geval van transformatie van flessengas
noor aardgas, het by-pass schroofje
ongeveer 1/4 draai losschroeven, totdat
men een kleine regelmatige vlam
verkrijgt.
5) Controleer tenslotte of er geen
uitdovingen van de gaspit zijn door snel
de toets van de maximale stand op de mi-
nimum stand te draaien.
17
afb. 3
Bypass vijs
Bypass vijs
18
Elektrische aansluiting
Het kookplateau is ontworpen om te werlen bij 230 V eenfasig.
De aansluiting moet worden uitgevoerd conform de voorwaarden en normen, voorgeschreven door de geldende wetgeving.
Alvorens aan te sluiten moet u nagaan of:
1) de elektrische voeding afgestemd is op
het verbruik van het kookplateau (zie
het identificatieplaatje);
2) de bestaande elektrische toevoer
voorzien is van een aarding conform de
geldende voorschriften;
3) de meerpolige stekker of de gebruikte
schakelaar gemakkelijk bereikbaar zijn
nadat het kookplateau gelnstalleerd is.
Bevestig een stekker aan de kabel, aangepast aan de belasting, en sluit aan op een beveiligd contact.
Als een directe aansluiting op het stroomnet vereist is, moet een meerpolige stekker worden gebruikt met een minimum afstand tussen de contacten van 3 mm, aangepast aan de belasting en geldende voorschriften.
De bruine fasedraad (die aangesloten is op de “L” clip van het plateau) moet altijd worden aangesloten op het fasecontact van het stroomnet.
De stroomkabel moet zo geplaatst worden dat hij op geen enkel punt 50°C warmer kan worden dan de omgevingstemperatuur.
vangen met behulp van een speciaal stuk gereedschap waarmee de installateurs ui­tgerust zijn.
Wanneer de stroomkabel moet worden vervangen, mag alleen type H05RR-F wor­den gebruikt, en beide types moeten aan­gepast zijn aan de belasting en de tempera­tuur waarbij ze moeten functioneren. Bo­vendien moet de groen/gele aardingsdraad zo’n 2 cm langer zijn dan de fasedraad en de neutrale draad.
Om de klep van het klemmenbord te openen gaat u te werk als in afb. 4-a.
afb. 4
Nulleiding
Aardleiding (groen/geel)
afb. 4-a
Vervangen van het aansluitsnoer
Het vervangen van elektrische be­kabeling mag alleen gebeuren door het technische service center of door personeel met gelijke kun­digheid, overeenkomstig met de huidige bepalingen.
De verbindinq tussen stroomkabel en klemmenbord is van het “Y”-type: de stroomkabel kan dus alleen worden ver-
Inbouw en montage
Su = sudderbrander N = normaalbrander W = wokbrander
N
594
19
N
W
Su
510
afb. 5
Inbouw in en bevestiging in het werkblad
De kookplaat kan gemonteerd worden in een werkblad met uitsnijmaten zoals aangegeven in figuur 6. De afstand van de uitsnede tot de achterwand moet minstens 55 mm zijn. De afstand tussen de uitsnede en een eventuele rechter of linker zijwand die hoger is dan de kookplaat dient minstens 100 mm te bedragen.
afb. 6
20
De bevestiging van de kookplaat in het werkblad dient als volgt te worden uitgevoerd:
plaats de bijgeleverde afdichting op de
rand van de voorkant van de uitsnede op
11 millimeter van de zijkanten en op 10
mm van de achterkant, waarbij u erop let
dat de uiteinden elkaar raken zonder
elkaar te overlappen (zie fig. 7);
• Plaats de kookplaat in de mal.
• Zet de kookplaat vast met de betreffende
schroeven die meegeleverd zijn met de
inspuitset (afb. 8).
Door de trekkracht raakt de schroef de afdichting, overblijfselen kunnen eenvoudig verwijderd worden. De rand van de kookplaat vormt een dubbel labyrint dichting welke een garantie biedt tegen vocht.
afb. 7
a
a) afdichting
afb. 8
Inbouwmogelijkheden
Op een keukenmeubel met deur
Zorg er altijd voor, dat de onderzijde van de kookplaat minimaal 20 mm verwijderd is van onderliggende kastdelen of voorwerpen.
Een aanbevolen oplossing ziet u in afb. 6. Het paneel onder de kookplaat moet eenvoudig kunnen worden verwijderd, zodat bij evt. reparatie de kookplaat kan worden losgekoppeld.
Boven een oven
Voor de inbouwopeningen, zie afb. 6
Er zijn twee ventilatie-openingen vereist. De afbeeldingen 10 en 11 tonen twee mogelijke oplossingen.
De elektrische aansluitingen voor de oven en de kookplaat moeten toegankelijk blijven en afzonderlijk gelegd worden.
Zorg ervoor dat de onderzijde van een bovenkast altijd minimaal 650 mm verwijderd is van de kookplaat (afb. 6).
21
afb. 9
a) Afneembare plaat b) Eventuele ruimte voor de
aansluiting
afb. 10
afb. 11
22
Garantie/serviceafdeling
België
WAARBORGVOORWAARDEN
Onze toestellen worden met de grootst mogelijke zorgvuldigheid geproduceerd. Deson­danks kan het voorkomen dat er een defect optreedt. Onze klantendienst zal dit op verzoek herstellen, zowel binnen als buiten de waarborgtermijn. De levensduur van het toestel wordt daardoor niet negatief beïnvloed.
Onderstaande waarborgvoorwaarden zijn gestoeld op de EU Richtlijn 99/44/EG en het Burgerlijk Wetboek. De daaruit voortvloeiende rechten blij­ven onverlet.
Ook de waarborgverplichtingen van de verkoper naar de eindgebruiker blijven onaange­tast.
Voor dit toestel verlenen wij waarborg volgens onderstaande voorwaarden:
1. Wij verhelpen kosteloos met inachtneming van de voorwaarden 2 tot en met 15
gebreken aan het toestel die zich openbaren binnen 24 maanden vanaf de datum van levering aan de eindgebruiker. Deze waarborgvoorwaarden zijn niet van toe­passing in geval van professioneel of daarmee gelijk te stellen gebruik.
2. De waarborgprestatie houdt in dat het toestel kosteloos wordt teruggebracht in de
toestand die het had voor het defect optrad. Gebrekkige onderdelen worden her­steld of vervangen. Kosteloos vervangen onderdelen worden ons eigendom.
3. Het gebrek moet terstond gemeld worden, om mogelijke verdere schade te voorko-
men.
4. Voor een beroep op waarborg dient het aankoopbewijs met aankoop- en/of leverings-
datum te worden overlegd.
5. De waarborg heeft geen betrekking op schade aan kwetsbare onderdelen, zoals
(vitrokeramisch) glas, kunststof, rubber, die ontstaan is door onzorgvuldig gebruik
6. De waarborg heeft geen betrekking op kleine afwijkingen van de gestelde kwaliteit
die voor de waarde en deugdelijkheid van het toestel onbeduidend zijn.
7. De waarborg geldt evenmin voor schade veroorzaakt door:
- chemische en elektrochemische inwerking van water,
- abnormale milieuomstandigheden in het algemeen
- voor het toestel oneigenlijke bedrijfsomstandigheden
- contact met agressieve stoffen.
8. De waarborg heeft geen betrekking op gebreken door transportschade die buiten
onze verantwoordelijkheid is ontstaan, niet vakkundige installatie of montage, ver­keerd gebruik, gebrekkig onderhoud, of het niet in acht nemen van de gebruiks- of montageaanwijzingen.
9. Het recht op waarborg vervalt wanneer het defect werd veroorzaakt door herstelling
of ingrepen door derden die niet bevoegd of niet deskundig zijn, of wanneer het toestel voorzien werd van toebehoren of onderdelen die niet origineel zijn en daar­door een defect veroorzaken.
10.Toestellen die gemakkelijk kunnen worden vervoerd dienen te worden overhandigd of
gezonden naar onze klantendienst. Herstelling ter plaatse kan slechts worden ge-
23
vraagd voor grote of ingebouwde toestellen.
11. Indien het toestel zodanig is ingebouwd, ondergebouwd, opgehangen of geplaatst
dat de benodigde tijd voor het in- en uitbouwen samen meer dan 30 minuten be­draagt, dan worden de hierdoor ontstane extra kosten aan de gebruiker in rekening gebracht. Schade die ontstaat door abnormale in- of uitbouw komt ten laste van de gebruiker.
12. Indien binnen de waarborgperiode de herstelling van hetzelfde gebrek meermaals
mislukt of de herstellingkosten disproportioneel zijn wordt in overleg met de ge­bruiker een gelijkwaardige vervanging geleverd. In geval van vervanging behouden we ons het recht voor om een vergoeding te rekenen naar rato van de verstreken gebruiksperiode.
13. Herstelling onder waarborg heeft geen verlenging van de waarborgtermijn noch
aanvang van een nieuwe waarborgtermijn tot gevolg.
14. Op herstellingen geven wij een waarborg van 12 maanden, uitsluitend op hetzelfde
gebrek.
15. Verdere of andere rechten, in het bijzonder vergoeding van schade ontstaan buiten
het toestel, zijn uitgesloten voor zover een aansprakelijkheid niet wettelijk is vast­gelegd. In geval van aansprakelijkheid zal een vergoeding de aankoopwaarde van het toestel niet overtreffen.
Deze waarborgvoorwaarden gelden voor in België gekochte en/of in gebruik zijnde toe­stellen. Indien een toestel naar het buitenland wordt gebracht dient de gebruiker na te gaan of het toestel voldoet aan de technische voorwaarden ( o.a. spanning, frequentie, installatie­voorschriften, gassoort, klimaatomstandigheden) in het betreffende land. Voor in het buiten­land aangeschafte toestellen dient de gebruiker zich zelf te vergewissen van de bepalingen in België. Noodzakelijke of gewenste aanpassingen vallen niet onder de waarborg, en kunnen niet altijd worden aangebracht.
Ook na afloop van de waarborgtermijn staat onze klantendienst u ter beschikking.
Adres Klantendienst:
België
Tel: Fax:
Electrolux Home Products Belgium Consumer services 02/363.04.44 02/363.04.00 ELECTROLUX SERVICE 02/363.04.60 Bergensesteenweg 719 1502 Lembeek E-mail: consumer.services@electrolux.be
Luxemburg
ELECTROLUX HOME PRODUCTS Consumer services 00 35242431-1 0035242 431-360 Rue de Bitbourg. 7 L-1273 Luxembourg-Hamm E-mail: consumer-service.luxembourg@electrolux.lu
24
Europese Garantie
Dit apparaat wordt door Electrolux in elk van de achter in deze handleiding genoemde lan­den gedurende de in het bij het apparaat behorende garantiebewijs genoemdeb periode of anderszins bij de wet gegarandeerd. Als u van een van deze landen verhuist naar een ander van de hieronder genoemde landen, verhuist de garantie op het apparaat met u mee. De volgende beperkingen zijn hierop van toepassing:
• De garantie op het apparaat begint op de datum van eerste aankoop van het apparaat.
Deze datum dient te worden aangetoond door overlegging van een geldig, door de ver-
koper van het apparaat afgegeven ankoopbewijs.
• De garantie op het apparaat geldt voor dezelfde periode en in dezelfde mate voor arbeids-
loon en onderdelen als van toepassing in uw nieuwe land van vestiging op dit specifieke
model of deze specifieke serie apparaten.
• De garantie op het apparaat is persoonlijk, geldt dus voor de oorspronkelijke koper van het
apparaat en kan niet worden overgedragen op een andere gebruiker.
• Het apparaat wordt geïnstalleerd en gebruikt in overeenstemming met de door Electrolux
afgegeven instructies en wordt alleen in huis gebruikt, dat wil zeggen, het apparaat wordt
niet gebruikt voor commerciële doeleinden.
• Het apparaat wordt geïnstalleerd in overeenstemming met alle relevante voorschriften die
in uw nieuwe land van vestiging van kracht zijn.
De voorwaarden van deze Europese garantie tasten geen van de aan u bij de wet verleende
rechten aan.
25
Loading...