Toro 74311TE Operator's Manual [nl]

FormNo.3436-626RevA
ZMaster
®
8000-seriezitmaaier
met122cmmaaidek
Modelnr.:74311TE—Serienr.:405700000enhoger
Registreeruwproductopwww.T oro.com. Vertalingvandeoorspronkelijketekst(NL)
DitproductvoldoetaanallerelevanteEuropese richtlijnen;zievoordetailsdeaparteproductspecieke conformiteitsverklaring.
Raadpleegdemeegeleverdedocumentatievande motorfabrikant.
Bruto-ennettokoppel:Hetbruto-ennettokoppel vandezemotorisdoordemotorfabrikantin laboratoriumomstandighedengemetenvolgens standaardJ1940ofJ2723vandeSocietyof AutomotiveEngineers(SAE).Omdatbijde conguratierekeningisgehoudenmetdeveiligheids-, emissie-engebruiksvoorschriften,zaldemotorvan dittypemaaiersindepraktijkveelminderkoppel hebben.Raadpleegdemeegeleverdedocumentatie vandemotorfabrikant.
Inleiding
g310514
Figuur1
1.Plaatsvanmodelnummerenserienummer
Dezemaaitractormetdraaiendemessenis bedoeldvoorprofessioneelgebruik.Demachineis voornamelijkontworpenvoorhetmaaienvangras opgoedonderhoudenparticuliereofcommerciële gazons.Ditproductgebruikenvooranderedoeleinden danhetbedoeldegebruikkangevaarlijkzijnvooru ofvooromstanders.
Leesdezeinformatiezorgvuldigdoor,zodatuweet hoeudemachineopdejuistewijzemoetgebruiken enonderhoudenenomschadeaandemachineen letseltevoorkomen.Ubentverantwoordelijkvoorhet juisteenveiligegebruikvandemachine.
Ganaarwww.Toro.comvoordocumentatieover productveiligheidenbedieningsinstructies,informatie overaccessoires,hulpbijhetvindenvaneendealer ofomuwproductteregistreren.
Alsuservice,origineleToroonderdelenofaanvullende informatienodighebt,kuntucontactopnemenmet eenerkendeservicedealerofmetdeklantenservice vanT oro.Udienthierbijaltijdhetmodelnummeren hetserienummervanhetproducttevermelden.De locatievanhetplaatjemethetmodelnummeren hetserienummervanhetproductisaangegevenop
Figuur1.Ukuntdenummersnotereninderuimte
hieronder.
Modelnr.:
Serienr.:
Erwordenindezehandleidingtweewoordengebruikt omuwaandachtopbijzondereinformatietevestigen. Belangrijkattendeertuopbijzonderetechnische informatieenOpmerkingduidtalgemeneinformatie aandiebijzondereaandachtverdient.
Hetveiligheidssymbool(Figuur2)komtzowel indezehandleidingalsopdemachinevoorom belangrijkeveiligheidsberichtenteidenticerendie umoetopvolgenomongevallentevoorkomen.Het symboolzalverschijnenmethetwoordGevaarof Waarschuwing.
Gevaar:eendirectgevaarlijkesituatiedie,als
dezenietwordtvoorkomen,altijdzalleidentot dedoodofernstigletsel.
Waarschuwing:eenmogelijkgevaarlijkesituatie
die,alsdezenietwordtvoorkomen,kanleidentot dedoodofernstigletsel.
Waarschuwing:eenmogelijkgevaarlijkesituatie
die,alsdezenietwordtvoorkomen,kanleidentot lichtofmiddelmatigletsel.
Belangrijk:Ukuntmetuwmobielapparaatde
QR-codeophetplaatjemethetserienummer (indienaanwezig)scannenomtoegangte krijgentotdegarantie,onderdelenenandere productinformatie.
©2020—TheToro®Company 8111LyndaleAvenueSouth Bloomington,MN55420
g000502
Figuur2
Veiligheidssymbool
Ukuntcontactmetonsopnemenopwww.Toro.com.
2
Allerechtenvoorbehouden
GedruktindeVS
Inhoud
Veiligheid..................................................................4
Algemeneveiligheid...........................................4
Hellingsindicator................................................5
Veiligheids-eninstructiestickers........................6
Algemeenoverzichtvandemachine.......................12
Bedieningsorganen..........................................12
Specicaties....................................................13
Werktuigen/accessoires...................................13
Voorgebruik........................................................14
Veiligheidsinstructiesvoorafgaandaanhet
werk..............................................................14
Brandstofbijvullen............................................15
Dagelijksonderhouduitvoeren.........................16
Eennieuwemachineinrijden............................16
Hetmaaidekomhoogbrengeninde
onderhoudsstand..........................................16
Hetmaaideknaarbenedenzetteninde
bedrijfsstand................................................17
InstellenvandeschottenvanhetFill
ReductionSystem(FRS)..............................17
Hetveiligheidssysteemgebruiken....................18
Bestuurdersstoelontgrendelen.........................19
Tijdensgebruik....................................................19
Veiligheidtijdenshetwerk.................................19
Parkeerremgebruiken......................................22
Deaftakashendelbedienen..............................22
Degashendelbedienen....................................23
Dechokebedienen..........................................23
Startenvandemotor........................................23
Demotorafzetten.............................................24
Metdemachinerijden.......................................25
Demaaihoogteinstellen...................................25
Dehopperleegmaken......................................26
Tipsvoorbedieningengebruik.........................26
Nagebruik...........................................................27
Veiligheidnahetwerk.......................................27
Schermvandehopperreinigen.......................27
Devrijgavehendelsvandeaandrijfwielen
gebruiken......................................................27
Demachinetransporteren................................28
Onderhoud..............................................................31
Veiligheidbijonderhoud....................................31
Aanbevolenonderhoudsschema.........................31
Smering...............................................................33
Demachinesmeren..........................................33
Dearmvanderiemspanpoelievandepomp
smeren..........................................................33
Hetscharnierppuntvanderemhendel
smeren..........................................................34
Debussenvanderemstangende
stanguiteindenvandestuurkoppeling
smeren..........................................................35
Deolievandetandwielkastverversen..............35
Draaipuntenvandezwenkwielen
smeren..........................................................36
Dezwenkwielnavensmeren.............................37
Onderhoudmotor................................................38
Veiligheidvandemotor.....................................38
Onderhoudvanhetluchtlter............................38
Motorolieverversen/oliepeilcontroleren...........39
Onderhoudvandebougie................................41
Onderhoudbrandstofsysteem.............................42
Brandstofltervervangen..................................42
Onderhoudvandebrandstoftank......................42
Onderhoudelektrischsysteem............................43
Veiligheidvanhetelektrischsysteem................43
Onderhoudvandeaccu....................................43
Instellenvandeveiligheidsschakelaars............44
Onderhoudvandezekeringen..........................44
Machinestartenmetstartkabel.........................45
Onderhoudaandrijfsysteem................................46
Desporingafstellen..........................................46
Debandenspanningcontroleren.......................47
Dewielmoerencontroleren...............................47
Desleufmoerenvandewielnaaf
controleren....................................................47
Lagersvandraaipuntvanzwenkwiel
afstellen........................................................47
Onderhoudkoelsysteem.....................................48
Veiligheidvanhetkoelsysteem.........................48
Motorschermenoliekoelervandemotor
reinigen.........................................................48
Onderhoudvanmotoroliekoeler.......................49
Dekoelribbenenuitlaatringenreinigen.............49
Onderhoudenremmen........................................49
Deparkeerremafstellen...................................49
Onderhoudriemen..............................................51
Riemencontroleren..........................................51
Vervangenvandeaandrijfriemenvande
aftakas..........................................................51
Aandrijfriemvanpompvervangen....................52
Instellenvanderiemgeleiders..........................52
Onderhoudbedieningsysteem............................53
Instellingvandeachteruit-stopstang................53
Instellenvandespanningvande
snelheidshendel............................................53
Instellenvandeverbindingvande
snelheidshendel...........................................54
Deaandrijvingspoelievandeaftakas
uitlijnen..........................................................55
Uitlijnenvandeaandrijvingspoelievande
pomp.............................................................56
Instellenvandeveervandeaftakasrem...........56
Hetdekselvandehopperinstellen....................57
Instellenvandestopvandeborgpenophet
maaidek........................................................57
Onderhoudhydraulischsysteem.........................58
Veiligheidvanhethydraulischesysteem...........58
Specicatieshydraulischevloeistof..................58
Hydraulischevloeistofcontroleren....................58
Hydraulischevloeistofverversenendelter
vervangen.....................................................58
Dehydraulischepompencontrolerenen
reinigen.........................................................59
3
Onderhoudvanmaaimessen...............................60
Veiligheidvandemessen.................................60
Onderhoudvandemaaimessen.......................60
Maaidekhorizontaalstellen..............................62
Maaidekverwijderen.........................................62
Hetmaaidekmonteren.....................................64
Instellenvandestopvandeborgpenophet
maaidek........................................................64
Reiniging.............................................................65
Deonderkantvanhetmaaidekreinigen............65
Verwijderenvanvervuilingvande
machine........................................................65
Afvalafvoeren..................................................65
Stalling....................................................................65
Veiligheidtijdensopslag...................................65
Reinigenenopslaan.........................................65
Problemen,oorzaakenremedie.............................67
Schema's................................................................69
Veiligheid
Dezemachineisontworpenvolgensnorm ENISO5395.
Algemeneveiligheid
Ditproductkanhandenofvoetenafsnijden envoorwerpenuitwerpen.Volgaltijdalle veiligheidsinstructiesopomernstigletselte voorkomen.
LeesdezeGebruikershandleidingenzorgervoor
datudezebegrijptvoordatudemotorstart.
Houdomstandersenkinderenuitdebuurt.
Laatkinderenofpersonendiegeeninstructie
hebbenontvangendemachinenietgebruikenofer onderhoudswerkzaamhedenaanverrichten.Laat enkelmensendieverantwoordelijkengetraindzijn endiebovendienvertrouwdzijnmetdeinstructies enfysiekertoeinstaatzijndemachinebedienen oferonderhoudswerkzaamhedenaanverrichten.
Houdderolbeugelaltijdindevolledigomhoog
geklapteenvergrendeldestandendoede veiligheidsgordelom.
Gebruikdemachinenietindebuurtvansteile
hellingen,greppels,oevers,waterofandere gevaren,ofophellingensteilerdan15°.
Houdhandenenvoetenuitdebuurtvande
bewegendeonderdelenvandemachine.
Gebruikdemachinenietalserschermen,veilig-
heidsschakelaarsofanderebeveiligingsmiddelen ontbrekenofalsdezenietnaarbehorenwerken.
Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.Laatdemachine afkoelenvoordatudezeafstelt,vultmetbrandstof, reinigt,staltoferonderhoudswerkzaamhedenaan verricht.
4
Hellingsindicator
Figuur3
Umagdezepaginakopiërenvoorpersoonlijkgebruik.
1.Demaximalehellingshoekwaarbijudemachinemaggebruikenis15graden.Gebruikhethellingsschemaomdehellingshoek tebepalenvoordatudemachinebedient.Gebruikdemachinenietophellingenvanmeerdan15graden.Langsde betreffendelijnvandeaanbevolenhellingshoekvouwen.
2.Lijndezeranduitmeteenverticaaloppervlak,bijvoorbeeldeenboom,gebouwofhek.
3.Voorbeeldvanhetvergelijkenvandehellingshoekmetdegevouwenrand
5
g011841
Veiligheids-eninstructiestickers
Veiligheidsstickersenveiligheidsinstructieszijngemakkelijkzichtbaarvoordebestuurderen bevindenzichbijplaatsenwaargevaarkanontstaan.Vervangallebeschadigdeofverdwenen stickers.
decal93-7818
93-7818
decalbatterysymbols
Symbolenopaccu
Sommigeofallesymbolenstaanopdeaccu.
1.Waarschuwing–LeesdeGebruikershandleidingvoor instructiesomdemesbout/moervasttezettenmeteen torsievan115tot149N·m.
1.Risicovanexplosie6.Houdomstandersuitde buurtvandeaccu.
2.Nietroken.Geenopen
vuurofvonken
7.Draagoogbescherming; explosievegassenkunnen blindheidenanderletsel veroorzaken.
3.Risicovanbijtende vloeistof/chemische brandwonden
4.Draagoogbescherming.
8.Accuzuurkanblindheid ofernstigebrandwonden veroorzaken.
9.Ogendirectmetwater spoelenensnelarts raadplegen.
5.Leesde Gebruikershandleiding.
10.Bevatlood;niet weggooien
Merktekenvanfabrikant
1.Ditmerktekengeeftaandathetmesonderdeelvaneen origineleT oromaaimachineis.
decal98-1977
98-1977
1.Risicoomgegrepenteworden,riem–Blijfuitdebuurtvan bewegendeonderdelen.
decal106-5517
106-5517
decaloemmarkt
1.Waarschuwing–Raakhetheteoppervlaknietaan.
93–6696
1.Opgeslagenenergie–LeesdeGebruikershandleiding.
decal93-6696
decal112-8760
112-8760
1.Gevaaropweggeslingerdeobjecten–Houdomstanders opeenafstand.
2.Handenofvoetenkunnenwordengesneden/geamputeerd, maaimes–Blijfuitdebuurtvanbewegendeonderdelen.
6
112-9028
NVXXXXXX
1
2
3
4 5 6 7
1.Waarschuwing–Blijfopafstandvanbewegendedelen; zorgdatallebeschermendedelenophunplaatszijn.
decal112-9028
decal116-8934
116-8934
1.Peilvandehydraulische vloeistof
2.Leesde Gebruikershandleiding.
115-4212
3.Waarschuwing–Raakhet heteoppervlaknietaan.
decal115-4212
1.Waarschuwing–Voordat
2.Maaihoogte uafstellingenuitvoert, onderhouduitvoertofhet maaidekschoonmaakt, moetudemeskoppeling uitschakelen,demotor uitschakelenenhet sleuteltjeuithetcontact halen.
116-8935
1.Waarschuwing:opklapbaarmaaidek–Zethetscharnier vastdoordepennaarbinnentedrukkenennaarde voorkantvanhetmaaidektedraaien.
decal116-8935
1.Indicatorhopperomhoog5.Parkeerrem
2.Accu6.Neutraalstand
3.Urenteller7.Dodemansschakelaar
4.Aftakas
decal116-8813
116-8813
116-8936
decal116-8936
1.Gevaar–Gebruikdemachinenietmethetmaaidekinde bovenstestand.
7
decal116-8946
116-8946
116-8941
1.1.Geleidingvan aandrijfriemvandeaftakas
2.2.Geleidingvan aandrijfriemvanpomp
116-8943
1.Gevaar:draaiendemaaimessen–Schakeldeaftakas uit,zetdesnelheidshendelopneutraal,schakelde parkeerremin,stopdemotor,enverwijderhetsleuteltje uithetcontactvoordatudebestuurderspositieverlaat. LeesdeGebruikershandleidingvoordatuservice-of onderhoudswerkzaamhedenuitvoert.
2.Gevaar–Gebruikdemachinenietmetdehopperinde bovenstestand.
decal116-8941
decal116-8943
1.Linksomdraaienomvrijte zetten.
2.Rechtsomdraaienomin teschakelen.
3.Vrijzettenomdemachine teduwen.
4.LeesdeGebruikershand- leidingvoordatuservice­ofonderhoudswerkzaam­hedenuitvoert.
116-9049
1.Gevaar:draaiendeonderdelenvandeaandrijving–Zorg datallebeschermkappenvandeaandrijijnophunplaats zitten.Zorgdatbeideuiteindenvandeaandrijijngoed vastzitten.
119-0217
decal116-9049
decal119-0217
1.Waarschuwing–Zetdemotoraf,blijfuitdebuurtvan bewegendeonderdelenenhoudallebeschermendedelen ophunplaats.
120-0625
1.Beknellingsgevaar(hand)–Houduwhandenuitdebuurt.
8
decal120-0625
Markeringenophetlinkerbedieningspaneel
decal126-4159
1.Aftakas–uitschakelen
2.Aftakas–inschakelen
3.Parkeerrem–vrijzetten
4.Parkeerrem–inwerking stellen
126-4207
1.ZiedeGebruikershandleidingvoordeinstelprocedure.Als deaftakasingeschakeldis,moetdespannerarmzichin hetgearceerdegebiedbevinden.Alsditniethetgevalis, moetdezewordenafgesteld.
decal126-4207
130-2880
1.Motortemperatuur
2.Snel8.Cilinderuit
3.Langzaam
4.Neutraalstand10.Langzaam
5.Neutraalstand
6.Achteruit
7.Cilinderin
9.Snel
11.Choke–gesloten/aan
12.Choke–open/uit
decal130-2880
9
Markeringenopdevoorkantvandehopper(cont'd.)
1.Waarschuwing–Leesde Gebruikershandleiding. Gebruikdemachine alleenalsuhiervoor bentopgeleid.Draag gehoorbescherming.
2.Slip-enkantelgevaar –Gebruikdemachine nietindenabijheidvan steilehellingenmeteen hellingsgraadvanmeer dan15graden,gebruik demachineopeen veiligeafstandvansteile hellingenvanminderdan 15graden;maakgeen bruuskebochtenalsusnel rijdt,rijdtraaginbochten.
3.Waarschuwing–Gebruik geendubbeleoprijplaat wanneerudemachine transporteert,maareen enkeleoprijplaat.Gebruik geenoprijplaatwaarvan hethellendvlaksteileris dan15graden.
4.Eriseenrolbeugelle­verbaarendezewordt aanbevolenbijhetwer­kenopplekkenwaarer hellingen,valgevaar/hoog­teverschillenenwaterzijn.
5.Waarschuwing–Blijfuit debuurtvanbewegende onderdelen;laatalle beschermendedelen ophunplaats.Zetde motorafenverwijder hetsleuteltjevoordat uafstellingenuitvoert, servicewerkzaamheden verrichtofdemachine schoonmaakt.
6.Waarschuwing–Schakel deaftakasuit,zet desnelheidshendel opneutraal,stelde parkeerreminwerkingen zetdemotorafvoordat udebestuurderspositie verlaat.
7.Machinekanvoorwerpen uitwerpen–Raap voorwerpenopdiekunnen wordenuitgeworpen doordemaaier.Gebruik demachinenietalser mensenendiereninde buurtzijn.Laatdegeleider opzijnplaatszitten.
8.Ledematenvan omstanderskunnen bekneldraken/afgesneden worden–Neemgeen passagiersmee;kijknaar vorenennaarbeneden tijdenshetgebruikvande machine;kijkachteromen naarbenedentijdenshet achteruitrijden.
decal126-4158
Markeringenopdevoorkantvandehopper
Opmerking:Dezemachinevoldoetaandetestsdiede
statischebreedte-enlengtestabiliteitmetenendiestandaard zijnindesector.Demaximaleaanbevolenhellingshoekwordt vermeldopdesticker .Raadpleegdeinstructiesvoorgebruik vandemachineophellingenindeGebruikershandleidingende omstandighedenwaarinudemachinegaatgebruikenomnate gaanofudemachineopeenbepaaldedagenophetterreinin kwestiekuntgebruiken.Veranderingeninhetterreinkunnentot gevolghebbendatdemachineandersreageertophellingen.Laat demaai-eenhedenindienmogelijkneeropdegrondwanneeru demachineopeenhellinggebruikt.Alsudemaai-eenheden omhoogbrengtophellingen,kandemachineonstabielworden.
10
decal116-9044
116-9044
1.LeesdeGebruikershandleidingalvorensonderhoudswerk- zaamhedenuittevoeren.
8.Smeerdevergrendelingvanhetmaaidekomde 100bedrijfsuren.
2.Controleerdemotorolieomde8bedrijfsuren.9.Smeerdescharnierpuntenvanhetmaaidekomde 100bedrijfsuren.
3.Smeerdelagersvandevoorstezwenkwielenomde
8bedrijfsuren.
10.Controleerhetpeilvandeolieintandwielkastomde 100bedrijfsuren(gebruikuitsluitendMobil175W-90 tandwielkastolie).
4.Controleerhetpeilvandehydraulischevloeistofomde40 bedrijfsuren(gebruikalleendeaanbevolenhydraulische
11.Smeerdescharnierpuntenvandevoorstezwenkwielenom de500bedrijfsuren.
vloeistof).
5.Controleerdebandenspanningomde40bedrijfsuren.12.Smeerhetscharnierpuntvanhetachterstezwenkwielomde 500bedrijfsuren.
6.Smeerdeaftakasvoordeaandrijvingvanhetmaaidekom
13.Smeerhetachterstezwenkwielomde500bedrijfsuren.
de40bedrijfsuren.
7.Controleerhetluchtlteromde40bedrijfsuren.14.Smeerderiemspannersomde500bedrijfsuren.
11
Algemeenoverzicht vandemachine
1.Snelheidshendel
2.Bedieningsorganen
3.Brandstoftankdop
4.Rolbeugel
Figuur4
Contactschakelaar
Decontactschakelaar,waarmeeudemotorstarten afzet,heeft3standen:UIT,LOPENenSTART.Zie
Startenvandemotor(bladz.23).
Gashendel
Degashendelregelthetmotortoerentalenzorgtvoor eencontinuverstelbareregelingvanLANGZAAMtot SNEL(Figuur5).
Chokeknop
Gebruikdechokeknopomeenkoudemotortestarten.
Aftakashendel
Gebruikdeaftakashendelomdemaaimessenende ventilatorinteschakelen.
g233918
Snelheidshendel
5.Rijhendels
6.Aftakashendel
7.Parkeerremhendel
Desnelheidshendelregeltdemaximalesnelheidbij hetvooruitrijdenvandemachine(Figuur4).Alsu desnelheidshendelnaarachterenbeweegt,naarde
NEUTRAALSTAND,wordtdeaandrijvingopneutraal
gezet.
Bedieningsorganen
Zorgdatuvertrouwdbentmetallebedieningsorganen voordatudemotorstartendemachinegebruikt.
Bedieningspaneel
Figuur5
1.Contactschakelaar4.Chokeknop
2.Hopperschakelaar
3.Display6.Motorolietemperatuur:
5.Gashendel
indicatielampenzoemer
Urenteller
Deurentellerregistreerthetaantalurendatde motorinbedrijfisgeweest.Deurentellerregistreert alsdedecimalepuntinheturen/volt-display knippert.Gebruikdezetijdenomregelmatig onderhoudswerkzaamhedenteplannen(Figuur6).
g035550
1.Indicatorsveiligheidssysteem
2.Hopperomhoog
3.Uren/volt-display
4.Indicatorlampjelagespanning
Figuur6
g020563
12
Accu-indicatielampje
Alsuhetcontactsleuteltjegedurendeeenpaar secondenindestandAANzet,wordtdeaccuspanning weergeveninhetgebiedwaarnormaaldeuren wordenweergegeven.
Hetacculampjewordtingeschakeldwanneerde contactschakelaarisingeschakeldenwanneerde ladingzichonderhetjuistebedrijfsniveaubevindt (Figuur6).
Lengte(cont'd.)
Maaidekvan122cm
Zondermaaidek171cm
Maaidekomhoog208cm
Maaidekomlaag240cm
Hoogte
Indicatorsveiligheidssysteem
Erstaansymbolenopdeurentellerdiemeteen zwartedriehoekaangevendathetveiligheidssysteem juistaangebrachtis(Figuur6).
Indicatielampenzoemervan motorolietemperatuur
Deindicatielampvandemotorolietemperatuur bewaaktdeolietemperatuur.Alsdetemperatuur vandemotortehoogwordt,lichtdeindicatielamp vandemotorolietemperatuuropenklinktdezoemer onderbroken.
Rijhendels
Derijhendelswordengebruiktomdemotorvooruiten achteruittelatenrijdenenombochtennaarlinksof naarrechtstemaken(Figuur4).
Parkeerremhendel
Alsudemotorafzet,moetudeparkeerreminwerking stellenomtevoorkomendatdemachineperongeluk inbewegingkomt.
Maaidekvan122cm
130cm
Gewicht
Maaidekvan122cm
538kg
Werktuigen/accessoires
EenselectievandoorT orogoedgekeurdewerktuigen enaccessoiresisverkrijgbaarvoorgebruikmetde machineomdemogelijkhedendaarvanteverbeteren enuittebreiden.Neemcontactopmeteenerkende servicedealerofeenerkendeT orodistributeur, ofbezoekwww.Toro.comvooreenlijstvanalle goedgekeurdewerktuigenenaccessoires.
Omdebesteprestatiesteverkrijgenenerzeker vantezijndatdemachinealtijdveiligkanworden gebruikt,moetutervervanginguitsluitendoriginele Toroonderdelenenaccessoiresgebruiken.Gebruik tervervangingnooitonderdelenenaccessoiresvan anderefabrikanten,omdatditgevaarlijkkanzijn.Dit kanertoeleidendatdegarantieophetproductkomt tevervallen.
Brandstofklep
Sluitdebrandstofafsluitklepalsudemachine transporteertofstalt.
Specicaties
Opmerking:Specicatiesenontwerpkunnen
zondervoorafgaandekennisgevingwordengewijzigd.
Breedte
Maaidekvan122cm
Zondermaaidek108cm
Metmaaidek125cm
Lengte
13
Gebruiksaanwijzing
enhet/dewerktuig(en)uitindieniemandhet werkgebiedbetreedt.
Opmerking:Bepaalvanuitdenormale
bedieningspositiedelinker-enrechterzijdevande machine.
Voorgebruik
Veiligheidsinstructies voorafgaandaanhetwerk
Algemeneveiligheid
Laatkinderenofpersonendiegeeninstructie
hebbenontvangendemachinenietgebruikenof eronderhoudswerkzaamhedenaanverrichten. Plaatselijkevoorschriftenkunnennadereeisen stellenaandeleeftijdvandegenediemetde machinewerkt.Deeigenaarisverantwoordelijk voordeinstructievanallebestuurdersentechnici.
Controleerdeomgevingwaarudemachinegaat
gebruiken.Verwijderallevoorwerpendiede werkingvandemachinekunnenbeïnvloedenof diedoordemachinekunnenwordenuitgeworpen.
Zorgervoordatuvertrouwdraaktmetde
bedieningsorganenendeveiligheidssymbolen,en weethoeudemachineveiligkuntgebruiken.
Controleerdeaanwezigheidengoedewerkingvan
dedodemansinrichtingen,veiligheidsschakelaars enschermen.Gebruikdemachineuitsluitendals dezenaarbehorenwerkt.
Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.Laatdemachine afkoelenvoordatudezeafstelt,vultmetbrandstof, reinigt,staltoferonderhoudswerkzaamhedenaan verricht.
Controleervoordatubeginttemaaiendemachine
omzekertezijndatdemaai-eenhedengoed werken.
Inspecteerhetterreinomnategaanwelke
accessoiresenwerktuigennodigzijnomde machineveiligengoedtegebruiken.
Draaggeschiktekledingenuitrusting,
zoalsoogbescherming,eenlangebroek, stevigeschoenenmeteengripvastezoolen gehoorbescherming.Draaglanghaarnietlosen draaggeenlossekledingofjuwelen.
Vervoergeenpassagiersopdemachine.
Houomstandersenhuisdierentijdenshetwerkuit
debuurtvandemachine.Schakeldemachine
Gebruikdemachineniettenzijalleschermenen
veiligheidsvoorzieningenzoalsdegeleidersende volledigegrasvangerophunplaatszittenengoed werken.Vervangversletenofkapotteonderdelen indiennodig.
Brandstofveiligheid
Brandstofisuiterstontvlambaarenzeerexplosief.
Brandofexplosievanbrandstofkanbrandwonden bijuofanderenenmateriëleschadeveroorzaken.
–Omtevoorkomendateenstatischeladingde
brandstoftotontbrandingkanbrengen,moet uhetbenzinevaten/ofdemachinevoordatu detankvultopdegrondplaatsen,nietopeen voertuigofeenanderobject.
–Vuldebrandstoftankopeenhorizontaal
oppervlakenindeopenluchtwanneerde motorkoudis.Eventueelgemorstebrandstof opnemen.
–Rooknietalsuomgaatmetbrandstof,en
houdbrandstofuitdebuurtvanopenvuuren vonken.
–Alsdemotordraaitofheetis,magde
brandstoftankdopnietwordenverwijderd enmagdetanknietmetbrandstofworden bijgevuld.
–Probeerdemotorniettestartenalsu
brandstofmorst.Zorgervoordatergeen ontstekingsbronnenindebuurtzijntotdatde brandstofdampenvolledigzijnverdwenen.
–Brandstofineengoedgekeurdvatofbliken
buitenbereikvankinderenbewaren.
Brandstofisschadelijkofdodelijkbijinname.
Langdurigeblootstellingaandampenkanleiden toternstigletselenziekte.
–Voorkomdatudampenlangetijdinademt.
–Houduwhandenengezichtuitdebuurtvanhet
vulpistoolendeopeningvandebrandstoftank.
–Houdbrandstofuitdebuurtvanogenenhuid.
Slademachineendebrandstofhoudernietop
opplaatsenwaaropenvlammen,vonkenof waakvlammen(b.v .vaneenboilerofandere toestellen)aanwezigkunnenzijn.
Vulbrandstofvatennietineenvoertuig,
vrachtwagenofopeenaanhangermetkunststof beplating.Zetbrandstofvatenaltijdopdegrond enuitdebuurtvanhetvoertuigvoordatudetank bijvult.
Laaddemachineuitdevrachtwagenofaanhanger
envuldezebijmetbrandstofwanneerzeop
14
degrondstaat.Alsditnietmogelijkis,vuldan brandstofbijuiteendraagbaarvatinplaatsvan meteenbrandstofpistool.
Gebruikdemachineuitsluitendalshetcomplete
uitlaatsysteemisgemonteerdennaarbehoren werkt.
Houdhetvulpistoolincontactmetderandvande
benzinetankofhetvattothettankenvoltooidis. Gebruikgeenvergrendelingvoorhetvulpistool.
Alsubrandstofmorstopuwkledingdientuzich
onmiddellijkomtekleden.
Gietdebrandstoftankniettevol.Plaatsde
brandstofdopterugenmaakhemstevigvast.
Verwijdergrasenvuilvandemaai-eenheid,de
geluiddemper,deaandrijvingen,degrasvangeren demotorombrandtevoorkomen.Veeggemorste olieenbrandstofop.
Brandstofbijvullen
Aanbevolenbrandstof
Gebruikvoordebesteresultatenuitsluitend
schone,verse(minderdan30dagenoud), loodvrijebenzinemeteenoctaangetalvan87of hoger(indelingsmethode(R+M)/2).
Ethanol:benzinemetmaximaal10vol.%ethanol
of15vol.%MTBE(methyltertiairebutylether)is geschikt.EthanolenMTBEzijnverschillende stoffen.Benzinemet15%ethanol(E15)per volumeisnietgoedgekeurdvoorgebruik.Gebruik
nooitbenzinediemeerdan10%ethanolper volumebevat,zoalsE15(bevat15%ethanol),
E20(bevat20%ethanol),ofE85(bevattot85% ethanol).Hetgebruikvanniet-goedgekeurde benzinekanleidentotverminderdeprestaties en/ofmotorschadediemogelijknietgedektwordt doordegarantie.
Geenbenzinegebruikendiemethanolbevat.
Tijdensdewintergeenbrandstofbewaren
indebrandstoftankofinvaten,tenzijueen brandstofstabilisatorgebruikt.
Mengnooitoliedoorbenzine.
Belangrijk:Gebruiknooitbrandstofadditieven
diemethanolofethanolbevatten.
Voegdejuistehoeveelheidstabilizer/conditioner aandebrandstoftoe.
Opmerking:Stabilizer/conditionerwerkt
hetbestalsdezemetversebenzinewordt gemengd.Gebruikaltijdstabilizer/conditioner omhetrisicovanharsachtigeafzettingeninhet brandstofsysteemzokleinmogelijktehouden.
Brandstoftankvullen
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak.
2.Steldeparkeerreminwerking.
3.Zetdemotorafenverwijderhetsleuteltje.
4.Reinighetgebiedronddedopvande brandstoftank.
5.Vuldetanktotaandeonderkantvandevulbuis (Figuur7).
Opmerking:Vuldebrandstoftankniet
helemaalvol.Ditgeeftdebrandstofindetank ruimteomuittezetten.
Gebruikvanstabilizer/conditioner
Gebruikvanstabilizer/conditionerindemachinebiedt devolgendevoordelen:
Houdtbrandstoflangerverswanneerdezewordt
gebruiktvolgensdevoorschriftenvandefabrikant vandestabilisator.
Houdtdemotortijdenshetgebruikschoon.
Voorkomtharsachtigeafzettingeninhet
brandstofsysteem,dietotstartproblemenkunnen leiden
g233737
Figuur7
15
Dagelijksonderhoud
Hetmaaidekomhoogbren-
uitvoeren
Voerelkedag,voordatudemachinestart,de dagelijkseproceduresuitbeschreveninOnderhoud
(bladz.31).
Eennieuwemachine inrijden
Eennieuwemotorheefttijdnodigomvolvermogen teontwikkelen.Maai-eenhedenenaandrijfsystemen hebbenmeerwrijvingalszijnieuwzijn,waardoor demotorextrawordtbelast.Houderrekeningmee dateennieuwemachineeeninrijperiodevan40 tot50bedrijfsurennodigheeftomvolvermogente ontwikkelenvoordebesteprestaties.
genindeonderhoudsstand
1.Parkeerdemaaimachineopeenhorizontaal oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.Maakdeborgpennenvanhetmaaideklosaan beidekanten(Figuur8).
Figuur8
1.Maaidekhandgreep4.Draaideborgpenvanhet
maaideknaarachterenen trekdezenaarbuitenom hetteontgrendelen.
2.Pen5.Duwdeborgpenvanhet
maaideknaarbinnenen draaidezenaarvorenom hettevergrendelen.
3.Vergrendelingvan
maaideksteun
4.Tilhetmaaidekomhoogmetde maaidekhandgreepenvergrendelhetin degehevenstand(devergrendelingbevindt zichmiddenvoorbijdestoel),zieFiguur9.
g304824
16
Figuur9
1.Zethetmaaidekinde gehevenstandvastdoor devergrendelingvanhet maaidekopdehaakvast tezetten.
2.Haak
3.Maaidekhandgreep
WAARSCHUWING
Hetinschakelenvandeaftakasmethet maaidekindegehevenstandkanleidentot ernstigletselofschade.
Zethetmaaidekaltijdnaarbenedenen vergrendelhetindebedrijfsstandvoordatu deaftakasinschakelt.
Hetmaaideknaarbeneden
Instellenvandeschotten vanhetFillReduction System(FRS)
MethetFillReductionSystemkuntudehoeveelheid opgevangenmaaiselregelen.Voordelen:de hopperhoeftmindervaaktewordengeleegden voedingsstoffengaanterugindegrond.
Devolgendeinstellingenzijnmogelijk:
Schottenopenmetstandaardmaaimessen:
g025155
maximaleopvang
Schottengeslotenmetstandaardmaaimessen:
gedeeltelijkmulchen
Schottengeslotenmetmulchmessen:gemiddeld
mulchen
Mulckdopgeplaatstmetmulchmessen:volledig
mulchen(vereistmulch-set)
InstellenvandeFRSschotten:
1.Parkeerdemaaimachineopeenhorizontaal oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.Maakdeboutenlosdieaanderubberenkap zijnbevestigd(Figuur10).
4.Beweegdekapnaarvoren.
zettenindebedrijfsstand
1.Houdemaaidekhandgreepstevigvast,maak demaaidekvergrendelinglosvandemachine enlaathetmaaideklangzaamtotopdegrond zakken(Figuur9).
2.Duwdeborgpennenvanhetmaaideknaar binnenendraaizenaarvorenomhetmaaidek goedvasttezettenindeonderstestand(Figuur
8).
WAARSCHUWING
Hetgebruikvandemachinezonderdatde vergrendelpennengoedvastzitten,kanleiden tothetonverwachtsomhoogbewegenvanhet maaidek,waternstigletselkanveroorzaken.
Gebruikdemachinealleenalsdeborgpennen goedvastzitten.
g036545
Figuur10
1.Bouten2.Rubberenkap
5.Maakdeborgmoerenopdeachterste draadeindenvandeFRSschottenlos.
17
9.Laathetmaaidekzakken;zieHetmaaideknaar
benedenzettenindebedrijfsstand(bladz.17).
10.Zetdeborgmoerenopdeachterstedraadeinden vandeFRSschottenietsvast.
Opmerking:Deborgmoerenopdeachterste
draadeindenkunnenietslosblijvenindienu verwachthetschotvaakintestellen.
11.Monteerderubberenkapmetdebevestigde bouten.
Figuur11
1.Aftakaskapvoorde zichtbaarheidverwijderd
6.Tilhetmaaidekomhoog;zieHetmaaidek
omhoogbrengenindeonderhoudsstand(bladz.
16).
7.Verwijderdeboutenonderlegringaande
voorkantvanelkFRSschot(Figuur12).
8.Draaideschottennaardegewenstestanden
monteerdeboutenonderlegring.
2.Draaideborgmoerenlos.
g025242
Hetveiligheidssysteem gebruiken
WAARSCHUWING
Niet-aangeslotenofbeschadigde interlockschakelaarskunnenonverwachte gevolgenhebbenopdewerkingvan demachine.Ditkanlichamelijkletsel veroorzaken.
Laatdeinterlockschakelaarsongemoeid.
Controleerelkedagdewerkingvan deinterlockschakelaarsenvervang beschadigdeschakelaarsvoordatude machineweeringebruikneemt.
Werkingvanhetveiligheidssys­teem
Hetveiligheidssysteemisbedoeldomstartenvande motoralleenmogelijktemakenwanneer:
1.Schotten–Geslotenstand
2.Schotten–Openstand
3.Bout
4.Ring
5.Schotten
Figuur12
deparkeerreminwerkingisgesteld;
Deaftakashendelisuitgeschakeld.
DesnelheidshendelstaatindeNEUTRAALstand.
Hetveiligheidssysteemschakeltdemotoruitindien uuitdebestuurdersstoelopstaatterwijldeaftakas ingeschakeldis.
Deurentellerisvoorzienvanindicatorenom degebruikersopdehoogtetestellenalshet
g007577
veiligheidssysteemindejuistestandstaat.Alshet veiligheidssysteemindejuistestandstaat,wordteen indicatorweergegevenophetscherm.
18
Figuur13
nudemotor.Beweegdesnelheidshendelnaar voren;demotormoetafslaan.
Bestuurdersstoel ontgrendelen
Omdestoelteontgrendelenverwijdertudebouten depenaandelinkerkantvandestoel(Figuur14).
g020563
1.Indicatorenverschijnen alshetveiligheidssysteem zichindejuistestand bevindt.
2.Hopperomhoog4.Indicatorlampjelage
3.Uren/volt-display
spanning
Hetveiligheidssysteemtesten
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
Controleerdewerkingvanhetveiligheidssysteem telkensvoordatudemachineingebruikneemt.Als hetveiligheidssysteemnietwerktzoalshieronder wordtbeschreven,moetuhetdirectlatenrepareren dooreenerkendeservicedealer.
1.Neemplaatsopdestoel,steldeparkeerremin
werking,zetdeaftakashendelindestandAAN enzetdesnelheidshendelindeNEUTRAALstand. Probeerdemotortestarten;demotormagnu nietgaandraaien.
2.Neemplaatsopdestoel,steldeparkeerremin
werkingenzetdeaftakashendelindestandUIT. ZetdesnelheidshendeluitdeNEUTRAALstand. Probeerdemotortestarten;demotormagnu nietgaandraaien.
3.Neemplaatsopdestoel,schakeldeparkeerrem
uit,zetdeaftakashendelindestandUITen zetdesnelheidshendelindeNEUTRAALstand. Probeerdemotortestarten;demotormagnu nietgaandraaien.
4.Neemplaatsopdestoel,schakeldeparkeerrem
in,zetdeaftakashendelindestandUITen zetdesnelheidshendelindeNEUTRAALstand. Startnudemotor.Bijdraaiendemotor:zetde parkeerremvrij,schakeldeaftakashendelin,en staopuitdebestuurdersstoel;demotormoet afslaan.
5.Neemplaatsopdestoel,schakeldeparkeerrem
in,zetdeaftakashendelindestandUITenzet desnelheidshendelindeNEUTRAALstand.Start
g034253
Figuur14
1.Boutenpen
Tijdensgebruik
Veiligheidtijdenshetwerk
Algemeneveiligheid
Deeigenaar/gebruikerisverantwoordelijkvoor
ongelukkendiepersoonlijkletselofmateriële schadekunnenveroorzaken,enhijdientzulke ongelukkentevoorkomen.
Geefuwvolledigeaandachtalsudemachine
gebruikt.Zorgervoordatumetnietsandersbezig bentwaardoorukuntwordenafgeleid,anders kunnenerletselsontstaanofkaneigendom wordenbeschadigd.
Gebruikdemachinenietalsuziek,moeofonder
deinvloedvanalcoholofdrugsbent.
Contactmethetmeskanleidentoternstig
lichamelijkletsel.Zetdemotoraf,verwijderhet contactsleuteltjeenwachttotdatallebewegende onderdelentotstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.Wanneerudesleutel naarUITdraait,moetdemotorafslaanenmoet hetmesstoppen.Alsditniethetgevalis,mag udemachinenietverdergebruikenenmoetu contactopnemenmeteenerkendeservicedealer.
Gebruikdemachineuitsluitendalshetzichtgoed
isenbijgeschikteweersomstandigheden.Gebruik demachinenietalserkansopbliksemis.
19
Houduwhandenenvoetenuitdebuurtvan
demaai-eenheden.Blijfuitdebuurtvande afvoeropening.
Maainietalsdeklepvandeuitworpindegeheven
standstaat,verwijderdisofgewijzigdis,tenzijeen grasvangerofmulchsetgemonteerdisengoed werkt.
Maaiuitsluitendindeachteruitstand,alsdat
striktnoodzakelijkis.Kijkaltijdnaarbenedenen achteromvoordatuachteruitrijdt.
Weesuiterstvoorzichtigbijhetnaderenvanblinde
hoeken,struiken,bomenenandereobjectendie hetzichtkunnenbelemmeren.
Stopdemaaimessenalsunietdaadwerkelijk
maait.
Alsdemaaimachinetocheenvoorwerpraakten
beginttetrillen,moetumeteendemotorafzetten, decontactsleutelverwijderen(indiendemachine hiermeeisuitgerust)enwachtentotdatalle bewegendeonderdelentotstilstandzijngekomen voordatudemachineopbeschadigingcontroleert. Voerallenoodzakelijkereparatiesuitvoordatude machineweeringebruikneemt.
Verminderuwsnelheidenweesvoorzichtig
alsueenbochtmaaktofwegenenvoetpaden oversteektmetdemachine.Verleenaltijd voorrang.
Doehetvolgendevoordatudebestuurdersstoel
verlaat:
–Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak.
–Schakeldeaftakasuitenlaatdewerktuigen
zakken. –Steldeparkeerreminwerking. –demotoraftezettenenhetsleuteltjete
verwijderen; –tewachtentotallebewegendeonderdelentot
stilstandzijngekomen.
Laatdemotorenkeldraaieningoed
verluchteomgevingen.Uitlaatgassenbevatten koolstofmonoxide,datdodelijkisbijinademing.
Alsudemachineverlaat,laatdezedanniet
draaien.
Bevestigmateriaaldatwordtgesleeptuitsluitend
aanhetsleeppuntaandemachine.
Gebruikdemachineniettenzijalleschermenen
veiligheidsvoorzieningenzoalsdegeleidersende volledigegrasvangerophunplaatszittenengoed werken.Vervangindiennodigversletenofkapotte onderdelen.Gebruikdemachineniettenzijalle schermenenveiligheidsvoorzieningenzoalsde geleidersendevolledigegrasvangerophun plaatszittenengoedwerken.Vervangversleten ofkapotteonderdelenindiennodig.
GebruikalleendoorT orogoedgekeurde
accessoiresenwerktuigen.
Dezemachinesteltdegebruikerblootaan
geluidsniveausvanmeerdan85dBA.Bij langdurigeblootstellingkanditleidentot gehoorbeschadiging.
g229846
Figuur15
1.Draaggehoorbescherming.
Verwijdergrasenvuilvandemaai-eenheid,de
aandrijvingen,degeluiddemperendemotorom brandtevoorkomen.
Startdemotorenzorgerhierbijvoordatuw
voetenuitdebuurtvandemessenzijn.
Hefhetmaaideknooitopalsdemaaimessen
bewegen.
Letopdeuitworpvandemaaierenrichtdezeuit
debuurtvanmensen.Zorgtdathetafgevoerde materiaalniettegeneenmuurofobstakelkomt omdathetmateriaalnaaruterugkanketsen.
Stopdemessen,verminderdesnelheidvande
machineenweesvoorzichtigwanneerueen oppervlakzondergrasoversteektofwanneerude machinetransporteertvanennaarhetwerkgebied.
Veranderdesnelheidvandetoerenregelaarniet
enlaatdemotorhetmaximaletoerentalniet overschrijden.
Kinderenkomenvaaknaardemachineenhet
maaienkijken.Gaernooitvanuitdatkinderenop deplaatsblijvenwaaruzevoorlaatstzag.
Houdkinderenuitdebuurtvanhetwerkgebied
enplaatszeondertoezichtvaneenandere verantwoordelijkevolwassenedandebediener vandemaaier.
Weesalertenschakeldemachineuitalskinderen
hetwerkgebiedbetreden.
Voordatudemachineachteruitrijdtofdraait,moet
unaarbenedenenrondukijkenofergeenkleine kinderenindebuurtzijn.
Vervoergeenkinderenopdemachine,zelfs
wanneerdemessennietbewegen.Kinderen kunnenvandemachinevallenenkunnenernstig letseloplopenofuverhindereninhetveilig gebruikenvandemachine.Alseenkindin hetverledenopeenmaaierheeftmeegereden, kanhetinhetmaaigebiedverschijnenzonder waarschuwing,enkandanoverredenwordendoor demaaier,bijhetvooruit-ofachteruitrijden.
20
Beschermingvanderolbeugel
Derolbeugeliseenintegraleveiligheidsvoorzie-
ning.Verwijdergeenonderdelenvanderolbeugel vandemachine.
Zorgdatudeveiligheidsgordeldraagtendezein
eennoodgevalsnelkuntlosmaken.
Houdderolbeugelindevolledigomhooggeklapte
envergrendeldestandendoealtijdde veiligheidsgordeomwanneerderolbeugel omhooggeklaptis.
Controleerzorgvuldigopobjectenbovenhethoofd
voordatuhieronderrijdt,enraakdezeniet.
Vervangbeschadigdeonderdelenvande
rolbeugel.Umagdezenietreparerenof aanpassen.
Erisgeenomkantelbeveiligingalsderolbeugel
omlaagisgeklapt.
Wielendieoverrandenofoversteileoeversheen
komenofinwaterkomen,kunnentotgevolg hebbendatdemachineomkantelt,hetgeenernstig ofdodelijkletselkanveroorzaken.
Doedeveiligheidsgordelnietomalsderolbeugel
omlaagisgeklapt.
Klapderolbeugeluitsluitendomlaagalsdit
absoluutnoodzakelijkis;klaphemomhoogzodra deruimtedittoelaat.
Indiendemachineomkantelt,moetudemachine
naareenerkendeservicedealerbrengenomde rolbeugeltelateninspecteren.
GebruikuitsluitenddoorTorogoedgekeurde
accessoiresenwerktuigenvoorderolbeugel.
Demachineveiliggebruikenop hellingen
Hetmaaienophellingeniseenbelangrijke
factorbijongelukkenwaarbijdecontroleoverde machinewordtverlorenofdezeomkantelt.Dit kanernstigofdodelijkletselveroorzaken.De bestuurderisverantwoordelijkvooreenveilig gebruikvandemachineophellingen.Gebruik vandemachineophellingenvereistaltijdextra voorzichtigheid.Doehetvolgendevoordatude machineopeenhellinggaatgebruiken:
–Onderzoekdetoestandvanhetwerkgebied
opdiedagomtebepalenofdemachine veiligkanwordengebruiktopdehelling. Gebruikuwgezondverstandenuw beoordelingsvermogenwanneerudit onderzoekuitvoert.Veranderingeninhet terrein,zoalsdevochtigheidsgraad,kunnen snelvaninvloedzijnopdemanierwaaropde machinereageertopeenhelling.
Spoorgevarenonderaandehellingop.Gebruik
demachinenietindebuurtvansteilehellingen, greppels,oevers,waterofanderegevaren. Demachinekanplotselingomslaanalseen wieloverderandkomtofalsderandinstort. Houdeenveiligeafstand(tweemaaldebreedte vandemachine)tussendemachineen landschapselementendiegevaarlijkkunnenzijn. Gebruikeenloopmaaierofeenhandtrimmerom grastemaaienopdezeplaatsen.
Vermijdstarten,stoppenofbochtenmakenop
hellingen.Vermijdplotseveranderingenvan snelheidofrichting;verandertraagengeleidelijk vanrichting.
Gebruikeenmachinenooitinomstandigheden
waarbijutwijfeltovertractie,sturenofstabiliteit. Denkeraandatdemachinetractiekanverliezen doordatubergafwaarts,opnatgrasofdwarsop eenhellingmaait.Alsdeaandrijfwielentractie verliezen,kunnenzegaanslippenenkuntu nietmeerremmenofsturen.Demachinekan schuiven,zelfsalsdeaandrijfwielennietdraaien.
Verwijderofletopobstakelsalssloten,gaten,
geulen,hobbels,stenenofandereverborgen gevaren.Inhooggraszijnobstakelsniet altijdzichtbaar.Demachinekanomslaanop oneffenhedeninhetterrein.
Weesextravoorzichtigwanneerudemachine
gebruiktmetaccessoiresofwerktuigenzoals grasopvangsystemen.Dezekunnendemachine minderstabielmaken,waardoorudecontroleover demachinekuntverliezen.Volgdeinstructies voorgebruikvancontragewichtenop.
Laathetmaaidekindienmogelijkneeropdegrond
wanneerudemachineopeenhellinggebruikt. Alsuhetmaaidekomhoogbrengtophellingen, kandemachineonstabielworden.
–Leesdeinstructiesvoorgebruikopeenhelling
indehandleidingenopdemachine,enzorg
datudezeinstructiesbegrijpt.
–Gebruikeenhellingsindicatoromde
hellingshoekbijbenaderingtebepalen.
–Gebruikdemaaimachinenooitophellingen
vanmeerdan15°.
21
Dehandremuitschakelen
g032727
Figuur18
Figuur16
1.Veiligezone–Gebruikde machineindezezoneop hellingenvanminderdan 15°ofvlakkegebieden.
2.Gevarenzone–Gebruik eenloopmaaieren/ofeen handtrimmerophellingen vanmeerdan15°eninde buurtvansteilehellingen ofwater.
3.Water
4.W=breedtevande machine
5.Houdeenveiligeafstand (tweemaaldebreedte vandemachine) tussendemachineen landschapselementendie gevaarlijkkunnenzijn.
Parkeerremgebruiken
Steldeparkeerremaltijdinwerkingwanneerude machinestoptofdezeonbeheerdachterlaat.
Dehandreminschakelen
Parkeerdemachineopeenhorizontaaloppervlak.
g233738
Deaftakashendelbedienen
Deaftakashendelschakeltdemaaimessenende ventilatorinenuit.
Deaftakashendelinschakelen
Figuur17
g032741
Figuur19
g032726
22
Deaftakashendeluitschakelen
Figuur20
Degashendelbedienen
Degashendelheefttweestanden:SNELenLANGZAAM (Figuur21).
GebruikaltijddestandSNELwanneerudeaftakas inschakelt.
g032742
g008959
Figuur22
1.AAN2.UIT
Figuur21
Dechokebedienen
Gebruikdechokeomeenkoudemotortestarten.
1.Trekdeknopvandechokeomhoogomdeze inteschakelenvoordatudecontactschakelaar inschakelt(Figuur22).
2.Drukdeknopvandechokeomlaagomdeze weeruitteschakelennadatdemotorisgestart (Figuur22).
Startenvandemotor
1.ZetdesnelheidshendelindeNEUTRAALstand.
2.Schakeldeparkeerremin;zieDehandrem
inschakelen(bladz.22).
3.ZetdeaftakashendelindestandUIT(Figuur23).
g232776
4.ZetdegashendelhalverwegetussenLANGZAAM enSNEL.
5.VoorEFI-machines:Zetdechokehendelinde standGESLOTEN/AAN.Bijwarmemotor:laatde chokeindeOPEN/UIT-stand.
23
Demotorafzetten
VOORZICHTIG
Kinderenofomstanderskunnenletsel oplopenalszijdemachineverplaatsenof proberentebedienenterwijldezeonbeheerd staat.
Verwijderaltijdhetsleuteltjeenstelde parkeerreminwerkingwanneerudemachine onbeheerdachterlaat.
1.Schakeldeaftakasuit.
2.ZetdesnelheidshendelindeNEUTRAALstand.
3.Steldeparkeerreminwerking.
4.Zetdegashendelindemiddelstestand.
5.Laatdemotor15secondenstationairdraaien. DraaidanhetcontactsleuteltjenaarUITen verwijderhetsleuteltje.
Figuur23
6.DraaihetcontactsleuteltjenaardestandSTART (Figuur23).Laathetsleuteltjeloszodrade motoraanslaat.
Belangrijk:Steldestartmotortelkensniet
langerdan5secondeninwerking.Als demotornietwilstarten,moetunaelke poging15secondenwachten.Indienudeze instructiesnietopvolgt,kandestartmotor doorbranden.
Opmerking:Mogelijkmoetumeerdere
pogingendoenomdemotorvoorheteerstte startennadatubrandstofhebttoegevoegdaan eenleegbrandstofsysteem.
7.AlsdechokeindestandGESLOTEN/AANstaat, zetdezedangeleidelijkindestandOPEN/UITals demotorwarmerwordt.
g032743
g032744
Figuur24
24
Metdemachinerijden
Demaaihoogteinstellen
Metdegashendelregeltudesnelheidvandemotor, oftewelhettoerental(inomwentelingenperminuut). ZetdegashendelopSNELomdebesteprestatieste verkrijgen.Laatdemotortijdenshetmaaienaltijdvol gasdraaien.
WAARSCHUWING
Demachinekanzeersnelronddraaien.De bestuurderkandecontroleoverdemachine verliezen.Ditkanleidentotlichamelijkletsel enschadeaandemachine.
Weesvoorzichtigalsueenbochtmaakt.
Verminderdesnelheidvandemachine voordatueenscherpebochtmaakt.
Vooruitrijden
Opmerking:Omtebeginnenrijden(vooruit
ofachteruit),moetuindestoelzittenen deparkeerremhendelvrijzettenvoordatude snelheidshendelnaarvorenbeweegt,anderszalde motorafslaan.
Demaaihoogtevanhetmaaidekisinstelbaarvan2,5 tot10,2cm,instappenvan6,3mm.
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,zetdesnelheidshendelinde
NEUTRAALstand,schakeldeaftakasuitenstelde
parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.T erwijluhetvoorsteframenaarbenedenhoudt, tiltuhetmaaidekopaan1zijdezodatde vergrendelingvandemaaideksteunvastkliktin devastepeninhetvoorsteframe(Figuur25).
Stoppenvandemachine:duwdesnelheidshendel naardeNEUTRAALstand.
1.Startdemotor.
2.Schakeldeparkeerremuit;zieDehandrem
uitschakelen(bladz.22).
3.Omrechtvooruitterijdenbeweegtude snelheidshendelnaarvoren.
Opmerking:Hoeverderudesnelheidshendel
vandeNEUTRAALSTANDwegbeweegt,hoe snellerdemachinerijdt.
4.Omnaarlinksofnaarrechtstedraaientrekt u1vandestuurhendelsnaarachteren,naar neutraal,indegewensterichting.
5.Stoppenvandemachine:duwde snelheidshendelterugnaardeNEUTRAALSTAND.
Achteruitrijden
1.Omdemachinerechtachteruitterijden, beweegtubeidestuurhendelsevenveel achteruit.
Omnaarlinksofnaarrechtstedraaien vermindertudedrukopdestuurhendelinde gewensterichting.
g304824
Figuur25
1.Maaidekhandgreep4.Draaideborgpenvanhet maaideknaarachterenen trekdezenaarbuitenom hetteontgrendelen.
2.Pen5.Duwdeborgpenvanhet maaideknaarbinnenen draaidezenaarvorenom hettevergrendelen.
3.Vergrendelingvan
maaideksteun
4.Zetdeborgpennenopdepennenvande
maaideksteunindejuisteopeningvoorde gewenstemaaihoogte.
5.Tilhetmaaidekgenoegopomdevergrendeling
vandemaaideksteunomhoogtebrengenenvrij tezettenenbrenghetmaaideknaarbeneden.
6.Herhaaldezeprocedureaandeanderekant
vanhetmaaidek.
2.Omdemachinetestoppen,laatude stuurhendelsloszodatdezenaarde neutraalstandgaan.
25
Dehopperleegmaken
Eenzoemerindehopperachterdestoelgeeftaan datdehoppervolis.Maakdehopperleegalsude zoemerkunthoren,ditvoorkomtverstoppingvande ventilatorofhetmaaidek.
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,zetdesnelheidshendelinde
NEUTRAALstand,schakeldeaftakasuitenstelde
parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.Tilhetachtersteluikopenlaatditopde bovenkantvandehopperrusten.
4.Tildehopperopmetdehandgrepenonderaan devoorkantenmaakdehopperleeg.
5.Laatdehopperzakkenensluithetluikvande hopper.
Tipsvoorbedieningen
Maairichtingafwisselen
Maaiafwisselendinverschillenderichtingen,zodat hetgrasrechtopblijftstaan.Ditzorgtookvooreen betereverspreidingvanhetmaaisel,watdevertering enbemestingtengoedekomt.
Metdejuisteregelmaatmaaien
Hettempowaarmeehetgrasgroeit,varieertper jaargetijde.Omdezelfdemaaihoogtetebehouden, moetuinhetvroegevoorjaarvakermaaien.Alsde groeisnelheidindezomerafneemt,maaituminder vaak.Alsulangeretijdniethebtkunnenmaaien, maaitueerstopeenhogemaaihoogte.Maai2dagen lateropeenlageremaaihoogte.
Eenlageremaaisnelheid gebruiken
Omdemaairesultatenteverbeteren,moetuin bepaaldeomstandighedenbijeenlagererijsnelheid maaien.
gebruik
Gebruikvandesnel-standvande gashendel
Vooreenoptimaalmaairesultaateneenmaximale luchtcirculatiemoetudegashendelopSNELzetten. Omhetgrasgoedtemaaienisluchtnodig;zet demaaihoogtedusniettelaagenzorgervoordat hetmaaidekniethelemaaldoorongemaaidgrasis omgeven.Probeeraltijdéénzijkantvanhetmaaidek vrijvanongemaaidgrastehouden,zodatluchtinhet maaidekkanwordengezogen.
Wanneerueengazonvoorde eerstekeermaait
Laathetgrasietslangerdannormaalomte voorkomendatoneffenhedeninhetgrasvolledig wordenweggemaaid.Inhetalgemeenkanhetbest devoorheengebruiktemaaihoogtewordengekozen. Alsugrasvanmeerdan15cmlanggaatmaaien, kuntuhetbestintweekeermaaienomeengoed maairesultaatteverkrijgen.
Eénderdevandelengtevanhet grasafmaaien
Aanbevolenwordtnietmeerdanongeveeréénderde vandelengtevanhetgrasaftemaaien.Meer afmaaienwordtafgeraden,tenzijhetgrasdunis,ofin delateherfst,wanneerhetgraslangzamergroeit.
Grasniettekortafmaaien
Wanneeruoponeffenhedenmaait,moetude maaihoogtehogerzettenomeengolvendgazonte voorkomen.
Demachinestoppen
Alsudemachinetijdenshetmaaienmoetstoppen, kanereenkluitmaaiselopuwgazonachterblijven. Omdittevoorkomenkuntunaareenreedsgemaaid oppervlakgaanmetdemesseningeschakeld,ofu kunthetmaaidekuitschakelenterwijluvooruitgaat.
Onderkantvanhetmaaidek schoonhouden
Verwijdernaelkgebruikmaaiselenvuilvande onderkantvanhetmaaidek.Alszichgrasenvuilin hetmaaidekophopen,leidtdatuiteindelijktoteen onbevredigendmaairesultaat.
Onderhoudvandemaaimessen
Zorggedurendehethelemaaiseizoenvooreen scherpmaaimes.Eenscherpmessnijdthetgras goedafzonderhettescheurenoftekwetsen. Doorscheurenenkwetsenwordthetgrasbruin aanderanden,waardoorhetlangzamergroeiten gevoeligerisvoorziekten.Controleernaelkgebruik ofdemaaimessenscherpzijnenofzeversletenof beschadigdzijn.Vijlregelmatigkerveneninkepingen wegenslijpdemessenindienditnodigis.Alseen
26
mesbeschadigdofversletenis,moetuditonmiddellijk vervangendooreenorigineelT oromes.
Nagebruik
Veiligheidnahetwerk
Algemeneveiligheid
Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.Laatdemachine afkoelenvoordatudezeafstelt,vultmetbrandstof, reinigt,staltoferonderhoudswerkzaamhedenaan verricht.
Verwijdergrasenvuilvandemaai-eenheid,de
geluiddemper,deaandrijvingen,degrasvangeren demotorombrandtevoorkomen.Veeggemorste olieenbrandstofop.
Sluitdebrandstoftoevoerafenverwijder
hetsleuteltjevoordatudemachinestaltof transporteert.
Schermvandehopper reinigen
Verwijderdeschermdoorhetaandehandgrepenop tetillen(Figuur26).
Trekhetschermnaarachterenomhetteverwijderen. Klopvoorzichtigophetschermomvervuilingte verwijderen.
Opmerking:Bijteveelvervuilingophetschermkan
deventilatorverstoppen.
Opmerking:Bijwerkomstandighedenwaarbij
hetschermsneldichtslaat,kuntuhetvoorste afneembareschermdraaienenonderhetprimaire schermmonterenzodatdeluchtvrijuitdehopperkan stromen.
Figuur26
1.Hetvoorsteafneembare schermkangedraaid wordenenworden opgeslagenbij werkenondernatte omstandigheden.
2.Voorstescherm4.Handgrepen
3.Primairescherm
Devrijgavehendelsvande aandrijfwielengebruiken
WAARSCHUWING
Handenkunnenklemrakenindedraaiende onderdelenonderhetmaaidek.Ditkantot ernstigletselleiden.
Zetdemotoraf,verwijderhetsleuteltje enlaatallebewegendedelentotstilstand komenvoordatudevrijgaveventielenvande aandrijfwielenaanraakt.
WAARSCHUWING
Deaandrijfeenhedenvandemotorende hydrauliekkunnenzeerheetworden.Een hetemotorofhydraulischeaandrijfeenheid aanrakenkanernstigebrandwonden veroorzaken.
Laatdemotorendehydraulische aandrijfeenhedenvolledigafkoelenvoordat udevrijgavehendelsvandeaandrijfwielen aanraakt.
g025244
Devrijgaveventielenvandeaandrijfwielenbevinden zichbijdelinkerbovenhoekvandehydropompen.
1.ZetdesnelheidshendelindeNEUTRAALstandom
demachinetestoppen.
2.Schakeldeaftakashendeluit,schakelde
parkeerremin,schakeldemotoruitenwacht totdatallebewegendedelentotstilstandzijn gekomen.
27
3.Kanteldestoelomhoogomdepompente bereiken.
Eenaanhangerkiezen
4.Draaibeidevrijgaveventielen1slaglinksomom hetaandrijfsysteemvrijtezetten.
Opmerking:Hierdoorkandehydraulische
vloeistoflangsdepompwordengeleidzodatde wielenkunnendraaien.
5.Zetdeparkeerremvrijvoordatudemachine gaatduwen.
Opmerking:Umagdemachinenooitslepen.
6.Draaideventielenrechtsomomdemachine weertegebruiken.
Opmerking:Draaideventielenniettehard
vast.
Demachinetransporteren
Gebruikeenaanhangerofvrachtwagenvoorzwaar vervoeromdemachinetetransporteren.Gebruik altijdeenoprijplaatoverdevolledigebreedte. Zorgervoordatdeaanhangerofvrachtwagenis voorzienvanallebenodigderemmen,verlichting enaanduidingendiewettelijkvereistzijn.Lees aandachtigalleveiligheidsinstructies.Metbehulpvan dezeinformatiekuntuvoorkomendatomstandersof uzelfletseloplopen.Raadpleegdelokalevereisten inzakeaanhangwagensendebevestigingvan machines.
WAARSCHUWING
Alseenmachinewordtgeladenopeen aanhangerofeenvrachtwagen,wordtde kansvergrootdatdemachinekantelt.Dit kanernstiglichamelijkletselofdedood veroorzaken(Figuur27).
Gebruikéénoprijplaatoverdevolledige breedte.Gebruikgeenafzonderlijke oprijplatenvoorelkekantvandemachine.
Zorgervoordatdehoekvandeoprijplaat endegrondofvandeoprijplaatende aanhangerofvrachtwagennietgroteris dan15graden.
Zorgervoordatdeoprijplaatminstens 4keerzolangisalsdeafstandvande laadbakvandevrachtwagenofaanhanger totdegrond.Hierdoorisdehoekdiede oprijplaatmaaktnietgroterdan15graden opeenvlakkeondergrond.
WAARSCHUWING
Rijdenopdewegzonderrichtingaanwijzers, verlichting,reectorenofeenbordmetde aanduiding'Langzaamrijdendvoertuig'is gevaarlijkenkanleidentotongelukkendie lichamelijkletselveroorzaken.
Rijdnietmetdemachineopdeopenbareweg.
28
Demachineladen
WAARSCHUWING
Alseenmachinewordtgeladenopeen aanhangerofeenvrachtwagen,wordtde kansvergrootdatdemachinekantelt.Dit kanernstiglichamelijkletselofdedood veroorzaken.
Gazeervoorzichtigtewerkalsueen machineeenhellingbaanop-/afrijdt.
Rijdemachineachteruitopdeoprijplaat enrijervooruitaf.
Umagnietabruptversnellenofvertragen alsudemachineeenhellingbaanop­ofafrijdt,omdatandersdemachinekan kantelenofudecontroleoverdemachine kuntverliezen.
1.Alsueenaanhangergebruikt,bevestig dezedanaanhetsleepvoertuigensluitde veiligheidskettingenaan.
1.Oprijplaatovervolledige breedteinopslagstand.
2.Zijaanzichtvanoprijplaat overvolledigebreedtein laadstand
3.Nietgroterdan15graden6.Aanhanger
Figuur27
4.Dehellingbaanisminstens 4keerzolangals deafstandvande aanhangwagenofde laadbaktotdegrond
5.H=Afstandvan delaadbakvande vrachtwagenofaanhanger totdegrond.
2.Sluitindienvantoepassingderemmenen verlichtingvandeaanhangeraan.
3.Laatdeoprijplaatzakken;zorgdatde
g027996
hellingshoekvandeoprijplaattenopzichtevan degrondnietgroterisdan15graden(Figuur
27).
4.Rijdemachineachteruitopdeoprijplaat(Figuur
28).
g233949
Figuur28
1.Rijdemachineachteruit
opdeoprijplaat.
2.Rijdemachinevooruitde oprijplaataf.
5.Zetdemotoraf,verwijderhetsleuteltjeenstel deparkeerreminwerking.
6.Zetdemachinegoedvastopdeaanhangerof vrachtwagenmetsjorbanden,kettingen,kabels, oftouwendievanafdemachinenaarbuiten ennaarbenedenlopen.Raadpleegdelokale vereisteninzakedebevestigingvanmachines.
29
Demachinevandeaanhanger rijden
1.Laatdeoprijplaatzakken;zorgdatde hellingshoekvandeoprijplaattenopzichtevan degrondnietgroterisdan15graden(Figuur
27).
2.Rijdemachinevooruitdeoprijplaataf(Figuur
28).
30
Onderhoud
Veiligheidbijonderhoud
Alsuhetsleuteltjeinhetcontactlaat,bestaat
dekansdatiemanddemotorperongelukstart waardooruenandereomstandersernstigletsel kunnenoplopen.Verwijderhetsleuteltjeuithet contactvoordatuonderhoudswerkzaamheden uitvoertaandemachine.
Doehetvolgendevoordatudebestuurdersstoel
verlaat:
–Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak.
–Schakeldeaandrijvingenuit.
–Steldeparkeerreminwerking.
–Zetdemotorafenverwijderhetsleuteltje.
–Laatdeonderdelenvandemachineafkoelen
voordatuonderhoudswerkzaamhedenuitvoert.
Laatpersoneeldatnietbekendismetde
instructies,nooitonderhoudswerkzaamhedenaan demachineuitvoeren.
Houduwhandenenvoetenuitdebuurtvan
bewegendeonderdelenofheteoppervlakken. Stelindienmogelijkdemachinenietafterwijlde motorloopt.
Haalvoorzichtigdedrukvanonderdelenmet
opgeslagenenergie.
Controleerdewerkingvandeparkeerrem
regelmatig.Indiennodigmoetudezeafstellenen eenonderhoudsbeurtgeven.
Knoeinooitmetdeveiligheidsvoorzieningen.
Controleerregelmatigofzegoedwerken.
Verwijdergrasenvuilvandemaai-eenheid,de
geluiddemper,deaandrijvingen,degrasvangeren demotorombrandtevoorkomen.
Verwijdergemorsteolieofbrandstofenmet
brandstofdoortrokkenrommel.
Vertrouwnietopeenhydraulischsysteemof
mechanischekrikomdemachineteondersteunen; ondersteundemachinealtijdmetkriksteunen.
Zorgervoordatalleonderdeleningoede
staatverkerenenallebevestigingselementen stevigvastzitten,inhetbijzonderhet bevestigingsmateriaalvandemaaimessen. Vervangversletenofbeschadigdestickers.
Koppeldeaccuafvoordatureparatiesaande
machineverricht.Maakeerstdeminpoolvande acculosendaarnadepluspool.Bevestigeerstde pluspoolvandeaccuendaarnademinpool.
Omveiligeenoptimaleprestatiesteverkrijgen,
moetutervervangingalleenorigineleT oro onderdelenenaccessoiresgebruiken.Gebruikter vervangingnooitonderdelenenaccessoiresvan anderefabrikanten,omdatditgevaarlijkkanzijn. Ditkanertoeleidendatdegarantieophetproduct komttevervallen.
Aanbevolenonderhoudsschema
Nadeeerste50bedrijfsuren
Bijelkgebruikofdagelijks
Omde40bedrijfsuren
OnderhoudsintervalOnderhoudsprocedure
Nadeeerste100
bedrijfsuren
•Verversdeolieinalle3tandwielkastbehuizingenenvoegindiennodigolietoe.
•Hetkoppelvandewielmoerencontroleren.
•Detorsievandemoervandewielnaafcontroleren.
•Controleerdeafstellingvandeparkeerrem.
•Vervanghethydraulischelterenverversdehydraulischevloeistofinhetreservoir alsuomhetevenwelktypevloeistofgebruikt.
•Controleerhetveiligheidssysteem(interlock).
•Smeerdenavenvandezwenkwielenvoormetvet(ditmoetvakergebeurenalsde machinewordtgebruiktinstofgeofvuileomstandigheden).
•Controleerhetluchtlteropvuile,losseofbeschadigdeonderdelen.
•Oliepeilcontroleren.
•Reinighetmotorschermendeoliekoeler.
•Maakdehydraulischepompenschoon.
•Controleerdemaaimessen.
•Hetmaaidekreinigen.
•Verwijderenvanvervuilingvandemachine.
•Smeerdeaandrijfasmetvet(ditmoetvakergebeurenalsdemachinewordtgebruikt instofgeofvuileomstandigheden).
•Debandenspanningcontroleren.
•Alleriemenopslijtageenscheurtjescontroleren.
•Hetpeilvandehydraulischevloeistofcontroleren.
31
OnderhoudsintervalOnderhoudsprocedure
Omde100bedrijfsuren
•Smeerhetscharnierpuntvanhetmaaidekmetvet(ditmoetvakergebeurenalsde machinewordtgebruiktinstofgeofvuileomstandigheden).
•Smeerdebuizenvandeduwarmenvanhetmaaidekmetvet(ditmoetvaker gebeurenalsdemachinewordtgebruiktinstofgeofvuileomstandigheden).
•Controleerdeolieinalle3tandwielkastbehuizingenenvoegindiennodigolietoe.
•Motorolieverversen(ditmoetvakergebeurenalsdemachinewordtgebruiktin stofgeofvuileomstandigheden).
•Motoroliekoelerreinigen.
•Controleerenreinigdekoelribbenenuitlaatringen.
Omde160bedrijfsuren
Omde200bedrijfsuren
Omde250bedrijfsuren
Omde400bedrijfsuren
Omde500bedrijfsuren
Omde2000bedrijfsuren
•Hetscharnierppuntvanderemhendelsmeren.
•Debussenvanderemstangendestanguiteindenvandestuurkoppelingsmeren.
•Vervanghetmotorolielter(ditmoetvakergebeurenalsdemachinewordtgebruikt instofgeofvuileomstandigheden).
•Controleerdebougie(s).
•Brandstofltervervangen(ditmoetvakergebeurenalsdemachinewordtgebruiktin stofgeofvuileomstandigheden).
•Onderhoudofvervanghetschuimelementvanhetluchtlter(vakerinstofge,vuile omstandigheden).
•Vervanghethydraulischelterenverversdehydraulischevloeistofinhetreservoir bijgebruikvanMobil®1vloeistof(vakerbijvuileofstofgeomstandigheden).
•Smeerdedraaipuntenvandezwenkwielen(ditmoetvakergebeurenalsdemachine wordtgebruiktinstofgeofvuileomstandigheden).
•Vervanghetpapierenlterelement(vakerinstofge,vuileomstandigheden).
•Debougie(s)vervangen.
•Hetkoppelvandewielmoerencontroleren.
•Detorsievandemoervandewielnaafcontroleren.
•Lagersvandraaipuntvanzwenkwielafstellen.
•Controleerdeafstellingvandeparkeerrem.
•Vervanghethydraulischelterenverversdehydraulischevloeistofinhetreservoir bijgebruikvanToro®HYPR-OIL™500hydraulischevloeistof(vakerbijvuileof stofgeomstandigheden).
•Verversdeolieinalle3tandwielkastbehuizingenenvoegindiennodigolietoe.
Maandelijks
Jaarlijks
Jaarlijksofvóórstalling
•Controleerdeaccu.
•Smeerdespannervandeaandrijfriemvandeaftakasmetvet(ditmoetvaker gebeurenalsdemachinewordtgebruiktinstofgeofvuileomstandigheden).
•Smeerdearmvanderiemspanpoelievandepomp(ditmoetvakergebeurenalsde machinewordtgebruiktinstofgeofvuileomstandigheden).
•Smeerdelagersvandezwenkwielenopnieuw(ditmoetvakergebeurenalsde machinewordtgebruiktinstofgeofvuileomstandigheden).
•Smeerdenavenvandeachterstezwenkwielenmetvet(ditmoetvakergebeuren alsdemachinewordtgebruiktinstofgeofvuileomstandigheden).
•Werkbeschadigdeoppervlakkenbij.
•Controleerallebovenstaandeonderhoudsproceduresvoordatudemachineopslaat.
Belangrijk:RaadpleegdeGebruikershandleidingvandemotorvoorverdereonderhoudsprocedures.
VOORZICHTIG
Alsuhetsleuteltjeinhetcontactlaat,bestaatdekansdatiemanddemotorperongelukstart waardooruenandereomstandersernstigletselkunnenoplopen.
Zetdemotorafenhaalhetsleuteltjeuithetcontactvoordatuonderhouduitvoert.
32
Smering
Demachinesmeren
Onderhoudsinterval:Omde40bedrijfsuren—Smeer
deaandrijfasmetvet(ditmoet vakergebeurenalsdemachine wordtgebruiktinstofgeofvuile omstandigheden).
Omde100bedrijfsuren—Smeerhet scharnierpuntvanhetmaaidekmetvet(ditmoet vakergebeurenalsdemachinewordtgebruikt instofgeofvuileomstandigheden).
Omde100bedrijfsuren—Smeerdebuizenvan deduwarmenvanhetmaaidekmetvet(ditmoet vakergebeurenalsdemachinewordtgebruikt instofgeofvuileomstandigheden).
Jaarlijks—Smeerdespannervande aandrijfriemvandeaftakasmetvet(ditmoet vakergebeurenalsdemachinewordtgebruikt instofgeofvuileomstandigheden).
Smeerdemachinevakeralszewordtgebruiktin stofgeofvuileomstandigheden.
Typevet:nr.2vetoplithium-ofmolybdeenbasis
1.Parkeerdemaaimachineopeenhorizontaal oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde parkeerreminwerking.
1.Scharnierpuntvan achterstezwenkwiel
2.Spannerarmvanriemvan aftakas
3.Spannerarmvan pompriem
4.Naafvanachterste zwenkwiel
5.Aandrijfas
g020366
Figuur29
6.Naafvanvoorste zwenkwiel
7.Scharnierpuntvan kantelmechanisme maaidek
8.Buizenvanduwarmen
9.Scharnierpuntenvoorste zwenkwielen
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.Reinigdesmeernippelsmeteendoek.
Opmerking:Verwijderindiennodigverfvan
devoorkantvandetting(s).
4.Zeteensmeerpistoolopdenippel.
5.Spuitvetindenippelstotdaternieuwvetbijde lagersnaarbuitenkomt.
6.Overtolligvetwegvegen.
Dearmvande riemspanpoelievande pompsmeren
Onderhoudsinterval:Jaarlijks—Smeerdearmvan
deriemspanpoelievandepomp (ditmoetvakergebeurenalsde machinewordtgebruiktinstofgeof vuileomstandigheden).
1.Parkeerdemaaimachineopeenhorizontaal oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde parkeerreminwerking.
2.Zetdehopperomhoog(Figuur30).
33
Figuur30
g034251
Figuur32
1.Plaat2.Bouten
7.Despannerarmvandepompriemsmeren
g034248
(Figuur32).
8.Monteerdeplaatenhetluchtlter.
3.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
4.Maakdebevestigingsboutvanhetluchtlterlos (Figuur31).
5.Maakdeslangklemlosenverwijderhet luchtlter(Figuur31).
Figuur31
Hetscharnierppuntvande remhendelsmeren
Onderhoudsinterval:Omde160bedrijfsuren
1.Parkeerdemaaimachineopeenhorizontaal oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.Smeerdebronzenbussenvanhetscharnierpunt vanderemhendelmetsmeermiddelineen spuitbusofmeteenlichteolie(Figuur33).
g034250
1.Bout2.Klem
6.Verwijderdeboutenendeplaatonderhet luchtlter.
34
Deolievandetandwielkast verversen
Onderhoudsinterval:Nadeeerste50
bedrijfsuren—Verversdeolie inalle3tandwielkastbehuizingenen voegindiennodigolietoe.
Omde100bedrijfsuren—Controleerdeoliein alle3tandwielkastbehuizingenenvoegindien nodigolietoe.
Omde2000bedrijfsuren—Verversdeoliein alle3tandwielkastbehuizingenenvoegindien nodigolietoe.
Figuur33
Linkerkantvanmachinegetoond
1.Scharnierpuntvande
remhendel
2.Scharnierpuntvande
aftakashendel
3.Scharnierpuntvande veerarm
4.Scharnierpuntvande vergrendeling
Debussenvanderemstang endestanguiteindenvan destuurkoppelingsmeren
Onderhoudsinterval:Omde160bedrijfsuren
1.Parkeerdemaaimachineopeenhorizontaal oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.Maakdestoelvergrendelinglosenkantel destoelnaarboven;zieBestuurdersstoel
ontgrendelen(bladz.19).
4.Smeerdebronzenbussenopdeuiteindenvan deasvanderemstang;gebruikeenspuitbus metsmeermiddelofeenlichteolie.
Opmerking:Debussenbevindenzichaande
binnenkantvandeenslagers.
g006835
1.Parkeerdemaaimachineopeenhorizontaal oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.Verwijderdekapzodatubijdetandwielkast kunt(Figuur34).
Figuur34
1.Tandwielkast
2.Beschermkap
4.Verwijderdemessendieaandetandwielkast bevestigdzijn;zieMaaimessenverwijderen
(bladz.61).
3.Bout(3)
g209995
5.Smeerelkuiteindevandescharnierkoppenvan deremstangenmeteenspuitbussmeermiddel ofmeteenlichteolie
5.Verwijderdetandwielkastenaandrijfasvanhet maaidek.Bewaardebevestigingsmiddelenvoor hergebruik.
6.Verwijderdegroteaftapplugaandevoorkant vanelkvande3delenvandetandwielkasten tapdeolieaf(Figuur35).
35
1.Kleinemagnetische pluggen(voorenachter)
2.Groteolieaftap/vulplug
Figuur35
3.Kleinemagnetischeplug (alleenvoor)
Draaipuntenvande zwenkwielensmeren
Onderhoudsinterval:Omde400bedrijfsuren/Jaar-
lijks(houdhierbijdekortsteperiode aan)(ditmoetvakergebeuren alsdemachinewordtgebruiktin stofgeofvuileomstandigheden).
Jaarlijks—Smeerdelagersvandezwenkwielen
g007579
opnieuw(ditmoetvakergebeurenalsde machinewordtgebruiktinstofgeofvuile omstandigheden).
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde parkeerreminwerking.
7.Verwijderdekleinemagnetischepluggen enverwijdermateriaaldatopdepluggen opgebouwdis.
8.BrengT eon
®
afdichtingsmiddelaanopalle kleinemagnetischepluggenenmonteerzeinde tandwielkast.
9.Monteerdetandwielkastendeaandrijfasop hetmaaidek.
10.VuldetandwielkastmetMobil
®
SHC (synthetisch)75W-90tandwielkastolietotdeze deaftap/vulplugbereikt.
Opmerking:Alledriedelenvande
tandwielkastmoetenafzonderlijkwordengevuld.
Opmerking:Bijhetvullenvandetandwielkast
metoliemoethetmaaidekopeenvlakke ondergrondstaan.Vuldetandwielkast nietalshetmaaidekomhoogstaat,inde onderhoudsstand.
11.BrengT eon®afdichtingsmiddelaanopde driegroteoliepluggenenmonteerzeinde tandwielkast.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.Verwijderdestofkapensteldedraaipunten vandezwenkwielenbij.Plaatsdestofkap pasterugalshetsmerenvoltooidis;zieDe
zwenkwielnavensmeren(bladz.37).
4.Verwijderdezeskantigeplug.
5.Draaieensmeernippelindeopening.
6.Pompsmeervetindesmeernippeltotdatervet bijhetbovenstelagernaarbuitenkomt.
7.Trekdesmeernippeluitdeopening.Monteerde zeskantigeplugendedop.
36
Dezwenkwielnavensmeren
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikof
dagelijks—Smeerdenaven vandezwenkwielenvoormetvet (ditmoetvakergebeurenalsde machinewordtgebruiktinstofgeof vuileomstandigheden).
Jaarlijks—Smeerdenavenvandeachterste zwenkwielenmetvet(ditmoetvakergebeuren alsdemachinewordtgebruiktinstofgeofvuile omstandigheden).
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.Brengdemaaieromhoogomeenvoudig toegangtekrijgen.
4.Verwijderhetzwenkwieluitdezwenkwielvorken.
5.Verwijderdeafdichtinghoudersuitdewielnaaf.
afstandsmoerenendraaidezeopdeasmetde afgeplattekantenaandebuitenzijde.
Opmerking:Draaideafstandsmoerniet
volledigtotheteindevandeas.Laateen afstandvanongeveer3mmvrijtussenhet buitensteoppervlakvandeafstandsmoerenhet eindevandeasbinnendemoer.
12.Plaatsdeasmetdemoerinhetwielaande zijdemetdenieuweafdichtingenhetlager.
13.Laathetopenuiteindevanhetwielomhoog wijzenenvulhetgebiedronddeasaande binnenzijdevanhetwielmetsmeervetvoor algemenedoeleinden.
14.Plaatshettweedelagereneennieuwe afdichtinginhetwiel.
15.Brengafdichtkitaanopdetweedeafstandsmoer endraaidezeopdeasmetdeafgeplattekanten aandebuitenzijde.
16.Draaidemoeraanmeteentorsievan8-9N·m, draaidemoerlosendraaidezeopnieuwvast meteentorsievan2-3N·m.
Opmerking:Zorgervoordatdeasnietbuiten
demoerensteekt.
Figuur36
1.Afdichtinghouder2.Afstandsmoer
6.Verwijdereenafstandsmoervandeasvanhet zwenkwiel.
Opmerking:Erisafdichtkitaangebracht
tussendeafstandsmoerenendeas.
7.Verwijderdeas(terwijldeandereafstandsmoer ernogaanbevestigdis)vandewielconstructie.
8.Wrikdeafdichtingenloseninspecteerdelagers opslijtageofbeschadigingen.Vervangenindien nodig.
17.Plaatsdeafdichtinghoudersopdewielnaafen steekhetwielindezwenkwielvork.
18.Monteerdezwenkwielboutendraaidemoer volledigvast.
Belangrijk:Controleerdeafstellingvanhet
lagerregelmatigomschadeaandeafdichting enhetlagertevoorkomen.Draaihetzwenkwiel rond.Hetwielmagnietvrijronddraaien(meer
g006115
dan1of2omwentelingen)ofzijspelinghebben. Alshetwielblijftdoordraaien,moetudetorsie vandeafstandsmoerafstellentotdathetwiel lichteweerstandondervindt.Brengnogeenlaag afdichtkitaan.
9.Smeerdelagersmetsmeervetvooralgemene doeleinden.
10.Plaats1lageren1nieuweafdichtinginhetwiel.
11.Alsbeideafstandsmoerenontbrekenopde as,brengdanafdichtkitaanop1vande
37
Onderhoudmotor
Veiligheidvandemotor
Houduwkleding,gezicht,handen,voeten
enanderelichaamsdelenuitdebuurtvande geluiddemperenandereheteoppervlakken.Laat deonderdelenvandemotorafkoelenvoordatu onderhoudswerkzaamhedenuitvoert.
Veranderdesnelheidvandetoerenregelaarniet
enlaatdemotorhetmaximaletoerentalniet overschrijden.
Onderhoudvanhet luchtlter
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikof
dagelijks—Controleerhetluchtlter opvuile,losseofbeschadigde onderdelen.
Omde250bedrijfsuren—Onderhoudofvervang hetschuimelementvanhetluchtlter(vakerin stofge,vuileomstandigheden).
Omde500bedrijfsuren—Vervanghet papierenlterelement(vakerinstofge,vuile omstandigheden).
Opmerking:Hetluchtltermoetvakereen
onderhoudsbeurtkrijgenalsdemachinewordt gebruiktinbuitengewoonstofgeofzanderige omstandigheden.
Filtersverwijderen
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde parkeerreminwerking.
Figuur37
1.Luchtinlaatschermen deksel
6.Maakdesluitingenophetluchtlterlosentrek
hetluchtlterdekselvandeluchtlterbehuizing (Figuur38).
7.Reinigdebinnenkantvanhetluchtlterdeksel
metperslucht.
8.Schuifhetvoorltervoorzichtiguitde
luchtlterbehuizing(Figuur38).
2.Vergrendelingen
Opmerking:Zorgervoordatunietmethet
ltertegendezijkantvandeluchtlterbehuizing stoot.
9.Verwijderhetbinnenstelteralleenalsuvan
planbenthetltertevervangen.
Belangrijk:Probeernooithetbinnenste
ltertereinigen.Alshetveiligheidslter vuilis,betekentditdathetvoorlteris beschadigd.Vervangbeidelters.
g028105
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.Maakdesluitingenophetluchtlterlosentrek hetluchtinlaatdekselvandeluchtlterbehuizing (Figuur37).
4.Maakhetluchtinlaatschermenhetdeksel schoon.
5.Monteerhetluchtinlaatdekselenzethetgoed vastmetdesluitingen(Figuur37).
g028106
Figuur38
1.Luchtlterdeksel3.V oorlter
2.Luchtlterbehuizing
38
10.Inspecteerhetprimairelteropbeschadiging dooreenfellelichtbronopdebuitenkantvanhet lterterichtenenerdoorheentekijken.
Opmerking:Gateninhetlterzijnherkenbaar
alslichteplekken.Alshetlterisbeschadigd, moetuditweggooien.
Motorolieverversen/olie-
NEUTRAALstand,schakeldeaftakasuitenstelde
parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
Opmerking:Zorgdatdemotoruitgeschakeld
iszodatdeolietijdheeftgekregenomwegte lopennaardeopvangbak.
peilcontroleren
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
Omde100bedrijfsuren(ditmoetvaker gebeurenalsdemachinewordtgebruiktin stofgeofvuileomstandigheden).
Omde200bedrijfsuren—Vervanghet motorolielter(ditmoetvakergebeurenals demachinewordtgebruiktinstofgeofvuile omstandigheden).
Motorolietype
Olie-inhoud:metvervangingvanlter:1,8liter;
zondervervangingvanlter:1,6liter
Viscositeit:zieonderstaandetabel.
3.Hefdehopperop
4.Omtevoorkomendatervuil,maaisel,enz.in demotorterechtkomt,moetudeomgeving vandevuldop/peilstokreinigenvoordatudeze verwijdert(Figuur40).
5.Haaldepeilstokeruitenveegdeolieeraf.
6.Plaatsdepeilstokenduwdezevollediginde peilstokbuis.
7.Verwijderdepeilstokencontroleerhetoliepeil.
8.Alshetoliepeillaagis,maakdeomgevingvan deolievuldopdanschoon,verwijderdedopen voegolietoetotdeVol-markeringopdepeilstok bereiktis(Figuur40).
Belangrijk:Laatdemotornietdraaienmet
hetoliepeilonderdemarkeringenLaag ofToevoegenopdepeilstok,ofbovende markeringV ol.
Figuur39
Hetmotoroliepeilcontroleren
Opmerking:Controleerhetoliepeilalsdemotor
koudis.
Belangrijk:Hetcarternooitovervullenmetolie.
Hierdoorkandemotorbeschadigdraken.Laat demotornooitlopenalsdeolielagerstaatdan deonderstemarkering,omdatdemotordaardoor beschadigdkanraken.
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,zetdesnelheidshendelinde
g032626
g025758
Figuur40
1.Olievuldop2.Oliepeilstok
39
Motorolieverversen
Hetmotorolieltervervangen
Opmerking:Geefdeafgewerkteolieafbijeen
inzamelcentrum.
1.Parkeerdemachinezo,datdeachterkantiets lagerisdandevoorkantomervoortezorgen datalleolievolledigkanwordenafgetapt.
2.ZetdesnelheidshendelindeNEUTRAALstandom demachinetestoppen.
3.ZetdesnelheidshendelindeNEUTRAALstand, schakeldeaftakasuitensteldeparkeerremin werking.
4.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
1.Laatdeolieuitdemotorlopen;raadpleeg
Motorolieverversen(bladz.40).
2.Vervanghetmotorolielter(Figuur42).
Figuur41
5.Gietlangzaamongeveer80%vande gespeciceerdeolieindevulbuisenvoeg langzaamderestvandeolietoetothetpeilde markeringVolbereikt(Figuur40).
6.Startdemotorenrijdnaareenvlakgebied. Controleerhetoliepeilopnieuw(Figuur40).
7.Indiennodig,voegdanolietoetothetV ol merktekenopdepeilstokisbereikt.
g032755
Figuur42
g032754
Opmerking:Controleerofdepakkingvanhet
olieltercontactmaaktmetdemotorendraai hetolielternog¾slagextravast.
3.Vulhetcartermethetjuistetypenieuweolie;zie
Motorolietype(bladz.39).
40
Onderhoudvandebougie
Onderhoudsinterval:Omde200bedrijfsu-
ren—Controleerdebougie(s).
Omde500bedrijfsuren—Debougie(s) vervangen.
Type:ChampionXC12YC
Elektrodenafstand:0,76mm
Bougieverwijderen
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.Maakdeomgevingvandeonderkantvande bougie(s)schoonomtevoorkomendatervuil enafvalindemotorterechtkomt.
4.Zoekenverwijderdebougie(s)zoalswordt getoondinFiguur43.
g206628
Figuur44
Bougiemonteren
Figuur43
Bougiecontroleren
Belangrijk:Maakdebougie(s)nietschoon.
Verwijdereenbougiealtijdalsdeze:eenzwarte laagheeft,alsdeelektrodenversletenzijn,alser eenvettigelaagopligtofalsdebougiescheuren vertoont.
Alsdeisolatorlichtbruinofgrijsis,werktdemotor naarbehoren.Eenzwartelaagopdeisolatorduidt meestalopeenvuilluchtlter.
Steldeafstandinop0,76mm.
g028109
Figuur45
g027478
41
Onderhoud brandstofsysteem
GEVAAR
Inbepaaldeomstandighedenisbrandstof uiterstontvlambaarenzeerexplosief.Brand ofexplosievanbrandstofkanbrandwonden bijuofanderenenmateriëleschade veroorzaken.
ZieBrandstofveiligheid(bladz.14)vooreen volledigelijstvanvoorzorgsmaatregelenmet betrekkingtotbrandstof.
Brandstofltervervangen
Onderhoudsinterval:Omde200bedrijfsuren/Jaar-
lijks(houdhierbijdekortsteperiode aan)(ditmoetvakergebeuren alsdemachinewordtgebruiktin stofgeofvuileomstandigheden).
Hetbrandstoflterbevindtzichbijdemotor,aande voorzijdeofdeachterzijdevandemotor.
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,zetdesnelheidshendelinde
NEUTRAALstand,schakeldemesschakelaar
(aftakas)uitensteldeparkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.Laatdemotorafkoelen.
4.Klemdeslangvastaandebrandstoftankzijde vanhetbrandstoflter.
5.Brandstofltervervangen(Figuur46).
Opmerking:Zorgervoordatdemarkeringen
ophetlterderichtingvandebrandstofstroom volgen.
g029685
Figuur46
Opmerking:Plaatsdebrandstoeidingenen
bevestigzemetplastickabelbinders.Volghierbij defabrieksmontageomervoortezorgendatde brandstoeidinggeencontactkanmakenmet onderdelendiedebrandstoeidingzoudenkunnen beschadigen.
Onderhoudvande brandstoftank
Probeerdebrandstoftanknietzelfaftetappen. Laateenerkendeservicedealerdebrandstoftank aftappenenonderdelenvanhetbrandstofsysteem eenonderhoudsbeurtgeven.
42
Onderhoudelektrisch
3.Maakdeminkabel(zwart)losvandeminpool(-) vandeaccu(Figuur47).
systeem
Veiligheidvanhet elektrischsysteem
Koppeldeaccuafvoordatureparatiesaande
machineverricht.Maakeerstdeminpoolvande acculosendaarnadepluspool.Bevestigeerstde pluspoolvandeaccuendaarnademinpool.
Laaddeaccuopineenopen,goedgeventileerde
ruimte,uitdebuurtvanvonkenenopenvuur.Haal deopladeruithetstopcontactvoordatudeaccu aan-ofloskoppelt.Draagbeschermendekleding engebruikgeïsoleerdgereedschap.
Onderhoudvandeaccu
Onderhoudsinterval:Maandelijks
GEVAAR
Accuzuurbevatzwavelzuur;dezestofis dodelijkbijinnameenveroorzaakternstige brandwonden.
Umagaccuzuurnooitinslikkenenmoet elkcontactmethuid,ogenofkleding vermijden.Draageenveiligheidsbrilen rubberhandschoenenomuwogenenhanden tebeschermen.
4.Schuifhetrodestofkapjevande(rode)pluspool vandeaccuenverwijderdepluskabel(+) (Figuur47).
5.VerwijderdevleugelmoerenvandeJ-vormige haken(Figuur47).
6.Verwijderdeklem(Figuur47).
7.Verwijderdeaccu.
Figuur47
1.Negatieve(zwarte)
accukabel
2.Vleugelmoer
3.J-haak
4.Klem
5.Positieve(rode)accukabel
Accuopladen
g025144
Verwijderenvandeaccu
WAARSCHUWING
Deaccukabelsonjuistafkoppelenkanschade aandemachineendekabelstotgevolg hebbenenvonkenveroorzaken.Hierdoor kunnenaccugassentotontplofngkomenen lichamelijkletselveroorzaken.
Maakaltijddeminkabel(zwart)vandeaccu losvoordatudepluskabel(rood)losmaakt.
Sluitaltijddepluskabel(rood)vandeaccu aanvoordatudeminkabel(zwart)aansluit.
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,zetdesnelheidshendelinde
NEUTRAALstand,schakeldemesschakelaar
(aftakas)uitensteldeparkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
WAARSCHUWING
Bijhetopladenproduceertdeaccugassen dietotontplofngkunnenkomen.
Rooknooitindebuurtvandeaccuenzorg ervoordatergeenvonkenofvlammenvlakbij deaccukomen.
Belangrijk:Zorgervoordatdeaccualtijd
vollediggeladenis(soortelijkgewicht1,265).Dit isvooralbelangrijkombeschadigingvandeaccu tevoorkomenbijtemperaturenbeneden0°C.
1.Verwijderdeaccuvanhetchassis;raadpleeg
Verwijderenvandeaccu(bladz.43).
2.Laaddeaccu10tot15minutenopbij25tot 30Aof30minutenbij10A.
Opmerking:Deaccunietteveropladen.
3.Zodradeaccuvolledigisopgeladen,haalt udeacculaderuithetstopcontactenmaakt uvervolgensdeoplaadkabelslosvande accuklemmen(Figuur48).
43
4.Monteerdeaccuindemachineensluitde accukabelsaan;zieDeaccuplaatsen(bladz.
44).
Instellenvande veiligheidsschakelaars
Opmerking:Gebruikdemachinenooit
wanneerdeaccuislosgekoppeld;ditkan beschadigingenaanhetelektrischesysteemtot gevolghebben.
Figuur48
1.Pluspool(+)vandeaccu3.Rode(+)oplaadkabel
2.Minpool(–)vandeaccu4.Zwarte(–)oplaadkabel
Deaccuplaatsen
1.Plaatsdeaccuineenbakmetdeaccupolenvan dehydraulischetankweg(Figuur47).
2.Bevestigdepluskabel(rood)aandepluspool (+)vandeaccu.
3.Bevestigdeminkabel(zwart)enaardingsdraad aandeminpool(-)vandeaccu.
4.Bevestigdekabelsmet2bouten,2ringenen 2borgmoeren(Figuur47).
Stelalleveiligheidsschakelaarszoindatdeplunjer 4,8mmtot6,4mmuithetschakelaarhuissteektals deplunjeringedruktis(Figuur49).
g006849
Figuur49
1.4,8tot6,4mm
g000960
Onderhoudvande zekeringen
Deelektrischeinstallatieisbeveiligddoormiddel vanzekeringen.Dezebehoeftgeenonderhoud. Alsereenzekeringisdoorgebrand,moetuechter hetonderdeelofcircuitcontrolerenopdefectenof kortsluiting.
1.Dezekeringenbevindenzichrechtsachterde stoel.
2.Omeenzekeringtevervangen,trektude zekeringomhoog.
3.Nieuwezekeringplaatsen.
5.Schuifhetrodestofkapjevoordeaccupoolop depluspool(rood)vandeaccu.
6.Monteerdeklemenzetdezevastmetde vleugelmoerenenJ-vormigehaken(Figuur47).
44
Machinestartenmet
WAARSCHUWING
startkabel
1.Controleerdeaccupolenoproestvormingen verwijderroestvoordatudemachinestartmet eenstartkabel.Zorgdatdeverbindingenstevig vastzitten.
VOORZICHTIG
Roestenlosseverbindingenkunnen opomhetevenwelkmomentvande startprocedureongewensteelektrische spanningspiekenveroorzaken.
Gebruikomdemachinetestartenniet destartkabelmetlosseofverroeste accupolen:ditkanschadeaandemotor ofdeEFIveroorzaken.
GEVAAR
Hetgebruikvanstartkabelsalsde accuinslechtestaatisengebarstenof bevrorenis,ofeenlaagaccuzuurpeil heeftofopen/kortgeslotencellenheeft, kanleidentoteenexplosieenernstig lichamelijkletsel.
Accu'sbevattenzuurenproduceren ontvlambaregassen.
Beschermteallentijdeuwogenen gezichtvoordeaccu's.
Leunnietoverdeaccu's.
Opmerking:Zorgdatdevuldoppenstevig
vastzittenenhorizontaalzijn.Indienvochtige doekenvoorhandenzijn,legtudezeoverde vuldoppenvandeaccu's.Zorgerookvoordat demachineselkaarnietraken,datdebeide elektrischesystemenuitgeschakeldzijnendat zehetzelfdenominalevoltagehebben.Deze instructiesgeldenalleenvoornegatiefgeaarde systemen.
3.Koppeldepluskabel(+)aanopdepluspool(+) vandeontladenaccudieverbondenismetde starterofdesolenoïde;zieFiguur50.
Gebruikgeenstartkabelsopeenzwakke accudiezulkeeigenschappenvertoont.
2.Gebruikalsstartaccueengoede,volledig opgeladenzuur-loodaccumeteenspanningvan minstens12,6V .
Opmerking:Gebruikkortestartkabelsvande
juistegrootteomhetspanningsverliestussen desystementebeperken.Zorgervoordat dekabelsvoorzienzijnvaneenkleurcodeof markeringvoordejuistepolariteit.
VOORZICHTIG
Destartkabelsonjuistaankoppelen (verkeerdepolariteit)kanhetEFI-systeem ogenblikkelijkbeschadigen.
Controleerdepolariteitvandeaccupolen endestartkabelsvoordatudeaccu's verbindt.
Figuur50
1.Pluskabel(+)vande ontladenaccu
2.Pluskabel(+)vande startaccu
3.Minkabel(-)vande startaccu
4.Minkabel(-)vanhet motorblok
4.Koppelhetandereuiteindevandepluskabel
aanopdepluspoolvandestartaccu.
5.Sluitdezwarteminkabel(-)aanopdeandere
pool(min)vandestartaccu.
6.Maaktenslottedelaatsteaansluitingophet
motorblokvandemachinemetdelegeaccu (nietopdeaccupool),openigeafstandvande accu,enhoueenveiligeafstandaan(Figuur
51).
5.Startaccu
6.Ontladenaccu
7.Motorblok
g012785
45
Onderhoud aandrijfsysteem
Desporingafstellen
Opmerking:Desporingsknopzitonderdestoel.
Figuur51
1.Motorblok
7.Startdemachineenneemallekabelsin omgekeerdevolgordeweg(eerstdeminkabel vanhetmotorblokloskoppelen)
2.Minkabel(-)
g209397
g013117
Opmerking:Draaidezeknopvoordejnafstelling
zodatdemachinerechtvooruitrijdtalsderijhendels volledignaarvorenzijngeduwd.
1.Laatdemachinegedurendeminstens5minuten op3/4snelheiddraaienzodatdehydraulische vloeistofdebedrijfstemperatuurbereikt.
2.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,zetdesnelheidshendelinde
NEUTRAALstand,schakeldemesschakelaar
(aftakas)uitensteldeparkeerreminwerking.
3.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
4.Kanteldestoelnaarvorenombijde sporingsknoptekunnen.
5.Draaideknopnaarrechtsommeernaarrechts testuren,ennaarlinksommeernaarlinkste sturen.
6.Maakdeinstellinginstappenvan1/8 omwentelingtotdatdemachinerechtvooruit spoort.
7.Controleerenverzekeruervandatdemachine nietkruiptinneutraalmetuitgeschakelde parkeerrem(Figuur52).
Figuur52
1.Sporingsknop
g025157
46
Debandenspanning
Lagersvandraaipuntvan
controleren
Onderhoudsinterval:Omde40bedrijfsuren
Zorgdatdebandenachtereenspanningvan103kPa hebben.Eenongelijkebandenspanningkanleidentot onregelmatigemaairesultaten.Debandenspanning kanhetbestbijkoudebandenwordengecontroleerd.
Opmerking:Devoorbandenzijnsemi-pneumatisch
enhoevennietopspanningtewordengehouden.
Figuur53
zwenkwielafstellen
Onderhoudsinterval:Omde500bedrijfsuren/Jaar-
lijks(houdhierbijdekortsteperiode aan)
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,zetdesnelheidshendelinde
NEUTRAALstand,schakeldemesschakelaar
(aftakas)uitensteldeparkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.Verwijderdestofkapvanhetzwenkwielendraai deborgmoeraantotdatdeschotelverenvlak liggen.Draaidemoerdan1/4slagterugomde voorspanningopdelagersintestellen(Figuur
54enFiguur55).
Belangrijk:Controleerdatdeschotelveren
juistzijngeplaatstzoalsinFiguur54en
g001055
Figuur55.
4.Plaatsdestofkap.
Opmerking:Gebruikgeeninternecoatingof
schuimvullingindebanden.
Dewielmoerencontroleren
Controleerdewielmoerenendraaizevastmeteen torsievan122tot129N·m.
Desleufmoerenvande wielnaafcontroleren
Onderhoudsinterval:Nadeeerste100bedrijfsuren
Omde500bedrijfsuren
Controleerofhetkoppelvandeingekeeptemoer373 tot475Nmbedraagt.
g001297
Figuur54
Voorzwenkwiel
1.Veerringen
2.Borgmoer
3.Stofkap
47
Onderhoudkoelsysteem
Veiligheidvanhet koelsysteem
Motorkoelvloeistofinslikkenkanvergiftiging
veroorzaken;buitenhetbereikvankinderenen huisdierenhouden.
Alsuhete,onderdrukstaandekoelvloeistofover
uheenkrijgtofinaanrakingkomtmeteenhete radiateurofomliggendedelen,kuntuernstige brandwondenoplopen.
g006850
Figuur55
Zwenkwielachter
1.Schotelveren
–Laatdemotoraltijdminstens15minuten
afkoelenvoordatuderadiateurdoplosdraait.
–Gebruikeendoekalsuderadiateurdop
verwijdertendraaidedoplangzaamopenom destoomtelatenontsnappen.
Motorschermenoliekoeler vandemotorreinigen
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
Verwijderaangekoektgrasofvuilvanhetschermvan deoliekoelerenhetmotorscherm(Figuur56).
Figuur56
Verwijderaangekoektgrasofandervuilvanhet motorscherm.Ditdraagtbijtoteenadequatekoeling eneencorrectmotortoerentalenverkleintdekansdat demotoroververhitraaktenmechanischeschade oploopt(Figuur56).
g008804
g009191
48
Onderhoudvan motoroliekoeler
Onderhoudsinterval:Omde100bedrijfsuren
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,zetdesnelheidshendelinde
NEUTRAALstand,schakeldeaftakasuitenstelde
parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.Verwijderdebevestigingsmoerenvande brandstoftankenzwaaidebrandstoftanknaar buiten.
4.Borstelvuilvandevinnenvandeoliekoeler.
5.Zwenkdebrandstoftanknaarbinnenenzet dezevastmetdemoeren.
6.Draaidemoeren½slagterugzodatdetank kanuitzetten.
Onderhoudenremmen
Deparkeerremafstellen
Onderhoudsinterval:Nadeeerste100bedrijfsuren
Omde500bedrijfsurendaarna
Zorgdatderemgoedisafgesteld.Volgdeze procedurewanneerueenonderdeelvanderemheeft verwijderdofvervangen.
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,zetdesnelheidshendelinde
NEUTRAALstand,schakeldeaftakasuitenstelde
parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.Zetdeparkeerremvrij.
4.Kanteldebestuurdersstoelnaarvoren.
5.Zorgdatergeenspelingistussende parkeerremhendelendeverbinding.
Dekoelribbenen uitlaatringenreinigen
Onderhoudsinterval:Omde100bedrijfsuren/Jaar-
lijks(houdhierbijdekortsteperiode aan)
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,zetdesnelheidshendelinde
NEUTRAALstand,schakeldeaftakasuitenstelde
parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.Verwijderhetluchtinlaatroosterende ventilatorbehuizing.
4.Verwijdervuilengrasvandemachineonderde­len.
5.Monteerhetluchtinlaatroosterende ventilatorbehuizing.
6.Indieninstellingnoodzakelijkis:verwijderde gaffelpenendraaideverbindinglinksomom dezelangertemakenenrechtsomomdeze kortertemaken.
Figuur57
1.Parkeerrem
2.Draaihethuis
3.Gaffelpen
4.Snelheidshendel
5.Stuurhendels
g020488
7.Meetdelengtevandeingedrukteveervan beideverticaleveereenheden.
Opmerking:Deveermoeteenlengtevan6
tot7cmhebben.Indieninstellingnoodzakelijk is:steldemoeraandebovenkantvande
49
veereenheidinomdegewenstelengtete bereiken.
g020525
Figuur59
1.22,7tot23,3cm2.Moeren
9.Zetderemmenaanenuitomhetgoed inschakelenenloskomentecontroleren.Wijzig deinstellingindiennoodzakelijk.
Figuur58
1.Parkeerrem4.Verticaleveereenheid
2.Stuurhendel
3.Snelheidshendel
5.Moer
6.6tot7cm
8.Steldelengtevandeverbindinginmetde2 moerenonderaandeverticaleveereenheid (Figuur59).
Opmerking:Deverbindingmoeteenlengte
hebbenvan22,7tot23,3cm.
g020489
Opmerking:Alsderemmenuitgeschakeld
zijnmoeterweinigtotgeenspelingzijninde verbinding,enmogenderemmennietaanlopen.
50
Onderhoudriemen
Riemencontroleren
Onderhoudsinterval:Omde40bedrijfsuren
Vervangderiemalsdezeversletenis.Eenaantal indicatiesvaneenversletenriem:eengierend geluidtijdenshetdraaienvanderiem,demessen dieslippentijdenshetmaaien,gerafelderandenen schroeiplekkenenscheurenopderiem.
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,zetdesnelheidshendelinde
NEUTRAALstand,schakeldeaftakasuitenstelde
parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.Tildegrasvangbakomhoog,controleerde aandrijfriemenvandepompenenaftakasop slijtage,barstjesofvervuiling.
Opmerking:Deriemenstaanonder
veerspanningerisgeeninstellingnodig,tenzij deriemenwordenvervangen.
Figuur60
1.Spanpoelie
2.RiemgeleiderB6.RiemgeleiderA
3.Aandrijfriemvande aftakas
4.Omloopas
9.Schakeldeaftakashendelin.
10.Draaiderembandnaaronderen,totde oorspronkelijkepositie.
11.Gebruikdegaffelpenendehaarspeldveerom derembandtebevestigen.
12.Maakdecontramoerenlos,steldeverbinding intotdatdebovenkantvandespannerarm uitgelijndismetdeonderkantvandeinkeping omdeveerarmzoalsinFiguur61.
5.Motor
7.Blazer
g006836
Vervangenvande aandrijfriemenvande aftakas
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,zetdesnelheidshendelinde
NEUTRAALstand,schakeldeaftakasuitenstelde
parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.Metuitgeschakeldemotor:schakelde aftakashendelinenverwijderdehaarspeldveer engaffelpenonderaanderembandvande aftakas.
4.Draaiderembandnaarbovenzodatdezede riemennietindewegzit.
5.Schakelaftakashendeluit.
6.Maakderiemgeleiderslos:AenB(Figuur60).
7.Verwijderderiemen.
8.Plaatsdenieuweriemenopdepoelieszoals inFiguur60.
g006837
Figuur61
1.Veerarm
2.Draaidecontramoerenlos.
3.Metingeschakeldeaftakas:lijndebovenkantvande spannerarmuitmetdeinkepingvandeveerarm.
4.Armvanspanpoelie
51
13.Trekdecontramoerenaanenschakel aftakashendeluit.
14.Schakeldeaftakashendelinencontroleerde uitlijning.
15.ControleerderiemgeleiderszoalsinInstellen
vanderiemgeleiders(bladz.52)ensteldezein.
Aandrijfriemvanpomp vervangen
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,zetdesnelheidshendelinde
NEUTRAALstand,schakeldeaftakasuitenstelde
parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.Verwijderdeaandrijfriemenvandeaftakas;zie
Vervangenvandeaandrijfriemenvandeaftakas (bladz.51).
Instellenvande riemgeleiders
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,zetdesnelheidshendelinde NEUTRAALstand,schakeldeaftakasuitenstel deparkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.Schakeldeaftakashendelinterwijldemotor uitgeschakeldis.
4.StelderiemgeleidersinzoalsinFiguur63.
4.Trekaandeveerspannerofverwijderdeveer omdespanningvandeaandrijfriemvande pomptehalen.
5.Verwijderdeouderiem.
6.Leiddenieuweriemopdeschijvenzoals getoondopdestickerachteropdelinkerkapvan deaandrijving(Figuur62).
Figuur62
g006839
Figuur63
1.3mm4.Draaide draadvormgeleiderom deriemenindegeleiderte centreren.
2.11mm5.6mm
3.3mmspeling6.8mm
g006838
1.Aandrijfriemvanpomp
2.Pomp
3.Spanpoelie
4.Pomp
5.Spanpoelie
6.Motor
7.Deriemenvandeaftakasmonteren;zie
Vervangenvandeaandrijfriemenvandeaftakas (bladz.51).
52
Onderhoud
E.Schakeldeparkeerreminencontroleer
destuurhendels.
bedieningsysteem
Instellingvande achteruit-stopstang
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,zetdesnelheidshendelinde
NEUTRAALstand,schakeldemesschakelaar
(aftakas)uitensteldeparkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.Controleerdebewegingvandestuurhendels:
Alsdehendelsietsnaarvorenkunnen
bewegen,max.3mm,danisergeen instellingnodig.
Alsdehendelsnietbewegenvoerdande
volgendestappenuit:
A.Klapdestoelnaarboven,ofverwijder
hetstoelframe(metdaaropdestoel gemonteerd),vooreengoedzichtopde stuurasomdezeinstellingtemaken.
B.Zetdesnelheidshendelinde
NEUTRAALstand.
F.HerhaalstapCtotenmetEtotdatutot
3mmspelingverkrijgt.
G.Monteerhetstoelframeindienditinstap
Averwijderdwas.
Instellenvandespanning vandesnelheidshendel
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,zetdesnelheidshendelinde
NEUTRAALstand,schakeldemesschakelaar
(aftakas)uitensteldeparkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.Steldekantelmoeraanhetuiteindevande stangin,aandevoorkantvanhetrechter bedieningpaneel(Figuur65).
Opmerking:Steldespanningzohoogindat
desnelheidshendeltijdensbedrijfopzijnplaats blijft,enlaaggenoegdatudezegemakkelijk kuntinstellen.
C.Zetdeparkeerremvrij.
D.Steldelengtevandestangindoorde
contramoerlostemakenendestang tedraaien.
g020487
Figuur65
1.Kantelmoer4.Frictieplaat
2.Schotelveren
3.Frictieplaat
snelheidsregeling
g020490
Figuur64
1.Parkeerrem
2.Moer
3.Stuurhendel
4.Snelheidshendel
5.Gaffelpenenstopstang
5.Frictiebeugel snelheidsregeling
6.Snelheidshendel
53
Instellenvandeverbinding vandesnelheidshendel
WAARSCHUWING
Demotormoetlopenendeaandrijfwielen moetendraaienomderijhendelstekunnen afstellen.Contactmetbewegendeonderdelen ofheteoppervlakkenkanlichamelijkletsel veroorzaken.
Houduwvingers,handenenkledinguitde buurtvandraaiendeonderdelenenhete oppervlakken.
VOORZICHTIG
Vertrouwnooituitsluitendopeen mechanischeofhydraulischekrikom hetmaaidekopteheffenvoorservice­ofonderhoudswerkzaamheden.Ditkan gevaarlijkzijn.Eenmechanischeof hydraulischekrikkaneenmachinesomsniet goedondersteunenofslechtfunctioneren, waardoordemachinekanvallen.Ditkan letselveroorzaken.
vooruitomdevloeistofinhethydraulische systeemopbedrijfstemperatuurtebrengen.
8.Zetdesnelheidshendelteruginde
NEUTRAALSTAND.
9.InstellenvandeNEUTRAALstand:stel deverbindingenindelinkerenrechter pompregelstangen(diedebesturingverbinden metderegelarmenvandepompen)bijtotdatde wielenstoppen,oflangzaamachteruitkruipen (Figuur66).
10.Steldelinkerpompverbindingindoorde sporingsknoptedraaien.
11.Stelderechterverbindingindoordedubbele moerenmeteensleutelteverdraaien(Figuur
66).
Vertrouwnooituitsluitendopeen mechanischeofhydraulischekrikom hetmaaidekopteheffen.Gebruikgoede assteunenofgelijkwaardigemiddelenomde machineteondersteunen.
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,zetdesnelheidshendelinde
NEUTRAALstand,schakeldemesschakelaar
(aftakas)uitensteldeparkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.Verwijderdeelektrischeaansluitingvande stoelveiligheidsschakelaar,directvoorde stoelschakelaar.
4.Plaatshetchassisopassteunenzodatdewielen vrijkunnendraaien.
Opmerking:Umoetdeneutraalstandafstellen
terwijldeaandrijfwielendraaien.
5.Bevestigtijdelijkeenverbindingssdraadover deaansluitingenindeconnectorvande stoelveiligheidsschakelaarvandekabelboom.
6.Startdemotor.
7.Laatdemachineminimaal5minutendraaien metdesnelheidshendelopvolledigesnelheid
Figuur66
1.Draaidesporingsknop aandelinkerkant.
12.Zetdestuurhendelsindeachteruit-stand.Oefen eenbeperktedrukuitopdestuurhendelsenlaat zenaarNEUTRAALterugkeren.
2.Draaidedubbelemoeren aanderechterkant.
Opmerking:Dewielenmoetenophouden
metdraaienoflangzaamkruipeninde achteruitstand.
13.Zetdemotorafenwachttotdatallebewegende onderdelentotstilstandgekomenzijn.
14.Maakdeverbindingsdraadlosvandeconnector vandekabelboomensluitdeconnectoraanop destoelschakelaar.
15.Laatdemachineopdegrondzakken.
g006843
54
Deaandrijvingspoelievan deaftakasuitlijnen
Lijndeaandrijvingspoelievandeaftakasuitinde volgendegevallen:
Navervangingofonderhoudvandeventilator.
Nahetlosmakenvandebevestigingsboutenvan
demotorofvervangingofverstellingvandemotor.
Nahetlosmakenvandebevestigingsboutenvan
deomloopasofvervangingofverstellingvande omloopas.
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,zetdesnelheidshendelinde
NEUTRAALstand,schakeldemesschakelaar
(aftakas)uitensteldeparkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.Verwijderdebevestigingsmoerenvande brandstoftankenzwaaidebrandstoftanknaar buiten.
Figuur67
1.Lijndevlakkenvandeze 3aandrijvingspoeliesvan depompuitbinnen0,8tot 1,6mm.
2.Lijndevlakkenvandeze 3aandrijvingspoeliesvan deaftakasuitbinnen0,8 tot1,6mm.
9.Trekde4bevestigingsboutenvandemotoren de4bevestigingsboutenvandeomloopasaan. Controleerdeuitlijningnahetaantrekkenvan debouten.
10.Monteerdespanveervandepompriem.
g006846
4.Controleerdatdeventilatorgemonteerdisen goedvastzit.
5.Maakdevierbevestigingsboutenvandemotor los.
6.Maakdespanveervandepompriemlos.
7.Maakdevierbevestigingsboutenvande omloopaslos.
8.Meetvanafdepoelievandeventilator:verstel demotorendeomloopastotdatdeachterkanten vanalle3poeliesbinnen0,8tot1,6mmgelijk liggen(Figuur67).
Opmerking:Lijnde3vlakkenuitmeteen
liniaal.
11.Zwaaidebrandstoftanknaarbinnenenplaats debevestigingsmoerenvandetank.
12.Deaandrijvingspoelievandepompuitlijnen;
Uitlijnenvandeaandrijvingspoelievandepomp (bladz.56).
55
Uitlijnenvande
Instellenvandeveervan aandrijvingspoelievan depomp
Indevolgendegevallenmoetdeaandrijvingspoelie vandepompwordenuitgelijnd:
Nahetlosmakenvandebevestigingsboutenvan
demotorofvervangingofverstellingvandemotor.
Alsdeaandrijvingspoeliesvandepompzijn
losgemaakt,verplaatstofvervangen.
Deaftakaspoeliewerduitgelijnd;zieDe
aandrijvingspoelievandeaftakasuitlijnen(bladz.
55).
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,zetdesnelheidshendelinde
NEUTRAALstand,schakeldemesschakelaar
(aftakas)uitensteldeparkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.Maakdestelschroevenvanbeidepomppoelies los.
deaftakasrem
Steldeveervandeaftakasremalleenafalsde ventilatorverwijderdofvervangenwerd,ofalsde spannerarmvandeaftakasaandrijvinggedemonteerd is.
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,zetdesnelheidshendelinde
NEUTRAALstand,schakeldemesschakelaar
(aftakas)uitensteldeparkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.Zoekderemveerendraaide2contramoeren naarhetuiteindevanderemveerstang(Figuur
68).
4.Draaidecontramoerentegenelkaaraanhet uiteindevanderemveerstang.
4.Meteenliniaal:lijnelkepomppoelieuitmet demotorpoeliedoordezeoverdepompaste schuiven(Figuur67).
5.Zetstelschroevenvandepoeliesvasten controleerdeuitlijning.
g006848
Figuur68
1.Zetdecontramoerenhiervast.
2.Veervanaftakasrem
56
Hetdekselvandehopper
Instellenvandestopvan
instellen
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,zetdesnelheidshendelinde
NEUTRAALstand,schakeldemesschakelaar
(aftakas)uitensteldeparkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.Maakdezesmoerenvandescharnierenvan hetdeksellos(Figuur69).
4.Openhetdekselenplaatseenrubberenstrip (9,5mm)ofslangvan(diameter9,5mm)tussen dehopperenhetdekselvandehopper(Figuur
69).
5.Sluithetdekselenduwdittegendehopper.
6.Zetdebevestigingsmiddelenvandescharnieren vast.
7.Opendehopperenverwijderderubberenstrip.
deborgpenophetmaaidek
1.Schuifdeborgpennenvanhetmaaidekaan beidezijdenvanhetmaaideknaarbinnenen draaizeomhetmaaidekindebedrijfsstandte vergrendelen.
2.Maakdecontramoerlosendraaidestopschroef rechtsomtotdatdeborgpenstrakstaatenniet metdehandkanwordengedraaid(Figuur70).
g007581
Figuur70
1.Draaidestopschroefrechtsomtotdeborgpenstrakstaat;
draaivervolgens½slagterug.
2.Draaidecontramoerlos.
1.Maakdescharniermoeren vanhetdeksellos–3aan elkekant.
3.Draaidestopschroef½slaglinksomenzetde contramoervast.
4.Controleerofdeborgpenvrijkanschuiven. Wijzigdeinstellingindiennoodzakelijk.
g025251
Figuur69
2.Plaatshiereenrubber stripofslangvan1cm.
57
Onderhoudhydraulisch systeem
Veiligheidvanhet hydraulischesysteem
Waarschuwonmiddellijkeenartsalser
hydraulischevloeistofisgeïnjecteerdindehuid. Geïnjecteerdevloeistofmoetbinnenenkeleuren operatiefwordenverwijderddooreenarts.
Controleerofallehydraulischeslangenen
leidingeningoedestaatverkerenenalle hydraulischeaansluitingenenttingsstevig vastzittenvoordatudrukzetophethydraulische systeem.
Houdlichaamenhandenuitdebuurtvankleine
lekgatenofspuitmondenwaaruitonderhogedruk hydraulischevloeistofontsnapt.
Ukuntlekkeninhethydraulischesysteem
opsporenmetbehulpvankartonofpapier.
Hefalledrukinhethydraulischesysteemop
veiligewijzeop,voordatuwerkzaamhedengaat verrichtenaanhethydraulischesysteem.
Opmerking:Vooreengoedeaezingmoetu
hetpeilvandehydraulischevloeistofcontroleren wanneerdemachineafgekoeldis.
4.Tildestoelomhoog;zieBestuurdersstoel
ontgrendelen(bladz.19).
5.Maakdeomgevingvandepeilstokvanhet hydraulischereservoirschoon(Figuur71).
6.Verwijderdepeilstokuithethydraulische reservoir(Figuur71).
7.Veegdepeilstokschoonendraaidepeilstokin hetreservoir.
8.Neemdepeilstokeruitenbekijkhetuiteinde (Figuur71).AlshetpeilzichbijhetT oevoegen merktekenbevindt,gietdanlangzaam voldoendevloeistofinhetreservoiromhetVol merktekentebereiken.
Belangrijk:Vuldehydraulischeinstallaties
nietteveel,ditkantotschadeleiden. Gebruikdemachinenietalsdevloeistof onderhetToevoegenmerktekenstaat.
9.Plaatsdepeilstok.
Specicatieshydraulische vloeistof
Typehydraulischevloeistof:T oro
hydraulischevloeistofofMobil
Belangrijk:Gebruikdevoorgeschrevenvloeistof.
Anderevloeistoffenkunnenschadeaanhet systeemveroorzaken.
Capaciteithydraulischetank:5,7liter
®
115W-50.
®
HYPR-OIL
Hydraulischevloeistof controleren
Onderhoudsinterval:Omde40bedrijfsuren—Het
peilvandehydraulischevloeistof controleren.
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,zetdesnelheidshendelinde
NEUTRAALstand,schakeldemesschakelaar
(aftakas)uitensteldeparkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.Laatdemotorenhethydraulischesysteem 10minutenafkoelen.
500
g025772
Figuur71
1.Vol2.Toevoegen
Hydraulischevloeistof verversenendelter vervangen
Onderhoudsinterval:Nadeeerste100
bedrijfsuren—Vervanghet hydraulischelterenververs dehydraulischevloeistofinhet reservoiralsuomhetevenwelk typevloeistofgebruikt.
Omde250bedrijfsuren—Vervanghet hydraulischelterenverversdehydraulische vloeistofinhetreservoirbijgebruikvan
®
Mobil omstandigheden).
1vloeistof(vakerbijvuileofstofge
58
Omde500bedrijfsuren—Vervanghet hydraulischelterenverversdehydraulische vloeistofinhetreservoirbijgebruikvanT oro HYPR-OIL bijvuileofstofgeomstandigheden).
500hydraulischevloeistof(vaker
Opmerking:Gebruikeenzomerlterbijeen
temperatuurvan0°Cofhoger.Gebruikeen winterlterbijeentemperatuurvan0°Coflager.
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,zetdesnelheidshendelinde
NEUTRAALstand,schakeldemesschakelaar
(aftakas)uitensteldeparkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.Maakdeomgevingvanhetlterzorgvuldig schoon.
Belangrijk:Verzekerdatergeenaardeof
vervuilinginhethydraulischesysteemkan komen.
Dehydraulischepompen
®
controlerenenreinigen
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,zetdesnelheidshendelinde
NEUTRAALstand,schakeldeaftakasuitenstelde
parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.Zetdestoelomhoog.
4.Verwijdervervuilingengrasvandehydraulische pompen.
5.Zetdestoelomlaag.
4.Schroefhetlterlos,verwijderhet,laatde vloeistofuithetreservoirlopen.
Belangrijk:Vervangdevloeistofinhet
hydraulischesysteemniet(m.u.v.hetverlies bijhetvervangenvanhetlter)tenzijde vloeistofverontreinigdisofbijzonderheet isgeworden.Hetonnodigvervangenvan dehydraulischevloeistofkanleidentot schadeaanhydraulischesysteemdoordat ervervuilinginkomt.
5.Voordateennieuwltergemonteerdwordtmoet hetwordengevuldmetT oro hydraulischevloeistofenmoetereendunne laagvloeistofophetoppervlakvanderubber afdichtingwordenaangebracht.
6.Draaihetlterrechtsomtotdatderubber afdichtingdelteradapterraakt,draaihetlter dannog⅔tot¾slagaan.
7.Vulhetreservoirzoalsbeschrevenin
Hydraulischevloeistofcontroleren(bladz.58).
8.Brengdeachterkantvandemachineomhoogen plaatsdezeopassteunen(ofeengelijkwaardige ondersteuning),nethooggenoegomde aandrijfwielenvrijtelatenronddraaien.
®
HYPR-OIL
500
9.StartdemotorenzetdegashendelopVOLGAS.
10.Zetdesnelheidshendelsopvollesnelheiden laatdemachineenkeleminutendraaien.
11.Schakeldemachineuitencontroleerhet vloeistofpeil.
59
Onderhoudvan maaimessen
Veiligheidvandemessen
Controleeropgezettetijdendemaaimessenop
slijtageofbeschadigingen.
Weesvoorzichtigalsudemessencontroleert.
Omwikkeldemaaimessenofdraag handschoenenenweesvoorzichtigalsu onderhoudswerkzaamhedenaandemaaimessen verricht.Demaaimessenmogenalleenworden vervangenofgeslepen,probeerzenooitrechtte makenoferaantelassen.
Letopdatbijmachinesmetmeerderemaaimessen
anderemessenkunnengaandraaiendoordatu éénmesdraait.
Vervangversletenofbeschadigdemessenen
boutenaltijdalscompletesetomeengoede balanstebehouden.
g006530
Figuur72
1.Snijrand3.Slijtage/groefvorming
2.Gebogendeel4.Scheur
Controleopkrommemessen
1.Draaidemessentotdatdeuiteindeninde lengterichtingliggen.
2.Meetdeafstandtusseneenhorizontaal oppervlakendesnijrand,standA,vande messen(Figuur73).
Onderhoudvande maaimessen
Omeengoedmaairesultaatteverkrijgen,moetu demaaimessenscherphouden.Omhetslijpenen vervangentevergemakkelijken,ishethandigextra messeninvoorraadtehebben.
Vóórcontroleenonderhoudvan demaaimessen
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetsleuteltjeenmaak debougiekabelslos.
Demaaimessencontroleren
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
1.Controleerdesnijranden(Figuur72).
2.Alsderandennietscherpzijnofbramen vertonen,moetuhetmaaimesverwijderenen slijpen;zieDemaaimessenslijpen(bladz.61).
3.Controleerdemessen,inhetbijzonderhet gebogendeel.
Figuur73
1.Meethierdeafstandvan hetmestothetharde oppervlak
3.Draaidetegenovergesteldeuiteindenvande
messennaarvoren.
4.Meetdeafstandtusseneenhorizontaal
oppervlakendesnijrandvandemessenop dezelfdeplaatsalsinbovengenoemdestap2.
2.StandA
Opmerking:Hetverschiltussendeafstanden
diezijngemetenbijstap2enstap4magniet meerdan3mmzijn.
g000975
4.Alsuscheuren,slijtageofgroefvormingindit deelconstateert,moetudirecteennieuwmes monteren(Figuur72).
Opmerking:Alsditverschilmeerbedraagt
dan3mm,ishetmeskromenmoethetworden vervangen.
60
Maaimessenverwijderen
Vervangmessendieeenvastvoorwerphebben geraaktofuitbalansofkromzijn.
Opmerking:Onthouddepositievanhet
roodgekleurdemes.Gezienvanuitdenormale gebruikerspositiebevindtditzichaanderechterkant.
1.Tilhetmaaidekopenzethetvastindebovenste stand.ZieHetmaaidekomhoogbrengeninde
onderhoudsstand(bladz.16).
2.Pakhetuiteindevanhetmesvastmeteendoek ofeendikkehandschoen.
3.Verwijderhetmes,deonderlegring,ende mesboutwaarmeehetmesenhetaandrijfstuk bevestigdzijn(Figuur74).
g000552
Figuur75
1.Onderoorspronkelijkehoekslijpen.
2.Controleerdebalansvanhetmesmeteen mesbalans(Figuur76).
Opmerking:Alshetmeshorizontaalblijft,is
hetinbalansengeschiktvoorgebruik.
Opmerking:Alshetmesnietinbalansis,
moetuwatmetaalafvijlenvanhetuiteindevan devleugel(Figuur75).
g000553
Figuur76
1.Mes2.Mesbalans
3.Herhaalditindiennodigtotdathetmesinbalans is.
Figuur74
1.Mesbout
2.Ring5.Borgmoeren
3.Schijfbouten
4.Aandrijfstuk
4.Neemhetaandrijfstukvanhetoudemes(Figuur
74).
Demaaimessenslijpen
1.Gebruikeenvijlomdesnijrandenaanbeide uiteindenvanhetmesteslijpen(Figuur75).
Opmerking:Houddaarbijdeoorspronkelijke
hoekinstand.
Opmerking:Hetmesblijftinbalansalsuvan
beidesnijrandendezelfdehoeveelheidmateriaal verwijdert.
g007578
Maaimessenmonteren
Opmerking:Zorgdatuhetroodgekleurdemesaan
derechterkantmonteert.
1.Monteerhetaandrijfstukopdenieuwe maaimessenmetdebreekboutenen borgmoeren(Figuur74).
2.Draaideschijfboutenvastmeteentorsievan 922tot1 130N·m.
Opmerking:Bijhetmonterenvanhetmesop
hetmaaidekmoetudeplatteaandrijfvlakken vandemessenuitlijnenmetdeplattevlakken opdeas.
3.Monteerhetmes,onderlegring,enmesboutop despilas(Figuur74).
4.Draaidemesboutvastmeteentorsievan1 15 tot149N·m.
5.Zethetmaaideknaarbenedeninde bedrijfsstand.ZieHetmaaideknaarbeneden
zettenindebedrijfsstand(bladz.17).
61
WAARSCHUWING
Hetwerkenmeteenmaaidekmetlosse ofverzwaktemesboutenkangevaar opleveren.Dooreenlosseofverzwakte mesboutzoueenbladdatophoge snelheiddraaituithetmaaidekgeworpen kunnenwordenentoternstigletselof schadekunnenleiden.
Vervangdemesboutnahetrakenvan eenvoorwerp.
GebruikalleenorigineleToro onderdelen.
Brenggeensmeermiddelaanopde schroefdraadvandeboutofspindel voordemontage.
Maaidekhorizontaalstellen
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,zetdesnelheidshendelinde
NEUTRAALstand,schakeldemesschakelaar
(aftakas)uitensteldeparkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.Controleerdebandenspanningvande aandrijfbanden;zieDebandenspanning
controleren(bladz.47).
4.Controleerofallehaarspeldverenzichbevinden indehoogtegatenvan7,62cmvanhet maaidek,metdeafstandsstukkenonderde haarspeldveren(Figuur77).
5.Stelelkesteunpenvanhetmaaidekkorterof langerinzodathetuiteindevanhetmeseen hoogteheeftvan7,62cmaandevoorkantvan hetmaaideken8,26cmaandeachterkantvan hetmaaidek(Figuur77).
Opmerking:Depennenvooraanzijnin
hetmaaidekgeschroefdenhebbeneen contramoer.Depennenachteraanhebbeneen ingeschroefdepenmeteencontramoer.
Maaidekverwijderen
WAARSCHUWING
Hetgebruikvandezemachinezondereen goedgekeurdT orowerktuigaandevoorzijde verhoogthetrisicodatdebestuurderwordt gegrependoordeaandrijfwielenofdatde machinenaarvorenkantelt.Ditzoukunnen leidentotdedoodofernstigletsel.
Bijhetgebruikvandezemachinezondereen goedgekeurdT orowerktuigaandevoorzijde moetmen:
Devoetenenkledinguitdebuurtvande bandenhouden.
Hetgebruikbeperkentothetminimum datnodigiseenanderwerktuigaande voorzijdetemonteren.
Desnelheidminimaalhoudenenextreem voorzichtigzijn.
Alleenopvlakkeondergrondwerken.
Geenaanhanger-oprijplaatop-ofafrijden.
Plotselingeversnellingenvertraging voorkomen.
Belangrijk:Transporteerdezemachineniet
zondereengoedgekeurdT orowerktuigaande voorzijde.
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,zetdesnelheidshendelinde
NEUTRAALstand,schakeldemesschakelaar
(aftakas)uitensteldeparkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
g007580
Figuur77
Rechterkantgetoond
1.Haarspeldveer
2.Afstandsstuk
3.Steunpenvanhetmaaidek
62
enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.Zethetmaaidekindegehevenstandenzet hetvastmetdeborgpennen.ZieHetmaaidek
omhoogbrengenindeonderhoudsstand(bladz.
16).
4.Verwijderdehaarspeldverenenringenaande bovenkantvandeveervandemaaidekliftaan elkekantvandemachine(Figuur78).
Figuur78
1.Veerpenonderhetbedieningspaneel
2.Zetdeverenvastmeteenringenhaarspeldveer
3.Schuifdeveeropdeveerpen
5.Verwijderdeveervandeveerpen.Herhaaldit aandeanderekantvandemachine.
g233982
Figuur79
g006788
1.Duwarm
2.Lynchpen
3.Buisvanduwarm
8.Maakdeboutenlosdieaanderubberenkap zijnbevestigd(Figuur80).
6.Ontgrendelhetmaaidekuitdegehevenstand enlaathetmaaideklangzaamopdegrond zakken,zieHetmaaideknaarbenedenzetten
indebedrijfsstand(bladz.17).
Opmerking:Hetmaaidekiszwaarderalsude
verenvandeveerpennenverwijdert.Laathet maaidekvoorzichtigzakken.
7.Verwijderdeborgpennenaandevoorkantvan deduwarmenaanbeidekantenvandemachine (Figuur79).
g036545
Figuur80
1.Bouten
2.Rubberenkap
9.Ontgrendeldestoelenkoppeldeaandrijfaslos metdesnelkoppelingbijdeomloopas(Figuur
81).ZieBestuurdersstoelontgrendelen(bladz.
19).
63
indeonderhoudsstandenzetde maaidekvergrendelingopdehaakvast. ZieHetmaaidekomhoogbrengeninde
onderhoudsstand(bladz.16).
10.Monteerdeverenopdeveerpennenonderde bedieningspanelenlinksenrechts,enzetdeze vastmeteenringeneenhaarspeldveer(Figuur
78).
11.Maakdevergrendelingvanhetmaaideklos, laathetmaaideklangzaamopdegrondzakken enzetdeborgpennenaanweerszijdenvast. ZieHetmaaideknaarbenedenzetteninde
bedrijfsstand(bladz.17).
Figuur81
1.Omloopas2.Aandrijfas
10.Trekhetmaaideknaarvorenomditvande machineteverwijderen.
Hetmaaidekmonteren
Belangrijk:Transporteerdezemachineniet
zondereengoedgekeurdT orowerktuigaande voorzijde.
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,zetdesnelheidshendelinde
NEUTRAALstand,schakeldemesschakelaar
(aftakas)uitensteldeparkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.Rolhetmaaideknaardemachinemetde uitwerpbuisnaarbeneden.Verzekerdat deverenvanhetmaaidekzichbevinden bovenhetaangedrevenwielenonderhet bedieningspaneel,aanelkekant.
4.Ontgrendeldestoelenkanteldezenaarvoren.
5.Monteerdeaandrijfasopdeomloopas(Figuur
81).
6.Lijndeduwbuizenvanhetmaaidekopde duwarmenvandemachineenduwhetmaaidek naarachteren.
7.Zetdeduwarmenmetdeborgpennenvastaan delinker-enrechterkantvandemachine(Figuur
79).
8.Lijnhetbovenstegedeeltevanderubberenkap uitenzetdezemetdebevestigdeboutenvast (Figuur80).
9.Maakdeborgpennenvanhetmaaidek losaanbeidekanten,tilhetmaaidek
g006785
Instellenvandestopvan deborgpenophetmaaidek
1.Schuifdeborgpennenvanhetmaaidekaan beidezijdennaarbinnenendraaiomhet maaidekindebedrijfsstandtevergrendelen.
2.Maakdecontramoerlosendraaidestopschroef rechtsomtotdatdeborgpenstrakstaatenniet metdehandkanwordengedraaid(Figuur82).
g007581
Figuur82
1.Draaidestopschroefrechtsomtotdeborgpenstrakstaat,
draaidezedan½slagterug.
2.Draaidecontramoerlos
3.Draaidestopschroef½slaglinksomenzetde contramoervast.
4.Controleerdatdeborgpenvrijkanschuiven. Pasdespanningindiennodigaan.
64
Reiniging
Stalling
Deonderkantvanhet maaidekreinigen
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,zetdesnelheidshendelin deNEUTRAALstand,schakeldemesschakelaar (aftakas)uitensteldeparkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.Tilhetmaaidekopenzethetvastindebovenste stand.ZieHetmaaidekomhoogbrengeninde
onderhoudsstand(bladz.16).
4.Verwijdergrasdatzichheeftopgebouwdonder hetmaaidek.
5.Zethetmaaideknaarbenedeninde bedrijfsstand.ZieHetmaaideknaarbeneden
zettenindebedrijfsstand(bladz.17).
Verwijderenvanvervuiling
Veiligheidtijdensopslag
Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.Laatdemachine afkoelenvoordatudezeafstelt,reinigt,staltofer onderhoudswerkzaamhedenaanverricht.
Umagdemachineofdebrandstofnietbewarenin
denabijheidvaneenopenvuur,nochdebrandstof binnenshuisofineenafgeslotenaanhanger aftappen.
Slademachineendebrandstofhoudernietop
opplaatsenwaaropenvlammen,vonkenof waakvlammen(b.v .vaneenboilerofandere toestellen)aanwezigkunnenzijn.
Reinigenenopslaan
1.Schakeldemesschakelaar(aftakas)uitenstel deparkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
vandemachine
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal oppervlak,zetdesnelheidshendelinde
NEUTRAALstand,schakeldemesschakelaar
(aftakas)uitensteldeparkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje enwachttotdatallebewegendeonderdelen totstilstandzijngekomenvoordatude bestuurderspositieverlaat.
3.Verwijderolie,vuilengrasalsditopdemachine isaangekoekt,vooralronddebrandstoftank,de motorenbijdeuitlaat.
Afvalafvoeren
Motorolie,accu's,hydraulischevloeistofen motorkoelvloeistofverontreinigenhetmilieu.Verwijder dezestoffenvolgensdeplaatselijkevoorschriften.
3.Verwijdermaaisel,vuilenvetvandebuitenkant vandegehelemachine,metnamevandemotor enhethydraulischesysteem.Vuilenkafvan debuitenkantvandecilinder,dekoelribben vandecilinderkopenhetventilatorbehuizing verwijderen.
Belangrijk:Ukuntdemachinemeteenmild
reinigingsmiddelenwaterwassen.Wasde machinenooitmeteenhogedrukreiniger. Gebruiknietteveelwater,vooralnietinde buurtvanhetbedieningspaneel,demotor, dehydraulischepompenendeaccu.
4.Controleerdewerkingvandeparkeerrem;zie
Deparkeerremafstellen(bladz.49).
5.Geefhetluchtltereenonderhoudsbeurt;zie
Onderhoudvanhetluchtlter(bladz.38).
6.Smeerdemachine;zieSmering(bladz.33).
7.Verversdeolieinhetcarter;zieMotorolie
verversen/oliepeilcontroleren(bladz.39).
8.Controleerdebandenspanning;zieDe
bandenspanningcontroleren(bladz.47).
9.Vervanghethydraulischelter;zieHydraulische
vloeistofverversenendeltervervangen(bladz.
58).
10.Laaddeaccuop;zieAccuopladen(bladz.43).
65
11.Schraapdikaangekoektgrasenvuilvan deonderkantvandemaaimachine.Spoel vervolgensdemachineschoonmeteen tuinslang.
Opmerking:Laatdemachinelopenmetde
aftakasingeschakeldendemotorophoog stationairgedurende2tot5minutennahet wassen.
12.Controleerdestaatvandemaaimessen; raadpleegOnderhoudvandemaaimessen
(bladz.60).
13.Wanneerdemachinelangerdan30dagenniet wordtgebruikt,moetdezewordenvoorbereidop stalling.Demachinewordtalsvolgtvoorbereid opstalling:
A.Voegeenstabilizer/conditionerop
aardoliebasistoeaandebrandstofinde tank.Volgdemengvoorschriftenvande fabrikantvandestabilizerop.Gebruik geenstabilizeropalcoholbasis(ethanolof methanol).
Opmerking:Stabilizer/conditionerwerkt
hetbestalshetmetversebrandstofwordt gemengdenaltijdwordtgebruikt.
17.Staldemachineineenschone,drogegarage ofopslagruimte.Verwijderhetsleuteltjeuithet contactenbewaarhetbuitenhetbereikvan kinderenenonbevoegdepersonen.Dekde machineafomdezetebeschermenenschoon tehouden.
B.Laatdemotorvijfminutenlopen
omdestabilizer/conditionerdoorhet brandstofsysteemteverspreiden.
C.Zetdemotoraf,laatdezeafkoelenenlaat
debrandstoftankleeglopen.
D.Motoropnieuwstartenenlatenlopentotdat
dezeafslaat.
E.Umoetbrandstofopdejuistewijze
afvoeren.Voerdebrandstofafvolgensde plaatselijkgeldendevoorschriften.
Belangrijk:Bewaarbrandstofdie
stabilizer/conditionerbevatnietlanger danaanbevolendoordefabrikantvan destabilizer.
14.Verwijderdebougie(s)encontroleerdestaat ervan;zieOnderhoudvandebougie(bladz.
41).Nadatdebougie(s)uitdecilinderis(zijn)
verwijderd,gietu30ml(2eetlepels)motorolie indebougie-opening.Gebruikdestartmotor omdemotortelatendraaienenzodeolieover decilinderwandteverspreiden.Monteerde bougie(s).Debougiekabelnietopdebougie(s) drukken.
15.Controleerallebouten,schroevenenmoeren endraaidezevast.Repareerofvervang beschadigdedelen.
16.Werkallekrassenenbeschadigingenvandelak bij.Bijwerklakisverkrijgbaarbijeenerkende servicedealer.
66
Problemen,oorzaakenremedie
ProbleemMogelijkeoorzaakRemedie
Destartmotorslaatnietaan.
Demotorstartniet,startmoeilijkofslaat af.
1.Deaftakasisingeschakeld.1.Schakeldeaftakasuit.
2.Deparkeerremisuitgeschakeld.
3.Derijhendelsstaannietinde
VERGRENDELDENEUTRAALSTAND.
4.Uzitnietopdebestuurdersstoel.
5.Deaccuisleeg.5.Accuopladen.
6.Deelektrischeaansluitingenzijn gecorrodeerdofzittenlos.
7.Eenvandezekeringenisdoorgebrand.7.Dezekeringvervangen.
8.Eenvanderelaisofschakelaarsis defect.
1.Debrandstoftankisleeg.1.Debrandstoftankvullen.
2.Debrandstofafsluitklepisgesloten.2.Opendebrandstofafsluitklep.
3.Hetoliepeilinhetcarteristelaag.3.Hetcarterbijvullenmetolie.
4.Degashendelstaatnietindejuiste stand.
5.Erzitvuilinhetbrandstoflter.5.Brandstofltervervangen.
6.Erbevindtzichvuil,waterofoude brandstofinhetbrandstofsysteem.
7.Hetluchtlterisvuil.7.Reinigofvervanghet
8.Destoelschakelaarwerktnietgoed.
9.Deelektrischeverbindingenzijn gecorrodeerd,zittenlosofzijndefect.
10.Relaisofschakelaarisbeschadigd.
11.Debougieisvuilofde elektrodenafstandisnietcorrect afgesteld.
12.Debougiekabelisnietaangesloten.
2.Steldeparkeerreminwerking.
3.Zetderijhendelsnaarbuiteninde vergrendeldeNEUTRAALSTAND.
4.Gaopdebestuurdersstoelzitten.
6.Controleerofdeelektrische aansluitingengoedcontactmaken.
8.Neemcontactopmeteenerkende servicedealer.
4.Steldegashendelinhalverwegede
LANGZAMEendeSNELLEstand.
6.Neemcontactopmeteenerkende servicedealer.
luchtlterelement.
8.Controleerdeindicatorvoorde stoelschakelaar.Vervangdestoel indienditnodigis.
9.Controleerofdeelektrische aansluitingengoedcontactmaken. Reinigdeaansluitpolengrondigmet eenspeciaalreinigingsmiddel,breng speciaalsmeermiddelaanensluitde connectorenweeropdejuistewijze aan.
10.Neemcontactopmeteenerkende servicedealer.
11.Bougieafstellenofvervangen.
12.Controleerdeaansluitingvande bougiekabel.
Demotorverliestvermogen.
1.Demotoristezwaarbelast.1.Derijsnelheidverminderen.
2.Hetluchtlterisvuil.2.Reinighetluchtlterelement.
3.Hetoliepeilinhetcarteristelaag.3.Hetcarterbijvullenmetolie.
4.Dekoelribbenenluchtkanalenboven demotorzijnverstopt.
5.Deventilatieopeninginde brandstoftankdopisverstopt.
6.Erzitvuilinhetbrandstoflter.6.Brandstofltervervangen.
7.Erbevindtzichvuil,waterofoude brandstofinhetbrandstofsysteem.
4.Dekoelribbenendeluchtkanalen ontstoppen.
5.Brandstoftankdopreinigenof vervangen.
7.Neemcontactopmeteenerkende ServiceDealer.
67
ProbleemMogelijkeoorzaakRemedie
Demotorraaktoververhit.
(metbeiderijhendelsvolledigvooruit).
Demachinerijdtniet.
Demachinetriltabnormaal.
1.Demotoristezwaarbelast.1.Derijsnelheidverminderen.
2.Hetoliepeilinhetcarteristelaag.2.Hetcarterbijvullenmetolie.
3.Dekoelribbenenluchtkanalenonder deventilatorbehuizingvandemotor zijnverstopt.
4.Hetluchtlterisvuil.4.Hetluchtlterelementreinigenof
5.Vuil,waterofoudebrandstofinhet brandstofsysteem.
1.Desporingmoetafgesteldworden1.Steldesporingaf Demachinetrektnaarlinksofnaarrechts
2.Debandenvandeaandrijfwielen hebbennietdejuistespanning.
1.Deomloopkleppenzijnnietgoed gesloten.
2.Depompriemisversleten,losofstuk.
3.Deaandrijfriemvandepompisvande poelieaf.
4.Deveervandespanpoelieiskapotof ontbreekt.
5.Hetpeilvandehydraulischevloeistof staattelaagofdehydraulische vloeistofisteheet.
1.Hetmaaimes(demaaimessen)is(zijn) verbogenofnietinbalans.
2.Debevestigingsboutvanhetmaaimes zitlos.
3.Debevestigingsboutenvandemotor zittenlos.
4.Demotorpoelie,spanpoelieof mespoeliezitlos.
5.Demotorpoelieisbeschadigd.5.Neemcontactopmeteenerkende
6.Mesasverbogen.6.Neemcontactopmeteenerkende
7.Demotorophangplaatzitlosofis versleten.
3.Dekoelribbenenluchtkanalen ontstoppen.
vervangen.
5.Neemcontactopmeteenerkende ServiceDealer.
2.Brengdeaandrijfbandenopdejuiste spanning.
1.Sluitdeomloopkleppen.
2.Riemvervangen.
3.Riemvervangen.
4.Veervervangen.
5.Dereservoirsbijvullenmet hydraulischevloeistofofde hydraulischevloeistoflatenafkoelen.
1.Nieuwemaaimes(sen)monteren.
2.Debevestigingsboutvanhetmaaimes vastdraaien.
3.Debevestigingsboutenvandemotor vastdraaien.
4.Desbetreffendepoelievastzetten.
servicedealer.
servicedealer.
7.Neemcontactopmeteenerkende servicedealer.
Demaaihoogteisongelijk.
Messendraaienniet.
1.Maaimes(sen)bot.1.Mes(sen)slijpen.
2.Maaimes(sen)verbogenofnietin balans.
3.Hetmaaidekstaatniethorizontaal.3.Maaidekhorizontaalstelleneninde
4.Deonderkantvanhetmaaidekisvuil.4.Reinigdeonderkantvanhetmaaidek.
5.Debandenspanningisnietcorrect.5.Bandenopjuistespanningbrengen.
6.Deafstandsstukkenzittenverkeerd.
7.Deuiteindenvannaburige maaimessenstaanopverschillende maaihoogtes.
1.Dedrijfriemvanhetmaaidekis versleten,losofstuk.
2.Deaftakasisnietaangesloten.2.Sluitdeaftakasaan.
3.Deaftakasriemisvandepoelie gelopen.
2.Nieuwemaaimes(sen)monteren.
correcteschuinstandstellen.
6.Plaatsdeafstandsstukkenonderde haarspeldveren.
7.Vervangdemaaimessenofassen en/ofcontroleerhetmaaidekop beschadiging.
1.Controleerderiemspanningofvervang deriem.
3.Controleerderiemopschade. Monteerderiemencontroleerofde stelassenenriemgeleidersindejuiste standstaan.
68
Schema's
Elektrischschema(Rev.A)
69
g020385
Hydraulischschema(Rev.A)
g020536
70
PrivacyverklaringEEA/VK
Toro’sgebruikvanuwpersoonlijkegegevens
TheToroCompany(“T oro”)respecteertuwrechtopprivacy.Wanneeruonzeproductenkoopt,kunnenwebepaaldepersoonlijkeinformatieoveru verzamelen,ofwelrechtstreeksviauofwelviauwplaatselijkTorobedrijfofdealer.Torogebruiktdezeinformatieomtevoldoenaancontractuele verplichtingen–zoalshetregistrerenvanuwgarantie,hetbehandelenvanuwgarantieclaimofomcontactmetuoptenemeninhetgevalvan terugroepacties–envoorlegitiemezakelijkedoeleinden–zoalsklanttevredenheidmeten,onzeproductenverbeterenofuproductinformatieverschaffen dievanbelangkanzijn.T orokanuwinformatiedelenmetonzedochterondernemingen,verdelersofanderezakenpartnersinverbandmetdeze activiteiten.Wekunnenookpersoonlijkeinformatievrijgevenvanrechtswegeofinverbandmetdeverkoop,aankoopoffusievaneenbedrijf.We verkopenuwpersoonsgegevensnooitaananderebedrijvenvoormarketingdoeleinden.
Behoudvanuwpersoonlijkegegevens
Torobewaartuwpersoonlijkeinformatiezolangdezerelevantisvoordebovengenoemdedoeleindeneninovereenstemmingismetdewettelijke vereisten.Gelievecontactoptenemenvialegal@toro.comvoormeerinformatieoverdebewaarperiodesdievantoepassingzijn.
Toro’sengagementinzakeveiligheid
UwpersoonlijkeinformatiekanbehandeldwordenindeVSofeenanderlanddatmogelijksoepeleredatabeschermingswettenheeftdanhetlandwaar uverblijft.Indienweuwinformatieoverdragennaareenanderlanddanhetlandwaaruverblijft,nemenwijdewettelijkverplichtemaatregelenom ervoortezorgendatdeinformatieopgepastewijzewordtbeschermdenveiligwordtbehandeld.
Toegangencorrectie
Uhebthetrechtomuwpersoonlijkegegevenstecorrigerenofteraadplegen,ofzichteverzettentegendeverwerkingvanuwgegevensofdezete beperken.Omdezerechtenuitteoefenen,gelieveeene-mailtesturennaarlegal@toro.com.AlsuzichzorgenmaaktoverdemanierwaaropT orouw informatieheeftbehandeld,vragenwijuomdezedirecttenaanzienvanonsteuiten.Europeseburgershebbenhetrechtomeenklachtintedienen bijhungegevensbeschermingsautoriteit.
374-0282RevC
Loading...