Einbau-Kochfeld
Inbouwkookplaat
Zones de cuisson encastrée
Piano di cottura da incasso
Montage- und Gebrauchsanweisung
Montage- en gebruikshandleiding
Instructions de montage et mode d’emploi
Istruzioni di montaggio e per l’uso
Page 2
Geachte klant,
lees deze gebruiksaanwijzing a.u.b. zorgvuldig door.
Lees in ieder geval hoofdstuk “Veiligheid” op de eerste pagina’s. Bewaar
deze gebruikersinformatie om later te kunnen naslaan. Geef deze aan
eventuele volgende eigenaren van het apparaat door.
Met de gevarendriehoek en/of door signaalwoorden (Waarschuwing!,
1
Voorzichtig!, Attentie!) worden aanwijzingen geaccentueerd die voor
Uw veiligheid of het functioneren van het apparaat belangrijk zijn.
Deze absoluut in acht nemen.
0 1. Dit teken begeleidt u stap voor stap bij de bediening van het toestel.
2. ...
3. ...
Bij dit symbool vindt u aanvullende informatie m.b.t. bediening en
3
praktisch gebruik van het toestel.
Tips en aanwijzingen m.b.t. de rendabele en milieuvriendelijke toepas-
2
sing van het toestel zijn met een klaverblad gekenmerkt.
Voor eventuele storingen bevat deze gebruikersinformatie aanwijzin-
gen voor het zelfstandig opheffen, zie hoofdstuk “Wat te doen als ...”.
Bij technische problemen staat onze TECHNISCHE DIENST bij u in de
buurt u te allen tijde ter beschikking (adressen en telefoonnummers
vindt u in hoofdstuk “Servicepunten”).
Lees daartoe ook hoofdstuk “Service”.
36
Gedrukt op milieuvriendelijk geproduceerd papier.
Wie milieubewust denkt, handelt ook zo ...
Montage en aansluiting van het nieuwe toestel mogen alleen door een
erkend installateur uitgevoerd worden.
Let op deze aanwijzing omdat anders bij schaden het recht op garantie
vervalt.
De veiligheid van AEG electrische apparaten voldoet aan de erkende
regelen der techniek en aan de Duits wet op de veiligheid van apparaten. Daarnaast zien wij ons als fabrikant verplicht U met de volgende
veiligheidsaanwijzingen vertrouwd te maken.
Algemene veiligheid
• Wees voorzicht bij het aansluiten van electrische apparaten op stopcontacten in de buurt van het toestel. Aansluitingsleidingen mogen
niet tegen hete kookplekken aankomen.
• Om veiligheidsredenen is het verboden het toestel met een
dampstraal- of hogedrukreiniger schoon te maken.
• Oververhitte vetten en oliën ontbranden snel. Als gerechten in vet of
olie (bijv. patat frites) worden bereid blijf dan in de buurt.
• Reparaties aan het toestel mogen alleen door geschoold personeel
uitgevoerd worden. Door ondeskundige reparaties kunnen aanzienlijke gevaren ontstaan. Wendt U zich bij reparaties tot onze klantendienst of tot Uw vakhandel.
• Bij storingen aan het toestel: zekeringen er uitdraaien c.q. uitschakelen.
• Als U kookt of braadt, worden de kookzones heet. Houdt daarom kinderen in principe op afstand.
• De roodgloeiende verwarmingselementen van de kookzones kunnen
naargelang gezichtshoek boven de gemarkeerde rand van de betreffende kookzone uitschijnen.
• Als zich breuken, barsten of scheuren voordoen:
– Zet de schakelaar van de kookzones op 0
– Schakel de stroom voor de kookplaat uit (zekering).
– Breng direct de klantendienst op de hoogte.
• Schakel na elk gebruik de kookzone uit.
• Snelkookpan niet bij automatische werking gebruiken! Lees de
gebruiksaanwijzing van de snelkookpan.
• Als een stroomuitval langer duurt dan 1 seconde, worden alle instellingen en aanwijzingen gewist. Daarbij moet men voorzichtig zijn,
want opgewarmde kookzones worden niet meer door de restwarmteïndicatie gesignaleerd.
39
Page 6
Aanwijzingen m.b.t. de veiligheid
• Als een hete pan op een koude kookzone wordt gezet en de kookzone
wordt daardoor verwarmd, geeft de restwarmteïndicatie dit niet aan.
Gebruik volgens de voorschriften
• Dit toestel mag niet voor andere doeleinden gebruikt worden dan
waarvoor het bedoeld is, maar slechts voor het koken, braden en bakken van gerechten.
• Gebruik het toestel alleen voor het bereiden van spijzen.
• Gebruik de kookplaat niet voor het verwarmen van de ruimte.
Zo worden schaden aan het toestel voorkomen
• Om beschadigingen aan de keramische oppervlakte te voorkomen
mag de kookplaat niet gebruikt worden om dingen op neer te zetten.
• De keramische kookplaat is zeer sterk maar niet onbreekbaar. Bijzonder spitse en harde voorwerpen die op het kookoppervlak vallen kunnen het beschadigen.
• Gebruik uitsluitende pannen geschikt voor electrisch koken met een
egale, gladde, in geen geval ruwe bodem (bijv. geen pannen van gietijzer of met een beschadigde bodem), omdat deze als ze verschoven
worden krassen op de kookplaat kunnen maken.
• Zet geen hete pannen op de rand van de kookplaat en dek de kookplaat niet af met ovenbeschermfolie.
• Het toestel na elk gebruik schoonmaken. Vuile plekken kunnen zo het
gemakkelijkst verwijderd worden en branden niet vast.
• Ga niet op de kookplaat zitten.
• Leg geen aluminiumfolie of plastic voorwerpen op de hete kookzone.
• Bereid geen gerechten in aluminiumfolie of kunststof bakjes op het
hete kookveld.
• Verhit geen gesloten conservenblikken.
• Als speciale pannen gebruikt worden (bijv. stoofpan, Wok etc.), lees
dan de aanwijzingen van de fabrikant.
• Geen azijn, citroen of kalkoplossende middelen op het pannenraam
aanbrengen omdat anders matte plekken ontstaan.
40
Page 7
2 Afvalverwerking
Verpakkingsmateriaal weggooien
Alle gebruikte materialen kunnen geheek gerecycleerd worden en kunnen allemaal opnieuw gebruikt worden!
De kunststoffen hebben de volgende aanduidingen:
• >PE< voor poly-ethyleen, bijv. bij de buitenste hoes en de zakken in
het interieur.
• >PS< voor hard-schuim polystyreen, bijv. bij de bekledingsonderdelen, in principe FCKW-vrij.
De kartonnen onderdelen worden voor 80% van oud papier gemaakt.
Oude machine
Om milieuredenen dienen alle oude apparaten op de juiste manier weggegooid te worden. Dat geldt voor Uw huidige toestel en, als het t.z.t.
niet meer gebruikt wordt, ook voor Uw nieuwe toestel.
Waarschuwing Oude apparaten voor het weggooien onbruikbaar
1
maken. Stekker er af trekken, electriciteitssnoer doorknippen.
Aanwijzingen voor het weggooien
2
• Het toestel mag niet bij het huisvuil gezet worden.
• Informatie over afhaaltijden of verzamelplaatsen krijgt u bij de
gemeentelijke reinigingsdienst of op het gemeentehuis.
• U kunt het toestel ook naar uw AEG-vakhandel brengen, die het
tegen een geringe bijdrage in de kosten voor u weggooit.
Afvalverwerking
41
Page 8
De belangrijkste kenmerken van uw toestel
De belangrijkste kenmerken van uw toestel
• Keramisch kookvlak: Het toestel beschikt over een VITRAMIC®-kookveld met keramisch kookvlakken en 4 snel opwarmende kookzones.
Hierbij wordt door zeer krachtige stralings-verwarmingslichamen de
opwarmduur van het verwarmingselement wezenlijk verkort.
• Sensortoetsen: De bediening van het toestel geschiedt via
TOUCH-CONTROL-sensortoetsen.
• Reiniging: De keramische kookvlakken en de sensortoetsen zijn heel
gemakkelijk te reinigen. Op het gladde oppervlak blijft nauwelijks iets
plakken, zodat meestal een vochtige doek voldoende is om het
schoon te maken. (zie hoofdstuk: “Reinigen en Onderhoud”)
• Hoofdtoets: Het toestel heeft met de toets “Aan/Uit” een aparte
hoofdtoets waarmee de energietoevoer naar het toestel door het
aantippen van een toets volledig uitgeschakeld kan worden.
• Aanwijzingen: De digitale aanwijzingen c.q. controlelampjes geven
informatie over de ingestelde kookstanden, geactiveerde functies en
over eventueel aanwezige restwarmte van de betreffende kookzone.
• Vergrendelingstoets: Het toestel heeft bovendien een Vergrende-
lingstoets. Met deze toets kan het bedieningsveld geheel vergrendeld
worden. Een ongewilde wijziging in de instellingen wordt hiermee
voorkomen.
• Automatische functies: Uw toestel heeft een elektronisch geregelde
automatische aankookregeling voor alle vier de kookzones. De ingebouwde automatische functies schakelen zelfstandig van de hoge
aankookstand naar de gekozen lagere doorkookstand om.
• Beveiligingsuitschakeling: Een beveiligingsuitschakeling zorg er voor
dat alle kookzones na enige tijd automatisch uitgeschakeld worden
als er geen wijzigingen in de instellingen aangebracht worden.
• Warmhoudstand: ! is de kookstand waarmee gerechten warm
gehouden kunnen worden.
• Restwarmteaanwijzing: Een h voor restwarmte gaat op het display
branden als de kookzone nog een temperatuur heeft waarbij gevaar
op verbrandingen bestaat.
42
Page 9
De belangrijkste kenmerken van uw toestel
• Multifunctionele kookzone: Het VITRAMIC®-kookveld heeft een
multifunctionele kookzone/braadpanzone. Naargelang instelling kan
deze als ronde of als ovale kookzone gebruikt worden, bijv. voor
braadpannen of voor het warm houden van pannen en gerechten.
• Triokringkookzone: Bovendien beschikt het kookveld over een trio-
kringkookzone. Daarmee heeft uw toestel een kookzone met variabele grootte, bijv. voor kleinere melkpannen. Daardoor kan energie
bespaard worden.
• Timer: Met de geïntegreerde timer kunnen alle vier de kookplekken
automatisch uitgeschakeld worden. Als het einde van de kookduur is
bereikt, wordt de kookzone uitgeschakeld.
43
Page 10
Toestelopbouw 65300 K
Toestelopbouw 65300 K
44
ookzone
K
Maten kookzones:
links achter: 145 mm
rechst achter: 170/265 mm
linksvoor: 120/170/210 mm
rechts voor: 145 mm
k
euze
“
me
Tri
t cont
ri
k
o
ng
ol
r
zone
lamp
e
/Br
o
K
e
j
”
“-”
ne
o
nz
pa
“+
d
e
aa
uz
e
k
met aanwij
”
nd
sta
mer
k
i
o
“T
“Aa
en
”
/Uit” en v
n
eld
sv
rgrendeling
e
Page 11
Bedieningspaneel 65300 K
Toestelopbouw 65300 K
e
Ko
k
o
ntr
o
C
and/Restwar
p
st
lelam
o
te
m
on
z
ng
i
je triokr
Keuz
Controlelampje braadpan
n
ookzo
k
e
stan
k
o
o
K
Inschakeling triokringbraadpanzone
Hoofdtoets “Aan/uit”
s
e
one
z
/Restwarmte
d
n
Ko
-”
en “
”
+
e “
uz
co
andke
st
k
o
met
r”
e
me
Ti
nd
“
Vegre
nt
ing
l
s
e
mpj
mpje
la
a
e
el
l
ol
r
ro
nt
o
t c
me
oofdtoet
H
Uit
n/
“Aa
s
Om het gehele toestel in te schakelen. Het toestel wordt
– ingeschakeld als de toets gedurende één seconde aangeraakt wordt,
– uitgeschakeld als de toets nog een keer gedurende één seconde aan-
geraakt wordt.
Bij ingeschakeld toestel branden de aanwijzingen “Kookstand/Rest-
warmte”.
Keuze kookzones
Toetsen voor het kiezen van de kookzone waarvan de instelling veranderd moet worden. Bij de zojuist geselecteerde kookzone brandt de
decimaalpunt in het daarbij behorende veld.
Aanwijzing “Kookstand/Restwarmte”
”
De vier displays voor de vier kookzones geven aan:
– j, na het inschakelen en bij automatisch uitschakelen via de beveili-
gingsfunctie,
– ! tot ), naar gelang gekozen kookstand,
– a, als de aankookfunctie in gebruik is,
– h, bij restwarmte,
– f, bij storingen.
45
Page 12
Toestelopbouw 65300 K
Keuze kookstand + en -
Voor het instellen c.q. verstellen van de kookstand (! tot )) voor de
geselecteerde kookzone, c.q. in de schakelklok-bedrijfsmodus voor het
instellen c.q. verstellen van de gewenste kookduur.
– Met de toets + wordt de kookstand verhoogd c.q. de kookduur ver-
lengd en daarmee de automatische aankookregeling geactiveerd.
– Met de toets - wordt de kookstand verlaagd c.q. de kookduur ver-
kort.
Toets en controlelampje “Vergrendeling” o
Voor het vergrendelen van het bedieningsveld tegen per ongeluk verstellen van de instellingen de toets ca. twee seconden aanraken. Door
hem nog eens gedurende twee seconden aan te raken wordt de vergrendeling weer opgeheven.
De vergrendeling kan ook als kinderbeveiliging gebruikt worden.
Het controlelampje brandt als het bedieningsveld vergrendeld is.
Voor het in- resp. uitschakelen van de buitenste of middelste kookzone
bij de triokringkookzone resp. de braadpanzone.
Voor het uitschakelen dient de betreffende kookzone met de kookzonekeuzetoetsen geselecteerd te zijn.
De controlelampjes branden bij ingeschakelde buitenste of middelste
kookzone van de triokringkookzone resp. bij ingeschakelde braadpanzone.
k
46
Page 13
Toestelopbouw 65300 K
Toets en aanwijsveld “Timer” w
Voor het activeren van de schakelfunctie voor de geselecteerde kookzone.
Het displayveld geeft de ingestelde c.q. nog resterende gaarduur van de
geselecteerde kookzone aan.
De timer kan ook als “eierwekker” gebruikt worden. Stel de gewenste
kooktijd in. De timer telt de resterende tijd terug naar nul. Deze functie
is niet aan een bepaalde kookzone toebedeeld en programmering is in
deze stand niet mogelijk.
Aanwijzingen “Timer actief”: De vier controlelampjes “Timer actief”
geven aan bij welke kookzones de schakelklokfunctie geactiveerd is. Elk
van de vier kookzones heeft een eigen controlelampje.
Het is niet mogelijk de schakelklokfuncties “Timer” en “Eierwekker”
tegelijkertijd gebruiken.
47
Page 14
Veiligheidsuitschakeling van de kookzones
1 Veiligheidsuitschakeling van de
kookzones
Als één van de kookplekken na een bepaalde tijd niet uitgeschakeld
wordt of de kookstand niet veranderd wordt, wordt de betreffende
kookzone automatisch uitgeschakeld.
Op de kookplekaanwijzing van alle ingeschakelde kookplaatsen verschijnt j, resp. h.
De kookplekken worden uitgeschakeld bij:
• Kookstand 1 – 2 na 6 uur
• Kookstand 3 – 4 na 5 uur
• Kookstand 5 na 4 uur
• Kookstand 6 – 9 na 1,5 uur
Beveiligingsuitschakeling opheffen
0Om de beveiligingsschakeling van alle ingeschakelde kookzones op te
heffen het toestel met de hoofdtoets uitschakelen en daarna weer
inschakelen. Daarna zijn de kookzones weer bedrijfsklaar.
Op de kookplekaanwijzing verschijnt h als er nog restwarmte aanwe-
3
zig is.
48
Page 15
Voor het eerste gebruik
Voor het eerste gebruik
Eerste keer reinigen
De keramische kookplaat alleen met een vochtige doek afnemen.
Attentie! Gebruik geen scherpe, schurende schoonmaakmiddelen! De
1
oppervlakte kan beschadigd worden.
Bediening van de kookplaat
TOUCH-CONTROL-sensortoetsen
Voor bediening van de TOUCH-CONTROL-sensortoetsen legt u uw vinger van boven vlak op de gewenste toets tot het betreffende controlelampje gaat branden of uitgaat, resp. de gewenste functie uitgevoerd
wordt.
Laat voor een sneller instellen Uw vinger zo lang op de toets tot de
gewenste waarde bereikt is.
Alle ingebrachte gegevens worden door een akoestisch signaal bevestigd.
Toestel inschakelen
0 Toestel met de hoofdtoets “In/Uit” inschakelen.
De aanwijsvelden “Kookstand/Restwarmte” geven j aan.
Nadat de hoofdtoets “In/Uit” voor het inschakelen van uw toestel
3
gebruikt is, moet binnen ca. 10 seconden één van de kookzones met de
kookzonekeuzetoetsen geselecteerd worden. Het toestel wordt anders
uit veiligheidsgronden weer uitgeschakeld.
Toestel uitschakelen
0 Gebruik voor het uitschakelen van het toestel de hoofdtoets “In/Uit”.
Na het uitzetten van één enkele kookzone of de gehele kookplaat
3
wordt de aanwezige restwarmte met h (”heet”) aangegeven op het
display ”Kookstand/Restwarmte” van de betreffende kookzone.
Als alle kookzones uitgeschakeld zijn, wordt het toestel na enige tijd
automatisch uitgeschakeld.
49
Page 16
Bediening van de kookplaat
Koken met automatische aankookfunctie
R
Kookstand/
Controlelampje
estw
a
t
rmte
r
iokrin
C
s
ne
o
zone
g
ontrol
z
k
o
o
k
uze
Ke
lampje braadpanzone
e
d/Re
n
ta
s
Kook
Inschakeling triokringbraadpanzone
mte
r
wa
st
ndkeuze “+” en
a
Kookst
-”
“
co
t
me
”
mer
del
Ti
n
“
Vegre
es
j
p
am
l
am
l
le
le
o
o
r
t
ntr
n
co
t
me
ng
i
Ho
Alle vier de kookplekken van de kookplaat hebben negen standen en
zijn voorzien van een automatische aankookregeling:
Als de gewenste, normale kookstand met de +-toets wordt gekozen,
werkt de kookzone nog een bepaalde tijd op volle kracht door (a =
automatische aankookregeling) en schakelt automatisch op de ingestelde normale kook-/braadstand terug).
De duur van de automatische aankookstoot hangt af van de gekozen
normale doorkookstand!
01.Met de kookzonekeuzetoetsen de gewenste kookzone kiezen.
De decimaalpunt in op betreffende display gaat branden.
2. Toets + indrukken tot de gewenste gaarstand ! tot (.
De ingestelde doorkookstand wordt dan aangegeven. Na 5 seconden
verschijnt in plaats van de doorkookstand weer de a op het display.
Na afloop van de kooktijd wordt weer de doorkookstand aangegeven.
e
j
p
fdtoets “
o
an/Uit”
A
50
Als tijdens de automatische functie een hogere stand wordt gekozen,
3
bijv. van § naar %, wordt rekening gehouden met de huidige aankooktijd. Als een lagere stand wordt gekozen, wordt de automatische
functie direct beëindigd. Ook als opnieuw gekookt gaat worden op een
nog warme kookzone gebruikt de automatische aankookregeling de
restwarmte. Dat spaart tijd en energie.
Page 17
Bediening van de kookplaat
Kookzone uitschakelen
0 1.Met de kookzonekeuzetoetsen de gewenste kookzone kiezen.
2. Voor het uitschakelen de toetsen + en - tegelijkertijd indrukken.
Als u een kookzone, waarop reeds hete gerechten staan, opnieuw wilt
3
inschakelen, dient u de gewenste kookstand altijd met de j-toets aan
te geven. Daardoor voorkomt u dat de gerechten overkoken door de
automatischen aankookstoot.
Koken zonder de automatische aankookfunctie
Als u de kookzone zoals gebruikelijk zonder automatische aankookfunctie wilt gebruiken, kiest u de gewenste kookstand met de -- toets.
Kies voor aankoken/aanbraden een hoge energiegraad. Zodra zich damp
vormt c.q. als het vet heet is naar de vereiste, normale doorkookstand
terugschakelen.
01.Toestel inschakelen en met de kookzonekeuzetoetsen de gewenste
kookzone kiezen.
De decimaalpunt in op betreffende display gaat branden.
2. Druk op toets - om de gewenste kookstand ! tot ) in te stellen.
Het aanwijsveld “kookstand/restwarmte” van de betreffende kookzone
geeft de op dat moment ingestelde stand aan.
3. Met de toetsen + en - kan de stand te allen tijde versteld worden
zolang de kookzone geselecteerd is.
Kookzone uitschakelen
0 1.Met de kookzonekeuzetoetsen de gewenste kookzone kiezen.
2. Voor het uitschakelen de toetsen + en - tegelijkertijd indrukken.
51
Page 18
Bediening van de kookplaat
Bedieningsveld vergrendelen/ontgrendelen
Op elk willekeurig tijdstip tijdens het koken kan het bedieningsveld met
uitzondering van de toets “Aan/Uit” vergrendeld worden om het verzet-
ten van de instellingen, bijv. door er met een doek over heen te vegen,
te voorkomen. Deze functie is ook geschikt als kinderbeveiliging.
01.Toets o zo lang indrukken tot het controlelampje gaat branden.
2. Om de vergrendeling weer op te heffen de vergrendelingstoets opnieuw
zo lang aanraken tot het controlelampje uitgaat.
Kinderbeveiliging! Als bij een ingeschakelde vergrendelingstoets de
kookplaat door de hoofdschakelaar geheel uitgeschakeld is, dan is bij
het opnieuw inschakelen de vergrendelingstoets actief, dat wil zeggen,
eerst dient de vergrendelingstoets ingedrukt te worden zodat de kookplekken weer ingeschakeld kunnen worden.
52
Page 19
Extra functies 65300 K
Bediening van de kookplaat
e
ne
o
mt
r
gz
n
wa
i
est
iokr
R
tr
nd/
e
j
Keuz
p
sta
k
am
o
l
o
le
K
o
ntr
o
C
Controlelampje braadpan
s
e
n
one
z
ookzo
k
e
/Restwarmte
d
stan
k
o
o
K
Inschakeling triokringbraadpanzone
Ko
andke
st
k
o
-”
en “
”
+
e “
uz
co
met
r”
e
me
Ti
nd
“
Vegre
nt
ing
l
s
e
mpj
mpje
la
a
e
el
l
ol
r
ro
nt
o
t c
me
oofdtoet
H
Uit
n/
“Aa
s
Triokringzone in- en uitschakelen
Als een grotere kookzone nodig is, kan de middelste of buitenste verwarmingskring van de triokringkookzone ingeschakeld worden.
01.Triokringkookzone met de betreffende kookzonekeuzetoets selecteren
en de gewenste kookstand instellen (! bis )).
2. Toets “Triokringzone/Braadpanzone” indrukken. k
De middelste verwarmingskring wordt ook ingeschakeld. Het controlelampje onder symbool II gaat branden.
Door opnieuw op de toets te drukken wordt de buitenste verwarmingskring ingeschakeld. Controlelampje onder symbool III gaat branden.
3. Voor het uitschakelen van de buitenste verwarmingskring op toets
“Triokringzone/Braadpanzone” drukken, de buitenste verwarmingskring wordt uitgeschakeld. Door opnieuw op de toets te drukken wordt
de middelste verwarmingskring uitgeschakeld.
”
Braadpanzone in- en uitschakelen
Als de braadpanzone nodig is, dan kan deze zoals hiervoor beschreven
bij- c.q. uitgeschakeld worden.
53
Page 20
Bediening van de kookplaat
Gaarduur instellen/veranderen
01.Met de kookzonekeuzetoetsen de gewenste kookzone uitkiezen en de
gewenste kookstand instellen.
2. Druk op de toets “Timer” om de schakelklokfunctie voor deze kookzone
te activeren.
3. Met de toetsen + of - de gewenste tijdsduur tot het automatisch
uitschakelen instellen of veranderen (bijv. 20 minuten).
Na een paar seconden begint de schakelklok te lopen en geeft de resterende tijd aan.
Daarnaast brandt het lampje “Timer actief” van de betreffende kookzone, het controlelampje linksboven komt bijv. overeen met de kookzone linksachter.
Na afloop van de ingestelde kookduur wordt de kookzone automatisch
uitgeschakeld en klinkt een akoestisch signaal.
4. Toets TIMER aanraken om het signaal en het controlelampje uit te zetten.
Om sneller in te stellen de vinger zo lang op de toets + of - houden
3
tot de gewenste waarde is bereikt.
Als eerst de toets - ingedrukt wordt, begint de tijdsinstelling bij
99 minuten, als eerst de toets + ingedrukt wordt, begint de tijdsinstelling bij 1 minuut.
Schakelklok als kookwekker (eierwekker) gebruiken
0 1.Druk op de toets “Timer” om de schakelklokfunctie te activeren.
2. Met de toetsen + of - de gewenste tijdsduur instellen
(bijv. 20 minuten).
Na een paar seconden begint de schakelklok te lopen en geeft de resterende tijd aan.
Na afloop van de ingestelde tijdsduur klinkt een akoestisch signaal.
3. Toets TIMER aanraken om het signaal uit te schakelen.
Resterende gaarduur aangeven
0 Met de kookzonekeuzetoetsen de gewenste kookzone kiezen.
Als de geselecteerde kookzone zich in de schakelklokmodus bevindt,
verschijnt op het display “kookduur” de nog resterende kooktijd.
54
Page 21
Bediening van de kookplaat
Schakelklokfunctie voortijdig beëindigen
s
ze
u
mpj
la
e
nschakelin
I
e
on
z
k
o
o
d
k
a
bra
nd
e
a
okst
Ko
ne
mte
o
r
wa
ingz
r
st
k
io
/Re
r
t
nd
e
Co
Ke
l
ro
nt
sta
mpj
k
o
la
o
K
role
t
Con
zo
n
pa
stw
/Re
okringbra
i
tr
g
e
n
a
rmt
Kookst
e
on
z
an
p
d
a
ndkeuze “+” en
a
e
-”
“
et cont
m
”
mer
i
T
nd
“
e
r
g
e
V
li
e
olelamp
r
met
ng
es
j
mpje
a
el
l
tro
n
co
Ho
Er zijn twee mogelijkheden om de schakelklok voortijdig uit te zetten:
Kookzone en Timer tegelijkertijd uitzetten
01.Met de kookzonekeuzetoetsen de gewenste kookzone kiezen.
Indien de geselecteerde kookzone zich in de schakelklokmodus (TIMER
controlelampje brandt) bevindt, verschijnt op het display van de timer
de nog resterende gaarduur.
2. Toets + en - tegelijkertijd aanraken: kookzone en timer worden uit-
geschakeld.
Timer uitschakelen – kookzone blijft actief
0 1.Met de kookzonekeuzetoetsen de gewenste kookzone kiezen.
2. Toets “Timer” opnieuw aanraken.
3. Toets + en - tegelijkertijd aanraken:
– alleen timer wordt uitgeschakeld.
– Kookzone blijft in werking.
fdtoets “
o
an/Uit”
A
55
Page 22
Tabellen en Tips
Tabellen en Tips
Pannen
Hoe beter de pan, des te beter het kookresultaat.
• Goede pannen herkent U aan de bodem en niet aan het materiaal
waarvan de pan gemaakt is.
• De bodem dient zo dik en glad mogelijk te zijn. Ruwe bodems (bijv. bij
pannen van gietijzer) krassen bij het verschuiven de kookvlakken.
• Gebruik hoge pannen voor gerechten met veel vocht zodat niets
kan overkoken.
• Let er op dat de pan in het midden van de kookzone staat en het ver-
warmde/gemarkeerde vlak bedekt.
Attentie! Voorkom dat pannen van email droogkoken.
1
De bodem kan daarbij kapot gaan en bij het verschuiven krassen in het
kookvlak maken. Pannen met randen en bramen werken ook schurend.
Tips voor energiebesparing
Waardevolle energie wordt bespaard als op de volgende punten gelet
2
wordt:
• Werk indien mogelijk met de automatische aankook-/braadregeling
van de kookzones (zie “Tabel koken en braden”).
• Let op de speciale aanwijzingen betreffende potten en pannen.
Bodem van pan en kookzone dienen even groot te zijn.
• Vuile kookzones en pannenbodems beschadigen de keramische kook-
plaat en verhogen het stroomgebruik.
• Schakel de kookzone tijdig voor het kookeinde uit om de restwarmte
te benutten.
• Bij gebruik van een snelkookpan wordt de gaartijd met 50% verkort.
Daardoor wordt niet alleen energie bespaard maar blijven ook meer
vitamines en mineralen bewaard.
56
Page 23
U verspilt energie, want....
Tabellen en Tips
Pan te kleinDeksel van pan
niet gesloten
Bodem van pan
niet egaal
Pan te groot
(keramische
Tips voor het koken met en zonder automatische
aankookregeling
De automatische aankookfunctie is geschikt voor:
• Gerechten die koud opgezet worden, met hoog ‘vuur’ verwarmd wor-
den en op de doorkookstand waarvan niet voortdurend gelet behoeft
te worden,
• gerechten die in de hete pan gedaan worden.
De automatische aankookfunctie is niet geschikt voor:
• goulash, rollade en gelijksoortige suddergerechten die tot het berei-
ken van de juiste bruining onder voortdurend draaien aangebraden,
bedropen en gaargestoofd moeten worden.
• knoedels, vermicelligerechten met veel vocht,
• het koken met snelkookpannen,
• zeer grote hoeveelheden soep/eenpansmaaltijden met meer dan
2liter aan vocht.
Algemene aanwijzingen:
plaat)
• Bij het koken zonder automatische aankookregeling wordt aanbevo-
3
len de spijzen voor het aankoken/aanbraden op een hoge stand in te
stellen (met de --toets) en aansluitende op de betreffende doorkookstand gaar te laten worden.
• De doorkookstand ! kan voor het warm houden van gerechten
gebruikt worden.
• Let op de eerste kookhandelingen! Daarbij kan vastgesteld worden
welke kookstand voor ”Uw gerechten” in de door ”U normaal bereide
hoeveelheid” met ”Uw pannen” optimaal is. U zult dan al snel de
voordelen van de automatische functies op prijs weten te stellen en
krijgen een zeker gevoel over Uw nieuwe kookplaat.
57
Page 24
Tabellen en Tips
De gegevens in de volgende tabel zijn richtmaten. Welke instelling voor
het koken wanneer noodzakelijk is, hangt af van de kwaliteit van de
pannen en van de soort levensmiddelen.
Tabel: Koken en braden
Tijd auto-
Schakelst
and
matische
aankookregeling
(min.)
Kookproces Voorbeelden voor het gebruik
1
Aankoken
9
8 4,5
7 3,5
6 2,5 Braden
5 8,5
4 6,5
3 4,8
2 3,0
1 1,0
1) bij koken zonder automatische werking kan de aankooktijd individueel gekozen
worden.
Aanbraden
Frituren
Goed braden
Koken
Stoven
Stomen
Weken
Warm houden
Smelten
Aankoken van grotere hoeveelheden
vocht, macaroni koken,
aanbraden van vlees,
(goulash aanbraden, gestoofd vlees)
Koken tot 1,5 1 Vloeistoffen,
Aardappelen, Groenten
Stoven en stomen van kleinere hoeveelheden groenten,
weken van rijst en
melkgerechten
Warm houden van gerechten,
boter smelten,
gelatine oplossen,
schocolade smelten
58
Page 25
Reiniging en Onderhoud
Reiniging en Onderhoud
Keramische kookplaat
Het is belangrijk de kookplaat na elk gebruik schoon te maken!
Attentie! Gebruik nooit agressieve schoonmaakmiddelen zoals bijv.
1
grove schuurmiddelen c.q. krassende pannenreinigers.
01.Maak de kookplaat altijd dan schoon als hij licht vuil is. Gebruik daar-
voor een vochtige doek en een beetje handafwasmiddel.
Wrijf de kookplaat daarna met een schone doek droog. Er mogen geen
restanten van het schoonmaakmiddel op de oppervlakte achterblijven.
2. Maak het gehele kookveld eenmaal per week grondig schoon. Gebruik
daarvoor “Sidol-Edelstaalglans”, “Stahl-Fix”, “WK-Top” of “Cillit”.
3. Dan de gehele kookplaat met ruim schoon water schoonmaken en met
een schone doek droogmaken.
Let er op dat er geen restanten (schoonmaakmiddelen) op de oppervlakte achterblijven! De kookplaat kan anders beschadigd worden!
Gebruik alleen de aanbevolen schoonmaakmiddelen.
59
Page 26
Reiniging en Onderhoud
Speciaal vuil
Overgekookte gerechten
Week deze eerst met een natte doek en
verwijder daarna de vuilresten met een
glas- of scheermeskrabber.
Voorzichtig! Gevaar voor verwondingen!
1
Daarna de kookplaat schoonmaken met
de opgegeven schoonmaakmiddelen.
Suiker
Let op! Ingebrande suiker, gesmolten
1
kunststof moet direct met een glaskrabber verwijderd worden – als het nog warm is (niet verwarmen) -, anders kun-
nen schaden ontstaan.
Daarna de kookplaat nog een keer normaal schoonmaken.
Schaden door suiker of suikerhoudende
gerechten kunt u voorkomen door het
kookvlak met “Collo-Profi” of “Cerafix” te
onderhouden.
60
Page 27
Vlekken
Kalkvlekken, paarlemoerachtig glanzende
vlekken, metaalachtig schitterende verkleuringen, afgeven van pannen, die zich
tijdens het koken gevormd hebben kunnen het best weggehaald worden als de
kookzones nog warm zijn.
Gebruik daartoe de hiervoor genoemde
schoonmaak- en onderhoudsmiddelen.
Eventueel het schoonmaken nog eens
herhalen.
Zuren
Let op! Niet met azijn, citroen of kalko-
1
plossende middelen aan de kookplaat
komen, omdat dan matte plekken kunnen ontstaan.
Zandkorrels die op de kookplaat gevallen
zijn kunnen bij het verschuiven van de
pannen krassen veroorzaken. Let er
daarom op dat geen zandkorrels op de
kookplaat komen.
Reiniging en Onderhoud
Afgeschilferde decoratie
Let op! Door het gebruik van agressieve
1
reinigingsmiddelen en door schurende
pannenbodems schilfert het decor in de
loop der tijd af en ontstaan er donkere
vlekken.
Geschikte reinigings- en onderhoudsmiddelen alsmede glaskrabbers zijn
3
verkrijgbaar bij de AEG Klantendienst.
61
Page 28
Wat te doen als ...
Wat te doen als ...
Hulp bij storingen
Het kan bij een storing om kleine defecten gaan die zelf aan de hand
van de volgende aanwijzingen opgelost kunnen worden. Voer zelf geen
verdere werkzaamheden uit als de volgende informatie in concrete
gevallen niet verder helpen.
Waarschuwing! Reparaties aan het toestel mogen alleen door
1
geschoold personeel uitgevoerd worden. Door ondeskundige reparaties
kunnen aanzienlijke gevaren ontstaan voor de gebruiker. Wendt U bij
reparaties tot Uw vakhandel of de klantendienst.
Wat te doen als ...
.... de kookzones niet functioneren?
0 Controleer of
– de zekering in de huisinstallatie (zekeringkast) intact is. Als de
zekeringen vaker kapotgaan, raadpleeg dan een electroinstallateur.
– het toestel juist is aangesloten,
– controlelampjes op het bedieningspaneel branden,
– de betreffende kookzone is ingeschakeld,
– de kookzones op de gewenste doorkookstand zijn ingesteld
(zie hoofdstuk “Koken”),
– de veiligheidsuitschakeling van de kookzones geactiveerd is
(zie hoofdstuk “Veiligheidsfuncties”).
.... de kookzones niet ingeschakeld kunnen worden?
0 Controleer of
– het bedieningspaneel vergrendeld is (zie hoofdstuk “Bedieningspaneel
vergrendelen/ontgrendelen”).
– tussen het gebruik van de Aan-/Uittoets en het inschakelen van de
gewenste kookzone meer dan 10 seconden verlopen zijn
(zie hoofdstuk “Toestel inschakelen”).
– de aanraakschakelaar door een vochtige doek of gedeeltelijk met
vocht bedekt is.
62
Page 29
Wat te doen als ...
.... de kookzones niet heet worden, hoewel de indicaties
functioneren?
0 Controleer of
– per ongeluk de demonstratiemodus geactiveerd is.
Om deze weer uit te schakelen, controleert u of het toestel uitgeschakeld is en de vergrendeling niet in gebruik is.
Ga dan als volgt te werk:
1. Hoofdtoets inschakelen.
2. Binnen 10 seconden de volgende toetsen max. één seconde lang tege-
lijkertijd indrukken:
– vergrendelingstoets o
– kookzonekeuzetoets, linksvoor
– kookzonekeuzetoets, linksachter.
Na het loslaten klinkt ter controle een pieptoon.
3. Toets j indrukken, daarbij klinkt ter controle een pieptoon.
Nu is uw kookplaat weer gebruiksgereed.
.... de aanwijzing tot op j resp. h voor restwarmte plotseling uit-
valt?
0 Controleer of
– per ongeluk de Aan-Uit-toets gebruikt is.
– de aanraakschakelaar door een vochtige doek of gedeeltelijk met
vocht bedekt is.
– de stroom tijdelijk uitgevallen is.
– de veiligheidsuitschakeling geactiveerd is.
.... na het uitschakelen van de kookzones geen j c.q. h voor rest-
warmte op het display verschijnt?
0 Controleer of
– de kookzone slechts even gebruikt is en daarom nog niet heet genoeg
is.
Bel de AEG Klantendienst, als de kookzones heet zijn.
.... een kookzone niet uitgeschakeld kan worden?
0 Controleer of
– de aanraakschakelaar door een vochtige doek of gedeeltelijk met
vocht bedekt is.
– de vergrendeling ingeschakeld is.
63
Page 30
Wat te doen als ...
.... een kookzone niet ingeschakeld kan worden?
0 Controleer of
– de vergrendeling ingeschakeld is.
.... de aanwijzing f brandt?
0 Controleer of
– een te kleine pan op de kookzone staat.
– de kookzone oververhit is.
Als een kookzonekeuzetoets is ingedrukt en een te kleine pan op de
kookzone staat, verschijnt een f (storing) op het display. Deze aanwijzing brandt ook bij oververhitting, storingen in de elektronica of uit
veiligheidsoverwegingen.
Als U voor een van de genoemde aanwijzingen of op grond van defecten de klantendienst nodig heeft, kan het bezoek van de technicus van
de klantendienst ook tijdens de garantietijd niet gratis plaatsvinden.
64
Page 31
Inbouwen en Aansluiten
Inbouwen en Aansluiten
Inbouwen
Attentie: Montage en aansluiting van het nieuwe toestel mogen alleen
1
door een erkende installateur uitgevoerd worden.
Let op deze aanwijzing omdat anders bij schaden het recht op garantie
vervalt.
Bij de het toestel omsluitende meubels dient fineer of kunststofbekleding met hittebestendige lijm (100 °C) verwerkt te zijn. Als de kunststofbekleding of lijm niet voldoende hittebestendig is, kan de bekleding
vervormen of losraken.
Het toestel voldoet betreffende bescherming tegen brandgevaar aan
type Y (EN 60335-2-6). Alleen apparaten van dit type mogen aan één
zijde tegen daarnaast staande hoge kasten of wanden aangebouwd
worden.
De kookplaat dient een vastgemonteerde beschermbodem tegen de
hitte te hebben. De afstand van de bodem tot de onderzijde van de
kookplaat moet minstens 50 mm te bedragen. De rode kanten van de
uitsparing dienen met waterdicht materiaal afgewerkt te worden. De
kookplaat dient zo ingebouwd te worden dat het TOUCH-CONTROL
bedieningsveld naar voren zit (zie afb.).
65
Page 32
Inbouwen en Aansluiten
• Als bescherming tegen vocht moeten alle uitgezaagde delen met een
geschikt afdichtingsmateriaal beschermd worden.
• Bij betegelde werkvlakken moeten de voegen bij het kookgedeelte
geheel met voegenmateriaal gevuld zijn.
• Bij natuurstenen, kunststenen of keramische platen moeten de
springveren met geschikte kunsthars- of tweecomponentenlijm verlijmd worden.
• Afdichting bij het raam controleren op correcte positie en op eventu-
ele gaten. Er mag geen extra siliconen afdichting aangebracht worden, omdat dit het uitbouwen bij service bemoeilijkt.
• Voor demontage moet de kookplaat er van onderen uitgedrukt wor-
den.
66
Page 33
Inbouwen en Aansluiten
min.
25 mm
min.
5 mm
67
Page 34
Inbouwen en Aansluiten
Electrische aansluiting
Montage en aansluiting van het nieuwe toestel mogen alleen door een
erkend installateur uitgevoerd worden.
Let op deze aanwijzing omdat anders bij schaden het recht op garantie
vervalt.
Voor het aansluiten van het toestel mag alleen de aan de omlijsting
aangebrachte leiding gebruikt worden. Andere leidingen kunnen alleen
via de AEG klantendienst aangeschaft te worden.
In de electrische installatie is een inrichting voorzien waarmee dit toestel met een omnipolaire schakelaar met een contactafstand van minstens 3 mm van de stroom kan worden afgesloten. Als geschikte
scheidingsinrichtingen gelden bijv. beveiligingsschakelaar, zekeringen
(schroefzekeringen uit de houder halen), aardlekschakelaar en beveiligingsinrichtingen.
68
Attentie! Electrische aansluiting conform aansluitschema uitvoeren.
1
Page 35
Bepalingen, normen, richtlijnen
Technische gegevens
Buitenmaten
Hoogte x breedte x diepte5,5 cm x 57 cm x 50 cm
Binnenmaten
Hoogte x breedte x diepte4,8 cm x 56 cm x 49 cm
Bepalingen, normen, richtlijnen
Dit toestel voldoet aan de volgende normen:
• EN 60 335-1 en EN 60 335-2-6
betreffende veiligheid van electrische apparaten voor huishoudelijk
gebruik en gelijksoortige doeleinden en
• DIN 44546 / 44547 / 44548
betreffende de gebruikseigenschappen van niet-professionele electri-
sche fornuizen.
• EN 55014-2 / VDE 0875 Deel 14-2
• EN 55014 / VDE 0875 Deel 14/12.93
• EN 61000-3-2 / VDE 0838 Deel 2
• EN 61000-3-3 / VDE 0838 Deel 3
betreffende de fundamentele veiligheidseisen voor electromagnetische
verdraagbaarheid (EMV).
Dit toestel voldoet aan de volgende EG-richtlijnen:
;
• 73/23/EWG van 19.02.1973 (Laagspanningsrichtlijn)
• 89/336/EWG van 03.05.1989 (EMV richtlijn met inbegrip van wijzi-
gingsrichtlijn 92/31/EWG).
69
Page 36
KLANTENSERVICE
In het hoofdstuk “Wat te doen, als ...” staan een aantal storingen die u
zelf kunt oplossen. Kijk daar eerst in geval van een storing.
Gaat het om een technische storing?
Wend u dan tot de klantenservice. (Adressen en telefoonnummers vindt
u onder “Servicepunten”.)
Bereidt het gesprek in ieder geval goed voor. Zo vergemakkelijkt u de
diagnose en de beslissing of een servicebezoek nodig is:
Leg zo exact mogelijk vast:
• Hoe uit de storing zich?
• Onder welke omstandigheden
treedt de storing op?
Noteer voor het gesprek absoluut
de volgende gegevens van uw
apparaat op het typeplaatje:
• PCN-cijfer (9 cijfers),
• S-No-cijfer (9 cijfers).
Wij raden aan de nummers hier te noteren zodat u ze steeds bij de hand
heeft.
PNC . . . . . . . . .
S-No. . . . . . . .
Wanneer ontstaan er voor u ook tijdens de garantieperiode
kosten?
• als u de storing met behulp van de storingstabel (zie hoofdstuk
“Wat te doen, als ...”) zelf had kunnen oplossen,
• als er meerdere bezoeken van de service-monteur nodig zijn omdat
hij voor zijn bezoek niet alle belangrijke informatie heeft gehad en hij
daarom bijv. reserveonderdelen moet halen. Deze extra ritten kunnen
voorkomen worden als u het telefoongesprek op de hiervoor beschreven wijze goed voorbereidt.
71
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.