ABUS FUAA35000, FUHA35000, FUMK35000, FUBW35000, FURM35000 User guide [nl]

...
Smartvest
Gebruikershandleiding
Belangrijke aanwijzingen en FAQ's over dit product en andere
producten vindt u op website
www.abus.com
Versie 1.2
Bewaren voor toekomstig gebruik!
1
Nederlands
Uitsluiting van aansprakelijkheid
Deze gebruikershandleiding is met grote zorgvuldigheid opgesteld. Mocht u toch weglatingen of onnauwkeurigheden ontdekken, informeer ons dan schriftelijk hierover via het bovenstaande adres.
ABUS Security-Center GmbH aanvaardt geen aansprakelijkheid voor technische en typografische fouten en behoudt zich het recht voor te allen tijde, zonder aankondiging vooraf, wijzigingen aan het product en in de gebruikershandleidingen aan te brengen.
ABUS Security-Center is niet aansprakelijk of verantwoordelijk voor directe en indirecte gevolgschade die in verband met de uitrusting, de prestatie en het gebruik van dit product ontstaan. Voor de inhoud van dit document wordt geen enkele garantie gegeven.
Inleiding
Geachte klant, Hartelijk dank voor de aankoop van dit product.
Dit apparaat voldoet aan de eisen van de geldende EU-richtlijnen. De conformiteitsverklaring is verkrijgbaar bij:
ABUS Security-Center GmbH & Co. KG
Linker Kreuthweg 5
86444 Affing DUITSLAND
Om deze toestand te behouden en een veilig gebruik te garanderen, dient u als gebruiker deze gebruikershandleiding in acht te nemen!
Lees de complete gebruikershandleiding door voordat u het product in gebruik neemt. Neem alle gebruiks- en veiligheidsinstructies in acht!
Alle genoemde bedrijfs- en productnamen zijn handelsmerken van de betreffende eigenaren. Alle rechten voorbehouden.
Neem bij vragen contact op met uw installateur of speciaalzaak!
2
Nederlands
Het symbool met de flits in de driehoek wordt gebruikt als er gevaar voor de gezondheid bestaat, bijv. door een elektrische schok.
Een driehoek met uitroepteken wijst op belangrijke instructies in deze gebruikershandleiding die absoluut in acht genomen moeten worden.
Dit symbool wijst op bijzondere tips en instructies over de bediening.
1.
2.
Opsommingen met vaste volgorde in de tekst of waarschuwing.
Opsommingen zonder vaste volgorde in de tekst of waarschuwing.
Bij schade die door het niet in acht nemen van deze gebruikershandleiding wordt veroorzaakt vervalt het recht op garantie. Wij stellen ons niet aansprakelijk voor gevolgschade!
Wij aanvaarden geen aansprakelijkheid voor materiële schade of letselschade, die door onjuist gebruik of het niet in acht nemen van de veiligheidsinstructies is veroorzaakt. In deze gevallen vervalt ieder recht op garantie!
Verklaring van symbolen
Opsommingen
Beoogd gebruik
Gebruik het apparaat uitsluitend voor het doel waarvoor het werd gebouwd en ontworpen! Ieder ander gebruik geldt als niet beoogd!
Dit apparaat mag alleen gebruikt worden voor het/de volgende doel(en):
Het draadloze Smartvest-alarmsysteem biedt een ongecompliceerde instap in het moderne
wonen met een betrouwbare algehele beveiliging in combinatie met aantrekkelijke Home Automation-functies. De Smartvest-centrale verbindt maximaal 32 draadloze componenten en 4 IP-camera's met de gratis app. Met de gratis app heeft de gebruiker wereldwijd toegang tot de centrale. De centrale heeft een geïntegreerde sirene die bij een alarm afgaat met een volume van 90dB en kan daarnaast ook met pushnotificaties via app en e-mail alarmeren.
Belangrijke veiligheidsinstructies
Algemeen
Lees voordat u het apparaat voor de eerste keer gebruikt nauwkeurig de volgende instructies en let op alle waarschuwingen, zelfs als u vertrouwd bent in de omgang met elektronische apparaten.
Bewaar deze handleiding zorgvuldig als naslagwerk in de toekomst. Als u het apparaat verkoopt of doorgeeft, overhandig dan ook deze handleiding. De volgende veiligheids- en gevareninstructies dienen niet alleen ter bescherming van uw gezondheid,
maar zijn ook bedoeld voor de bescherming van het apparaat. Lees de volgende punten aandachtig door:
3
Nederlands
Voeding
Gebruik dit apparaat alleen op een stroombron die de op het typeplaatje vermelde netspanning
levert. Neem contact op met uw energiebedrijf als u niet zeker weet welke voeding bij u beschikbaar is.
Koppel het apparaat los van de netvoeding, voordat u onderhouds- of installatiewerkzaamheden
uitvoert
Om het apparaat helemaal van het stroomnet te scheiden, moet de netstekker uit het stopcontact
worden getrokken.
Om brandgevaar uit te sluiten, moet de netstekker van het apparaat altijd uit het stopcontact
worden getrokken, als het apparaat langere tijd niet wordt gebruikt.
Overbelasting / overspanning
Voor een storm en/of onweer met het risico van blikseminslag koppelt u het apparaat los van het
elektriciteitsnet of sluit u het apparaat op een noodvoeding aan.
Vermijd overbelasting van stopcontacten, verlengsnoeren en adapters. Overbelasting kan leiden
tot brand of een elektrische schok.
Kabels
Houd kabels altijd aan de stekker vast en trek niet aan de kabel zelf  Raak het netsnoer nooit met natte handen aan, omdat dit kortsluiting of een elektrische schok kan
veroorzaken.
Plaats niet het apparaat, meubels of andere zware voorwerpen op de kabels en let erop dat deze
niet worden geknikt, in het bijzonder aan de stekker en aan de aansluitingen
Maak nooit een knoop in een kabel en bind de kabel niet samen met andere kabels.  Alle kabels moeten zo worden gelegd dat niemand erop kan gaan staan of erdoor wordt
belemmerd.
Een beschadigd netsnoer kan brand of een elektrische schok veroorzaken. Controleer het
netsnoer regelmatig.
Wijzig of manipuleer netsnoeren en netstekkers niet.  Gebruik geen adapterstekkers of verlengsnoeren die niet voldoen aan de geldende
veiligheidsnormen en manipuleer netsnoeren niet.
Kinderen
Elektrische apparaten mogen niet in de handen van kinderen terechtkomen! Laat kinderen nooit
zonder toezicht elektrische apparaten gebruiken. Kinderen kunnen de mogelijke gevaren niet altijd goed herkennen. Kleine onderdelen kunnen levensgevaarlijk zijn als ze worden ingeslikt.
Houd verpakkingsfolie uit de buurt van kinderen. Er bestaat gevaar voor verstikking!  Dit apparaat hoort niet thuis in de handen van kinderen. Verende onderdelen kunnen bij onjuist
gebruik eruit springen en letsel (bijv. ogen) bij kinderen veroorzaken.
4
Nederlands
Opstelplaats/gebruiksomgeving
Plaats of monteer de Smartvest op een vast, effen oppervlak of muur en zet geen zware voorwerpen op het apparaat.
Zorg altijd voor voldoende ventilatie (plaats de Smartvest niet in een kast, op een dik tapijt, op een bed, of op plaatsen waar de ventilatieopeningen afgedekt zijn, en houd minimaal 10 cm afstand aan naar alle kanten)
De Smartvest is niet geschikt voor gebruik in ruimtes met een hoge temperatuur of luchtvochtigheid (bijv. badkamers) of in zeer stoffige ruimtes.
Let bij alle componenten die alleen voor binnentoepassingen geschikt zijn erop dat
geen directe warmtebronnen (zoals van verwarmingen) op de componenten werken.  geen direct zonlicht of sterk kunstlicht op de beeldopnemer schijnt.  geen open brandhaarden (bijv. brandende kaarsen) op of naast de componenten staan.  het contact met spat- of druipwater wordt vermeden.  de componenten niet worden gebruikt in de buurt van water, de componenten mogen vooral niet
ondergedompeld worden (plaats geen met vloeistoffen gevulde voorwerpen, bijv. vazen of drankflessen op of naast het apparaat).
de componenten niet blootstaan aan sterke temperatuurschommelingen, omdat anders
luchtvochtigheid kan condenseren en een elektrische kortsluiting kan veroorzaken.
Let bij alle componenten die voor binnen- en buitentoepassingen geschikt zijn erop dat
de componenten niet blootstaan aan sterke schokken of trillingen.  de componenten niet in de directe omgeving van magnetische velden (bijv. luidsprekers) staan.  het contact met agressieve vloeistoffen wordt vermeden.  geen vreemd materiaal binnendringt.  de bedrijfstemperatuur en de bedrijfsluchtvochtigheid van de componenten worden aangehouden.
Lees voor de correcte montage en de naleving van de bedrijfsomgeving van de componenten de bijbehorende Quick Guide, de technische gegevens en de montagehandleiding in hoofdstuk 3.
Batterij
Alle componenten van de Smartvest behalve het draadloze stopcontact worden of kunnen met een batterij worden gevoed. Voor een lange levensduur en om brand en letsel te voorkomen dient u zich te houden aan de volgende aanwijzingen:
Gooi de batterij niet bij het huishoudelijke afval.  Stel de batterij niet bloot aan een warmtebron of aan direct invallend zonlicht. Bewaar de batterij
niet op een plaats waar zeer hoge temperaturen kunnen optreden.
De batterij mag niet worden verbrand.  De batterij mag niet met water in aanraking komen.  De batterij mag niet uit elkaar gehaald, doorboord of beschadigd worden.  De batterijcontacten mogen niet kortgesloten worden.  De batterij mag niet in handen van kleine kinderen terechtkomen.  De batterij is niet herlaadbaar.
5
Nederlands
Waarschuwing
Bij een eventuele beschadiging van de originele verpakking controleert u eerst het apparaat. Als het apparaat beschadigd is, stuurt u het in de verpakking terug en informeert u de bezorgdienst.
Waarschuwing
Ondeskundige en amateuristische werkzaamheden aan het elektriciteitsnet of aan de huisinstallaties zijn niet alleen gevaarlijk voor uzelf, maar ook voor anderen.
Sluit de installaties zo aan dat net- en laagspanningsstroomkringen altijd gescheiden verlopen en op geen enkele plaats met elkaar verbonden zijn of door een defect met elkaar verbonden kunnen raken.
Het apparaat werkt met gevaarlijke spanning. Koppel het apparaat voor onderhoudswerkzaamheden (bijv. reinigen) los van het stroomnet!
Uitpakken
Tijdens het uitpakken dient u het apparaat met uiterste zorgvuldigheid te behandelen. Verpakkingen en verpakkingsmiddelen kunnen worden gerecycled en dienen voor hergebruik te
worden afgevoerd. Wij adviseren u: Papier, karton en golfkarton of kunststofverpakkingen dienen in de daarvoor bestemde
verzamelcontainer te worden gedeponeerd. Zolang deze in uw woonomgeving nog niet beschikbaar zijn, kunt u deze materialen bij het huisvuil
doen.
Ingebruikname
Voor de eerste ingebruikname alle veiligheids- en bedieningsinstructies lezen!
Onderhoud en reiniging
Onderhoudswerkzaamheden zijn nodig als het apparaat beschadigd is, bijv. als de netstekker, het netsnoer of de behuizing beschadigd is, vloeistof of voorwerpen in het apparaat terecht zijn gekomen, het apparaat blootgestaan heeft aan regen of vocht of als het niet goed werkt of gevallen is.
Onderhoud
Als u rookontwikkeling, of ongebruikelijke geluiden of geuren vaststelt, schakelt u het apparaat
meteen uit en trekt u de netstekkers uit het stopcontact. In deze gevallen mag het apparaat niet meer gebruikt worden tot een deskundige een controle heeft uitgevoerd.
Laat alle onderhoudswerkzaamheden uitsluitend door gekwalificeerde specialisten uitvoeren.  Open nooit de behuizing van het apparaat of de accessoires. Bij geopende behuizing bestaat
levensgevaar door elektrische schok.
Reiniging
De behuizing van het apparaat alleen met een vochtige doek reinigen.  Geen oplosmiddelen, spiritus, verdunners etc. en geen van de volgende stoffen gebruiken:
zout water, insectenverdelger, chloor- of zuurhoudende oplosmiddelen (salmiak), schuurpoeder.
Met de katoenen doek zacht over het oppervlak wrijven totdat deze helemaal droog is.
1. Beschrijving van het apparaat ......................................................................................................... 8
6
Inhoud
Nederlands
FUAA35000 Smartvest ............................................................................................................ 8
FUHA35000 draadloos stopcontact....................................................................................... 11
FUMK35000 magneetcontact ................................................................................................ 12
FUBW35000 bewegingsmelder ............................................................................................. 13
FURM35000 rook-hittemelder ............................................................................................... 13
FUSG35000 sirene ................................................................................................................ 14
FUBE35000 afstandsbediening ............................................................................................. 15
2. Ingebruikname ............................................................................................................................... 16
Smartvest-app installeren ...................................................................................................... 16
Smartvest instellen ................................................................................................................ 16
Componenten programmeren ............................................................................................... 19
Algemene instellingen ........................................................................................................... 21
3. Montage ......................................................................................................................................... 23
FUAA35000 Smartvest .......................................................................................................... 23
FUHA35000 draadloos stopcontact....................................................................................... 24
FUMK35000 magneetcontact ................................................................................................ 24
FUBW35000 bewegingsmelder ............................................................................................. 26
FURM35000 rook-hittemelder ............................................................................................... 27
FUSG35000 sirene ................................................................................................................ 28
FUBE35000 afstandsbediening ............................................................................................. 29
4. Bediening ....................................................................................................................................... 30
Navigatiebalk en voettekst ..................................................................................................... 31
Overzicht ................................................................................................................................ 32
Hotkeys .................................................................................................................................. 34
Ruimtes .................................................................................................................................. 35
Camera’s ............................................................................................................................... 37
Contacten .............................................................................................................................. 39
Gebeurtenissen ..................................................................................................................... 40
Alarmweergave ...................................................................................................................... 41
5. Configuratie ................................................................................................................................... 42
Configuratieoverzicht ............................................................................................................. 43
Componenten ........................................................................................................................ 44
Hotkeys .................................................................................................................................. 52
Scenario’s .............................................................................................................................. 54
Tijdschema's .......................................................................................................................... 55
Geavanceerde instellingen .................................................................................................... 56
6. Technische gegevens .................................................................................................................... 61
7
Nederlands
Power-LED
Groen Aan
Systeem wordt gevoed met spanning
Uit
Geen voedingsspanning
Status-LED
Uit
Systeem is ‘inactief’
Geel
Aan
Systeem is ‘inactief’ en er is een storing (bijvoorbeeld lage batterij of magneetcontact staat
‘open’)
Blauw
Aan
Systeem is ‘actief’
Rood
Aan
Systeem is ‘actief’ en in alarmtoestand (normaal alarm, sabotagealarm of paniekalarm)
Netwerk LED Groen
Aan
Verbinding met netwerk en internet
Uit
Verbinding met netwerk zonder internet
Rood
Knipperend
Geen netwerkverbinding
Optionele voet. Afneembaar voor wandmontage.
  
1. Beschrijving van het apparaat
In dit hoofdstuk worden de Smartvest en alle bijbehorende componenten beschreven.
FUAA35000 Smartvest
Voorzijde
8
Nederlands
Resetknop
Resetten van de wachtwoorden op de fabrieksinstellingen (123456) en netwerkinstellingen op DHCP:
druk bij een ingeschakelde installatie de resetknop langer dan 10
seconden in met behulp van een paperclip. De Power LED gaat uit en er is een continue toon te horen. De installatie start vervolgens opnieuw op.
Reset van de installatie op de fabrieksinstellingen betekent dat alle instellingen teruggezet worden en de pairing van de componenten worden gewist.
Druk bij een spanningsloze centrale op de resetknop en houd deze
langer dan 10 seconden ingedrukt terwijl u de centrale met spanning voedt. De Power LED gaat uit en er is een continue toon te horen. De installatie start vervolgens opnieuw op.
RJ45-aansluiting
Geïntegreerde netwerkaansluiting 10/100 Mbit
Voedingsspanning
5V DC / 1,5 A. Apparaat start automatisch bij netspanning
Hygrometer
Geïntegreerde hygrometer voor de meting van temperatuur en luchtvochtigheid
Onderzijde
9
Nederlands
Batterijvak
6x AA (1,5 V) batterijen voor noodstroom (levensduur van de batterij ca. 5 uur )
Batterij vervangen
Klemmen indrukken om de afdekking van het batterijvak te openen. Verwijder de lege 6 AA (1,5 V) batterijen uit het vak en plaats nieuwe 6 AA
(1,5 V) batterijen. Let daarbij op de in de bodem aangegeven richting. Sluit daarna het batterijvak af met de afdekking.
Ophanging
Ophanging voor wandmontage Afstand tussen boorgaten: 10 cm (boorsjabloon bijgevoegd)
Luidspreker
Luidspreker van Smartvest met een volume van maximaal 90db.
Achtergrond­LED's
Uit
Uit
Systeem is ‘inactief’
Geel
Aan
Systeem is ‘inactief’ en er is een storing (bijvoorbeeld lege batterij of magneetcontact staat
open)
Blauw
Aan
Systeem is ‘actief’
Rood
Aan
Systeem is ‘actief’ en in alarmtoestand (bijvoorbeeld magneetcontact geopend)
Kabelgeleiding
Kabelgeleiding voor voedingsspanning en netwerkkabel.
Achterzijde
10
Nederlands
Geaard stopcontact
Geaard stopcontact type F (CEE 7/4). Te gebruiken in de volgende landen: Duitsland, Oostenrijk, Zweden, Nederland
Status-LED
Uit
Draadloos stopcontact is actief, spanning wordt doorgegeven.
Blauw Aan
Draadloos stopcontact is inactief, spanning wordt niet doorgegeven aan de verbruiker.
Knipperend
Draadloos stopcontact start
Oranje
Knipperend
Repeater-modus gestart.
Aan
Draadloos stopcontact is inactief, spanning wordt niet doorgegeven aan de verbruiker.
Repeater-modus aan en verbonden met een component.
Toets
Druk één keer op de toets om het draadloze stopcontact actief of inactief te schakelen.
Houd de toets 5 seconden ingedrukt om de repeater-modus in te schakelen.
Geaarde stekker
Geaarde stekker type F (CEE 7/4). Te gebruiken in de volgende landen: Duitsland, Oostenrijk, Zweden, Nederland
Aanwijzing
Er kan altijd slechts één component worden aangesloten op een draadloos stopcontact.
FUHA35000 draadloos stopcontact
Repeater-modus
Het draadloze stopcontact kan een verbruiker schakelen maar ook als draadloze repeater voor een andere component worden gebruikt. Hiertoe volgt u de volgende stappen:
1. Houd de toets 5 seconden ingedrukt om de repeater-modus in te schakelen. De Status-LED begint oranje te knipperen.
2. Voer een handmatige programmering uit bij de component die u wilt verbinden met het draadloze stopcontact (zie hoofdstuk 5 Configuratie).
3. Als de verbinding is gelukt, brandt de status-LED oranje.
4. Om de repeater-modus weer uit te schakelen, koppelt u eerst het stopcontact los. Druk nu de toets in en houd deze toets ingedrukt. Sluit het stopcontact weer aan. Wacht tot de LED blauw knippert en laat pas dan de toets los. Alshet uitschakelen is gelukt, brandt de LED nu blauw.
11
Nederlands
Zendercomponent
Bestaat uit draadloze component Montage aan raamkozijn
Signaal-LED
Blauw
Knipperend
Magneetcontact wordt gesloten Magneetcontact wordt geopend
Batterijvak
1x 3V knoopcelbatterij (CR2032) voor de voedingsspanning (levensduur van de batterij is 1 jaar)
De Smartvest-app waarschuwt als de batterij bijna leeg is. Volg de aanwijzingen in de app.
Batterij vervangen
Schuif de afdekking van het batterijvak naar beneden toe eruit. Trek de lege 3V-knoopcelbatterij uit de daarvoor bestemde houder en
plaats een nieuwe 3V-knoopcelbatterij. Sluit het batterijvak nu weer af met de afdekking.
Magneetcomponent
Bestaat uit magnetische component Montage aan raam
FUMK35000 magneetcontact
12
Nederlands
Knop
Knop voor afnemen van achterzijde
Programmeertoets
Toets voor het handmatig programmeren in de Smartvest Inschakelen testmodus: 5s indrukken Uitschakelen testmodus: 5s indrukken
Sabotagecontact
Sabotagecontact voor alarmering bij ongewilde demontage
Batterijvak
3x AA (1,5 V) batterijen als voedingsspanning (levensduur batterij tot 2 jaar)
De Smartvest-app waarschuwt als de batterij bijna leeg is. Volg de aanwijzingen in de app.
Batterij vervangen
Druk op de knop aan de onderzijde van de bewegingsmelder en verwijder de achterzijde van de bewegingsmelder. Verwijder de lege 3 AA (1,5 V) batterijen uit het vak en plaats nieuwe 3 AA (1,5 V) batterijen. Let daarbij op de in de bodem aangegeven richting. Monteer de bewegingsmelder weer aan de gemonteerde achterzijde.
Aanwijzing
In de testmodus wordt de spaarmodus van de bewegingsmelder gedeactiveerd en activeert daarmee bij iedere erkende beweging. Gebruik deze modus om te controleren of de melder de bewaakte ruimte helemaal kan detecteren. Schakeld de testmodus na de toepassing uit, omdat anders de levensduur van de batterij sterk verkort wordt!
FUBW35000 bewegingsmelder
FURM35000 rook-hittemelder
Lees voor de beschrijving de handleiding van de rook-hittemelder.
13
Nederlands
LED-kamer
LED knippert (afhankelijk van de instelling) bij alarm en als feedback bij wijziging van de sirene-instellingen.
Luidspreker
Luidspreker van de sirene met een volume van maximaal 80db of 100db.
Programmeertoets
Toets voor het handmatig programmeren in de Smartvest
Sabotagecontact
Sabotagecontact voor alarmering bij ongewilde demontage.
Batterijvak
4x C (1,5V) batterijen als voedingsspanning (levensduur batterij tot 2 jaar)
Batterij vervangen
Draai de beide schroeven in de afdekking los. De schroeven hoeven niet helemaal te worden verwijderd. Klap de afdekking aan de onderzijde naar boven en haal de afdekking daarna eruit.
Om de schroeven beter te bereiken, kunt u de rubberen afdekking van het sabotagecontact tijdens het vervangen van de batterij voor korte tijd verwijderen.
Verwijder de lege 4 C (1,5 V) batterijen uit het vak en plaats nieuwe 4 C (1,5 V) batterijen. Let erop dat de springveer zich altijd aan de negatieve (-) zijde van de batterij bevindt. Voer de bovenste zijde van de afdekking in de daarvoor bedoelde gaten en monteer de afdekking aan de onderste zijde met behulp van de beide schroeven.
FUSG35000 sirene
14
Nederlands
Signaal-LED
Blauw
Knipperend
Feedback bij druk op de toets
Actief-toets
Toets voor het actief schakelen van de Smartvest Voor het actief schakelen 5 seconden ingedrukt houden
Inactief-toets
Toets voor het inactief schakelen van de Smartvest
Camera-toets
Toets voor het starten van de opname voor aangesloten camera's
Paniek-toets
Toets voor het inschakelen van het paniekalarm (3 seconden indrukken)
Batterijvak
1x 3V knoopcelbatterij (CR2032) voor de voedingsspanning (levensduur batterij tot 2 jaar)
De Smartvest-app waarschuwt als de batterij bijna leeg is. Volg de aanwijzingen in de app.
Batterij vervangen
Trek het batterijvak aan de zijkant van de afstandsbediening eruit Trek de lege 3V-knoopcelbatterij uit de daarvoor bestemde houder en plaats
een nieuwe 3V-knoopcelbatterij. Schuif het batterijvak weer in de afstandsbediening.
Aanwijzing
De precieze reactie die volgt op een druk op de toets hangt af van de instellingen in de app. Lees hiertoe voor de actief-toets en inactief-knop paragraaf 5.6 Geavanceerde instellingen 5.6 en voor de camera-toets en paniek-toets paragraaf 5.3 Hotkeys.
FUBE35000 afstandsbediening
15
Nederlands
Smartvest-app installeren
Voor de Smartvest kan in de Google Playstore en in de iOS App Store een app met de naam ‘Smartvest’ worden gedownload. Deze app kan op smartphones en tablets, die hieronder randapparaten genoemd worden, worden gebruikt.
Voor de installatie gaat u naar de Google Playstore of iOS App Store en zoekt naar de term ‘Smartvest’.
Installeer de Smartvest-app.
Aanwijzing
Houd er rekening mee dat voor de Smartvest-app minimaal de volgende besturingssystemen nodig zijn:
Apple iOS 7 Android 4.0
Smartvest instellen
Sluit eerst de meegeleverde LAN-kabel aan op de onderzijde van de Smartvest en verbindt deze met uw router.
Sluit daarna de meegeleverde voeding aan.
Aanwijzing
Zorg ervoor dat bij uw router de functie DHCP is geactiveerd, omdat anders geen verbinding mogelijk is met de Smartvest.
Begin pas met het instellen van de Smartvest via de app als de groene Power-LED continu brandt en de centrale twee keer gepiept heeft.
Bij de integratie in een lokaal netwerk zonder internettoegang vervalt de dubbele pieptoon.
2. Ingebruikname
Volg, voordat u uw Smartvest en melders monteert, de onderstaande stappen om uw Smartvest in gebruik te nemen en de componenten in de Smartvest te programmeren.
16
Nederlands
Start nu de Smartvest-app en neem de volgende stappen:
Instelling starten
Druk op het plusteken om een Smartvest toe te voegen. Vervolgens zoekt de app automatisch naar apparaten in uw
netwerk.
Selecteren
Kies de Smartvest in de lijst. Als u de Smartvest van een ander netwerk uit wilt integreren of de Smartvest niet is gevonden, voert u de DID handmatig in. Alle volgende overige gegevens moeten dan eveneens handmatig worden ingevoerd.
Apparaatveiligheidscode
De standaardinstelling apparaatveiligheidscode ‘123456’ is reeds
opgeslagen. Bij de eerste inrichting drukt u op ‘Volgende’. Als de apparaatveiligheidscode reeds werd gewijzigd, voert u hier de juiste code in.
Standaard-apparaatveiligheidscode: ‘123456’
Als u voor het eerst inlogt, wordt u gevraagd om de apparaatveiligheidscode te wijzigen.
Aanwijzing
De apparaatveiligheidscode kunt u in de instellingen wijzigen. Als u de apparaatveiligheidscode reeds heeft gewijzigd, kunt u de code hier handmatig invoeren voordat u op ‘Volgende’ drukt.
17
Nederlands
Naamgeving, informatie over ruimte en plaats
Geef een naam voor de Smartvest. Standaard is de naam ‘Smartvest’ vergeven.
Open de ruimtelijst en kies een ruimte waarin de Smartvest wordt gemonteerd. Druk op de pijl om naar het vorige venster terug
te gaan.
Voor het weergeven van weersinformatie drukt u op de regel Stad en zoekt u uw plaats met behulp van de plaatsnaam of de postcode en kiest u in de resultaten uw plaats.
Aanwijzing
De plaatsgegevens worden uitsluitend gebruikt voor de bepaling van de weergegevens.
Instelling beëindigen
Druk op ‘Opslaan’ om de invoer te beëindigen.
U heeft nu uw Smartvest in de app geïntegreerd.
Apparaatveiligheidscode bij de eerste ingebruikname wijzigen
Bij de eerste ingebruikname (of na het resetten van de centrale op de fabrieksinstellingen) wordt u gevraagd om de apparaatveiligheidscode te wijzigen. Deze moet minimaal 6 en mag maximaal 16 tekens lang zijn. De volgende tekens zijn toegestaan:
letters (a – z / A – Z)  cijfers (0 – 9)  speciale tekens: + - * / % = _ ! ? @ # $ & ( ) , . ; :
Aanwijzing
De gewijzigde apparaatveiligheidscode mag niet 123456 zijn. U kunt de apparaatveiligheidscode in de instellingen (geavanceerde instellingen / veiligheidsinstellingen) op ieder moment wijzigen.
Nieuwe firmware beschikbaar
Voer een firmware-update van de Smartvest-centrale uit om alle nieuwe functies van de smartvest-app te kunnen gebruiken.
De update start u in de geavanceerde instellingen (hoofdstuk 5.6)
18
Nederlands
Componenten programmeren
Start de Smartvest-app en maak een verbinding met de Smartvest.
Aanwijzing
De instellingen van uw componenten vindt u in het hoofdstuk 5.1 Componenten.
Voer de volgende stappen uit:
Smartvest-instellingen openen
Druk in de bedieningsweergave linksonder op het instellingensymbool om naar de instellingen van de Smartvest
te gaan. Voer het volgende wachtwoord voor de instelling in (standaard: ‘123456’) om alle instelmogelijkheden te openen.
Standaardwachtwoord voor instellingen:
‘123456’ U kunt dit in de ‘geavanceerde instellingen / veiligheidsinstellingen’ aanpassen.
Component selecteren
Selecteer in de lijst helemaal bovenaan ‘Componenten’.
Druk rechtsboven op het plussymbool voor het toevoegen van een component.
Selecteer de gewenste component uit de lijst.
Om het programmeren van een component voortijdig te verlaten, drukt u in de individuele vensters op ‘Annuleren’.
19
Nederlands
Componenten programmeren
Voer de naam van de component in.
Aanwijzing
De naam mag maximaal 15 tekens hebben. Meer tekens worden na het opslaan automatisch verwijderd.
Open de ruimtelijst en kies een ruimte waarin de component wordt gemonteerd. Druk op de pijl om terug te gaan naar de
instellingen.
Druk daarna op ‘Volgende’.
Volg de aanwijzingen in de app.
Let op
Als het automatisch programmeren aan de hand van de instructies niet gewerkt heeft, is voor iedere component een procedure voor het handmatige programmeren beschikbaar. Deze vindt u in het hoofdstuk 5.1 Componenten.
De instellingen van uw componenten vindt u eveneens in hoofdstuk 5.1 Componenten.
Herhaal deze stappen voor al uw componenten.
Aanwijzing
In principe zenden alle componenten een programmeersignaal op het moment dat ze voedingsspanning hebben.
Aanwijzing
Om compatibele camera’s te integreren in het
Smartvest-systeem, volgt u eerst de bijbehorende handleiding van de camera voor het instellen van uw netwerk. Als u de camera met een LAN-kabel op hetzelfde netwerk als de Smartvest-centrale aangesloten heeft, kunt u die ook met de Smartvest­app inrichten. Het programmeren van de camera wordt beschreven in hoofdstuk 5 Configuratie.
Monteer nu de componenten en de Smartvest. Dit wordt beschreven in het volgende hoofdstuk Montage.
20
Nederlands
Component verwijderen
Open de componentenlijst en…
Voor Android:
… schuif de component naar de rechter rand van het
beeldscherm en bevestig het verwijderen
Voor iOS:
… schuif de component naar de linker rand van het beeldscherm
en druk op wissen
Algemene instellingen
Start de Smartvest-app en druk op het instellingensymbool rechtsboven om de algemene instellingen te openen.
Beschikbare systemen
Voeg een nieuwe Smartvest toe aan de app of selecteer uw Smartvest, om de algemene instellingen van de Smartvest te openen.
Smartvest details Als de apparaatveiligheidscode gewijzigd of onjuist ingevoerd is,
kunt u deze hier voor de verbinding met de Smartvest aanpassen.
Aanwijzing
Hoe u uw apparaatveiligheidscode wijzigt is beschreven in hoofdstuk 5 Configuratie.
Activeer het automatisch inloggen om de handmatige verbinding met de Smartvest over te slaan. Bij de volgende start van de app komt u dan direct in het overzicht van de Smartvest.
Druk op ‘Systeem uit app verwijderen’ om de Smartvest te
verwijderen.
21
Nederlands
App-veiligheid
Druk op ‘App-PIN wijzigen’ om uw eigen app-PIN te kiezen. Bij de eerste instelling is de standaardpin voor de app ‘123456’.
Let op
Na inschakelen van de app-PIN wordt deze bij iedere start van de app op uw randapparaat opgevraagd. Als u de app-PIN vergeten bent, verwijdert u de Smartvest-app en installeert u deze opnieuw.
Standaard app-PIN: ‘123456’
Schakel het automatisch inloggen voor de app-PIN uit, zodat bij iedere start van de app de app-PIN wordt opgevraagd. Gebruik dit om de toegang tot de app te verhinderen als ook andere personen uw randapparaat gebruiken .
Handleiding
Hier kunt u de Smartvest-handleiding op uw mobiele telefoon openen.
22
Nederlands
Waarschuwing
Bij gebruik van de zelfklevende pads moet de ondergrond schoon, slijtvast en droog zijn. Oppervlakken zoals behang, Styropor® of oppervlakken met een siliconen- of teflonlaag
zijn niet geschikt als montagelocatie.
3. Montage
in dit hoofdstuk wordt de montage van de Smartvest en alle bijbehorende componenten beschreven. Voor de bediening en de instelling van de Smartvest met de Smartvest-app leest u de hoofdstukken 4
en 5.
FUAA35000 Smartvest
De Smartvest is uitsluitend geschikt voor binnentoepassingen. Lees hiertoe de aanwijzingen bij de veiligheidsinstructies over de opstellingsplaats en de bedrijfsomgeving .
Algemene montage-instructies
Zorg er vóór de montage voor dat de Smartvest noodstroom krijgt via de batterij.
1. Open hiervoor de afdekking van het batterijvak door beide klemmen in te drukken.
2. Trek de kunststofstrook los.
3. Sluit daarna de afdekking weer.
Vrijstaande montage
Druk de Smartvest op de voet en plaats de Smartvest op de gewenste plek. De kabels kunnen in de kabelgeleiding op de voet worden geklemd zodat ze netjes kunnen worden gelegd.
Wandmontage
23
Nederlands
Plak de meegeleverde boorsjabloon van de Smartvest op de gewenste installatieplaats. Gebruik een waterpas om de boorsjabloon recht uit te lijnen. Boor gaten op de opgegeven plekken en plaats de meegeleverde pluggen. Schroef nu de meegeleverde schroeven zo in de pluggen dat de koppen ongeveer 6mm uitsteken. Hang daarna de Smartvest op.
FUHA35000 draadloos stopcontact
Het draadloze stopcontact is uitsluitend geschikt voor binnentoepassingen. Lees hiertoe de aanwijzingen bij de veiligheidsinstructies over de opstellingsplaats en de bedrijfsomgeving .
Draadloze stopcontacten mogen nooit in een rij worden gestoken.
Montage
Steek het draadloze stopcontact in een stopcontact en steek de gewenste verbruiker (bijvoorbeeld lamp) in het draadloze stopcontact.
FUMK35000 magneetcontact
Het magneetcontact is uitsluitend geschikt voor binnentoepassingen. Lees hiertoe de aanwijzingen bij de veiligheidsinstructies over de opstellingsplaats en de bedrijfsomgeving .
Algemene montage-instructies
Monteer altijd de kleine magneetcomponent op het raam of de deur en de grote zendercomponent
op het raam- of deurkozijn
Monteer het magneetcontact zo dat de twee componenten horizontaal maximaal 0,5 cm en
verticaal maximaal 1,5 cm van elkaar verwijderd zijn.
Als u twijfelt, test u of het hoogteverschil bij uw raam of uw deur te hoog is, door de beide
componenten op de gewenste plaats op het raam of de deur tegen elkaar te houden en daarna de zendercomponent op het raam- of deurkozijn te brengen. Als dan de blauwe signaal-LED brandt, is het hoogteverschil te groot.
Om het hoogteverschil te vereffenen, gebruikt u de meegeleverde sluitringen die aan de
achterzijde van de componenten moeten worden aangebracht. De meegeleverde schroeven passen bij het gebruik van de sluitringen niet meer voor de montage. Gebruik hiervoor of eigen schroeven of gebruik de meegeleverde zelfklevende pads (aanbevolen).
Monteer het magneetcontact altijd op de zijde waar het raam of de deur wordt geopend en niet
aan de scharnierzijde.
U kunt het magneetcontact zowel aan de bovenzijde als de zijkant van een raam aanbrengen.
Als u het magneetcontact aan de onderkant van een raam monteert, zal het magneetcontact bij gekanteld raam mogelijk niet inschakelen (niet aanbevolen).
24
Nederlands
Montage met zelfklevende pads (aanbevolen)
1. Plak de beide kleine zelfklevende pads op de grote zendercomponent van het magneetcontact en de langere zelfklevende pad op de kleinere magneetcomponent van het magneetcontact.
2. Plak de grote zendercomponent bij het raam op de gewenste plek op het raamkozijn en de kleinere magneetcomponent op het raam zelf.
Montage met schroeven
1. Open de kleinere magneetcomponent van het magneetcontact met een dunne platte schroevendraaier.
2. Verwijder de afdekking van het batterijvak van de grotere zendercomponent van het magneetcontact.
3. Schroef de kleinere magneetcomponent op de gewenste positie van het raam met behulp van de 2 schroeven. Daarvoor moet u eerst de bedoelde gaten met een schroevendraaier of boor doorbreken.
4. Schroef één schroef voor het ophangoog van de zendercomponent aan het raamkozijn.
5. Hang de zendercomponent op en zet deze met de laatste schroef vast aan het raamkozijn .
25
Nederlands
FUBW35000 bewegingsmelder
De bewegingsmelder is uitsluitend geschikt voor binnentoepassingen. Lees hiertoe de aanwijzingen bij de veiligheidsinstructies over de opstellingsplaats en de bedrijfsomgeving .
Algemene montage-instructies
De bewegingsmelder 2 - 2,5 m boven de vloer monteren voor een bereik van 12m.  De melder ofwel vlak aan de muur of in een hoek (aanbevolen) monteren.  De bewegingsmelder niet tegenover warmtebronnen of ramen, boven een radiator, in de buurt
van grote metalen structuren, in de buurt van stroomkabels of gasleidingen, in de buurt van elektronische of draadloze apparaten of op een afstand van minder dan 30mm van het plafond monteren.
Het bewakingsgebied van de melder is naar beneden gericht. Neig de melder daarom niet te sterk
naar onderen, omdat het bereik anders kleiner wordt. Aanbevolen wordt een horizontale, rechtopstaande positie.
Plakmontage
1. Voor een wandmontage plakt u de meegeleverde zelfklevende pads aan de achterzijde van de bewegingsmelder.
2. Voor een hoekmontage plakt u de zelfklevende pads op de fasen (schuine vlakken) van de bewegingsmelder.
3. Monteer de bewegingsmelder op de gewenste installatieplaats op een effen oppervlak.
26
Nederlands
Boormontage met houder
1. Druk de houder in de bewegingsmelder.
2. Houd de bewegingsmelder op de gewenste installatieplaats en stel de gewenste hoek in.
3. Zet de positie vast door de schroef aan de achterkant van de houder vast te draaien.
4. Plak de meegeleverde boorsjabloon van de bewegingsmelder op de gewenste installatieplaats. Gebruik een waterpas om de boorsjabloon recht uit te lijnen. Boor gaten op de opgegeven plekken en plaats de meegeleverde pluggen.
Druk de houder er weer uit en monteer de houder met de meegeleverde schroeven. Aan het einde schuift u de bewegingsmelder weer op de houder.
Boormontage zonder houder
1. Druk op de knop aan de onderzijde van de bewegingsmelder en verwijder de achterzijde van de bewegingsmelder.
2. Gebruik de daarvoor bestemde gaten aan de binnenkant van de achterzijde als boorsjabloon voor de wand- of hoekmontage.
3. Boor de gaten en plaats de meegeleverde pluggen. Schroef daarna de achterzijde van de bewegingsmelder met de meegeleverde schroeven vast aan de wand of de hoek.
4. Druk de bewegingsmelder weer op de gemonteerde onderplaat van de bewegingsmelder.
FURM35000 rook-hittemelder
De rook-hittemelder is uitsluitend geschikt voor binnentoepassingen. Lees hiertoe de aanwijzingen over de opstellingsplaats en de bedrijfsomgeving bij de veiligheidsinstructies en in de handleiding van de rook-hittemelder.
Montage
Lees voor de montage de handleiding van de rook-hittemelder.
27
Nederlands
Waarschuwing
Bij het monteren van de sirene kan het sabotagecontact activeren. Voor dit geval is de sirene standaard op ‘LED’ ingesteld. Als u de sirene reeds op ‘sirene’ of ’LED en sirene
heeft geconfigureerd, stelt u dit voor de montage weer op ‘LED’. Het plotseling activeren
van het akoestische alarmgeluid van de sirene tijdens de montage op grote hoogte kan anders tot ernstige ongevallen en lichamelijk letsel of schade leiden.
U kunt ook de onderhoudsmodus inschakelen om valse alarmen te vermijden. (Zie hoofdstuk 5 Configuratie)
Houd bij een test van het akoestische alarm van de sirene altijd een minimale afstand van 3 m aan om lichamelijk letsel (bijvoorbeeld aan het gehoor) te voorkomen.
FUSG35000 sirene
De sirene is geschikt voor buiten- en binnentoepassingen. Lees hiertoe de aanwijzingen bij de veiligheidsinstructies over de opstellingsplaats en de bedrijfsomgeving .
Algemene montage-instructies
De sirene is uitsluitend geschikt voor beschermde buitentoepassingen. (IP44)  Breng de sirene buiten het handbereik (minimaal 3 m montagehoogte) aan.  Kies de installatieplaats zo dat de sirene reeds vanuit een grote afstand goed te zien en te horen
is.
De sirene wordt geactiveerd als het sabotagecontact voor het eerst geactiveerd wordt. Als het
sabotagecontact vervolgens losgemaakt wordt, wordt het sabotagecontact getriggerd.
Boormontage
1. Plak de meegeleverde boorsjabloon van de bewegingsmelder op de gewenste installatieplaats. Gebruik een waterpas om de boorsjabloon recht uit te lijnen. Boor gaten op de opgegeven plekken en plaats de meegeleverde pluggen. Verwijder de boorsjabloon weer
Bevestig nu A-vormige houder met behulp van de schroeven aan de muur.
2. Steek de meegeleverde voeding in de sirene en plaats de sirene van boven in de houder (klik 1) en druk deze tegen de muur (klik 2).
3. Draai nu de kleine schroef aan de onderzijde van de houder vast.
28
Nederlands
FUBE35000 afstandsbediening
De afstandsbediening is uitsluitend geschikt voor binnentoepassingen. Lees hiertoe de aanwijzingen over de gebruiksomgeving in de veiligheidsinstructies.
Montage
Gebruik de sleutelring om de afstandsbediening aan bijvoorbeeld uw sleutelhanger te bevestigen.
29
Nederlands
Aanwijzing
Afhankelijk van het gebruikte besturingssysteem en randapparaat kan de daadwerkelijke weergave iets van de in deze handleiding gebruikte screenshots afwijken. Het overzicht van de menu's wordt in deze handleiding met behulp van tablet-screenshot weergegeven terwijl de beschrijvingen van de individuele menupunten met behulp van smartphone­screenshots zijn weergegeven. De namen van de menupunten en de menunavigatie zijn echter gelijk op ieder apparaat.
4. Bediening
De Smartvest-app is onderverdeeld in twee fundamentele menu-onderdelen. De bediening en configuratie.
In dit hoofdstuk wordt de bediening van de Smartvest met de Smartvest-app beschreven. Voor de configuratie van de Smartvest leest u hoofdstuk 5.
De volgende functies zijn in de bediening beschikbaar:
Overzicht van de belangrijkste informatie en functies
o Actief / intern actief / inactief schakelen van de Smartvest o Actieve apparaten o Storingen
Overzicht en inschakelen van uw hotkeys  Overzicht van uw ruimtes en de status van de ruimtemelders  Overzicht en inschakelen van uw camera’s Overzicht en oproepen van uw contacten  Overzicht van de gebeurtenissen
30
Nederlands
Navigatiebalk en voettekst
Start de Smartvest-app en maak een verbinding met de Smartvest.
Navigatiebalk
Weergave Bovenaan in de navigatiebalk worden de menupunten
weergegeven. Het menu waarin u zich bevindt wordt met een kleur geaccentueerd.
Menuwissel U kunt tussen de individuele menu's wisselen middels het
zogenaamde ‘swipen’ (met de vinger van rechts naar links of van links naar rechts over het beeldscherm vegen). U kunt de individuele menu's ook oproepen door op het gewenste menu in de menubalk te drukken.
Kleurcode De toestand waarin de Smartvest zich bevindt wordt op de
navigatiebalk met een kleurcodering aangegeven.
Grijs
Systeem is ‘inactief’
Geel
Systeem is ‘inactief’ en er is een storing (bijvoorbeeld batterij leeg)
Blauw
Systeem is ‘actief’
Rood
Systeem is ‘actief’ en in alarmtoestand (bijvoorbeeld magneetcontact geopend, paniek of
sabotage)
Voettekst
Instellingen In de voettekst bevindt zich linksonder het symbool voor de
instellingen . Druk hierop om naar de instellingen van de Smartvest te gaan.
Indicatie van temperatuur, luchtvochtigheid en weer Rechtsonder ziet u informatie over de temperatuur, de
luchtvochtigheid en het weer.
Indicatie van de binnentemperatuur en de luchtvochtigheid, gemeten met de hygrometer van de Smartvest.
Weerbericht voor de in de Smartvest ingestelde locatie.
Aanwijzing
Het duurt na de start van de centrale circa 30 minuten totdat de waarden van de hygrometer voor binnen zijn gestabiliseerd
31
Nederlands
Overzicht
Statusindicatie
In de statusindicatie worden drie verschillende symbolen voor de betreffende status van de Smartvest weergegeven. De status die op dat moment van toepassing is, wordt in kleur gemarkeerd. Daaronder staat de bijbehorende tekst. U kunt de status veranderen door naar links of rechts te trekken of door op de gewenste status te drukken.
Smartvest is gedeeltelijk ingeschakeld
De interne inschakelen is af fabriek als buitenbeveiliging voorgeprogrammeerd. Dat betekent dat magneetcontacten weliswaar alarm slaan, maar de bewegingsmelders niet. Zo kunt u vrij door het huis (intern) lopen zonder een alarm te activeren. Als echter iemand van buiten het object binnendringt, wordt ook het alarm van het magneetcontact geactiveerd. Aanbevolen toepassing: Zet de Smartvest op intern ingeschakeld voordat u naar bed gaat.
Smartvest is uitgeschakeld (gereed voor inschakelen)
In deze status staat het systeem niet op scherp. De meldingen van de meeste sensoren activeren geen alarm. De enige uitzondering is de rookmelder die voor uw veiligheid altijd een alarm activeert onafhankelijk van de systeemstatus. Bovendien wordt het alarm geactiveerd als één van de componenten een sabotagemelding verstuurd. Aanbevolen toepassing: Zet de Smartvest op uitgeschakeld voordat u thuis komt.
Smartvest is ingeschakeld
De inschakeling is af fabriek als volledige beveiliging voorgeprogrammeerd. Dat betekent dat alle sensoren alarm slaan. Aanbevolen toepassing: Zet de Smartvest op geactiveerd als u het huis verlaat en niemand meer thuis is.
Aanwijzing
Bij het programmeren van componenten worden automatisch standaardwaarden ingesteld voor de geactiveerde status. De instellingen voor de status wijzigt u onder het punt 5.5 Geavanceerde instellingen / status configuratie.
32
Nederlands
Hotkeys
Onder de statusindicatie bevinden zich twee voorgeconfigureerde hotkeys, Paniek en Camera, die u in het overzicht met een druk kunt inschakelen. De beide hotkeys vindt u ook op de afstandsbediening FUBE35000 zodat u deze ook met de afstandsbediening kunt schakelen.
Standaard: Alle actuatoren activeren (bijvoorbeeld sirene) en alle
camera's nemen op
Standaard: Alle camera's nemen op.
Aanwijzing
Bij het programmeren van componenten worden voor de voorgeconfigureerde hotkeys automatisch standaardwaarden ingesteld. De instellingen voor betreffende hotkey wijzigt u onder het punt 5.3 Hotkeys.
Storing
Als er storingen (bijvoorbeeld lege batterij) zijn, worden deze onder de hotkeys weergegeven. Als de storingen verholpen zijn, verdwijnen de storingen uit het overzicht.
U vindt de storingsmeldingen bovendien in het gebeurtenissenoverzicht (4.7).
Actieve apparaten
Componenten die zich in de actieve toestand bevinden
(bijvoorbeeld draadloos stopcontact op ‘Aan’) worden
weergegeven in een lijst. Als de componenten worden gedeactiveerd, verdwijnen ze uit het overzicht.
Zo houdt u altijd zicht op eventuele stroomverbruikers.
33
Nederlands
Hotkeys
Toepassingsvoorbeelden
Hotkeys worden gebruikt voor de eenvoudige inschakeling van verschillende componenten door drukken.
U kunt bijvoorbeeld een hotkey (Paniek) voor het inschakelen van de sirene configureren voor het geval dat u een potentiële inbreker nog vóór de inbraakpoging voor uw huis ontdekt. Met een druk op de hotkey schakelt u dan de sirene in die de inbreker zal afschrikken.
U kunt bijvoorbeeld ook een door de gebruiker gedefinieerde hotkey voor het inschakelen van één of meer stopcontacten maken en de verlichting in het huis met één druk op de hotkey in- en uitschakelen.
Overzicht hotkeys
In het hotkey-overzicht kunnen maximaal 11 hotkeys worden weergegeven. 2 voorgeconfigureerde hotkeys Paniek en Camera zijn reeds bij de eerste installatie opgeslagen. U kunt in de instellingen (zie hoofdstuk 5.3 Hotkeys) nog 9 verdere hotkeys toevoegen aan het overzicht of de reeds bestaande hotkeys bewerken.
Druk op de gewenste hotkey om deze uit te voeren.
Voorgeconfigureerde hotkeys
Er bevinden zich twee voorgeconfigureerde hotkeys Paniek en Camera in het hotkey-overzicht. De beide hotkeys vindt u ook op de afstandsbediening FUBE35000 zodat u deze ook met de afstandsbediening kunt schakelen.
Standaard: Alle actuatoren activeren (bijvoorbeeld sirene) en alle
camera's nemen op
Standaard: Alle camera's nemen op.
Aanwijzing
Bij het programmeren van componenten worden voor de voorgeconfigureerde hotkeys automatisch standaardwaarden ingesteld. De instellingen voor de componenten voor de betreffende hotkey wijzigt u onder het punt 5.3 Hotkeys.
34
Nederlands
Configureerbare hotkeys
U kunt tot 9 hotkeys in de instellingen configureren (zie hoofdstuk
5.3 Hotkeys). Nadat ze zijn gemaakt, worden ze weergegeven in het hotkey-overzicht en kunnen met een druk worden uitgevoerd.
Geconfigureerde hotkey
Ruimtes
Ruimteoverzicht
In het ruimteoverzicht bevinden zich alle ruimtes waar minimaal één component aan is toegevoegd. Onder iedere ruimtenaam worden maximaal 2 componenten weergegeven.
Details ruimte
Druk op de gewenste ruimte om het individuele ruimteoverzicht te openen. Alle aan de ruimte toegevoegde componenten worden
getoond. Door op de pijl linksboven te drukken verlaat u het individuele ruimteoverzicht.
35
Nederlands
Kleurcode
Als een individuele component een storing heeft, wordt de bijbehorende ruimte in het ruimteoverzicht en de component geel gemarkeerd.
36
Nederlands
Camera’s
Cameraoverzicht
In het cameraoverzicht kunnen maximaal 4 camera’s worden weergegeven. U kunt in de instellingen (zie hoofdstuk 5.5
Geavanceerde instellingen) 4 camera’s aan het cameraoverzicht toevoegen of de instellingen van de reeds bestaande camera’s
bewerken. Door op de betreffende camera te tikken gaat u naar de live-
weergave van deze camera met de verschillende camerafuncties.
TVAC19000
Live-weergave U stuurt de camera door met uw vinger over de live-weergave
naar links, rechts, boven of onder te vegen.
Zoom het camerabeeld door twee vingers van elkaar af te bewegen.
Acties
Push-to-Talk Houd de knop ingedrukt om door de
cameraluidspreker met personen op locatie te spreken.
Microfoon inschakelen Druk op de knop om het opgenomen geluid van de
camera te beluisteren.
Presetposities Druk op de knop om de zojuist ingestelde posities op
te slaan (preset 1, 2, 3) of op te roepen.
Snapshot Druk op de knop om een snapshot op uw
randapparaat op te slaan.
Opname Druk op de knop om een opname van 1 minuut te
starten.
Aanwijzing: Opnames zijn alleen mogelijk als er een microSD-
kaart in de camera is geplaatst! Anders verschijnt de knop ‘REC’ niet.
37
Nederlands
TVAC19100
Live-weergave Zoom het camerabeeld door twee vingers van elkaar af te
bewegen.
Acties
Microfoon inschakelen Druk op de knop om het opgenomen geluid van de
camera te beluisteren.
Snapshot Druk op de knop om een snapshot op uw
randapparaat op te slaan.
Opname Druk op de knop om een opname van 1 minuut te
starten.
Aanwijzing:
Opnames zijn alleen mogelijk als er een microSD­kaart in de camera is geplaatst! Anders verschijnt de knop ‘REC’ niet.
TVAC16000
Live-weergave Zoom het camerabeeld door twee vingers van elkaar af te
bewegen.
Camerawissel Selecteer de gewenste camera (camera 1 – 4)
Acties
Snapshot Druk op de knop om een snapshot op uw
randapparaat op te slaan.
Opname Druk op de knop om een opname van 1 minuut te
starten.
Aanwijzing: Opnames zijn alleen mogelijk als er een microSD-
kaart in de TVAC16000 monitor is geplaatst! Anders verschijnt de knop ‘REC’ niet.
38
Nederlands
Contacten
Contactenoverzicht
In het contactenoverzicht kunnen maximaal 4 contacten worden weergegeven. 2 voorgeconfigureerde contacten Noodoproep en Politie zijn reeds bij de eerste installatie opgeslagen. U kunt in de instellingen (zie hoofdstuk 5.6 Contacten) nog 2 verdere contacten toevoegen aan het contactenoverzicht of reeds bestaande contacten bewerken.
Oproepen
Door op het nummer van het contact te drukken opent automatisch de telefoonweergave van uw randapparaat waarin het nummer van het contact reeds ingevoerd is. Om de oproep te starten moet u op de beltoets van uw randapparaat drukken.
Let op
De voorgeconfigureerde contacten Noodoproep en Politie alleen in noodgevallen gebruiken.
39
Nederlands
Gebeurtenissen
Gebeurtenissenoverzicht
In het gebeurtenissenoverzicht worden de laatste 100 gebeurtenissen weergegeven.
Om oudere gebeurtenissen te bekijken, gebruikt u de zoekfunctie. De Smartvest-centrale slaat maximaal 1000 items op.
Aanwijzing
Cameragebeurtenissen worden direct van de camera in het gebeurtenissenoverzicht geladen en bijgewerkt. Afhankelijk van de netwerkverbinding kan het meerdere minuten duren totdat een nieuwe video wordt weergegeven.
Aanwijzing
Gebeurtenissen van de bewegingsmelder worden niet in het gebeurtenissenoverzicht weergegeven.
Voor het testen van functies gebruikt u de testmodus. (Zie hoofdstuk 1.4 Bewegingsmelder)
Kleurcode
Als componenten een alarmtoestand getriggerd hebben, worden deze in het gebeurtenissenoverzicht rood gemarkeerd.
Als componenten geen signaal naar de Smartvest verzenden of als de batterij leeg is, worden deze in het gebeurtenissenoverzicht geel gemarkeerd.
Export
Druk op het exportsymbool linksonder om het actuele gebeurtenissenoverzicht op uw randapparaat in een tekstbestand op te slaan.
Zoeken
Druk op het zoeksymbool linksonder om de gebeurtenissen
in een gespecificeerde periode te zoeken. Druk op ‘Zoeken’ om
een zoekopdracht uit te voeren of op het pijlsymbool om terug te gaan naar het gebeurtenissenoverzicht.
Handmatig verversen
U kunt de gebeurtenislijst met een ‘swipe' naar onderen handmatig verversen. Dit is vooral handig bij het laden cameragebeurtenissen.
40
Nederlands
Alarmweergave
Alarmweergave
De alarmweergave wordt geopend door het activeren van een alarm als
de Smartvest-app reeds geopend is.  de Smartvest-app na het alarm wordt geopend.  de Smartvest-app door een druk op de pushnotificatie
van het alarm geopend wordt.
Volgorde van de gebeurtenissen
De volgorde van de gebeurtenissen geeft aan welke gebeurtenis het alarm heeft getriggerd (rood gemarkeerd), op welk tijdstip de gebeurtenis het alarm getriggerd heeft, en gebeurtenissen die na het geactiveerde alarm hebben plaatsgevonden. Max. 5 gebeurtenissen worden weergegeven.
Acties
Onder de acties vindt u de voorgeconfigureerde hotkeys Paniek en Opname.
Standaard: Alle actuatoren activeren (bijvoorbeeld sirene)
en alle camera's nemen op
Standaard: Alle camera's nemen op.
Cameraoverzicht
Door op een camera te drukken gaat u naar de live-weergave van deze camera met de verschillende camerafuncties.
Reddingswerker
Contacten die u heeft geselecteerd als reddingswerker worden nu weergegeven en kunnen voor hulp worden opgeroepen.
Door op het nummer van het contact te drukken opent automatisch de telefoonweergave van uw randapparaat waarin het nummer van het contact reeds ingevoerd is.
Let op
De voorgeconfigureerde contacten Noodoproep en Politie alleen in noodgevallen gebruiken.
Situatie onder controle
Door op de toets ‘Alarm bevestigen’ te drukken wordt het
alarm en uw systeem gedeactiveerd. U kunt ook het alarm bevestigen en uw systeem uitschakelen
door op de toets ‘Inactief’ van uw afstandsbediening te
drukken.
41
Nederlands
Aanwijzing
Afhankelijk van het gebruikte besturingssysteem en randapparaat kan de daadwerkelijke weergave iets van de in deze handleiding gebruikte screenshots afwijken. Het overzicht van de menu's wordt in deze handleiding met behulp van tablet-screenshot weergegeven terwijl de beschrijvingen van de individuele menupunten met behulp van smartphone­screenshots zijn weergegeven. De namen van de menupunten en de menunavigatie zijn echter gelijk op ieder apparaat.
5. Configuratie
De Smartvest-app is onderverdeeld in twee fundamentele menu-onderdelen. De bediening en configuratie.
In dit hoofdstuk wordt de configuratie van de Smartvest met de Smartvest-app beschreven. Voor de bediening van de Smartvest leest u hoofdstuk 4.
De volgende punten kunt u in de configuratie uitvoeren:
uw componenten instellen en toevoegen  uw hotkeys instellen  uw scenario’s instellen uw tijdschema's instellen  netwerk- en veiligheidsparameters instellen  Modi voor inschakelen / gedeeltelijk inschakelen / uitschakelen instellen  tijd en firmware instellen  de test-, onderhouds- af afstandsbedieningsmodus inschakelen
42
Nederlands
Configuratieoverzicht
Configuratieoverzicht
In het configuratieoverzicht zijn de Smartvest-instellingen, contacten en de handleiding weergegeven.
Smartvest-instellingen
Voer het wachtwoord voor de instellingen in (standaard: ‘123456’)
om alle instelmogelijkheden voor de Smartvest te openen.
De volgende instellingen kunnen alleen met het wachtwoord voor de instellingen worden gewijzigd:
Componenten  Hotkeys  Scenario’s Tijdschema's  Geavanceerde instellingen
Deze instellingen zijn gedetailleerder beschreven in de hoofdstukken 5.2 tot 5.6.
Contacten
Druk op ‘Contacten’ om de contactenlijst te openen. De wijze waarop de contacten worden weergegeven kan op ieder
apparaat individueel worden ingesteld, omdat deze in de app zelf worden opgeslagen.
Druk op het gewenste contact dat u wilt wijzigen of op het plussymbool om een nieuw contact toe te voegen.
Naam Voer de naam van het contact in.
Nummer Voer het telefoonnummer van het contact in
Geselecteerde helper Activeer deze eigenschap bij favoriete contacten die u in
noodsituaties wilt bereiken. Als u ten minste één contact als geselecteerde helper heeft geactiveerd, wordt bij de volgende alarmering van de Smartvest dit contact meteen als oproepoptie weergegeven. Maximaal 2 van de 4 contacten kunnen geactiveerd zijn als geselecteerde helper.
Nieuwe of gewijzigde contacten worden in het contactoverzicht (zie hoofdstuk 4.6 Contacten) weergegeven.
Handleiding Smartvest
Hier kunt u de Smartvest-handleiding op uw mobiele telefoon openen.
Afmelden
Druk op ‘Afmelden’ om de verbinding met de Smartvest te
beëindigen. Daarna gaat u naar het beginscherm.
43
Nederlands
Componenten
Componentenoverzicht
Druk op ‘Componenten’ om naar het componentenoverzicht te gaan. In dit overzicht worden alle
geprogrammeerde componenten en de bijbehorende ruimtes weergegeven.
Component programmeren
Druk op het plussymbool om een component toe te voegen. Selecteer de component uit de componentenlijst.
Camera
Aanwijzing
Als de camera met een LAN-kabel op hetzelfde netwerk als de Smartvest-centra aangesloten is, kunt u de camera direct met de Smartvest-app programmeren, configureren en daarna in de WLAN­modus schakelen.
Voor de directe WLAN-verbinding volgt u eerst de handleiding van de camera voor de ingebruikname van de camera in uw thuisnetwerk.
Voer de naam van de component in.
Zoek in het netwerk naar de camera.
Selecteer de DID van de camera in de gebeurtenissen. U
kunt de DID van de camera ook handmatig invoeren en daarna op ‘Volgende’ drukken.
Voer nu de veiligheidscode van de camera in.
Open de ruimtelijst en kies een ruimte waarin de component
wordt gemonteerd. Druk op de pijl om terug te gaan naar de instellingen.
Druk daarna op ‘Volgende' om het programmeren af te
sluiten.
44
Nederlands
Draadloos stopcontact
Voer de naam van de component in.
Open de ruimtelijst en kies een ruimte waarin de component
wordt gemonteerd. Druk op de pijl om terug te gaan naar de instellingen.
Druk daarna op ‘Volgende’
Volg de instructies in de app en sluit het proces af.
Aanwijzing
Als het programmeerproces niet succesvol was, herhaalt u deze stappen opnieuw.
Magneetcontact
Voer de naam van de component in.
Open de ruimtelijst en kies een ruimte waarin de component
wordt gemonteerd. Druk op de pijl om terug te gaan naar de instellingen.
Druk daarna op ‘Volgende’
Volg de aanwijzingen in de app.
Aanwijzing
Als het programmeerproces niet succesvol was,
drukt u op ‘Programmeren’ en opent het batterijvak
van het magneetcontact en sluit deze weer.
Bewegingsmelder
Voer de naam van de component in.
Open de ruimtelijst en kies een ruimte waarin de component
wordt gemonteerd. Druk op de pijl om terug te gaan naar de instellingen.
Druk daarna op ‘Volgende’
Volg de instructies in de app en sluit het proces af.
Aanwijzing
Als het programmeerproces niet succesvol was,
drukt u op ‘Programmeren’, op de knop aan de
onderzijde van de bewegingsmelder en verwijdert u
45
Nederlands
de bewegingsmelder van de achterzijde van de behuizing en drukt u op de programmeertoets.
Rook-hittemelder
Voer de naam van de component in.
Open de ruimtelijst en kies een ruimte waarin de component
wordt gemonteerd. Druk op de pijl om terug te gaan naar de instellingen.
Druk daarna op ‘Volgende’
Volg de instructies in de app en sluit het proces af.
Aanwijzing
Als het programmeerproces niet succesvol was, drukt u op ‘Programmeren’, maakt u de rook­hittemelder los van de onderplaat en verwijdert u de batterijen en plaatst ze opnieuw.
Sirene
Voer de naam van de component in.
Open de ruimtelijst en kies een ruimte waarin de component
wordt gemonteerd. Druk op de pijl om terug te gaan naar de instellingen.
Druk daarna op ‘Volgende’
Volg de instructies in de app en sluit het proces af.
Aanwijzing
Als het programmeerproces niet succesvol was,
drukt u op ‘Programmeren’ en op de
programmeertoets aan de achterzijde van de sirene.
46
Nederlands
Afstandsbediening
Voer de naam van de component in.
Open de ruimtelijst en kies een ruimte waarin de component
wordt gemonteerd. Druk op de pijl om terug te gaan naar de instellingen.
Druk daarna op ‘Volgende’
Volg de instructies in de app en sluit het proces af.
Aanwijzing
Als het programmeerproces niet succesvol was,
drukt u op ‘Programmeren’ en 5 seconden op de
camera-hotkey van de afstandsbediening.
Component instellen
Selecteer in het componentenoverzicht de component die u wilt instellen.
Alarmcentrale
Naam Voer de naam voor de Smartvest in.
Achtergrond-LED Stel de lichtsterkte van de achtergrond-LED's in op ‘Uit, ‘Laag’ of
‘Hoog’.
Volume Stel het volume van de alarmcentrale bij alarmeringen of andere
gebeurtenissen op ‘Uit, ‘Laag’ of ‘Hoog’ in.
Uit Laag: 70 dB Hoog: 90 dB
Reactietijd Stel hier de alarmduur van de alarmcentrale bij een noodgeval in.
Ruimte Open de ruimtelijst en kies een ruimte waarin de Smartvest wordt
gemonteerd. Druk op de pijl om terug te gaan naar de instellingen.
Plaats Voor het weergeven van weersinformatie drukt u op de regel Stad
en zoekt u uw plaats met behulp van de plaatsnaam of de postcode en kiest u in de resultaten uw plaats.
47
Nederlands
Draadloos stopcontact
Naam Voer de naam van de component in.
Automatisch uitschakelen na scenario Stel in hoe lang het draadloze stopcontact geactiveerd moet
blijven nadat deze door een scenario geactiveerd is.
Ruimte Open de ruimtelijst en kies een ruimte waarin het draadloze
stopcontact wordt gemonteerd. Druk op de pijl om terug te gaan naar de instellingen.
Magneetcontact
Naam Voer de naam van de component in.
Ruimte Open de ruimtelijst en kies een ruimte waarin het magneetcontact
wordt gemonteerd. Druk op de pijl om terug te gaan naar de instellingen.
Bewegingsmelder
Naam Voer de naam van de component in.
Ruimte Open de ruimtelijst en kies een ruimte waarin de
bewegingsmelder wordt gemonteerd. Druk op de pijl om terug te gaan naar de instellingen.
48
Nederlands
Rook-hittemelder
Naam Voer de naam van de component in.
Ruimte Open de ruimtelijst en kies een ruimte waarin de component wordt
gemonteerd. Druk op de pijl om terug te gaan naar de instellingen.
Sirene
Naam Voer de naam van de component in.
Reactietype Stel in hoe de sirene bij inschakeling moet reageren.
LED
LED's knipperen
Sirene
Sirene wordt ingeschakeld
LED en sirene
LED's knipperen en sirene wordt ingeschakeld
Duur Stel voor de sirene in hoe lang deze bij inschakeling moet klinken
of de LED's moeten knipperen.
Volume Stel het volume van de sirene in. Uit Laag: ca 80 dB Hoog: ca 100 dB
Let op
Houd bij een ingesteld volume van 100dB altijd een minimale afstand van 3 m aan om lichamelijk letsel (bijvoorbeeld aan het gehoor) te voorkomen.
Ruimte Open de ruimtelijst en kies een ruimte waarin
de Smartvest wordt gemonteerd. Druk op de pijl om terug te gaan naar de instellingen.
49
Nederlands
Afstandsbediening
Naam Voer de naam van de component in.
Ruimte Open de ruimtelijst en kies een ruimte waarin de Smartvest wordt
gemonteerd. Druk op de pijl om terug te gaan naar de instellingen.
Voor de afstandsbediening is de ruimte ‘Mobiele apparaten’”
beschikbaar.
Camera
Naam Voer de naam van de component in.
DID Lees hier de DID van de camera af
Security Code Security Code in de camera invoeren
Geavanceerde instellingen Open de geavanceerde instellingen door de camera-
administratorcode (basisinstelling: 123456) in te voeren
Ruimte Open de ruimtelijst en kies een ruimte waarin de camera wordt
gemonteerd. Druk op de pijl om terug te gaan naar de instellingen.
50
Nederlands
Uitgebreide camera-instellingen
(niet beschikbaar TVAC16000-camera’s)
Administratorwachtwoord en apparaatveiligheidscode Wijzig hier de apparaatveiligheidscode en het
administratorwachtwoord van de camera Met de apparaatveiligheidscode krijgt u toegang tot het
camerabeeld Met het administratorwachtwoord opent u de geavanceerde
instellingen.
Instellingen tijdzones Kies de tijdzone waarin de camera wordt geïnstalleerd. Als in de
tijdzone wordt omgeschakeld naar zomertijd, activeert u de zomertijd.
Videoinstellingen Videokwaliteit Stel de kwaliteit voor de videostreams in:
Betere streaming: de videoweergave wordt vloeiender.  Beter beeld: het videobeeld wordt met een hogere resolutie
weergegeven.
HD Video: het videobeeld wordt in HD-resolutie
uitgezonden. Het beeld kan op grond van het grote datavolume vertraagd worden weergegeven.
Aanwijzing:
Gebruik de instelling Beter beeld / HD video alleen bij voldoende bandbreedte (1Mbps) en voldoende systeemvoorwaarden; houd er rekening mee dat op grond van de verschillende overdrachtstechnologieën van audio en video een asynchrone overdracht op grond van verschillende netwerkbelastingen kan optreden.
Omgevingsmodus
U kunt kiezen uit een netfrequentie Binnen (50Hz), Binnen
(60Hz) en Buiten.
standaardwaarde Duitsland: 50 Hz
Aanpassing slechte lichtverhoudingen Aanpassing van het videobeeld aan slechte lichtomstandigheden in de nachtmodus in stappen van 5 niveaus. Op niveau 5 wordt het beeld het helderst belicht.
Beelduitlijning Hier kunt u het beeld draaien, spiegelen of draaien en spiegelen.
Wifi-instellingen
51
Nederlands
Kies het gewenste netwerk dat de camera voor de internettoegang gebruikt en voer het benodigde WLAN­wachtwoord in.
Aanwijzing:
Om de toegang door vreemden te voorkomen, beschermt u uw netwerk door versleuteling met WPA/ WPA2/ WPA2­PSK.
Nadat de instellingen zijn opgeslagen, start de camera opnieuw op. U dient niet te vergeten om de ethernet­adapterkabel (als deze gebruikt is bij de eerste setup) eruit te trekken.
Als de verbindingsopbouw mislukt of de ingevoerde wifi­gegevens onjuist zijn, drukt u 5 seconden op de resetknop om de camera te resetten naar de fabrieksinstellingen.
Detectiemodus De instellingen voor de bewegingsdetectie zijn nodig voor de bewegingsgestuurde opname.
U kunt kiezen tussen Uit of Software.
Uit: Geen notificatie / opname bij beweging.  Software: Bewegingsdetectie via de software van de
camera. U kunt voor de dag en nacht verschillende gevoeligheden voor de bewegingsdetectie vastleggen. Hoe hoger de gevoeligheid, hoe minder beweging hoeft te worden gedetecteerd om de bewegingsdetectie te activeren.
Instellingen SD-kaarten SD-kaart formatteren SD-kaart formatteren. Als u een SD-kaart langdurig wilt gebruikt, gebruikt u een SD-kaart van de klasse 10.
Aanwijzing:
Bij het formatteren van de SD-kaart worden alle gegevens gewist. U dient voor de formattering een back-up te maken van de gegevens.
Ringgeheugen inschakelen Als deze functie ingeschakeld is, worden bij een volle SD-kaart de oudste opnames overschreven met de nieuwe.
Apparaatinformatie Lees hier de firmware-versie, het totale geheugen en de beschikbare geheugenplaats af.
Hotkeys
Hotkeys
52
Nederlands
Druk op de geconfigureerde hotkeys Paniek of Camera of op één van de 9 configureerbare hotkeys om deze in te stellen. De geconfigureerde en nog niet geconfigureerde hotkeys worden in de weergave gescheiden door een lege regel.
Hotkey-instellingen
Kies in de lijst met actuatoren de gewenste componenten die bij het indrukken van de hotkey moeten worden geactiveerd.
Druk op ‘Opslaan’ om de hotkey met de gewenste actuatoren te
maken.
De hotkey is daarna te zien in het hotkey-overzicht (zie hoofdstuk
4.3 Hotkeys) en kan door drukken geactiveerd worden.
53
Nederlands
Scenario’s
Toepassingsvoorbeelden
U kunt uw woning met scenario’s automatiseren. U kunt bijvoorbeeld een bewegingsmelder-detectie bij het binnentreden van de ruimte of een
magneetcontact-detectie bij het openen van een deur gebruiken om lichtbronnen, die zijn aangesloten op een draadloos stopcontact, in te schakelen.
U kunt echter ook een detectie door een bewegingsmelder of magneetcontact gebruiken om een camera-opname te starten. Zo ziet u altijd wanneer iemand in uw woning binnengetreden is.
Scenario’s
Kies in de lijst met sensoren de gewenste componenten waaraan u een scenario wilt toewijzen.
Aan een sensor kan een willekeurig aantal actuatoren worden toegewezen.
U kunt bestaande, geconfigureerde scenario’s met de AAN/UIT­schakelaar aan de rechterzijde van de componenten ook handmatig uitschakelen totdat u ze weer wilt inschakelen.
Scenario-instellingen
Druk op het plussymbool om de lijst met actuatoren te openen. Kies één of meer actuatoren die u aan het scenario van de sensor wilt toevoegen en druk op ‘Opslaan’.
Bij draadloze stopcontacten kiest u bovendien nog of het draadloze stopcontact bij inschakeling van het scenario geactiveerd (‘aan’) of gedeactiveerd (‘uit’) moet worden.
Als u de draai- en kantelbare TVAC19000-camera als actuator gebruikt, kunt u de opname vanaf 1 van 3 presetposities uit starten.
Aanwijzing:
U kunt een actuator uit de lijst verwijderen door deze uit de lijst met actuatoren te verwijderen (vinkje verwijderen)
Aanwijzing:
U dient erop te letten dat een scenario niet met de configuratie bij alarm in conflict komt. Voorbeeld: Als een bewegingsmelderdetectie bij een alarm een
draadloos stopcontact inschakelt, zou u voor deze bewegingsmelder geen scenario moeten maken waarbij hetzelfde stopcontact wordt uitgeschakeld.
54
Nederlands
Tijdschema's
Toepassingsvoorbeelden
Tijdschema's kunt u gebruiken om uw woning te automatiseren of uw aanwezigheid te simuleren. U kunt voor ieder draadloos stopcontact tijdschema's opslaan en tijdens uw afwezigheid
aanwezigheid simuleren door bijvoorbeeld op het draadloze stopcontact aangesloten lichtbronnen in te schakelen.
Maar u kunt bijvoorbeeld de kerstverlichting op een draadloos stopcontact aansluiten en deze via tijdschema's alleen 's nachts inschakelen.
Tijdschema's
Selecteer in de lijst met draadloze stopcontacten het gewenste draadloze stopcontact waarvoor u een tijdschema wilt maken.
Instellingen tijdschema
Druk op het plussymbool om een tijdschema toe te voegen. Kies de start- en eindtijd uit waarop het draadloze stopcontact
geactiveerd en gedeactiveerd moet worden. Selecteer hier de weekdagen waarop dit tijdschema moet worden
uitgevoerd.
Aanwijzing
U kunt maximaal 10 tijdschema's voor ieder draadloos stopcontact maken.
55
Nederlands
Geavanceerde instellingen
Netwerkinstellingen
Standaard is de Smartvest ingesteld op DHCP. Dit betekent dat de Smartvest automatisch een IP-adres, subnetmasker, gateway en DNS-server van uw router krijgt.
Als u deze gegevens handmatig wilt invoeren, schakelt u DHCP op ‘Uit’ en voert de gegevens zelf in.
Aanwijzing
Aanbevolen wordt om de DHCP-functie op ‘Aan’ te laten staan.
IP-adres De beschikbare IP-adressen voor het IP-adres van de Smartvest
vindt u in uw router-instellingen.
Subnetmasker Het subnetmasker is afhankelijk van het netwerk waarin de
Smartvest zich bevindt. Het gebruikelijke subnetmasker is:
255.255.255.0.
Gateway en DNS-server Voor de gateway en de DNS-server vult u normaal het IP-adres
van uw router in.
Voorbeeld voor een handmatige invoer: IP-adres: 192.168.0.50 Subnetmasker: 255.255.255.0 Gateway: 192.168.0.1 DNS-server: 192.168.0.1
Druk als u klaar bent op “Opslaan” om de gegevens op te slaan.
56
Nederlands
Beveiligingsinstellingen
In de beveiligingsinstellingen kunt u de apparaatveiligheidscode en het wachtwoord voor de instellingen van de Smartvest wijzigen. Er wordt dringend aanbevolen om reeds bij de eerste inrichting beide wachtwoorden te wijzigen.
Apparaatveiligheidscode Vul de oude apparaatveiligheidscode in en daarna een nieuwe
apparaatveiligheidscode. Bevestig deze opnieuw en druk op ‘Opslaan’.
Aanwijzing
De apparaatveiligheidscode wordt automatisch op het randapparaat in de centrale instellingen gewijzigd waarop u de wijziging heeft uitgevoerd.
Bij andere randapparatuur moet u vóór de volgende aanmelding de apparaatveiligheidscode in de algemeen instellingen (zie punt 2.4 Algemene Instellingen) wijzigen.
Wachtwoord voor instellingen Voer eerst het oude wachtwoord voor de instellingen in en daarna
het nieuwe wachtwoord voor de instellingen. Bevestig het nieuwe wachtwoord en druk op ‘Opslaan’.
Aanwijzing
Als u uw apparaatveiligheidscode of uw wachtwoord voor de instellingen vergeten bent, kunt u deze door een reset op de standaardwaarde ‘123456’ resetten.
Druk daarvoor 10 seconden (terwijl het apparaat ingeschakeld is) met behulp van een paperclip op de resetknop op de Smartvest om de Smartvest te resetten op de fabrieksinstellingen. De pairing met de componenten en de belangrijkste instellingen gaan daarbij niet verloren.
Status configuratie
Selecteer de status die u wilt configureren. Bepaal hoe uw Smartvest in deze status moet reageren.
Actief Kies de actuatoren en sensoren die in de status ‘Actief' moeten
activeren of detecteren.
Uitgangsvertraging Schakel de uitgangsvertraging in zodat u na inschakelen van de
Smartvest nog voldoende tijd heeft om het huis te verlaten. De uitgangsvertraging geldt voor Actief en Intern actief.
Aanwijzing
57
Nederlands
In de status ‘Actief' worden standaard alle actuatoren
en sensoren geactiveerd.
Intern actief
Kies de actuatoren en sensoren die in de status ‘Intern actief'
moeten activeren of detecteren.
Uitgangsvertraging Schakel de uitgangsvertraging in zodat u na inschakelen van de
Smartvest nog voldoende tijd heeft om het huis te verlaten. De uitgangsvertraging geldt voor Actief en Intern actief.
Aanwijzing
In de status ‘Intern actief' worden standaard alle
actuatoren en sensoren geactiveerd, met uitzondering van de bewegingsmelders.
Inactief Ingangsvertraging Activeer de ingangsvertraging zodat u na de inactief-schakeling
van de Smartvest nog voldoende tijd heeft als u uw huis binnenkomt.
Let op
De ingangsvertraging brengt een verhoogd veiligheidsrisico met zich mee, omdat de centrale in deze periode kan worden gesaboteerd.
58
Nederlands
Notificaties
Pushnotificatie inschakelen Schakel de pushnotificatie in om een melding over een
statuswijziging of een alarm op uw randapparaat te krijgen.
E-mailnotificatie inschakelen Schakel de e-mailnotificatie in om een melding over een
statuswijziging of een alarm op uw randapparaat te krijgen.
Voer hiervoor uw e-mailadres(sen) in de ontvangerslijst in.
SMS-notificatie inschakelen Schakel de SMS-notificatie in om een melding over een
statuswijziging of een alarm op uw randapparaat te krijgen.
Voor een SMS-notificatie gaat u naar www.smstrade.de en bestelt u een passend abonnement. Na de aanmelding krijgt u een verificatieverzoek op uw mobiele telefoon. Bevestig dit verzoek.
Voer nu de sleutel en uw telefoonnummer in en kies het geselecteerde programma.
Let op
‘SMS Service’ is een product van het bedrijf CM
Telecom Germany GmbH, Office Frankfurt, Mainfrankenpark 53, 97337 Dettelbach. U gebruikt het product voor eigen risico. ABUS Security-Center GmbH & Co. KG, Linker Kreuthweg 5, 86444 Affing aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor eventuele schade door het gebruik van deze dienst.
Firmware-update
Druk op ‘Vernieuwen’ om de firmware-update te starten.
Wacht totdat de melding 'Update gelukt' wordt weergegeven. -­De centrale start daarna opnieuw op. Tijdens het opstarten knippert de netwerk-LED rood.
Aanwijzing
De firmware-update voert u het beste uit als u zich in hetzelfde netwerk als de Smartvest bevindt.
59
Nederlands
Tijd overnemen
Druk op Tijd overnemen om de actuele tijdzone en tijd van uw smartphone naar de Smartvest te sturen.
Over
Druk op ‘Over’ om de actuele informatie over de Smartvest DID, actuele firmwareversie en de actuele app-versie te bekijken.
Speciale modus
Onderhoudsmodus Zet het systeem in de onderhoudsmodus om bij het vervangen
van de batterij te voorkomen dat een sabotagealarm wordt geactiveerd en een supervisiefout optreedt.
Let op
Vergeet niet om de onderhoudsmodus weer in te schakelen als u terugkeert naar de normale modus.
Testmodus Na het inschakelen van de testmodus verschijnt een weergave
met alle nieuwe gebeurtenissen, inclusief de bewegingsdetectie. De testmodus is alleen beschikbaar als het systeem is uitgeschakeld.
Let op
Vergeet niet om de testmodus weer uit te schakelen als u terugkeert naar de normale modus.
Afstandsbedieningsmodus Met de instelling ‘Afstandsbedieningsmodus’ is de functionaliteit
van de app beperkt tot de functie van een afstandsbediening. Deze is geschikt voor gebruikers die alleen toegang krijgen tot de basisfunctie, bijvoorbeeld uw kinderen.
60
Nederlands
Modelnummer FUAA35000 - Smartvest
Batterij
6 x AA (2 x 3) (1,5V) voor noodstroomvoeding
Levensduur van de batterij
h
Ø 5
Bedrijfstemperatuur
°C
0 - 40
Frequentie
MHz
868,3
Gewicht
g
540
Hygrometer
Geïntegreerd
Afmetingen
mm
279,6 x 89,3 x 193,8
Max. draadloze zones
32
Max. luchtvochtigheid
%
80
Montage
Vrijstaande montage of wandmontage.
Netwerkaansluiting
Mbit.
10/100
Reikwijdte
m
Ca. 30, afhankelijk van de situatie ter plaatse
Geluidsniveau
dB
Uit, laag (70), hoog (90)
Voedingsspanning
V
5
Energieverbruik
mA
Max. 450
Modelnummer
FUHA35000 – draadloos stopcontact
Aansluitingen
Geaarde stekker aan apparaat (type:F); geaarde
stekkerdoos aan apparaat (type:F)
Bedrijfstemperatuur
°C
0 - 40
Frequentie
MHz
868
Gewicht
g
129
Afmetingen
mm
55 x 99 x 31
Max. luchtvochtigheid
%
80
Reikwijdte
m
Ca. 30, afhankelijk van de situatie ter plaatse
Sabotagebeveiliging
Nee
Schakelvermogen
W
< 3680
Signaalcontrole
Ja, tijdinterval 3h
Voedingsspanning
V
250 AC
6. Technische gegevens
61
Nederlands
Modelnummer
FUMK35000 – magneetcontact
Batterij
1 x CR2032 (3V)
Levensduur van de batterij
h
Ø 1 jaar
Bedrijfstemperatuur
°C
0 - 40
Frequentie
MHz
868,3
Gewicht
g
30
Afmetingen
mm
40 x 71 x 14
Max. luchtvochtigheid
%
80
Montage
Deur- en raammontage
Reikwijdte
m
Ca. 30, afhankelijk van de situatie ter plaatse
Sabotagebeveiliging
Ja
Signaalcontrole
Ja, tijdinterval 3h
Modelnummer
FUBW35000 – bewegingsmelder
Batterij
3 x AA (1,5V)
Levensduur van de batterij
h
Ø 2 jaar
Bedrijfstemperatuur
°C
0 - 40
Detectiemethode
Warmtedetectie
Energiebesparingsmodus
s
120 (na herkende beweging stuurt de
bewegingsmelder pas na 120 seconden weer een
volgende melding)
Bewakingsgebied
m
16
Frequentie
MHz
868,3
Gewicht
g
163
Afmetingen
mm
61 x 110 x 52
Max. luchtvochtigheid
%
80
Montage
Wandmontage
Hoogte > 2m
PIR-beeldhoek
Horizontaal: 105°
Verticaal: 45°
Reikwijdte
m
Ca. 30, afhankelijk van de situatie ter plaatse
Sabotagebeveiliging
Ja
Signaalcontrole
Ja, tijdinterval 3h
62
Nederlands
Modelnummer
FURM35000 – rook-hittemelder
Mute schakeling alarm
M
10
Batterij
2 x AA (1,5V)
Levensduur van de batterij
h
Ø 1 jaar
Bedrijfstemperatuur
°C
0 - 45
Bewakingsgebied
40
Frequentie
MHz
868,3
Gewicht
g
166
Afmetingen
mm
32 x 120
Max. luchtvochtigheid
%
93
Montage
Plafondmontage
Reikwijdte
m
Ca. 30, afhankelijk van de situatie ter plaatse
Signaalcontrole
Ja, tijdinterval 3h
Modelnummer FUSG35000 – sirene
Batterij
4 x C (1,5V)
Levensduur van de batterij
h
Ø 2 jaar
Bedrijfstemperatuur
°C
-10 - 50
Frequentie
MHz
868,3
Gewicht
g
870
Kleur verlichting
Rood
Verlichting
LED
Afmetingen
mm
112 x 300 x 102
Max. luchtvochtigheid
%
80
Montage
Wandmontage in beschermd buitengebied
PIR-beeldhoek
Horizontaal: 105°, verticaal: 45°
Reikwijdte
m
Ca. 30, afhankelijk van de situatie ter plaatse
Sabotagebeveiliging
Ja
Geluidsniveau
dB
Uit, laag (80), hoog (100)
Beschermingsklasse
IP
44
Signaalcontrole
Ja, tijdinterval 3h
Voedingsspanning
V
5
Energieverbruik
mA
200
Modelnummer
FUBE35000 – afstandsbediening
63
Nederlands
Batterij
1 x CR2032 (3V)
Levensduur van de batterij
h
Ø 2 jaar
Bedrijfstemperatuur
°C
0 - 40
Frequentie
MHz
868,3
Gewicht
g
22
Afmetingen
mm
30 x 60 x 14
Max. luchtvochtigheid
%
80
Montage
Deur- en raammontage
Reikwijdte
m
Ca. 30, afhankelijk van de situatie ter plaatse
Sabotagebeveiliging
Nee
Signaalcontrole
Ja, tijdinterval 3h
64
Loading...